De geschiedenis van de school. De oudste gegevens voor zover wij die nu hebben dateren uit 1841. Er moet een nieuwe school en een nieuwe onderwijzerswoning worden gebouwd. In de B en W verslagen van 5 januari 1940 wordt melding gemaakt van een subsidie van f 1800 van de gouverneur van Zuid-Holland. De gemeente moet zelf f 1000 bijdragen. De publieke aanbesteding in 1841 wordt uiteindelijk verleend aan Jan de Groot Laurenszoon tegen een bedrag van f 6400. Ook het meubilair (f 400) mag door deze timmerman geleverd worden. De gemeente ontvangt extra gelden, maar in februari 1842 moet er nog f 3000 worden beleend bij de Spaarbank in Gorinchem tegen een rente van 4,5 %. De locatie van deze school is ons onbekend, maar waarschijnlijk is deze school op dezelfde plaats gebouwd als de oude school. Er is in 1942 een “acte van ruiling” opgesteld en daarin wordt onder andere bepaald dat het oude gebouw eerst moet worden afgebroken. Dhr. D. van Eek is het hoofd en tevens enige onderwijzer van de openbare school. In januari 1843 stelt hij voor aan de gemeente, met goedkeuring van de schoolopziener, dat het schoolgeld f 0,10 per week voor de jongste kinderen en f 0,15 voor de middelste en oudste kinderen moet worden. Voor dat geld moet de schoolonderwijzer pennen, inkt, “leijen” en leerboeken worden gekocht. In mei 1943 vraagt de dhr. van Eek of de gemeente voor de behoeftige kinderen f 123,03 wilt bijdragen uit het Gasthuisfonds. In 1851 zijn er in de wintermaanden 209 kinderen op school zijn hoede en in de zomermaanden 98. Veel kinderen helpen hun ouders op de boerderij en op het land. Ook in oktober is er sprake van een groot verzuim. Veel jongens helpen dan bij de aardappeloogst. Het hoofd van de school ontvangt voor al zijn inspanningen een jaarwedde van f 78. Daarnaast krijgt hij van de gemeente een kleine vergoeding van de stookkosten en de kinderen moeten schoolgeld betalen. Alleen kinderen die van de bedeling leven (in 1851 waren dat 78 kinderen), mogen kosteloos naar school. De gemeente betaalt hun kosten. In 1851 werkt zijn zoon mee als hulponderwijzer (“onderwijzer van den vierden rang”). In het begin van de jaren zestig was een hulponderwijzer aangesteld met de bevoegdheid om Engels en Frans te geven. Het schoolreglement van 1860 kent de volgende bepalingen voor de schoolonderwijzer: 1. Tijdens de schooltijden moet de onderwijzer enkel en alleen les geven. Andere activiteiten zijn niet toegestaan. 2. De onderwijzer moet erop toezien dat er orde en stilte heerst tijdens de lessen. Er mogen niet meer dan 2 kinderen tegelijk uit de school. Buiten de school dienen de kinderen zich “betamelijk en ingetogen” te gedragen. 3. De onderwijzer moet erop toezien dat de kinderen zindelijk en gereinigd op school komen. De onderwijzer is tijdens de schooltijden verantwoordelijk voor de gezondheid van kinderen. Zo moet hij erop toezien dat de kinderen zich laten vaccineren. Hij moet de kinderen met zachtheid behandelen en lijfstraffen zijn uit den boze. De onderwijzer moet de kinderen opvoeden tot ordelijkheid en ondergeschiktheid. Ze moeten nuttige en bekwame leden van de maatschappij worden.
4. Schooltijden Er is het hele jaar school van maandag t/m zaterdag, behalve op de kerkelijke feestdagen en op nieuwjaarsdag. maandag t/m vrijdag: ochtend van 9 - 11.30 uur en middag van 13 – 15.30 uur. zaterdag van 9-11.30 uur Ook is er avondschool, maar vervalt als er minder dan 6 leerlingen aanwezig zijn. 5. De onderwijzer moet 30 minuten voor aanvang van de lessen aanwezig zijn om voorbereidingen te treffen. Een half na aanvang van de lessen moet de deur gesloten worden en mag niemand meer binnenkomen. 6. De onderwijzer moet vakantieverlof vragen aan de voorzitter van de schoolcommissie en de schoolopziener moet daar zijn goedkeuring aan geven. 7. De onderwijzer moet het lokaal schoon en rein houden en minimaal 2 keer per week de vloer vegen. Voor schooltijd en tussen de schooltijden moet er gelucht worden. De gemeente is belast met het schoonhouden van de school. 8. De onderwijzer moet “leesbaar geschreven” bijhouden: a. de verdeling van de kinderen in klassen en afdelingen b. de werkzaamheden in de klas c. de inventaris van de school d. de aanwezige kinderen 9. Het schoolgebouw mag alleen gebruikt worden voor het geven van onderwijs. 10. Hulponderwijzers moeten de bevelen van de hoofdonderwijzer opvolgen. 11. De hoofdonderwijzer is ook verantwoordelijk voor het opleiden van stagiaires en hulponderwijzers.
Verder werd onder andere bepaald dat: kinderen vanaf 5 jaar naar school kunnen gaan de kinderen verdeeld worden over 3 groepen (jongsten, middelsten en oudsten) jongens en meisjes zoveel mogelijk gescheiden moeten worden lijfstraffen zijn verboden; wel mogen kinderen als ze zich misdragen een uur lang nablijven bij ernstige misdragingen kinderen maximaal 1 week geschorst kunnen worden.
Tussen 1866 en 1871 werken er 2 onderwijzers.
In 1874 wordt dhr. Pieter Boezaardt, geboren Fries, hoofd van de school. Men had toen 272 kinderen. Hij blijft dat tot aan zijn 65 e jaar. In 1915 neemt hij afscheid. Pieter Boezaardt heeft veel voor Asperen betekend; hij was op vele fronten actief. Voorlezer en voorzanger in de Hervormde Kerk, bestuurslid van Eendracht maakt Macht en bestuurslid van Ad Astra. In 1874 werken er 3 leerkrachten, in 1884 werken er 5 leerkrachten. Er zitten dan ongeveer 270 kinderen op school. In 1882 werd de eerste onderwijzeres aangesteld.
In 1884 wordt er een nieuwe school gebouwd in de Voorstraat. Het oude gebouw moet dringend vervangen worden. Het wordt een hoog wit pand met 2 poorten.
In 1884 waren er 212 kinderen en 5 leerkrachten, 144 banken, 6 kachels , 1 boekenkast en 6 verplaatsbare schoolborden. Deze school functioneerde tot 1955. Tot 1900 (start leerplichtwet) schommelt het aantal leerlingen nogal. In 1884 is er sprake van een duidelijke terugloop, omdat veel Gereformeerden hun kinderen naar een school in Leerdam sturen.
Jaartal onbekend (begin 1900)
Midden op de foto hoofdmeester Pieter Boezaardt van 15 juni 1974 tot 1 januari 1915. Hij was een centrale figuur op onderwijsgebied in Asperen. Een geboren Fries, die in 1974 vanuit Hillegom naar Asperen kwam. Hij was actief in de kerk en in 1908 werd hij zelfs benoemd tot voorzanger. Hij was bestuurslid van “Eendracht maakt macht” en bestuurslid van “Ad Astra”, die in 1898 werd opgericht. In 1901 verdient Boezaardt f 900 per jaar, de andere meesters f 700 en f 550, de onderwijzeressen f 600 en f 550. In 1907 wordt er ook les gegeven in Frans en in Hoogduits. Dat is vooral bedoeld om de grote paardenmarkt van Asperen in stand te houden. De paardenmarkt heeft een grote economische betekenis en het is dus van belang dat de mensen hun talen kenen. Tussen 1915 en 1923 is J. van Wijk het hoofd van de school. Hij maakt een moeilijke periode mee. In 1920 wordt de onderwijswet van minister De Visser aangenomen en al snel komt er “Een school met den bijbel”. De Hervormden en de Gereformeerden besluiten na jarenlange strijd uiteindelijk om samen een eigen school te stichten en dat keurt in 1921 de gemeenteraad goed. De school moet worden verdeeld. Het college stelde voor om de openbare schol de lokalen aan de Voorstraat te geven, maar het voorstel werd met 1 stem verworpen. Toen besloot men dat er geloot moest worden. De christelijke school kreeg de lokalen en de ingang aan de voorzijde (Voorstraat) en de openbare school de lokalen en de ingang aan de achterzijde (Boerenwal). Het hoofd van de openbare school blijft de bovenwoning bewonen. Op 1 december 1921 is de splitsing een feit. Hoofdmeester J. van Wijk neemt op 15 februari 1923 ontslag. Hij wordt opgevolgd door dhr J. P. Waale.
De school anno 1924 met hoofdmeester J.P. Waale (rechts op foto) De kinderen op deze foto zijn geboren tussen 1911 en 1917.
Het schoolplein van de openbare school ligt helemaal aan de rand van de bebouwing, pal naast een boomgaard. In die tijd is er geen bewegingsonderwijs, wel gebruiken ze een gedeelte tussen de Voorstraat en de Minstraat om buiten te spelen.
Anno 1935-1936 Hoofdmeester Vliegenthart (Links), meester Smit (rechts) en juffrouw van Griethuysen (midden) In 1942 staat beschreven dat ook het terrein aan de Appeldijk (1000 m van school) gebruikt kan worden voor lichaamsoefeningen. Ook kunnen ze hier zwemmen. In 1955 is het weer tijd voor nieuwbouw. Het oude gebouw voldoet niet meer en er moet uitgebreid worden. De nieuwe school komt op de hoek van de Leerdamse weg en de Heukelumse weg. Aan de kant van de toren komt de christelijk school, aan de “nieuwe” kant (van Asperen) de openbare school. Ook besluit de gemeente tot de bouw van een gymzaal.
De verhuizing in 1955 van de Voorstraat naar de Heukelumseweg.
De openbare school en de christelijke school in 1956 op de kruising van de Leerdamseweg en de Heukelumseweg. Links de lokalen van de openbare school, rechts de christelijke school.
Vanaf het moment van splitsing (in 1922) is er regelmatig onderling strijd gevoerd over het aantal leerlingen. Men spreekt dan over “leerlingenroof”. Het kan namelijk gebeuren dat het verlies van een paar kinderen de baan kost van een leerkracht In 1946 komt er een kleuterschool voor het openbaar onderwijs in het EMM-gebouw (Eendracht Maakt Macht) aan de Voorstraat.
Anno 1963 3 leerkrachten staan voor de openbare school aan de Heukelumseweg. Links dhr. Timmermans, hoofd van de school. Dhr. Timmermans is gestart als leerkracht op de school aan de Voorstraat. Toen hij in 1975 nog steeds hoofdmeester was, maakte hij de tweede verhuizing mee naar de huidige locatie aan de Bijdendijkstraat in de nieuwbouw van Asperen.
In 1968 wordt er voor openbare kleuterschool en de christelijke kleuterschool een noodgebouw geplaatst achter de 2 lagere scholen. De openbare kleuterschool heet dan “Hummelhof”. In 1974 moet er uitgebreid worden, vooral onder invloed van de nieuwbouw in de “naie burt”. Men besluit de openbare school te huisvesten langs de Bijdendijkstraat (genoemd naar dominee Bijdendijk). De fysieke splitsing tussen de scholen is een feit. Op 15 augustus 1975 wordt het huidige schoolgebouw officieel geopend door de commissaris van de Koningin van Gelderland. Voorheen sprak men over de “Openbare school”, nu moet er een echte naam bedacht worden. Omdat de school is gebouwd op een zogenaamde zandplaat ligt de naam voor de hand, maar toch bakkeleien de gemeente en de school nog over de naam. De ouders van de school willen het graag “De Zandplaat”noemen of “De Timmermanswerkplaats”, genoemd naar het toenmalige hoofd van de school. Maar de gemeente houdt vol en kiest voor “de Zandheuvel”. In 1985 worden alle lagere scholen en kleuterscholen samengevoegd volgens de nieuwe wet op het basisonderwijs. De gemeente besluit daarom in 1984 de kleuters een plek te geven bij de lagere school. De school wordt hiervoor uitgebreid met een lokaal en een speellokaal. In 2005 krijgt de school een nieuw logo. Meester Kees Vonk tekent de vogels en Jan van Waarden verzorgt de lay-out. Het schoolplein wordt door de ouderraad (met hulp van de gemeente Lingewaal) in 2006 helemaal opgeknapt. De schilderijen aan de muur van het speellokaal maken de kinderen onder leiding van kunstenaar Fransje Booij. Het bestuur van de school wordt op 1 januari 2007 officieel overgedragen aan een stichting voor openbaar onderwijs. Deze stichting heeft de naam gekregen “Openbaar Onderwijs Alblasserwaard- Vijfheerenlanden”, afgekort O2A5. De gemeente blijft wel verantwoordelijk voor het instandhouden van openbaar onderwijs binnen de gemeente. Lijst van hoofden en directeuren van de school 1841 - 1874 1874 - 1915 1915 - 1923 1923 Vanaf 1935 ? 1955 - 1983 1983- 1989 1989 - 1999 1999 - 2002 2002 - 2003 2003 - 2004 2004 - 2005 2005 - 2006
D. van Eek Pieter Boezaardt J. van Wijk J.P. Waale Vliegenthart Ooms Timmermans Luuk Schumer Frits Faber Jan Vermeulen Martin vd Ven Kees Vonk Jan Vermeulen Henk Lamerus
2006 - 2014 2014 - 2015 2015 - …….
Luc Tromp Ben Kennedie Jan Hoeksema
Naschrift: Wij zouden het zeer op prijs stellen als mensen, die meer relevante informatie hebben over de geschiedenis van de school, ons hierover willen berichten. Wij zullen vervolgens deze informatie opnemen in ons artikel. U kunt mailen naar
[email protected]