DEEL 2: PRAKTIJKVOORBEELDEN - Hoe registreer ik

Leerlingenbegeleiding Activiteiten Registratie Systeem

Soort document Gebruikt voor Datum verspreiding Vervaldag Verantwoordelijke

Leidraad nascholing okt. – nov. 2011 Nvt Lars-projectteam

INHOUDSTAFEL

DEEL 1: NIEUWE NOMENCLATUURLIJST 1 INLEIDING: PRINCIPES VANUIT DE WERKGROEP “NOMENCLATUUR” 2 TOELICHTING NIEUWE LIJST 3 SPECIFIEKE

AANDACHTSPUNTEN EN VERNIEUWINGEN

DEEL 2: PRAKTIJKVOORBEELDEN - „Hoe registreer ik…‟

Nascholing LARS als digitaal dossier oktober - november 2011

pg. 1 van 16

DEEL 1: VERNIEUWDE NOMENCLATUURLIJST 1. Inleiding 2. Overlopen volledige lijst – zie LARS-website, onder menu concept link:

http://www.clb-lars.be/documenten/LARS_Nomenclatuur_2011-2012.doc

3. Specifieke aandachtspunten en vernieuwingen 3.1. type cliënt Wanneer gebruik je type cliënt „school‟ en wanneer „leerling‟ nav. een overleg op school met directie of leerkrachten of zorgcoördinator of leerlingenbegeleider of … Activiteit Je werkt met de school als organisatie, vb. project, gezondheidsbeleid, dyslexiebeleid, GOK, Bijz. Bepalingen/Afsprakennota… Je coacht leerkracht(en) ifv. het omgaan met bepaalde problematiek. Het gaat niet specifiek over één bepaalde leerling, dus een naam doet er niet toe. De activiteit hoort ook niet in een specifiek leerlingendossier thuis. Je coacht leerkracht(en) in de aanpak van of omgang met één of meer specifieke leerlingen over een bepaalde problematiek van die leerlingen. De activiteit moet ook in het (journaalblad van het) leerlingendossier komen.

Cliënt

School

School

Leerling

Doelstelling / Functie

Actor

Doelstelling is dat er „verandering‟ komt in de school als organisatie. Functie: Schoolondersteuning, evt. in combinatie met andere functie (o.a. informatieverstrekking)

Directie(team) Leerkracht(en) …

Doelstelling is dat er „verandering‟ komt bij de groep leerkrachten. Functie: Schoolondersteuning, evt. in combinatie met andere functie (o.a. informatieverstrekking)

Cel / MDO Leerkracht(en)

Doelstelling is dat er „verandering‟ komt bij de leerling. Het coachen van leerkrachten is daartoe een middel. = consultatieve begeleiding Functie: Advisering

Cel, leerkracht,…

3.2. actor  Nieuw: “mee-ouder” = bij lesbisch of homokoppel: de partner van de natuurlijke of adoptiemoeder resp. vader, die wettelijk ouderlijke rechten uitoefent.  Aandachtspunten: o “geen actor” : niemand anders dan de CLB-medewerker(s) is (zijn) aanwezig bij de activiteit, bvb. een teamoverleg, het verwerken van een testafname, … o “derden” : NIET interpreteren als „buitenstaanders‟ want er is geen verband met de mate van betrokkenheid op de problematiek of de begeleiding


pg. 2 van 16

3.3. functie wat Aangeven waarom je iets doet, met welke finaliteit je iets doet. Niet wat je doet ! Vb 1: “Wat doe ik?”  Op huisbezoek gaan. “Waarom ga ik op huisbezoek?”  Om de visie van ouders te verkennen = functie „vraagverheldering‟.  Om te bespreken hoe ze hun kind kunnen ondersteunen bij huiswerk maken = functie „kortdurende begeleiding‟ Vb2: “Wat doe ik?”  Deelnemen aan teamoverleg. “Waarom neem ik deel aan teamoverleg?”  Om uit te stippelen welke stappen nodig zijn om tot een gefundeerd advies te komen binnen een casus = functie „diagnostiek - HGD – strategie‟.  Om af te spreken hoe een toevloed aan nieuwe aanmeldingen kan verwerkt worden = functie „overleg over organisatie en werking CLB‟ veranderingen  Er zijn functies geschrapt – nieuwe bijgekomen – bestaande omgevormd. 

Er is de mogelijkheid expliciet een traject volgens de principes van HandelingsGerichte Diagnostiek te registreren.



Sommige functies kunnen enkel geselecteerd worden in combinatie met een andere functie: o „Intern overleg in functie van leerling/school‟ Teamoverleg (= “intern overleg ifv een leerling/school” ) is eigenlijk geen functie, maar een middel om mbt. een probleemsituatie tot een inzicht of een besluit te komen. Je doet niet aan teamoverleg omwille van dat overleg zelf, maar bvb. om te komen tot een werkbare begeleidingsstrategie, of tot formuleren van een advies, of om een bepaalde indicering af te toetsen… Daarom kan de LARS-functie „Intern overleg in functie van leerling/school‟ alleen gebruikt worden in combinatie met een andere functie, die de finaliteit van de activiteit beter aanduidt. Op termijn moet deze functie helemaal verdwijnen. o „diagnostiek – algemeen‟ „diagnostiek – HGD - …‟ „advisering‟ „kortdurende begeleiding‟ kunnen enkel geselecteerd worden als voorafgaand de functie „onthaal‟ of „vraagverheldering‟ werd gekozen, meestal binnen een traject van gekoppelde activiteiten, eventueel ook binnen dezelfde activiteit. Er zijn geen „restricties‟ ingebouwd binnen de HGD fasen; kunnen dus los van elkaar én door elkaar gekozen worden.



Sommige functies werden omgevormd en krijgen een bredere invulling: o „Samenwerking met het netwerk‟ Kan breed geïnterpreteerd worden: kan gaan over effectief samenwerken in een begeleidingstraject, maar ook verkennend of voorbereidend gesprek ifv. van een verwijzing, opmaken van een verslag nav. verwijzing of het ontvangen van een verslag of een respons na verwijzing kan hieronder worden geregistreerd. o „Formalisering attest/advies‟ slaat op het formaliseren en neerschrijven in een attest of een gemotiveerd verslag, van een advies dat een “toegangsticket” inhoudt tot een keuze OLB, een voorziening in de hulpverlening, een specifieke zorg,… Zonder attest of verslag kan de cliënt reglementair geen toegang krijgen tot bepaalde keuzes, voorzieningen of zorg. Dit is dus breder dan het opmaken van een BuO-attest, om tegemoet te komen aan de stroom van vragen mbt. verslagen ifv. POT, verhoogde KB, VAPH etc.


pg. 3 van 16



Opletten voor verwarring: woorden die op elkaar lijken, hebben wel degelijk een andere betekenis. o Advisering: heeft eigenlijk 2 betekenissen, te onderscheiden obv. actoren:  actor = leerling of persoon uit de leefomgeving: informeren en handelingsgericht advies geven over keuzemogelijkheden en gedragsalternatieven; evt. aanraden van bepaalde hulp  actor = leerkracht (of ruimer: schoolgerelateerd): informeren en handelingsgericht advies geven aan leerkrachten om hun draagkracht te versterken bij de opvang van een leerling met zorgvragen = zgn. „consultatieve leerlingenbegeleiding‟  Diagnostiek - HGD – advies Wordt binnen een expliciet HGD-traject als volgt omschreven: Het CLB-team informeert cliënt en ouders over de aanbevelingen, met argumenten pro en contra. Alle betrokkenen overleggen over de aanbevelingen en er wordt een keuze uit gemaakt. De gekozen aanbeveling(en) krijg(t)(en) kracht van advies. Het advies wordt neergeschreven in een verslag en er worden concrete afspraken gemaakt over uitvoering en evaluatie ervan.  Formalisering attest/advies zie hierboven

3.4. onderwerpen Globaal: In een aantal gevallen staat een onderwerp niet op zich, maar wordt een spectrum “van… tot…” bedoeld.  Dit wordt visueel aangeduid met een pijltje.  Het selecteren van dergelijk onderwerp is expliciet voorzien voor die activiteiten waarvan men de ernstgraad van de problematiek (nog) niet precies kan aangeven.  Onderliggend aan zo‟n spectrum is telkens een uitsplitsing in concrete, afgelijnde onderwerpen voorzien. Voorbeeld: Ouders nemen contact met CLB omdat ze door de leerkracht aangesproken werden over moeilijk lezen en hardnekkige spellingsmoeilijkheden bij hun kind; de leerkracht dacht aan dyslexie en stelde voor dat ouders dit door het CLB zouden laten onderzoeken.  Bij eerste contacten (functie: onthaal, evt. gecombineerd met vraagverheldering) hierover is het wellicht voorbarig dit als dyslexie te benoemen, maar het gaat wel degelijk over een probleem dat zich situeert in het spectrum van lees- en spellingsproblemen tot „echte‟ dyslexie. We selecteren als onderwerp dan ook “1.1.4. Lezen en Spelling  dyslexie”  Pas als naderhand meer duidelijkheid komt, selecteert men de onderliggende onderwerpen “1.1.4.1. Lezen” of “1.1.4.2. Spelling” of de combinatie van beide, of “1.1.4.3. Dyslexie” Leren en Studeren: enkele opsplitsingen (vb. ontwikkelingsachterstand, ontwikkelingsvoorsprong…) motoriek als geheel naar PGZ verplaatst omwille van pragmatische redenen: een onderwerp kan maar op één plaats voorkomen en het is voorwerp van onderzoek tijdens consulten. Onderwijsloopbaan: AANDACHTSPUNT: verschil tussen keuzemomenten (klassieke overgangen) en trajectbegeleiding (andere momenten) Preventieve gezondheidszorg:  motoriek is onderwerp op zich  profylaxe valt weg, gaat op in „preventie van verspreiding van besmettelijke ziekten…‟  luizen wordt (als enige) weerhouden als specifiek onderwerp, onderliggend aan besmettelijke ziekten, omdat het in de centra een vaak geselecteerd onderwerp is dat men specifiek wil registreren Nascholing LARS als digitaal dossier oktober - november 2011

pg. 4 van 16



 

het blok voedings- en eetgewoonten wordt aangepast: onderwerp obesitas wordt hier geschrapt omdat het niet per definitie te maken heeft met eetgewoonten; we weerhouden het ook niet als specifiek onderwerp, onderliggend aan gewicht, omdat obesitas steeds slaat op gewicht ifv. lengte (en leeftijd) anorexia, boulemia en binge eating is limitatieve opsomming van eetstoornissen seksuele geaardheid wordt ondergebracht in domein PSF en gaat over jongeren die psychische problemen krijgen omwille van de eigen seksuele geaardheid; daarom ook dat het staat onder 4.4. Identiteitsproblemen (het is de jongere die last heeft met zichzelf…) 3.5. Relatievorming en seksualiteit van domein PGZ gaat over het proces van seksuele rijping én de relatie tot de andere.

Psycho-sociaal functioneren: uitbreiding en verfijning van de onderwerpen  Onderliggend aan „angstproblemen -> angststoornissen‟ worden enkel faalangst, schoolfobie en separatieangst gespecificeerd omdat die in schoolse context/schools functioneren betekenisvol zijn. Daarnaast is het onderwerp “andere angststoornissen” voorzien omdat het niet zinvol is een arbitraire selectie te maken noch de DSM-IV te copiëren  idem bij stemmingsproblemen -> stemmingsstoornissen en bij persoonlijkheidsproblemen -> persoonlijkheidsstoornissen.  Onderliggend aan sociale ontwikkeling wordt het onderwerp “interactieproblemen met leerkracht(en)” voorzien. Precies de rol en betrokkenheid van de leerkracht(en) maakt dan het onderscheid uit met “aanpassingsproblemen, sociale vaardigheden”.  De groep “problemen thuis” is verduidelijkt en uitgebreid.  het blok “identiteitsproblemen” is nieuw en omvat ook seksuele geaardheid Systeemgerichte preventieve aanpak: niet veranderd Diversen: in het kader van de registratie van secundaire processen; ook hier niets veranderd


pg. 5 van 16

DEEL 2: PRAKTIJKVOORBEELDEN - „Hoe registreer ik…‟ Activiteiten mbt. problematische afwezigheden

a. “spijbelcel” Je bent als CLB-medewerker systematisch aanwezig op de maandelijkse overlegvergadering betreffende problematische afwezigheden van leerlingen in een bepaalde school. => Type cliënt:  Als de CLB-tussenkomst bestaat uit reflectie over het beleid op school tav. problematische afwezigheden: type cliënt = “school”  Als het gaat over een probleem bij een identificeerbare leerling: type cliënt = “leerling” Let wel: Dergelijk overleg op school geeft niet automatisch aanleiding tot het registreren van gegevens van elk van de leerlingen! We beperken ons tot die leerlingen waar er effectief tussenkomst van de CLB-medewerker is. => Actor: Cel leerlingenbegeleiding/MDO => Te gebruiken functie ? Kan variëren:  Als de CLB-tussenkomst bestaat uit reflectie over het beleid op school tav. problematische afwezigheden: functie = “schoolondersteuning”  Als de CLB-tussenkomst bestaat uit reflectie over mogelijke stappen die de school zelf kan ondernemen mbt. specifieke leerling: functie = “adviseren”  Als de CLB-tussenkomst bestaat uit informatiegaring ifv. tussenkomsten van de CLBmedewerker mbt. specifieke leerling: functie = “vraagverheldering”  Als de CLB-tussenkomst bestaat uit feedback over gedane tussenkomsten van de CLBmedewerker mbt. specifieke leerling: functie = “kortdurende begeleiding” b. eerste tussenkomst tav. leerling of context: Bij signalering van een leerling die problematisch afwezig is, en waarbij de school een tussenkomst van CLB vraagt, registreren we de eerste actie die de CLB-medewerker onderneemt als start van een traject, als volgt in LARS: Type cliënt: leerling Functie: onthaal Actor: vb zorgcoördinator (persoon die de aanmelding doet) cel/ MDO,… Onderwerp: 2.1.1. afwezigheden  problematische afwezigheden Enkel de combinatie van functie „onthaal‟ met onderwerp „2.1.1. afwezigheden  probl. afwezigheden‟ leidt tot een nomfiche. En dus enkel deze combinatie genereert het specifiek tabblad attributen waarin het aantal Bcodes wordt gevraagd. (Zie eerste activiteit in de illustratie hieronder.)


pg. 6 van 16

LET OP: 1.

Binnen éénzelfde traject volstaat het om bij de start één keer een nomfiche te registreren (dus één keer de B-codes, met functie onthaal). Meldingen van het groeiend aantal halve dagen afwezigheid, worden genoteerd in het e-ARD. Je maakt dus niet opnieuw een activiteit met functie onthaal en onderwerp 2.1.1. afwezigheden  problematische afwezigheden.

2.

Gaat het echter om een leerling die “hervalt” (vb. een leerling die in het eerste trimester afwezig was, waar de CLB-medewerker tussenkwam met positief resultaat, blijft na de krokusvakantie weer afwezig) dan wordt dit gezien als een nieuw traject. Er wordt opnieuw gestart met functie onthaal in combinatie met onderwerp 2.1.1. afwezigheden  problematische afwezigheden, zodat er een nieuwe nomfiche met het aangegroeide aantal B-codes wordt aangemaakt.

c. vervolgactiviteiten:  Aanmaken als “gekoppelde activiteit”.  Functie: kan variëren naargelang het traject vordert (vraagverheldering, diagnostiek, kortdurende begeleiding, samenwerken met netwerk, …)  Onderwerp: kan variëren van “2.1.1. …” tot “2.1.4. …” of ook verschuiven naar een ander onderwerp, naargelang de problematiek die achter de afwezigheden schuilgaat.


pg. 7 van 16

Probleemsignalering door iemand die discretie vraagt:

Een buurman van een gezin komt op het CLB met de boodschap dat hij zich ongerust maakt over de kinderen van dat gezin: het gaat er vaak luid aan toe, ze zijn vaak onverzorgd en zwerven op straat, … De man vind dat er iets moet gebeuren, want dit is toch verwaarlozing?! Maar de ouders mogen niet weten dat hij dat is komen vertellen. tabblad [registratie] => Type cliënt : “leerling” => Functie: “onthaal”, wellicht gecombineerd met “vraagverheldering” => Actor: “derden” => Onderwerp: “4.3.2 Verwaarlozing – mishandeling” tabblad [attributen] => Buurman is een “derde”; moet geïdentificeerd worden en aan de activiteit toegevoegd worden door aan te vinken. => Dit hoeft geen conflict te geven met de vraag naar discretie, want er is mogelijkheid te werken met exceptie op niveau e-ARD of op niveau activiteit

Deelname aan begeleidende klassenraad of MDO/Cel leerlingenbegeleiding:

=> Kan zowel schoolondersteunend zijn als leerlinggericht. => Indien leerlinggericht:  Beschouw dit steeds als een serie van individuele activiteiten, leerling na leerling, en niet als één activiteit met daarin verschillende leerlingen. Alleen op die manier kan je casus per casus de juiste functies en onderwerpen gebruiken.  Dergelijk overleg op school hoeft niet automatisch aanleiding te geven tot het nemen van notities in het dossier van elke leerling. We beperken ons tot die leerlingen waar er effectief tussenkomst van de CLB-medewerker is.

Deelname aan multidisciplinair overleg („teambespreking‟):

=> Is een serie van activiteiten, niet één activiteit met daarin verschillende leerlingen. Alleen op die manier kan je casus per casus de juiste functies en onderwerpen gebruiken. => Actor is steeds “geen actor”.


pg. 8 van 16

Activiteiten ivm. keuzebegeleiding:

a. informatieles voor de leerlingen van een klas (vb. in 6de lj. over structuur SO) Uitgangspunt is dat dergelijke activiteit kadert in het OLB-traject dat de school uitstippelt. De informatieles is onderdeel van een groter geheel, waarvan in principe de school de regisseur is. => Type cliënt = school => Functie = schoolondersteuning => Onderwerp = “2.3.2. Overstap LO-SO” b. tussenkomst(en) nav. individuele vraag van leerling of context: => Type cliënt = leerling => Startactiviteit: Functie = onthaal, evt. gecombineerd met vraagverheldering, evt. ook gecombineerd met informatieverstrekking. => Evt. vervolgactiviteit(en): met functie opnieuw „informatieverstrekking of „diagnostiek‟ of „advisering‟. => Onderwerp = “2.3.2. Overstap LO-SO” c. deelname aan „adviserend MDO / adviserende klassenraad‟ => Type cliënt = leerling => Functie = advisering => Onderwerp = “2.3.2. Overstap LO-SO” Omdat hier zowel functie als onderwerp als actor gelijk blijven voor de betrokken leerlingen, kan dit als 1 activiteit met verschillende leerlingen gezien worden. Dergelijk overleg op school hoeft niet automatisch aanleiding te geven tot het nemen van notities in het dossier van elke leerling. We beperken ons tot die leerlingen waar er effectief tussenkomst van de CLB-medewerker is.

Attesteren i.k.v. verwijzing naar BuO / GON1

Conform de regelgeving worden „attest‟ en „inschrijvingsverslag‟ als één geheel beschouwd. Er wordt daaromtrent slechts 1 activiteit geregistreerd. In het e-ARD kan evt. verwezen worden naar het inschrijvingsverslag, of dmv. „knippen en plakken‟ kan het besluit ingevoegd worden, of er kan een referentiecode van het papieren verslag worden genoteerd enz.

Omdat achter deze registratie een nomfiche steekt, kan dit slechts op deze manier gebeuren, zodat het specifiek attributenscherm kan ingevuld worden. => Type cliënt = leerling => Actor = geen actor => Functie = formalisering attest/advies => Onderwerp = 2.2.3. Overstap naar / binnen buitengewoon onderwijs (en omgekeerd)

1

Bron: Omzendbrief GD/2003/05 - Geïntegreerd onderwijs, 2.3.1 (1.3)


pg. 9 van 16

Uitleg bij [aard handicap volgens GON-plan] Het onderscheid tussen “normaal begaafd”, “licht mentale handicap” en “matige of ernstige mentale handicap” is gebaseerd op criteria voor oriëntering naar het type 1 of 2 van buitengewoon onderwijs die worden gehanteerd door de oriënterende instanties. Ernstige fysieke handicap = een handicap ten gevolge van een neuro-motorische stoornis sinds de geboorte, na ziekte of na ongeval (o.a. hersenverlamming, post traumatisch letsel); syndromen of ziektes die een beenderige, musculaire of gewrichtaandoening veroorzaken (o.a. arthrogryposis multiplex congenita, ernstige kinderreuma); spierziekte; spina-bifida, in zoverre die handicap een zeer ernstige beperking qua schrijf- en spraakmotorisch functioneren met zich meebrengt. Ernstige visuele handicap = een gezichtsscherpte, na optische correctie, van maximaal één tiende voor elk oog, en/of aangewezen zijn op brailleschrift. Ernstige auditieve handicap = een gemiddeld hoorverlies van minstens 90 dB aan beide oren bepaald volgend de Flecher-index en niet meer bereiken dan 40% foneemdiscriminatie in spraakaudiometrie, dit alles afgenomen zonder hoorapparatuur. Matige handicap wordt omschreven als „een handicap lichter dan een ernstige‟. Het is vooral de arts die de „ernst‟ van de handicap zal bepalen. Concreet betekent dit dat de motivering voor de bepaling „ernstig‟ in het protocol moet terug te vinden zijn (bvb. een audiogram, doktersattest …). Het integratieteam kan zelf niet beslissen dat een kind, met bvb. gehoorverlies van 60 dB, “ernstig gehandicapt” is en dit opnemen in het integratieplan.


pg. 10 van 16

Uitleg bij volledige vs. gedeeltelijke / permanente vs. tijdelijke integratie

Bij volledige integratie volgt de leerling alle lessen en activiteiten in het gewoon onderwijs. Bij gedeeltelijke integratie volgt de leerling minstens twee halve dagen per week gewoon onderwijs. Bij gedeeltelijke integratie worden het aantal lesuren/lestijden en de gevolgde leervakken en activiteiten in de gewone school vermeld. Permanente of tijdelijke integratie Men spreekt van permanente integratie als de leerling ten minste vanaf 1 oktober tot en met 30 juni de lessen in het gewoon onderwijs volgt. De integratie is tijdelijk wanneer dit niet het geval is.


pg. 11 van 16

Overstap KO–LO Type cliënt: Functie: Actor: Onderwerp:

leerling geformaliseerd attest/advies geen actor overstap KO - LO

Spreekt wellicht voor zich: vertraagde instap = het kind blijft nog een jaar langer in het kleuteronderwijs (het brengt dus het eerste jaar van de leerplicht door in het kleuteronderwijs) vervroegde instap = het kind start in het gewoon lager onderwijs nog voor het de leerplichtige leeftijd heeft

Overstap LO–SO

Een kind kan maximaal 8 jaar in het gewoon lager onderwijs doorbrengen. Voor de toelating tot het achtste jaar is een gunstig advies van de klassenraad en een advies van het CLB vereist.


pg. 12 van 16

LET OP:  een kind dat in het Buitengewoon Lager Onderwijs een (1ste of een 2de)verlenging krijgt wordt NIET met het onderwerp overstap LO-SO geregistreerd, maar wel als volgt: Type cliënt: Actor: Functie: Onderwerp: 

leerling ouders + ev klassenraad + ev directeur onthaal + advisering overstap naar / binnen buitengewoon onderwijs (en omgekeerd)

Als daarna het kind de overstap maakt naar BuSO wordt dit geregistreerd als attestwijziging: Type cliënt: Functie: Actor: Onderwerp:

leerling geformaliseerd attest/advies Geen actor overstap naar / binnen buitengewoon onderwijs (en omgekeerd)

2

Buitengezet Op School

1e. kortdurende time out: een time-outbegeleiding met een doorlooptijd van vijf tot tien aaneensluitende werkdagen; 2e. langdurige time out: een time-outbegeleiding met een doorlooptijd van drie tot zes opeenvolgende weken; 3e. project : de aanbieding en toepassing van time out door een vereniging; [3°/1 schoolse vertraging : de vertraging die een leerling oploopt ten opzichte van de groep leerlingen van hetzelfde geboortejaar;] 4e. time out : een methodiek waarbij jongeren tijdelijk uit het secundair onderwijs worden gehaald, met als voornaamste doelstellingen hun re-integratie als schooluitval dreigt, de verhoging van de gekwalificeerde uitstroom uit het secundair onderwijs en de realisatie van integrale begeleiding van die jongeren.

2

Bron: Besluit van de Vlaamse Regering van 19/06/2009 houdende de voorwaarden tot toekenning van de subsidies en houdende de wijze van selectie, de duur en de evaluatie van kortdurende en langdurige time-out programma‟s (B.S. 05/10/2009) Nascholing LARS als digitaal dossier oktober - november 2011

pg. 13 van 16

Besmettelijke ziekten We beschouwen dit als een traject, met mogelijk verschillende cliënttypes. 1. Melding van een besmettelijke ziekte = aanmaken als [nieuwe activiteit] Tabblad registratie: Cliënttype: Functie: Actor: Onderwerp:

leerling onthaal = melder, bv. directie/directieteam 3.3.2 Besmettelijke ziekten

Tabblad leerlingen: Hier voeg je de leerling(en) toe die gemeld zijn met besmettelijke ziekte. Tabblad attributen: Hier vul je per leerling een eARD in met de nodige gegevens voor het nemen van een volgende stap. Over welke aandoening gaat het? Van wie kwam de melding op school? Is het bekend welke arts de diagnose stelde? Zo ja: wie + contactgegevens noteren. Indien gehospitaliseerd: waar? … 2. Nagaan bij de arts die de diagnose gesteld zou hebben of dit inderdaad gaat over een besmettelijke aandoening = aanmaken als [gekoppelde activiteit] Tabblad registratie: Cliënttype: Functie: Actor: Onderwerp:

leerling vraagverheldering Netwerkpartners en hulpverlening 3.3.2 Besmettelijke ziekten

Tabblad leerlingen: Hier staat de leerling in kwestie al in. Tabblad attributen: In het eARD kan je een weerslag typen van het relaas. Mogelijkheden: 1. diagnose verworpen 2. diagnose bevestigd => geen specifieke acties noodzakelijk; algemeen advies voor de school (profylactische maatregelen) volstaat. 3. diagnose bevestigd => nood aan brieven voor de ouders van medeleerlingen en maatregelen op school. 4. diagnose bevestigd => acties te ondernemen door CLB op school (screening) 3. Terugkoppeling naar school = aanmaken als [nieuwe activiteit] Tabblad registratie: Cliënttype: School: Functie: Actoren: Onderwerp: Notitieveld:

school de officiële school schoolondersteuning bv directie/directieteam 3.3.2 Besmettelijke ziekten Welke klassen hebben brieven gekregen.


pg. 14 van 16

enkel bij mogelijkheid 4: 4. Screeningsonderzoek = aanmaken als nieuwe medische activiteit Schermonderdeel „Wat‟ : Cliënttype: leerling Functie: selectief consult Consult type: niet invullen Actoren: leerlingengroep of leerlingen schoolpopulatie Onderwerp: 3.1. Lichamelijke ontwikkeling - niet gespecificeerd (dit is wellicht een tijdelijke situatie; we onderzoeken de mogelijkheid om het onderwerp 3.3.2. besmettelijke ziekten te kunnen selecteren) Schermonderdeel „Wie‟ : De te onderzoeken leerlingen toevoegen. Schermonderdeel „Onderzoeksscherm‟ : Resultaat noteren in tekstvak

enkel als aandoening met meldingsplicht: 5. Melding provinciale gezondheidsinspectie/EDPB3 = activiteit gekoppeld aan de oorspronkelijke melding: Tabblad registratie: Cliënttype: Functie: Actoren: Onderwerp:

leerling Samenwerking met netwerk Netwerkpartner 3.3.2 Besmettelijke ziekten

Tabblad leerlingen: De leerling staat ingevuld, gezien we vanuit het dossier gestart zijn. Tabblad attributen: In het verslagveld typ je de gegevens die je hebt doorgegeven aan de gezondheidsinspectie respectievelijk de EDPB.

3

Externe Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk.


pg. 15 van 16

Luizen

1. Screeningsonderzoek: Het screenen van een groep leerlingen op de aanwezigheid van hoofdluizen, is – voor zover dit nog door de CLB-medewerker gedaan wordt – een schoolondersteunende activiteit. Cliënttype: School: Functie: Actoren: Onderwerp:

school [naam van de school] schoolondersteuning bv zorgleerkracht, leerkracht, … 3.3.3 Luizen

2. Opvolging van probleemsituaties: Als de globale inspanningen van de school bij specifieke leerlingen geen positief resultaat opleveren, kan de school aan het CLB tussenkomst vragen. Voor deze probleemsituaties of haardgezinnen kan je een begeleidingstraject opstarten. De eerste activiteit daarbij is onthaal van de melding door de school. We maken vanuit het dossier van de betrokken leerling een [nieuwe activiteit] aan. Tabblad registratie: Cliënttype: Leerling Functie: Onthaal Actoren: bv Leerkracht of directie/directieteam of zorgcoördinator Onderwerp: 3.3.3 Luizen Tabblad leerlingen: De leerling staat ingevuld, gezien we vanuit het dossier gestart zijn. Tabblad attributen: In het verslagveld kan je de melding vanwege de school kwijt. Vermeld ook welke de inspanningen de school reeds leverde.

Wat de volgende stappen zijn in een mogelijk traject hangt van casus tot casus af. Werk daarbij met activiteiten die gekoppeld worden aan het „onthaal‟.


pg. 16 van 16

DEEL 2: PRAKTIJKVOORBEELDEN - Hoe registreer ik

Recommend Documents