Van Rapport Referentie
Postbus 60055, 6800 JB Arnhem Velperplein 8, 6811 AG Arnhem Telefoon (026) 355 13 55 Fax (026) 355 13 99
[email protected] www.kplusv.nl
Bijlage bij Verkenning ontwikkelrichtingen RMN
Arnhem, 12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Inhoud 1
Inleiding en Kader
1
2
Strategienota RMN 2009-2013
2
3
Het reinigingsbedrijf
4
3.1
Prestaties RMN
5
3.2 4
Organisatie Ontwikkelrichtingen
8 11
4.1
Voortzetting bestaande koers en organisatie RMN
11
4.2
Groei RMN met huidige takenpakket
12
4.3
Groei door taakverbreding
15
Gebruikte documenten
18
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
1
Inleiding en Kader Inleiding Deze bijlage bevat zo beknopt mogelijk enige feiten en cijfers bij het rapport dat KplusV organisatieadvies (KplusV) heeft opgesteld voor het Reinigingsbedrijf Midden Nederland: Verkenning ontwikkelrichtingen RMN, kenmerk 1014213-005. Kader De huidige tekst van de gemeenschappelijke regeling RMN is in 2007 vastgesteld door de colleges van Nieuwegein, Soest en Zeist en het algemeen bestuur van RMN. De regeling vermeldt in artikel 3 het doel van het lichaam: "… het realiseren van een effectieve, efficiënte en kwalitatief hoogwaardige en klantvriendelijke uitvoering van de voormalige reinigingsdienstaken." In artikel 4 wordt aangegeven dat vanuit de gemeenschappelijke regeling "… de volgende taken worden verricht:
inzamelen en bewerken van afvalstoffen;
schoonhouden van openbare ruimten;
overige transport en reinigingstaken;".
Pagina 1
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
2
Strategienota RMN 2009-2013 In 2009 is de strategische koers bepaald in de Strategienota RMN 2009-2012 en vastgesteld door het algemeen bestuur op 16 juni 2009. Strategische keuzes 2009 waren de volgende. Wat zijn we:
Expert in afvalbeheer, initiator van regionaal afvalbeleid.
Specialist in reinigingstaken (opruimen/schoonmaken van stoep tot plint).
Samenwerkingspartner in duurzaam beheer van de openbare ruimte.
Maatschappelijk verantwoorde ondernemer met sterke lokale binding.
Wat willen we:
Schaalvergroting RMN in verband met toekomstbestendigheid (uitbreiding van het aantal huisaansluitingen tot om en nabij 100.000 in 2012).
Uitbreiding reinigingstaken door middel van gelijkluidend basispakket.
Verhogen klanttevredenheid van opdrachtgevers en inwoners.
Minimaal 3 innovatieve projecten.
Versterken c.q. structureel inbedden van beleidsadvisering door RMN.
Versterken van de regionale worteling c.q. duurzame samenwerking met maatschappelijke organisaties.
Kerntaken In de door het algemeen bestuur van RMN geformuleerde mission statement van 2011 zijn uitspraken gedaan over de kerntaken. De kerntaken zijn de huidige inzamel- en reinigingstaken, waarbij :
op afvalgebied wordt ingezet op schaalvergroting en doorontwikkeling naar een expertrol in gemeentelijk afvalbeheer;
op reinigingsgebied wordt ingezet op kwaliteitsverbetering van de dienstverlening en taakuitbreiding naar aanverwante taken in de openbare ruimte.
Ook zijn de waarden voor RMN benoemd:
Klantgericht
Resultaatgericht
Regionale worteling
Duurzaam ondernemerschap
Stand van zaken uitvoering strategienota In onderstaande tabel is aangegeven hoe het anno 2014 staat met de uitvoering van de strategische doelen uit de strategienota van 2009.
Pagina 2
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Strategische doelen 2009 Schaalvergroting
Stand van zaken 2014 Gemeenten IJsselstein en Baarn zijn toegetreden. Het verzorgingsgebied bestaat vanaf 1 januari 2013 uit 100.054 aansluitingen. De in de strategienota beoogde schaalvergroting is
Uitbreiding reinigingstaken, gelijkluidend basispakket
gerealiseerd. Het takenpakket van de gemeente Nieuwegein blijft beperkt tot de afvaltaken. De toegetreden gemeenten hebben hun totale afval- en reinigingspakket in. De toegetreden gemeente IJsselstein wil daarnaast ook groenbeheer en klein civiele taken inbrengen. RMN voert reinigingstaken uit op contractbasis bij niet-aangesloten gemeenten.
Verhogen klanttevredenheid
Er heeft geen klanttevredenheidsonderzoek bij inwoners plaatsgevonden. Bestuurlijk is er geen behoefte aan om vanuit RMN rechtstreeks inwoners hierop te bevragen, dit is een gemeentelijke, eigen, verantwoordelijkheid. Gemeentelijkje bestuurders hebben een positief beeld van de tevredenheid bij hun burgers over de dienstverlening door RMN. Er komen in beperkte mate klachten binnen bij de gemeente.
Minimaal drie innovatieve projecten
RMN heeft de onkruidbestrijding op heet water (WAVE) in de regio geïntroduceerd, de invoering van CMS als regionale registratie van containers geïnitieerd en heeft aardgasvoertuigen aangeschaft.
Versterken beleidsadvisering
Beleidsadvisering is operationeel en nog steeds grotendeels projectgericht. De invoering CMS was een RMN beleidsinitiatief. Op RMN niveau en op initiatief van RMN hebben de gemeenten samengewerkt aan de opstelling van een regionaal afvalbeleidsplan.
Versterken regionale worteling
RMN neemt deel in de AVU. Er zijn samenwerkingscontracten met kringloopbedrijven in Soest en Zeist afgesloten. Voorts neemt RMN deel in een aantal lokale maatschappelijke projecten.
Tabel 1. Stand van zaken uitvoering strategienota.
Pagina 3
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Het reinigingsbedrijf
3
De Gemeenschappelijke regeling Reinigingsbedrijf Midden Nederland, kortweg RMN, is in 2000 opgericht en sindsdien in omvang gegroeid. Er nemen na de uitbreiding van 2013 vijf gemeenten deel: sinds 2000 Soest en Zeist, sinds 2008 Nieuwegein en sinds 2013 Baarn en IJsselstein. RMN heeft nu een werkgebied van 175,4 km2 met 226.305 inwoners en 100.054 huisaansluitingen voor afvalinzameling. RMN kende in 2013 een omzet van € 17,8 miljoen. RMN verricht de volgende taken: inzamelen en bewerken van afvalstoffen, schoonhouden van openbare ruimten en overige transport- en reinigingstaken. In uren uitgedrukt wordt circa 77% van de uitvoeringscapaciteit ingezet op afvalinzameling en circa 23% op reinigingstaken. De taken die RMN voor de individuele gemeenten vervult, zijn opgenomen in dienstverleningsovereenkomsten tussen de individuele gemeenten en RMN. De dienstverlening verschilt per gemeente. In onderstaande tabel zijn enkele kerngegevens opgenomen.
Aantal inwoners (2013)
1
Baarn
IJsselstein
Nieuwegein
Soest
Zeist
24.227
34.254
60.895
45.509
61.420
Oppervlakte (totaal in km2))
33,01
21,68
25,65
46,43
48,65
Bewonersdichtheid per km2
746
1.620
2.573
964
1.266
11.055
14.057
27.411
19.913
27.913
Afvalbeheertaak - Aantal aansluitingen - Afvaltaken voor alle 5 gemeenten Inzameling deelstromen, beheer milieustraat - Afvaltaken verschillend Extra inzameling zomer gft Inzameling grof afval Papier met verenigingen Huisraad met kringloopcentrum Registratie voor externe organisatie Reiniging - Voor 4 gemeenten gelijk: vegen, zwerfvuil - Verschillend voor de 4 gemeenten Prullenbakken legen Hondenuitlaatstroken reinigen Vuurwerk ruimen Parkeergarages schoonhouden Bladactie Overige taken - Kolkenreiniging - Gladheidsbestrijding - Plaagdierbestrijding - Huisuitzettingen Tabel 2. Kerngegevens gemeenten en dienstverlening RMN aan gemeenten.
1
CBS, Demografische kerncijfers 2013.
Pagina 4
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
3.1 Prestaties RMN Op het vlak van afvalbeheer kunnen in landelijk perspectief de volgende resultaten van RMN in beeld worden gebracht. Prestaties afvalbeheer De prestaties van RMN kunnen worden vergeleken met die van andere gemeenten in Nederland. De landelijke organisatie NVRD voert daartoe benchmarks uit. De gegevens hebben betrekking op de periode tot en met 2013. 2 Onderstaande tabel geeft de resultaten. De prestaties voor de gemeenten worden vergeleken met het gemiddelde van de groep waartoe de gemeenten behoren (groep B, stedelijkheidsklasse 2, bepaald op basis van de gemiddelde hoogbouwklasse).3 Resultaten
Soest Nieuwegein
Zeist
Baarn
IJsselstein
RMN
Gemiddeld
gem.
groep B
Restafval (kg/inw)
192
237
220
209
219
218
228
Afvalscheiding%
67%
48%
57%
60%
51%
56%
52%
Tabel 3. Resultaten RMN-gemeenten in hun klasse. Bron: NVRD 2014.
Bovenstaande tabel laat zien dat van de RMN-gemeenten in 2013 de gemeenten Soest en IJsselstein beter scoren op zowel beperking van de hoeveelheid afval als afvalscheidingspercentage ten opzichte van de gemiddelden van de groep. Het gemiddelde afvalscheidingspercentage van RMN ligt ook boven dat van de landelijke vergelijkingsgroep. Drie gemeenten hebben in 2013 een beter scheidingsresultaat gehaald dan in 2011, zoals onderstaande tabel laat zien. Van de andere twee in 2013 toegetreden gemeenten zijn de cijfers voor 2011 niet in beeld. 2011
2012
Soest
58%
64%
Zeist
48%
57%
Nieuwegein
42%
48%
Baarn
?
60%
IJsselstein
?
51%
Tabel 4. Groei scheidingspercentage in drie RMN-gemeenten.
Afvalbeheerkosten De kosten per huishouden zijn afhankelijk van de afspraken met de deelnemende gemeenten inzake de dienstverlening. De kosten per huishouden in de RMN-gemeenten zijn niet aan elkaar gelijk omdat er per gemeente verschillende afspraken zijn gemaakt, zoals bijvoorbeeld voor de zomerinzameling gft in Zeist of de extra hoge lediging van kunststof uit verzamelcontainers in Soest.
2
De vergelijking moet met de nodige slagen om de arm worden bekeken. De betrouwbaarheid van de cijfers wordt beïnvloed door de wijze waarop de feiten en cijfers door gemeenten en/of inzamelende organisaties worden aangeleverd aan de NVRD.
3
IJsselstein en Baarn vallen eigenlijk in categorie C, stedelijkheidsklasse 3-5, gemeenten met beperkte hoogbouw.
Pagina 5
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
De arbeidsuren per aansluiting zijn als volgt. Soest Nieuwegein
Zeist
Baarn IJssel-stein
RMN gem. Gemiddeld groep B
Arbeidsuren p. hh
1,1
1,2
1,3
2,0
1,2
1,3
1,2
Tabel 5. Aantal arbeidsuren buitendienst per aansluiting 2013.
Met Baarn heeft RMN een uitschieter naar boven (o.a. door wekelijkse papierinzameling). In Zeist is tijdwinst te behalen door een aantal keuzes op het vlak van inzameling bij hoogbouw en in het centrum. Voor Baarn kan de inzameling worden geoptimaliseerd op basis van ervaringen in 2013 en 2014. Daardoor komen de prestaties van RMN op of onder het gemiddelde. Onderstaande tabel geeft de resultaten afgezet tegen het gemiddelde uit groep B van de deelnemers aan de NVRD benchmark 2013. Deelstroom
Soest
Nieuwe-gein
Zeist
Baarn IJsselstein
RMN gem. Gemiddeld groep B
Restafval
22,6
27,3
34,5
24,1
27,2
30,8
35,9
Gft
15,0
19,2
22,4
19,1
21,4
19,3
19,3
8,4
6,4
16,8
23,6
5,3
10,6
9,4
Papier Kunststof
10,3
5,0
4,0
10,9
5,9
3,0
4,7
Milieustraat
17,7
16,4
20,3
25,8
21,1
21,0
17,1
Tabel 6. Inzamelkosten deelstromen per huishouden.
De inzamelkosten zoals die uit deze tabel blijken, blijven voor restafval onder het gemiddelde van de groep vergelijkbare gemeenten. Gft geeft een wisselend beeld te zien. De kosten voor papierinzameling zijn zeer uiteenlopend afhankelijk van afspraken die zijn gemaakt met gemeenten over o.a. inzet vrijwilligers, inzamelfrequentie en/of wijze van aanbieding. Ook de kosten van inzameling van kunststof variëren sterk afhankelijk van de afspraken die met de gemeenten zijn gemaakt. De kosten van de milieustraten zijn relatief hoog in de RMNgemeenten. Als we kijken naar de recente cijfers van de RMN begroting 2015 dan zien we nog eens de grote onderlinge verschillen tussen directe inzamelkosten (arbeidskosten en tractiekosten) voor gft en restafval voor de gemeenten van RMN. De verschillen zijn mede een gevolg van het maatwerk dat voor de gemeenten wordt geleverd en de specifieke stedelijke structuur, o.a. in Zeist: verhouding hoog- en laagbouw, invoering ondergronds of niet, zomerinzameling gft, bijplaatsen afval direct mee of in meerwerk etc. Gemeente
Inzamelkosten per huishouden
Baarn
€ 50,02
IJsselstein
€ 34,50
Nieuwegein
€ 39,18
Soest
€ 37,61
Zeist
€ 50,05
Gewogen gemiddelde RMN
€ 42,45
Tabel 7. Inzamelkosten gft en restafval huishoudens, gemeenten RMN, begroting 2015.
Pagina 6
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Ter vergelijking een samenwerkingsverband als SAVER (west Brabant): rekent met standaardinzamelkosten voor alle gemeenten gelijk: € 45. Overheidsbedrijven als ROVA en Omrin blijven inclusief indirecte kosten onder de € 40 en de GR Blink (Helmond e.o.) die de inzameling laat uitvoeren door Sita behoort tot de inzamelorganisaties met de laagste inzamelkosten: onder de € 35.4 Gelet op de grote verschillen tussen de gemeenten en met name de uitschieters in Baarn en Zeist, is er zeker nog ruimte voor kostenbesparing op de inzameling in die gemeenten. Besparing In algemene zin is RMN er in geslaagd om sinds zijn begin besparingen op de afvalinzamelkosten voor de gemeenten te realiseren. Hieronder volgt informatie voor de gemeenten waarvoor RMN al enkele jaren de inzameling verzorgt. Efficiency-doelstellingen worden of zijn gerealiseerd; aan de afvalinzameling- en straatreinigingstaken worden in Soest en Zeist inmiddels ruim 13.000 manuren per jaar minder besteed dan in het jaar van de oprichting. Dat is een besparing van 12%. Aan afvalinzamelingtaken in Nieuwegein wordt sinds de deelname in 2008 ruim 10.000 uur per jaar minder besteed. Dat betekent een besparing van 26%. Als het gaat om de inzameling van de belangrijkste afvalstromen gft- en restafval dan zijn de besparingspercentages nog groter. Periode 2000-2013 Gft
Restafval
Soest
37%
39%
Zeist
29%
20%
Nieuwegein
Periode 2008-2013 Gft
Restafval
46%
44%
Tabel 8. Besparing manureninzet voor de inzameling van gft- en restafval over perioden voor drie RMNgemeenten.
Besparingen zijn gerealiseerd via efficiëntere routering van de inzameling en vooral door invoering van arbeidsextensieve inzamelsystemen, zoals de inzet van zijladers. Deze besparingen zijn ook door andere Nederlandse inzamelbedrijven gerealiseerd de afgelopen 10 jaar. Tegenover afname van het aantal uren inzet voor restafval staat toename van het aantal uren voor de inzameling van deelstromen die separaat worden ingezameld en specifiek sinds 2011 een toename van het aantal uren voor de inzameling van kunststofverpakkingsafval.
4
Vergelijking moet met de nodige slagen om de arm gebeuren omdat, zowel wat de betrouwbaarheid als de vergelijkbaarheid van de getallen.
Pagina 7
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
3.2 Organisatie De organisatie bestond in 2013 uit 129 fte, waarvan 90 fte buitendienst (exclusief teamleiders). 5 Daarnaast is er een flexibele schil van inhuurkrachten. Deze varieert van 15 tot 20% van het personeelsbestand voor de buitendienst. De buitendienst is verdeeld in twee regio's: zuid (standplaats Nieuwegein) en Noord (standplaats Soest). De organisatie bevat alle functies die kunnen worden verwacht bij een organisatie als deze behalve de beleids- en adviesfunctie. RMN heeft een eigen werkplaats voor onderhoud en herstel voertuigen en inzamelmiddelen. RMN kent een vacature voor een beleidsfunctie. Thans wordt deze ingevuld op ad hoc basis onder meer via overeenkomsten met deelnemende gemeenten voor de levering van beleidscapaciteit. Dit is bijvoorbeeld gebeurd bij de opstelling van het Regionaal afvalbeleidsplan 2014-2018. Sinds begin 2014 ziet de uitvoeringsorganisatie van RMN er als volgt uit. Figuur 1. Organogram RMN.
Directeur
Hoofd Planning en Beheer Teamleider Planning en Werkvoorber eiding
Werkvoorbereiders
Voorlichting
Planners
Teamleider Publieksconta cten
Telefonistes
5
Operationele zaken (is directeur)
Hoofd ICT en Kwaliteit
Wagenparken gebouwbeheerders
Teamleider Werkplaats
Monteurs
KAM coordinator
Regiomanager Noord
Regio manager Zuid
Hoofd Financiën en Control
Hoofd Personeel en Organisatie
Medewerkers administratie
Medewerkers personeels adm.
Teamleider Afval
Teamleider Reiniging
Teamleider afval
Teamleider Reiniging
Medewerkers Uitvoering
Medewerkers Uitvoering
Medewerkers Uitvoering
Medewerkers Uitvoering
RMN Jaarverslag 2013, Koers bepalen.
Pagina 8
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Bij dit plaatje past de volgende formatie. Direct
fte
Indirect
fte
Directie
1,0
Medewerker uitvoering *
90,0
Beleidsadvies (vacature)
1,0
Werkplaatsmonteurs **
5,0
Financiële administratie
3,4
Meewerkende leidinggevenden Klantenservice / telefonistes ***
3,0
2,4
…
P&O
2,2
ICT en Kwazo
2,0
Voorlichting
1,2
Inkoop
0,0
Facilitair
1,7
Regiomanager (niet meewerkend) **** Teamleider (niet
4,0
meewerkend) **** Werkvoorbereiding en planning Wagenpark en
8,2
2,0
gebouwbeheer Totaal
2,0
100,4
28,7
Tabel 9. Functies en formatie RMN. *
Uitvoering is niet in fte toe te rekenen aan reiniging of afval, in uitvoering is iedereen “allround”.
** Worden doorberekend aan wagenpark en opgenomen in het uurtarief. *** Verzorgt ook het (directie- en bestuurs)secretariaat. **** Worden als opslag in het uurtarief van de medewerkers doorberekend aan taak.
De overhead bedraagt een kleine 23% en valt binnen de range die voor dit soort bedrijven wordt aangetroffen in Nederland. Er zijn bedrijven die onder de 20% overhead blijven, maar er zijn ook enkele bedrijven die boven de 30 komen. Vijfentwintig procent is het gemiddelde in Nederland. Op dit vlak is RMN (gemiddeld) efficiënt ingericht. In vergelijking met andere uitvoeringsorganisaties lijkt RMN op het vlak van P&O en ICT/Kwaliteitszorg ruim bemeten, ware het niet dat door beide vakgebieden binnen RMN zowel de beleidsmatige- als de uitvoerende kant wordt ingevuld. Dit betekent dat RMN voor veel vraagstukken geen beroep hoeft te doen op externe ondersteuning. Ook is kwetsbaarheid van de (bezetting van de) formatie voor deze vakgebieden in organisaties van vergelijkbare omvang vaak een probleem. Vermindering van deze capaciteit leidt tot kwetsbaarheid op die bedrijfsvoeringsfuncties. Die zou alleen maar kunnen worden ondervangen door een achtervang (bij de gemeenten of andere organisaties) of door samenwerking met andere organisaties op dit taakveld. In deze richting zijn mogelijk nog optimaliseringen te bereiken. De strategische managementcapaciteit van RMN, de ondersteuning van het bestuur en de aansturing van de buitendienst, ligt bij één functie en één persoon: de secretaris-directeur. In het managementteam heeft de directeur de eindverantwoordelijkheid en vervult hij tevens een aan de andere MT-leden nevengeschikte rol in de afstemming van planning en voorbereiding en uitvoering. Dat wringt. Hij heeft voor de bestuurlijke ondersteuning en de strategische koers van het bedrijf geen georganiseerde ondersteuning in de organisatie, los van de mogelijkheid die er
Pagina 9
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
tot december 2014 was om te overleggen met de adviseur van het bestuur, de directeur AVU. De invulling van de directie is daarmee kwetsbaar. Van de directeur wordt veel gevraagd: zowel opereren in de ondersteuning van het bestuur, rekening houdend met de bestuurlijke richtingen van de verschillende gemeenten als tegelijkertijd richting geven aan RMN inclusief ook het operationele deel ervan: de buitendienst. De beleidsadviesfunctie is niet ingevuld. Dat is pas zinvol als duidelijk is wat de beleidsfunctie inhoudt. De beschikbare capaciteit kan op verschillende wijzen worden ingevuld, afhankelijk van de organisatievraagstukken die de komende jaren worden verwacht. In de praktijk blijkt de afstemming in de werkprocessen voor enige knelpunten te zorgen. Dit heeft onder meer te maken met onduidelijkheid in de taakafbakening. Welke taken en verantwoordelijkheden liggen bij teamcoördinatoren en welke bij bedrijfsvoering en werkvoorbereiding. Duidelijkheid in taakafbakening en aansluiting van werkprocessen kan bijdragen aan de efficiency in de taakuitvoering door RMN.
Pagina 10
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
4
Ontwikkelrichtingen In het rapport van KplusV worden drie ontwikkelrichtingen genoemd en verkend: 1. handhaving van de bestaande organisatie, met beperkte uitbreiding met kleine gemeente; 2. substantiële schaalvergroting door groei van RMN met het huidige takenpakket afvalbeheer en reiniging; 3. verbreding van het huidige takenpakket tot andere BOR-taken dan afval en (straat) reiniging. Deze paragraaf bevat enkele onderbouwingen van besparingen en optimaliseringen die in het rapport staan genoemd.
4.1 Voortzetting bestaande koers en organisatie RMN In deze variant gaan we uit van de basistaken afvalbeheer en (straat)reiniging. Naast de huidige gemeenten is in een overleg op 4 november 2014 de basis gelegd voor toetreding van de gemeente Bunnik. Hierbij past de kanttekening dat de feitelijke uitvoering van de afvalinzameling voor Bunnik in 2015 en 2016 gedaan wordt door een private organisatie. Het gaat bij Bunnik vooralsnog alleen om de overkomst van straatreiniging en daaraan gelieerde beheertaken. Optimalisatie afvalbeheer Concrete mogelijkheden voor vergroting efficiency inzameling in de huidige situatie:
Baarn, invoeren CMS + verder invoeren zijlader , 1 wijk = 24 uur maal 52 weken = 1248 manuren = € 50.000.
IJsselstein, invoeren CMS + verder invoeren zijlader, 1 wijk ook ongeveer € 50.000.
Nieuwegein, optimalisering, ½ wijk ongeveer € 25.000.
Soest, optimalisering, ½ wijk ongeveer € 25.000.
Zeist, optimalisering, ½ wijk ongeveer € 25.000.
Totaal aan besparingsmogelijkheden: € 175.000 = 3,5 fte. Wijziging van de afvalinzameling Op het vlak van afvalbeheer wordt de komende 5 jaar onder invloed van beleidsontwikkeling (streven naar circulaire economie, hergebruik huishoudelijk afval naar 75%) en ontwikkelingen op de markt (technologieën en methoden):
halvering van de hoeveelheid restafval dat wordt aangeboden;
daaraan gekoppeld: invoering van omgekeerd inzamelen in diverse wijken (tijdsbesparing 33%) – de genoemde halvering hangt mede af van het succes van invoeren van omgekeerd inzamelen); voor de planperiode kan er van uitgegaan worden dat in de helft van de gevallen omgekeerd inzameling kan worden ingevoerd;
nieuwe deelstromen (drankkartons, blik, luiers);
nieuwe wijzen van aanbieding van deelstromen (gecombineerd gericht op nascheiding);
nieuwe wijzen van efficiëntere inzameling van deelstromen;
optimalisatie van urenefficiënte inzamelsystemen (uitbreiding inzameling met zijladers).
Pagina 11
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Alleen inkrimping van de buitendienst zou betekenen dat het overheadpercentage beperkt toeneemt. Het is niet zonder meer logisch dat de overhead afneemt met de inkrimping van de buitendienst, behoudens bijvoorbeeld de functie P&O. De nieuwe vormen van inzameling vergen diverse administratieve handelingen, planning en werkvoorbereiding, monitoring. Het aantal huishoudens wijzigt niet of groeit en dus ook de klantcontacten blijven onverminderd voortbestaan. Nieuwe vormen van inzameling die moeten bijdragen aan het realiseren van ambitieuze hergebruiksdoelstellingen vergen gedragsveranderingen bij burgers. Dat vergt overtuiging en dus communicatie met burgers.
4.2 Groei RMN met huidige takenpakket Indien RMN groeit in aantal deelnemende gemeenten, dan kan de terugloop in het aantal benodigde manuren en tractie-uren worden opgevangen. Dit verschijnsel doet zich al voor als voor Bunnik wordt overgegaan van inzameling door het private bedrijf naar inzameling door RMN. Met de eventuele aansluiting van meer gemeenten wordt de basis van de directe capaciteit versterkt, en neemt het overheadpercentage minder snel toe de komende jaren. Dit veronderstelt wel dat in beperkte mate overheadcapaciteit overkomt van de nieuwe gemeenten althans niet relatief meer dan de kleine 25% die nu deel uitmaakt van de formatie van RMN. Een belangrijke vooronderstelling bij optimale inzet van mensen en middelen is, dat medewerkers bereid moeten zijn om in alle aangesloten gemeenten werkzaamheden uit te voeren. Dit is nu al het beleid van RMN en het voornemen directie en bestuur is om dit door te zetten. Daarover zullen met toetredende gemeenten in het kader van het sociaal plan afspraken moeten worden gemaakt. Optimale schaalgrootte Uit onderzoek van onder meer de NVRD blijkt dat de optimale schaalgrootte voor afval alleen in een marge is weer te geven, omdat deze onder meer afhangt van factoren als verstedelijking, mate van hoogbouw, stedelijke structuur, bewoning in het buitengebied en rij-afstanden. Het minimum is 80.000 à 100.000 aansluitingen voor een efficiënt opereren van een inzamelorganisatie met een range voor het optimum van 110.000 tot 150.000. Onderstaande tabellen geven informatie over de RMN-gemeenten en de omliggende gemeenten. Op grond daarvan is te bepalen wat de optimale schaal voor RMN zou zijn, rekening houdend met woningdichtheid, rijafstanden tussen locaties en tussen opstelplaatsen.
Pagina 12
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Onderstaande tabel geeft het aantal huishoudens per gemeente. Gemeente
huishoudens
cumulatief
Baarn
11.055
11.055
IJsselstein
14.057
25.112
Nieuwegein
28.411
52.523
Soest
19.913
73.436
Zeist
27.913
100.349
Bunnik
6.193
106.542
Montfoort
5.358
111.900
Wijk bij Duurstede
9.192
121.292
Woudenberg
4.764
126.056
De Bilt
18.911
144.967
Houten
18.829
163.796
Tabel 10. Aantal huishoudens RMN-gemeenten en enkele buurgemeenten.
Pagina 13
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Gemeente
Oppervlakte in km
Aantal inwoners
Totaal
Land
Water
Bevolkingsdichtheid per km2
Huishoudens
% eenpers Huishoud.
Woningvoorraad
Woningdichtheid per km2
Stedelijkheid
Omgevingsadressen dichtheid
Aantal kernen
RMN-gemeenten Baarn
33,01
32,53
0,47
24.227
746
11.055
17,6
11.227
345
3
1399
3
IJsselstein
21,68
21,15
0,53
34.254
1620
14.057
12
13.857
655
2
1744
1
Nieuwegein
25,65
23,66
1,98
60.895
2573
27.411
15,4
26.647
1126
2
1788
1
Soest
46,43
46,25
0,19
45.509
964
19.913
14,8
19.910
431
3
1338
4
Zeist
48,65
48,51
0,14
61.420
1266
27.913
18,7
26.975
556
3
1487
5
subtotaal
226.305
100.349
98.616
Belangstellende gemeenten Bunnik
37,57
36,95
0,62
14.563
394
6.193
13
6.080
165
4
621
3
38,2
37,69
0,51
13.621
361
5.358
10
5.443
144
4
693
2
Wijk bij Duurstede
50,25
47,56
2,69
23.035
484
9.392
10,5
9.461
199
3
1082
3
Woudenberg
36,82
36,53
0,29
12.321
337
4.764
26,9
4.821
132
4
846
1
Montfoort
Subtotaal
289.845
126.056
124.421
Houten
58,99
55,41
3,57
48.429
667
18.911
10,0
19.155
346
3
1404
5
De Bilt
67,13
66,3
0,83
42.032
634
18.829
16,7
19.363
292
3
1116
6
Totaal
380.306
163.796
162.939
Tabel 11. Kenmerken van de gemeenten van RMN en omgeving.
Pagina 14
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Met het huidige aantal aansluitingen (100.000) zit RMN aan de onderkant van de range van optimaal functioneren. RMN verschuift in beperkte mate in de richting van het optimum door toevoeging van een of enkele van de kleinere gemeenten Bunnik, Montfoort, Woudenberg of Wijk bij Duurstede. Door rijafstanden en niet-laaduren en het feit dat er relatief meer minicontainers zijn dan verzamelcontainers, in vergelijking met onder meer Nieuwegein en Zeist, neemt de efficiency in de inzameling (directe uren) niet toe door toevoeging van deze gemeenten. De besparingsmogelijkheden voor efficiëntere inzamelsystemen en de gevolgen van keuzes op het vlak van omgekeerd inzamelen zijn in deze kleine gemeenten beperkt. Ze leveren in bedrijfseconomisch opzicht weinig op. Indien RMN een schaalsprong maakt van 100.000 aansluitingen naar 120.000 aansluitingen met de toetreding van een aantal van de genoemde gemeenten dan wordt voornamelijk wat betreft het aandeel van de indirecte formatie bijgedragen aan optimalisatie. Daarnaast ontstaan er wel extra mogelijkheden om uitvoerend personeel (terugloop van benodigd aantal manuren in de inzameling door verdergaande mechanisering en automatisering en omgekeerd inzamelen) aan het werk te kunnen houden. Door toename van de directe capaciteit en de relatief eenvoudige inpasbaarheid in de indirecte werkzaamheden (planning, werkvoorbereiding, bedrijfsvoering) neemt de druk op de overhead af. De gemiddelde inzamelkosten zullen per saldo niet toenemen. Het aandeel indirecte capaciteit in de inzamelkosten zal afnemen. Door toevoeging van de kleinere gemeenten zou het aantal huishoudens in de regio's noord en zuid van RMN vrijwel gelijk worden. Dat dient het evenwicht tussen de regio's. Ook de gemeenten Houten en De Bilt hebben een lagere woningdichtheid. Gelet op de omvang van deze gemeenten bieden deze echter wel mogelijkheden tot substantiële besparingen op de kosten van afvalinzameling. Tevens dragen ook deze gemeenten bij aan verkleining van het aandeel van de indirecte formatie (huidige indirecte taakuitvoering) in het totaal en daarmee aan de beperking van de afvalinzamelkosten en reinigingskosten. Pas wanneer zowel Houten als De Bilt toetreedt, ontstaat een schaalsprong die een basis geeft voor verdergaande efficiencyverbetering, zowel in de directe taakuitvoering als in de werkvoorbereiding, planning en bedrijfsvoering. Er is dan sprake van een omvang van meer dan 160.000 huishoudens. Met de toetreding van deze twee gemeenten en de genoemde kleinere gemeenten is de optimale schaal, vanwege het aantal huishoudens rond 160.000. Daardoor krijgen de twee regio's en vestigingslocaties (Soest en Nieuwegein) ook een substantiële omvang. Elk komt in de buurt van de minimumomvang van 80.000 aansluitingen die door de NVRD is uitgezocht.
4.3 Groei door taakverbreding Welke BOR-taken liggen in het verlengde van het huidige takenpakket RMN? Afvalinzameling en schoonhouden van de openbare ruimte is corebusiness van het huidige RMN. In onderstaande tabel zijn de kenmerken van deze taken en die van andere BOR-taken aangegeven.
Pagina 15
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
1
Taakveld
Kenmerken bedrijfsvoering
Afvalbeheer (inzameling en beheer
Voorspelbaar.
milieustraten)
Preciezer te plannen op jaarbasis. Eenduidigheid in werkzaamheden. Eigen bekostigingsstructuur (via afvalstoffenheffing) beperkte inzet social return. Toenemende arbeidsextensiviteit als gevolg van inzamelmethoden en mechanisering. In toenemende beroep op vaardigheden medewerkers in verband met mechanisering en automatisering. Gemeentebrede (regiobrede) aanpak en planning van werkzaamheden.
2
Straatreiniging (mechanisch vegen,
Combinatie mechanisch vegen en handmatig vegen.
handmatig vegen, verwijderen
Periodieke werkzaamheid (op basis van periodieke
zwerfafval op verhardingen, legen
eenheden (week, maand, kwartaal).
straatprullenbakken)
Inzet social return. Weinig verandering in arbeidsintensiteit. Wijkgewijze aanpak en planning.
3
Niet-cyclische werkzaamheden
Werkzaamheden zijn op afroep of seizoensafhankelijk.
(kolkenreiniging, graffiti verwijdering,
Vooral mechanisch.
kauwgomverwijdering,
Daardoor inzet social return beperkt.
onkruidbestrijding verhardingen,
Aanpak en planning grotendeels op gemeente niveau.
verwijdering hondenpoep op
Onkruidverwijdering op wijkniveau.
hondenuitlaat plekken) 4
Overige niet-cyclische
Grotendeels gemechaniseerd.
werkzaamheden (gladheidbestrijding
Vergen vaardigheden.
en plaagdierbestrijding)
Geen inzet social return.
Inzet op basis van oproep (geen planning). 5
Groenbeheer (zwerfafval verwijderen
Seizoensafhankelijk.
in groen, schoffelen, maaien,
Combinatie mechanisch en handmatig.
snoeien)
Aanpak en planning op wijk- en gemeenteniveau. Inzet social return op onderdelen. Inzet specifieke kennis en vaardigheden op onderdeel snoeien. Bedrijfsmatig aan te sturen.
6
Klein civieltechnisch (onderhoud,
Vergen specifieke vaardigheden.
straatmeubilair, borden, herstel
Werkzaamheden op afroep.
bestrating) 7
Onderhoud groen op
Seizoensafhankelijk.
sportcomplexen, onderhoud groen
Combinatie mechanisch en handmatig.
op begraafplaatsen
Inzet social return op onderdelen. Inzet specifieke kennis en vaardigheden op onderdeel snoeien. Bedrijfsmatig aan te sturen.
Pagina 16
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
8
Specifiek: beheer sportvelden,
Specifieke kennis en vaardigheden.
beheer en exploitatie
Mechanisering.
begraafplaatsen
Beperkte inzet social return. Deels seizoensafhankelijke planning, locatiegebonden. Deels op afroep, locatiegebonden.
9
Specifiek: straatverlichting
Op afroep. Cyclisch schoonmaken.
10
Specifiek: onderhoud riolen en
Cyclisch gepland.
gemalen
Vergt kennis en vaardigheden. Deels gemechaniseerd. Geen inzet social return.
11
Specifiek: onderhoud watergangen
Cyclisch gepland. Gemechaniseerd. Vergt specifieke kennis en vaardigheden.
12
Specifiek: onderhoud kunstwerken
Op afroep. Vergt kennis en vaardigheden. Geen social return.
13
Specifiek: onderhoud speeltuinen
Cyclisch. Op afroep herstel. Specifieke kennis vereist. Enige inzet social return.
14
Servicetaken
Op afroep.
Tabel 12. Taken beheer openbare ruimte.
Pagina 17
12 januari 2015 Ons kenmerk 1014213-008a/hpo/aht
Gebruikte documenten De volgende bronnen zijn voor dit onderzoek geraadpleegd.
Centraal Bureau voor de Statistiek, Demografische kerngegevens per gemeente 2013, Den Haag 2014.
Gemeenschappelijk regeling Reinigingsbedrijf Midden Nederland, 2007.
IPR-Normag, Notitie afspraken inzake overname groen- en klein civiel taken, Haarlem 2014.
KplusV, diverse onderzoeksrapporten en adviesproducten voor de gemeenten Amersfoort, Bunschoten, Ede, Helmond, Lochem, Rheden, Vianen en Voorst, en de afvalbeheerorganisaties Avri, Blink, Circulus, Cure, Cyclus, ROVA en Saver.
NVRD, Benchmark afvalinzameling, benchmarkanalyse, peiljaar 2012, Arnhem 2014.
RMN, Begroting RMN 2015, vastgesteld 16 juni 2014.
RMN, Jaarverslag 2013, Soest 2014.
RMN, Strategienota 2009-2012, juni 2009.
RMN, Plan van aanpak CMS IJsselstein, mei 2014.
RMN, Spreadsheet uren per gemeente sinds 2001, Soest 2014.
RMN, vergaderstukken bestuur RMN.
V09-014 Reservevorming RMN.
V13-010 Reservevorming.
V13-015 Organisatieverandering per 1 januari 2014.
V13-020a Groen en klein civieltaken IJsselstein.
V14-006 Groen en klein civieltaken IJsselstein vervolg.
V14-013 Benchmark afvalinzameling.
V14-019 Toetredingsverzoek Bunnik.
RMN-gemeenten en Bunschoten, regionaal afvalbeleidsplan, Soest 2014.
Wet gemeenschappelijke regelingen 1984.
Pagina 18