verschijnt driemaandelijks I € 6 I april - mei - juni 2014 I n° 90 I www.upp.be
UPP / UNIE VAN DE UITGEVERS VAN DE PERIODIEKE PERS
RMN, Specialist in medische content interview met Vincent Leclercq Privacy & digitale media Wat is de Raad voor de Journalistiek? Hyperlinks & auteursrechten UPP info
#inhoud
Auteursrechtelijke en juridische spelregels bij het digitaal uitgeven 2 3 4-8 8 9 10-11 11 12
Auteursrechtelijke en juridische spelregels bij het uitgeven Wat is... de Raad voor de Journalistiek? In de kijker - interview Reflexion Medical Network, specialist in medische content Prikbord Wat leest... Lian Cuypers Pro Justitia Het arrest Svensson of de overwinning van de hyperlink De opkomst van digitale data: opportuniteiten en uitdagingen Prikbord Wist u dat ? UPP info
#Colofon
De technische conversie van content naar digitaal, al dan niet complementair met een printuitgave, is voor de meeste uitgevers een genomen horde. Hoe deze digitale conversie rentabiliseren is een ander paar mouwen. Een ander, zwaar onderkend en onderschat, item bij het digitaal uitgeven zijn de juridische en auteursrechtelijke spelregels welke er van toepassing zijn. Deze digitale spelregels zijn te herleiden tot 3 grote groepen: 1. Wettelijk verplichte info en disclaimers (of vrijwaringsclausule): Dit is een (kort) stuk tekst waarin een uitgever zijn aansprakelijkheid ten aanzien van een risicohoudende aangelegenheid beperkt of afwijst. 2. Intellectuele rechten. Het wordt wel eens (bewust) vergeten maar de auteursrechtelijke bescherming blijft onverminderd gelden bij digitale publicaties. Auteursrecht, portretrecht, citaatrecht, privacy (zie p. 10-11), e.a. … blijven van toepassing. 3. Digitale rechtspraak Het wettelijk kader loopt hopeloos achter op de razendsnelle ontwikkelingen in de digitale wereld. Met alle gevolgen vandien: onduidelijkheid, rechtsonzekerheid, profitariaat en misbruik, … Denken we maar aan de kwestie ‘hyperlinks’: wat kan en mag gelinkt worden?, waarvoor en wanneer zijn er auteursrechten in het geding? Het is dan ook vooral via rechtspraak dat juridische onduidelijkheden in de digitale wereld beetje bij beetje een antwoord krijgen. Een recente uitspraak inzake het gebruik van hyperlinks voor het Europees hof van Justitie (zie p. 9) illustreert het belang van rechtspraak voor het creëren van (gedeeltelijke) duidelijkheid in de digitale wereld. Ook in deze materies geldt de gouden regel: voorkomen is beter dan genezen. Een voorafgaande juridische check van uw digitale activiteiten is een absolute noodzaak (ldp).
Werkten mee aan dit nummer: Luc De Potter - Renaud Homez - Isaac De Taeye Willem-Jan Cosemans Redactieadres & advertentiewerving: Ed. Machtenslaan 79/23 - 1080 Brussel Tel: 02 414 12 35 - Fax: 02 414 23 95
[email protected] - www.upp.be Ontwerp: Kliek Creatieve Communicatie Digitaal geprint: Symeta Verantwoordelijk uitgever: Steven Van de Rijt, Parmastraat 65 - 9120 Melsele
2
de periodiek I april-mei-juni 2014
#wat is...
De Raad voor de Journalistiek
De RvdJ bestaat uit 18 leden (en evenveel plaatsvervangers): 6 journalisten, 6 afgevaardigden van de uitgevers en de mediahuizen en 6 externe leden.
het beroepsstatuut of sociaal statuut. De RdvJ bestrijkt ook alle informatiemedia, ongeacht of het om gedrukte, audiovisuele, elektronische of andere media gaat, en ongeacht of het om algemene dan wel gespecialiseerde media gaat.
Leidraad voor de journalistieke beroepsethiek
De RvdJ heeft 3 opdrachten ten overstaan van het publiek: een informatieve, een bemiddelende (ombudsfunctie) en een beoordelende.
De regels van de journalistieke beroepsethiek zijn neergeschreven in de “Code van de Raad voor de Journalistiek” (2010, aangevuld in 2012). Deze Code is bedoeld als leidraad voor de praktijk. Hij bevat in totaal 27 artikelen, en wordt aangevuld met richtlijnen die sommige artikelen concreet toelichten. De Code wordt door de RvdJ gebruikt om vragen en klachten te beantwoorden die bij de raad worden ingediend. De Code is geïnspireerd op 2 oudere teksten, nl. de “Verklaring der rechten en plichten van de journalist” (1971) en de “Code van journalistieke beginselen” (1982).
Werkingsgebied
Recht en ethiek
De RvdJ oordeelt geval per geval en op onaantastbare wijze of de journalistieke beroepsethiek aan de orde is. Ze wil het volledige gamma van de journalistieke activiteit bestrijken, zijnde elk handelen of nalaten in de diverse fasen van het journalistieke proces. Naast de onmiddellijk betrokken journalist(en) kan de RvdJ ook diens redactionele hiërarchie of nog andere medewerkers van het betrokken mediabedrijf in de bemiddeling of beoordeling betrekken.
Journalistieke beroepsethiek valt niet samen met wat de wetgeving en de rechtspraak zeggen over de persvrijheid en de beperkingen ervan. Soms lopen recht en ethiek gelijk, maar soms ook lopen hun stellingnamen uiteen. Daarom komt een ethische tekortkoming nog niet automatisch neer op een fout in de juridische zin van het woord. Wanneer de RvdJ een beroepsethische tekortkoming vaststelt, houdt dit dus geen enkele erkenning in van de juridische aansprakelijkheid van de betrokkene, noch in de burgerrechtelijke zin, noch in de strafrechtelijke zin.
Doel & opdracht De RvdJ behartigt en verdedigt de journalistieke beroepsethiek, formuleert richtlijnen voor de journalistieke praktijk en behandelt verzoeken die over een journalistieke handelswijze worden ingediend.
Overigens gaat het daarbij om iedereen die journalistiek actief is, ongeacht
© mv
De Raad voor de Journalistiek (RvdJ) is een onafhankelijke instelling voor de behandeling van vragen en klachten over de journalistieke beroepspraktijk. De RvdJ is een initiatief van de Vlaamse journalistenverenigingen, uitgevers en mediahuizen en is bedoeld als platform voor journalistieke zelfregulering.
© Rob Stevens
In deze rubriek nemen we een kijkje bij de diverse organisaties waarin UPP haar leden vertegenwoordigt. In dit nummer maken we kennis met de Raad voor de Journalistiek.
Flip Voets Secretaris-generaal en ombudsman (tem mei 2014)
Pieter Knapen Secretaris-generaal en ombudsman (vanaf juni 2014)
Ombudsman De RvdJ hecht veel belang aan een minnelijke oplossing van de conflicten. Daarom is de secretaris-generaal van de RvdJ ook ombudsman. In de praktijk zal de ombudsman proberen voor elke klacht die binnenloopt eerst een regeling langs minnelijke weg te vinden. Dit kan bevoorbeeld door een verduidelijking, een spontaan excuus of een rechtzetting. Vragen en klachten kunnen onder meer te maken hebben met misverstanden of met slechte communicatie. Iedereen heeft er dan belang bij dat die zo snel mogelijk uit de weg worden geruimd. De ombudsman zal telkens contact opnemen met het betrokken medium of de betrokken journalist(en) een reactie vragen. Hij kan de betrokkenen ook zelf een oplossing voorstellen. Alleszins is het de bedoeling dat een dergelijke oplossing op korte termijn gevonden wordt. Als er geen minnelijke oplossing wordt bereikt, wordt de klacht behandeld door de RvdJ en volgt er een uitspraak. De verzoeker (de klachtindiener) krijgt dan een gezaghebbend oordeel over de journalistieke handelswijze waarover hij of zij klacht heeft ingediend. Alle uitspraken van de RvdJ zijn te raadplegen op www.rvdj.be. de periodiek I april-mei-juni 2014
3
#in de kijker - interview
RMN, specialist in Een statige villa, in een groene wijk in de Brusselse rand. Hier zijn de bureaus van Reflexion Medical Network (RMN) gehuisvest. Van buitenaf straalt de villa een vredige rust uit. Behoudens de diverse wagens die er geparkeerd staan, verraadt niets een drukke professionele activiteit. Maar éénmaal binnen bevinden we ons middenin een dynamische en toekomstgerichte KMO uitgeverij. In het interview neemt dokter Vincent Leclercq, afgevaardigd bestuurder, ons mee in het succesverhaal van RMN. (ldp, rh) Hoe komt een arts in de uitgeefwereld terecht? Dat is een lang verhaal! Na mijn medische studies heb ik besloten om geen mond, kaak-en gezichtschirurgie te doen maar heb ik me toegelegd op de farmacie met als doel om in de farmaceutische industrie aan de slag te gaan. Ik was echter toen reeds geïntrigeerd door het ontwikkelen van projecten. Het is ongetwijfeld een familievirus want ik heb twee broers die ook hun eigen bedrijf opgestart hebben. Eénmaal actief in de farmaceutische industrie, werd ik me er snel van bewust dat je meer nodig had dan een medische diploma om in die sector te kunnen groeien. Ik heb dan een MBA (Master of Business Administration) gevolgd aan de Solvay School in Brussel. In diezelfde periode heb ik daar 2 andere personen ontmoet die dezelfde drive hadden, nl. een eigen bedrijf creëren. Zo startte begin 1990 het project voor het tijdschrift Medi-Sfeer. Het was onze eerste titel. De vakperstitels van RMN hebben een grote verscheidenheid qua doelpubliek. Welke zijn de voorwaarden om een vakperstitel te kunnen lanceren? De volledige medische pers - op uitzondering van de grote internationale medische tijdschriften - is een pers met een gestuurde distributie en gratis voor
de lezers. Dit impliceert dat de uitgever de doelgroep bepaalt die hij wil bereiken. Vanaf het ogenblik dat men een samenhangende groep personen geïdentificeerd heeft aan wie men specifieke informatie kan versturen, is het mogelijk een medium te lanceren. Vóór de lancering van onze ‘specialisten’media (in 1998), waren er enkel weinig doelgerichte kranten of tijdschriften (bevoorbeeld de Artsenkrant had zowel de generalisten als de specialisten als doelgroep). Medi-Sfeer is toch ook gericht op een ruimere doelgroep? Neen, absoluut niet. Medi-Sfeer heeft zich snel gericht naar de algemene artsen, met inderdaad ook enkele kleinere specialistendoelgroepen maar die hebben we er snel terug uitgehaald. Enkele jaren later (1998), hebben we onze gespecialiseerde media gelanceerd. Daar ligt ons succes van vandaag. Bestond dit nog niet in België? Absoluut, het was nieuw. We hebben specifieke tijdschriften gelanceerd voor cardiologen, neurologen, pediaters, gynaecologen, enz. Wat dus telt, is een duidelijk afgebakende doelgroep hebben? Het is in elk geval een sleutelelement: vandaag is dat zelf nog meer waar. Het succes van een medium wordt gemaakt door de kwaliteit van de doel-
Vincent Leclercq Afgevaardigd Bestuurder RMN
groepafbakening. Trouwens, dankzij het digitale kunnen de doelgroepen nog preciezer afgebakend worden. Wat is de huidige positie van RMN in de medische vakpers? We zijn lange tijd challenger geweest maar sinds 2013 zijn we marktleider geworden ten gevolge van de neergang van ActuaMedica (uitgever van Belgische medische periodieken en eigendom van Roularta Media Group). Hebt u schrik gehad dat de neergang van ActuaMedica ook gevolgen zou hebben voor uw bedrijf? Ja natuurlijk. 2013 is een stresserend jaar geweest want niettegenstaande ons zakencijfer met 6% gestegen is, liepen we evenzeer het risico de moeilijke marktsituatie in onze sector te moeten ondergaan. Je moet stellen dat 2013 het resultaat was van een reeds lang aangevat traject. Bovendien is het niet makkelijk om heel snel te reageren in de uitgeefwereld. Flexibiliteit wordt een aanzienlijke troef in deze tijden van crisis. We zijn bewust later actief geworden in
“Het succes van een medium wordt gemaakt door de kwaliteit van de doelgroepafbakening.” 4
de periodiek I april-mei-juni 2014
medische content het digitale, maar met producten en diensten aangepast aan de vraag én zonder zotte bedragen geïnvesteerd te hebben gedurende vele jaren.
“De sterkte van een merk is haar verspreiding.”
Hoe onderscheidt RMN zich van zijn concurrenten? Sommigen hebben geprobeerd om onze positionering te kopiëren maar momenteel slaagt geen enkele van onze concurrenten erin de totaliteit van de belangrijkste business-to-business doelgroepen in de medische wereld af te dekken. Vandaag is de prijs van het toegangsticket tot de gezondheidsmarkt zeer hoog, veel hoger dan 20 jaar geleden.
Zijn er nog niet benaderde doelgroepen in de medische wereld? Er zijn meer dan 50.000 gezondheidsprofessionals in België. We dekken quasi alle doelgroepen binnen die sector af. Er zijn nog enkele kleinere doelgroepen die interessant zouden kunnen zijn … maar deze ga ik natuurlijk niet aan uw neus hangen.
Kijk maar eens wat er gebeurt met de (mislukte) pogingen van de grote uitgevers die proberen een gezondheidstijdschrift op te dringen aan het grote publiek! Onze ‘De Patiëntenkrant’ kent een groot succes door zijn verscheidene distributiekanalen. Beschikken de RMN titels over een sterke notoriëteit? Het voordeel is dat wij de eerste waren om merken te lanceren naar alle belangrijke doelgroepen, o.a. de verschillende medische specialisaties. Bij aanvang op papier en nu ook digitaal (algemene artsen, apothekers, hospitalen). Onze merken (op papier) en hun inhoud waren reeds gekend, betrouwbaar en sterk gewaardeerd door de lezers, wat ons toegelaten heeft om veel sneller de conversie naar het digitale te maken met openingsratio’s van onze nieuwsbrieven die significant hoger zijn dan bij de concurrenten! Is er nog plaats voor andere spelers in de huidige marktsituatie? Er is minder en minder plaats voor meerdere ‘grote’ spelers omdat we ons reeds in een nichemarkt bevinden en de marketingbudgetten van de farmaceutische industrie sterk verminderd zijn.
Na wat internetsurfen valt op dat de sites van uw titels niet echt sterk ontwikkeld zijn… Uw kijk op de gezondheidssector als ‘externe’ is uiteraard zeer beperkt omdat onze websites enkel toegankelijk zijn voor de gezondheidsprofessionals (verplichte identificatie en inloggen met een paswoord). Voor hen zijn onze websites performant en inhoudelijk sterk uitgewerkt. Kan u ons wat meer vertellen over uw nieuw digitaal project? Het project heet MobileDOC en zal zowel beschikbaar zijn op Google Play als in de Apple Store. Het betreft in feite een kleine revolutie in de digitale wereld omdat geen enkel Belgisch bedrijf over een dergelijk platform beschikt. MobileDOC laat aan de arts toe om in realtime toegang te hebben tot onze volledige content (onze 13 tijdschriften) én tot de internationale medische literatuur. Bovendien zal de app volledig personaliseerbaar zijn door elke gebruiker in functie van zijn wetenschappelijke interesses. Waaruit bestaat die ‘revolutie’ waarover u spreekt? We hebben het tijdschriftenconcept verlaten. Veel uitgevers blijven geblok-
keerd in het concept van een papieren tijdschrift. Hier hanteren we een totaal andere logica: we breken volledig met het pure tijdschriftenconcept om een ‘lineaire’ visie te hebben op de medische informatie. De basiséénheid van 'MobileDOC' blijft het artikel? Alles is opgebouwd rond het artikel maar met een personalisatie in functie van de interessegebieden én de specialisatie van de gezondheidsprofessional. Denkt u eraan een ‘paraplumerk’ te creëren in plaats van een verschillend merk voor elke doelgroep? De strategie is zeker niet om onze merken te laten vallen. In tegendeel, onze merken zijn een baken van vertrouwen en geloofwaardigheid. Het is een belangrijke waarde van ons bedrijf. Maar inderdaad met MobileDOC hebben we een paraplumerk gecreëerd. Dit gezegd zijnde heeft MobileDOC het voordeel dat het onze merken, die aanwezig zijn in de app, zeer sterk herbevestigt. RMN heeft in juni 2011 ‘De Patiëntenkrant’ gelanceerd. Waarom uw vakpersspecialiteit verlaten wetende dat de gezondheidsmagazines groot publiek verre van een makkelijke markt is? Enerzijds was het reeds lang ingeschreven in de strategie van ons bedrijf. Anderzijds leek het me normaal dat we ons ook zouden oriënteren naar consumentendoelgroepen gezien we reeds alle professionele medische doelgroepen benaderen. We zijn daar met een totaal verschillend businessmodel gekomen: bij aanvang gratis en verdeeld in de wachtzalen van de >> de periodiek I april-mei-juni 2014
5
#in de kijker - interview artsen. Vervolgens, sinds december 2013, zijn we ook beschikbaar bij de dagbladwinkel. Nu vind je ‘Le Journal du Patient’ ook elke zaterdag terug in de vorm van een bijlage bij de Sudpresse-kranten (nvdr, Sudpresse is uitgever van o.a. de titels La Meuse, La Capitale, Le Quotidien de Namur). En binnenkort doen we hetzelfde met ‘De Patiëntenkrant’ in samenwerking met een grote Vlaamse krant. ‘De Patiëntenkrant’ beschikt ook over een blog.
gezondheidszorg. Met als doelstelling: de echte waarheden brengen uit de vele pseudowetenschappelijke info die circuleert, bijvoorbeeld op het internet.
tijdschriften, actief in een nichemarkt, zoals die van de medische tijdschriften, door CIM te laten controleren. Daarentegen is het een feit dat indien we ons naar niet-sectorale adverteerders willen richten, we op dat gebied een zeer grote handicap hebben. De mediacentrales zijn weinig geneigd te innoveren zelfs indien het merk van hun klant het niet goed meer doet. Men kan dat enkel betreuren! Desalniettemin durven bepaalde adverteerders wel een meer doelgerichte houding aan te nemen, en nemen ze met ons contact op om de gezondheidssector te bereiken. Deze sector blijft een groot potentieel hebben en geniet van een hoge interesse bij de Belgen.
Is dat nu juist niet het probleem: een gezondheidstijdschrift groot publiek dat te medisch gespecialiseerd wordt? Het is een gok. Maar we moeten ons onderscheiden van de andere gezondheidsmagazines die bestaan of bestonden op de markt en die gebaseerd zijn op een totaal verschillende insteek. Het is simpel, RMN heeft een medische cultuur die commercieel vertaald wordt. De anderen vertrekken bij voorbaat van een commerciële cultuur en hebben in het verlengde daarvan medische content gecreëerd.
Vreest u geen kannibalisatie? Op dit ogenblik niet. Op termijn moeten we het risico onderzoeken. Ik denk hoe dan ook dat we via de diverse kanalen op voldoende verschillende doelgroepen werken en dat deze elkaar aanvullen. De sterkte van een merk is haar verspreiding. Wat zal de toekomst van ‘De Patiëntenkrant’ zijn? Ik weet het niet. Wat zeker is, is dat het een merk is die nog enorm groeipotentieel heeft. Het is een tijdschrift met een zeer onderscheiden positionering ten opzichte van de gezondheidstijdschriften van de andere uitgevers. Wij praten niet over kleine kwaaltjes of vermageringsregimes. Wij snijden de echte thema’s aan in de gezondheidszorg, deze die het publiek, de patiënten en hun omgeving bezighouden en die de inzet zijn van de publieke
Zal het papier verdwijnen? Het papier heeft nog mooie jaren voor zich en ik denk bovendien dat het nooit zal verdwijnen voor zover je marktleider bent. Daarentegen is het aantal magazines en dus de actoren in het ‘papier’ reeds sterk verminderd. In onze nichemarkt heeft de komst van het digitale paradoxaal genoeg een boost-effect gehad voor het papier. Bevoorbeeld, indien een arts voorheen elke dag een enorme stapel tijdschriften in zijn brievenbus kreeg, ontvangt hij vandaag nog slechts enkele tijdschriften per week. Dus de waarde van de
Hebt u de intentie om de buitenlandse markt te benaderen? We hebben zeker de bedoeling om dat te doen. Het digitale laat een internationale expansie makkelijker toe dan het papier. Als we een congres op de cover brachten bevoorbeeld (papier of video), werden we daar nu soms reeds op aangesproken door internationale afdelingen van de industrie. Uw titels zijn niet CIM gecontroleerd. Stoort u dat? Vooreerst, is het onmogelijk om
“Het digitale redt het papier op voorwaarde dat men goed gepositioneerd is in de markt.” FEBRUARI 2014 - MAART 2014
www.healthcare-executive.be
Februari - Maart 2014
www.gunaikeia.be
blog.depatientenkrant.be
Vind uw magazine terug op blz.
Vrouwen & gezondheid p.10 Hiv goed behandelen beperkt besmettingsrisico
Verantwoordelijk uitgever: V. Leclercq • Varenslaan 6, 1950 Kraainem
Bepaling van de ovariële reserve
Werkgroep ‘Reproductieve Geneeskunde’ van de GGOLFB
De zwangerschap: een miskende vaataandoening?
‘Je moet blijven focussen’ » ‘Inclusieve bedrijfscultuur maakt mensen gelukkiger’
Psycho
p.22
❚ WOORD VOORAF ■
Opnieuw leren vrijen
Voor Ecolo-Groen wordt een goed gezondheidsbeleid gekenmerkt door geintegreerde ziekenhuizen binnen een dynamiek van territoriale levens- en zorgregio’s, plaatsen voor gespecialiseerde zorg en zorg die complementair is met een gestructureerde en structurerende eerste lijn.
Als
» Preventie van zorggerelateerde infecties in 2014 Dr. Geneviève Christiaens, et al. (CHU de Liège) • Blz. 8
Praktische fiche
p.31 Hoesten: een winterkwaal?
zwangerschap uitblijft...
JS1125N
Koninklijke BelgischeVereniging voor Gynaecologie en Verloskunde
12 ISSN 1373-6647
VOL 8 Nr 1 FEBRUARI - MAART 2014 - 6x/jaar
www.ortho-rheumato.be
februari - maarT 2014
2,90 €
VOL 12 - Nr 1
Vandaag stellen we echter vast dat de hospitalisatieduur vermindert, dat er onvoldoende middelen zijn om de continuïteit van de (para)medische zorg te garanderen en om die aan te vullen met thuishulp. Vergeleken met andere prestaties is er een overconsumptie van technische, door het Riziv gefinancierde prestaties. Van de honoraria houden de ziekenhuizen een deel af, waardoor een vicieuze cirkel van overconsumptie van sommige prestaties ontstaat. Daarnaast vluchten specialisten uit het ziekenhuis naar hun privékabinet en is er
Ecolo-Groen verdedigt de organisatie en regulering van het zorgaanbod op basis van gezondheidsregio’s en het subsidiariteitsprincipe. Een interventie gebeurt bij voorkeur door huisartsen aangevuld met de tussenkomst van specialisten en/of ziekenhuisstructuren. Elk ziekenhuis moet in staat zijn kwaliteitsvolle gespecialiseerde zorg aan te bieden. Sommige ziekenhuizen moeten kunnen specialiseren in dure spitstechnologie en dito behandelingen. Ecolo wil een ein-
Benjamin Beck
~ Het anterolateraal ligament van de knie
Een prestigieuze, veelbelovende plenaire sessie: het neusje van de zalm van het ASH-congres
~ Conservatieve medische behandeling van peesaandoeningen in de knie
w w w. p e rc e n t i e l . b e ●
Dossier
Encefalopathie bij pasgeborenen Onder leiding van Oreste Battisti
● Rode draad: Schildklierkanker
De meeste artsen kunnen niet van dit voordeel profiteren, hoewel ze wegens hun korte loopbaan slechts een minimumpensioen genieten. Kandidaat-huisartsen en specialisten zijn onderworpen aan een bijzonder statuut vergelijkbaar met dat van een loontrekkende -behalve dat de werkgever geen pensioenbijdrage betaalde. Dit laatste om de patronale lasten van de algemene en vooral van de universitaire ziekenhuizen te beperken. Artsen lopen drie tot zes jaar stage en beginnen hun loopbaan dus pas op hun 31ste. Ook al werk-
van pediatrische dermatologie
Alexia Van den Daelen en Guy Blanchiroux
Per_19_1_n_2014
Tweemaandelijks afgifTekanToor Charleroi X P301123
de periodiek I april-mei-juni 2014
ISSN 1379-8928
Verantwoordelijke uitgever: V. leclercq Varenslaan 6, 1950 kraainem
Percentiel ook op internet www.percentiel.be TweemaanDeLijKs afgifTeKanToor CharLeroi X
De apothekers-
SSISTENT p. 17
Gember, de wortelstok met gevalideerde therapeutische eigenschappen p. 30
Vol 17 - Nr 1 Afgiftekantoor
Met de medewerking van de Belgische Beroepsvereniging voor Dermatologie en Venerologie
Charleroi X
P301125
26-27
ECONOMIE
Beleggen in... kunst
GMD+ gewikt en gewogen
Meester Henry Anrys, algemeen secretaris van de Syndicale Artsenkamers van de provincies Henegouwen, Namen en Waals-Brabant
ten ze na het behalen van hun diploma zes jaar lang zestig uur per week, nachten inbegrepen, voor 1.800 euro per maand.
PAGINA 2
Minister van Pensioenen Alexander De Croo zou aan de basis liggen van de halsstarrige weigering om deze stagejaren op te nemen in de berekening van de 42-jarige loopbaan, zoals de Bvas aan minister Laruelle had gevraagd. Bvas tekende daarom beroep aan wegens de ongelijke behandeling van burgers in verschillende situaties. De advocaten van minister De Croo stellen daartegen dat wie lang studeert al genoeg privileges heeft en dat artsen en anderen in dergelijke situatie enkel aanspraak kunnen maken op dezelfde cumulatierechten zonder begrenzing als ze met pensioen gaan op hun 73ste, na een loopbaan van 42 jaar!
Bvas diende verschillende voorstellen in maar kreeg geen gehoor. De ministerraad van 21 februari keurde drie ontwerpen goed die de pensioencriteria van de zelfstandigen verbeteren maar deze cruciale kwestie werd niet aangekaart. Bvas vraagt de partijvoorzitters, de ministers en de artsen-volksvertegenwoordigers Bacquelaine en Fonck om de wet te amenderen zodat rekening wordt gehouden “met de stagejaren, die een activiteit van minstens 38 uur per week voltijds equivalent omvatten; ook al werd geen bijdrage aan een pensioenstelsel betaald wegens vrijstelling van de schuldenaar. (…)” Interessant is om zo te achterhalen welke partijen sociaalvoelend zijn en erkennen dat artsen, vooral als assistent, dag en nacht diensten van algemeen belang leveren tegen een pover uurloon…
Bloedvaten • Hart • Longen
Februari - Maart 2014
Huisartsen royaal overgeslagen PAGINA 6
Gezondheidszorg moet kiezen PAGINA’S 10-11
Preventieve werking van probiotica PAGINA’S 18-19
www.medi-sfeer.be
Verandering en continuïteit voor nieuwe APB-voorzitter Interview Charles Ronlez p. 12 ISSN 1371-5089 Verantwoordelijke uitgever: V. Leclercq - Varenslaan, 6 - 1950 Kraainem
Januari - Februari 2014 Maandelijks - Verschijnt niet in juli en augustus Afgiftekantoor - Charleroi X P301159
Vol 19 n Nr 1 n 2014
www.vcp-bhl.be
DOSSIER: JEUK & INFLAMMATIE
33 Annual Scientific Meeting of the Belgian Society of Cardiology rd
Martine Grosber, Jan Gutermuth, Lauranne Pierret, Yora Mostmans, Ria Willemsen
Eerste feedback, de video’s…
The Belgian Association of Dermato-Oncology Launch Meeting, Brussel, december 2013
21st Annual Meeting of the Belgian Society for Thrombosis and Haemostasis
Verslag van de vergadering
Nieuwe anticoagulantia (NOAC’s): één pot nat?
Lieve Brochez, Ines Chevolet, Isabelle Hoorens
Journées Dermatologiques de Paris
Nieuwigheden in de dermatologie in 2013 Jean-Luc Schouveller
Skin ook op internet
P301160
ISSN 1372-5815
ISSN 1374-223X
bij kinderen en jongvolwassenen
Verantwoordelijke uitgever: Dr Vincent Leclercq - Varenslaan 6, 1950 Kraainem
OR_12_1_N_2014
ISSN 2030-272X
HARTFALEN
Anticiperen op de toekomst
BHL
191
20 jaar Farma-Sfeer
Vincent Vanderpoorten
Ortho-Rheumato ook op internet Verantwoordelijke uitgever: V. Leclercq - Varenslaan 6 - 1950 Kraainem
Verantwoordelijk uitgever: V. Leclercq • Varenslaan 6, 1950 Kraainem NEU_19_02_N
12 februari 2014 • Wekelijks • Charleroi - MassPost • P916056
Maandblad / Verschijnt niet in januari Nr 191 / Februari 2014 Afgiftekantoor: Charleroi X - P008632
● Twee congressen in het teken
6
www.despecialist.eu
www.skin.be
Dominique-Jean Bouilliez
Vol 19 - nr 2 - 2014 15 maart - 15 april 2014
❚ WOORD VOORAF ■
Tweemaandelijks
Identificatie van kankerstamcellen: lessen van de ontwikkelingsbiologie
‘Freezing of gait’ Anja Flamez
14
Ten strijde tegen de pensioendiscriminatie van artsen Tot in 2012 was het beroepsinkomen van wettelijk gepensioneerden gelimiteerd. Dat veranderde met het KB van 6 juni 2013: gepensioneerden die op 65 jaar 42 jaar gewerkt hebben, kunnen onbeperkt (bij)verdienen.
Volg de actualiteit op onze website en via twitter: @jds_sk
www.farma-sfeer.be
Februari - Maart 2014
~ ToekomsTige behandelingen voor reumaToïde arTriTis
ISSN 2034-4449
Het tijdscHrift van de pediater
TijdsChrifT Voor reumaTologie, fysisChe geneeskunde, orThoPedie en sPorTgeneeskunde
TBC IN OPMARS
Naar een betere typering van de verschillende fenotypes van obstructieve aandoeningen
Verantwoordelijke uitgever: V. Leclercq - Varenslaan 6 - 1950 Kraainem
Eerste symposium over ‘Serious Gaming’ bij revalidatie
Maandelijks - Verschijnt niet in januari en juli Afgiftekantoor Charleroi X - P301156 ISSN 1372-4185
Dit alles moet toelaten de nomenclatuur (eindelijk) te herzien, waarbij de verloning van intellectuele en technische prestaties opnieuw in evenwicht gebracht wordt. Op termijn moet het statuut van de ziekenhuisarts worden geharmoniseerd.
8
Nood aan twee extra centra
in de gezondheidszorg
P801027
Karen De Baets, Maarten Albersen, Steven Joniau, Hendrik Van Poppel
Serge Van Sint Jan, Bruno Bonnechère, Bart Jansen, Els Ortibus & Bernard Dan
Neuron ook op internet
de maken aan de ereloonafhoudingen op basis van verrichte prestaties. We stellen een forfaitaire ziekenhuisfinanciering voor met een onderscheid tussen de enveloppen voor het functioneren, het medisch, paramedisch en administratief personeel. Men dient ook rekening te houden met het aantal en het ‘type’ patiënten en hun zorgtraject. Ziekenhuisartsen moeten collegiaal werken en dus betaald worden op basis van eenzelfde barema. Dat barema ligt vast op basis van objectieve criteria zoals wachtdiensten, omvang van de navorming en het onderzoekswerk.
Tijs Ruysschaert
1. European Study on Epidemiology of Mental Disorders, 2004, WGO. 2. Mihalopoulos, Vos, Pirkis & Carter, 2012.
BITCOINS
Muriel Gerkens, lid Kamer van Volksvertegenwoordigers Ecolo-Groen
een tekort aan minder goed betaalde ziekenhuisspecialisten. Dat gaat ten koste van de zorgtoegankelijkheid. We stellen ook vast dat bij het toekennen van de budgetten een planning van ‘zorgtrajecten’ aan belang wint, met de eerste lijn in het centrum, en met een specifieke rol voor de gespecialiseerde zorg in de (universitaire) ziekenhuizen.
vol 19 - Nr 1 - 2014
Afgiftekantoor - Charleroi X -
Richtlijnen van de ESMO voor de diagnose, behandeling en opvolging van peniscarcinoom (Deel 1)
Stefan Van der Mussele & Sebastiaan Engelborghs
“Een belangrijk deel van die mensen die nood hebben aan professionele bijstand, wordt momenteel niet behandeld”, weet Tom Van Daele, lector en onderzoeker in de Toegepaste Psychologie bij Thomas More. “De geestelijke gezondheidszorg verdient dringend meer aandacht en middelen. En dan heb ik het niet enkel over het facet ‘behandeling’, maar ook over preventie. Voor campagnes die mikken op geestelijke gezondheidspromotie en -preventie trekken we in België momenteel ongeveer 0,06% van het totale gezondheidszorgbudget uit. Een peulenschil, en dat terwijl studies aantonen dat dergelijke interventies wel degelijk kostenbesparend werken (2).”
PAGINA 21
8-9
www.oncohemato.be
Gedragssyndromen bij milde cognitieve tekorten en bij de ziekte van Alzheimer
Peulenschil
Hoewel gezondheid over meer dan een gezond lichaam gaat – mens sana in corpore sano, weet u wel – mikken slechts weinig campagnes op ‘geestelijke gezondheid’. Nochtans ligt die mens sana niet zomaar voor het grijpen. Dat bleek vorige maand nog maar eens: ruim 1 miljoen Belgen kregen vorig jaar antidepressiva voorgeschreven en meer dan 310.000 landgenoten antipsychotica, zo schreven de kranten van Sudpresse op basis van cijfers van het Riziv. Gegevens over het aantal patiënten behandeld door klinisch psychologen zijn er (nog) niet, aangezien die laatsten pas vanaf 2016 erkend worden en het Riziv nu dus (nog) niet over data beschikt. Maar de Vlaamse Vereniging voor Geestelijke Gezondheid schat op basis van de Belgische gegevens uit de ESEMeD-studie (1) dat over een periode van een jaar 700.000 Vlamingen zullen kampen met een psychisch probleem.
L’HEBDO DU GÉNÉRALISTE
PAGINA 18
en de verspreiding van pathogenen
hemato
M U L T I D I S C I P L I N A I R T I J D S C H R I F T V O O R O N C O L O G I E E N H E M AT O L O G I E
www.neuron.be
WITTE JASSEN
Interview met prof. Renaud Louis
BHL ook op internet
VCP_19_01_N_2014
Onco
9 772034 444006
6-7
LEES DOOR OP BLZ. 4-5
ia allerhande campagnes leert de overheid de bevolking dat sporten gezond is, dat groenten en fruit op het dagelijkse menu horen te staan, dat roken uit den boze is, dat alcohol hand in hand moet gaan met mate, et cetera et cetera. Bij die boodschappen maakt de overheid ook telkens duidelijk dat wie al deze adviezen in de wind slaat, vroeg of laat bij de dokter belandt. En dat zien we liever niet gebeuren. Voorkomen dus, via preventie-op-maat. Maar daar zijn wel een pak meer middelen voor nodig dan de 2% van het totale gezondheidszorgbudget die nu naar preventie vloeit, zo luidde één van de kernboodschappen van de eerstelijnsconferentie vorig jaar.
Ziekenhuispolitiek: het subsidiariteitsprincipe en gezondheidsregio’s
Interview met Janneke van der Kamp (Novartis) • Blz. 23
HE_75_N_2014
Officieel tijdschrift
Innovatieve e-Health start-up
Interview met Paul Van Aken (UZA) • Blz. 49
ISSN: 1378-7594
GUN_19_2_N_2014
ANDROLOGIC OOK OP INTERNET
6X per jaar - Afgiftekantoor - Charleroi X P505150 - ISSN 1781-6041
Verantwoordelijke uitgever: V. Leclercq • Varenslaan 6, 1950 Kraainem
AL_10_01_N_2014
Verantwoordelijke uitgever : V. Leclercq • Varenslaan 6, 1950 Kraainem
Dominique-Jean Bouilliez
DIAGNOSE.ME
S_17_1_N_2014
goedaardige prostaathypertrofie new kids on the block! Johan Braeckman
2
Gezonde geesten kosten geld V
De nieuwe Lexus
Vincent Claes
436
12 maart 2014 ❘ wekelijks ❘ Charleroi - MassPost ❘ P916056
HEALTH ECONOMICS Column van prof. Annemans Meer kwaliteit, meer verdienen?
MEDI SPHERE
PAGINA 11
Belgian Week of Gastroenterology
De Belgische artsen intensieve geneeskunde konden hun gemeenschappelijk standpunt verdedigen op de 34e editie van het International Symposium on Intensive Care and Emergency Medicine dat van 18 tot 21 maart in Brussel plaatshad en waaraan 6.000 artsen deelnamen. De SIZ publiceerde haar standpunt al in februari in het Journal of Critical Care (vol. 29, Issue 1, Pages 174-75). JS1124N
Ann Poppe, Mieke Vanoppen, Patrick Neven
KATERN AGEING Prostaatkanker: wanneer is actieve bewaking aanbevolen?
ZELFDODING: MYTHE EN REALITEIT
Vrouwspecifieke geneeskunde
De vereniging heeft nu echter de knoop doorgehakt: intensivisten mogen de doses pijnstillers verhogen. “Een brede concertatie ging deze beslissing vooraf. De IZ-teams discussieerden hier uitvoerig over en er wordt Prof. Jean-Louis Vincent rekening gehouden met de mening van de naasten van de betrokken patiënt. Familieleden formuleren soms de vraag, we willen dat dit in de grootst mogelijke transparantie gebeurt. We hoeven ons hiervoor niet te schamen,“ vindt professor Vincent. Hij onderstreept wel dat de beslissing geen extra stap betekent in de uitbreiding van de euthanasiewetgeving tot minderjarigen – zie de recente debatten hierover. “Onze vraag is ouder. We vragen de politici ook hierover na te denken.”
Patiëntenorganisatie
San Antonio Breast Cancer Symposium 2013: tien hoogtepunten
Thierry Roumeguère
ACTUALITEIT Bezoek tentoonstelling 50 jaar Riziv met topman Jo De Cock als gids
PAGINA 4
agelijks worden artsen-intensivisten geconfronteerd met de ethisch gevoelige kwestie om de doses pijnstillers te verhogen bij terminaal zieke patiënten. Kan dat? Mag dat? De Belgische Vereniging voor Intensieve Geneeskunde (SIZ) sprak zich hierover onlangs uit in positieve zin. “Deze situatie doet zich bij het levenseinde veel meer voor dan de vraag naar euthanasie. Op IZ wordt tien keer meer een einde aan het leven gesteld door medicatie te verhogen dan dat zich de euthanasievraag stelt”, legt voormalig SIZ-voorzitter professor Jean-Louis Vincent (UZ Erasme, Brussel) uit. “Nochtans valt dit niet onder de euthanasiewetgeving, vermits deze slechts van toepassing is indien de patiënt herhaaldelijk een euthanasievraag formuleert.” Volgens professor Vincent heeft de wet eerder een negatieve impact op de praktijkvoering van intensivisten. “Regelmatig wordt tijdens het levenseinde de terminale fase verkort door hogere doses pijnstillers te geven. Dat is niet gedekt door de euthanasiewetgeving en men kan de intensivisten dus verwijten dat ze de wet niet respecteren. Om misbruiken te voorkomen, staat daar immers in dat er een herhaald euthanasieverzoek moet zijn. We bevinden ons dus in een delicate situatie en vrezen sancties”, aldus professor Vincent.
37
Gunaïkeia ook op internet
Iv Psalti
prostaatkanker wanneer is actieve bewaking aanbevolen?
2,90€
434
HET WEEKBLAD VAN DE HUISARTS
Onkelinx en de contingentering
D
Lancerin
MEDI SFEER
®
Actualiteit voor de arts-specialist
Intensivisten nemen standpunt in over pijnstillers bij levenseinde
Verantwoordelijk uitgever: Dr Vincent Leclercq, Varenslaan 6, 1950 Kraainem
ejaculatio praecox waarover spreken we eigenlijk?
De
Nr14-5 ❘ 26 maart 8 april 2014 ❘ Charleroi X ❘ halfmaandelijks ❘ P913976
%
100
! Belgisch gsaanbo d
Healthcare Executive ook op internet
vol 10 - nr 1 - 2014
Specialist
Tweemaandelijks december 2013-januari 2014 P913800 - Charleroi X
Charleroi X 6x/jaar – P307390
executive
MS8326N
Nr 75
h e a lt h c a r e
JS1094N
Maandelijks - Verschijnt niet in januari en augustus - Afgiftekantoor: Charleroi X - P301162
MS_24_434_N_2014
Nr 15
VOL 19 NR 2 ■ 15 FEBRUARI - 15 MAART 2014
www.andrologic.be
ISSN 1371-8665
tijdschriften die hij nog ontvangt, is veel groter geworden dan in het verleden. Kortom, het digitale redt het papier op voorwaarde dat men goed gepositioneerd is in de markt. En laten we het niet vergeten, de Belgische arts blijft sterk houden aan papier. 70% van de artsen verkiest papier boven digitaal als het gaat om het ontvangen van medische informatie!! U hebt uitstekende resultaten geboekt. Wat zijn volgens u de succesfactoren voor een vakbladenuitgever? De basis van alles is natuurlijk de kwaliteit van de inhoud. Tweede element:
doelgroep bepalen. Derde factor: transparantie inzake oplages. We zien helaas dikwijls uitgevers die oplages communiceren die ze niet respecteren. Dit heeft zwaar gewogen op de geloofwaardigheid van de gehele sector. Vierde element: het volledige bedrijf moet gericht zijn op verandering, innovatie; wat ik ‘de toegevoegde waarde’ noem. En tot slot: risico nemen. Men moet nieuwe businessmodellen durven uit te proberen. Het gebruik van een klassieke aanpak voor het lanceren van een medium heeft vandaag quasi geen kans meer op succes. De recente mislukkingen zijn talrijk, zowel in België als in het buitenland.
Een tijdschrift lanceren is een 360° aanpak? Absoluut. Vandaag kan je niet meer enkel vanuit je eigen hokje, of anders gezegd in je eigen verticale niche, werken. Alles wordt ‘transversaal’. Men kan niet meer efficiënt zijn in een sector zoals de gezondheidssector als men het geheel niet kent in al zijn complexiteit. We hebben trouwens een project wat we de komende maanden zullen lanceren - ik kan u helaas nog niet zeggen wat het is - dat volledig transversaal is. Dit project maakt de link tussen alle partners en de onderwerpen van belang in de gezondheidssector. >>
“Papier heeft nog mooie jaren voor zich en ik denk dat het nooit zal verdwijnen voor zover je marktleider bent”
Vakpersmagazines Titel
Frequentie
# nrs /jaar
Doelgroep
Andrologic
2-maandelijks
6 nummers / jaar
Urologen, endocrinologen, sexuologen en andere specialisten in andrologie-seksuologie, alsook de specialisten in opleiding
Gunaïkeia
maandelijks
10 nummers / jaar
Gynaecologen en assistenten
Healthcare Executive
2-maandelijks
6 nummers / jaar
Managers in de gezondheidszorgsector
Medi-Sfeer
2-wekelijks
21 nummers / jaar
Huisartsen, geriaters en gastro-enterologen
Farma-Sfeer
maandelijks
11 nummers / jaar
officina-apothekers en assistenten
Neuron
maandelijks
10 nummers / jaar
Psychiaters, neurologen, anesthesisten, neurochirurgen, pijnspecialisten en assistanten
Onco
2-maandelijks
7 nummers / jaar
Oncologen, hematologen, geriaters, pijnspecialisten, radiotherapeuten, chirurgen, gastro-enterologen, gynaecologen, pneumologen, urologen
Ortho-Rheumato
2-maandelijks
6 nummers / jaar
Reumatologen, orthopedisten, specialisten fysische geneeskunde, sportartsen
Percentiel
2-maandelijks
6 nummers / jaar
Pediaters, chirurgische pediaters, neuropediaters, pedopsychiaters, K&G artsen, schoolartsen en assistenten
Skin
2-maandelijks
6 nummers / jaar
Dermatologen, plastisch chirurgen en assistenten
BHL (Bloed, hart en longen)
maandelijks
11 nummers / jaar
Cardiologen, longartsen, endocrinologen en andere internisten, intensivisten, cardiovasculaire chirurgen
.be
MEDI SFEER HET WEEKBLAD VAN DE HUISARTS
MEDI SPHERE L’HEBDO DU GÉNÉRALISTE
Magazine groot publiek Titel
Frequentie
# nrs /jaar
Doelgroep
Patiëntenkrant
maandelijks
11 nummers / jaar
Groot publiek
Digitaal www.jobhealth.com MobileDOC app
de periodiek I april-mei-juni 2014
7
#in de kijker - interview Is uw beroep als uitgever in 20 jaar veranderd? Laten we duidelijk zijn: we zijn absoluut geen uitgeverij meer. We zijn een contentcreërend bedrijf die zijn content multi-channel in de markt zet: papier, digitaal in alle vormen, video, vorming (e-learning), enz. Wat vele uitgevers geblokkeerd heeft, is dat ze hun verspreidingsmiddel, nl. papier, als sleutel van hun business beschouwden. Dat alles is in enkele jaren tijd onderuit gehaald door het digitale.
Welke raad zou u meegeven aan zij die een vakblad willen lanceren? Ik ben er niet om anderen raad te geven. Ik geloof enkel dat je moet durven vernieuwen: gewoontes en samenwerkingsvormen herbekijken. Als men vandaag een idee heeft, moet men weten dat er minstens 100 personen in de wereld zijn die hetzelfde idee op hetzelfde moment hebben. Een 100% origineel idee is zeldzaam en respect voor hen die er één heeft
en het in een rendabel businessmodel weet om te zetten! Ik geloof echter dat er nog een enorm potentieel is in innovatie en creativiteit welke bestaande ideeën kunnen associëren via bevoorbeeld nieuwe partnerships. Ik besteed enorm veel tijd aan het zoeken van ideeën en informatie. De moeilijkheid is de juiste informatie te vinden omdat we overspoeld worden met informatie. Het is zoals in rugby, er zijn veel passes maar weinig ervan worden een doelpoging. ■
#prikbord
Wat leest... Lian Cuypers Als directeur bij Big Media Group, uitgever van Manager Magazines en MaXLife, producent van Stedenspecials die op Kanaal Z worden uitgezonden en organisator van vele zakelijke netwerkevents, is Lian Cuypers en haar team altijd in contact met dynamische ondernemers die ze met veel plezier in de kijker plaatsen. Big Media Group is niet alleen actief in Vlaanderen, maar als productiehuis van internationale magazines, zoals European Times, ook in contact met een wereldwijd netwerk van bedrijfsleiders. Wat voor soort lezeres bent u? Ik zit dagelijks met mijn neus in het B2Bnieuws en volg de actualiteit, ongeveer 50% in print en 50% online. Door de week heb ik weinig tijd om een boek vast te nemen. In het weekend vind ik het erg leuk om te lezen, voor mij is dat pure ontspanning. Dat kan een spannende trilogie zijn, maar ik geniet ook van woon-, mode- en tuinmagazines, van mooie foto’s. Toch zeker maandelijks neem ik een magazine rond gezondheid en gezonde voeding door. Inzake boeken heb ik niet echt een favoriete auteur. Ik laat me vaak inspireren
8
de periodiek I april-mei-juni 2014
door mijn vrienden. Zij zijn meestal eerder dan ik als het om een nieuw boek gaat. Ik mag dat fantastische boek dan van hen lenen. Ha ha, ondanks dat ik als Nederlandse al veel langer in België leef dan ik in Nederland heb gewoond, ben ik mijn Nederlandse trekjes nog niet helemaal kwijtgespeeld. Ik breng het boek wel altijd netjes terug. Wat leest u? Ik lees door de week veel zakelijk nieuws. Daarnaast hou ik van waargebeurde verhalen, of boeken waar ik iets uit kan leren. Welk is uw favoriete tijdschrift en waarom? Een favoriet tijdschrift is Goed Gevoel. Dat vind ik altijd boeiend. Ik ben een beetje een gezondheidsfreak. Andere tijdschriften die ik graag lees, gaan over wonen (Actief Wonen), tuinen (Groei en bloei), maar dus vooral ook over hoe je goed te voelen. Leest u digitaal? Zeker! Als directeur van een B2Buitgeverij volg ik nieuwsbrieven van verschillende media, dikwijls met een zakelijke insteek. Ik lees zeker 50% digitaal. In mijn vrije tijd grijp ik liever ■ naar een tijdschrift of boek.
Lian Cuypers www.big-media-group.com
#Pro Justitia
Het arrest Svensson of de overwinning van de hyperlinks Het arrest Svensson welk Het Europese Hof van Justitie 13 februari jl. geveld heeft, is van kapitaal belang voor het auteursrecht op internet. Deze beslissing installeert voor de eerste maal de rechtmatigheid van hyperlinks die toegang geven tot auteursrechtelijk beschermde werken maar die vrij toegankelijk zijn op het web. Svensson. Deze Zweedse naam zal een mijlpaal blijven in de geschiedenis van het auteursrecht op internet. Het is de naam van één van de journalisten die klacht indiende tegen de website Retriever Sverige -. De dienstverlening van deze website bestond erin voor zijn bezoekers o.a. hyperlinks aan te bieden naar persartikels van andere media. Volgens Svensson en de andere journalisten (die zich ook partij gesteld hadden in deze zaak), was het allesbehalve duidelijk voor de gebruiker van vermelde website dat hij zich door het aanklikken van de hyperlink terecht kwam op een andere site waar hij toegang tot het persartikel had. Svensson & co hebben Retriever Sverige voor een rechtbank in Stockholm gedaagd met als aanklacht: het exploiteren, zonder voorafgaande toestemming, van bepaalde van hun persartikels. Na een beslissing in eerste aanleg, in het nadeel van Svensson besloten de journalisten in beroep te gaan. Het Zweedse Hof van Beroep wou voorafgaand enkel twijfels uitklaren over de interpretatie van het Europees recht dienaangaande. Hiertoe stelde het enkele vragen aan het Europees Hof van Justitie (EHJ).
Toestemming vereist? De belangrijkste vraagstelling is de volgend: « Het feit om een persoon, iemand anders dan de houder van het auteursrecht op een werk (hier een persartikel), via een hyperlink te laten doorklikken naar een auteursrechtelijk beschermd werk. Vormt dit feit een handeling die onderworpen is aan de toestemming van de auteur? » Anders gezegd, als een website hyperlinks plaatst die de gebruiker doorsturen naar auteursrechtelijk beschermde
werken (artikel, muziek, video, foto, …) is dan nog de toestemming van de auteur vereist? In het juridisch jargon wordt een handeling die eruit bestaat, bevoorbeeld, een online artikel te verspreiden ‘een bekendmaking aan het publiek’ genoemd. In deze kwalificatie gaat het hier om een recht dat exclusief aan de auteur toebehoort Het is natuurlijk zaaks om te weten of een hyperlink op zich onder de definitie van ‘een bekendmaking aan het publiek’ valt, wat betekent dat de toestemming van de auteur vereist is.
Een voorwaardelijke vrijheid Tot grote spijt van Svensson zal het EHJ uiteindelijk besluiten dat een hyperlink die bezoekers doorstuurt naar auteursrechtelijk beschermde werken geen bekendmaking aan het publiek is en dat hiervoor dus geen toestemming van de auteur vereist is. Het EHJ gaat zelf verder en stelt dat dit evenzeer geldt in het geval het artikel getoond wordt alsof het van de website komt waar de hyperlink zich bevindt. Met echter één beperking: het artikel moet vrij toegankelijk zijn en dus niet onderworpen aan ‘beperkende maatregelen’ (bvb. paswoorden, login, paywall, ed). Concreet betekent dit dat, Retriever Sverige hyperlinks op zijn site mag plaatsen die doorklikken naar de vrij toegankelijke artikels op de website van bevoorbeeld de krant De Standaard maar er mogen geen hyperlinks geplaatst worden die doorklikken naar de artikels die op de website gereserveerd zijn voor de abonnees van De Standaard. Hoe zijn de Europese rechters tot deze beslissing gekomen? Ze hebben een
Renaud Homez Legal Advisor UPP behoorlijk technische argumentatie inzake het auteursrecht ontwikkeld. Zonder in detail te gaan, de rechters hebben gesteld dat er bij hyperlinks die doorklikken naar een artikel sprake is van een bekendmaking aan het publiek. Evenwel, het moet gaan om een bekendmaking aan een NIEUW publiek. Voor het EHJ is het doelpubliek van het eerste artikel hetzelfde als het doelpubliek van de site waarop de hyperlinks staan, maw alle internetsurfers. Er is volgens het EHJ dus geen nieuw publiek . De toelating van de rechthebbenden van het auteursrecht is dientengevolge dus niet vereist. Deze beslissing is méér dan een opsteker voor de verdedigers van de internetvrijheid terwijl het voor de rechtenhouders een zeer strenge, zelf schandalige, beslissing is. De rechtenhouders hebben echter steeds als oplossing de toegankelijkheid tot hun werken te beperken. Dit heeft dan wel als gevolg dat het bereik afneemt en maw dat de toegankelijkheid tot kwaliteitsinformatie voor het grote publiek zal afnemen. Dit arrest toont treffend aan dat zowel in de virtuele als in de echte wereld, vrijheid een prijs heeft. U vindt het arrest Svensson op www.curia.europa.eu. de periodiek I april-mei-juni 2014
9
#Pro Justitia
De opkomst van digitale data: opportuniteiten en uitdagingen De mediasector heeft anno 2014 toegang tot een grenzeloze schat aan informatie over haar publiek, lezers, partners en inhoud. Uitgevers verzamelen data van hun digitale producten en diensten. Zij doen dit zelf, via sociale netwerken, open API’s en commerciële diensten. De toename aan digitale data wordt aangewakkerd door de groeiende technologische mogelijkheden om data op te slaan, de spectaculaire daling in kostprijs ervan en een nieuwe generatie aan hulpmiddelen en software die aan deze data een relevante betekenis kunnen geven. Deze veranderingen bieden voor uitgevers een aantal opportuniteiten en uitdagingen. Zo zullen zij gepersonaliseerde diensten kunnen aanbieden, gerichter kunnen communiceren met hun leden en eventueel zelfs advertenties kunnen plaatsen op basis van deze digitale data. Daarentegen kunnen wij nog initiatieven verwachten van de verschillende wetgevende actoren op het gebied van consumentenbescherming en privacy. De lange termijn koers van deze actoren en de impact hiervan is echter nog hoogst onzeker. De Europese wetgever nam in januari 2012 een eerste aanzet tot koerswijziging d.m.v. een voorstel tot verordening in verband met de verwerking van persoonsgegevens (“voorstel tot
10
de periodiek I april-mei-juni 2014
Privacy verordening”). Twee interessante juridische uitdagingen voor uitgevers worden hierna kort toegelicht. Vooraleer hier dieper op in te gaan dienen wij eerst te beklemtonen dat persoonsgegevens alle gegevens zijn die een persoon herkenbaar maken of kunnen maken. Zijn dus bijvoorbeeld persoonsgegevens: namen, contactgegevens, adressen, foto’s, video’s en relationele informatie. Het toepassingsgebied van de wetgeving op de verwerking van persoonsgegevens is dus ruimer dan men mogelijk zou denken. Iedere uitgever komt op één of andere manier in aanraking met de verwerking van persoonsgegevens.
Willem-Jan Cosemans Advocaat OLSWANG
Recht op vergetelheid Eerste interessante uitdaging uit het voorstel tot Privacy verordening is het zogenaamde “recht op vergetelheid”. Dit houdt in dat een individu in bepaalde gevallen kan beslissen om zijn toestemming tot verwerking van persoonsgegevens te herroepen en kan vragen zijn gegevens te laten uitwissen. Bijvoorbeeld wanneer de gegevens niet langer nodig zijn voor het
#Prikbord
Wist u dat? doel waarvoor zij werden verzameld, wanneer de overeenkomst gesloten tussen partijen is afgelopen of de duur is verlopen die voorzien was voor het opslaan van de gegevens, of nog wanneer zij werden verzameld in strijd met de regelgeving.
journalistieke activiteiten. Men kan dus niet zomaar aan een uitgever vragen dat bepaalde gegevens uit hun archieven worden verwijderd zich baserend op het recht op vergetelheid. Wordt echter ongetwijfeld vervolgd in het kader van een nieuwe Privacy verordening.
Wanneer een individu dit recht uitoefent, moet de verantwoordelijke van de verwerking van de persoonsgegevens (dit kan dus de uitgever zijn) onmiddellijk alle nodige (technische) stappen ondernemen om de gegevens te verwijderen. Indien hij deze zelf heeft doorgegeven aan derden, is hij er bovendien ook verantwoordelijk voor om deze derden in te lichten van het verzoek tot doorhaling van elke link naar of kopie van deze gegevens.
Wat doen met digitale data?
Dit recht weegt echter niet op tegen het recht op vrije meningsuiting en de persvrijheid. Het wissen van gegevens is evenmin gerechtvaardigd wanneer zij noodzakelijk zijn voor historische, statistische en wetenschappelijke onderzoeksdoeleinden. In die context worden uitgevers nu reeds op basis van de huidige Belgische Privacy wetgeving geconfronteerd met de vraag van bepaalde personen om hun naam uit online archieven te verwijderen. Meestal gaat het om personen die ooit als verdachte, beschuldigde, beklaagde of veroordeelde het voorwerp hebben uitgemaakt van één of meerdere persartikels. Archieven vormen echter een belangrijke bron voor onderwijs en historisch onderzoek, zeker deze die onmiddellijk en gratis toegankelijk worden gesteld aan het publiek. De journalistieke activiteit beperkt zich immers niet tot het rapporteren over de actualiteit, maar draagt via het verspreiden van informatie, ideeën en meningen opgenomen in archieven, bij tot het voeden van het publiek debat. De verspreiding van archieven van een krant kan dus niet zomaar worden uitgesloten van de
Tweede interessante uitdaging is de vraag wat de uitgever kan doen met deze digitale data. Het kan namelijk interessant zijn dat de uitgever zich rechtstreeks richt tot zijn lezers, bijvoorbeeld door e-reclame. Om dit te kunnen doen moet hiervoor in principe de toestemming van de lezer worden bekomen. Slechts in enkele gevallen dient geen toestemming te worden bekomen en volstaat het de lezer de mogelijkheid te bieden zich nadien te verzetten tegen het verder ontvangen van reclame via e-mail. Dit is bijvoorbeeld het geval indien de elektronische contactgegevens van de lezer rechtstreeks verkregen zijn in het kader van de verkoop van een magazine of tijdschrift. Deze principes lijken niet te zullen wijzigen in het kader van het huidige voorstel tot Privacy verordening. Om problemen te voorkomen is het aangeraden een due diligence uit te voeren van het gebruik van data binnen een onderneming. Zo nodig zal u desgevallend worden geadviseerd bijvoorbeeld een privacy policy op uw website te plaatsen. Wij blijven voor dergelijke due diligences graag ter uwer beschikking en houden u alvast ook op de hoogte mochten er nog interessante wijzigingen worden aangebracht aan het huidige voorstel tot Privacy verordening.
✔ Sinds oktober vorig jaar heeft Lagardère Active 10 magazinetitels te koop staan, waaronder ‘Psychologies magazine’. Eén van de overnamekandidaten is de combinatie Reworld (Franse mediagroep), groep Rossel en Edition Ventures (huidig licentiehouder van ‘Psychologies magazine Belgique’ en ‘Psychologies magazine België’). ✔ Uitgever VIPmedia Publishing & Services lanceerde op 6 maart het eerste nummer van ‘De Tuin op Tafel’. Het blad verschijnt 4 x per jaar en brengt artikels over moestuinieren met praktische tips en recepten. ✔ Het magazine ‘Wonen Landelijke Stijl’ lanceert een eigen webshop met producten welke zorgvuldig geselecteerd werden door de redactie van het magazine: www.wonenlandelijkestijlshop.be ✔ Decom, specialist in periodieke communicatie, heeft het ‘Laperre magazine’ (n°1 in hooroplossingen en hooraccessoires) aan zijn klantenportefeuille toegevoegd. Decom verzorgt inhoudelijk en qua vormgeving het magazine. Decom staat tevens in voor de regie. ✔ Het magazine ‘Zorg & Techniek’ zal vanaf heden uitgebracht worden als ledenblad van de Vereniging van Technische Diensthoofden in Verzorgingsinstellingen (VTDV). Het magazine wordt verzorgt door Tenacs Publishing & Communication en zal 4 x per jaar verschijnen. ✔ Tenacs Publishing & Communication verzorgt de regie van het nieuwe vakblad, ‘Power-Pro’. Een nieuw vakblad dat zich richt naar energieprofessionals. Het blad zal 4x per jaar verschijnen. ✔ ‘Gastromania’, het 2-maandelijks culinaire blad van uitgever Orena, vertrouwt haar regie toe aan Charlie Mike. ✔ Berpresse, de uitgever van het magazine L’Eventail neemt de ex-Dupuis Publishing titels over. Het gaat om L’Evénement en ‘La Gazette Diplomatique’. Beide overgenomen titels zullen evolueren naar extra edities gelinkt aan L’Eventail. de periodiek I april-mei-juni 2014
11
#UPP info
Gratis juridische zitdag Op 14 maart jl organiseerde UPP voor de 2de maal een gratis juridische zitdag voor haar leden. Een ideale gelegenheid om uw juridische vragen gelinkt aan het uitgeven voor te leggen aan de specialisten van het advocatenkantoor OLSWANG, gespecialiseerd in intellectuele rechten, communicatie en media.
Willem-Jan Cosemans, advocaat OLSWANG en Olivier Van der Stede, managing partner Decom
Volg ons op Facebook en Twitter
Met dank aan onze businesspartners