Press Kit
De show: Corteo Geschreven en geregisseerd door Daniele Finzi Pasca Corteo, Italiaans voor ‘processie’, is een feestelijke parade, een opgewekte rouwstoet die plaatsvindt in de verbeelding van een clown. In de voorstelling smelt de passie van de acteurs samen met de elegantie en kracht van de acrobaten. Zij nemen het publiek mee naar een theatrale wereld vol entertainment, komedie en spontaniteit. Een mysterieuze droomwereld, ergens tussen hemel en aarde. De clown stelt zich zijn eigen begrafenis voor in een carnavalssfeer, terwijl zorgzame engelen de wacht houden. De show confronteert ons met de tegenstelling tussen groot en klein, lach en tragiek, de magie van perfectie en de charme van imperfectie.
Corteo toont de kracht en kwetsbaarheid van de clown, zowel zijn wijsheid als zijn vriendelijkheid. Al onze menselijke trekken passeren de revue. De muziek, de ene keer vol sfeer en passie en dan weer uitgelaten en speels, maakt van Corteo een tijdloos feest waarin de illusie en realiteit in elkaar overvloeien.
De acts
(in alfabetische volgorde)
Acrobatic Ladder
Acro-Duet
Adagio Duet
Een laddervirtuoos verbaast het publiek met zijn duizelingwekkende evenwichtsact terwijl hij met ladders staat te stoeien en wanhopig bij een engel tracht te komen die hem van bovenaf gadeslaat.
In deze prachtig gechoreografeerde dans glijdt een koppel sierlijk door een reeks acrobatische en artistieke poses vol superieure kracht, evenwicht en ritme.
Deze meesterlijke en tedere pas-de-deux, met ongelofelijke lenigheid, lichaamsbeheersing en handbalancering, wordt uitgevoerd door een duo, hangend aan verticale ringen boven een draaiend podium.
Artist Marionette
Bouncing Beds
Cyr Wheel
Als een levende pop, overeind gehouden door draden, duikt plotseling een artiest-marionet op om met Mauro de Droomclown te spelen in een setting die een strandscène uit zijn kindertijd tevoorschijn roept.
Als een stel uitgelaten jonge kinderen die in de kamer van hun ouders spelen, springen zes artiesten op twee bedden van bijna 300 kilo die staan op een draaiend podium. In een speelse sfeer voeren ze acrobatische hoogstandjes uit, het ene nog gewaagder dan het andere.
Vijf artiesten voeren op Cyr-wielen solo’s en groepsfiguren uit. De eenvoud van het Cyr-wiel, een pure cirkel, zorgt voor een complexe en energieke prestatie.
Chandeliers
Duo-Straps
Foot Juggling
In deze vrolijke act ontmoeten vier vrouwen, de vroegere geliefden van de Droomclown, elkaar als in een droom. Ze doen acrobatische toeren in de lucht, aan drie grote kroonluchters die boven Mauro’s bed draaien.
In deze betoverende act gaat een duo met behulp van luchttouwen op zoek naar een magische en tedere verbondenheid die het publiek betovert met een prachtig vertoon van behendigheid, evenwicht en kracht.
Sierlijkheid, behendigheid en coördinatievermogen worden samengebracht in één personage dat ons meevoert naar een wereld die de tradities volgt van het oude circus. Een tijd waarin Mauro en zijn vrienden ooit speelden.
Golf
Helium Dance
Juggling
Op de klanken van een doedelzak verschijnt een strook groen licht, die een golfbaan suggereert. De Reuzenclown wandelt het podium op met de bedoeling het publiek zijn golftalenten te tonen.
Een teder en poëtisch moment tussen Mauro de Droomclown en zijn Clownerie die het publiek met hun pure vreugde betoveren.
Vier jonge artiesten tonen een sterk staaltje van hun kunnen in een ongelofelijke act die jongleren en acrobatiek samenbrengt. Ze tarten de wetten van de zwaartekracht terwijl ze achtereenvolgens jongleren met ringen, hoepels en kegels.
Little Horses
Paradise
Teatro Intimo
Een koppel “pantomimepaarden”, waarin twee artiesten hebben plaatsgenomen, maken het de Kleine Clown niet gemakkelijk. Om de beurt zullen het Kleine Paard en de Kleine Merrie proberen te ontsnappen uit de greep van hun africhter.
Met een trampoline die tevens als vangnet fungeert en drie Koreaanse lanceerstations die verder van elkaar zijn gezet dan ooit tevoren, wordt een universum gecreëerd waarin luchtacrobatiek en trampolinespringen samensmelten tot één adembenemende act.
Acht ‘acteurs’ persen zich in een minuscuul theatergebouw om een waanzinnige versie van “Romeo en Julia” te spelen waarin de verrassingen in iedere hoek schuilen.
Teeterboard
Tightwire
Tournik
Drie acrobaten herdefiniëren de beroemde Koreaanse wipplanktechniek in een act waarin snelheid en complexiteit aan elkaar gewaagd zijn, omringd door twee artiestengroepen die de act op ritme brengen met stem-en percussiewerk.
Omringd door engelen danst een jonge vrouw op zes meter van de grond over een koord. Dat doet ze met puntschoenen, een eenwieler, tal van hoepels en op blote voeten. Vervolgens tart ze de zwaartekracht door over een koord te wandelen dat hangt onder een hoek van 40 graden en op zo’n 12 meter hoogte in de hemel te verdwijnen.
Op een centrale kubusvormige structuur met aan weerszijden twee rekstokken kruisen een groep artiesten elkaars pad in een act waarin rekstokdiscipline en circusacrobatiek in elkaar overvloeien. De manier waarop keer op keer de zwaartekracht wordt getart, doet iedere kijker op het puntje van z’n stoel belanden.
Vasos de cristal y cuencos tibetanos Aangemoedigd door Mauro de Droomclown en de Reuzenclown, die klaar staan om een aanstekelijke melodie in kristallen glazen te spelen, toont De Trouwe Fluiter, een fluitvirtuoos, zijn uitzonderlijke talent in deze adembenemende act.
De personages
Mauro de Droomclown
De Witte Clown
De Trouwe Fluiter
Mauro de Droomclown is het hoofdpersonage in het verhaal, ter ere van wie deze fantastische begrafenis plaatsvindt… of is het allemaal toch een droom? Als voormalig lid van de groep die hem omringt, trekt hij zijn kostuum aan om nog één keer op te treden.
Voor de Witte Clown is vertoon en schone schijn erg belangrijk. Net als Monsieur Loyal, is hij een gezagsfiguur, tenminste, dat zou hij wíllen zijn. Van alle kleurrijke figuren bewondert hij alleen de sterren, de rest minacht hij. Het is de Witte Clown die voor Mauro de Droomclown de deuren van de circusmagie opent.
We vinden de oorsprong van de Trouwe Fluiter in de klassieke rol van “Mr. Loyal”, de circusdirecteur van traditionele circussen. De Trouwe Fluiter doet denken aan een voormalig militair, die zich heeft omgeschoold in de circuskunst, maar zijn verleden niet van zich af kan schudden. Maar als hij begint te fluiten, treedt zijn grenzeloze artistieke passie op de voorgrond.
De Clownerie
De Kleine Clown
De Reuzeclown
De Clownerie is een actrice, een ware Grande Dame van het podium, die op de een of andere manier terechtkwam in deze knotsgekke groep. Dankzij haar charme, haar professionaliteit én haar sterke karakter is ze de dwaasheid van haar partners keer op keer de baas.
De Kleine Clown is een piepklein clowntje dat verliefd is op de Clownerie en steeds bereid is om grapjes uit te halen met zijn kameraden. Hij is ondeugend en levendig, maar ook een vertederend personage waarmee rekening moet worden gehouden.
Hoewel hij een zeer matige operazanger is, ziet de Reuzeclown zichzelf als wereldberoemd artiest. Het is ongetwijfeld met hem dat de Dode Clown de meest hechte band heeft, bijna als broers.
Der kleine Engel
Augustusclown
Der kleine Engel verkörpert Anmut und Licht und wacht über dem Bett des Träumer-Clowns, den er genau so führt, wie einst Beatrice Dante durch das Paradies geleitete. Der kleine Engel bringt dem Träumer-Clown auch das Fliegen bei.
De Augustusclown is de tegenpool van de Witte Clown. Terwijl de Witte Clown voor orde en vertoon staat, stuurt de Augustusclown steevast alles in het honderd en komt hij in de meest waanzinnige situaties terecht. De Augustusclown is een beetje onbeholpen: hij valt om de haverklap en zijn kompanen maken het hem niet gemakkelijk, vooral de Witte Clown.
Decorontwerp De set en het decor van Corteo dompelen het publiek onder in een lyrische wereld, een mysterieuze ruimte tussen hemel en aarde.
Het Podium Decorbouwer Jean Rabasse verdeelde de Grand Chapiteau en het draaiende podium in tweeën, zodat beide helften van het publiek naar elkaar gericht zijn. Op die manier zien ze niet alleen het optreden, maar ook het publiek door de ogen van de artiest. Een primeur voor Cirque du Soleil.
• Er zijn twee draaischijven van ongeveer 31,6m lang op het podium gebouwd en de piste is bijna 12,5 meter lang.
• Er werden meer dan 9.000 beelden gebruikt in de onderzoeks- en ontwikkelingsfase van het setontwerp om verscheidene visuele stijlen en invloeden optimaal met elkaar te kunnen versmelten, van barok tot hedendaags. .
Het “Patience” Het “Patience” is een indrukwekkende gebogen technische structuur in staal die het interieur van de Grand Chapiteau domineert. Het is een van de meest complexe setelementen in de show en het wordt gebruikt om tal van decorstukken en acrobatiegereedschap van boven op het podium neer te laten.
• Het “Patience” heeft twee rails die door de Grand Chapiteau lopen.
• Op elke rail zitten vier karren die scène-en acrobatie-elementen vervoeren.
• De acht karren hebben een hefvermogen van 450 kilo en een topsnelheid van 1,2 meter per seconde.
• Op zijn hoogste punt bevindt het “Patience” zich op 12,5 meter boven het podium. Het apparaat werkt volledig autonoom en het kan overal worden opgesteld.
De Gordijnen Het was een bezoek aan de tentoonstelling The Great Parade: Portrait of the Artist as Clown in de National Gallery of Canada dat Jean Rabasse ertoe bracht om de Corteoprocessie op gordijnen te schilderen. Hij liet zich bij zijn ontwerp inspireren door schilders als Willette, Picasso, Tiepolo, Pelez en Knight.
• De gordijnen van de show zijn geïnspireerd op een schilderij uit 1885 van de Parijse artiest Adolphe Willette.
• De twee enorme barokke “Roll Drop”-gordijnen (17,6 meter breed en bijna 12 meter hoog) en de vier gordijnen in Italiaanse stijl die zijwaards openen, behoren tot de markantste elementen in de show. Ze werden in Canada genaaid en vervolgens naar Frankrijk gestuurd om geverfd te worden.
• Het duurde meer dan twee weken om beide zijden van het centrale gordijn in aquarel te verven.
• De centrale gordijnen hangen vast aan gigantische dragers waarin slagmotoren zitten om ze uit- en op te rollen.
Het Doolhof In het midden van het ronde podium bevindt zich een doolhof met exact dezelfde maten als het klassieke ontwerp op de vloer van de zijbeuk van de kathedraal van Chartres.
• In het midden van het doolhof werd een Moebiusring van 20 cm geschilderd als symbool van oneindigheid en continuïteit.
Kostuums & Rekwisieten Bij het ontwerpen van de meer dan 260 kostuums voor de Corteo-cast, besloot kostuumontwerpster Dominique Lemieux om de natuurlijke schoonheid van de artiesten te accentueren.
• Ze gebruikte hiervoor meer dan 900 verschillende stoffen. Ze koos voor natuurlijke vezels zoals zijde, linnen, katoen en kant in een subtiel kleurenpalet van onder meer blauwe en roze tinten, fuchsia en goud, met lovertjes en juwelen.
• Veel stoffen werden geverfd, gespuitlakt en van een antiek ogend patinalaagje voorzien.
• Op elke showdag moet er 12 à 16 uren gestreken worden om de kostuums klaar te maken.
• Er zijn 40 engelen in Corteo, onderverdeeld in vier soorten: Aartsengelen, Kleine Engelen, Grote Engelen en Augustusengelen.
• De kleinste schoenmaat in de show is kindermaat 34 en de grootste is 53 EEE.
Acrobatische toestellen Corteo pakt uit met tal van acts die bij Cirque du Soleil werden bedacht en ontworpen en die naadloos passen bij het design van de set.
• De “Paradise”-act verenigt twee circustechnieken die nooit eerder werden gecombineerd: de Koreaanse Wieg en het Tramponet (een combinatie van trampoline en vangnet). De artiesten worden tussen drie Koreaanse Wiegposities gegooid, die verder van elkaar geplaatst zijn dan ooit tevoren, en veren op en neer op het 30 meter lange Tramponet.
• De “Portiks” bestaan uit een stalen frame en bijhorende hoge rekstokken die op de draaischijven van het podium worden gezet.
• De “Lustres” zijn gigantische kroonluchters die boven het podium zweven. Ze zijn versierd met zo’n 4.000 fonkelende “juwelen” en slingers van reflecterende bollen.
• Er zijn drie op maat gemaakte ladders in de show, elk voor een verschillende acrobatische toepassing. Daaronder een springladder en een hoge ladder van bijna 4,5 meter.
Biografie van de makers Guy Laliberté werd geboren in Québec City in 1959. Guy Laliberté stichtte het allereerste internationaal erkende circus met de steun van enkele compagnons. In 1984 besloot Laliberté de visie van hem en zijn vrienden, de straatartiesten van het Fête Foraine de Baie-Saint-Paul, te vertalen in een nieuw concept: Cirque du Soleil. Laliberté was de eerste die verschillende culturen en acrobatische disciplines met elkaar wist te verbinden. En dat is ook het handelsmerk van Cirque du Soleil geworden. Sinds 1984 is hij de gids van het creatieve team bij iedere show. Zijn doel is het circus als kunstdiscipline naar een hoger niveau te brengen door gebruik van de allerbeste artistieke onderdelen. Door deze aanpak is Cirque du Soleil inmiddels uitgegroeid tot een internationale organisatie: qua samenstelling en op gebied van activiteiten en invloeden. Tegenwoordig staat Guy Laliberté aan het hoofd van een organisatie met activiteiten in zes continenten. In oktober 2007, stapte Guy Laliberté in een nieuw avontuur door een verbindtenis voor het leven aan te gaan en The ONE DROP Foundation op te richten. The ONE DROP Foundation bestrijdt armoede over de hele wereld door toegang te bieden tot veilig, drinkbaar water. Deze nieuwe droom van Laliberté vloeit voort uit de kennis dat het recht op water dé oplossing is voor het overleven van individuen en gemeenschappen over de hele wereld. En dat zijn uitgerekend de waarden die in het hart van Cirque du Soleil gedragen worden in het geloof dat het leven teruggeeft wat je er zelf insteekt en dat ieder klein gebaar een verschil maakt. In september 2009 werd Guy Laliberté de eerste Canadese privé ondernemer in de ruimte. Het was zijn missie om de mensheid bewust te maken van de waterproblematiek op onze planeet. Onder het motto Water voor iedereen, iedereen voor water wilde hij met deze eerste poëtischsociale ruimtemissie het publiek daarvan bewust maken. Een dat deed Guy op unieke wijze: onder andre door een speciale uitzending van 120 minuten op het web met verschillende artistieke prestaties in 14 steden verdeeld over vijf werelddelen, alsmede in het International Ruimte Station ISS.
Prijzen en erkenningen
Guy LalibertÉ OPRICHTER
De universiteit van Laval (Québec) beloonde Laliberté in 2008 met een eredoctoraat. Het jaar daarvoor (2007) ontving hij de Ernst & Young Entrepreneur of the Year award op alle mogelijke onderdelen: Québec, Canada en internationaal. In 2004 kreeg hij de Order of Canada, de hoogste onderscheiding van het land, van de Governor General van Canada (de vertegenwoordiger van de kroon). In datzelfde jaar werd hij erkend door Time Magazine als een van de 100 meest invloedrijke mensen in de wereld. In 2003 werd hij geëerd door the Condé Nast group als deel van de Never Follow Program, een hulde aan ontwikkelaars en innovators. In 2001 werd hij benoemd als Great Montrealer door de Académie des Grands Montréalais. In 1997 ontving Guy Laliberté zijn eerste prijs: de Ordre National du Québec, de hoogste onderscheiding uitgereikt door de regering van Québec.En 2001, fue nombrado Great Montrealer por la Académie des Grands Montréalais. En 1997, Guy Laliberté recibió la Orden Nacional de Québec, la máxima distinción otorgada por el Gobierno de Québec.
Voor Daniele Finzi Pasca stelt Corteo een soort volledige cirkel voor, een samenkomen van alle wegen die hij in de loop van zijn professionele carrière heeft bewandeld. In zijn jonge jaren in Zwitserland was hij een wedstrijdturner. Vervolgens ging hij in de circuswereld aan de slag en startte hij een carrière in het theater als schrijver en regisseur. Daniele komt uit een familie van fotografen en zijn moeder was schilderes. “Ik ben opgegroeid tussen beelden en schilderijen. En ik zette ze om in beweging.” Een trip naar India was misschien wel de meest vormende gebeurtenis uit zijn leven. Als vrijwilliger zorgde hij er voor terminaal zieke patiënten. Bij zijn terugkeer naar Zwitserland stichtte hij het gezelschap Sunil’s Clowns, dat in 1986 in Teatro Sunil werd omgedoopt. Teatro Sunil blijft zijn “thuis”, maar Daniele reist ook graag de wereld rond, met zijn eigen producties en als gastregisseur met andere theater- en circusgezelschappen. Daniele is een productief schrijver, die zijn creativiteit niet tot het podium beperkt. Hij publiceerde ook Come acqua allo specchio, een verzameling korte verhalen (de show Passo Migratore is gebaseerd op één van deze verhalen). Daniele’s fascinatie voor clowns en grappenmakerij ontstond in het beroemde Circus Nock, waar hij een acrobatisch clownsoptreden bracht. Sindsdien heeft hij een eigen visie op de circustraditie ontwikkeld die hij verkondigt op cursussen voor gezelschappen en organisaties overal ter wereld, waaronder de National Circus School van Canada en Cirque du Soleil. Hij regisseerde ook de geprezen Cirque Eloize-shows Nomade - La nuit le ciel est plus grand en Rain - Comme une pluie dans tes yeux. Corteo is geïnspireerd door de dood en begrafenis van een clown en toont een clownsfiguur uit een verleden, lang voor het circus bestond. Een tijd dat clowns nog niet de stereotypen waren die we vandaag kennen, maar veel complexere figuren. Daniele zegt dat de show gelegen is “in een mysterieuze ruimte tussen hemel en aarde, waar de goden en mensen elkaar via het circusmedium kunnen vinden.”
Daniele Finzi Pasca BEDENKER EN REGISSEUR “Ik ben opgegroeid tussen beelden en schilderijen. En ik zette ze om in beweging.”.
Het decor haalt zijn inspiratie uit vele architectonische bronnen, vooral de kathedraal van Chartres en zijn labyrint, die voor Daniele Finzi Pasca de levensweg symboliseert. “Het doolhof is een grote reis: om jezelf te vinden moet je jezelf verliezen”, verklaart hij. Daniele Finzi Pasca is geboren in Lugano, Zwitserland.
Line Tremblay werkt bij Cirque du Soleil sinds de oprichting van het gezelschap in 1984. Voor ze bij Cirque aan de slag ging, werkte Line in de film-en televisiewereld, meer onder andere als regieassistent bij Radio-Canada. In 1992 werd ze Franco Dragone’s assistent bij de productie van de Cirque du Soleil-shows Mystère, Alegría, Quidam, “O” en La Nouba. Ze was ook artistiek directeur van Quidam. Haar hechte werkrelatie met Franco verschafte haar een beter inzicht in hoe regie van een show in zijn werk gaat. Line, die oorspronkelijk niet vertrouwd was met de ruitersport, werkte als assistente samen met Gilles Ste-Croix aan de productie van de paardenshow Cheval Théâtre (2000). Ze werkte nog één keer samen met Franco Dragone bij de productie van de Celine Dion-show A New Day. In 2003 keerde ze terug naar Cirque du Soleil om aan Corteo te werken en daarmee als eerste vrouw in de geschiedenis van Cirque in de functie van creatief directeur. De creatief directeur moet voor een synergie en een sfeer van eensgezindheid in het creatieve team zorgen. Line hielp ook bij de aanwerving van de teamleden, waaronder verschillende Cirquebeginnelingen en ze nam actief deel aan de casting van de artiesten. Nadat het creatieve team was samengesteld, bekeek Line of de individuele artistieke aanpak van elk lid bij de algemene creatieve filosofie van Cirque du Soleil paste. Line verloor haar hart aan Cirque du Soleil in 1984, omdat Cirque du Soleil zo vrijblijvend was en gemoedelijk, iets wat volgens haar nooit weg is gegaan. “Als kind hield ik niet zo van circus. Maar in 1984 ontdekte ik de kinderlijke verwondering die van het circus uitgaat. Wat mij betreft is circus de meest volledige kunstvorm. Het spreekt het publiek aan, zowel visueel, emotioneel als fysiek. Ik ben een kind van het circus geworden. Ik was voorbestemd om een mijn leven hier te leiden.”
Line Tremblay CREATIEF DIRECTEUR “Mijn rol heeft wel wat weg van die van een orkestdirigent”, zegt Line. “De uitdaging voor Corteo was om Daniele Finzi Pasca’s lyrische taal van de clown tot één geheel te smeden met het grote belang dat Cirque hecht aan de kwaliteit van de acrobatie. We moesten op een consistente manier het beste van Daniele en het beste van Cirque samenbrengen. Dat betekent jezelf voortdurend opnieuw uitvinden en heel kritisch naar jezelf blijven kijken. En ik denk dat we in die opzet geslaagd zijn.”
Oscar-genomineerde en César-winnaar Jean Rabasse kan nu al terugblikken op een rijk gevuld cv als decorbouwer en decorateur in dans, theater en film. Al meer dan 10 jaar is hij de vaste ontwerper voor Philippe Decouflé’s dansgezelschap DCA. Voor zijn exuberante en gedetailleerde ontwerpen voor de film Vatel (2001) werd Jean genomineerd voor een Academy Award en won hij een César. Op zijn naam staan ook Astérix, van regisseur Claude Zidi, The Dreamers, van Bernardo Bertolucci, La Cité des Enfants Perdus en Delicatessen van Caro en Jeunet, en The Statement van Norman Jewison. Bijna tegelijkertijd ontwierp Jean Rabasse twee Cirque du Soleil producties: Corteo en The Beatles LOVE voor het Mirage Hotel in Las Vegas. Hij zegt dat hij nooit graag twee keer hetzelfde doet. “Ik hou ervan om de dingen door elkaar te gooien. Mijn kenmerk is dat ik veel aandacht besteed aan details, kleuren, oppervlaktes en texturen, dat ik deze zaken zeer precies aanpak en mezelf nooit herhaal.” Voor Corteo besloten Jean Rabasse en regisseur Daniele Finzi Pasca om het draaiende podium in tweeën te verdelen, waarbij beide helften van het publiek naar elkaar gericht zijn, zodat ze niet alleen het optreden zien, maar ook het publiek door de ogen van de artiest.
Jean Rabasse DECORBOUWER
“Mijn basisconcept voor de show is dat het publiek een theater binnenkomt waar hetzelfde circus al 200 jaar speelt”, verklaart Jean. “Ik hou van die gedachte omdat ik hierdoor allerlei stijlen kan mixen, van barok tot modern. Maar een kitscherig ouderwets circus wilden we absoluut vermijden, omdat we het moderne en jonge karakter van de unieke acrobatiek en hightech van Cirque du Soleil willen behouden.” Jean Rabasse is geboren in Tlemcen, Algerije.
Dominique Lemieux ontwierp de kostuums voor alle Cirque du Soleil producties tussen 1989 en 1998. Ze heeft aan elke show gewerkt: We Reinvent the Circus (1989), Nouvelle Expérience (1990), Saltimbanco (1992), Mystère (1993), Alegría (1994), Quidam (1996), “O”, La Nouba (1998), Corteo (2005), ZAIA (2008) en Banana Shpeel (2009), allemaal dragen ze haar unieke stempel. Als costumière heeft Dominique heel wat meer omhanden dan de artiesten van outfits te voorzien. Haar designs spelen een cruciale rol bij de creatie van de fantastische Cirque du Soleil-personages. Met veel oog voor detail, weeft Dominique kleuren, patronen en stoffen tot prachtige kostuums. Maar haar materiaalkeuze wordt niet alleen bepaald door esthetische overwegingen. Voor haar is van groot belang hoe vezels op huid, beweging, vuur of water reageren en haar aandacht gaat daarbij steeds uit naar de dingen die de artiesten zelf belangrijk vinden.
Dominique Lemieux KOSTUMERING
Dominique werd al op jonge leeftijd gegrepen door tekenen en daarom besloot ze om beeldende kunsten te gaan studeren aan de Concordia-universiteit. Toen ze haar diploma op zak had, ging ze aan de slag als kunstenaar en illustrator van kinderboeken. Daarna schreef ze zich in voor het scenografieprogramma aan de National Theatre School (NTS) in Canada . De cursussen tekenen en kostuumontwerp die ze daar volgde, gaven haar carrière een totaal nieuwe wending. Voor de Corteo-kostuums wilde Dominique Lemieux de natuurlijke schoonheid van de artiesten accentueren. “De theatrale aanpak van de show onderscheidt Corteo van alle vroegere Cirque du Soleil-shows”, verklaart ze. “We staan dichter bij het traditionele circus, waarbij er meer nadruk gelegd wordt op de menselijke eigenschappen van de artiesten. Dat aspect is vertaald in de kostuums die aanleunen bij alledaagse kledij.”
Debra Brown, een virtuoos op het gebied van emotie in beweging en een vrouw die van gymnast tot danser-choreograaf evolueerde, geniet wereldfaam met haar unieke choreografieën die acrobatiek en dans met elkaar verzoenen. Op aanraden van een vriend stapte Debra in 1986 tijdens de pauze in de circustent van Cirque du Soleil om de tweede helft van een show te zien. Ze was erg onder de indruk van wat ze zag en ze ontdekte veel overeenkomsten tussen haar artistieke aanpak en die van Cirque. Het jaar daarop vergezelde ze de groep als choreograaf voor We Reinvent the Circus en verzorgde ze de choreografie van de shows Nouvelle Expérience, Saltimbanco, Alegría, Mystère, Quidam, “O”, La Nouba, Corteo, een act in Zumanity en ZED. Na Corteo maakte ze voor haar eigen gezelschap een show in cabaretstijl: Line One.
Debra Brown CHOREOGRAAF
Gedreven door haar verlangen om steeds verder te diversifiëren en te experimenteren, bleef Debra aan haar indrukwekkende en uitzonderlijke creatieve carrière bouwen. Ze werkte met artiesten en groepen uit verscheidene disciplines. In 1990 won ze op het Festival Mondial du Cirque de Demain in Parijs de Soviet Press Award voor Meest Opmerkelijke Choreograaf met haar opvoering met een groep slangenmensen, haar bekende “quadruped choreography” waarin vier mensen een voertuig worden. Ze choreografeerde ook voor de wereldpremière van John Corigliano’s opera The Ghosts of Versailles, dat in de Metropolitan Opera in New York en Wagner’s Ring Cycle werd opgevoerd door de Lyric Opera of Chicago. In 1995 werkte ze samen met Luciano Pavarotti aan de productie van La Fille du Régiment (De dochter van het Regiment), die opgevoerd werd in de Metropolitan Opera in New York. Op het hoogtepunt van haar internationale bekendheid, richtte Debra haar blik op de rockwereld en choreografeerde ze de clip “Jaded” en het bruisende optreden van Aerosmith voor de American Music Awards in 2001. Maar ook deed ze de choreografie van de wereldtournee “Drowned” van Madonna in datzelfde jaar. Debra werkte samen met grote musicalacts zoals Shakira en Wyclef Jean (de finale van het Wereldkampioenschap voetbal 2006), Celine Dion en Madonna. Bij haar filmwerk horen Catwoman, Van Helsing en Barney’s Great Adventure. Door de jaren heen vergaarde Debra tal van prijzen en awards. In 1997, op de 14e Bob Fosse Awards in Los Angeles, ontving ze de Innovative Choreography Award voor haar uitzonderlijke bijdrage aan choreografie en dans. In 2002 ontving ze een Emmy voor haar choreografie van een act die door Cirque du Soleil voor de Academy Awards werd opgevoerd. Debra Brown is geboren in Brantford, Canada.
Als autodidactische keyboardspeler, componist en elektronisch muzikant is Jean-François Côté al sinds de jaren ’80 zeer actief in de muziekwereld van Los Angeles. Hij heeft ook met veel van de belangrijkste zangers en baanbrekende groepen van Québec samengewerkt. Hij staat bekend voor zijn feilloze mixen van bestaande stijlen met elektronische muziek waarmee hij nieuwe muziekstijlen weet te ontwikkelen. Als tiener was Jean-François een veelbelovend hockeyspeler, maar op 16-jarige leeftijd ontdekte hij zijn echte roeping toen hij keyboard begon te spelen bij rock-en soulgroepen in het muziekwereldje van Montréal. Hij wist daarin een eigenzinnige sound en stijl te ontwikkelen. Om wat bij te verdienen nam hij een job als veiligheidsagent voor de allereerste Cirque du Soleil-show.“ ‘s Nachts,” herinnert hij zich, “ging ik stiekem achter René Dupéré’s keyboard staan om muziek te maken en aan mijn techniek te werken.” Jaren later speelde Jean-François keyboard voor zangeres Julie Masse en werd hij opgemerkt door Cirque du Soleil-componist Benoit Jutras. Die ontmoeting leidde tot zijn eerste formele samenwerking met het gezelschap als orkestdirecteur en dirigent voor de Cirque-shows “O” en Mystère. Hij verzorgde ook het sounddesign voor de Taiko-drumsequens in de Imax-film van Cirque, Journey of Man.
Jean-François Côté COMPONIST
Jean-François zegt dat Cirque een van de meest stimulerende omgevingen is om als componist in te werken. “Ondanks zijn grootte is Cirque trouw gebleven aan zijn eerste roeping: het maken van kwaliteitsshows. De makers genieten een ongeëvenaarde vrijheid.” Jean-François Côté is geboren in Montréal, Canada.
Componist, arrangeur en dirigent Philippe Leduc omschrijft zichzelf als een workaholic, wat bevestigd wordt door zijn lange werkdagen. Zijn composities en arrangementen maken letterlijk deel uit van de achtergrondmuziek van het dagelijks leven in Québec sinds het begin van de jaren ‘80. Philippe was een veelgevraagd componist van reclamedeuntjes voor allerlei nationale en international klanten. Maar hoe druk hij ook was voor commerciële klanten, hij trok steeds tijd uit voor zijn eigen composities. Philippe beschrijft zijn orkestpartituur voor Corteo als “zeer intuïtieve muziek”, maar hij voegt er snel aan toe dat er ook veel luchtige passages en passionele momenten aan bod komen. “Ik begon bij het fysieke”, legt hij uit. “Er is een relatie tussen de beweging van de artiesten en de muziek. In zeer ruime zin is de muziek theatraal. Ik probeer het muzikale spectrum bij Cirque te verbreden.” Voor Philippe is Corteo een show vol constrasten en muzikale stemmingen, van een sologitaar tot een imposant orkest. “uiteindelijk is het prachtig”, zegt hij, “maar tegelijk ook grappig. Achter elke hoek schuilen er verrassingen en humor. Er zijn middeleeuwse invloeden met oude instrumenten en sporen van de jaren 30, maar het is allemaal zeer hedendaagse muziek.”
Philippe Leduc
COMPONIST EN ORKESTDIRECTEUR
Maria Bonzanigo heeft nauw samengewerkt met Corteo-regisseur Daniele Finzi Pasca sinds ze in 1984 toetrad tot zijn gezelschap Teatro Sunil (voor het zelfs bekend was onder die naam). Haar muziek maakte een belangrijk deel uit van vele van de bekendste shows van Sunil, waaronder Te Amo en Tres Tristes Tangos. Maria werkte ook als actrice en danseres mee aan de Sunil-producties, en ze heeft ook als regisseur en choreograaf gewerkt. Voor haar eigen muziek en die van andere componisten. “Ik werk al meer dan 20 jaar samen met Daniele Finzi Pasca en we hebben samen een taal ontwikkeld”, zegt Maria. “Een manier om intiem te communiceren met het publiek. De muziek maakt een belangrijk deel uit van die taal.” Voor Corteo deelt Maria Bonzanigo de componeertaken met Philippe Leduc. Zij concentreert zich op het muziekgedeelte dat de artiesten in de show brengen, terwijl Philippe de orkestrale soundtrackcomposities ontwikkelt. “We nemen artiesten en acrobaten en zetten hen in een show die meer theater dan circus is”, legt Maria uit. “De muziek weerspiegelt dat theatrale aspect van de show. De stijl is enigszins modern/middeleeuws, met Afrikaanse, Aziatische en Latijns-Amerikaanse ritmes. Het is tegelijkertijd nieuw en eenvoudig.”
Maria Bonzanigo
Maria Bonzanigo is geboren in Lausanne.
COMPONIST EN ORKESTDIRECTEUR
Martin heeft onder meer zo’n 100 theaterproducties op zijn naam staan. Hij debuteerde bij Cirque du Soleil met Corteo in 2005, gevolgd door KOOZA in 2007 en het recentere Viva ELVIS. Voor hij zijn intrede bij Cirque du Soleil deed, verzorgde Martin de belichting van de twee succesvolle circusshows Rain en Nomade, producties van Cirque Eloize, in een regie van Daniele Finzi Pasca. Martin is dus vertrouwd met het humanistische en poëtische wereldbeeld van Daniele Finzi Pasca en daarom wil hij de emotionele dimensie van Corteo via zijn belichting voor het voetlicht brengen. “Mijn hoofddoel is om de emotie, de onderliggende tekst van de show, in de kijker te stellen”, zegt hij. In een subtiele balans van traditionele technieken en moderne accenten roept Martins design de sfeer op van een traditioneler circus in combinatie met een speelse, hedendaagse geest. “Ik gebruik kroonluchters, voetlichten en flitslichten met een hele reeks geïsoleerde lichteffecten om de show een intieme sfeer te geven”, legt hij uit. “Verder gebruik ik lateraal licht als basis van het concept, omdat de opdeling van het podium in tweeën, een primeur voor Cirque, min of meer bepalend is voor de lichtopstelling van Corteo.”
Martin Labrecque LICHTTECHNICUS
Jonathan Deans, een van de meest gevraagde geluidstechnici van het muziektheater, is de man achter het geluid in Corteo. Tot zijn geluids-cv horen onder andere Saltimbanco, Mystère, “O”, La Nouba, Zumanity, KÀ, The Beatles LOVE, KOOZA, Wintuk, OVO, CRISS ANGEL Believe en het recentere Viva ELVIS. Toen hij 15 was, trad hij als acteur toe tot de Royal Shakespeare Company, waar hij zijn grote belangstelling voor geluid kon verzilveren in een theateromgeving. Jaren later, nadat hij een tijdje als geluidstechnicus aan de slag ging in de muziekindustrie, met name bij Morgan Studios, waar hij artiesten zoals Cat Stevens, Paul Simon en Rick Wakeman tegen het lijf liep, keerde hij terug naar het theater via het Royal Opera House, Covent Garden en ging hij later de sound voor de musical A Chorus Line mixen. De successen volgden elkaar op en hij werd de geluidsmixer voor heel wat producties, waaronder Evita, Cats, Bugsy Malone en The Sound of Music. Dankzij zijn succes als geluidsmixer werd Jonathan aangeworven als geluidstechnicus voor de musical Marilyn. Hierop volgden opdrachten voor andere West End-shows, waaronder Time, Les Misérables, Mutiny, Jean Seberg en vervolgens op Broadway, Ragtime, Fosse, King David, Damn Yankees, Taboo, Brooklyn, Lestat, Pirate Queen en Young Frankenstein.
Jonathan Deans GELUIDSTECHNICUS
Voor Jonathan Deans waren Cirque’s vaste theaters en de Grand Chapiteau compleet verschillend op het vlak van geluidstechniek. “Er zijn verschillende technische vereisten, maar wat de textuur en lagen van de muziek en het geluid betreft, die zijn gelijk”, zegt hij. “Het is mijn job om voor elke productie een uniek kader te creëren. Wat de omgeving ook is, ik moet ervoor zorgen dat qua geluid het publiek het gevoel heeft in een andere wereld terecht te komen.” Het innovatieve podium van Corteo was een ware uitdaging voor Deans omdat de set, de ruimte waarin de opvoering plaatsvindt en het publiek zelf, in tweeën gesplitst zijn met een 360°-zitplan. Met zijn deskundigheid en ervaring wist hij ervoor te zorgen dat het algemene geluid in overeenstemming is met wat elk deel van het publiek afzonderlijk ziet. Jonathan Deans is geboren in Engeland en woont in New York.
Corteo-acteercoaches Hugo Gargiulo en Antonio Vergamini komen van Teatro Sunil, het theater- en dansgezelschap dat door de regisseur van de show, Daniele Finzi Pasca, in 1983 in Zwitzerland werd opgericht. Hugo Gargiulo en Antonio Vergamini waren in hun hoedanigheid van acteur en regisseur vele jaren belangrijke leden van het creatieve team van Sunil en hebben nauw samengewerkt met alle Corteo-artiesten (waaronder de muzikanten) om hun acteervaardigheden te ontwikkelen en hen kennis te laten maken met de wereld van de clown. “Onze uitdaging was om ook de broze kant van de acrobaten te tonen”, vertelt Hugo, “Ze zijn immers vooral gewend om met hun kracht uit te pakken.” Dankzij de omvangrijke cast konden de twee coaches eindelijk hun langverwachte artistieke dromen waarmaken. Toch hadden vele van de artiesten waarmee ze werken geen acteerervaring. “Dat gebrek aan ervaring was een uitdaging”, geeft Antonio toe. “Maar het betekende ook dat ze kneedbaar waren en bereid om zich open te stellen. We wilden dat iedere artiest iets unieks zou bijdragen.”
Hugo Gargiulo & Antonio Vergamin ACTEERCOACHES TEATRO SUNIL
Dolores Heredia
DRAMATURGISCH ANALIST TEATRO SUNIL
Wanneer hij gevraagd wordt de show te beschrijven, zegt Hugo dat het podium gevuld zal zijn met droombeelden en veel menselijkheid. “De artiesten zullen zich niet verstoppen achter hun make-up of kostuums, maar zichzelf tonen aan het publiek,” voegt hij eraan toe. “We wilden dat het publiek in hun gezichten de kinderen konden herkennen die zij ooit waren en de oude mensen die ze zullen worden.” Hugo Gariulo is geboren in Uruguay. Dolores Heredia Is geboren in Mexico. Antonio Vergamini is geboren in Italië.
Danny Zen trad in 1990 toe tot Cirque du Soleil als lasser in de ateliers. Hij bleek al snel over vele andere kwaliteiten te beschikken: hij is een volleerd deltavlieger, een fervent paintballspeler en hij kan praktisch alles aan elkaar naaien. Danny ging in 1990 mee op de eerste Europese tournee Cirque Réinventé, om vervolgens aan Nouvelle Expérience te werken, de eerste show waarbij hij verantwoordelijke voor de takels en tuigage fungeerde. In 1992 ging hij op tournee met Saltimbanco als tenttechnicus. In 1996 was hij hoofdtuiger voor Quidam. Als hoofdtechnicus voor de Creation Studio van Cirque wendde hij zijn expertise aan voor de productie van Alegría, Mystère, Quidam, Dralion, Varekai, “O”, La Nouba en KÀ. Omdat Danny Zen betrokken was bij het ontwerp en de vervaardiging van de toestellen in Corteo, ziet hij het werk ruimer dan het louter mechanische. “Het is creatief op zich”, verklaart hij. “We moeten nauw samenwerken met de decorbouwer om nieuwe toestellen te ontwikkelen die tegelijkertijd als acrobatisch toestel en setelement dienen, zoals de kroonluchter. Hiervoor is er een verzoening van de technologische en artistieke vereisten van de show nodig.”
Danny Zen
ONTWERPER ACROBATIETOESTELLEN
Danny beseft goed dat veiligheid topprioriteit is voor elk toestel of setelement dat door de artiesten wordt gebruikt. Daarom zette hij zich in om de bestaande veiligheidsstandaarden binnen de Cirque du Soleil producties verder te ontwikkelen. Hij is tevens actief als trainer van de tuigers van het gezelschap. “Zij zijn degenen die het dichtst bij de artiesten staan”, legt hij uit. “Het leven van de artiesten ligt in hun handen.”
Sinds haar tienerjaren is grimeuse Nathalie Gagné gefascineerd door make-up en het effect ervan op het acteerwerk. Ze studeerde theaterproductie aan de Cégep de Saint-Hyacinthe, een hogeschool in Québec, om vervolgens bij de eersten af te studeren in een afdeling van de bekende Parijse grimeschool École Christian Chauveau, gevestigd in Montréal. Omdat Cirque-artiesten hun eigen make-up moeten aanbrengen, betrekt Nathalie hen bij de creatie van hun podiumlook . “In tegenstelling tot acteurs zijn acrobaten niet gewend om hun eigen gezicht te bestuderen”, zegt ze. “Een van mijn doelen is om hen precies dát te laten doen en in zichzelf op zoek te gaan naar wat ik ‘krachtlijnen’ noem die hun personages zullen opbouwen.” “Make-up is de spiegel van de ziel van het personage. Het is tevens een toverstokje dat alle remmingen wegveegt”, zegt Nathalie, die Cirque sinds 1995 meer dan 1.000 grime-ontwerpen bezorgde, waarbij ze uit meer dan 5.000 schetsen haar definitieve concepten koos. Nathalie moet er ook voor zorgen dat al haar grime-ontwerpen een coherent geheel vormen. Omdat de Cirque du Soleil-artiesten zelf hun make-up aanbrengen, behoren grimeworkshops nu tot hun algemene training. Nathalie leert de artiesten eerst hoe ze hun eigen makeup moeten aanbrengen en schrijft vervolgens voor iedereen een stappenplan als gebruikersgids.
Nathalie Gagné MAKE-UP
Nathalie voerde nieuwe grimeconcepten in voor de shows Mystère, Alegría en Saltimbanco, wat leidde tot een samenwerking met regisseur Franco Dragone en costumier Dominique Lemieux. Na haar werk voor Quidam, “O”, La Nouba, Varekai, Zumanity, KÀ, Corteo, DELIRIUM, LOVE, ZAIA en CRISS ANGEL Believe, leverde Nathalie haar 15e bijdrage aan de productie van een Cirque du Soleil-show met Viva ELVIS. Nathalie Gagné gooide het over een totaal andere boeg om de stedelijke/romantische personages in Corteo te creëren. “Ik moest in de emoties van de artiesten graven om hun ware natuur te ontdekken”, legt ze uit. “In tegenstelling tot alle eerdere shows hebben we geen fictieve personages gemaakt. Dankzij de make-up ontstonden de Corteo-personages uit de gezichten van de artiesten zelf.” Deze methodologie strookt met de humanistische aanpak van regisseur Daniele Finzi Pasca, vooral wat de clowns betreft. “Volgens Daniele zijn de meeste kinderen bang van clowns”, zegt Nathalie. “Maar de kinderen zullen de Corteo-clowns ongetwijfeld willen knuffelen.”
Enkele feiten op een rijtje De show • C orteo ging in 2005 in première in Montréal. Sindsdien
• Hoewel je ter plaatse over het algemeen Frans en Engels
bezocht de show 41 steden in zeven verschillende landen over de hele wereld*.
zal horen, worden er ook tal van andere talen gesproken: Italiaans, Portugees, Russisch, enz.
• Corteo vierde zijn 1000ste optreden in januari 2008 in San
• Ongeveer 140 werknemers (waaronder 62 artiesten) gaan
Diego, VS, de 1.500ste in juni 2009. in Nagoya, Japan,zijn 2.000ste in september 2010 in Kazan, Rusland en zijn 2500ste in januari 2012 in Barcelona, Spanje.
• Zoals bij alle Cirque du Soleil-producties treden er geen dieren op in Corteo.
• Bijna 5 miljoen mensen zijn al in de ban van de Corteowereld geraakt.*
Cast en crew De cast en crew zijn internationaal en vertegenwoordigen samen 25 nationaliteiten (de cast alleen al 20): Argentinië, Armenië, Australië, Wit-Rusland, België, Brazilië, Canada, China, Finland, Frankrijk, Duitsland, Ierland, Italië, Japan, Kazakstan, Moldavië, Nederland, Polen, Portugal, Roemenië, Singapore, Slowakije, Zweden, Rusland, Oekraïne, Oezbekistan, Verenigd Koninkrijk en Verenigde Staten.
mee op tournee.
• De toer vertrouwt op lokale leveranciers voor essentiële benodigdheden zoals eten, biodiesel, droog ijs, machines, eten en drinken voor klanten, banken, leveringsdiensten, recyclage en afvalbeheer. Cirque du Soleil levert hiermee een aanzienlijke bijdrage aan de lokale economie.
• Voor een engagement in een stad worden er meer dan 150 mensen aangeworven voor verscheidene jobs zoals ticketnemers, zaal- en deurwachters, receptionisten, enz.
• Voor de keuken zijn er een keukenmanager en drie koks tewerkgesteld.
• Medisch personeel, een fysiotherapeut en een therapeut gaan mee op tournee.
Dorp op wielen
Het mobiele dorp van Cirque du Soleil bestaat uit de Grand Chapiteau (Big Top), een grote ingangstent, de artiestentent, de box office, een keuken, schooltje, kantoren, supermarktje enzovoort. Het dorp staat helemaal zelf in voor de nodige elektriciteit, alleen de voorzieningen voor water en telecommunicatie op de site moeten worden voorzien.
Cirque du Soleil telt momenteel nog drie ‘villages on wheel’ die toerende zijn: Kooza, OVO, TOTEM and Varekai.
De site
De ingangstent
•H et opzetten van de hele site – inbegrepen de Grand
• In de grote ingangstent zijn ook voorzieningen voor
Chapiteau, de Tapis Rouge tent, ingang- en artiestentent, box office, kantoren, keuken en eetzaal voor cast en crew – duurt acht dagen, het afbreken ervan 3 dagen.
• In totaal zijn 65 vrachtwagens nodig om al het materiaal van Corteo, samen meer dan 1200 ton, rond te voeren. Sommige vrachtwagens worden tijdens het seizoen ook gebruikt als opslagruimte, keuken of ruimte voor workshops.
• 2 of 3 generators voorzien de hele Grand Chapiteau en de omgeving van elektriciteit.
•D e Grand Chapiteau, de artiestentent en de Tapis Rouge tent zijn volledig geklimatiseerd.
merchandising, drankjes en eten.
De Tapis Rouge tent •D e Tapis Rouge tent biedt plaats aan 250 gasten en is beschikbaar voor privé-evenementen.
De artiestentent •D e Tapis Rouge tent biedt plaats aan 250 gasten en is beschikbaar voor privé-evenementen.
De keuken • D e keuken is het hart van het dorp. Er worden niet
De Grand Chapiteau • O ntworpen door een team van Canadese ingenieur is het tentdoek geproduceerd door een Frans bedrijf gespecialiseerd in zeilen en grote tenten: Les Voileries du Sud-Ouest.
• H et doek van de tent en haar elf tunnels weegt ongeveer 5.227 kg.
• D e Grand Chapiteau is meer dan 20 meter hoog, heeft een diameter van meer dan 50 meter en is ondersteund door vier masten van elk 25 meter.
• D e Grand Chapiteau biedt plaats aan 2.600 toeschouwers, voor het optrekken ervan is een team van ongeveer 80 mensen vereist.
alleen 200 tot 250 maaltijden per dag bedeeld, zes dagen per week, het is ook de ontmoetingsruimte voor cast en crew.
Cirque du Soleil in een oogopslag In het begin van 1984 gestart door een groep van een twintigtal straatartiesten, hoofdzakelijk uit Québec, is Cirque du Soleil uitgegroeid tot een entertainmentbedrijf van het hoogste artistieke niveau. Het bedrijf telt intussen 5000 medewerkers, waaronder 1300 artiesten uit meer dan 50 verschillende landen.
Cirque du Soleil bracht intussen al meer dan 100 miljoen toeschouwers in bewondering en verrukking, in meer dan 300 steden, in meer dan 40 landen op de zes continenten. Voor meer informatie, bezoek www.cirquedusoleil.com.
De missie De missie van Cirque du Soleil bestaat erin fantasie op te wekken, de zintuigen te prikkelen en emoties te weeg te brengen bij mensen over de hele wereld.
De oprichting van Cirque du Soleil Het begon allemaal in Baie-Saint-Paul, een klein stadje in de buurt van Québec in Canada. Begin jaren tachtig dwaalde daar een kleurrijke groep figuren door de straten. Ze liepen op stelten, jongleerden, dansten, spuwden vuur en maakten muziek. Het waren Les Échassiers de Baie-Saint-Paul (de steltlopers van Baie-Saint-Paul), een straattheatergroep opgericht door Gilles Ste-Croix. De bewoners waren toen al onder de indruk van deze jonge artiesten. Guy Laliberté, de latere oprichter en directeur van Cirque du Soleil, was één van die artiesten. Het gezelschap richtte vervolgens Le Club des talons hauts (de hoge hakken-club) op en organiseerde in 1982 La Fête foraine de Baie-Saint-Paul, een cultureel evenement waarbij straatartiesten uit alle windrichtingen bij elkaar kwamen om ideeën uit te wisselen en de straten van Baie-Saint-Paul een paar dagen op te vrolijken. La Fête foraine werd opnieuw gehouden in 1983 en 1984. Le Club des talons hauts wist de aandacht te trekken, waarop Guy Laliberté, Gilles Ste-Croix en hun makkers begonnen na te denken over het realiseren van een krankzinnige droom: een echt Québecs circus oprichten en met het gezelschap over de hele wereld reizen. In 1984 vierde de stad Québec de 450ste verjaardag van de ontdekking van Canada door Jacques Cartier. Hiervoor was de stad op zoek naar een show voor de festiviteiten in de hele provincie. Guy Laliberté deed een voorstel voor een show genaamd Cirque du Soleil (Circus van de zon) en wist de organisatoren te overtuigen. Sindsdien is Cirque du Soleil niet meer te stoppen!
enKeLe CiJFeRs • In 1984 werkten er 73 mensen voor Cirque du Soleil. Nu heeft het bedrijf wereldwijd 5000 werknemers, waaronder ruim 1300 artiesten.
• Alleen al op het internationale hoofdkantoor in Montreal werken bijna 2000 medewerkers.
• Meer dan 100 soorten beroepen is te vinden op Cirque. • De werknemers en artiesten van Cirque du Soleil vertegenwoordigen ongeveer 50 nationaliteiten en spreken 25 verschillende talen.
• Ongeveer 100 miljoen bezoekers hebben een show van Cirque du Soleil gezien.
• Ongeveer 15 miljoen mensen zullen in 2012 een show zien.
• Cirque du Soleil heeft sinds 1992 geen subsidies vanuit de openbare of particuliere sector ontvangen.
STADION VOORSTELLINGEN
In 2012 brengt Cirque du Soleil wereldwijd 21 verschillende voorstellingen op de planken.
Europa
Europa
TOURNEE VOORSTELLINGEN IN DE GRAND CHAPITEAU
Noord-Amerika
Noord-Amerika
Noord-Amerika / Europa
Zuid-Amerika
Europa
Japan / Noord-Amerika
Noord-Amerika / Australië
Noord-Amerika
THEATER VOORSTELLINGEN
Noord-Amerika
Treasure Island in Las Vegas
Bellagio in Las Vegas
New York-New York Hotel & Casino in Las Vegas
Walt Disney World® Resort in Orlando, Florida
MGM Grand in Las Vegas
The Mirage in Las Vegas
Luxor in Las Vegas
ARIA Resort & Casino at CityCenter, in Las Vegas
Russia/North America
Kodak Theatre in Los Angeles
TM
De handelsmerken Cirque du Soleil, Saltimbanco, Alegria, Dralion, Quidam, Varekai, Corteo, KOOZA, OVO, TOTEM, Mystère, “O”, Zumanity, The Sensual Side of Cirque Du Soleil, La Nouba, KÁ, ZED, ZAIA, Zarkana en IRIS, A Journey Through the World of Cinema, zijn eigendom van Cirque du Soleil en wordt gebruikt onder licentie. Het handelsmerk LOVE is eigendom van The Cirque Apple Creation Partnership en wordt gebruikt onder licentie. Het handelsmerk The Beatles is eigendom van Apple Corps Limited. De handelsmerken CRISS ANGEL en Believe zijn eigendom van Criss Angel en worden gebruikt onder licentie. Viva ELVIS is een handelsmerk in eigendom van Elvis Presley Enterprises, Inc. © The Cirque EPE Partnership. Naam en gelijkenis van Elvis worden gebruikt onder licentie.
ON STAGE OR BACKSTAGE
IT’S YOUR TURN TO BE PART OF THE SHOW /jobs