Scholierenrapportage Communities that Care Rapportage deelgemeente Delfshaven 2009
Deelgemeenterapportage Communities that Care, Rotterdam Delfshaven 2009
Deelgemeenterapportage Communities that Care, Rotterdam Delfshaven 2009 Gemeente Rotterdam
De gegevens in deze rapportage zijn gebaseerd op de scholierenenquête die gecombineerd met de Jeugdmonitor Rotterdam-Rijnmond, is afgenomen in het schooljaar 2008-2009, in opdracht van Dienst Jeugd, Onderwijs en Samenleving
GGD Rotterdam-Rijnmond Cluster Jeugdbeleid Sectie Jeugdmonitor en Onderzoek Februari 2010 Netty van Veelen-Dieleman Petra van de Looij-Jansen
Inhoudsopgave Inhoudsopgave .............................................................................................................................................. 1 1 Inleiding .................................................................................................................................................. 3 1.1 CtC-vragenlijst gecombineerd met de Jeugdmonitor Rotterdam- Rijnmond ............................... 4 1.2 Wijken in de deelgemeente Delfshaven....................................................................................... 5 1.3 Leeswijzer .................................................................................................................................... 6 2 Onderzoeksverantwoording ................................................................................................................... 7 2.1 Onderzoeksopzet ......................................................................................................................... 7 2.2 Respons ....................................................................................................................................... 7 3 Achtergrondkenmerken .......................................................................................................................... 9 3.1 Samenvatting achtergrondkenmerken ....................................................................................... 13 4 Probleemgedrag................................................................................................................................... 14 4.1 Geweld en jeugddelinquentie..................................................................................................... 14 4.2 (Problematisch) roken, alcohol- en drugsgebruik ...................................................................... 16 4.3 Schoolverzuim............................................................................................................................ 18 4.3 Schoolverzuim............................................................................................................................ 18 4.4 Aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag ........................................................................... 19 4.5 Sociaal-emotionele problemen .................................................................................................. 20 4.6 Tabel met probleemgedrag per wijk........................................................................................... 21 4.7 Samenvatting ............................................................................................................................. 22 5 Risico- en beschermende factoren: het gemiddelde van de deelgemeente....................................... 23 5.1 Inleiding ...................................................................................................................................... 23 5.2 Domein Gezin ............................................................................................................................ 24 5.3 Domein School........................................................................................................................... 25 5.4 Domein Kinderen en Jongeren .................................................................................................. 27 5.5 Domein Wijk ...............................................................................................................................29 5.6 Tabel met factoren per wijk ........................................................................................................ 31 5.7 Samenvatting ............................................................................................................................. 32 6 Resultaten eerdere CtC-meting ........................................................................................................... 33 7 Samenvatting en conclusies per wijk ................................................................................................... 37 7.1 Deelgemeente Delfshaven......................................................................................................... 37 7.2 Delfshaven ................................................................................................................................. 37 7.3 Bospolder ................................................................................................................................... 38 7.4 Tussendijken .............................................................................................................................. 38 7.5 Spangen ..................................................................................................................................... 38 7.6 Nieuwe Westen .......................................................................................................................... 39 7.7 Middelland .................................................................................................................................. 39 7.8 Oud Mathenesse........................................................................................................................ 39 7.9 Schiemond ................................................................................................................................. 40 Bijlage 1 Verdeling etniciteit (percentages en aantallen) ............................................................................ 41 Bijlage 2 Probleemgedragingen op itemniveau........................................................................................... 42 Bijlage 3 Frequenties van beschermende en risicofactoren ....................................................................... 43 Bijlage 4 CtC-vragen in de gecombineerde JMR-/CtC-lijst ......................................................................... 53 Referenties .................................................................................................................................................. 60
1
2
1
Inleiding
In 2006 hebben het Nederlands Jeugdinstituut (NJI), het onderzoeksbureau DSP-groep en de GGD Rotterdam-Rijnmond, in opdracht van het Programmabureau Veilig, Dienst Jeugd, Onderwijs en Samenleving, een gecombineerde Jeugdmonitor-/Communities that Care-vragenlijst ontwikkeld 1 . In het schooljaar 2006-2007 is deze vragenlijst voor het eerst uitgezet onder brug- en derdeklassers in Rotterdam. Het resultaat hiervan, een rapport met gegevens per deelgemeente, is begin 2008 verschenen. Bij aanvang van dit gezamenlijke initiatief is de intentie uitgesproken om een dergelijk onderzoek eens in de vier jaar te herhalen. Gezien de relevantie van deze gegevens voor het gemeentelijk jeugdbeleid is het echter wenselijk gebleken, om de eerstvolgende enquête al in het schooljaar 20082009 uit te zetten. Als gevolg hiervan zijn de uitkomsten beschikbaar vóór de volgende collegewisseling (begin 2010). Inmiddels is er een rapport verschenen over de resultaten van het onderzoek dat in Rotterdam is uitgevoerd in schooljaar 2008-2009. In het voorliggende rapport worden de resultaten beschreven over de schoolgaande jongeren uit de deelgemeente Delfshaven. De methode Communities that Care (CtC) is in de Verenigde Staten ontwikkeld als antwoord op toenemend probleemgedrag en maatschappelijke uitval onder jongeren (Hawkins, 1999; Hawkins, Arthur, & Catalano, 1995; Hawkins, Catalano, & Miller, 1992). CtC is een wijkgerichte aanpak die probleemgedrag onder jongeren in een vroeg stadium signaleert en aanpakt, met als uiteindelijk doel een veilige, constructieve leefomgeving te scheppen. CtC is gebaseerd op een theoretisch en empirisch onderbouwd model waarin risico- en beschermende factoren in verband gebracht worden met probleemgedrag en maatschappelijke uitval onder jongeren. CtC richt zich niet alleen op de jongeren zelf, maar ook op personen/instellingen die direct betrokken zijn bij de opvoeding, het onderwijs en het welzijn van jongeren. CtC werkt als volgt: Allereerst wordt per wijk een inventarisatie gemaakt van de problematiek. Dit gebeurt aan de hand van de resultaten van een enquête die onder een groot aantal jongeren binnen de gemeente wordt afgenomen. De enquête bevat vragen over achtergrondvariabelen (zoals schooltype, gezinssituatie, opleidingsniveau van de ouders en taalachterstand), probleemgedragingen (o.a. jeugdcriminaliteit, geweld, problematisch alcohol- en drugsgebruik, schooluitval, aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag en depressie) en risico- en beschermende factoren die dit probleemgedrag in de hand kunnen werken of juist kunnen verminderen. Door de resultaten van de wijken af te zetten tegen het gemiddelde van de deelgemeente, wordt duidelijk welke problemen er in welke wijk(en) spelen en kan worden overgegaan tot een gerichte oplossing. Tot het instrumentarium van CtC behoort een breed scala aan interventieprogramma’s die maatschappelijk ongewenst gedrag tegen gaan door het reduceren van risicofactoren en het stimuleren van beschermende factoren (Ince, Beumer, Jonkman, & Vergeer, 2004). Periodiek (eens in de 3 à 4 jaar) wordt de enquête herhaald om het effect van de interventieprogramma’s te beoordelen. In 1999 is door DSP-groep nagegaan of het Amerikaanse model met de risico- en beschermende factoren van toepassing is op de Nederlandse situatie (Ince et al., 2004). Op grond van literatuurstudie en overleg met deskundigen bleek dit het geval te zijn. In 2000 werd in Nederland met proefonderzoeken gestart in Amsterdam, Arnhem, Rotterdam en Zwolle. In deze fase werd de strategie naar de Nederlandse situatie vertaald en werden de Nederlandse instrumenten ontwikkeld. Mede op basis van de positieve resultaten van het evaluatieonderzoek (Van Dijk et al., 2004; Van Dijk et al., 2002) is CtC sinds 2003 in meerdere gemeenten toegepast (waaronder Almere, Alphen aan de Rijn, Dordrecht, Leeuwarden, Leiden, Maassluis, Leeuwarden, Zoetermeer,en Capelle a/d IJssel). Ook is CtC in 2006 op de Nederlandse Antillen geïntroduceerd. In Rotterdam is, na de pilot in het Oude Noorden, CtC gefaseerd ingevoerd in alle deelgemeenten van de stad. De betrouwbaarheid en de validiteit van de methode zijn in 2006 opnieuw geëvalueerd. Uit deze evaluatie bleek dat de vragenlijst op een aantal punten verouderd was. Om deze reden is besloten om een nieuwe versie van de vragenlijst op te stellen. De resultaten die in dit rapport worden beschreven zijn behaald met de nieuwe versie van de vragenlijst. 1
De vragenlijst bestaat voor ongeveer de helft uit Jeugdmonitor-vragen (o.a. nodig voor individuele signalering) en voor de andere helft uit Communities that Care-vragen.
3
1.1
CtC-vragenlijst gecombineerd met de Jeugdmonitor RotterdamRijnmond
In Rotterdam is in 2006 besloten de afname van de Jeugdmonitor Rotterdam-Rijnmond 2 te combineren met de CtC-vragenlijst. Dit is besloten om de scholen, van wie jaarlijks al veel gevraagd wordt met betrekking tot deelname aan enquêtes, te ontzien. De Jeugdmonitor Rotterdam-Rijnmond (JMR) is een wetenschappelijk instrument waarmee de GGD Rotterdam-Rijnmond de gezondheid van kinderen en jongeren in kaart brengt. De gegevensverzameling vindt plaats als onderdeel van de preventieve gezondheidsonderzoeken van de jeugdgezondheidszorg. Zowel op individueel als op collectief niveau kunnen mogelijke problemen gesignaleerd worden. Omdat de vragenlijsten van de JMR en CtC voor een groot deel niet overeenkomen is besloten aan beide zijden vragen weg te laten om de vragenlijst niet te lang en daardoor te zwaar te maken voor de jongeren. Het gevolg voor CtC is dat niet alle risico- en beschermende factoren overeind gebleven zijn. In dit rapport werken we daarom met een aangepast risico- en beschermend profiel. Ook bij de achtergrondvariabelen en probleemgedragingen zijn minder items beschikbaar. In samenwerking met het NJI en de GGD is een keuze gemaakt welke vragen weg te laten. Een belangrijk argument bij de keuze van de vragen is geweest of er veelbelovende en/of effectieve programma's beschikbaar zijn voor de te meten risico- of beschermende factoren. De volgende variabelen zijn opgenomen in de vragenlijst: achtergrondvariabelen leeftijd geslacht schooltype etniciteit gezinssituatie arbeidssituatie ouders probleemgedragingen geweld jeugddelinquentie alcohol- en drugsgebruik schoolverzuim aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag sociaal-emotionele problemen Tabel 1.1 Risico- en beschermende factoren per domein Domein Gezin Risicofactoren
Beschermende factoren
geschiedenis van probleemgedrag in het gezin
hechtingssterkte gezin
problemen met gezinsmanagement
mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
conflicten in het gezin
beloningen voor positieve betrokkenheid Domein School
Risicofactoren
Beschermende factoren
leerachterstanden
mogelijkheden voor positieve betrokkenheid beloningen voor positieve betrokkenheid Domein Kinderen en Jongeren
Risicofactoren
Beschermende factoren
vervreemding en opstandigheid
gezonde opvattingen en duidelijke normen
betrokkenheid bij jeugdbende
religie
vroeg begin van antisociaal gedrag
2
zie website www.jeugdmonitorrotterdam.nl
4
vroeg begin van alcohol- en drugsgebruik positieve houding t.a.v. alcohol- en drugsgebruik positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen Domein Wijk Risicofactoren
Beschermende factoren
gebrek aan binding in de wijk
mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
gebrek aan organisatie in de wijk
beloningen voor positieve betrokkenheid
normen die antisociaal gedrag bevorderen
1.2
Wijken in de deelgemeente Delfshaven
Hieronder worden de wijken van de deelgemeente Delfshaven weergegeven 3 .
3
Bron: RotterdamDATA, Centrum voor Onderzoek en Statistiek
5
1.3
Leeswijzer
In dit rapport worden de resultaten van de CtC-vragenlijst gepresenteerd die is afgenomen onder de leerlingen van de brugklas en derde klas van het voortgezet onderwijs in de deelgemeente Delfshaven in schooljaar 2008-2009. De indeling van het CtC-rapport is als volgt: In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de onderzoeksverantwoording. Hoofdstuk 3 bevat de achtergrondkenmerken van de deelnemende leerlingen. In hoofdstuk 4 komen de probleemgedragingen (geweld, jeugddelinquentie, roken, alcohol- en drugsgebruik, schoolverzuim, aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag en sociaal-emotionele problematiek) aan de orde. Daarbij worden de scores van zowel de afzonderlijke wijken als van de hele deelgemeente weergegeven. De resultaten op de risico- en beschermende factoren worden in hoofdstuk 5 beschreven. Daarbij wordt steeds de score van de wijken vergeleken met het gemiddelde van de deelgemeente. In hoofdstuk 6 wordt een vergelijking gemaakt met de resultaten van de afname van de CtC-vragenlijst in 2006-2007. Tenslotte wordt in hoofdstuk 7 een samenvatting gegeven, gevolgd door de belangrijkste conclusies per wijk. In dit rapport zijn vier bijlagen opgenomen. In bijlage 1 is een tabel opgenomen met daarin de verdeling naar etniciteit zowel in percentages als aantallen. Bijlage 2 bevat een overzicht van de percentages op itemniveau voor de probleemgedragingen in de totale deelgemeente. In bijlage 3 is een tabel opgenomen met de frequenties op alle losse vragen die zijn samengevoegd tot de risico- en beschermende factoren. Daarbij worden de percentages voor zowel de afzonderlijke wijken als voor de totale ondervraagde groep in de deelgemeente weergegeven. In bijlage 4 staan de CtC-vragen weergegeven die voor dit rapport zijn geanalyseerd. Omdat er gebruik is gemaakt van een gecombineerde JMR-/CtC-vragenlijst, bestaat de vragenlijst uit meer vragen dan de hieronder genoemde. De resultaten van de overige vragen, namelijk die van de JMR worden gepresenteerd in het gemeenterapport Jeugdmonitor Rotterdam-Rijnmond, dat begin 2010 verschijnt.
6
2
Onderzoeksverantwoording
2.1
Onderzoeksopzet
De gecombineerde JMR-/CtC-vragenlijst is in het schooljaar 2008/2009 via het internet afgenomen op bijna alle scholen voor voortgezet onderwijs in Rotterdam en verschillende regiogemeenten. In Rotterdam werd op 8 school(locaties) de vragenlijst geheel of gedeeltelijk schriftelijk afgenomen. De vragenlijst is afgenomen in de brugklassen en derde klassen onder begeleiding van een medewerker van de GGD Rotterdam-Rijnmond. Deze medewerker van de jeugdgezondheidszorg was aanwezig om de vragenlijst toe te lichten en eventuele vragen te beantwoorden.
2.2
Respons
In de deelgemeente Delfshaven wonen in totaal 3.425 jongeren van 12 tot en met 15 jaar 4 . De gecombineerde JMR-/CtC-vragenlijst is ingevuld door 1.143 jongeren die woonachtig zijn in de deelgemeente en naar school gaan in Rotterdam. Daarnaast is de vragenlijst door de GGD ook uitgezet in de meeste regiogemeenten van Rotterdam. Hierdoor was het mogelijk 63 jongeren die in Delfshaven wonen maar elders buiten Rotterdam op school zitten, in dit onderzoek te betrekken. Uiteindelijk leverde dit een databestand op van 1.206 in de deelgemeente wonende jongeren. Delfshaven bestaat uit de volgende acht wijken: Delfshaven, Bospolder, Tussendijken, Spangen, Nieuwe Westen, Middelland, Oud Mathenesse, Schiemond en het Witte Dorp. Uit de wijk Het Witte Dorp hebben acht jongeren de vragenlijst ingevuld. Vanwege het geringe aantal zijn deze jongeren uit het bestand verwijderd, en wordt over deze wijk niet gerapporteerd in dit rapport. De vragenlijst is afgenomen onder leerlingen uit de brugklas en derde klas op het voortgezet onderwijs. Als gevolg hiervan bestaat de groep respondenten voor het grootste deel uit 12- tot en met 15-jarigen (94%), en in geringe mate uit 11-jarigen (minder dan 1%), 16-jarigen (5%), 17-jarigen (minder dan 1%) en 18-jarigen of ouder (minder dan 1%). Omdat in dit rapport uitspraken worden gedaan over de jongeren uit de brugklassen en derde klassen, is er voor gekozen alle leeftijdscategorieën in het onderzoek te houden. In tabel 2.1 is het aantal en percentage respondenten uit de brugklas en derde klas weergegeven voor de verschillende wijken. Tevens wordt het aantal in de deelgemeente Delfshaven woonachtige 12-15 jarigen vermeld. Bij vergelijking van het aantal respondenten met het totale aantal 12-15-jarigen, dient men zich te realiseren dat niet alle 12- tot en met 15-jarigen gevraagd worden om deel te nemen aan het onderzoek. Immers, alleen de brug- en derdeklassers krijgen de vragenlijst in te vullen, en dan alleen diegenen die binnen het werkgebied van de GGD Rotterdam-Rijnmond naar school gaan. Tabel 2.1 Verdeling van de respondenten over de wijken
wijk Delfshaven (deelgemeente)
aantal aantal respondenten in respondenten in de brugklas de derde klas n % n %
Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond Witte Dorp 4
totaal aantal respondenten n %
12-15 jarigen in Delfshaven (peildatum 3112-2008, bron: COS) n
605
51
592
49
1.198
100
3.425
33 74 55 112 192 87 23 29 --
52 54 45 47 55 55 40 44 --
30 64 67 127 160 72 35 37 --
48 46 55 53 45 45 60 56 --
63 138 122 239 352 159 58 66 --
100 100 100 100 100 100 100 100 --
197 387 359 647 975 444 209 178 32
Bron: COS, peildatum 01-01-2009
7
Wat betreft het achtergrondkenmerk geslacht bleek dat in meerdere wijken de verdeling naar geslacht afweek van de verwachte verdeling op basis van alle 12-15 jarigen in de wijk. Er is voor gekozen om deze afwijking te corrigeren door middel van een wegingsfactor voor geslacht. In tabel 2.2 wordt de verdeling naar geslacht vóór weging weergegeven. Tabel 2.2 Verdeling naar geslacht vóór weging geslacht wijk jongen meisje Delfshaven (deelgemeente) 49 51 Delfshaven 46 54 Bospolder 54 46 Tussendijken 40 60 Spangen 55 45 Nieuwe Westen 46 54 Middelland 49 51 Oud Mathenesse 57 43 Schiemond 47 53
totaal 100 100 100 100 100 100 100 100 100
Bij het merendeel van de wijken bleek de etnische verdeling van de respondenten vergelijkbaar met die van het COS. Het minst vergelijkbaar zijn de aantallen Marokkaanse en Turkse jongeren per wijk. Een correctie door middel van weging bleek echter niet mogelijk vanwege de kleine aantallen per etnische groep per wijk. Tevens bleek dat autochtonen niet oververtegenwoordigd zijn in de respons per wijk. Gelet op deze uitkomsten is er voor gekozen om niet te wegen naar etniciteit. Om de data te kunnen interpreteren worden in tabel 3.2 van hoofdstuk 3 zowel de respondenten naar etnische herkomst als ook de werkelijke percentages naar etniciteit (COS) weergegeven. Vanaf hoofdstuk 3 worden in de tabellen en figuren steeds de gewogen resultaten naar geslacht weergegeven.
8
3
Achtergrondkenmerken
In dit hoofdstuk worden de achtergrondkenmerken van de respondenten beschreven. Voor de interpretatie van de resultaten binnen een bepaalde wijk kan elk van de gepresenteerde percentages in de grafiek worden vergeleken met het gemiddelde van alle deelnemende jongeren uit de deelgemeente. In onderstaande tabellen en grafieken worden achtereenvolgens de verdeling naar leeftijd, geslacht, schooltype, etniciteit, gezinssituatie en arbeidssituatie van de ouders weergegeven. In tegenstelling tot de tabellen in het vorige hoofdstuk, betreft het hier gewogen gegevens. Tabel 3.1 Verdeling van de respondenten naar leeftijd (percentages) leeftijd wijk 12 jaar of jonger 13 jaar 14 jaar Rotterdam 26 23 Delfshaven (deelgemeente) 24 24 Delfshaven 24 26 Bospolder 22 26 Tussendijken 19 26 Spangen 24 17 Nieuwe Westen 26 28 Middelland 26 26 Oud Mathenesse 21 16 Schiemond 24 19
26
15 jaar of ouder 25
25 28 24 29 27 18 25 35 28
27 22 28 26 32 27 22 29 30
Figuur 3.1 Verdeling van de respondenten naar geslacht Schiemond
51
49
Oud Mathenesse
52
48
Middelland
50
50
Nieuwe Westen
51
49
Spangen
47
53
Tussendijken
53
47
Bospolder
47
53
Delfshaven
51
49
Delfshaven (deelgemeente)
51
49
Rotterdam
52
48
0%
10%
20%
30%
40%
50%
jongen
60%
70%
80%
90%
100%
meisje
Na de weging naar geslacht zijn de percentages jongens en meisjes in Delfshaven respectievelijk 51% en 49% (zie figuur 3.1). In de wijk Tussendijken is het percentage jongens het laagst (47%), in Spangen en Bospolder het hoogst (beide 53%).
9
Aan het CtC-onderzoek namen meer brug- dan derdeklassers deel. Van de in Delfshaven woonachtige, deelnemende leerlingen zit 36% in een brugklas vmbo en 15% in een brugklas havo/vwo, 36% in een derde klas vmbo en 13% in een derde klas havo/vwo. Figuur 3.2 toont de verdeling naar schooltype voor de afzonderlijke wijken. In de deelgemeente Delfshaven volgen er gemiddeld meer jongeren onderwijs op vmbo-niveau dan in heel Rotterdam. Het percentage jongeren dat onderwijs op vmbo-niveau volgt is het hoogst in de wijken Bospolder, Tussendijken en Schiemond. Het percentage jongeren dat havo/vwo volgt, is het hoogst in de wijk Middelland. Figuur 3.2 Schooltype (percentages) 90
78
80 73
73
79
78 73
71
71
70 62
61
60
50
39
38
40
30
27
27
27 22
22
29
29
21
20
10
0 vmbo
havo/vwo
Rotterdam
Delfshaven (deelgemeente)
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuw e Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
De etnische herkomst van de jongeren is bepaald volgens de definitie die het CBS hanteert (CBS, 1999). Deze methode gaat uit van zowel het geboorteland van het kind zelf, als de geboortelanden van de ouders. Een jongere wordt als Nederlands aangemerkt als beide ouders in Nederland geboren zijn. In tabel 3.2 wordt de verdeling naar etnische herkomst weergegeven. Gemiddeld heeft tien procent van de ondervraagde jongeren in de deelgemeente Delfshaven de Nederlandse etniciteit. Dit percentage is het hoogst in de wijken Oud Mathenesse (24%) en Middelland (16%). De meest voorkomende andere etnische herkomsten in de deelgemeente Delfshaven zijn Turks (23%) en Marokkaans (21%). In de wijk Delfshaven is het percentage jongeren met een Surinaamse herkomst relatief groot (26%). In Schiemond zijn er relatief veel jongeren met een Kaapverdiaanse (24%) of Antilliaanse/Arubaanse (13%) etnische herkomst. In Bospolder namen relatief veel jongeren van Turkse herkomst deel aan het onderzoek (35%).
10
Tabel 3.2 Verdeling naar etniciteit (percentages)
Rotterdam
Delfshaven (deelgemeente)
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
COS
CtC
COS
CtC
5
10
10
36
34
21
26
14
16
12
13
3
6
9
4
4
6
5
28
25
20
16
22
21
12
13
24
33
35
13
16
24
23
14
13
9
15
11
12
12
14
11
13
4
4
10
16
9
8
6
16
16
14
12
16
18
647
195
359
109
387
114
197
58
3.425
1.018
24.423
7.332
totaal
CtC 12
12
2
24
31
13
12
293
overig
COS 7
12
6
23
27
12
12
975
Kaapverdiaans
CtC 7
14
4
25
28
13
13
133
Turks
COS 8
13
5
27
23
11
19
444
Marokkaans
CtC 5
16
4
24
25
11
20
62
Antilliaans/ Arubaans
COS
5
15
2
23
19
11
18
206
Surinaams
CtC
3
14
3
14
20
11
23
54
Nederlands
COS
12
13
2
16
13
9
13
178
n
CtC
12
20
4
8
18
24
17
%
COS
16
12
7
8
7
17
%
CtC
18
19
2
17
12
%
COS
24
18
13
20
%
CtC
22
17
11
%
COS
9
16
%
CtC
6
%
COS
11
In het onderzoek is tevens gevraagd naar de gezinssituatie van de jongeren. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen gezinnen waarin zowel de biologische (natuurlijke) moeder als de biologische (natuurlijke) vader deel uit maken van het gezin, gezinnen waarin een ouder afwezig is, gezinnen bestaande uit één biologische ouder en een stiefouder of partner en tenslotte de categorie ‘anders/onbekend’. Uit figuur 3.3 blijkt dat de gezinssituatie voor wat betreft de gehele deelgemeente niet verschilt van de situatie in geheel Rotterdam. Wel zijn er enkele opvallende verschillen met geheel Rotterdam in de afzonderlijke wijken. In de wijk Delfshaven woont minder dan de helft van de jongeren (47%) in een tweeoudergezin in tegenstelling tot 68% in de totale deelgemeente. In deze wijk wonen relatief veel jongeren in een eenoudergezin (48%). Ook in Schiemond wonen relatief veel jongeren in een eenoudergezin (35%). In het Nieuwe Westen is het percentage jongeren dat opgroeit in een gezin waarin beide biologische (natuurlijke) ouders aanwezig zijn, het hoogst (75%). Figuur 3.3 Gezinssituatie (percentages) Schiemond
57
35
Oud Mathenesse
58
32
Middelland
72
Nieuwe Westen
6 2 6
Spangen
21
65
Tussendijken
31
68
Delfshaven
26
47
31 40
28
72
Bospolder
6 1
21
75
3
48
40 12 23
Delfshaven (deelgemeente)
68
27
41
Rotterdam
68
26
5 1
0% tweeoudergezin (nat.)
20% eenoudergezin (nat.)
40%
60%
tweeoudergezin, één nat.
80%
100%
anders/onbekend
Tenslotte is als achtergrondkenmerk de arbeidssituatie van de ouders in de vragenlijst opgenomen. Er is gevraagd of de vader en/of de moeder betaald werk heeft. Uit figuur 3.4 blijkt dat in de deelgemeente Delfshaven 46% van de jongeren twee ouders heeft die beide werken. In Schiemond en Middelland wonen de meeste jongeren met twee werkende ouders (beide 54%). Het percentage jongeren van wie geen van de ouders werkt, is het grootst in Tussendijken (11%) en Spangen (10%). In Delfshaven heeft een opvallend groot percentage jongeren (22%) aangegeven dat zij niet weten of hun ouders werken.
12
Figuur 3.4 Arbeidssituatie ouders (percentages) 54
Schiemond 45
Oud Mathenesse Middelland
Bospolder
46
Delfshaven
46
Delfshaven (deelgemeente)
46
Rotterdam
beide ouders werken
3.1
20%
36
13
11 38
8 31
één van de ouders werkt
8
22
3
35
60%
10 8
29
40%
12
10
57 0%
10
7
39
43
11
7
34
38
Tussendijken
3 29
47
Spangen
17
40 54
Nieuwe Westen
6
24
12 5
8
80%
geen van de ouders werkt
100% onbekend
Samenvatting achtergrondkenmerken
Bij de achtergrondkenmerken vallen de volgende verschillen tussen de wijken op: Onderwijs: In de deelgemeente Delfshaven volgen er gemiddeld meer jongeren onderwijs op vmboniveau dan in heel Rotterdam. Het percentage jongeren dat onderwijs op vmbo-niveau volgt is het hoogst in de wijken Bospolder, Tussendijken en Schiemond. Het percentage jongeren dat havo/vwo volgt, is het hoogst in de wijk Middelland. Etniciteit: Gemiddeld heeft tien procent van de ondervraagde jongeren in de deelgemeente Delfshaven de Nederlandse etniciteit. Dit percentage is het hoogst in de wijken Oud Mathenesse (24%) en Middelland (16%). De meest voorkomende andere etnische herkomsten in de deelgemeente Delfshaven zijn Turks (23%) en Marokkaans (21%). In de wijk Delfshaven is het percentage jongeren met een Surinaamse herkomst relatief groot (26%). In Schiemond zijn er relatief veel jongeren met een Kaapverdiaanse (24%) of Antilliaanse/Arubaanse (13%) etnische herkomst. In Bospolder namen relatief veel jongeren van Turkse herkomst deel aan het onderzoek (35%). Gezinssituatie: In de wijk Delfshaven woont 47% van de jongeren in een tweeoudergezin en 48% in een eenoudergezin. Ook in Schiemond wonen relatief veel jongeren in een eenoudergezin (35%). In het Nieuwe Westen is het percentage jongeren dat opgroeit in een gezin waarin beide biologische (natuurlijke) ouders aanwezig zijn, het hoogst (75%). Arbeidssituatie ouders: In Schiemond en Middelland wonen de meeste jongeren met twee werkende ouders (beide 54%). Het percentage jongeren van wie geen van de ouders werkt, is het grootst in Tussendijken (11%) en Spangen (10%). In Delfshaven heeft een opvallend groot percentage jongeren (22%) aangegeven dat het hen onbekend is of hun ouders werken.
13
4
Probleemgedrag
In dit hoofdstuk worden probleemgedragingen beschreven die te maken hebben met geweld en jeugddelinquentie, roken, alcohol- en drugsgebruik, schoolverzuim, aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag en sociaal-emotionele problemen. In de grafieken worden de percentages jongeren gepresenteerd die aangegeven hebben zich schuldig te hebben gemaakt aan het probleemgedrag of dat dit hen is overkomen. Na de beschrijving en de grafieken van de afzonderlijke probleemgedragingen worden in paragraaf 4.6 de verschillen ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente schematisch in een tabel weergegeven.
4.1
Geweld en jeugddelinquentie
In deze paragraaf wordt ingegaan op probleemgedragingen die onder de noemer ‘geweld’ en ‘jeugddelinquentie’ vallen. Geweld en jeugddelinquentie wordt gemeten aan de hand van ‘deelname’percentages in de laatste 12 maanden. Uit figuur 4.1 valt op dat jongeren uit Spangen het meest aangeven soms tot regelmatig een wapen mee te nemen. Jongeren uit Oud Mathenesse halen de meest zorgelijke percentages op de vragen naar deelname aan een vechtpartij. Jongeren uit Tussendijken en Spangen rapporteren het meest iemand in elkaar geslagen te hebben. Figuur 4.1 Geweld (percentages) 35 30 22
25
20 1918 19 19 18 18 17 17
20 15 10 5
7 6
7 7 3
9
26 25 23 22232222 21 2122
6 7 5 6 1 1
0 neemt soms tot regelmatig een wapen mee Rotterdam Bospolder Nieuw e Westen Schiemond
heeft deelgenomen aan een vechtpartij
heeft iemand in elkaar geslagen
Delfshaven (deelgemeente) Tussendijken Middelland
3
2 1 2 1 1 2 0
heeft iemand bedreigd voor geld
Delfshaven Spangen Oud Mathenesse
De figuren 4.2 en 4.2 (vervolg) geven delinquent gedrag onder de jongeren weer. Delinquent gedrag wordt het meest gerapporteerd door jongeren uit Schiemond. De percentages van de jongeren uit de overige wijken komen overeen met het gemiddelde van de deelgemeente of zijn lager. Uitzondering hierop is het verkopen van gestolen spullen wat relatief veel wordt aangegeven door jongeren uit Bospolder. Het percentage jongeren dat aangeeft ondervraagd te zijn door de politie, is het hoogst in de wijken Bospolder en Oud Mathenesse.
14
Figuur 4.2 Jeugddelinquentie (percentages) 20 18
17
16
15
14
13
12
7
8
8
7
12
13 13
12 10
9
8
7
6
6
13 11
11
10
10
13
9
8
7
7
8
6
5
5
4
3
3
2 0 iets op straat vernield
iets stelen uit winkel
Rotterdam Tussendijken Oud Mathenesse
Delfshaven (deelgemeente) Spangen Schiemond
iets stelen op school
Delfshaven Nieuwe Westen
Bospolder Middelland
Figuur 4.2 (Vervolg) jeugddelinquentie (percentages) 18 15
16
15
14 11
12 10
9
12
11
11
10 9
9
8 5
6 4
3
3
4 3
3
3
4
2
2 0
0 gestolen spullen verkopen Rotterdam Tussendijken Oud Mathenesse
Delfshaven (deelgemeente) Spangen Schiemond
ondervraagd door politie Delfshaven Nieuwe Westen
Bospolder Middelland
15
4.2
(Problematisch) roken, alcohol- en drugsgebruik
Aan de jongeren zijn vragen gesteld over roken, alcohol- en drugsgebruik. De exacte vraagstelling hiervan is na te lezen in bijlage 4. In de figuren 4.3 en 4.3 (vervolg) wordt het gebruik onder de deelnemende jongeren weergegeven. Daarnaast is ook gevraagd naar de hoeveelheid die gebruikt wordt. De percentages over veelvuldig gebruik worden weergegeven in de figuren 4.4 en 4.4 (vervolg). Uit figuren 4.3 en 4.3 (vervolg) kan geconcludeerd worden dat roken en alcoholgebruik in de wijken van Delfshaven evenveel of minder wordt gerapporteerd dan in Rotterdam gemiddeld. Roken wordt het minst gerapporteerd door jongeren uit de wijk Delfshaven, Nieuwe Westen en Schiemond. De jongeren uit Nieuwe Westen geven ook het minst aan alcohol te hebben gedronken. Dit percentage is het hoogst onder jongeren uit de wijken Delfshaven en Tussendijken. Het gemiddelde percentage van jongeren die softdrugs gebruiken komt in de deelgemeente Delfshaven overeen met geheel Rotterdam. Bij de percentages voor de afzonderlijke wijken valt op dat jongeren uit Middelland vaker aangeven softdrugs te gebruiken dan gemiddeld in Delfshaven. Harddrugsgebruik wordt alleen gerapporteerd door jongeren uit de wijk Oud Mathenesse. Dit percentage is hoger dan in Rotterdam gemiddeld. Figuur 4.3 Middelengebruik in de afgelopen maand (percentages) 30 25 20 15
15
13
12
10
7 4
5
7
6 2
3
4 2
9
8
11 11 11 8
8
7 2
2
2
3
5 2
0 roken Rotterdam Tussendijken Oud Mathenesse
alcohol Delfshaven (deelgemeente) Spangen Schiemond
3 0
1
2
0
softdrugs (hash, marijuana)
Delfshaven Nieuwe Westen
Bospolder Middelland
Figuur 4.3 (Vervolg) middelengebruik in de afgelopen maand (percentages) 2,0 1,6 1,6
1,2
0,8
0,4
0,3 0,1
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
harddrugs (cocaïne, heroïne, speed) Rotterdam Tussendijken Oud Mathenesse
Delfshaven (deelgemeente) Spangen Schiemond
Delfshaven Nieuwe Westen
Bospolder Middelland
16
In figuren 4.4 en 4.4 (vervolg) wordt het veelvuldig middelengebruik onder jongeren uit Delfshaven aangegeven. Jongeren uit de wijk Delfshaven en Spangen geven het meest aan veelvuldig te roken. Veelvuldig alcoholgebruik en bingedrinking worden het meest gerapporteerd door jongeren uit Middelland. Ook jongeren uit Schiemond halen relatief hoge percentages op bingedrinking. Alleen in de wijk Spangen zijn er jongeren die aangeven meer dan één keer per week softdrugs te gebruiken. Figuur 4.4 Veelvuldig middelengebruik in de afgelopen maand (percentages) 3,0 2,5 2,1
2,0
1,9 1,7
1,5
1,5
1,5
1,2
1,0
0,9
0,7 0,6
0,4
0,5 0,0 0,0
0,0
0,0
0,0 0,0
0,5
0,5
0,5
0,3 0,0 0,0 0,0
roken: > 10 sigaretten per dag
0,9
0,0
0,0 0,0
alcohol: > 10 keer per maand
0,0
0,0
0,0
0,0
bingedrinking: > 3 keer ≥ 5 glazen in de afgelopen 2 weken
Rotterdam
Delfshaven (deelgemeente)
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud-Matthenesse
Schiemond
Figuur 4.4 (Vervolg) veelvuldig middelengebruik in de afgelopen maand (percentages) 3,0
2,5
2,0
1,5 1,0
1,0
0,5
0,3
0,2 0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
0,0
softdrugs: > 1 keer per week Rotterdam
Delfshaven (deelgemeente)
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud-Matthenesse
Schiemond
17
4.3
Schoolverzuim
Aan de jongeren is gevraagd of zij de afgelopen vier weken gespijbeld hebben. In figuur 4.5 wordt het schoolverzuim weergegeven. In Delfshaven heeft gemiddeld zeven procent van de jongeren in de afgelopen vier weken gespijbeld. Schoolverzuim wordt het meest gerapporteerd door jongeren uit Oud Mathenesse en Schiemond, het minst onder jongeren uit Bospolder. Figuur 4.5 Schoolverzuim (percentages) 14 11
12
9
10 8
7
7
7
7
7
6
6
6
4 4 2 0 gespijbeld in de afgelopen 4 weken Rotterdam
Delfshaven (deelgemeente)
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
18
4.4
Aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag
Probleemgedrag, gerelateerd aan seksualiteit, is gemeten aan de hand van vier indicatoren. De percentages van jongeren die op deze indicatoren scoren, worden weergegeven in de figuur 4.6 en 4.6 (vervolg). Het percentage jongeren dat aangeeft wel eens onveilig gevreeën te hebben of dit in ieder geval niet uitsluit, is het hoogst onder jongeren uit Schiemond, Middelland en Oud Mathenesse. Jongeren uit Spangen en Nieuwe Westen geven het meest aan niet altijd een condoom te gebruiken. Seksueel misbruik is geen probleemgedrag, maar wordt hier genoemd omdat het gerelateerd is aan seksueel gedrag. Seksueel misbruik wordt het meest gerapporteerd door jongeren uit de wijk Delfshaven. Bij de vraag naar zwanger zijn of iemand zwanger hebben gemaakt, zijn er geen opvallende percentages onder de afzonderlijke wijken. Figuur 4.6 Percentage jongeren met aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag 70 60 50 40
40
33
30 20
19
18 13
13
10
10
12
18
21
22
23
20
20
20
13
8
8 0
0 sluit onveilig vrijen niet uit of heeft dit wel eens gedaan Rotterdam Tussendijken Oud Mathenesse
Delfshaven (deelgemeente) Spangen Schiemond
0
gebruikt niet altijd condoom Delfshaven Nieuwe Westen
Bospolder Middelland
Figuur 4.6 (Vervolg) percentage jongeren met aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag 8
6
4
3 2
2
2
2 1
1
2 1
1
0
2
0
1
2 1
0
1
2
1 0
0 is ooit seksueel misbruikt
Rotterdam Tussendijken Oud Mathenesse
Delfshaven (deelgemeente) Spangen Schiemond
zw anger gew eest of iemand zw anger gemaakt
Delfshaven Nieuwe Westen
Bospolder Middelland
19
4.5
Sociaal-emotionele problemen
De aanwezigheid van sociaal-emotionele problemen is onderzocht aan de hand van de Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ). De SDQ is een (internationale) vragenlijst van 25 items, die betrekking heeft op emotionele symptomen, gedragsproblemen, hyperactief gedrag, sociale vaardigheden en relaties tussen jongeren. De stellingen in de vragenlijst zijn bedoeld voor jongeren tussen de elf en zestien jaar (www.sdqinfo.com). Een totaalscore kan berekend worden uit de antwoorden op de vragen over emotionele symptomen, gedragsproblemen, hyperactief gedrag en problemen op het gebied van relaties tussen jongeren (variërend van 0-40). Bij jongeren die boven de 17 scoren, is sprake van een zorgelijke score op de SDQ (zie figuur 4.7). Jongeren met een zorgelijke score, hebben een score die vergelijkbaar is met kinderen die hulpverlening ontvangen. Van alle ondervraagde schoolgaande jongeren uit Delfshaven heeft negen procent een zorgelijke totaalscore op de SDQ. Onder de jongeren uit Tussendijken en Schiemond is het percentage jongeren met sociaal-emotionele problemen het hoogst. De minste zorgelijke scores op de SDQ hebben de jongeren uit het Nieuwe Westen. Figuur 4.7 Percentage jongeren met een zorgelijke totaalscore op de SDQ 16 14 11
12 10 8
11
12
12
9
10
10
8
8
6
6 4 2 0 zorgelijke totaalscore op de SDQ (percentages) Rotterdam Tussendijken
Delfshaven (deelgemeente) Spangen
Oud Mathenesse
Schiemond
Delfshaven Nieuwe Westen
Bospolder Middelland
20
4.6
Tabel met probleemgedrag per wijk
In onderstaande tabel is weergegeven hoe vaak de jongeren uit een bepaalde wijk positief of negatief afwijken van het gemiddelde van de deelgemeente. Het aantal plussen en minnen geeft het aantal items aan waarop gunstig dan wel ongunstig is gescoord per probleemgedraging. In bijlage 2 is dezelfde tabel weergegeven, waarbij expliciet wordt vermeld op welke items binnen een probleemgedraging gunstig dan wel ongunstig is gescoord. Wanneer er niets staat is er geen opvallende afwijking van het gemiddelde van de deelgemeente. Tabel 4.1 Probleemgedrag per wijk Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
geweld
4 items
-
--
-
5 items
jeugddelinquentie
4 items
problematisch middelengebruik
4 items
veelvuldig middelengebruik
--+
-
-
++
-
+
-
---
-
--
--
-
schoolverzuim
4 items
aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag
1 totaalscore
sociaalemotionele problemen
-
+
-
1 item
-
-
-
-
-
-
-
-
21
4.7
Samenvatting
Bij de beschrijving van de probleemgedragingen vallen de volgende verschillen tussen wijken op: Geweld: Jongeren uit Spangen geven het meest aan soms tot regelmatig een wapen mee te nemen. Jongeren uit Oud Mathenesse halen de meest zorgelijke percentages op de vragen naar deelname aan een vechtpartij. Jongeren uit Tussendijken en Spangen rapporteren het meest iemand in elkaar geslagen te hebben. Jeugddelinquentie: Delinquent gedrag wordt het meest gerapporteerd door jongeren uit Schiemond. Het verkopen van gestolen spullen wordt relatief veel aangegeven door jongeren uit Bospolder. Het percentage jongeren dat aangeeft ondervraagd te zijn door de politie is het hoogst in de wijken Bospolder en Oud Mathenesse. Roken, alcohol, drugs: Roken wordt het minst gerapporteerd door jongeren uit de wijk Delfshaven, Nieuwe Westen en Schiemond. De jongeren uit het Nieuwe Westen geven ook het minst aan alcohol te hebben gedronken. Het meest wordt aangegeven alcohol gedronken te hebben door jongeren uit de wijken Delfshaven en Tussendijken. Jongeren uit Middelland geven vaker aan softdrugs te gebruiken dan gemiddeld in Delfshaven. Harddrugsgebruik wordt alleen gerapporteerd door jongeren uit de wijk Oud Mathenesse. Dit percentage is hoger dan in Rotterdam gemiddeld. Veelvuldig roken, alcohol, drugs: Jongeren uit de wijk Delfshaven en Spangen geven het meest aan veelvuldig te roken. Veelvuldig alcoholgebruik en bingedrinking worden het meest gerapporteerd door jongeren uit Middelland en Schiemond. Alleen in de wijk Spangen zijn er jongeren die aangeven meer dan één keer per week softdrugs te gebruiken. Schoolverzuim: Schoolverzuim wordt het meest gerapporteerd door jongeren uit Oud Mathenesse en Schiemond, het minst onder jongeren uit Bospolder. Aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag: Het percentage jongeren dat aangeeft wel eens onveilig gevreeën te hebben of dit in ieder geval niet uitsluit, is het hoogst onder jongeren uit Schiemond, Middelland en Oud Mathenesse. Jongeren uit Spangen en Nieuwe Westen geven het meest aan niet altijd een condoom te gebruiken. Sociaal-emotionele problemen: Onder de jongeren uit Tussendijken en Schiemond is het percentage jongeren met sociaal-emotionele problemen het hoogst. De minste zorgelijke scores op de SDQ hebben de jongeren uit het Nieuwe Westen.
22
5
Risico- en beschermende factoren: het gemiddelde van de deelgemeente
5.1
Inleiding
Juist om te kijken hoe wijken preventief jeugdbeleid kunnen maken, is gekeken naar hoe ze scoren op onderliggende factoren. De factoren liggen ten grondslag aan probleemgedrag van jongeren en verdienen daarom beleidsmatige aandacht. De scores op de verschillende risico- en beschermende factoren variëren van 0 tot 100. Om deze zogenaamde 'ruwe scores' (van 0 tot 100) op de verschillende factoren te kunnen interpreteren, is er vergelijking met scores van andere gebieden op de factoren nodig. Deze vergelijking is echter niet mogelijk aan de hand van de ruwe scores, omdat de ruwe scores beïnvloed worden door de eigenschappen van een factor. Het is daarom van belang de ruwe scores zo aan te passen dat vergelijking wel mogelijk is. Om deze reden is ervoor gekozen om in dit rapport de scores op de risico- en beschermende factoren te presenteren in zogeheten z-scores. Een z-score, is een gestandaardiseerde statistische meeteenheid die het mogelijk maakt om de resultaten van verschillende risico- en beschermende factoren te vergelijken, zelfs wanneer de oorspronkelijke `schalen' (lees: factoren) onderling afwijkende eigenschappen hebben (zoals een afwijkend minimum of maximum schaalwaarde of een afwijkend aantal schaalpunten). Dit houdt in dat de gemiddelde score op een bepaalde factor - of deze nu ligt op 65 of op 23 - wordt omgerekend naar de waarde 0. In dit hoofdstuk is deze 'nullijn' het gemiddelde van de deelgemeente. De scores van de afzonderlijke wijken worden vervolgens op dezelfde manier berekend en vergeleken met deze nullijn. Het berekenen van z-scores houdt ook in dat de gerapporteerde afwijkingen in vrijwel alle gevallen een waarde hebben tussen de -2,0 en de +2,0. Deze wijze van rapporteren is conform de wensen van de landelijke projectgroep CtC en is in overeenstemming met de wijze waarop in de VS naar de gegevens uit jongerenonderzoeken als CtC wordt gekeken. In de VS worden z-scores met afwijkingen van tenminste +0,25 of -0,25 als ‘opmerkelijk of betekenisvol' beschouwd. In de praktijk is gebleken dat als richtlijn voor de grenswaarde meestal +0,15 en -0,15 wordt aangehouden. In dit rapport zullen alleen de z-scores buiten deze grenswaarden beschreven worden. In de volgende paragrafen worden de resultaten over de risico- en beschermende factoren per domeingebied gepresenteerd, namelijk Gezin, School, Kinderen en Jongeren en Wijk. In de paragrafen 5.2 tot en met 5.5 worden per domein de scores op de verschillende risico- en beschermende factoren weergegeven voor de wijken in de deelgemeente Delfshaven. Daarbij geldt dat hoe hoger de score is, hoe sterker de factor in de desbetreffende wijk aanwezig is. Gaat het om een risicofactor dan moet een hoge positieve score negatief worden geïnterpreteerd; gaat het echter om een beschermende factor dan is een hoge positieve score gunstig. Tenslotte wordt in paragraaf 5.6 een tabel gepresenteerd met daarin voor iedere factor en voor iedere wijk schematisch weergegeven of de score afwijkend is en of deze afwijking ‘gunstig’ of ‘opmerkelijk gunstig’, ‘ongunstig’ of ‘opmerkelijk ongunstig’ is. Voor de lezer die naast de scores ook inzicht wil in de percentages van gegeven antwoorden op de losse vragen, is in bijlage 3 een tabel met de frequenties op alle losse vragen opgenomen. Daarin worden de percentages voor de afzonderlijke wijken als voor de totale ondervraagde groep in de deelgemeente weergegeven.
23
5.2
Domein Gezin
De drie risicofactoren in het domein Gezin zijn: 'geschiedenis van problemen thuis' (een gezin met een verleden van alcohol-, of drugsverslaving, of criminaliteit), 'problemen met gezinsmanagement' (dat betekent dat er geen duidelijk beeld bestaat van gewenst gedrag, dat ouders hun kinderen onvoldoende in de gaten houden en begeleiden en dat ouders excessieve of inconsequente straffen opleggen) en 'conflicten in het gezin' (voortdurende en grote conflicten tussen hoofdverzorgers onderling of tussen hoofdverzorgers en kinderen). De drie beschermende factoren in dit domein zijn: 'hechtingssterkte gezin' (samen dingen ondernemen en het praten over problemen), 'mogelijkheden voor positieve betrokkenheid' (de kans om positief of sociaal wenselijk gedrag te vertonen) en 'beloningen voor positieve betrokkenheid' (beloningen voor positief gedrag). Risicofactoren Uit figuur 5.1-a blijkt dat bij de factor ‘geschiedenis van probleemgedrag in het gezin’ geen van de wijken een score boven of onder de 0,15 heeft gehaald. Op deze factor zijn er dus geen verschillen met het gemiddelde van de deelgemeente. Op de factor ‘problemen met gezinsmanagement scoren de jongeren uit Tussendijken gunstig, maar jongeren uit Schiemond ongunstig en uit Oud Mathenesse opmerkelijk ongunstig. Op de factor ‘conflicten in het gezin’ scoren alleen de jongeren uit de wijk Delfshaven ongunstig. Figuur 5.1-a Risicofactoren in het domein Gezin; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,35 0,25 0,15 0,05 -0,05 -0,15 -0,25 -0,35 geschiedenis van probleemgedrag in het gezin
problemen met gezinsmanagement
conflicten in het gezin
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
Beschermende factoren Op de beschermende factor ‘hechtingssterkte gezin’ binnen het domein Gezin zijn geen afwijkingen te zien van de wijken ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente (zie figuur 5.1-b). Op de factor ‘mogelijkheden voor positieve betrokkenheid’ laten alleen de jongeren uit Oud Mathenesse een ongunstige score zien. Op de factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’ laten zowel de jongeren uit Schiemond als uit Oud Mathenesse een ongunstige score zien, waarbij de laatste opmerkelijk ongunstig.
24
Figuur 5.1-b Beschermende factoren in het domein Gezin; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,40 0,30 0,20 0,10 0,00 -0,10 -0,20 -0,30 -0,40 hechtingssterkte gezin
5.3
mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
beloningen voor positieve betrokkenheid
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
Domein School
Binnen het domein School wordt gekeken naar de risicofactor ‘leerachterstanden’. Beschermende factoren behorend bij dit domein zijn: ‘mogelijkheden voor positieve betrokkenheid’ en ‘beloning voor positieve betrokkenheid’. Een voorbeeld van een vraag behorend bij de factor ‘beloning voor positieve betrokkenheid’ is: ‘Als ik hard werk krijg ik een complimentje van de leraar’. Risicofactoren Op de risicofactor ‘leerachterstanden’ halen alleen de jongeren uit Schiemond een ongunstige score (zie figuur 5.2-a). Figuur 5.2-a Risicofactor in het domein School; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,40 0,30 0,20 0,10 0,00 -0,10 -0,20 -0,30 -0,40 leerachterstanden
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
25
Beschermende factoren Van de beschermende factor ‘mogelijkheden voor positieve betrokkenheid’ binnen het domein School wijken alleen de jongeren uit de wijk Delfshaven af van het gemiddelde van de deelgemeente. Dit is een afwijking in gunstige richting. Op de factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’ scoren de jongeren uit Tussendijken ongunstig. De jongeren uit de overige wijken scoren overeenkomstig het gemiddelde van de deelgemeente (zie figuur 5.2-b). Figuur 5.2-b Beschermende factoren in het domein School; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,40 0,30 0,20 0,10 0,00 -0,10 -0,20 -0,30 -0,40 mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
beloningen voor positieve betrokkenheid
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
26
5.4
Domein Kinderen en Jongeren
Binnen het domein Kinderen en Jongeren worden acht risicofactoren gemeten: 'Vervreemding en opstandigheid' (zich niet houden aan regels of het aannemen van een actief rebellerende houding tegenover de maatschappij), 'betrokkenheid jeugdbende', 'op jonge leeftijd antisociaal gedrag vertonen' (hoe eerder kinderen probleemgedrag vertonen, hoe groter de kans is dat dit later wordt voortgezet), 'vroegtijdig begin alcohol- en drugsgebruik', 'positieve houding ten opzichte van alcoholen drugsgebruik' (grote tolerantie t.a.v. drugs en alcohol), 'positieve houding ten opzichte van antisociaal gedrag' (grote tolerantie t.a.v. antisociaal gedrag), 'omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen' en 'omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken'. De twee beschermende factoren binnen dit domein zijn: 'gezonde opvattingen en duidelijke normen' (beschikt de jongere over duidelijke normen omtrent wenselijk gedrag) en 'religie' (religieuze betrokkenheid van de jongere). Risicofactoren In figuur 5.3-a en 5.3-a (vervolg) worden de afwijkingen van de jongeren uit de verschillende wijken ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente Delfshaven weergegeven. Op de factoren ‘vervreemding en opstandigheid’ en ‘betrokkenheid bij jeugdbende’ worden geen afwijkende scores gevonden. De meest ongunstig scorende jongeren binnen dit domein komen uit de wijken Oud Mathenesse en Schiemond. De jongeren uit Oud Mathenesse vallen vooral op met een opmerkelijk ongunstige score op ‘vroeg begin van alcohol- en drugsgebruik’, ‘positieve houding ten aanzien van antisociaal gedrag’ en ‘omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken’. De jongeren uit Schiemond scoren opmerkelijk ongunstig op de factor ‘positieve houding ten aanzien van alcohol en drugs’. Daarnaast scoren de jongeren uit beide wijken op verschillende andere factoren ook ongunstig, maar niet opmerkelijk. De jongeren uit Middelland scoren op twee factoren ongunstig. Binnen dit domein zijn ook enkele gunstig afwijkende scores. Jongeren uit Tussendijken scoren gunstig op ‘positieve houding ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik’ en ‘positieve houding ten aanzien van antisociaal gedrag’. Jongeren uit Bospolder scoren ook gunstig op ‘positieve houding ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik’. Jongeren uit Delfshaven halen een gunstige score op ‘omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken’. Figuur 5.3-a Risicofactoren in het domein Kinderen en Jongeren; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,50 0,40 0,30 0,20 0,10 0,00 -0,10 -0,20 -0,30 -0,40 -0,50 vervreemding en opstandigheid
betrokkenheid bij een jeugdbende
vroeg begin van antisociaal gedrag
vroeg begin van alcohol- en drugsgebruik
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
27
Figuur 5.3-a (Vervolg) risicofactoren in het domein Kinderen en Jongeren;z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,40 0,30 0,20 0,10 0,00 -0,10 -0,20 -0,30 -0,40 positieve houding van jongeren t.a.v. alcohol- en drugsgebruik
positieve houding van jongeren t.a.v. antisociaal gedrag
omgang met vrienden die omgang met vrienden die alcohol en drugs antisociaal gedrag gebruiken vertonen
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
Beschermende factoren Op de beschermende factor ‘gezonde opvattingen en duidelijke normen’ zijn er alleen ongunstig afwijkende scores. De jongeren uit Schiemond en Oud Mathenesse wijken opmerkelijk ongunstig af van het gemiddelde van de deelgemeente, de jongeren uit Middelland ongunstig maar niet opmerkelijk. De tweede beschermende factor binnen het domein Kinderen en Jongeren is ‘religie’. Deze is gemeten aan de hand van de vraag:’ Hoe belangrijk is het geloof voor jou?’. Voor jongeren uit Oud Mathenesse en Schiemond is religie minder belangrijk dan gemiddeld in de deelgemeente Delfshaven (zie figuur 5.3-b). Figuur 5.3-b Beschermende factoren in het domein Kinderen en Jongeren; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,40 0,30 0,20 0,10 0,00 -0,10 -0,20 -0,30 -0,40 gezonde opvattingen en duidelijke normen
religie
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
28
5.5
Domein Wijk
Binnen het domein Wijk worden drie risicofactoren gemeten: 'gebrek aan binding in de wijk' (weinig aansluiting met de wijk), 'gebrek aan organisatie in de wijk' (veel rommel, veel graffiti, veel misdaad) en 'normen die antisociaal gedrag bevorderen' (normen t.a.v. drugsgebruik, geweld of criminaliteit ontbreken). De beschermende factoren binnen dit domein zijn: 'mogelijkheden voor positieve betrokkenheid' (mogelijkheden om binnen hun buurt positief of sociaal wenselijk gedrag te vertonen) en ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’. Een voorbeeld van een vraag behorend bij de laatste factor is:’In de buurt waar ik woon, wonen mensen die mij aanmoedigen om mijn best te doen’. Risicofactoren Binnen het domein Wijk worden verschillende afwijkingen ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente gevonden. Op de factor ‘gebrek aan binding in de wijk’ scoren jongeren uit Delfshaven ongunstig en uit Oud Mathenesse opmerkelijk ongunstig, maar uit Spangen gunstig. Op de factor ‘gebrek aan organisatie in de wijk’ halen de jongeren uit Schiemond een ongunstige score en uit Middelland een opmerkelijk ongunstige score. Jongeren uit de wijk Delfshaven scoren op deze factor gunstig. Van de factor ‘normen die antisociaal gedrag bevorderen’ wijken de schoolgaande jongeren uit Bospolder gunstig af en uit Oud Mathenesse ongunstig. Figuur 5.4-a Risicofactoren in het domein Wijk; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,60 0,40 0,20 0,00 -0,20 -0,40 -0,60 gebrek aan binding in de wijk
gebrek aan organisatie in de wijk
normen die antisociaal gedrag bevorderen
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
29
Beschermende factoren Uit figuur 5.4-b blijkt dat alleen de jongeren uit Oud Mathenesse afwijkende scores halen op de beschermende factoren binnen het domein Wijk. Op beide factoren is dit een ongunstige afwijking waarbij op de factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’ opmerkelijk ongunstig. Figuur 5.4-b Beschermende factoren in het domein Wijk; z-score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente 0,40 0,20 0,00 -0,20 -0,40 mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
beloningen voor positieve betrokkenheid
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
30
5.6
Tabel met factoren per wijk 5 Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
--
+
problemen gezinsmanagement
-
conflicten in gezin
mogelijkheden positieve betrokkenheid beloningen positieve betrokkenheid
-
--
mogelijkheden voor positieve betrokkenheid beloningen voor positieve betrokkenheid
-
beschermende factoren
+
domein School
leerachterstanden
ris. fact.
-
beschermende factoren
hechtingssterkte gezin
domein Gezin
-
risicofactoren
geschiedenis van probleemgedrag in gezin
vervreemding en opstandigheid betrokkenheid bij jeugdbende
-
vroeg begin antisociaal gedrag
--
-
+
---
+
-
+ -
+
--
-
--
religie
--
+
-
-
--
+
gebrek aan organisatie in wijk normen die antisociaal gedrag bevorderen mogelijkheden voor positieve betrokkenheid beloningen voor positieve betrokkenheid
beschermende factoren
-
+
domein Wijk
--
gebrek aan binding in wijk risicofactoren
-
gezonde opvattingen en duidelijke normen
-
beschermende factoren
--
vroeg begin alcohol- en drugsgebruik positieve houding t.a.v. alcoholen drugsgebruik positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen
risicofactoren
--
domein Kinderen en Jongeren
-
5
In de tabel zijn de volgende symbolen gebruikt: + = gunstige afwijking t.o.v. het gemiddelde van de deelgemeente; ++ = opmerkelijk gunstige afwijking t.o.v. het gemiddelde van de deelgemeente; - = ongunstige afwijking t.o.v. het gemiddelde van de deelgemeente; -- = opmerkelijk ongunstige afwijking t.o.v. het gemiddelde van de deelgemeente
31
5.7
Samenvatting
Hieronder wordt weergegeven van welke wijken de scores opvallend afwijken van het gemiddelde van de deelgemeente. Per domein vindt u eerst een opsomming van de opvallendste scores op de risicofactoren en vervolgens op de beschermende factoren. Domein Gezin Risicofactoren: Op de factor ‘geschiedenis van probleemgedrag in het gezin’ zijn er geen verschillen met het gemiddelde van de deelgemeente. Op de factor ‘problemen met gezinsmanagement scoren de jongeren uit Tussendijken gunstig, maar jongeren uit Schiemond ongunstig en uit Oud Mathenesse opmerkelijk ongunstig. Op de factor ‘conflicten in het gezin’ scoren alleen de jongeren uit de wijk Delfshaven ongunstig. Beschermende factoren: Op de beschermende factor ‘hechtingssterkte gezin’ zijn er geen afwijkende scores. Op de factor ‘mogelijkheden voor positieve betrokkenheid’ laten alleen de jongeren uit Oud Mathenesse een ongunstige score zien. Op de factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’ laten zowel de jongeren uit Schiemond als uit Oud Mathenesse een ongunstige score zien, waarbij de laatste opmerkelijk ongunstig. Domein School Risicofactoren: Op de risicofactor ‘leerachterstanden’ scoren alleen de jongeren uit Schiemond ongunstig. Beschermende factoren: Op de factor ‘mogelijkheden voor positieve betrokkenheid’ scoren alleen de jongeren uit de wijk Delfshaven afwijkend. Dit is een afwijking in gunstige richting. Op de factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’ scoren de jongeren uit Tussendijken ongunstig. Domein Kinderen en Jongeren Risicofactoren: De meest ongunstig scorende jongeren binnen dit domein komen uit de wijken Oud Mathenesse en Schiemond. De jongeren uit Oud Mathenesse vallen vooral op met een opmerkelijk ongunstige score op ‘positieve houding ten aanzien van antisociaal gedrag’ en ‘omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken’. De jongeren uit Schiemond scoren opmerkelijk ongunstig op de factor ‘positieve houding ten aanzien van alcohol en drugs’. De jongeren uit Middelland scoren op twee factoren ongunstig. Jongeren uit Tussendijken, Bospolder en Delfshaven scoren een enkele keer gunstig. Beschermende factoren: Op de factor ‘gezonde opvattingen en duidelijke normen’ zijn er alleen ongunstig afwijkende scores. De jongeren uit Schiemond en Oud Mathenesse wijken opmerkelijk ongunstig af van het gemiddelde van de deelgemeente, de jongeren uit Middelland ongunstig maar niet opmerkelijk. Voor jongeren uit Oud Mathenesse en Schiemond is religie minder belangrijk dan gemiddeld in de deelgemeente Delfshaven. Domein Wijk Risicofactoren: Op de factor ‘gebrek aan binding in de wijk’ scoren jongeren uit Delfshaven ongunstig en uit Oud Mathenesse opmerkelijk ongunstig, maar uit Spangen gunstig. Op de factor ‘gebrek aan organisatie in de wijk’ halen de jongeren uit Schiemond een ongunstige score en uit Middelland een opmerkelijk ongunstige score. Jongeren uit de wijk Delfshaven scoren op deze factor gunstig. Van de factor ‘normen die antisociaal gedrag bevorderen’ wijken de schoolgaande jongeren uit Bospolder gunstig af en uit Oud Mathenesse ongunstig. Beschermende factoren: Alleen de jongeren uit Oud Mathenesse halen afwijkende scores op de twee beschermende factoren binnen het domein Wijk. Op beide factoren is dit een ongunstige afwijking waarbij op de factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’ opmerkelijk ongunstig.
32
6 Resultaten eerdere CtC-meting In dit hoofdstuk wordt een vergelijking gemaakt tussen de in dit rapport gepresenteerde resultaten uit schooljaar 2008-2009 en de resultaten van het CtC-onderzoek in 2006-2007. De resultaten worden vergeleken op het niveau van de ruwe scores. Dit zijn de scores van 0-100 op de beschermende en risicofactoren. In tabellen 6.1 tot en met 6.8 worden de ruwe scores uit beide schooljaren weergegeven. De scores uit 2006-2007 zijn afkomstig uit het in 2008 verschenen rapport 6 . Bij de risicofactoren geldt: hoe hoger de score, des te ongunstiger, en bij de beschermende factoren: hoe hoger de score, des te gunstiger. Tabel 6.1 Ruwe scores op de risicofactoren binnen het domein Gezin geschiedenis problemen van probleemgezinsgedrag in gezin management deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
conflicten in gezin
06-07 12 15
08-09 12 14
06-07 22 22
08-09 22 21
06-07 25 25
08-09 24 23
18 19 12 16 14 16 19 17
18 18 12 14 12 15 14 17
20 20 19 21 21 25 26 24
19 19 18 21 20 23 25 24
33 25 23 22 25 28 23 24
29 25 23 23 22 22 22 24
Tabel 6.2 Ruwe scores op de beschermende factoren binnen het domein Gezin hechtingssterkte mogelijkheden beloningen voor gezin voor positieve positieve betrokkenheid betrokkenheid deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
06-07 77 76
08-09 78 80
06-07 70 69
08-09 70 70
06-07 78 79
08-09 79 79
72 79 72 78 77 74 74 79
79 79 78 79 81 79 79 80
63 71 67 72 70 68 66 68
72 72 70 69 71 70 67 72
76 81 77 81 80 74 75 80
80 82 78 78 82 80 74 75
6
van Aalst, M., Roorda, W. (2008). Scholierenrapportage Communities that Care. Deelgemeente Centrumraad Rotterdam. Amsterdam: DSP-groep.
33
Tabel 6.3 Ruwe scores op de risicofactoren binnen het domein School leerachterstanden deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
06-07 46 47
08-09 45 45
49 48 44 45 47 49 51 45
47 43 44 46 44 45 46 49
Tabel 6.4 Ruwe scores op de beschermende factoren binnen het domein School mogelijkheden beloningen voor voor positieve positieve betrokkenheid betrokkenheid deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
06-07 55 55
08-09 57 57
06-07 62 62
08-09 63 64
54 57 58 54 55 56 55 55
60 57 55 56 57 60 58 57
63 62 61 62 62 61 58 63
65 65 60 64 65 63 61 64
Tabel 6.5 Ruwe scores op de risicofactoren binnen het domein Kinderen en Jongeren vervreemding en betrokkenheid bij vroeg begin opstandigheid jeugdbende antisociaal gedrag deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
vroeg begin alcohol- en drugsgebruik
06-07 37 38
08-09 38 39
06-07 5 6
08-09 3 3
06-07 20 20
08-09 20 19
06-07 13 10
08-09 11 8
35 40 36 38 38 40 39 37
38 38 38 38 38 41 41 40
7 5 4 7 4 8 7 7
1 4 3 5 2 4 4 1
20 20 18 19 19 22 23 21
21 19 18 19 18 20 23 22
11 10 9 8 9 13 13 10
8 6 7 8 6 9 13 9
34
Tabel 6.5 (Vervolg) ruwe scores op de risicofactoren binnen het domein Kinderen en Jongeren positieve positieve omgang met omgang met houding t.a.v. houding t.a.v. vrienden die vrienden die alcohol- en antisociaal alcohol en drugs antisociaal drugsgebruik gedrag gebruiken gedrag vertonen deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
06-07 17 14
08-09 15 12
06-07 25 24
08-09 27 23
06-07 13 11
08-09 14 11
06-07 9 11
08-09 11 11
13 15 12 13 15 16 14 14
15 9 9 11 10 15 14 16
21 27 21 25 24 24 24 25
21 22 20 23 23 26 29 28
12 11 10 7 11 13 16 10
7 10 12 10 9 14 15 13
11 12 10 11 11 9 12 12
11 12 12 13 9 13 14 11
Tabel 6.6 Ruwe scores op de beschermende factoren binnen het domein Kinderen en Jongeren gezonde religie opvattingen en duidelijke normen deelgemeente 06-07 08-09 06-07 08-09 Rotterdam 65 62 76 77 Delfshaven 65 64 83 84 (deelgemeente) Delfshaven 65 65 72 81 Bospolder 66 66 87 87 Tussendijken 65 64 85 87 Spangen 66 66 83 83 Nieuwe Westen 66 66 84 85 Middelland 64 62 81 83 Oud Mathenesse 61 60 77 78 Schiemond 63 59 80 79 Tabel 6.7 Ruwe scores op de risicofactoren binnen het domein Wijk gebrek aan gebrek aan binding in de wijk organisatie in de wijk deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
06-07 29 27
08-09 27 28
06-07 30 35
08-09 31 34
27 26 32 22 28 27 39 26
33 26 28 23 29 29 43 31
24 36 35 40 35 38 30 32
30 33 34 35 32 40 31 40
normen die antisociaal gedrag bevorderen 06-07 08-09 34 34 35 35 34 30 36 38 34 37 37 38
37 31 34 37 34 35 39 36
35
Tabel 6.8 Ruwe scores op de beschermende factoren binnen het domein Wijk 7 mogelijkheden voor positieve betrokkenheid deelgemeente Rotterdam Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven Bospolder Tussendijken Spangen Nieuwe Westen Middelland Oud Mathenesse Schiemond
06-07 46 45
08-09 48 47
50 51 44 46 43 42 39 45
44 47 47 49 46 47 41 47
7
Om onduidelijke reden is in het rapport over 2006-2007 niet gerapporteerd over de beschermende factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid. Een vergelijking van deze factor met 2006-2007 is dan ook niet mogelijk, en dus ook niet opgenomen in tabel 6.8.
36
7
Samenvatting en conclusies per wijk
In dit hoofdstuk worden eerst de achtergrondvariabelen en de probleemgedragingen van de deelgemeente Delfshaven afgezet tegen de resultaten die in Rotterdam als geheel behaald zijn. Deze gegevens zijn ontleend aan het CtC-rapport over geheel Rotterdam. Vervolgens worden de meest opvallende achtergrondkenmerken en de belangrijkste bevindingen voor de verschillende wijken samengevat. De wijken worden hierbij onderling met elkaar vergeleken en met het gemiddelde van de gehele deelgemeente. Bij de interpretatie dient gerealiseerd te worden dat de gegevens zijn verzameld onder de schoolgaande brug- en derdeklassers uit de deelgemeente. Jongeren die niet naar school gaan, of elders buiten het werkgebied van de GGD Rotterdam-Rijnmond naar school gaan, zijn niet in de analyses meegenomen.
7.1
Deelgemeente Delfshaven
In de deelgemeente Delfshaven wijken de achtergrondkenmerken onderwijs, etnische herkomst en arbeidssituatie af van het Rotterdamse gemiddelde. Het percentage jongeren dat onderwijs volgt op het vmbo, is relatief hoog. Er hebben relatief minder Nederlandse jongeren deelgenomen aan het onder, maar meer jongeren met de Marokkaanse, Turkse of Kaapverdiaanse etniciteit. Het percentage jongeren van wie beide ouders werken ligt relatief laag in deze deelgemeente. Op de vragen naar probleemgedrag halen de jongeren uit Delfshaven op vijf items een gunstiger percentage dan voor geheel Rotterdam geldt. Op geen enkel onderwerp zijn de percentages ongunstiger. Jongeren uit Delfshaven geven minder aan op straat te vernielen; ze roken en drinken minder en onveilig vrijen wordt minder gerapporteerd. Binnen de domeinen Gezin en School wijken de jongeren niet af van zowel de risico- als beschermende factoren. Binnen het domein Kinderen en Jongeren wijken de jongeren gunstig af van de factoren ‘vroeg begin alcohol- en drugsgebruik’, ‘positieve houding ten aanzien van drugs’, ’positieve houding ten aanzien van antisociaal gedrag en ‘omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken’. Op de beschermende factor ‘religie’ wordt een opmerkelijk hoge score gehaald. De enige ongunstig afwijkende score van jongeren in Delfshaven wordt behaald op de risicofactor ‘gebrek aan organisatie in wijk’.
7.2
Delfshaven
De wijk Delfshaven wijkt wat achtergrondkenmerken betreft redelijk af van de overige wijken. Het percentage jongeren met een Surinaamse herkomst is relatief groot. In deze wijk woont slechts 47% van de jongeren in een tweeoudergezin met beide biologische (natuurlijke) ouders. Een opvallend groot percentage jongeren (22%) in deze wijk heeft aangegeven dat het hen onbekend is of hun ouders werken. Wat betreft de probleemgedragingen vallen de jongeren uit de wijk Delfshaven weinig op. Bij de vragen naar problematisch middelengebruik vallen zij op doordat zij vaker dan gemiddeld aangegeven in de vier weken voorafgaand aan het onderzoek alcohol te hebben gedronken. Roken rapporteren zij minder dan gemiddeld, maar veelvuldig roken daarentegen komt in deze wijk meer voor. Bij de overige probleemgedragingen zijn er geen opvallende percentages. Bij de risicofactoren wijken de jongeren uit Delfshaven verschillende keren af van het gemiddelde van de deelgemeente. De score is echter geen enkele keer zo afwijkend dat deze opmerkelijk is te noemen. De jongeren scoren ongunstig op ‘conflicten in het gezin’. Binnen het domein Kinderen en Jongeren scoren zij gunstig op ‘omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken’, maar ongunstig op ‘positieve houding ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik’. Binnen het domein Wijk scoren zij eveneens ongunstig op ‘gebrek aan binding in de wijk’, maar gunstig op ‘gebrek aan organisatie in de wijk’. Van de beschermende factoren wijken de jongeren alleen af van de factor ‘mogelijkheden voor positieve betrokkenheid’ binnen het domein School. Dit is een gunstige afwijking ten opzichte van het gemiddelde.
37
7.3
Bospolder
In Bospolder volgt een relatief groot percentage van de jongeren onderwijs op vmbo-niveau. Van de deelnemende jongeren uit deze wijk heeft een relatief groot percentage een Turkse herkomst. Voor wat betreft de overige achtergrondkenmerken wijken de jongeren uit Bospolder niet af van de overige wijken van de deelgemeente. De jongeren uit Bospolder beantwoordden de vragen over probleemgedrag over het algemeen overeenkomstig het gemiddelde van de deelgemeente. Uitzondering is een relatief hoog percentage jongeren dat aangeeft gestolen spullen te verkopen en een hoog percentage op de vraag naar ondervraging door de politie. De jongeren uit Bospolder scoren op de factoren overeenkomstig het gemiddelde van de deelgemeente Delfshaven. Uitzondering zijn gunstig afwijkende scores op de factoren ‘positieve houding ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik’ en ‘normen die antisociaal gedrag bevorderen’.
7.4
Tussendijken
De jongeren uit Tussendijken wijken af van de overige wijken op de achtergrondkenmerken onderwijs en arbeidssituatie van de ouders. In Tussendijken volgt een relatief groot percentage van de jongeren onderwijs op vmbo-niveau. Daarnaast is er een relatief groot percentage jongeren van wie geen van de ouders werkt (11%). Jongeren uit Tussendijken halen zorgelijke percentages op het onderwerp geweld, met name op de vraag naar iemand in elkaar slaan. Op de vragen naar problematisch middelengebruik geven zij het meest aan alcohol te drinken. Tenslotte is het percentage jongeren met een zorgelijke score op de vragen naar sociaal-emotionele problemen in Tussendijken het hoogst van de deelgemeente. De jongeren uit Tussendijken scoren gunstig ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente op de factor ‘problemen met gezinsmanagement’. Ook scoren zij gunstig op de factoren ‘positieve houding ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik’ en ‘positieve houding ten aanzien van antisociaal gedrag’. Ongunstig scoren zij op de beschermende factor ‘beloning voor positieve betrokkenheid’. Op de overige factoren zijn er geen afwijkende scores van de jongeren uit deze wijk ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente.
7.5
Spangen
Spangen wijkt wat achtergrondkenmerken betreft af van de overige wijken op de vraag naar de arbeidssituatie van de ouders. In Spangen is er een relatief groot percentage jongeren van wie beide ouders niet werken (10%). Op de overige kenmerken etnische herkomst, onderwijs en gezinssituatie halen de jongeren uit Spangen geen opvallende percentages. Jongeren uit Spangen halen op twee van de vier vragen naar geweld een zorgelijk percentage. Zij geven het meest aan iemand in elkaar geslagen te hebben en rapporteren het meest soms tot regelmatig een wapen mee te nemen. Bij problematisch middelengebruik vallen de jongeren uit Spangen niet op, maar bij veelvuldig middelengebruik geven zij wel relatief veel aan veelvuldig te roken en meer dan één keer per week softdrugs te gebruiken. Tenslotte geven jongeren uit Spangen het meest aan niet altijd een condoom te gebruiken. Bij de risico- en beschermende factoren laten de jongeren uit Spangen alleen een afwijkende score zien op de factor ‘gebrek aan binding in de wijk’. Dit is een gunstige score ten opzichte van het gemiddelde van de deelgemeente.
38
7.6
Nieuwe Westen
In de wijk Nieuwe Westen is het percentage jongeren dat opgroeit in een gezin waarin beide biologische (natuurlijke) ouders aanwezig zijn, het hoogst (75%). Voor de achtergrondkenmerken opleidingsniveau, etniciteit, en gezinssituatie zijn er geen opvallende verschillen met de overige wijken van Delfshaven. Jongeren uit het Nieuwe Westen halen op de vragen naar probleemgedrag over het algemeen dezelfde percentages als gemiddeld in de deelgemeente Delfshaven. Wanneer de jongeren opvallende percentages halen, zijn dit vooral gunstige percentages. Problematisch middelengebruik komt onder hen minder voor. Daarnaast scoren ze ook relatief laag op de vragen naar sociaal-emotionele problemen. Een onderwerp waar de jongeren uit het Nieuwe Westen ongunstige percentages op halen, is condoomgebruik. De jongeren uit het Nieuwe Westen wijken van geen van de risico- en beschermende factoren af van het gemiddelde van de deelgemeente Delfshaven.
7.7
Middelland
De jongeren uit Middelland wijken af van de overige wijken uit de deelgemeente bij de achtergrondkenmerken opleidingsniveau, etniciteit en arbeidsituatie. Het percentage jongeren dat havo/vwo volgt, is het hoogst in deze wijk. In Middelland wonen relatief veel jongeren met een Nederlandse herkomst (16%). Daarnaast wonen er iets meer jongeren met een Surinaamse herkomst of een herkomst die valt onder de categorie ‘overig’. Van alle wijken in Delfshaven wonen in Middelland de meeste jongeren met twee werkende ouders. Op de vragen naar probleemgedrag geven jongeren uit Middelland vaker aan softdrugs te gebruiken dan gemiddeld in de deelgemeente. Veelvuldig alcoholgebruik en bingedrinking worden ook het meest gerapporteerd door jongeren uit onder andere Middelland. Het percentage jongeren dat aangeeft wel eens onveilig te vrijen is in deze wijk ook relatief hoog. Voor wat betreft de domeinen Gezin en School scoren de jongeren uit Middelland niet anders dan het gemiddelde van de deelgemeente. Binnen het domein Kinderen en Jongeren laten zij meer afwijkende scores zien, namelijk een ongunstige score op ‘positieve houding ten aanzien van alcoholen drugsgebruik’, een ongunstige score op ‘omgang met vrienden die alcohol en drugs gebruiken’ en een ongunstige score op de beschermende factor ‘gezonde opvattingen en duidelijke normen’. Binnen het domein Wijk scoren de jongeren opmerkelijk ongunstig op de factor ‘gebrek aan organisatie in de wijk’.
7.8
Oud Mathenesse
In de wijk Oud Mathenesse wijken de jongeren af van de andere wijken op het achtergrondkenmerk etniciteit. In deze wijk is het percentage jongeren van Nederlandse herkomst het grootst van de deelgemeente (24%). Voor wat betreft opleidingsniveau, gezins- en arbeidssituatie zijn er geen opvallende percentages te melden. Jongeren uit Oud Mathenesse halen bij de vragen naar probleemgedrag verschillende opvallende percentages. Zij geven het meest aan deelgenomen te hebben aan een vechtpartij. Zij geven relatief veel aan door de politie ondervraagd te worden. Het percentage jongeren dat aangeeft wel eens harddrugs te gebruiken is relatief hoog. Ook schoolverzuim wordt het meest gerapporteerd door jongeren uit Oud Mathenesse. Bij de vragen naar seksualiteit halen de jongeren ongunstige percentages op de vraag naar onveilig vrijen. Jongeren uit Oud Mathenesse scoren op alle domeinen, met uitzondering van het domein School, meerdere keren opmerkelijk ongunstig. Binnen het domein Gezin scoren zij opmerkelijk ongunstig op de risicofactor ‘problemen gezinsmanagement’ en de beschermende factor ‘beloning positieve betrokkenheid’. Eveneens ongunstig maar niet opmerkelijk scoren zij in dit domein op de factor ‘mogelijkheden positieve betrokkenheid’. Binnen het domein Kinderen en Jongeren scoren zij op vijf van de acht risicofactoren ongunstig, waarvan drie keer opmerkelijk ongunstig. Ook op beide beschermende factoren binnen dit domein scoren zij opmerkelijk ongunstig.
39
Binnen het domein Wijk tenslotte, scoren zij eveneens op vier van de vijf (beschermende én risicofactoren) ongunstig, waarbij opmerkelijk ongunstig op ‘gebrek aan binding in wijk’ en ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’.
7.9
Schiemond
De jongeren uit Schiemond wijken op alle vier de achtergrondkenmerken af van de overige wijken. In Schiemond is het percentage jongeren dat onderwijs op vmbo-niveau volgt relatief hoog. Er zijn relatief veel jongeren met een Kaapverdiaanse (24%) of Antilliaanse/Arubaanse (13%) herkomst. In deze wijk wonen relatief veel jongeren in een eenoudergezin. Het percentage jongeren met twee werkende ouders is hoog. Delinquent gedrag wordt het meest gerapporteerd door jongeren uit Schiemond. Op de vragen naar vernieling op straat, winkeldiefstal en diefstal op school halen de jongeren de hoogste percentages. Bij de vragen naar middelengebruik wordt bingedrinking relatie veel aangegeven. Ook op schoolverzuim en onveilig vrijen halen de jongeren uit deze wijk relatief hoge percentages. Tenslotte is het percentage jongeren met een zorgelijke score op sociaal-emotionele problemen in deze wijk hoog. Binnen het domein Gezin scoren jongeren uit Schiemond ongunstig op de risicofactor ‘problemen gezinsmanagement’ en op de beschermende factor ‘beloningen voor positieve betrokkenheid’. Binnen het domein School wijkt hun score ongunstig af van de factor ‘leerachterstanden’. Ook binnen het domein Kinderen en Jongeren worden ongunstige scores gehaald. Bij de risicofactoren wordt ongunstig gescoord op ‘vroeg begin antisociaal gedrag’ en ‘positieve houding ten aanzien van antisociaal gedrag’. Opmerkelijk ongunstig wordt gescoord op ‘positieve houding ten aanzien van alcohol- en drugsgebruik’.Op beide beschermende factoren binnen dit domein scoren de jongeren ook ongunstig, waarbij opmerkelijk ongunstig op de factor ‘gezonde opvattingen en duidelijke normen’. Binnen het domein Wijk scoren de jongeren alleen ongunstig op de risicofactor ‘gebrek aan organisatie in de wijk’.
40
Bijlage 1 Verdeling etniciteit (percentages en aantallen) Rotterdam
Delfshaven (deelgemeente) Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
CtC
COS
CtC
COS
CtC
COS
CtC
COS
CtC
COS
CtC
3
5
5
8
7
7
12
5
10
10
36
34
%
22
10
16
9
25
8
23
3
345
104
8.825
2.511
n
35
13
14
15
16
13
14
12
12
21
26
14
16
12
13
%
126
41
96
31
45
15
47
14
41
15
480
164
2.953
958
n
26
4
2
3
2
4
5
4
6
2
3
6
9
4
4
6
5
%
16
3
29
7
23
9
15
7
9
3
12
5
129
44
1.427
368
n
4
8
8
16
14
23
24
27
25
23
24
28
25
20
16
22
21
12
13
%
17
5
72
19
227
70
177
48
82
26
109
28
40
9
765
219
2.977
929
n
9
12
7
18
13
20
19
25
23
28
27
31
24
33
35
13
16
24
23
14
13
%
4
37
8
87
25
243
66
178
53
111
26
127
40
26
9
834
234
3.458
968
n
21
17
24
9
11
11
11
11
13
12
13
9
15
11
12
12
14
11
13
4
4
%
31
13
18
49
14
111
39
75
25
33
16
41
14
23
8
383
138
939
305
n
7
17
13
23
18
20
19
13
12
12
10
16
9
8
6
16
16
14
12
16
18
%
7
48
11
87
25
126
35
76
19
57
10
29
7
32
9
489
125
3.844
1.293
n
31
178
54
206
62
444
133
975
293
647
195
359
109
387
114
197
58
3.425
1.208
24.423
7.332
totaal
COS
12
113
20
55
7
4
17
36
overig
CtC
12
21
12
12
2
7
20
Kaapverdiaans
COS
16
78
19
36
13
19
Turks
CtC
18
15
18
9
11
Marok-kaans
COS
24
46
17
29
Antilliaans/ Arubaans
CtC
22
5
16
Surinaams
COS
9
11
Nederlands
CtC
6
n
COS
41
Bijlage 2 Probleemgedragingen op itemniveau Delfshaven Deelgemeente (%)
Delfshaven
Bospolder
Tussendijken
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
Oud Mathenesse
Schiemond
9
alcohol
2
softdrugs
0.1
harddrugs
0.6
roken > 10 sigaretten per dag
0.3
alcohol > 10 keer per maand
0.5
bingedrinking
0.2
softdrugs > 1 keer per week
7
-
-
is ooit seksueel misbruikt
1
zwanger geweest of iemand zwanger gemaakt
soc.emo. probl.
9
-
-
+
zorgelijke totaalscore op de SDQ
aan seksualiteit gerelateerd probleemgedrag
niet altijd condoom
1
-
23
-
-
13
-
-
-
sluit onveilig vrijen niet uit of heeft dit wel eens gedaan
schoolverzuim
gespijbeld afgelopen 4 weken
jeugddelinquentie
4
roken
geweld
11
ondervraagd door politie
veelvuldig middelengebruik
gestolen spullen verkopen
problematisch middelengebruik
iets stelen op school
3
-
-
iets stelen uit winkel
7
-
-
-
iets op straat vernield
11
+
-
+ -
iemand voor geld bedreigd
7
-
+ -
-
iemand in elkaar geslagen
1
-
+
deelgenomen aan vechtpartij
23
-
23
-
-
-
6
-
-
neemt soms tot regelmatig wapen mee
42
Bijlage 3 Frequenties van beschermende en risicofactoren FR1: geschiedenis van probleemgedrag in het gezin buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Heeft iemand in jouw gezin ooit drugs verkocht? Antwoord: ja
12
9
3
7
4
8
3
6
6
Heeft iemand in jouw gezin ooit in de gevangenis gezeten? Antwoord: ja
24
27
22
22
20
22
26
27
23
FR2: problemen met gezinsmanagement buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
De regels binnen ons gezin zijn duidelijk. Antwoord: nee
9
9
10
11
11
9
15
8
10
Mijn ouders willen dat ik bel als ik later thuis kom. Antwoord: nee
8
7
8
11
8
6
8
6
8
Binnen ons gezin bestaan duidelijke regels over alcohol- en drugsgebruik. Antwoord: nee
15
12
11
15
17
18
26
23
16
Als je drugs zou gebruiken, zouden je ouders daar dan achter komen? Antwoord: nee
14
14
12
14
13
18
21
17
15
Als je zou spijbelen, zouden je ouders daar dan achter komen? Antwoord: nee
12
13
14
15
12
17
22
17
15
7
5
5
15
11
13
18
8
11
Zouden je ouders het merken, als je niet op tijd thuis bent? Antwoord: nee
15
10
12
15
12
15
16
13
13
Wanneer ik niet thuis ben, weten mijn ouders waar ik ben. Antwoord: nee
17
18
13
18
16
23
21
30
18
Mijn vader en/of moeder vragen mij regelmatig of ik mijn huiswerk heb gemaakt. Antwoord: nee
43
FR3: conflicten in het gezin buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Binnen ons gezin wordt vaak naar elkaar geschreeuwd of op elkaar gescholden. Antwoord: ja
25
16
17
16
14
11
18
17
16
Binnen ons gezin wordt steeds weer over hetzelfde ruzie gemaakt. Antwoord: ja
23
21
22
17
20
17
21
21
20
Binnen ons gezin ontstaan regelmatig ernstige conflicten. Antwoord: ja
22
16
11
17
13
14
13
13
14
FP1: hechtingssterkte gezin buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Kun je het goed met je moeder vinden? Antwoord: nee
2
2
3
5
5
3
7
6
4
Vertel je je moeder wat jou bezighoudt?. Antwoord: nee
14
21
17
22
13
18
20
19
17
Vind je het leuk om dingen met je moeder te doen? Antwoord: nee
5
4
5
10
5
7
7
8
6
Kun je het goed met je vader vinden? Antwoord: nee
11
8
12
10
8
11
10
8
10
Vertel je je vader wat jou bezighoudt? Antwoord: nee
34
23
28
34
23
36
26
33
29
Vind je het leuk om dingen met je vader te doen? Antwoord: nee
17
13
16
10
9
10
12
10
11
44
FP2: mogelijkheden voor positieve betrokkenheid buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Mijn ouders vragen naar mijn mening als besluiten moeten worden genomen die mij aangaan. Antwoord: nee
20
14
18
20
18
19
19
17
18
Mijn vader en/of moeder willen vaak leuke dingen met mij doen. Antwoord: nee
19
12
16
15
16
12
21
15
15
FP3: beloningen voor positieve betrokkenheid buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Mijn ouders laten vaak weten dat ze trots zijn op iets dat ik gedaan heb. Antwoord: nee
20
14
18
20
18
19
19
17
18
Mijn ouders geven mij een compliment als ik iets goed doe. Antwoord: nee
19
12
16
15
16
12
21
15
15
SR1: leerachterstanden buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Welke rapportcijfers kreeg je in het afgelopen jaar het meest? Antwoord: meestal onvoldoendes of zessen
32
25
26
33
27
26
19
40
28
Mijn schoolcijfers zijn vaak hoger dan die van mijn klasgenoten. Antwoord: nee
57
53
54
54
54
58
65
61
56
45
SP1: mogelijkheden voor positieve betrokkenheid buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Op mijn school zijn mogelijkheden om mee te beslissen met schoolzaken (zoals schoolactiviteiten en schoolregels). Antwoord: nee
41
35
41
41
37
36
37
38
38
Deze school organiseert veel activiteiten buiten de lessen om. Antwoord: nee
35
47
53
48
48
35
53
50
46
Op mijn school kun je als je een probleem hebt gemakkelijk met een docent praten. Antwoord: nee
25
15
16
22
19
16
15
9
18
In mijn klas is voldoende gelegenheid om mee te doen aan discussies en andere activiteiten. Antwoord: nee
29
41
44
37
37
37
32
40
37
SP2: beloningen voor positieve betrokkenheid buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Mijn leraar/lerares merkt het op als ik iets goed doe en laat me dat ook weten. Antwoord: nee
26
24
33
25
26
28
29
26
27
Ik voel me veilig op deze school. Antwoord: nee
15
15
14
15
14
17
13
7
14
Als ik hard werk, krijg ik een complimentje van de leraar/lerares. Antwoord: nee
28
24
42
28
29
30
33
28
30
IR1: vervreemding en opstandigheid buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Ik vind het leuk om uit te testen hoe ver ik kan gaan. Antwoord: ja
51
53
51
48
53
60
39
52
52
Ik houd me niet aan regels die me slecht uitkomen. Antwoord: ja
27
27
30
33
30
31
36
33
31
Ik doe soms expres niet wat mensen mij opdragen, alleen maar om ze kwaad te krijgen. Antwoord: ja
20
22
21
15
21
24
21
20
20
46
IR2: betrokkenheid bij jeugdbende buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
2
5
4
7
3
%
5
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven % Hoe oud was je toen je voor het eerst bij een jeugdbende ging? Antwoord: 10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
%
%
5
2
4
IR3: vroeg begin van antisociaal gedrag buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Hoe oud was je toen je voor het eerst een wapen bij je droeg? Antwoord:10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
7
13
9
11
9
8
15
9
10
Hoe oud was je toen je voor het eerst uit de klas werd gestuurd? Antwoord: 10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
70
69
68
66
70
70
66
78
69
Hoe oud was je toen je voor het eerst gearresteerd werd? Antwoord:10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
15
13
10
12
8
10
16
17
11
Hoe oud was je toen je voor het eerst iemand hebt aangevallen met de bedoeling diegene te verwonden? Antwoord: 10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
10
6
7
9
6
12
11
9
8
47
IR4: vroeg begin van alcohol- en drugsgebruik buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Hoe oud was je toen je voor het eerst een sigaret rookte? Antwoord: 10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
11
16
18
17
16
19
32
19
18
Hoe oud was je toen je voor het eerst alcohol dronk? Antwoord: 10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
32
16
24
23
20
24
37
26
23
Hoe oud was je toen je voor het eerst softdrugs (bijv. hasj of wiet) gebruikte? Antwoord: 10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
3
2
0
3
1
7
3
2
3
Hoe oud was je toen je voor het eerst harddrugs (bijv. cocaïne, XTC, heroïne) gebruikte? Antwoord: 10 (of jonger) tot en met 17 (of ouder)
0
1
0
1
0
0
2
0
0
IR5: positieve houding t.a.v. alcohol- en drugsgebruik buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen
%
Oud Mathenesse
Tussendijken
%
Middelland
Bospolder
%
Nieuwe Westen
Delfshaven Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd dronken is? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
%
%
20
10
11
11
11
16
19
13
13
8
3
3
7
5
11
10
13
7
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd harddrugs (bijvoorbeeld cocaïne of XTC) gebruikt? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
7
2
2
4
2
2
3
7
3
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd rookt? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
14
15
8
14
10
18
16
23
13
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd softdrugs (bijvoorbeeld wiet of hasj) gebruikt? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
48
IR6: positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
%
%
18
20
16
19
15
12
27
22
17
12
10
9
11
11
11
11
19
11
23
26
22
25
26
35
45
33
28
2
9
6
10
7
12
10
11
8
27
21
21
21
27
31
36
26
26
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd iemand aanvalt met de bedoeling hem/haar pijn te doen? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd spijbelt? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
%
totaal
%
Schiemond
%
Oud Mathenesse
%
Middelland
Spangen
%
Nieuwe Westen
Tussendijken
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd ruzie met iemand zoekt? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
Bospolder
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd iets steelt? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
Delfshaven Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd een wapen bij zich heeft? Antwoord: beetje slecht/helemaal niet slecht
IR7: omgang met vrienden die drugs gebruiken buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden sigaretten gerookt? Antwoord: minimaal 1
22
35
39
30
32
37
44
39
34
Hoeveel van je vier beste vriendin(inn) en hebben in de afgelopen 12 maanden alcohol gebruikt? Antwoord: minimaal 1
25
28
36
27
27
35
47
38
31
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden softdrugs (bijvoorbeeld marihuana, wiet of hasj) gebruikt? Antwoord: minimaal 1
12
9
12
9
9
15
16
9
11
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden harddrugs (bijvoorbeeld XTC, cocaïne of amfetaminen) gebruikt? Antwoord: minimaal 1
7
3
2
4
2
2
3
2
3
49
IR8: omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden gespijbeld? Antwoord: minimaal 1
41
49
48
46
44
44
54
47
46
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden een wapen bij zich hadden? Antwoord: minimaal 1
13
16
17
17
11
16
18
13
14
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden iets gestolen? Antwoord: minimaal 1
31
25
28
28
21
31
31
33
26
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en zijn door de politie opgepakt omdat ze iets hadden gedaan? Antwoord: minimaal 1
27
29
27
28
21
24
39
28
26
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en zijn zonder diploma van school gegaan? Antwoord: minimaal 1
13
11
8
10
7
15
11
13
10
7
10
11
17
9
13
16
13
12
Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en zijn lid geweest van een jeugdbende? Antwoord: minimaal 1 IP1: gezonde opvattingen en duidelijke normen
buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
%
totaal
%
Schiemond
%
Oud Mathenesse
%
Middelland
%
Nieuwe Westen
Spangen
Als iemand jou slaat, mag je terugslaan. Antwoord: ja
Tussendijken
Het is belangrijk om eerlijk tegen je ouders te zijn. Antwoord: nee
Bospolder
Ik vind dat je mag spieken. Antwoord: ja
Delfshaven Ik vind dat je dingen mag pakken zonder te vragen, zolang je er niet voor wordt gestraft. Antwoord: ja
%
%
5
8
9
10
11
14
16
20
11
29
22
29
22
19
28
39
30
25
7
5
6
6
6
11
7
7
7
76
75
82
76
76
78
87
83
78
50
IP3: religie buurt o.b.v. postcode woonadres
5
7
11
%
8
%
6
totaal
7
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven % Hoe belangrijk is het geloof voor jou? Antwoord: niet zo belangrijk/helemaal niet belangrijk
%
%
10
9
8
CR1: weinig binding met de wijk buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Ik zou graag uit deze buurt verhuizen. Antwoord: ja
29
15
25
12
22
22
39
24
21
Als ik zou moeten verhuizen, zou ik deze buurt erg missen. Antwoord: nee
25
22
24
19
24
27
45
22
24
Ik vind dat ik in een leuke buurt woon. Antwoord: nee
24
23
21
15
22
23
45
23
22
CR2: gebrek aan organisatie in de wijk buurt o.b.v. postcode woonadres
Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Ik voel me veilig in de buurt waar ik in woon. Antwoord: nee
19
22
22
16
18
26
27
25
20
In de buurt waarin ik woon is veel graffiti. Antwoord: ja
16
20
24
29
13
25
24
35
22
In de buurt waarin ik woon ligt veel rommel op straat. Antwoord: ja
38
50
50
51
43
53
39
50
47
In de buurt waarin ik woon is veel misdaad. Antwoord: ja
24
25
23
31
28
43
15
34
29
In de buurt waarin ik woon wordt in harddrugs gehandeld. Antwoord: ja
22
30
30
28
26
38
21
37
29
In de buurt waarin ik woon wordt vaak gevochten. Antwoord: ja
28
33
31
38
30
44
21
42
34
51
CR5: maatschappelijke normen die antisociaal gedrag bevorderen buurt o.b.v. postcode woonadres Spangen
Nieuwe Westen
Middelland
%
%
%
%
totaal
Tussendijken %
Schiemond
Bospolder %
Oud Mathenesse
Delfshaven %
%
%
Als een kind in jouw buurt iets zou vernielen, zou hij/zij dan aangesproken worden door buurtbewoners? Antwoord: nee
27
21
22
27
23
28
27
32
25
Als een kind in jouw buurt andere kinderen zou pesten, zou hij/zij dan aangesproken worden door buurtbewoners? Antwoord: nee
40
38
32
41
35
38
45
36
37
Als jongeren in jouw buurt serieus met elkaar zouden gaan vechten, zouden buurtbewoners dan de politie bellen? Antwoord: nee
22
16
21
25
19
17
24
19
20
CP1: mogelijkheden voor positieve betrokkenheid buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
totaal
%
Schiemond
Spangen %
Oud Mathenesse
Tussendijken %
Middelland
Bospolder %
Nieuwe Westen
Delfshaven %
%
%
Er wonen veel volwassenen bij mij in de buurt, met wie ik kan praten over dingen die belangrijk voor mij zijn. Antwoord: nee
70
63
62
63
63
65
61
70
64
In de buurt waar ik in woon, zijn voldoende activiteiten voor jongeren van mijn leeftijd (zoals sportclubs). Antwoord: nee
41
43
44
33
45
38
61
37
42
CP2: beloningen voor positieve betrokkenheid buurt o.b.v. postcode woonadres
%
%
%
totaal
%
Schiemond
%
Oud Mathenesse
Spangen
%
Middelland
Tussendijken
%
Nieuwe Westen
Bospolder
De buren valt het op als ik iets goed doe en ze zeggen dat ook tegen me. Antwoord: nee
Delfshaven In de buurt waar ik in woon, wonen mensen die trots op me zijn als ik iets goeds doe. Antwoord: nee In de buurt waar ik in woon, wonen mensen die mij aanmoedigen om mijn best te doen. Antwoord: nee
%
%
51
46
43
48
44
48
57
53
47
55
45
46
51
44
49
55
48
48
63
48
52
56
49
60
66
56
54
52
Bijlage 4 CtC-vragen in de gecombineerde JMR-/CtC-lijst In de tabel hieronder staan de CtC-vragen weergegeven die in dit rapport zijn geanalyseerd. Omdat er gebruik is gemaakt van een gecombineerde JMR-/CtC-vragenlijst, bestaat de vragenlijst uit meer vragen dan de hieronder genoemde. De resultaten van de overige vragen, namelijk die van de JMR worden weergegeven in het gemeenterapport Rapport Jeugdmonitor Rotterdam, dat in 2010 zal verschijnen. Ben je een jongen of een meisje?
Demografie
Leeftijd CtC-lijst
Demografie
Geef aan in welke klas je zit en welk soort onderwijs je volgt.
Demografie
Geef aan in welke klas je zit en welk soort onderwijs je volgt.
Demografie
In welk land ben je geboren?
Demografie
In welk land is je eigen moeder geboren?
Demografie
In welk land is je eigen vader geboren?
Demografie
Woon je bij je eigen vader én moeder? Demografie Heeft je eigen moeder betaald werk?
Demografie
Heeft je eigen vader betaald werk?
Demografie
Hoe belangrijk is het geloof voor jou? Heb je wel eens sigaretten gerookt, ook al was het maar één sigaret (of een paar trekjes) tot nu toe?
IP3
Hoeveel sigaretten rook je gemiddeld per dag? Drink je wel eens alcohol (zoals bier, wijn, likeur, whisky, shooter, Breezer, maar ook frisdrank Hoe vaak heb je de afgelopen 4 weken alcohol gedronken? Denk terug aan de afgelopen 2 weken. Hoe vaak is het in deze periode voorgekomen dat je vijf of meer glazen per keer gedronken hebt Hoe vaak heb je de afgelopen 4 weken marihuana (wiet, pot) of hasj (hasjiesj, hasjolie) gebruikt (geblowd)? Hoe vaak heb je de afgelopen 4 weken harddrugs (XTC, cocaïne, heroïne) gebruikt?
Kinderen/jongeren
Religie
Probleemgedrag Middelengebruik Probleemgedrag Middelengebruik Probleemgedrag Middelengebruik Probleemgedrag Middelengebruik
Probleemgedrag Middelengebruik Probleemgedrag Middelengebruik Probleemgedrag Middelengebruik
Hoe oud was je toen je voor het eerst een sigaret rookte?
IR4
Kinderen/jongeren
Vroeg begin alcohol-/ drugsgebruik
Hoe oud was je toen je voor het eerst alcohol dronk?
IR4
Kinderen/jongeren
Vroeg begin alcohol-/ drugsgebruik
Hoe oud was je toen je voor het eerst softdrugs (bijv. hasj of wiet) gebruikte?
IR4
Kinderen/jongeren
Vroeg begin alcohol-/ drugsgebruik
53
Hoe oud was je toen je voor het eerst harddrugs (bijv. (cocaïne, XTC, heroïne) gebruikte?
IR4
Kinderen/jongeren
Vroeg begin alcohol-/ drugsgebruik
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd rookt? IR5
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. alcohol-/drugsgebruik
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. alcohol-/drugsgebruik
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. alcohol-/drugsgebruik
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. alcohol-/drugsgebruik
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd dronken is? IR5 Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd softdrugs (bijvoorbeeld wiet of hasj) gebruikt? IR5 Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd harddrugs (bijvoorbeeld cocaïne of XTC) gebruikt? IR5 Iets van minder dan € 5 uit een winkel meegenomen zonder te betalen, bijvoorbeeld snoep, pennen of iets anders Probleemgedrag Iets van € 5 of meer uit een winkel meegenomen zonder te betalen, bijvoorbeeld cd’s, boeken, kleren of iets anders Probleemgedrag Met opzet iets op straat beschadigd of kapot gemaakt, zoals een verkeersbord, een straatlantaarn, een telefooncel Probleemgedrag Op school iets gepikt van (mede)leerlingen, van leraren of van de school Probleemgedrag Gestolen spullen verkocht Draag je wel eens een wapen bij je? Met een wapen bedoelen we een voorwerp dat je meeneemt, bijvoorbeeld om je te verdedigen Iemand gedwongen geld of andere waardevolle spullen (die niet van jou waren) aan jou te geven Meegedaan aan een vechtpartij (bijvoorbeeld in een voetbalstadion, op een station, tijdens een popfestival, bij een relletje Iemand in elkaar geslagen (terugslaan en terugschoppen als verdediging niet meetellen) Ben je ooit op een politiebureau ondervraagd, omdat je iets gedaan zou hebben wat niet mag? Ben je de afgelopen 12 maanden op een politiebureau ondervraagd, omdat je iets gedaan zou hebben wat niet mag?
Jeugddelinquentie (iets andere vraagstelling, want uit JMR) Jeugddelinquentie (iets andere vraagstelling, want uit JMR)
Jeugddelinquentie Jeugddelinquentie
Probleemgedrag Jeugddelinquentie
Probleemgedrag Geweld Geweld (iets andere vraagstelling, want uit Probleemgedrag JMR)
Probleemgedrag Geweld Probleemgedrag Geweld Jeugddelinquentie (iets andere vraagstelling, Probleemgedrag want uit JMR) Jeugddelinquentie (iets andere vraagstelling, Probleemgedrag want uit JMR)
Heb je de afgelopen 4 weken gespijbeld?
Probleemgedrag Schooluitval
Hoe oud was je toen je voor het eerst een wapen bij je droeg?
IR3
Kinderen/jongeren
Vroeg begin antisociaal gedrag
Hoe oud was je toen je voor het eerst uit de klas werd gestuurd?
IR3
Kinderen/jongeren
Vroeg begin antisociaal gedrag
IR3
Kinderen/jongeren
Vroeg begin antisociaal gedrag
IR3
Kinderen/jongeren
Vroeg begin antisociaal gedrag
Hoe oud was je toen je voor het eerst gearresteerd werd? Hoe oud was je toen je voor het eerst iemand hebt aangevallen met de bedoeling diegene te verwonden?
54
Hoe oud was je toen je voor het eerst bij een jeugdbende ging?
IR2
Kinderen/jongeren
Betrokkenheid jeugdbende
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd een wapen bij zich heeft?
IR6
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd iets steelt?
IR6
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag
Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd ruzie met iemand zoekt? IR6 Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd iemand aanvalt met de bedoeling hem/haar pijn te doen? IR6 Wat vind je ervan als iemand van jouw leeftijd spijbelt?
IR6
Kinderen/jongeren
Positieve houding t.a.v. antisociaal gedrag
Welke rapportcijfers kreeg je in het afgelopen jaar het meest?
SR1
School
Leerachterstanden
SR1
School
Leerachterstanden
SP1
School
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
SP1
School
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
SP1
School
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
SP1
School
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
SP2
School
Beloningen voor positieve betrokkenheid
Als ik hard werk, krijg ik een complimentje van de leraar/lerares
SP2
School
Beloningen voor positieve betrokkenheid
Ik voel me veilig op deze school
SP2
School
Beloningen voor positieve betrokkenheid
Ik vind het leuk om uit te testen hoe ver ik kan gaan
IR1
Kinderen/jongeren
Vervreemding opstandig gedrag
IR1
Kinderen/jongeren
Vervreemding opstandig gedrag
Mijn schoolcijfers zijn vaak hoger dan die van mijn klasgenoten Op mijn school zijn er mogelijkheden om mee te beslissen met schoolzaken (zoals schoolactiviteiten en schoolregels) Deze school organiseert veel activiteiten buiten de lessen om Op mijn school kun je als je een probleem hebt gemakkelijk met een docent praten In mijn klas is voldoende gelegenheid om mee te doen aan discussies en andere activiteiten Mijn leraar/lerares merkt het op als ik iets goed doe en laat me dat ook weten
Ik houd me niet aan regels die me slecht uitkomen Ik doe soms expres niet wat mensen mij opdragen, alleen maar om ze kwaad te krijgen Ik vind dat je dingen mag pakken zonder te vragen, zolang je er niet voor wordt gestraft
IR1
Kinderen/jongeren
IP1
Kinderen/jongeren
Ik vind dat je mag spieken
IP1
Kinderen/jongeren
Het is belangrijk om eerlijk tegen je ouders te zijn
IP1
Kinderen/jongeren
IP1
Kinderen/jongeren
Als iemand jou slaat, mag je terugslaan Ik probeer aardig te zijn tegen anderen. Ik houd rekening met hun gevoelens
Vervreemding opstandig gedrag Gezonde opvattingen/duidelijke normen Gezonde opvattingen/duidelijke normen Gezonde opvattingen/duidelijke normen Gezonde opvattingen/duidelijke normen
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
55
Ik ben rusteloos. Ik kan niet lang stilzitten
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik heb vaak hoofdpijn, buikpijn, of ik ben misselijk
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik deel makkelijk met anderen (eten, spelletjes, pennen, enz.)
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ) soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik word erg boos en ben vaak driftig Ik ben nogal op mijzelf. Ik speel meestal alleen of bemoei mij niet met anderen Ik doe meestal wat me wordt opgedragen
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ) soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik pieker veel (Ik denk veel na over iets soc.emo. problemen waar ik me zorgen over maak) Probleemgedrag (SDQ) Ik help iemand die zich heeft bezeerd, van streek is of zich ziek voelt
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik zit constant te wiebelen of te friemelen
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik heb minstens één goede vriend of vriendin
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik vecht vaak. Het lukt mij om andere mensen te laten doen wat ik wil
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik ben vaak ongelukkig, in de put of in tranen
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Andere jongeren van mijn leeftijd vinden mij over het algemeen aardig
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik ben snel afgeleid, ik vind het moeilijk soc.emo. problemen om me te concentreren Probleemgedrag (SDQ) Ik ben zenuwachtig in nieuwe situaties. soc.emo. problemen Ik verlies makkelijk mijn zelfvertrouwen Probleemgedrag (SDQ) Ik ben aardig tegen jongere kinderen
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik word er vaak van beschuldigd dat ik lieg of bedrieg
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Andere kinderen of jongeren pesten of treiteren mij Ik bied vaak anderen aan hen te helpen (ouders, leerkrachten, kinderen)
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ) soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ) soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik denk na voor ik iets doe Ik neem dingen weg die niet van mij zijn thuis, op school of op andere plaatsen Ik kan beter met volwassenen opschieten dan met jongeren van mijn leeftijd
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik ben voor heel veel dingen bang, ik ben snel angstig
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Ik maak af waar ik mee bezig ben. Ik kan mijn aandacht er goed bijhouden Zelf (ongewenst) zwanger geworden (voor meisjes) of een meisje (ongewenst) zwanger gemaakt.
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
soc.emo. problemen Probleemgedrag (SDQ)
Probleemgedrag Seksualiteit
56
Ben je ooit seksueel misbruikt? (bijvoorbeeld: tegen je zin tot seksuele handelingen gedwongen, aangerand, verkracht) Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden sigaretten gerookt? Hoeveel van je vier beste vriendin(inn) en hebben in de afgelopen 12 maanden alcohol gebruikt? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden softdrugs (bijvoorbeeld marihuana, wiet of hasj) gebruikt? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden harddrugs (bijvoorbeeld XTC, cocaïne of amfetaminen) gebruikt? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden gespijbeld? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden een wapen bij zich hadden? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en hebben in de afgelopen 12 maanden iets gestolen? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en zijn door de politie opgepakt omdat ze iets hadden gedaan? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en zijn zonder diploma van school gegaan? Hoeveel van je vier beste vriend(inn)en zijn lid geweest van een jeugdbende?
Probleemgedrag Seksualiteit IR7
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die drugs gebruiken
IR7
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die drugs gebruiken
IR7
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die drugs gebruiken
IR7
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die drugs gebruiken
IR8
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen
IR8
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen
IR8
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen
IR8
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen
IR8
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen
IR8
Kinderen/jongeren
Omgang met vrienden die antisociaal gedrag vertonen
Als je met iemand naar bed gaat, gebruiken jullie dan een condoom?
Probleemgedrag Seksualiteit
Wat vind je van onveilig vrijen?
Probleemgedrag Seksualiteit
Kun je het goed met je moeder vinden?
FP1
Gezin
Hechtingssterkte
Vertel je je moeder wat jou bezighoudt?
FP1
Gezin
Hechtingssterkte
Vind je het leuk om dingen met je moeder te doen?
FP1
Gezin
Hechtingssterkte
Kun je het goed met je vader vinden?
FP1
Gezin
Hechtingssterkte
Vertel je je vader wat jou bezighoudt?
FP1
Gezin
Hechtingssterkte
Vind je het leuk om dingen met je vader te doen?
FP1
Gezin
Hechtingssterkte
FP2
Gezin
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
FP2
Gezin
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
Mijn vader en/of moeder willen vaak leuke dingen met mij doen Mijn ouders vragen mij naar mijn mening als er besluiten moeten worden genomen die mij aangaan
57
Mijn ouders geven mij een compliment als ik iets goed doe
FP3
Gezin
Beloningen voor positieve betrokkenheid
Mijn ouders laten vaak weten dat ze trots zijn op iets dat ik gedaan heb
FP3
Gezin
Beloningen voor positieve betrokkenheid
De regels binnen ons gezin zijn duidelijk
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
Mijn ouders willen dat ik bel als ik later thuis kom
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
Heeft iemand in jouw gezin ooit drugs verkocht?
FR1
Gezin
Geschiedenis van probleemgedrag in het gezin
Heeft iemand in jouw gezin ooit in de gevangenis gezeten?
FR1
Gezin
Geschiedenis van probleemgedrag in het gezin
Binnen ons gezin bestaan duidelijke regels over alcohol- en drugsgebruik
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
Als je drugs zou gebruiken, zouden je ouders daar dan achter komen?
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
Als je zou spijbelen, zouden je ouders daar dan achter komen?
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
FR3
Gezin
Conflicten in het gezin
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
FR3
Gezin
Conflicten in het gezin
Binnen ons gezin wordt steeds weer over hetzelfde ruzie gemaakt
FR3
Gezin
Conflicten in het gezin
Wanneer ik niet thuis ben, weten mijn ouders waar ik ben
FR2
Gezin
Problemen met gezinsmanagement
Wat is je postcode? - vier cijfers
demografie
Wat is je postcode? - twee letters Als een kind in jouw buurt iets zou vernielen, zou hij/zij dan aangesproken worden door buurtbewoners? Als een kind in jouw buurt andere kinderen zou pesten, zou hij/zij dan aangesproken worden door buurtbewoners? Als jongeren in jouw buurt serieus met elkaar zouden gaan vechten, zouden buurtbewoners dan de politie bellen? Er wonen veel volwassenen bij mij in de buurt, met wie ik kan praten over dingen die belangrijk voor mij zijn In de buurt waar ik in woon, zijn voldoende activiteiten voor jongeren van mijn leeftijd (zoals sportclubs) In de buurt waar ik in woon, wonen mensen die trots op me zijn als ik iets goeds doe In de buurt waar ik in woon, wonen mensen die mij aanmoedigen om mijn best te doen
demografie Wijk
Maatschappelijke normen die antisociaal gedrag bevorderen
Binnen ons gezin ontstaan regelmatig ernstige conflicten Mijn vader en/of moeder vragen mij regelmatig of ik mijn huiswerk heb gemaakt Zouden je ouders het merken, als je niet op tijd thuis bent? Binnen ons gezin wordt vaak naar elkaar geschreeuwd of op elkaar gescholden
CR5
CR5
Wijk
CR5
Wijk
Maatschappelijke normen die antisociaal gedrag bevorderen Maatschappelijke normen die antisociaal gedrag bevorderen
CP1
Wijk
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
CP1
Wijk
Mogelijkheden voor positieve betrokkenheid
CP2
Wijk
Beloningen voor positieve betrokkenheid
CP2
Wijk
Beloningen voor positieve betrokkenheid
58
De buren valt het op als ik iets goed doe en ze zeggen dat ook tegen me
CP2
Wijk
Beloningen voor positieve betrokkenheid
in de buurt waarin ik woon wordt in harddrugs gehandeld
CR2
Wijk
Gebrek aan organisatie in de wijk
In de buurt waarin ik woon is veel misdaad
CR2
Wijk
Gebrek aan organisatie in de wijk
In de buurt waarin ik woon ligt veel rommel op straat
CR2
Wijk
Gebrek aan organisatie in de wijk
In de buurt waarin ik woon is veel graffiti
CR2
Wijk
Gebrek aan organisatie in de wijk
In de buurt waarin ik woon wordt vaak gevochten
CR2
Wijk
Gebrek aan organisatie in de wijk
Ik zou graag uit deze buurt verhuizen
CR1
Wijk
Weinig binding met de wijk
Als ik zou moeten verhuizen, zou ik deze buurt erg missen
CR1
Wijk
Weinig binding met de wijk
Ik vind dat ik in een leuke buurt woon
CR1
Wijk
Weinig binding met de wijk
Ik voel me veilig in de buurt waar ik in woon
CR2
Wijk
Gebrek aan organisatie in de wijk
59
Referenties van Aalst, M., Roorda, W. (2008). Scholierenrapportage Communities that Care 20078. Rapportage gemeente Rotterdam 2008. Amsterdam: DSP-groep. van Dijk, A.G., Flight, S., Geldrop, M., & Tulner, H. (2004). Eindrapportage evaluatie vier pilotgroepen CtC. Amsterdam: DSP-groep. van Dijk, A.G., Geldrop, M., & Tulner, H. (2002). Tussenrapportage evaluatie vier pilotsteden CtC. Amsterdam: DSP-groep. Hawkins, J. D. (1999). Preventing crime and violence through Communities that Care. European Journal on Criminal Policy and Research, 7(4), 443-458. Hawkins, J.D., Arthur, M.W. & Catalano, R.F. (1995). Preventing substance abuse. In M. Tonry & D. Farrington (Eds.), Building a safer society. Strategic approaches to crime prevention, crime and justice. A Review of Research (Vol. 19, pp. 343-427). Chicago: University of Chicago Press. Hawkins, J.D., Catalano, R.F., & Miller, J.Y. (1992). Risk and protective factors for alcohol and other drug problems in adolescence and early adulthood: implications for substance abuse prevention. Psychol Bull, 112(1), 64-105. Ince, D., Beumer, M., Jonkman, H., & Vergeer, M. (2004). Veelbelovend en effectief. Overzicht van preventieprojecten en -programma's in de domeinen Gezin, School, Kinderen en Jongeren, en Wijk (tweede volledig herziene druk ed.). Utrecht: NIZW.
60
www.ctc-holland.nl www.jeugdmonitorrotterdam.nl