Bewegingen in water Deltaprogramma | Zoetwater Voorbeelden van verbeterd zoetwaterbeheer
5
2
Bewegingen in water Deltaprogramma | Zoetwater Voorbeelden van verbeterd zoetwaterbeheer
juni 2012, Programmateam Zoetwater
2
Inhoud Voorwoord
5
Strategieën bij de voorbeelden
7
Water in eigen kring(loop)
11
Zoetwater op peil
15
Een tweede leven voor gezuiverd stedelijk water
19
Natuurlijk zoetwaterbehoud
23
Zoetwaterconservering op Zeeuwse kleigronden
27
Zelfvoorzienend kweken
31
Stadswater in beweging
35
Compensatie in water / Balans door infiltratie
39
Klimaatbestendig waterbeheer
43
Peil in eigen hand
47
4
Voorwoord
Goed voorbeeld doet goed volgen! Beschikbaarheid van zoet water is belangrijk voor allerlei functies, zoals drinkwater, landbouw, natuur, industrie, recreatie en stedelijk gebied. Nu al zijn er knelpunten in de zoetwatervoorziening en de verwachting is dat er in de toekomst minder zoetwater beschikbaar zal zijn, terwijl de vraag zal toenemen. Onder het Nationaal Deltaprogramma, waarvoor de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu de bestuurlijk opdrachtgever is, wordt in het Deltaprogramma Zoetwater gewerkt aan een duurzame en doelmatige strategie die oplossingen biedt voor de lange termijn. In dit boekje heeft het Deltaprogramma Zoetwater een aantal inspirerende voorbeelden uitgelicht voor het slim en zuinig omgaan met water. De ondernemers en overheden uit de voorbeelden laten zien dat zij klaar zijn voor de toekomst. Sommige van de voorbeelden komen uit de dagelijkse praktijk en leveren nu al een bijdrage aan een duurzame zoetwatervoorziening. Andere voorbeelden zijn nog in ontwikkeling en zijn een inspiratie voor de toekomstige zoetwaterstrategie. Dit boekje laat zien dat er veel verschillende mogelijkheden zijn om tot duurzaam waterbeheer te komen en dat we op de goede weg zijn. Met deze voorbeelden hopen we mensen te inspireren en te tonen dat je niet hoeft te wachten op de Deltabeslissing. Er kan al veel, maar er moet ook nog veel gebeuren om te komen tot duurzaam omgaan met zoetwater. Wie volgt?
Namens het bestuurlijk platform zoetwater, Tanja Klip-Martin
Gerard Doornbos
(vertegenwoordiger namens het Interprovinciaal Overleg)
(vertegenwoordiger namens de Unie van Waterschappen)
5
6
Strategieën bij de voorbeelden Binnen het zoetwaterprogramma is een aantal strategieën voor de lange termijn ontworpen, die een mogelijke oplossing vormen voor het groeiende verschil tussen vraag en aanbod van zoet water. Op basis van twee bepalende beleids keuzes, namelijk publiek versus privaat en aanbod accepteren versus vraag faciliteren, zijn vijf mogelijke strategieën beschreven. Deze geven de hoekpunten van het speelveld aan. De voorbeelden die in dit boek gepresenteerd worden, zijn geplaatst in het assenkruis dat gevormd wordt door de twee beleidskeuzes. Daarbij is per voorbeeld bepaald of de beschreven maatregelen vooral uitgaan van de overheid of juist vanuit private partijen (verticale as) en of er van een bepaald aanbod aan zoet water wordt uitgegaan of dat de vraag naar zoetwater gefaciliteerd wordt (horizontale as). Niet alle voorbeelden zijn eenduidig in te delen in het assenkruis, waarmee tevens duidelijk wordt dat de strategieën vooral gebaseerd zijn op denkrichtingen. De implementatie van beleidskeuzes zal altijd genuanceerder zijn.
7
De vijf mogelijke strategieën
publiek
1
4 2
vraag faciliteren
aanbod accepteren
5 3 privaat
8
1
Water volgt grootschalig: nationale en regionale overheden zorgen voor voldoende water. Het zoetwateraanbod wordt als publieke voorziening geoptimaliseerd ten behoeve van een zo hoog mogelijke leveringszekerheid voor watervragers. De nationale overheid zorgt voor voldoende aanbod van voldoende kwaliteit in het hoofdwatersysteem. Regionale waterbeheerders zorgen voor peilhandhaving, voldoende kwaliteit en zorgen ervoor dat het water ook op die plekken komt waar het nodig is voor gebruik.
2
Water volgt beperkt (huidige strategie): grotere regionale zelfvoorzienendheid en optimaliseren van de huidige zoetwaterverdeling. Het zoetwateraanbod als publieke voorziening blijft een gedeelde verantwoordelijkheid tussen de nationale en regionale overheden. Een efficiëntieslag op zowel rijks- als regionaal niveau in de watervoorziening moet ervoor zorgen dat de huidige zoetwatervoorziening zo veel mogelijk geoptimaliseerd wordt. In deze strategie wordt het huidige beleid voortgezet.
3
Water volgt beperkt, met inschakeling van marktpartijen: marktwerking. Deze strategie kenmerkt zich door een sterkere rol van de markt en publiekprivate samenwerking in zowel het regionaal als hoofdwatersysteem. Het Rijk en de regionale overheden staan open voor de intrede van marktpartijen en (georganiseerde) gebruikers die initiatieven willen nemen op het gebied van zoetwatervoorziening. In welke mate de markt in de watervraag gaat voorzien, wordt mede bepaald door de kansen die de private sector op de markt van zoetwater ziet. De overheid heeft een kader stellende en toezichthoudende rol.
4
Water en ruimtelijke ordening sturen gebruiker: sturen en ordenen, functie volgt water en ruimtelijke ordening. De zoetwaterbeschikbaarheid loopt terug en de ruimtelijke ordening past zich hieraan aan. Dit betekent veranderingen in grondgebruik door de economische gebruiksfuncties. De overheid treedt sturend op, zodat economische watergebruiksfuncties groeien op plekken waar wateraanbod, kwaliteit en -peil voor die bepaalde functie naar verwachting toereikend zullen zijn. De overheid stuurt zodanig dat verplaatsen door gebruikers betaalbaar en haalbaar wordt.
5
Water stuurt gebruiker: adapteren en accepteren, watergebruikers zijn zelf verantwoordelijk. De rol van de overheid (landelijk en regionaal) beperkt zich tot het inzetten van instrumenten om duurzaam gebruik van water en zelfvoorzienendheid en waterbesparing te bevorderen. Dit kan zijn door (beperkte) vergunningen en belastingen, zoals hieronder omschreven.
9
10
Water in eigen kring(loop) publiek
Initiatief
Agriport A7
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Locatie
Wieringermeerpolder (Noord-Holland) Uitdaging
Duurzame aanpak voor grootschalige glastuinbouw
Zo’n 1000 hectare grond in het zuidoosten van de Wieringermeerpolder beslaat het, de projectlocatie Agriport A7. Wat in 2004 startte met de zoektocht van aardappel- en groentehandelaar Hiemstra BV naar een nieuwe uitbreidingslocatie, is inmiddels uitgegroeid tot een uniek bedrijventerrein voor glastuinbouw en agribusiness. Alle onderdelen in de productieketen vinden elkaar hier.
privaat
De ontwikkeling van Agriport is vraaggestuurd. Eén van de opdrachten voor het projectteam was om de locatie te ontwikkelen vanuit een duurzaamheidsdrieluik: ‘People, planet en profit’. Oftewel sociale duurzaamheid, ecologische duurzaamheid en economische duurzaamheid. Volgens projectleider Robert Kielstra, geboren en getogen in de Wieringermeerpolder, gaan de laatste twee vaak hand in hand. Een voorbeeld is het gietwatersysteem in de kassen binnen Agriport. Condens- en drainwater wordt hier gerecirculeerd. Kielstra: ‘Lozing van gietwater is kostbaar, tot wel 3 euro per kuub, door de vele meststoffen die het na een eerste gebruik nog bevat.’ Vanwege de meststoffen in het restwater is lozing ervan milieuonvriendelijk. ‘Door recirculatie kan het aantal 11
lozingen omlaag. Zowel een economisch als een ecologisch
grondwaterpeil op Agriport gebeurt op groepsniveau en wordt
duurzame methode van omgaan met water’, licht Kielstra toe.
uitgevoerd door Fugro met peilbuizen die over het terrein zijn
In aanvulling hierop zijn de bedrijven op Agriport ook in
geïnstalleerd. De resultaten worden jaarlijks aan de provincie
gesprek met meststoffenleveranciers over het omlaag brengen
gerapporteerd. Het grondwaterpeil binnen Agriport blijft
van het natriumgehalte in de meststof zelf, zodat er nog
gelijk, evenals de verziltingsgraad. Voor de ondergrondse
langer gerecirculeerd kan worden.
opslag wordt zoetwater de grond in gebracht. Daardoor stijgt het grondwaterpeil en verzoet het grondwater. Tuinders
Niet alleen recirculatie van water, ook regen- en grondwater
ontrekken ook grondwater en brengen het zoute restproduct
voorzien in de zoetwaterbehoefte binnen Agriport. Het
van het gezuiverde grondwater, het brijn, terug de grond in,
regenwater wordt door iedere tuinder opgevangen in bassins;
waardoor het grondwaterpeil daalt en het grondwater verzilt.
de bovengrondse opslag. Daarnaast pompen de tuinders water uit deze bovengrondse opslag in een zoetwaterbel
‘Deze facetten zorgen er samen voor dat zolang regenwater
onder het terrein, de ondergrondse opslag, ook wel Onder-
alleen in een minimale hoeveelheid op de sloot wordt geloosd
grondse Hemelwaterberging genoemd. In perioden van
het grondwaterpeil en de zout-zoetbalans in het grondwater
droogte aarzelen tuinders soms om het water uit de boven-
gelijk blijven ten opzichte van een situatie zonder Agriport’,
grondse opslag weg te pompen. Kielstra: ‘Het rendement uit
licht Kielstra toe.
de ondergrondse opslag is niet één op één, vandaar.’ Echter, zo vervolgt hij, ‘ook bovengrondse opslag kent verlies door
Ook aan het oppervlaktewaterpeil in de omgeving is gedacht.
bijvoorbeeld verdamping en vervuiling door algenvorming.’
Door de verharding van Agriport neemt het aantal hectare akkerbouwgrond dat makkelijk water opneemt af. Als het
Omgevingssensitief peilbeheer
overtollige regenwater direct wordt afgevoerd, kan dit wateroverlast in de boezem veroorzaken. Door flexibel om te
Om verzekerd te zijn van voldoende zoetwater is voor Agriport
gaan met het peil in de watergangen op Agriport kan het
A7 als geheel met de provincie Noord-Holland een Masterplan
water gebufferd worden en vertraagd worden afgevoerd naar
Grondwater overeengekomen waarvoor één gezamenlijke
de boezem. Hiervoor worden bij hevige regenval de stuwen in
vergunning is verleend. Dit maakt, binnen strikte spelregels,
de watergangen omhoog gezet en wordt zo het waterpeil
grondwateronttrekking door tuinders als aanvulling op
binnen Agriport verhoogd, maar niet dat van het omringende
regenwater mogelijk. Kielstra: ‘Iedere tuinder heeft een eigen
oppervlaktewater.
bron en hoeft, indien er binnen de spelregels wordt gehandeld, geen extra vergunning aan te vragen.’ De monitoring van het 12
Dit initiatief draagt bij aan • Zelfvoorzienendheid • Efficiënt watergebruik • Hergebruik van water Meer weten? Kijk op de projectwebsite: www.agriporta7.nl Of neem contact op met Robert Kielstra, projectleider van Agriport A7, via telefoonnummer 022 765 61 84. Agriport A7 is een initiatief van • Glastuinbouwers • Agribusiness • Logistieke bedrijven • Provincie Noord-Holland • Gemeente Wieringermeer • Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Verschillende ondernemers hebben zich verenigd in het Platform Agriport A7.
13
14
Zoetwater op peil publiek
Initiatief
WaterSense Locatie
Gronings-Drentse Veenkoloniën en Hunzegebied (Groningen/Drenthe)
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Uitdaging
Verbeteren van integraal watermanagement met inzet van sensortechnologie
Het stroomgebied van de Hunze vormt samen met de Gronings-Drentse Veenkoloniën in Noord- en OostNederland het proefgebied voor de ontwikkeling en inzet van een beslissingsondersteunend systeem (BOS) voor waterbeheer dat gebruik maakt van sensortechnologie. Sensoren in het gebied meten de stand van het grond- en het oppervlaktewater. Gekoppeld aan de weersverwachting levert dit informatie op voor effectief waterbeheer. Het project WaterSense gaat echter nog een stap verder. Projectleider Martha Buitenkamp (Adviesbureau Anantis) licht toe: ‘Het unieke aan WaterSense is dat gegevens niet alleen worden gemeten, maar ook door het systeem worden geanalyseerd. Het systeem maakt een model voor het te verwachten verloop van de
privaat
waterkwantiteit. Dit model kan gebruikt worden door meerdere partijen en stelt hen in staat om hun waterbeheer op elkaar af te stemmen. Zo draagt WaterSense bij aan integraal watermanagement.’ Partijen die binnen WaterSense hun voordeel doen met het BOS zijn de waterschappen, het drinkwaterbedrijf en de akkerbouwers. Waterschappen zijn verantwoordelijk voor het grond- en oppervlaktewaterpeil in hun gebied. Dit betekent in de praktijk dat in perioden van droogte het water moet worden vastgehouden en in natte perioden het overtollige water moet worden afgevoerd. Buitenkamp: ‘Het grote voordeel van sensoren is dat ze continue en online gegevens over de waterhuishouding produceren. Met behulp van deze gegevens én het advies uit het BOS-systeem kunnen 15
waterschappen de waterkwantiteit vroegtijdig beïnvloeden.
kwaliteitsvraagstukken. Buitenkamp: ‘Om de waterkwaliteit
Het BOS-systeem heeft voor de waterschappen dan ook een
in het veld te bepalen, moeten er in de bovenste bodemlaag
grote toegevoegde waarde.’ Het drinkwaterbedrijf verwacht
veel stoffen worden gemeten die maar in lage concentraties
dat de sensoren en het BOS bijdragen aan het beschikbaar
aanwezig zijn. Sensoren die dit aan kunnen zijn nog niet
hebben en houden van voldoende water van de gewenste
ontwikkeld.’ Binnen WaterSense wordt nu wel gewerkt aan
kwaliteit voor alle gebruikers.
een sensor die nitraat kan meten in de bodem. Daarnaast is er nog veel onbekend over de bodemprocessen die de water-
Akkerbouwers in het proefgebied gebruiken het BOS-systeem
kwaliteit beïnvloeden. Zonder deze informatie is het moeilijk
ter ondersteuning van de besluitvorming om gebruik te
om een goed model te bouwen voor de ontwikkeling van de
maken van kunstmatige beregening in perioden van droogte.
waterkwaliteit. ‘Ook hieraan wordt binnen WaterSense
Beregening is kostbaar en timing is cruciaal. Te vroeg beregenen
gewerkt’, aldus Buitenkamp.
betekent onnodig hoge kosten; te laat beregenen betekent mogelijke schade en verlies van opbrengst. Met behulp van
Ook de organisatie van het project kende pieken en dalen.
het BOS wordt op een nauwkeurige manier bepaald wanneer
Door bestaande contacten tussen partnerorganisaties en
en in welke mate beregening het grootste effect heeft.
akkerbouwers was plaatsing van de proefsensoren vrij
Bovendien gaat toepassing van het BOS-systeem het onnodig
gemakkelijk geregeld.
gebruik van grond- en oppervlaktewater tegen. De contacten met proefboerderij ’t Kompas bestonden ook al. Het nut van sensortechnologie voor de akkerbouwsector
’t Kompas is proefboerderij akkerbouw voor de kennis
wordt ook onderzocht op proefboerderij ’t Kompas in
instelling Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (PPO) van
Valthermond. Het onderzoek richt zich hier voorlopig op de
de Universiteit van Wageningen.
aardappelteelt, omdat dit een teelt is die veel voorkomt in de veenkoloniën.
Het verwachtingenmanagement bij de commerciële partners vormde een uitdaging voor de projectorganisatie. Buitenkamp:
Pieken en dalen
‘Het project kent een lange doorlooptijd. Omdat het onzeker is of er ook bruikbare resultaten uit komen, was het voor de
Binnen WaterSense is het gelukt om een goed werkend
marktpartijen soms lastig om er voldoende aan te werken.
beslissingsondersteunend model te ontwikkelen, dat gebruikt
De winkel moet immers ook gewoon open blijven.’
kan worden voor integraal waterkwantiteitbeheer. Momenteel wordt gekeken naar de toepassing van dit model voor water- 16
Daarnaast ontstaan er tijdens het onderzoek allerlei nieuwe
Of neem contact op met Martha Buitenkamp van Adviesbureau
interessante vragen. Het afbakenen van het project - zonder
Anantis, projectleider van WaterSense, via telefoonnummer
het enthousiasme te verliezen - is dan ook een belangrijk
050 -5272640 of 06 – 21578477.
aandachtspunt. ‘Het inhoudelijke resultaat en het voordeel dat alle deelnemende partijen hiervan kunnen hebben, is de
WaterSense is een samenwerkingsverband van
sleutel tot enthousiasme. Dat merken we opnieuw nu het
• Waterleidingmaatschappij Drenthe
einde van het project nadert en de mooie oogst van het
• Waterschap Hunze en Aa’s
project zichtbaar wordt’, concludeert Buitenkamp.
• Dacom Emmen • HydroLogic
Van onderzoek naar doorontwikkeling
• DySI • kennisinstelling Praktijkonderzoek Plant en Omgeving (WUR)
2011 was het laatste jaar van WaterSense. Buitenkamp: ‘In het
• TTI Wetsus
najaar hebben we de onderzoeksfase afgerond en zijn we
• Provincie Drenthe
gestart met de publicatie van de resultaten.’ Volgens Buiten-
• Waterlaboratorium Noord
kamp betekent het eind van de onderzoeksfase de start voor
Daarnaast nemen ruim 50 akkerbouwers in het Hunzegebied
het doorontwikkelen van de technologie. De betrokken
deel aan het project.
MKB-bedrijven Dacom, Hydrologic en DySI gaan de resultaten van WaterSense gezamenlijk gebruiken voor het uitbouwen
Het project wordt mede mogelijk gemaakt door het Europees
van hun eigen marktpositie in binnen- en buitenland.
Fonds voor Regionale Ontwikkeling, de regeling ‘Pieken in de Delta’ van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw
Dit initiatief draagt bij aan
en Innovatie en het Samenwerkingsverband Noord-Nederland
• Efficiënt watergebruik
(SNN).
• Integraal watermanagement
• De verbetering van zoetwaterkwantiteit en -kwaliteit Meer weten? Kijk op de projectwebsite www.projectwatersense.nl Of mail naar
[email protected] 17
18
Een tweede leven voor gezuiverd stedelijk water publiek
Initiatief
Delft Blue Water
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Locatie
Regio Delfland (Zuid-Holland) Uitdaging
Behoefte aan een alternatief voor grondwater als bron voor gietwater
De glastuinbouw in de regio gebruikt nu, naast regenwater, ontzout grondwater als gietwater. Het nadeel hiervan is dat de zoute reststroom, het brijn, na zuivering van het grondwater terug de grond in wordt gebracht. Een landelijk verbod op brijn is voorlopig uitgesteld, maar toch stimuleert de provincie Zuid-Holland het zoeken naar een alternatieve bron voor gietwater.
privaat
Het bewerkingsproces van het effluent in het onderzoek van Delft Blue Water bestaat uit twee stappen. De eerste stap is het verwijderen van stikstof en fosfaat. Dit leidt tot schoon aanvullend oppervlaktewater. Vervolgens worden in een tweede stap de zouten verwijderd, met als doel kwalitatief goed gietwater over te houden. Uniek aan Delft Blue Water is dat in het bewerkingsproces verschillende technologieën worden toegepast. Oscar Helsen, beleidsadviseur afvalwaterketen bij het Hoogheemraadschap van Delfland licht toe: ‘De onderzoeksopstelling in de demonstratiehal van de AWZI bestaat uit twee lijnen. Binnen de referentielijn worden alleen algemeen gangbare zuiveringstechnologieën toegepast, terwijl binnen de innovatielijn nieuwe technieken worden gebruikt die onder 19
andere afkomstig zijn uit de drinkwatersector en nog niet zijn
Effluent nader onderzocht
getest op effluent. Doordat de lijnen parallel aan elkaar lopen, kunnen de resultaten goed met elkaar worden vergeleken.’
Het onderzoek naar de mogelijkheden van hergebruik van
Naast het behalen van de gewenste kwaliteit worden de twee
effluent houdt, wat de initiatiefnemers betreft, niet op na het
onderzoekslijnen ook getoetst op kostenefficiëntie, duur-
aflopen van de subsidietermijn in 2012. Een tweede Europese
zaamheid en betrouwbaarheid. De AWZI Harnaschpolder,
subsidie is aangevraagd. Helsen: ‘In het huidige onderzoek
eigendom van het Hoogheemraadschap van Delfland, leent
zijn twee processtappen nodig om van effluent te komen tot
zich door zijn schaalgrootte en potentiële afzetmarkt voor
gietwater. In een volgende fase willen we onderzoeken of het
giet- en oppervlaktewater goed voor het onderzoek.
mogelijk is om een aantal tussenstappen te elimineren.’ Ook het ontwikkelen van een innovatief transportsysteem
Kwaliteit en kwantiteit
voor het gietwater maakt onderdeel uit van de aanvraag.
De voorlopige resultaten uit de proefopstelling zijn veel
maken voor telers zijn lage transportkosten essentieel,
belovend. In beide onderzoekslijnen worden stikstof en
omdat deze een groot aandeel hebben in de gietwaterkosten’,
fosfaat in hoge mate verwijderd. De gewenste doelstelling
zegt Helsen.
‘Om effluent als grondstof voor gietwater aantrekkelijk te
voor oppervlaktewater komt steeds dichterbij. Voor de productie van gietwater worden de doelen ruimschoots
Ter onderbouwing van een rendabele exploitatie van
behaald. De uitdaging hier zit vooral in de optimalisatie van
effluentopwerking in de AWZI Harnaschpolder worden diverse
het proces. De AWZI Harnaschpolder is de grootste zuivering
scenario’s doorgerekend. Van grote invloed zijn de benodigde
van Nederland en zou ruim aan de lokale vraag naar gietwater
schaalgrootte en een zo constant mogelijke productie en afzet
kunnen voldoen. Helsen: ‘Om de glastuinbouw in het hele
van giet- en oppervlaktewater. Om de afzet van gietwater te
Westland te voorzien van gietwater is zelfs in perioden van
bevorderen, wordt gekeken naar testmogelijkheden met het
droogte, wanneer het afvalwater niet wordt verdund met
gietwater in een demonstratiekas, waarmee de voordelen van
regenwater, minder dan de helft van de totale effluentstroom
het gebruik ervan kunnen worden aangetoond.
nodig.’
20
Dit initiatief draagt bij aan • Het hergebruik van water • Het verminderen van brijnlozingen in de ondergrond • Kwaliteitsverbetering van het oppervlaktewater Meer weten? Kijk op de projectwebsite www.delftbluewater.nl Of mail naar
[email protected] Of neem contact op met Oscar Helsen, beleidsadviseur afvalwaterketen bij het Hoogheemraadschap van Delfland, via telefoonnummer 015 270 19 93. Delft Blue Water is een initiatief van • Hoogheemraadschap van Delfland • Delfluent Services B.V. • Evides Industriewater • Rossmark Waterbehandeling B.V. • Veolia Water Nederland • Technische Universiteit Delft Het project wordt mede mogelijk gemaakt door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (Europese Commissie), Agentschap NL en Kansen voor West.
21
22
Natuurlijk zoetwaterbehoud publiek
Initiatief
Masterplan Water voor Texel
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Locatie
Texel Uitdaging
Creëren van een strategische zoetwatervoorraad voor mens en natuur
Op een eiland te midden van zeewater is zoetwater geen vanzelfsprekendheid. Net als op het vaste land heeft Texel zoet water nodig, onder meer voor landbouw en natuur. Onder het eiland bevindt zich een zoetwaterbel die voor aanvulling volledig afhankelijk is van regenwater. In de zomermaanden valt dit echter te weinig. In de wintermaanden daarentegen valt er veel regen, maar kan het over tollige regenwater niet worden opgeslagen door een gebrek aan bergingscapaciteit op de juiste plaats. Het gevolg is een zoetwatertekort in droge perioden en wateroverlast in natte perioden.
privaat
Eind 1998 namen de gemeente Texel, de provincie NoordHolland, het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (voorheen: Waterschap Hollands Kroon en het Hoogheemraadschap Uitwaterende Sluizen) het initiatief tot het Masterplan Water voor Texel. De projectenprogramma’s waaruit het Masterplan bestaat, moeten samen zorgen voor een strategische stabiele zoetwatervoorraad en integraal waterbeheer op het eiland. De initiatiefnemers werken in het Masterplan vanaf het begin samen met organisaties uit de agrarische sector, de natuursector, de recreatiesector en de inwoners van Texel. Volgens Kasper van Zuilekom, objectbeheerder integraal waterbeheer bij het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, is dat een sterke basis voor succes: ‘Enthousiasme en commitment is makkelijker te behouden als mensen hun eigen plannen uitvoeren.’ 23
Water over de volle breedte
geeft meer ruimte aan water en de begroeiing op de oever houdt water langer vast dan het geval is bij een rechte oever.
Binnen het Masterplan wordt zoetwater vanuit verschillende disciplines bekeken. Natuur is er één van. Integraal water
Deze dubbelfunctie maakt een natuurvriendelijke oever
beheer gaat op Texel hand in hand met het versterken van de
aantrekkelijk voor zowel het Hoogheemraadschap Hollands
diversiteit en de recreatieve waarde van natuur. Twee projecten
Noorderkwartier als Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer.
uit het Masterplan, het herstel van duinrellen en het natuur-
Deze organisaties werken samen op Texel om de natuurlijke
vriendelijk maken van oevers, spelen hierin een grote rol.
oevers te herstellen. Veel van de oevers liggen echter langs agrarisch land. Volgens Van Zuilekom vormt dit geen pro-
Duinrellen zijn ondiepe, gegraven watergangen die duinwater
bleem: ‘Ook agrariërs zien de voordelen van natuurlijke oevers
vanuit de voeten van de duinen afvoeren naar lager gelegen
en willen er best aan meewerken. Als Hoogheemraadschap
gebieden zoals polders. Door de gereguleerde en vertraagde
kunnen we hen hierin ondersteunen’. Hij doelt op de aanleg
afvoer van dit zoetwater krijgt de natuur de kans om zich rond
van de natuurlijke oevers. De werkzaamheden hiervoor
de duinrellen verder te ontwikkelen. Duinrellen zorgen
worden door het Hoogheemraadschap uitgevoerd.
daarnaast ook voor aanvoer van zoetwater naar landbouwgronden in de polders. Veel van de oorspronkelijke duinrellen
Een recent project, waarbij het Hoogheemraadschap samen-
op Texel zijn verdwenen door afgraving van duinen. Onder de
werkt met agrariërs, is de aanpak van de oevers van een acht
vlag van het Masterplan zijn oude duinrellen hersteld en
kilometer lang kanaal in Eijerland. Van Zuilekom: ‘De be-
nieuwe ondiepe duinrellen aangelegd, die het zoetwater nog
schoeiing langs het kanaal heeft zijn beste tijd gehad en moet
langer vasthouden.
worden vervangen.’ De optie om natuurlijke oevers aan te leggen in dit gebied is zeer aantrekkelijk. Het kanaal verbindt
De Masterplan-duinrellen kennen natuurvriendelijke oevers.
namelijk twee natuurgebieden met elkaar. ‘Natuurlijke oevers
Natuurvriendelijke oevers worden vrijer gelaten in hun
kunnen hier een brug slaan tussen beide gebieden door flora
begroeiing dan rechte oevers. Ook is de overgang van nat
en fauna een weg te geven om te bewegen tussen beide
naar droog minder abrupt doordat de oever is afgevlakt.
gebieden’, licht Van Zuilekom toe. Bovendien is de bergings-
Het resultaat is een geschikt leefmilieu voor planten die met
capaciteit die over een dergelijke lengte kan worden
hun voeten in het water staan, wat de waterkwaliteit op een
gewonnen aanzienlijk.
natuurlijke manier verbetert. Naast versterking van de natuur heeft een natuurvriendelijke oever ook nog een andere functie, namelijk die van waterberging. De afgevlakte oever 24
Hoogwaardige communicatie
Dit initiatief draagt bij aan • Waterconservering
Het beter benutten van bergingscapaciteit is ook onderdeel
• Kwaliteitsverbetering van het oppervlaktewater
van het Masterplan. Het Hoogheemraadschap start met de automatisering van 60 van haar 140 stuwen op Texel. Van
Meer weten?
Zuilekom: ‘De huidige stuwen kunnen niet snel reageren op
Kijk op de website van programmacoördinator
veranderende waterstanden doordat ze handmatig worden
Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier
bediend. Dat maakt dat je het watersysteem niet optimaal
www.hhnk.nl
kunt beheren.’ Wateroverlast ligt hierdoor op de loer.
Of mail naar
[email protected]
Het project ‘Slimme Stuwen’ op Texel gaat echter nog een
Of neem contact op met Kasper van Zuilekom, objectbeheer-
stapje verder. Na automatisering volgt het ‘slimmer maken
der integraal waterbeheer Hoogheemraadschap Hollands
van de stuwen’. Van Zuilekom licht toe: ‘De stuwen
Noorderkwartier, via telefoonnummer 072 582 75 23.
communiceren als het ware met elkaar om erachter te komen welke nog water kunnen ontvangen en welke water
Het Masterplan Water voor Texel is een initiatief van
moeten lozen. Zo wordt het maximale uit de bergings
• Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier
capaciteit gehaald. In serie geschakeld kunnen ‘slimme
• Provincie Noord-Holland
stuwen’ het waterpeil in een behoorlijk gebied regelen.’
• Gemeente Texel
Van Zuilekom benadrukt dat het ‘slimmer maken van de
Vertegenwoordigers van organisaties uit de agrarische sector,
stuwen’ voorzichtig moet worden aangepakt. Als er sprake is
de natuursector en de recreatiesector waren betrokken bij
van miscommunicatie tussen de stuwen kunnen in een gebied
de totstandkoming van het Masterplan en nemen eveneens
flinke problemen ontstaan met het waterpeil. ‘Het is dan ook
deel aan de uitvoering van de projectenprogramma’s.
van belang om eerst bekend te raken met de fijne kneepjes
Ook bewoners van het eiland hebben een stem.
van automatisering van de stuwen’, aldus Van Zuilekom.
Het project wordt mede mogelijk gemaakt door het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling, de Dienst Landelijk Gebied, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten.
25
26
Zoetwaterconservering op Zeeuwse kleigronden publiek
Initiatief
Pilotproject de Paal Locatie
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Zuidwestelijke delta Uitdaging
Efficiënt benutten van zoetwater onder druk van verzilting en zoetwatertekorten
In verschillende delen van Zeeland staat de beschikbaarheid van zoetwater onder druk. Naast neerslag zijn er in het gebied weinig andere zoetwaterbronnen. Bovendien raken deze bronnen onder invloed van de zee verzilt. Met name voor de landbouw in de zuidwestelijke delta vormt het gebrek aan een constante zoetwatertoevoer een probleem. Agrariërs staan samen met het waterschap voor de uitdaging om het beschikbare zoetwater zo goed mogelijk te benutten en tekorten tegen te gaan.
privaat
Water in eigen grond Eén van de mogelijkheden om zoetwatertekorten in de landbouw tegen te gaan is om zoetwater vast te houden binnen het eigen grondgebied, oftewel zoetwaterconservering op perceelniveau. Het Waterschap Zeeuws-Vlaanderen startte in 2005 samen met agrariërs een pilotproject - één van de eerste waterconserveringsprojecten op zwaardere grond in Nederland - waarin de effecten van zoetwaterconservering op perceelniveau worden gemeten. Agrariërs in het afwateringsgebied Paal hadden aangegeven zelf meer invloed te willen uitoefenen op het waterpeil binnen hun eigen perceel. Zij dienden een voorstel in dat gebaseerd is 27
op beïnvloeding van het peilbeheer door middel van kleine,
met achterliggende grondgebruikers. Hetzelfde geldt voor de
zelf te bedienen stuwen op en rond hun eigen grondgebied.
totstandkoming van de twee proefgebieden binnen het pilot-
Zo kunnen de agrariërs bij minimale regenval toch water in
project, de Absdalepolder en de Van Alsteinpolder. Voor elk
hun sloot houden. Het effect van oppervlaktewaterpeil
van de twee polders in de pilot is één persoon aangewezen
verhoging binnen het perceel door de stuwen kan doorwerken
als sleutelbewaarder van de stuw, die overleg voert met de
tot een afstand van 20 tot 100 meter van de slootkant,
deelnemers over het peilbeheer en nauw samenwerkt met het
afhankelijk van het bodemtype van het perceel. Hoe groter
waterschap. Daarnaast geeft het waterschap ondersteuning
de doorlatendheid van de bodem, des te verder in het perceel
in de vorm van tips en adviezen, bemiddelt het bij eventuele
is het effect van oppervlaktewaterpeilverhoging in de
conflicten over waterbeheer of grijpt zelf in bij calamiteiten.
grondwaterstand merkbaar. Het meest optimale voor de landbouw is om zo lang mogelijk een bolle grondwaterspiegel
Pilot stuwt voort
te behouden waar de gewassen met hun wortels in kunnen staan.
In 2009 zijn de eerste elf stuwen geplaatst in de twee proef gebieden binnen het afwateringsgebied Paal. De eerste
Zoetwaterconservering op perceelniveau zorgt er binnen
ervaringen zijn positief. In 2011 is er onderzoek gedaan naar
het pilotproject voor dat de grondwatervoorraad in het
de behoefte aan uitbreiding van het aantal stuwen Op basis
afwateringsgebied Paal wordt versterkt om een zo optimaal
daarvan wordt het pilotproject opgeschaald naar het hele
mogelijke waterhuishouding voor het gebied te bewerk
afwateringsgebied Paal. In overleg met alle grondgebruikers
stelligen. Dat vereist echter maatwerk. Bodemopbouw,
zijn er op nog eens 38 locaties stuwen geplaatst. Daarnaast
gewassoorten, weersomstandigheden, verkaveling en
wegen de ervaringen mee in het op te stellen beleid voor het
omgevingsfactoren spelen een rol bij het peilbeheer. Dit is
nieuwe Waterschap Scheldestromen dat per 2011 is ontstaan
voor ieder perceel anders. Bovendien worden de percelen
uit een fusie van de Waterschappen Zeeuws-Vlaanderen en
door elkaar beïnvloed. Succesvolle zoetwaterconservering
Zeeuwse Eilanden. Voor concrete effectmetingen is meer tijd
in het pilotproject vereist daarom een goede afstemming.
nodig; de pilot voorziet in een periode van monitoring van vijf jaar.
Het Waterschap Zeeuws-Vlaanderen heeft binnen de pilot het lokale waterbeheer uit handen gegeven aan de deelnemende agrariërs. Hierover zijn afspraken gemaakt die zijn vastgelegd in een handboek. Die afspraken zijn niet alleen tot stand gekomen in overleg met de deelnemende agrariërs, maar ook 28
Dit initiatief draagt bij aan • Zoetwaterconservering • Versterken van de grondwatervoorraad in het afwateringsgebied Paal • Versterken van de landbouwfunctie van kleigronden Meer weten? Neem contact op met Chantal Raes, beleidsmedewerker Waterbeheer bij Waterschap Scheldestromen, via telefoonnummer 088 246 15 20. Pilotproject de Paal is een initiatief van • Waterschap Scheldestromen (voorheen Waterschappen Zeeuws-Vlaanderen en Zeeuwse Eilanden) • De Zuidelijke Land- en Tuinbouw Organisatie • Agrariërs in de regio. Het project wordt mede mogelijk gemaakt door • De Europese Unie • De provincie Zeeland.
29
30
Zelfvoorzienend kweken publiek
Initiatief
Zelfvoorzienend gietwatersysteem bij kwekerij Bos & Hoogenboom
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Locatie
Boskoop (Zuid-Holland) Uitdaging
Gietwatersysteem voor boomkweek dat een constante groei en kwaliteit bevordert
Boomkwekerij Bos & Hoogenboom in Boskoop loopt mee voorop als het gaat om innovatieve water systemen die de productie en de kwaliteit van hun Rhodondendrons en Japanse Esdoorns beïnvloeden. Om aan de vraag van hun (internationale) afzetmarkt te kunnen voldoen, moeten Arjan Bos en Max Hoogenboom kunnen rekenen op een water- en voedingssysteem dat zorgt voor een constante kwaliteit van hun producten. Eén van de belangrijkste vereisten is dat het gietwater zoet is; de bomen van Bos & Hoogenboom kunnen niet tegen verzilt water. In een regio als Boskoop, waar het zoute grondwater via het zoete boezemwater omhoog komt, is het verkrijgen van zoetwater, zeker in perioden van droogte, een uitdaging.
privaat
Innovatief gietwater Bos & Hoogenboom hebben daarom bij de uitbreiding van hun bedrijf gekozen voor een zelfvoorzienend systeem voor gietwater. Regenwater dat na beregening overblijft, wordt opgevangen in drainagegoten vol lavakorrels. Een UV-installatie ontsmet het drainagewater om het risico op eventuele ziekten te verkleinen. Vervolgens kan het ontsmette drainagewater worden hergebruikt als gietwater. Het systeem werkt zowel water- als kostenbesparend. Het drainagewater bevat namelijk nog kostbare nutriënten die zonder hergebruik van het water verloren zouden gaan. Naast hergebruik werkt de kwekerij ook aan een zo efficiënt mogelijke inzet van gietwater. In 2007 namen Bos & Hoogenboom 31
deel aan een pilotgroep voor een onderzoek van de kennis
Dobbe is in 2010 gestart met een pilotproject voor de herinrichting
instelling Praktijkonderzoek Plant en Omgeving (PPO) van de
van een afgebakend agrarisch gebied rondom Boskoop. In 2012
Universiteit van Wageningen. Het betrof een onderzoek naar
moet hier een watercoöperatie gerealiseerd zijn. Het plan, dat
de werking van een weeggoot voor de boomkwekerij die is
tot stand kwam met een grote inbreng van ondernemers, ligt
ontwikkeld door Broere Beregening, een leverancier Bos &
er al. Een van de onderdelen van de pilot is de realisatie van een
Hoogenboom.
duurzaam opererend tuinderscluster.
Met de weeggoot wordt de waterafgifte bepaald op basis van
Gebiedsontwikkeling draait hier om schaalvergroting, zelf
gewicht, in plaats van - zoals gebruikelijk was - op basis van
voorzienendheid en duurzaamheid. Binnen de pilot werkt de
de stralingssom. Met behulp van druksensoren wordt het
gemeente samen met het waterschap. Beiden hechten grote
waterverlies gemeten. Wanneer de bomen behoefte hebben
waarde aan het duurzaam gebruik van zoetwater binnen het
aan aanvullend water, geven de sensoren een signaal af aan
gebiedsontwikkelingsproject. Dobbe erkent dat duurzaamheid
de procescomputer en kan beregening in gang worden gezet.
in moeilijke economische tijden niet altijd prioriteit nummer
Inmiddels is deze vorm van bewatering binnen kwekerij
één is bij ondernemers. Volgens hem kan clustervorming echter
Bos & Hoogenboom met succes doorgevoerd. De kwekerij
uitkomst bieden. Het schaalvoordeel van het pilotproject
past het zowel toe bij het druppelsysteem voor de
maakt de rendabiliteit van een systeem als dat bij Bos &
Rhodondendrons als bij de overhead bewatering van de
Hoogenboom nog groter, terwijl de financiële investering
Esdoorns.
wordt gedeeld door meerdere ondernemers.
Kansen op grotere schaal
Dit initiatief draagt bij aan • Zelfvoorzienendheid
De toepassing van technologische innovatie door Bos &
• Efficiënt watergebruik
Hoogenboom inspireerde Vincent Dobbe, projectleider bij de
• Hergebruik van water
gemeente Boskoop, bij zijn bezoek aan de kwekerij in juni 2011. ‘Geweldig om te zien hoe ambachtelijk vakmanschap hier hand in hand gaat met innovatieve technologieën voor duurzaam gebruik van water’, zo blikt hij terug.
32
Meer weten? Neem contact op met Arjan Bos van Kwekerij Bos & Hoogenboom, via telefoonnummer 0172 21 25 33. Of kijk op www.broereberegening.nl. Vincent Dobbe, projectleider bij de gemeente Boskoop, is bereikbaar via telefoonnummer 06 81 49 91 71. Het systeem dat Bos & Hoogenboom in gebruik heeft, werd ontwikkeld en aangelegd door Broere Beregening, gevestigd in Waddinxveen.
33
34
Stadswater in beweging publiek
Initiatief
Project ‘Slim meten, slim doorspoelen’ Locatie
Amsterdam
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Uitdaging
Efficiënt doorspoelen van de Amsterdamse grachten privaat
Van oudsher zijn de Amsterdamse grachten beeld bepalend voor de stad en worden ze intensief gebruikt. Voor ontwatering van de stad, afvoer van afval(water) en als mobiliteitsmiddel toen, en een unieke plek om aan te wonen en te recreëren nu. Dit gebruik brengt echter ook vervuiling met zich mee. Om typisch deltastedelijke problemen als stankoverlast en een te laag zuurstofgehalte in het water te beperken, is een goede doorspoeling van de grachten nodig. Sinds het verdwijnen van het getij brengt Waternet (de uitvoerende organisatie van de gemeente Amsterdam en het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht) de grachten in Amsterdam in beweging.
In de jaren tachtig spoelde Waternet de grachten nog iedere nacht door, met water uit het IJmeer. Na een relatief late aansluiting van de Amsterdamse binnenstad op het rioleringsnet in 1987 kon de doorspoel frequentie omlaag naar de huidige frequentie: tenminste vier keer per week in de zomer en twee keer per week in de winter, afhankelijk van de gemeten zuurstofgehalten.
Kwaliteitsverbetering Vergaande verbetering van de waterkwaliteit kan ervoor zorgen dat de doorspoelfrequentie van de grachten nog verder omlaag kan. Waternet werkt hard aan deze kwaliteitsverbetering. De waterzuiveringen in de omgeving zijn al sterk 35
verbeterd, waardoor het zoete water dat door de grachten
Verantwoord doorspoelen
stroomt zelf al van hogere kwaliteit is. Ook worden lozingen steeds verder aan banden gelegd. Vergunningen voor bedrijfs-
Het project is gestart vanuit de doelstelling om de water
lozingen zijn strenger geworden en de ambitie is om woon
kwaliteit van het grachtenwater te verbeteren.
boten, met hun lozingen van huishoudelijk afvalwater, in 2015 allemaal op de riolering te hebben aangesloten.
‘Echter’, zo stelt projectleider Marie-Josée Leloup van Waternet, ‘kwaliteitsverbetering maakt een lagere doorspoelfrequentie
Het komt nu aan op de kleine dingen. Maarten Ouboter,
mogelijk, wat de vraag naar zoetwater voor het doorspoelen
watersysteemdeskundige bij Waternet, omschrijft het proces
verkleind’. Per doorspoeling gaat er namelijk zo’n 240 duizend
van kwaliteitsverbetering als volgt: ‘Het is als een deur die nog
kuub IJmeerwater door het Amsterdamse grachtenstelsel.
net op een kier staat waardoor het tocht; we moeten de sleutel
Na doorspoeling wordt het water geloosd op het brakke
vinden om hem dicht te doen’.
oppervlaktewater van het IJ en daarmee gaat het zoetwater verloren. Naast waterbesparing brengt een verlaging van de
Het vinden van de sleutel gaat sneller als je weet waar je moet
doorspoelfrequentie ook een energiebesparing met zich mee.
zoeken. Om te bepalen waar lokale kwaliteitsverbetering van
Het gemaal dat het doorspoelwater uit het IJmeer pompt is een
het water mogelijk is, moet Waternet de huidige situatie in
energievreter. Voor één doorspoeling moet het gemiddeld vijf
kaart brengen. Met mobiele meetapparatuur op een inspectie-
uur pompen.
boot worden op allerlei plekken het zuurstofgehalte, de herkomst van het water en de watervervuiling gemeten. De
Tot slot is er met een lagere doorspoelfrequentie (nog) een
metingen laten na analyse zien waar de waterkwaliteit relatief
kostenbesparing te behalen. Voor één doorspoeling moeten er
slecht is. Vervolgens kan de oorzaak hiervan makkelijker
tien sluizen handmatig worden opengezet. Omdat het door-
worden opgespoord en waar mogelijk aangepakt.
spoelen van de grachten ’s nachts plaatsvindt, zijn dit kostbare manuren.
Uniek aan het project ‘Slim meten, slim doorspoelen’ is het feit dat naast afgestelde apparatuur op vaste plekken ook mobiele
Deze vooruitzichten maken ‘Slim meten, slim doorspoelen’ een
apparatuur is ingezet. Dit geeft een breder beeld van de
aantrekkelijk project voor de Amsterdamse binnenstad.
situatie. Daarnaast is de meetapparatuur uitgerust met
Volgens Leloup hoeven de voordelen niet beperkt te blijven tot
technologie die wordt gebruikt in de drinkwatersector. Deze
Amsterdam. Ook andere deltasteden en waterschappen
sector staat bekend om zeer verfijnde kwaliteitsmetingen met
kunnen hun voordeel doen met de in het project toegepaste
technologie van de bovenste plank.
technologie om de waterkwaliteit gericht te kunnen meten.
36
In 2011 vonden in Amsterdam de metingen en de analyse plaats. In 2012 kunnen de eerste gerichte acties van waterkwaliteitsverbetering volgen. Dit initiatief draagt bij aan • Efficiënt watergebruik • Innovatie van meettechnieken • Kwaliteitsverbetering van het oppervlaktewater Meer weten? Neem contact op met projectleider Marie-Josée Leloup of watersysteemdeskundige Maarten Ouboter, beiden werkzaam bij Waternet, via telefoonnummer 0900 9394. ‘Slim meten, slim doorspoelen’ is een initiatief van Waternet, in opdracht van de gemeente Amsterdam en Waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Het project wordt mede mogelijk gemaakt door Advies- en ingenieursbureau Witteveen + Bos.
37
38
Compensatie in water / Balans door infiltratie
publiek
Initiatief
Infiltratie project Epe Locatie
Epe (Veluwe)
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Uitdaging
Compensatie van negatieve effecten van drinkwaterwinning op het lokale water huishoudingssysteem
Schoon drinkwater is een eerste levensbehoefte en van groot belang voor de volksgezondheid. In de Nederlandse drinkwatervoorziening staat de levering van voldoende drinkwater van goede kwaliteit dan ook voorop. De bronnen voor drinkwaterwinning zijn echter niet onuitputtelijk en een te grote beslaglegging op deze bronnen kan negatieve gevolgen hebben voor de waterhuishouding in het waterwinningsgebied. Zoals in Epe, waar het drinkwaterproductiebedrijf van Vitens jaarlijks 4,5 miljoen kubieke meter grondwater aan de bodem moet onttrekken om in de regionale drinkwaterbehoefte te kunnen voorzien. Mede hierdoor is het grondwaterpeil in de omgeving gedaald en raken natuurgebieden verdroogd.
privaat
Drinkwaterbedrijven zoals Vitens zoeken daarom naar duurzame innovatieve oplossingen om de drinkwaterbronnen nu en in de toekomst veilig te stellen en daarbij belasting van het milieu zoveel mogelijk te voorkomen. Vitens nam in 1998 het initiatief voor een infiltratieproject nabij de drink waterwinning in Epe. Door overtollig beekwater in de regio op te vangen en vervolgens in de bodem te laten infiltreren hoopt Vitens het grondwaterpeil positief te beïnvloeden en zo uiteindelijk de grondwater onttrekking in zijn geheel te compenseren.
39
Infiltratie geregeld
Er is niet altijd sprake van maximaal toegestane inname en infiltratie. Het succes is erg afhankelijk van de hoeveelheid
In de winterperiode is er op de Veluwe door veel neerslag en
neerslag in de toegestane innameperiode. Sinds 1998 is er
weinig verdamping in de regel sprake van overtollig opper
sprake van een gemiddelde infiltratie van 1,5 miljoen kubieke
vlaktewater. Vitens heeft een vergunning verkregen om dit
meter water, terwijl de toegestane hoeveelheid op 2,2 miljoen
overtollige water aan de monding van de Klaarbeek op te
kuub ligt.
vangen, met als uiteindelijk doel om het in het gebied rondom de drinkwaterwinning terug in de bodem te laten infiltreren.
Terreinwinst voor infiltratie
Aan de inname en infiltratie van het water zijn eisen verbonden.
Het project is over het algemeen toch succesvol te noemen.
Bij de inname is het belangrijk dat de natuurlijke zomer- en
De infiltratie heeft een positief effect op de grondwaterstanden
winterafvoer van de Klaarbeek gewaarborgd blijft. Het water-
in de omgeving van het drinkwaterproductiebedrijf. Om de
peil van de beek mag nooit door de invloed van waterinname
verdroging van natuurgebieden tegen te gaan, zijn nog wel
door Vitens tot onder het streefpeil dalen. Om dit te voorkomen
aanvullende ruimtelijke maatregelen nodig. Het water loopt
is er sprake van een maximaal in te nemen hoeveelheid water
nu nog te makkelijk weg via beken en sloten in plaats van dat
en mag inname alleen plaatsvinden in de periode tussen
er extra kwel wordt gecreëerd. Hierdoor wordt het effect van
september en mei.
infiltratie voor een deel teniet gedaan.
Daarnaast is de waterkwaliteit van belang. Infiltratie mag niet
Vitens streeft naar volledige compensatie van de effecten van
voor vervuiling van de omgeving zorgen. Een Early Warning
grondwaterwinning in Epe in 2015. Daarvoor is uitbreiding van
System voorkomt dat er vervuilt water wordt ingenomen.
het project nodig.
Dit systeem meet constant een aantal kwaliteitsparameters en zorgt ervoor dat inname wordt stopgezet zodra er een
Dit initiatief draagt bij aan:
afwijkende waarde wordt geregistreerd. Ook bij de daad
• Waterconservering
werkelijke infiltratie worden er maatregelen genomen die
• Natuurbehoud
vervuiling tegengaan. Zo worden de infiltratievijvers tussen
• Versterken van de natuurlijke waterhuishouding op de
infiltratieperioden door ontdaan van de laag ijzerhoudend slib die daar achterblijft.
40
Veluwe
Meer weten? Neem contact op met Jolijn van Engelenburg, senior adviseur grondstof bij Vitens, via telefoonnummer 088 884 8475 of kijk op www.vitens.nl. Het infiltratieproject Epe is een initiatief van Drinkwaterbedrijf Vitens. Het project wordt mede mogelijk gemaakt door • Provincie Gelderland (vergunning voor infiltratie), • Waterschap Veluwe (vergunning voor inname).
41
42
Klimaatbestendig waterbeheer publiek
Initiatief
Landbouw op Peil Locatie
Oost-Nederland
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Uitdaging
Landbouw en waterbeheer in een veranderend klimaat privaat
Het gebied ten oosten van de Rijn bestaat voornamelijk uit hoog gelegen, vrij afwaterende zandgronden. Het grondgebruik is hoofdzakelijk landbouw. Dit gebied wordt gekenmerkt door een intensief netwerk van (detail)ontwatering zoals beken, sloten, kanalen en buisdrainage. De zandgronden nemen makkelijk regenwater op, maar kunnen het water vanwege het ontwateringsnetwerk moeilijk vasthouden. De grondwaterstanden in het gebied schommelen sterker dan in de peilbeheerste gebieden, zoals in West-Nederland.
gestuurd, dat deze optimaal waren voor landbouw. Door klimaatverandering staat deze methode onder druk. Perioden van extreme regenval en lange droogte komen steeds vaker voor. Ze zorgen voor grotere en frequentere peilschommelingen en veroorzaken wateroverlast of watertekorten. Hierdoor neemt de landbouwopbrengst af.
Klimaatverandering in het klein Waterbeheerders en agrariërs in Oost-Nederland slaan de
Voor de landbouw is deze wisselende vochtvoorziening een uitdaging. Een goede oogst hangt af van een constante grondwatertoevoer naar de wortels van de verbouwde gewassen. Tot voor kort werden het oppervlaktewaterpeil en de grondwaterstand zo
handen ineen om samen voor een goed evenwicht te zorgen in het vasthouden en beheerst afvoeren van water. Deze samen- werking krijgt vorm in het project Landbouw op Peil. Het samen- werkingsverband bestaat uit waterschappen, provincies, LTO-Noord, het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw 43
en Innovatie en 15 individuele agrariërs uit het gebied. Binnen
Zo werd gekeken naar mogelijkheden om het vochtvasthoudend
het project onderzoeken zij de effecten van klimaatverandering
vermogen van de bodem te vergroten en werd grondbewerkings-
op perceelniveau. Dit moet leiden tot duurzame maatregelen
advies gegeven. Hierdoor verbetert de bodemstructuur en kan
die watersystemen klimaatbestendig maken en de landbouw-
de bodem beter vocht opnemen of vasthouden. Door gewassen
functie van zandgronden versterken.
voldoende af te wisselen wordt slim gebruik gemaakt van het beschikbare bodemvocht en voedingsstoffen. Maatregelen in
Samenwerken vereist wederzijds begrip. Binnen Landbouw op
het watersysteem zorgen ervoor dat het water niet te snel
Peil vinden waterbeheerders (hydrologen) en agrariërs elkaar.
wordt afgevoerd in natte perioden, maar wordt opgeslagen
Beide partijen zijn bereid om naar elkaar te luisteren. Dat
of langzaam geïnfiltreerd in de grond. Zo blijft meer water
draagt bij aan constructief onderzoek en het vinden van
beschikbaar tijdens perioden van relatieve droogte. Andere
creatieve duurzame oplossingen voor de negatieve effecten
maatregelen zijn bijvoorbeeld peilgestuurde drainage en
van klimaatverandering.
nieuwe technieken voor beregening.
De oplossingen worden onderzocht in een aantal pilotprojecten
In de tweede fase van het project worden de maatregelen uit
bij 15 deelnemende landbouwbedrijven in het oostelijke
de bedrijfswaterhuishoudingsplan uitgevoerd. Deze fase is
zandgebied. Het betreft zowel veetelers, akkerbouwers als
eind 2011 gestart. De effecten van de uitvoering van de maat-
ook gemengde bedrijven.
regelen worden gedurende een periode van twee jaar gemeten en geregistreerd. De uitvoering en de monitoring van de
In fase één (2011) van Landbouw op Peil werd voor de 15 bedrijven
maatregelen geven op termijn inzicht in de effectiviteit van
een bedrijfswaterhuishoudingsplan op maat gemaakt. Hierin
maatregelen op lokale schaal.
worden de actuele gegevens van het bedrijf beschreven, aan- gevuld met informatie over het watersysteem, het klimaat, de
Samenwerking op lokale en regionale schaal
bodemsituatie, de omgevingsfactoren en de bedrijfsresultaten. Ook is gekeken naar de toekomstige omstandigheden van de
De resultaten van dit project zijn nuttig op verschillende
bedrijven onder invloed van klimaatverandering. Op basis van
schaalniveaus. Voor de 15 deelnemende bedrijven levert het
dit bedrijfswaterhuishoudingsplan zijn gerichte maatregelen en
informatie op over bodemgebruik, teelttechniek en het
teelttechnieken op maat voorgesteld, die zorgen voor een zo
verbeteren van de landbouwopbrengst in relatie tot klimaat-
optimaal mogelijke waterhuishouding en toekomstbestendige
verandering. Bewustwording van klimaatverandering zorgt
gewasopbrengst. De maatregelen hebben betrekking op de
voor een grote creativiteit en inventiviteit van de agrarische
bodem, de gewassen en het watersysteem van het bedrijf.
sector.
44
Voor de waterschappen en de provincies levert het project een schat aan informatie op over de samenhang tussen
• Versterking van het begrip over en weer tussen water beheerders en (agrarische) grondgebruikers.
landbouwkundige en waterhuishoudkundige maatregelen en de kansrijkheid en toepasbaarheid van deze maatregelen.
Meer weten?
Daarbij zal wel de slag gemaakt moeten worden van lokale
Kijk op de projectwebsite: www.landbouwoppeil.nl
schaal naar regionale schaal. Wat lokaal kansrijk lijkt, zal
Of neem contact op met Jantine Langenhof, projectleider
getoetst moeten worden aan de inpasbaarheid van het
Landbouw op Peil bij het Waterschap Regge en Dinkel. Zij is
regionale waterbeheer. Een interessante stap waarbij het
bereikbaar per e-mail op
[email protected] of via telefoon-
niet alleen gaat om de praktische inpasbaarheid, maar ook
nummer 0546 83 25 02.
om de afstemming met andere doelen dan landbouw. Naast deze ‘harde’ resultaten levert het project ook waarde-
Landbouw op Peil is een initiatief van
volle, meer ‘zachte’ resultaten op: de nodige samenwerkings-
• Het Waterschap Reest en Wieden
verbanden zijn opgebouwd en de nodige kennis is en wordt
• Het Waterschap Regge en Dinkel
onderling uitgewisseld. De resultaten kunnen direct worden
• Het Waterschap Rijn en IJssel
gebruikt in het onderzoek van de drie provincies en zes
• Het Waterschap Velt en Vecht
waterschappen voor het projectgebied, inclusief het gebied
• Het Waterschap Groot Salland
van het Waterschap Veluwe, waarbij op regionale schaal de
• De provincie Overijssel
watervoorziening wordt onderzocht (project Zoetwater
• De provincie Drenthe
voorziening Oost-Nederland). Dit in aansluiting op het
• De provincie Gelderland
Deltaprogramma Zoetwater van het Deltaprogramma.
• De landbouworganisatie LTO-Noord • Het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
Dit initiatief draagt bij aan:
• Agrariërs in de regio.
• Vergroting van kennis van de lokale waterhuishouding en de gevolgen van klimaatverandering • Efficiënt watergebruik op lokale en regionale schaal
Het project wordt mede mogelijk gemaakt door • De Europese Unie.
• Verbetering van het waterbeheer in de regio Oost-Nederland • Versterking van de landbouwfunctie voor hoger gelegen vrij afwaterende zandgronden • Samenwerking tussen overheden onderling en tussen overheden en maatschappelijke organisaties
Betrokken adviesbureaus: • Adviesbureau Aequator • Livestock (Universiteit Wageningen) • Adviesbureau De Bakelse Stroom. 45
gewas grond waterpeil
traditioneel
46
stuwconstructie drainage gewas grond sloot
waterpeil hoofdbuis kleine buizen
peilgestuurd
Peil in eigen hand publiek
Initiatief
Verdrogingsbestrijding Nationaal Park De Groote Peel Locatie
Nationaal Park De Groote Peel, Noord-Brabant/Limburg
vraag faciliteren
aanbod accepteren
Uitdaging
Een balans vinden in de waterhuishouding die nodig is voor natuur en omliggende landbouwgronden
Hoogveengebied De Groote Peel op de grens van Noord-Brabant en Limburg wordt bedreigd met het afsterven van haar karakteristieke hoogveenmos. De twee belangrijkste oorzaken daarvan zijn te lage grondwaterpeilen in en om het hoogveengebied en het verstoren van de zuurgraad van het mos door contact met kalkrijk Maaswater. Aan weerszijden van de provinciegrens wordt hard gewerkt aan herstel van het hoogveengebied. De grootste uitdaging hierbij is het vinden van een balans in de waterhuishouding van het hoogveengebied en die van de omliggende landbouwgronden.
privaat
Baas op eigen perceel Vanwege de wisselwerking met de omliggende landbouwgronden kan het grondwaterpeil in De Peel niet zomaar worden verhoogd. Dit kan leiden tot vernatting van het land en schade toebrengen aan gewassen. Het Waterschap Aa en Maas is daarom in april 2011 samen met twee melkveehouders uit de omgeving van De Peel gestart met een pilotproject. In het project delen het waterschap en de landbouwers de verantwoordelijkheid voor het peilbeheer. Binnen de pilot zet het waterschap de waterpeilen in haar eigen waterlopen in en rondom De Peel op een hoger niveau. Om te voorkomen dat er wateroverlast ontstaat op de landbouwgronden hebben de agrariërs de beschikking over 47
een middel om het grondwaterpeil op de eigen grond te
hanteren dan is voorgeschreven. Mocht het echter nodig zijn
beheren: peilgestuurde drainage. Anders dan bij conventionele
om toch het winterpeil te hanteren bij extreem natte zomers,
buisdrainage is er hier geen sprake van een vast afwaterings-
dan is daar over te praten. In overleg kan er veel’.
niveau. De landbouwer kan het afwateringsniveau - tot op zekere hoogte - zelf instellen en daarmee afstemmen op
Nieuw Limburgs Peil
diverse omgevingsfactoren. Ook aan de andere kant van de provinciegrens, in Limburg, Gerard Geboers is één van de deelnemende agrariërs binnen
vinden proeven plaats met peilgestuurde drainage, zoals in
de pilot. Geboers zag de mogelijke voordelen van peilgestuurde
Ospel. Hier worden verschillende vormen van drainage naast
drainage: ‘Het conventionele drainage systeem hier is meer
elkaar uitgevoerd en worden de positieve effecten voor de
dan 20 jaar oud en gericht op het zo snel mogelijk afvoeren
landbouw gemeten. Er wordt getest op groeiomstandigheden,
van water om wateroverlast te voorkomen. Het systeem
het verloop van het gehalte aan bodemvocht en de kwaliteit
werkte goed, misschien zelfs iets te goed. We hebben hier
van het ondiepe grondwater. De proeven maken onderdeel uit
soms meer last van verdrogingsverschijnselen dan van
van het beleid ‘Nieuw Limburgs Peil’ van het Waterschap Peel
vernatting’.
en Maasvallei en de provincie Limburg. Dit beleid is gericht op het tegengaan van verdroging in natuur en landbouw.
Peilgestuurde drainage werkt met drains die zijn aangesloten
Inmiddels is het in Limburg verboden om bij vervanging van
op één verzameldrain, in tegenstelling tot conventionele
drainagesystemen nog gebruik te maken van conventionele
drainage, waarbij de afzonderlijke drains uitmonden in een
buisdrainage. Peilgestuurde drainage is de nieuwe standaard.
sloot. De verzameldrain komt uit in een verzamelput, waar de agrariër het gewenste grondwaterpeil kan instellen. Binnen de
Hay Geurts uit America, Limburg, liet in 2008 een systeem
pilot kan het grondwaterpeil worden ingesteld op maximaal
van peilgestuurde drainage aanleggen op één van zijn akkers
70 centimeter beneden maaiveld. Bij conventionele drainage
met aardappelplanten. Hij deed zelf onderzoek naar de
ligt het afwateringsniveau vaak tussen de 80 en 120 centimeter
mogelijkheden van infiltratie via de drains. Op de akker
beneden maaiveld.
met peilgestuurde drainage liet hij water infiltreren tot 50 centimeter beneden maaiveld. Een aangrenzende akker
Geboers: ‘Met het waterschap zijn goede afspraken gemaakt
liet hij vrij van infiltratie maar paste er wel dezelfde verzorging
over peilbeheer. Zij beheren de stuwen, ik de verzamelput.
toe. Het resultaat is voor Geurts duidelijk: ‘De planten waarbij
Aan de peilniveaus zijn perioden verbonden. Maar ik denk dat
wel water was aangevoerd bleken een halve kilo aardappelen
wij zelf nog een stapje verder gaan en veel vaker het zomerpeil
per struik meer op te leveren dan die waarbij geen infiltratie
48
was toegepast. Per hectare is dat een opbrengstverschil van
Peilgestuurde drainage heeft niet alleen voordelen voor
20.000 kilo.’
landbouwers. Het levert mogelijk op de langere termijn ook de gewenste effecten op om verdroging van De Peel tegen te
Win-win situatie
gaan. Door het verhogen van het grondwaterpeil in De Peel en in de omgeving kan de natuur het water langer vasthouden
Peilgestuurde drainage biedt landbouwers een aantal
en neemt de kans op verdroging af. Ook hoeven landbouwers
voordelen. Het grootste voordeel is dat water langer kan
minder grondwater te onttrekken voor beregening, wat leidt
worden vastgehouden als het grondwaterpeil iets hoger
tot een grotere watervoorraad voor de natuur. In de ketting
wordt ingesteld dan bij conventionele drainage. Het grond
reactie van gevolgen zorgt dit er op haar beurt voor dat er op
water mag dan meer stijgen dan bij conventionele drainage en
het Limburgse grondgebied minder kalkrijk Maaswater hoeft
wordt daardoor minder snel afgevoerd. Zo ontstaat er een
te worden ingelaten in het natuurgebied.
buffer voor droge perioden. Mocht het grondwater toch te ver weg zakken, dan is infiltratie van water uit de omgeving
Bronvermelding quotes
mogelijk via de drains. Het kostbare en arbeidsintensieve
http://www.youtube.com/watch?v=1JQUknRoEjU
proces van beregening is daardoor minder snel nodig.
(peilopzet in combinatie met peilgestuurde drainage)
Bovendien zorgt het vasthouden van het water ervoor dat
http://www.youtube.com/watch?v=zOS3Vr73Liw
de gewassen zo lang mogelijk de tijd krijgen om te groeien.
(waterconservering)
Ook de waterkwaliteit neemt toe door toepassing van
Dit initiatief draagt bij aan
peilgestuurde drainage. Door het water langer vast te houden
• Zoetwaterconservering
(waterconservering) wordt er minder water afgevoerd en
• Natuurbehoud
daarmee ook minder voedingsstoffen als nitraat en fosfaat. Meer weten? Directe landwinning is een derde voordeel. De afwaterings-
Neem contact op met Albert Vrielink van het Waterschap Aa
sloot midden in het perceel van Hay Geurts kon worden
en Maas via telefoonnummer 073 61 58 230 of met Jaques
gedempt na de aanleg van peilgestuurde drainage. Geurts:
Peerboom van het Waterschap Peel en Maasvallei via
‘Dit betekent dat we nu één perceel hebben van 14 hectare,
telefoonnummer 077 38 91 111.
een grote plus voor het bedrijf’.
49
De pilot Groote Peel is een initiatief van
Nieuw Limburgs Peil is een initiatief van
• Het Waterschap Aa en Maas
• Het Waterschap Peel en Maasvallei
• De provincie Noord-Brabant
• De provincie Limburg
De partners zijn
De partners zijn
• Het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en
• Het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie
Innovatie
• De bestuurscommissie Peelvenen
• Alterra, kennisinstituut van de WUR
• De reconstructiecommissie De Peel
• PPO, kennisinstituut van de WUR
• De Dienst Landelijk Gebied
• STOWA
• De gemeente Asten • Staatsbosbeheer • ZLTO Asten • De werkgroep Behoud De Peel
50
51
Colofon Vormgeving
CO3
Fotografie
Theo Bos, Beeldbank, A.H.F. (Acronius) Kramer, Elan Producties in Wierden
Druk
KDR Company
2
Het Deltaprogramma is een nationaal programma. Rijksoverheid, provincies, gemeenten en waterschappen werken hierin samen met inbreng van de maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven. Het doel is om Nederland ook voor de volgende generaties te beschermen tegen hoogwater en te zorgen voor voldoende zoet water. Het Deltaprogramma kent negen deelprogramma’s: • Veiligheid • Zoetwater • Nieuwbouw en Herstructurering • IJsselmeergebied • Rijnmond-Drechtsteden • Zuidwestelijke Delta • Rivieren • Kust • Waddengebied www. delta-programmazoetwater.nl www.rijksoverheid.nl/deltaprogramma
Dit is een uitgave van Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Postbus 20904 | 2500 EX Den Haag
Juni 2012