Dag van de Zorg 2013 Depressie : wat is het en wat brengt het teweeg ?
Met dank aan het team Vennen 3 en dr. Michel Dierick in het bijzonder.
1
Wat is stemming ?
+
-
2
Gemoed, stemming: Constant aanwezige achtergrond, emotionele tonus, niet gericht die kan varieren tussen (polariteit) 2 uitersten : - laag (depressieve pool) - hoog (manische pool)
Affecten, emoties, passies: Meestal meer kortdurend, gerichter (inwendig, uitwendig), soms sterk wisselende intensiteit, meestal vergezeld met lichamelijke veranderingen en motivatie. vb: woede, haat, jaloezie, passie, agressie,…..
3
Depressieve pool:
Vestoord gemoed, stemming
Denkstoornissen
Lichamelijke verschijnselen
4
Gemoedstoornissen Depressieve grondstemming : droefheid; triestig
zijn; zich ellendig, eenzaam, verworpen voelen; hopeloosheid; wanhoop; te kort schieten; insufficiëntie gevoelens, emotionele verlamming …..
Geen zin, van niets nog kunnen genieten (anhedonie) Angst: algemeen, fobie, paniek, dwangtekenen Prikkelbaarheid Dagschommelingen
5
Denkstoornissen Algemeen: desinteresse, verminderde
concentratie,besluiteloosheid, piekeren
Tempo:
vertraagd denken
Denkinhoud: droevige gedachten, zelf depreciatie, minder betrokken zijn bij, apathie, hopeloosheid, zelfmoordgedachten en plannen
Soms wanen: kleinheid, armoede, schuld en achterdocht
6
Lichamelijke verschijnselen Eetlust en Gewicht: ↑of ↓ Vermoeidheid, lusteloosheid, inactiviteit Geen energie, uitputtingsgevoel Motoriek: agitatie of geremdheid Seksuele stoornissen : verminderd libido Slaapstoornis: in- en/of doorslaapstoornissen Zweten, obstipatie, hartkloppingen, misselijk, braken, pijnen,….
7
De majeure depressie
Criteria volgens DSM-IV-TR
Min. 5 (1+4 of 2+3) symptomen
9Depressief gemoed of prikkelbaar 9Niets genieten, verminderde interesse of plezierbeleving - Gewicht & eetlust wijzigingen - Slaapstoornissen - Psychische en motorische agitatie of remming - Moeheid of verlies aan energie - Gevoelens van waardeloosheid, onterechte schuld - Verminderde mogelijkheden tot concentreren - Zelfmoordgedachten
9 Gedurende minimum 2 weken 9 Weerslag op socio-familiaal functioneren
8
Depressief syndroom Niet alle symptomen aanwezig en / of
Minder dan 2 weken en / of
Geen sociofamiliale weerslag
9
Depressieve klachten en andere problematiek: Co-morbiditeit
Normaliteit (rouw, verdriet
Angst
…)
Psychose
Depressieve klachten
Verslaving
PersoonlijkheidsStoornissen
10
(unipolaire) Depressieve stoornis Situering:
Beginleeftijd: 20 - 40 j
Duur van een episode: 6m - 1j (3w-10w) Herstel ? Volledig, soms onvolledig (~ chronisch). Herval? In 50 –70%, gem. 5-7 fasen, 10-20% chronisch Individueel verschil in beeld, ernst, beloop. Co-morbiditeit (angststoornis, verslaving, pers. stoornis …) Life-events (overlijden, scheiding, jobwijziging, …) Familiaal (genetische kwetsbaarheid): belangrijk Risico op zelfdoding (suicide)
11
Voorkomen (prevalentie) van depressieve episode
Lifetime :
b : 7 - 12 % 17,1 %
c : 20 - 25 % Puntprev. :
2c/ 1b
b: 2-3% 4,9 %
c: 5-9% Depressieve klachten : 33% !!
12
Depressie bij ouderen >65j. in bevolking: 15% depressie !! Een andere beeld van depressie #Bejaarden zijn vaak meer ‘gesloten’ #Soms overlappend met ‘normale’ verouderingstekens: (Moeheid, slaapstoornissen, libido minder, doodsgedachten) of
met beginnende dementie #Vaak gedomineerd door lichamelijke symptomen #Vaker co-morbiditeit
13
Oorzaken van depressie Misverstanden bij de bevolking (studie in de USA, jaren ’90) Stahl, 2000
Æ 71% « emotionele zwakheid » Æ 65% « slechte opvoeding » Æ 45% « fout van de patiënt : moet maar sterker zijn Æ 43% « ongeneeslijke ziekte » Æ 35% « gevolg van slechte gewoontes » (slechts) Æ 10% « ook biologische verstoringen in hersenen »
14
Bio-Psycho-Sociaal model Belang van biologische therapieën (Medicatie, ECT, …)
BIOLOGISCHE, b/c & GENETISCHE FACTOREN SOCIALE FACTOREN & OMGEVING Werk, familie, milieu, stress (live-events), support. Belang van sociale begeleiding
Kwetsbaarheid
PSYCHOLOGISCHE FACTOREN & ONTWIKKELING
Persoonlijkheidsvorming, interpersonale factoren Belang van psychotherapeutische aanpak
15
Oorzaken van depressie Æ Neurobiologische benadering Verstoring in het chemisch evenwicht van de neurotransmittors in de hersenen - Serotonine (impulscontrole, stressregulatie, angst, agressie, …)
- Noradrenaline (motoriek, drive, sociale aspecten, …) - Dopamine (motivatie, plezierbeleving, motoriek,…)
Æ Stressmodel : Verstoring van de biologische stress-as (hypofyse, cortisol) bij langdurige stresstoestanden Verstoorde verhouding draaglast - draagkracht
16
Depressie als kringloop
Problemen
Minder prettig leven
Minder energie Sombere stemming Negatieve gedachten
DEPRESSIE
Situaties vermijden Zich terugtrekken
17
Behandeling • Medicatie (anti-depressiva, anxiolytica, …) • Psychotherapie • Electrostimulatie (ECT, TMS) • Aanvullende therapie : relaxatie, well-being, muziek, running, ergo • Lichttherapie bij sommige vormen van depressie
18
Behandeling • Vaak gecombineerde therapie : medicatie, psychotherapie en andere interventies • Herstel verloopt meestal traag. Meer comorbiditeit vertraagt het herstel • Goede therapietrouw verhoogt de slaagkansen op herstel en verkleint het hervalrisico • Behandeling duurt verschillende maanden, soms langer en moet bij herstel een hele tijd aangehouden worden • Preventie : mindfulness, psychotherapie, medicatie
19
Enkele bedenkingen Depressie : Æ Begint op steeds jongere leeftijd Æ Is ondergediagnosticeerd en onderbehandeld Æ Is dikwijls erg complex en maakt vaak deel uit van nog andere problemen, wat de behandeling moeilijker maakt Æ Kan zich chronisch ontwikkelen (10 à 20 %) Æ Is levensduur verkortend : verhoogd risico op suïcide en cardio-vasculair lijden. Æ Verdient brede maatschappelijke aandacht !
20