HLB Den Hartog is a member of HLB International. A world-wide network of independent accounting firms and business advisers.
AKTUELE INFORMATIE Nr. 69
Maart 2014
Bodemrecht en bodembeslag Met ingang van 1 januari 2013 heeft de Belastingdienst nog meer mogelijkheden om belastingschulden te innen. Zo heeft de Belastingdienst als enige het zogenaamde ”bodemrecht”. Het bodemrecht geeft de Belastingdienst het recht om belastingschulden te verhalen op roerende zaken van een derde, die zich op de bodem van de belastingschuldige bevinden, maar die niet van de belastingschuldige zijn. Als de belastingschuldige bijvoorbeeld een machine in gebruik heeft waarvan het eigendom nog is voorbehouden door een derde, dan kan die derde deze machine ophalen als de belastingschuldige in gebreke blijft. De Belastingdienst kan echter ook bodembeslag op deze machine leggen bij de belastingschuldige. En als de Belastingdienst sneller is, dan heeft de leverancier vervolgens meestal het nakijken.
En als de Belastingdienst sneller is, dan heeft de leverancier vervolgens meestal het nakijken. Dit bodemrecht van de Belastingdienst is zoals gezegd enkel een privilege van de Belastingdienst. Zo kan een ’gewone’ schuldeiser van meneer X zich niet verhalen op bezittingen van mevrouw Y als die bezittingen zich ’toevallig’ op de grond van meneer X bevinden.
Dit bodembeslag of bodemrecht heeft vanzelfsprekend verstrekkende gevolgen. Want indien bijvoorbeeld de belastingschuldige zelf huurder van de bodem is, kan ook de verhuurder te maken krijgen met het bodembeslag ten laste van de huurder. Er kunnen zich immers ook roerende zaken welke in eigendom toebehoren aan de verhuurder, in het gehuurde bevinden. Niet zelden is daarbij de vraag aan de orde of iets al dan niet bestanddeel is van de gehuurde onroerende zaak, dan wel dat sprake is van een makkelijk (zonder beschadiging van betekenis) te verwijderen zaak.
mr. P.M. (Pieter) Rigter FB kantoor Rotterdam
In dit nummer 1 Bodemrecht en bodembeslag 2 Adresinformatie 2 Mogelijk twee jaar uitstel voor SEPA 3 Wet Werk en Zekerheid: flexwerkers
De verhuurder kan administratief beroep instellen bij de directeur der belastingen indien hij het met de uitoefening van het bodemrecht ten laste van de huurder niet eens is. Omdat hoger beroep niet mogelijk is, doet de verhuurder er goed aan tegelijkertijd ook bij de burgerlijke rechter verzet aan te tekenen. Bij die rechtsgang is namelijk wel in hoger beroep voorzien. Slaagt de verhuurder er in zijn eigendomsrecht aan te tonen, dan vallen die spullen niet onder het beslag.
4 Nieuw: gevangenisstraf bij niet of te laat betalen van btw?
Onder het bodembeslag vallen alle roerende zaken die zich op de ’bodem’ van de belastingschuldige bevinden, zoals de inventaris en machines. Geen bodemzaken zijn onder meer voorraad, grondstoffen en het wagenpark.
8 Wist u dat?
Lees verder op pagina 2
4 Tegenstrijdig belang, hoe werkt het nu? 5 De Energiebespaarlening: verbeter uw woning en bespaar op kosten 6 Vanaf 1 januari 2014 nieuwe voorwaarden voor een ANBI 7 Tegemoetkoming OZB voor de zorg
1
Bij het samenstellen van deze Aktuele Informatie hebben wij de grootst mogelijke zorgvuldigheid betracht. Onze wetgeving is echter regelmatig aan verandering onderhevig, terwijl het civiele en fiscale recht enorm gecompliceerd zijn. Wij kunnen daarom geen enkele verantwoordelijkheid aanvaarden voor de gevolgen van de acties die u onderneemt naar aanleiding van in deze uitgave opgenomen artikelen. Raadpleeg dus altijd eerst even uw vaste contactpersoon.
Aktuele Informatie is een periodieke uitgave van HLB Den Hartog Accountants & Consultants Vestigingen: Rotterdam: Grindweg 90 3055 VD Rotterdam Postbus 34079 3005 GB Rotterdam Tel. 010 - 278 11 00 Fax 010 - 278 11 99
[email protected] ’s-Gravenhage: Prins Willemstraat 29 2584 HT ’s-Gravenhage Tel. 070 - 351 42 21
[email protected]
Internet: www.hlb-denhartog.nl
Lay-out: Tilia cordata, Spijkenisse
Vervolg van pagina 1 Bodembeslag kan zowel voor als na faillissement worden gelegd. Het bodembeslag gaat bij een faillissement op in het faillissementsbeslag en komt aldus aan de curator toe. De Belastingdienst kan zich dan op die goederen niet meer zelfstandig verhalen. Maar het bodembeslag dat gelegd is op goederen van een derde wordt niet getroffen door het faillissementsbeslag; die derde is immers niet failliet. De Belastingdienst kan dus de goederen c.q. roerende zaken van derden gewoon uitwinnen en verkopen.
Omdat de Belastingdienst in de praktijk ’gewoon’ bodembeslag legt zonder de eigendomsverhoudingen vooraf goed te onderzoeken, is het zaak als eigenaar van goederen die zich op de bodem van een ander bevinden, zeer snel te handelen. Uw adviseur kan u daarover nader informeren.
S.T.M. (Steven) ten Hagen RA kantoor Den Haag
Mogelijk twee jaar uitstel voor SEPA SEPA (Single Euro Payments Area) is het initiatief van de Europese Unie en gezamenlijke Europese banken om te komen tot harmonisatie van het euro betalingsverkeer binnen Europa. Belangrijke onderdelen van SEPA zijn de Europese Overschrijving en de Europese Incasso. Het was de bedoeling dat de huidige Nederlandse girale betaalmiddelen per 1 februari 2014 zouden overgaan naar SEPA. Inmiddels is een overgangsperiode tot 1 augustus 2014 afgesproken zodat ondernemers een half jaar extra de tijd krijgen om over te stappen. Minister Dijsselbloem van Financiën heeft aangegeven deze datum ook te vroeg te vinden en hij gaat voor Nederland uitstel aanvragen tot 1 februari 2016. Hoewel hij dat verzoek had moeten indienen vóór februari 2013, denkt de minister een goede kans te maken omdat vijf andere landen intussen ook om uitstel hebben gevraagd. Boete onterechte incasso Voor ondernemers die gebruik maken van een automatische incasso is het extra van belang om tijdig over te gaan op SEPA. Er dient rekening te worden gehouden met een flink hogere ’boete’ voor een onterechte incasso. De banken die hun tarieven 2014 al bekend hebben gemaakt, rekenen voor een onterechte incasso t 55 à t 60, terwijl dit tot 2014 nog gratis was. Van een onterechte incasso is niet alleen sprake als de betaler geen geldige machtiging heeft afgegeven, maar ook indien er een verkeerd bedrag geïncasseerd is. De betaler kan tot 13 maanden na de datum van de incasso melding maken van een onterechte incasso.
2
Voorkom kosten De administratie van incasso-machtigingen wordt voor u dus nog belangrijker dan die nu al is. In de administratie dient in elk geval uw incassant-ID en het unieke kenmerk van de machtiging te zijn vastgelegd. U moet de papieren of digitale versie van de originele machtiging minstens 14 maanden na de beëindiging er van bewaren. Uit uw administratie moet dus een terechte incasso blijken ter voorkoming van kosten. Een onterechte incasso ontslaat de betaler overigens niet van zijn verplichting om te betalen. Het gaat er alleen om dat de manier waarop hij betaalt dan niet juist is. Let op: alleen ondertekende papieren machtigingen zijn geldig. De praktijk van machtigingen op het internet door met een vinkje toestemming te verlenen, komt te vervallen. Op korte termijn komt er wel een digitale machtiging, de “e-mandate”. Dit is geen verplicht onderdeel van SEPA en wordt ontwikkeld voor bedrijven en banken om de efficiëntie van de incasso’s te verhogen.
J. (Joost) Koedoot RA kantoor Rotterdam
Wet Werk en Zekerheid: flexwerkers Het wetsvoorstel Wet Werk en Zekerheid omvat een aantal ingrijpende wijzigingen in het ontslagrecht, de rechtspositie van flexwerkers en hervorming van de Werkloosheidswet (WW). Het wetsvoorstel is inmiddels aangenomen door de Tweede Kamer en wordt binnenkort behandeld in de Eerste Kamer. Het voornemen bestaat om de bepalingen die verband houden met de versterking van de positie van flexwerkers al per 1 juli a.s. in te voeren. Tijdelijke contracten Momenteel is het toegestaan om een werknemer drie opeenvolgende tijdelijke contracten aan te bieden met een maximale termijn van drie jaar. Ligt tussen twee contracten een periode van langer dan drie maanden dan wordt deze keten onderbroken en start een nieuwe keten. Onder de nieuwe wetgeving is het nog steeds mogelijk om drie tijdelijke contracten te sluiten maar de maximale termijn wordt ingekort naar twee jaar. Afwijking bij CAO is overigens nog steeds mogelijk maar wordt sterk ingeperkt. Ook het doorbreken van de keten wordt lastiger. De termijn van drie maanden wordt namelijk verlengd naar zes maanden en afwijking bij CAO op dit punt is niet langer mogelijk. Let op, op verzoek van de Tweede Kamer is de ingangsdatum van deze maatregel verschoven naar 1 juli 2015 in tegenstelling tot de overige bepalingen voor flexwerkers die allemaal al ingaan per 1 juli 2014. Wilt u als werkgever nog gebruik kunnen maken van de maximale termijn van 2 jaar voor opeenvolgende tijdelijke contracten dan kunt u daar nu reeds rekening mee houden. Een eerste of tweede contract dient in dat geval vóór 1 juli 2015 te eindigen. In dat geval kan er nog een laatste tijdelijke arbeidsovereenkomst worden aangegaan die de resterende tijd tot 3 jaar kan ‘vol maken’. Proeftijd In contracten van zes maanden of korter is het per 1 juli a.s. niet langer toegestaan een proeftijd op te nemen.
Verplichte aanzegtermijn Er wordt een aanzegtermijn (niet te verwarren met opzegtermijn) geïntroduceerd bij beëindiging van tijdelijke contracten. Een werkgever kan nu nog op de laatste dag van het tijdelijke contract de werknemer mededelen dat de arbeidsovereenkomst niet zal worden verlengd; het tijdelijke contract eindigt dan van rechtswege. Een werknemer met een tijdelijk contract is echter gebaat bij tijdige informatie over het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst. Bij tijdelijke contracten met een duur van zes maanden of langer geldt dan ook vanaf 1 juli 2014 een zogenaamde aanzegplicht. De werkgever moet uiterlijk een maand voor het einde van het contract de werknemer schriftelijk laten weten of, en onder welke voorwaarden, het contract zal worden verlengd. Vergeet de werkgever de werknemer tijdig te informeren dan eindigt weliswaar het contract, maar is de werkgever een vergoeding verschuldigd gelijk aan het loon over de periode dat de werkgever te laat heeft aangezegd.
Door zorgvuldig de termijnen van tijdelijke contracten te kiezen kunt u als werkgever in ieder geval optimaal inspelen op deze nieuwe wetgeving. Concurrentiebeding De mogelijkheid tot het opnemen van een concurrentiebeding (alsook het relatiebeding) in een tijdelijke arbeidsovereenkomst wordt niet langer toegestaan. Een uitzondering geldt wanneer de werkgever in de arbeidsovereenkomst gemotiveerd aangeeft dat er sprake is van zwaarwichtige bedrijfs- of dienstbelangen die een concurrentiebeding vereisen. Zonder deze motivering in de arbeidsovereenkomst is het concurrentiebeding nietig. Oproepcontracten Een vorm van een flexibele arbeidsrelatie is het verrichten van arbeid op oproepbasis (bijv. een nulurencontract). In de arbeidsovereenkomst kan worden opgenomen dat gedurende de eerste zes maanden van het oproepcontract er geen loondoorbetalingsverplichting bestaat. Concreet betekent dit voor de werknemer dat als hij niet wordt opgeroepen er ook geen salaris wordt betaald. In de CAO mag deze termijn onbeperkt worden verlengd. Deze mogelijkheid tot afwijken via de CAO wordt beperkt. Dit is voortaan enkel nog toegestaan voor functies die incidenteel van aard zijn en geen vaste omvang kennen. In de zorgsector is afwijking van de loondoorbetalingsverplichting na 1 juli 2014 zelfs helemaal niet meer toegestaan. Tot slot Meer zekerheid voor flexwerkers moet er voor zorgen dat werknemers minder lang met opeenvolgende contracten voor dezelfde werkgever werken. Of deze maatregelen daar ook toe leiden is af te vragen. Werkgevers kunnen namelijk ook kiezen voor het aannemen van een nieuwe werknemer. Door zorgvuldig de termijnen van tijdelijke contracten te kiezen kunt u als werkgever in ieder geval optimaal inspelen op deze nieuwe wetgeving.
3
mr. J.M.L.R. (Jenny) Roest-Slooter FB kantoor Rotterdam
Nieuw: gevangenisstraf bij niet of te laat betalen van btw? De overheid probeert met steeds meer middelen belastingfraude tegen te gaan. Fraude vindt plaats door bijvoorbeeld inkomstenbelasting te ontduiken, door met toeslagen te knoeien of in de btw, denk hierbij aan carrouselfraude. Om dit te bestrijden is er op 1 januari 2014 een nieuwe regel in werking getreden. Maar deze regeling treft niet alleen de fraudeurs! Elke ondernemer moet op tijd btw-aangifte doen en tevens tijdig het aangegeven bedrag betalen. Sinds 2014 is dit nog meer van belang. Het bewust niet, of deels te laat betalen is nu strafbaar en kan ervoor zorgen dat de ondernemer in de gevangenis terechtkomt. De gevangenisstraf is maximaal 4 jaar.
Een ondernemer is wettelijk verplicht om een btw suppletie in te dienen als hij teveel of te weinig btw heeft afgedragen. Tot en met 2013 kon een ondernemer op een later tijdstip alsnog aangifte doen en was er niks aan de hand. Het niet of te laat betalen van de btw was dan niet strafbaar. Sinds 2014 is dit wel het geval.
Wanneer kan dit zich voordoen? Een bedrijf doet nihilaangifte omdat ze even de liquiditeit niet kunnen missen. Of er wordt wel op tijd aangifte gedaan maar te laat betaald. Het strafbare feit is niet aan de orde bij een btw teruggaaf of voor aangiftes die ’echt’ op nihil uitkomen.
verzuimboete van 5% van het btw-bedrag. Dien deze suppletie (als het kan) dus in vóór 1 april! Een ondernemer is wettelijk verplicht om een btw suppletie in te dienen als hij teveel of te weinig btw heeft afgedragen. Doet hij dat niet, dan riskeert hij een vergrijpboete van maximaal 100% van de met de suppletie gemoeide btw. Klein lichtpuntje: Als de suppletie maximaal t 1.000 bedraagt, dan mag deze worden verwerkt in de eerstvolgende aangifte.
Wat kan een ondernemer dan beter doen bij liquiditeitsproblemen? De straf is niet aan de orde als een correcte aangifte wordt ingediend en aan de ontvanger van de Belastingdienst op tijd uitstel van betaling wordt gevraagd. Het zomaar indienen van een nihilaangifte en deze nadien corrigeren kan dus grote gevolgen hebben. Wat als er toch iets fout is gegaan? Als er de afgelopen vijf jaar te weinig btw is aangegeven en afgedragen, is de ondernemer verplicht om een ’btw suppletie’ in te dienen. Dit loopt via de website van de Belastingdienst. De Belastingdienst legt vervolgens een naheffingsaanslag op. Als de suppletie binnen 3 maanden na afloop van het jaar wordt ingediend is er geen rente verschuldigd, maar waarschijnlijk wel een
Tegenstrijdig belang, hoe werkt het nu? Van een tegenstrijdig belang is sprake als een bestuurder van een vennootschap een handeling verricht waarbij hij een persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de vennootschap. Denk bijvoorbeeld aan het sluiten van een lening door de bestuurder met de (eigen) bv. De bestuurder zal vermoedelijk een zo laag mogelijke rente willen vastleggen, terwijl het belang voor de bv uiteraard kan zijn dat een zo hoog mogelijk rendement met zoveel mogelijk zekerheid wordt behaald.
4
In deze situaties dient de bv niet door de bestuurder, maar door de Raad van Commissarissen te worden vertegenwoordigd, tenzij in de statuten
is bepaald dat de bestuurder toch vertegenwoordigingsbevoegd is (het tegenstrijdig belang is dan zgn. weggeschreven). Een andere optie is dat de vergadering van aandeelhouders uitdrukkelijk een bijzondere vertegenwoordiger heeft aangewezen; dat kan dan wel weer de bestuurder zijn. Deze regel geldt ook voor vennootschappen waarin de bestuurder en (enig) aandeelhouder dezelfde persoon is.
Per 1 januari 2013 is de regeling omtrent tegenstrijdig belang gewijzigd. Vanaf 1 januari 2013 ziet de tegenstrijdig belangregeling toe op de besluitvormingsfase en niet meer op de vertegenwoordigingsfase. Oftewel een bestuurder met een tegenstrijdig belang dient zich (in beginsel) te onttrekken van de besluitvorming omtrent aangelegenheden waarbij voor deze bestuurder een tegenstrijdig belang speelt. Indien vervolgens (de rest van) het bestuur een positief besluit neemt, mag de bestuurder waarbij het tegenstrijdig belang speelde, de vennootschap wel vertegenwoordigen bij het verrichten van de uiteindelijke rechtshandeling die een gevolg is van het besluit (bijv. het tekenen van de leningsovereenkomst).
R. (Rob) Meijer AA kantoor Rotterdam
De Energiebespaarlening: verbeter uw woning en bespaar op kosten Particuliere woningeigenaren die hun voornemen om te investeren in een energiezuiniger huis in 2014 willen verwezenlijken, kunnen de daad bij het woord voegen. Vanaf 21 januari jl. is het mogelijk een Energiebespaarlening af te sluiten teneinde slim te investeren in energiebesparende maatregelen in de eigen woning. Dit biedt verschillende voordelen: een lagere energierekening, een verhoging van de woningwaarde met een beter energielabel, een verhoogd wooncomfort en een bijdrage aan het verminderen van de CO2-uitstoot. De Energiebespaarlening is vanwege de lage rente aantrekkelijk voor particuliere woningeigenaren. De lening wordt verstrekt uit het Nationaal Energiebespaarfonds. Energiebesparende maatregelen Met de lening kunnen diverse energiebesparende maatregelen worden gefinancierd. Denk aan het isoleren van de woning of de aanschaf van een HR-ketel of een zonneboiler. Ook zonnepanelen horen tot de mogelijkheden. Voorwaarde bij zonnepanelen is dat hiervoor maximaal 50% van de lening gebruikt mag worden. De andere 50% van het leenbedrag moet geïnvesteerd worden in andere maatregelen.
Op dit moment bedraagt de rente voor leningen met een looptijd van 7 jaar 3,4% en voor leningen met een looptijd van 10 jaar 3,8%. De rente van de lening is onder de ‘gewone’ voorwaarden fiscaal aftrekbaar als eigenwoningrente. Nationaal Energiebespaarfonds De Energiebespaarlening wordt verstrekt uit het Nationaal Energiebespaarfonds, dat een uitvloeisel van het Woonakkoord 2013 en invulling Energieakkoord 2013 is. Het fonds heeft tot doel meer energiebesparende maatregelen in bestaande woningen mogelijk te maken. Tegelijkertijd worden ook de bouw- en installatiesector aan nieuwe opdrachten geholpen. Wat levert de energiebesparing op? Een indicatieve berekening van uw energiebesparing kan gemaakt worden via www.verbeteruwhuis.nl. Doel van deze website is huishoudens inzicht te geven in de kosten en opbrengsten van verschillende energiebesparende maatregelen in of aan hun woning. U kunt via deze website op eenvoudige wijze aangeven wat uw woonsituatie is en in welke energiebesparende maatregelen u wenst te investeren. Het programma berekent vervolgens voor u hoe groot uw investering wordt en wat de hieraan gekoppelde geschatte jaarlijkse energiebesparing is. Op deze wijze kunt u snel bepalen in hoeveel jaar u uw investering terug verdiend heeft.
Rentepercentage Woningeigenaren kunnen de lening aanvragen via www.ikinvesteerslim.nl. De annuïtaire lening van minimaal t 2.500,- en maximaal t 25.000,- is alleen beschikbaar voor particuliere eigenaren van bestaande woningen. De looptijd is 7 of 10 jaar, afhankelijk van de hoogte van de lening. De rente van de Energiebespaarlening staat vast gedurende de looptijd van de lening.
M.H. (Mees) Luichies RA kantoor Rotterdam
Onder de nieuwe wetgeving is de tegenstrijd belangregeling dan ook ’slechts’ een interne aangelegenheid, welke de vertegenwoordiging en daarmee rechtshandelingen niet meer kan aantasten. Overeenkomsten van vóór 1 januari 2013 Onder de oude wetgeving werd vaak aangenomen dat wanneer de statuten de tegenstrijdig belangregeling wegschreven (vaak omschreven als: mocht er sprake zijn van tegenstrijdig belang met een bestuurder dan wordt de vennootschap desalniettemin op de voormelde wijze vertegenwoordigd) dat het niet noodzakelijk was om zogenaamde ’notulen tegenstrijdig belang’ op te
maken. Het tegendeel is echter waar! Gelukkig kan de vertegenwoordiging door de bestuurder met een tegenstrijdig belang achteraf wel worden bekrachtigd door de algemene vergadering. Het is dan ook zaak om overeenkomsten van vóór 1 januari 2013 (met name bijv. pandovereenkomsten) nog eens onder de loep te nemen en waar nodig alsnog te bekrachtigen.
Is er sprake van één aandeelhouder, dan ligt de zaak volgens de Hoge Raad iets genuanceerder waardoor in de meeste gevallen bekrachtiging achterwege kan blijven. Raadpleeg uw adviseur.
5
J.P. (Joke) Troost-Storm FB kantoor Den Haag
Vanaf 1 januari 2014 nieuwe voorwaarden voor een ANBI Zoals u weet kunnen Algemeen nut beogende instellingen (ANBI’s) gebruik maken van bepaalde belastingvoordelen bij erven, schenken en de energiebelasting. Om een instelling als ANBI aan te laten merken, dient u een verzoek in bij de Belastingdienst. Een ANBI heeft een aantal belastingvoordelen: - een ANBI betaalt geen erfbelasting of schenkbelasting voor erfenissen en schenkingen die de instelling gebruikt voor het algemeen belang; - als een ANBI zelf schenkingen doet in het algemeen belang, dan hoeft de ontvanger geen schenkbelasting te betalen; - een ANBI komt in aanmerking voor teruggaaf van energiebelasting; - vrijwilligers die voor een ANBI werken, doen daarmee onder bepaalde voorwaarden een gift aan een ANBI; - donateurs van een ANBI mogen hun giften aftrekken van de inkomsten- of vennootschapsbelasting; - voor donateurs van culturele ANBI’s geldt er een extra giftenaftrek. Vanaf 1 januari 2014 gelden er nieuwe (naast de reeds bestaande) voorwaarden voor een ANBI. Vanaf die datum is een ANBI verplicht een aantal gegevens te publiceren op een internetsite. Het volgende moet gepubliceerd worden:
6
- de naam van de instelling. Is de instelling bij het publiek bekend onder een andere naam dan die in de statuten staat? Publiceer dan beide namen; - het RSIN (Rechtspersonen en Samenwerkingsverbanden Informatienummer)/ fiscaal nummer; - het post- of bezoekadres van de instelling; - een duidelijke beschrijving van de doelstelling van de ANBI; - de hoofdlijnen van het beleidsplan; - de functie van de bestuurders zoals die staan in de statuten, bijvoorbeeld ’voorzitter’, ’penningmeester’ en ’secretaris’; - de namen van de bestuurders; - het beloningsbeleid. Publiceer hierbij zowel het beloningsbeleid voor het bestuur zoals dat in de statuten staat, als voor de directie van de instelling. Publiceer ook het beloningsbeleid voor het personeel. Voor deze laatste groep kunt u volstaan met een verwijzing naar de CAO of salarisregeling voor het personeel, als dat van toepassing is; - een actueel verslag van de uitgeoefende activiteiten; - een financiële verantwoording. Kerkgenootschappen behoeven pas met ingang van 1 januari 2016 hieraan te voldoen. Ons advies: zorg dat uw ANBI ook aan de nieuwe voorwaarden voldoet!
P.M. (Paul) Flikweert RA kantoor Rotterdam
Tegemoetkoming OZB voor de zorg Goed nieuws voor de zorgsector. De nieuwe aanslag Onroerende zaakbelasting (OZB) kan lager uitvallen op grond van een uitspraak van de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft namelijk beslist dat de eigen kamers van de bewoners van een verzorgings- of verpleeghuis onder de voor de OZB geldende woondelenvrijstelling dienen te worden gerangschikt. In het bewuste arrest stelt de Hoge Raad dat in tegenstelling tot de bewoners van een ziekenhuis of hospice, de bewoning van een verzorgings- of verpleegtehuis doorgaans niet van tijdelijke aard is. In een verzorgings- of verpleeghuis zijn de gedeelten die in hoofdzaak dezelfde functie hebben als de vergelijkbare gedeelten van een ’gewone’ woning daarom, aldus de Hoge Raad, vrijgesteld van OZB-gebruikersbelasting. De Hoge Raad rekt dit begrip nog op. De vrijstelling geldt namelijk niet alleen voor de slaap/zitkamers van de bewoners, maar ook voor de door de bewoners gezamenlijk gebruikte ruimten, zoals een gemeenschappelijke woonkamer, de eetzaal en de recreatieruimten. Ook de door de bewoners gebruikte sanitaire ruimten, inclusief de ‘verkeersruimten’ die nodig zijn voor toegang zoals de hal, gangen, liften en trappenhuizen, vallen onder de vrijstelling. Dat van die ruimten ook gebruik wordt gemaakt door het verplegend en verzorgend personeel is volgens de Hoge Raad niet van belang.
Deze verruimde OZB-vrijstelling is ook relevant voor de waardering van de ondergrond van het verpleeg- of verzorgingshuis. De Hoge Raad heeft namelijk tevens aangegeven dat de waarde van die ondergrond (dus enkel de grond waarop het verpleeg- of verzorgingstehuis staat) naar evenredigheid moet worden toegerekend aan de waarde van de bovengenoemde ruimten. Dus ook voor een gedeelte van de ondergrond geldt dan naar evenredigheid de woonruimtevrijstelling voor de OZB. Voor de onbebouwde gedeelten van de onroerende zaak, bijvoorbeeld het parkeerterrein, geldt hetzelfde. Ook daarvoor dient een toerekening plaats te vinden, zodat ook daar een gedeeltelijke vrijstelling geldt. En indien gedeelten van het parkeerterrein uitdrukkelijk zijn aangewezen om enkel te worden gebruikt door de bewoners van het tehuis en/of hun gasten, wordt zelfs de gehele grondwaarde van die gedeelten vrijgesteld van het OZBgebruikersgedeelte. Verpleeg- en verzorgingstehuizen doen er dan ook goed aan de binnenkort te ontvangen nieuwe aanslag OZB kritisch te beoordelen. Door het opvragen bij de gemeente van het taxatierapport kan eenvoudig worden vastgesteld of, en zo ja, in hoeverre, bij het opleggen van de aanslag rekening is gehouden met de gevolgen van de aangehaalde uitspraak van de Hoge Raad.
7
WIST U DAT? drs. K. (Kees-Jan) in ’t Veld FB Vestiging Rotterdam
...
de Belastingdienst sinds 1 januari 2014 geen aangiftebrief en acceptgiro omzetbelasting meer stuurt? U moet voortaan zelf in de gaten houden dat u op tijd uw aangifte indient en betaald.
...
er veel klachten zijn over werkgevers die hun werknemers bespioneren? Bedrijven gaan vaak niet goed om met privégegevens van hun werknemers. Het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) kreeg daar vorig jaar 900 klachten over, 17 procent meer dan in 2012. Voorbeelden van klachten zijn het inzetten van verborgen camera’s, het vragen naar medische gegevens en het screenen via sociale media. Het CBP onderzoekt niet alle klachten en weet daarom niet hoe vaak bedrijven daadwerkelijk in de fout zijn gegaan. Duidelijk is wel dat bedrijven vooraf goed moeten onderzoeken wat wel en niet kan.
...
de werkkostenregeling per 1 januari 2015 verplicht moet worden toegepast? De overgangsregeling komt per die datum te vervallen.
...
indien u uw woning verkoopt en er een restschuld ontstaat, u onder voorwaarden toch recht houdt op maximaal 10 jaar aftrek van de hypotheekrente, ook als er geen sprake meer is van een eigen woning?
...
er mogelijk weer een nieuwe fraude aan het licht komt bij banken: valutamanipulatie en manipulatie van grondstofprijzen? De valutamanipulatie door internationale banken zou groter zijn dan het Liborschandaal. Ook de Amerikaanse toezichthouder doet nu onderzoek naar de rol van de banken bij de valutamanipulatie. Dat internationale banken de waarde van valuta manipuleerden, werd afgelopen zomer al bekend, maar de omvang ervan begint nu pas duidelijk te worden. En in Duitsland is toezichthouder BaFin een onderzoek gestart naar het manipuleren van grondstofprijzen. Vijf banken stellen tweemaal per dag de prijs van goud en zilver vast via een telefonische vergadering.
...
het plaatsten van zonnepanelen een stuk goedkoper is geworden? Als gevolg van een uitspraak van het Europese Hof van Justitie kunt u ook als particulier onder voorwaarden de btw op de aanschafkosten terugvragen.
8
www.hlb-denhartog.nl
...
er een tijdelijke hogere schenkvrijstelling is van t 100.000 indien de schenking wordt gebruikt voor de aflossing van de eigen woningschuld of aankoop van een eigen woning? De regeling geldt sinds 1 oktober 2013 en loopt tot 1 januari 2015. Deze vrijstelling geldt ook als er geen enkele familieband is tussen schenker en begiftigde.
...
tot een bedrag van t 250.000 (fiscale partners t 500.000) het tarief in Box II (inkomen uit aanmerkelijk belang) in 2014 eenmalig is verlaagd van 25% naar 22%? Bij het uitkeren van een dividend uit de eigen bv kan er hierdoor een belastingbesparing worden gerealiseerd van maximaal t 7.500 per belastingplichtige.
...
indien u een aanmerkelijk belang heeft in een bv en u ook in dienst van die bv arbeid verricht, u dan rekening moet houden met het gebruikelijk loon? Dit gebruikelijk loon is voor 2014 gestegen naar een bedrag van t 44.000.
...
mkb-ondernemers vooral bezig zijn met overleven? Uit onderzoek komt naar voren dat het voortbestaan van de eigen onderneming de belangrijkste doelstelling is voor de meeste mkb-ondernemers. Sinds de crisis in 2008 zijn mkb-bedrijven meer bezig met overleven, break-even draaien of het verlies beperken (continuïteit en zelfstandigheid) dan met ’het maken van winst’ of ’het realiseren van groei’.
...
werkgevers een premiekorting kunnen ontvangen van t 3.500 per jaar indien ze jongeren (18 tot 27 jaar) aannemen die op dat moment een WW- of bijstandsuitkering ontvangen?
...
het antwoord van de eigen informatielijn van de belastingdienst vaak fout of onvolledig is? Wie belt met de Belastingtelefoon krijgt in twee op de drie gevallen een fout of onvolledig antwoord op zijn vragen. Dit is een conclusie uit een onderzoek van de consumentenbond.