RAAD VAN DE EUROPESE UNIE
Brussel, 20 oktober 2004 (26.10)
B PU
13771/04
NOTA van: aan: Nr. vorig doc.: Betreft:
193 634
C
VISA COMIX
LI
LIMITE
het Voorzitterschap de Groep Visa 11642/2/04 143 COMIX 486 REV 2 Richtsnoeren voor de toepassing van de verplichting inzake de Medische Reisverzekering (Raadsbesluit 2004/17/EC 1) door de in het Schengenakkoord genoemde diplomatieke missies en vertegenwoordigingen
Tijdens de vergadering van de Groep Visa van 12 oktober 2004 werd er overeenstemming bereikt over de hieraan gehechte richtsnoeren. Het doel hiervan is te zorgen voor een geharmoniseerde toepassing van Raadsbesluit 2004/17/EC door de diplomatieke missies en vertegenwoordigingen die "Schengenvisa" afgeven.
De Groep Visa kwam overeen de toepassing van deze maatregel in het najaar van 2005 te herzien.
Het Nederlandse voorzitterschap wil deze richtsnoeren naar de consulaire posten van Nederland in de hele wereld sturen. Tijdens die vergadering spoorde het voorzitterschap alle delegaties aan hetzelfde te doen.
1
PB L 5, 9 januari 2004 en Gemeenschappelijke Instructies aan de diplomatieke en consulaire beroepsposten, Deel V (11272/2/04 VISA 137 COMIX 465 REV 2), blz. 29.
13771/04
huy/SAV/lm DG H I
Conseil UE
1
NL
1.
Het belang van lokale consulaire samenwerking 1 Zoals in Overweging 5 en Artikel 1 2 nadrukkelijk is vermeld, moeten in het kader van de lokale consulaire samenwerking afspraken worden gemaakt over de wijze waarop de verplichting van de MRV ten uitvoer wordt gelegd, meer in het bijzonder over de mogelijke categorieën waarvoor een uitzondering op de verplichting kan worden afgesproken. Artikel 1 bevat een soortgelijke bepaling t.a.v. het vaststellen van die situaties waarin het voor visumaanvragers uit bepaalde derde landen onmogelijk is om een passende MRV af te sluiten. Het belang van lokale samenwerking wordt hiermee weer eens onderstreept en consulaire vertegenwoordigingen dienen in deze derhalve hun verantwoordelijkheden te nemen.
2.
Algemene vragen/problemen
a.
Welke soorten visa vallen onder de werkingssfeer van Raadsbesluit 2004/17/EC?
In artikel 1 is bepaald dat: "…Tevens dient de verzoeker, ter staving van het verzoek om afgifte van een visum voor een verblijf van korte duur of reisvisum, te bewijzen dat hij houder is van een toereikende, geldige persoonlijke of collectieve reisverzekering…".
De volgende visa vallen onder de verzekeringsplicht: -
C-visum (visum voor kort verblijf of reisvisum; meervoudig visum);
-
D+C-visum (visum voor kort verblijf in combinatie met een nationaal visum voor lang verblijf), voor wat betreft het C-deel van het visum;
-
Visa met een territoriaal beperkte geldigheid (TBV): het is belangrijk dat ook voor deze categorie de verzekeringsplicht geldt teneinde visumshopping en onterechte afgifte van een dergelijk visum te voorkomen. Omdat het hier een TBV betreft kan de dekking van de verzekering worden beperkt tot het grondgebied van de betreffende lidstaat of lidstaten.
1
2
In deze tekst worden met "Schengenstaten" steeds de staten bedoeld die het Schengenakkoord volledig toepassen. Alle verwijzingen naar specifieke artikelen in deze tekst hebben betrekking op Raadsbesluit 2004/17/EC.
13771/04
huy/SAV/lm DG H I
2
NL
b. Welke categorieën visumaanvragers kunnen worden uitgezonderd van de verplichting van de MRV?
i) Diplomatieke, dienst- en officiële paspoorten/Nationale belangen
Volgens het besluit ligt de bevoegdheid tot het vrijstellen van houders van diplomatieke, diensten officiële paspoorten bij de consulaire posten. Zij kunnen in het kader van de lokale consulaire samenwerking afspraken maken over het vrijstellen van deze groepen paspoorthouders. Dergelijke collectieve afspraken dienen op basis van wilsovereenstemming tot stand te komen. De bevoegde autoriteiten van derde landen (Ministeries van Buitenlandse Zaken) moeten ter plaatse door het EU-voorzitterschap hiervan op de hoogte worden gesteld. T.a.v. het zinsgedeelte: “of indien hiermee, nationale, met de buitenlandse of ontwikkelingspolitiek verband houdende of andere openbare belangen” wordt voorgesteld dat lidstaten in dezen een eigen discretionaire bevoegdheid houden, maar dat op lokaal niveau afspraken gemaakt kunnen worden om bepaalde groepen aanvragers vrij te stellen, bijv. aanvragers die voor korte trainings- of studieperiodes bij ondernemingen, instituten of overheidsorganen werken, voor zover deze zich bereid hebben verklaard een passende MRV ten behoeve van betrokkene af te sluiten. De betrouwbaarheid van de ondernemingen en instituten dient echter wel vast te staan. Met name kunnen op lokaal niveau afspraken worden gemaakt om visumaanvragers, afkomstig uit landen waarmee een ontwikkelingshulprelatie bestaat, worden vrijgesteld van de verplichting tot het overleggen van een medische reisverzekering, voor zover het beoogde reisdoel ook betrekking heeft op activiteiten ter bevordering van die relatie.
ii) Afsluiting van een MRV in een derde land
Indien lokaal geen verzekering kan worden afgesloten, dient getracht te worden een verzekering via een eventuele uitnodiger te sluiten, dan wel een verzekering in een ander land af te sluiten. In het kader van de lokale consulaire samenwerking kan worden afgesproken dat indien lokaal, via de uitnodiger, dan wel regionaal via een verzekeringsmaatschappij, geen MRV kan worden afgesloten, betrokkene van de verplichting wordt vrijgesteld. Via lokale consulaire samenwerking dient te worden beslist op welke wijze verzekeringsmaatschappijen van informatie worden voorzien over (de gevolgen van) het Raadsbesluit.
13771/04
huy/SAV/lm DG H I
3
NL
iii) Overige specifieke categorieën
-
Familieleden van EU/EER-onderdanen: familieleden van EU/EER-onderdanen1 zijn van de verplichting tot overlegging van een medische reisverzekering vrijgesteld;
-
Bijzondere beroepsgroepen: op grond van art. 1, paragraaf 5, kunnen consulaire posten besluiten dat aan de verzekeringsplicht is voldaan, wanneer is aangetoond dat er op grond van de beroepssituatie van de aanvrager een voldoende verzekeringsdekking mag worden verondersteld. Niettegenstaande deze individuele toetsing worden consulaire posten aangemoedigd om informatie uit te wisselen over bepaalde beroepsgroepen, die specifieke omstandigheden en/of lokale wetgeving in acht nemend van de verzekeringplicht zouden kunnen worden vrijgesteld. Met name twee categorieën komen hierbij in aanmerking:
a)
zeelieden: uit informatie is gebleken dat zeelieden voor medische kosten standaard verzekerd zijn via het Protection & Indemnity Club System. Het betreft hier een collectieve verzekering waarvoor geen individuele polissen worden afgegeven. Werkgevers kunnen echter een schriftelijke verklaring afgeven, waaruit blijkt dat de in hun dienst zijnde zeeman tegen ziektekosten is verzekerd gedurende de zeereis en gedurende korte periodes van af- en/of overmonstering. Voor de afgifte van een B-visum aan transiterende zeelieden is geen medische reisverzekering vereist. Indien de afgifte van een C-visum wordt overwogen, wordt voorgesteld dat zeelieden die bij hun visumaanvraag een schriftelijke verklaring van hun werkgever over kunnen leggen waaruit blijkt dat zij (ook tijdens af- en/of overmonstering) tegen ziektekosten zijn gedekt, geacht worden voldoende te zijn verzekerd. Hierbij dient wel te worden aangetoond dat de gehele periode gedurende welke de zeeman aan wal wenst te verblijven, gedekt wordt door de collectieve verzekering. Indien dit niet het geval is, dient de zeeman zorg te dragen voor een aanvullende, individuele medische reisverzekering.
1
"Familielid" betekent: de echtgenoot, de rechtstreekse afstammelingen die jonger dan 21 jaar zijn of ten laste vallen, dan wel de rechtstreekse bloedverwanten in stijgende lijn die ten laste vallen.
13771/04
huy/SAV/lm DG H I
4
NL
b)
Geestelijken: consulaire posten kunnen in het kader van de lokale consulaire samenwerking besluiten andere geestelijken die geen diplomatieke status hebben, vrij te stellen van de verplichting op grond van het bepaalde in art. 1, lid 5.
c. Vaststelling betrouwbare lokale verzekeringsmaatschappijen
In het kader van lokale consulaire samenwerking dienen consulaire posten te controleren of verzekeringsmaatschappijen de goedkeuring van de bevoegde autoriteiten van hun thuisland hebben om dit specifieke type reisverzekering aan te bieden, en een lijst op te stellen van goedgekeurde verzekeringsmaatschappijen die aan de in het Raadsbesluit genoemde criteria voldoen. Tevens dienen consulaire posten regelmatig informatie uit te wisselen over nietbetrouwbare maatschappijen.
Het verspreiden van lijsten van betrouwbare of niet-betrouwbare maatschappijen onder visumaanvragers dient echter te worden vermeden, omdat daardoor de indruk zou kunnen worden gewekt dat Schengenstaten samenwerken met bepaalde maatschappijen.
d. Hoe dient te worden omgegaan met het vereiste omtrent de minimale dekking? Welke componenten dienen onder de dekking te vallen?
Bij het ontbreken van één totaal dekkingsbedrag kunnen de dekkingsbedragen voor de diverse, individuele componenten worden opgeteld teneinde te komen tot een dekking van minimaal € 30.000. Voorwaarde is wel dat de in het Raadsbesluit genoemde componenten in de verzekeringspolis zijn opgenomen.
13771/04
huy/SAV/lm DG H I
5
NL
e. Hoe kan bij de beoordeling van de vraag of een MRV toereikend is worden geverifieerd of schuldvorderingen op verzekeringsmaatschappijen invorderbaar zouden zijn in een Schengenstaat, Zwitserland of Liechtenstein?
Indien een maatschappij een afdelingskantoor heeft in een Schengenstaat op grond waarvan schuldvorderingen worden gedekt, is dit in beginsel voldoende. Een dergelijke positieve beoordeling geldt in beginsel ook indien de betrokken maatschappij met een in een Schengenstaat gevestigde verzekeringsmaatschappij een samenwerkingsverband heeft op grond waarvan schuldvorderingen worden gedekt. Diplomatieke posten worden uitgenodigd ervaringen uit te wisselen in zaken waarin moeilijkheden bij het claimen van schuldvorderingen worden geconstateerd door de centrale autoriteiten. Aangeraden wordt om kopieën van de medische reisverzekering toe te voegen aan het dossier, zodat bij eventuele problemen omtrent de invorderbaarheid de bewijsstukken kunnen worden opgevraagd.
f. Bilaterale sociale verzekeringsakkoorden tussen visumplichtige derde landen en een Schengenstaat?
Bilaterale akkoorden inzake sociale verzekering kunnen slechts bij de afgifte van een Schengenvisum in de beoordeling worden betrokken voorzover dat akkoord het hele Schengengebied dekt. Indien een dergelijke dekking ontbreekt dient betrokkene zich aanvullend te verzekeren.
Indien echter een Schengenstaat die een bilateraal akkoord inzake sociale zekerheid heeft gesloten met het betreffende derde land, aan een onderdaan van dat land een TBV afgeeft, kan van aanvullende verzekering worden afgezien. De verplichting tot een medische reisverzekering mag echter niet worden omzeild door i.p.v. een Schengenvisum een TBV af te geven. In het algemeen dienen de consulaire posten bij de beoordeling van de dekking van de kosten in een bilateraal akkoord zorgvuldig te kijken naar de diverse dekkingscomponenten. Indien immers het betreffende akkoord in relatie tot de in het Raadsbesluit neergelegde componenten ontoereikend is, dient een aanvullende MRV te worden gesloten.
13771/04
huy/SAV/lm DG H I
6
NL
g. De MRV in relatie tot multiple entry visa met een langdurige geldigheidsduur
Omdat in de meeste gevallen uitsluitend visa voor meerdere reizen met een lange geldigheidsduur worden afgegeven aan betrouwbare personen, is het voldoende dat de visumaanvrager alleen bij de aanvraag een MRV toont. Deze MRV dient de duur van zijn eerste voorgenomen reis af te dekken. Tevens dient de aanvrager (aan wie dit type visum is verleend) een verklaring te ondertekenen, waarin hij zich ervan bewust verklaart dat hij voor latere reizen naar het Schengengebied in het bezit dient te zijn van een MRV.
h. Op welk moment dient de aanwezigheid van een MRV door de visumaanvrager te worden aangetoond?
Art. 1, lid 4, houdt in dat het bewijs dient te worden overgelegd op het moment dat het visum wordt afgegeven. Een visumaanvrager kan het bewijs derhalve tonen op het moment dat hij zijn visum komt afhalen. Een dergelijke gedragslijn voorkomt dat aanvragers problemen met restitutie krijgen indien hun visumaanvraag wordt afgewezen. Het verkleint ook de mogelijkheid dat visumaanvragers na het overleggen van de bewijsstukken besluiten de MRV alsnog te annuleren.
i. Hoe dient de aantekening omtrent de vrijstelling van de verplichting van de MRV in de visumsticker te worden aangebracht?
-
De aantekening wordt in de eigen taal van de Schengenstaat gedaan. Indien mocht blijken dat dit problemen bij de grenscontroles oplevert, dienen de bevoegde EU-instanties de kwestie te behandelen en zich te buigen over de vraag of het gebruik van een codering niet wenselijker is.
-
Ook de ontoereikende nationale ruimte dient nogmaals te worden bezien wanneer de maatregel gedurende enige tijd is toegepast. Consulaire posten dienen hun centrale autoriteiten van dergelijke problemen op de hoogte te stellen. Zo nodig kan ook voor dit punt een oplossing in een eventuele codering worden gevonden.
__________
13771/04
huy/SAV/lm DG H I
7
NL