Bestemmingsplan Heeg V A S T G E S T E L D

Be s te m mi ng s p l an He e g

V AS T G ES T EL D

Be stemming s plan Heeg

VASTGESTEL D

Inhoud

Toelichting + bijlagen Regels + bijlagen Verbeelding

26 mei 2011 Projectnummer 285.00.07.31.00

O v e r z i c h t s k a a r t

T o e l i c h t i n g

285.00.07.31.00.toe

I n h o u d s o p g a v e

1

Inleiding

2

Bestaande situatie

7

2.1

Functionele karakteristiek van Heeg

7

2.2

Ruimtelijke karakteristiek van Heeg

10

2.2.1

Algemeen

10

2.2.2

Binnen het beschermd dorpsgezicht

12

2.2.3

Buiten het beschermd dorpsgezicht

15

2.2.4

Rijksmonumenten en karakteristieke bebouwing

19

3

4

5

Beleid

21

3.1

Beleidskader

21

3.2

Nadere uitwerking Beleidskader

21

3.2.1

Provinciaal beleid

21

3.2.2

Gemeentelijk beleid

24

Milieuaspecten

31

4.1

Randweg

31

4.2

Wegverkeerslawaai

31

4.3

Industrielawaai

32

4.4

Hinder van bedrijven

32

4.5

Externe veiligheid

35

4.6

Ecologie

36

4.7

Archeologie

36

4.8

Water

39

4.9

Luchtkwaliteit

40

4.10

Bodem

40

Planbeschrijving

43

5.1

Functioneel beleid

43

5.1.1

Wonen

43

5.1.2

Voorzieningen

43

5.1.3

Bedrijvigheid

44

5.1.4

Recreatie

5.2 6

5

Ruimtelijk beleid

Juridische toelichting

44 45 47

6.1

Bestemmingsplanprocedure

47

6.2

Juridische vormgeving

48

6.2.1

Algemeen

48

6.2.2

Afstemming op andere wetten en verordeningen

48

6.2.3

Plansystematiek

48

285.00.07.31.00.toe

6.2.4 7

Afzonderlijke bestemmingen

52

Uitvoerbaarheid

55

7.1

Economische uitvoerbaarheid

55

7.2

Maatschappelijke uitvoerbaarheid

55

7.2.1

Overleg

55

7.2.2

Inspraak

56

Bijlagen

285.00.07.31.00.toe

I n l e i d i n g

De Wet ruimtelijke ordening stelt dat om de tien jaar bestemmingsplannen

AANLEIDING

vernieuwd dienen te worden. Nieuw beleid van hogere overheden, maar ook nieuwe ontwikkelingen binnen het plangebied kunnen op deze manier actueel worden gehouden in het ruimtelijke beleid van de gemeente. De functionele- en ruimtelijke situatie en de eventuele ontwikkelings-mogelijkheden worden in de planherziening volgens de huidige beleids-inzichten vertaald. Het doel van dit bestemmingsplan is voorzien in een beleidsregeling voor het dorp Heeg, met uitzondering van de bedrijven-terreinen DraeisleatOsinga-huzen en De Skou, het baggerdepot Gouden Bodem, Heeg-Randweg en het recreatiegebied Oer de Graft. Ontwikkelingen zoals een uitbreiding van het dorp voor woningen of bedrijven zijn in dit plan niet aan de orde. Eventuele nieuwe ontwikkelingen worden middels een nieuw bestemmingsplan of door een projectbesluit op basis van artikel 3.10 Wro gerealiseerd. Er zijn gemeentelijke plannen voor de (her)ontwikkeling van een drietal locaties in het plangebied. Het betreft de voormalige locatie van de basisschool It Wrâldfinster aan de Hollingerstrjitte, de voormalige locatie van de Sint Jozefschool aan de Harinxmastrjitte en de locatie van de woonuitbreiding Tsjerkesleat aan De Skatting. Voor de locatie It Wrâldfinster is de planologische procedure afgerond. Voor de locatie van de St. Jozefschool aan de Harinxmastrjitte is een externe partij initiatiefnemer. Voor de locatie woonuitbreiding Tsjerkesleat zijn de gemeentelijke kaders vastgesteld. Omdat voor de laatste twee locaties nog definitieve besluitvorming plaats moet vinden worden deze de gronden van deze twee locaties conform het huidige planologische gebruik bestemd en tevens voorzien van de aanduiding "ontwikkelingslocatie". Indien de planologische procedures voor genoemde gebieden zijn afgrond vóór de vaststelling van dit bestemmingsplan, zullen deze worden opgenomen in onderhavig bestemmingsplan. Heeg-Randweg is niet meegenomen in het plan, omdat dit plan recent onherroepelijk is geworden. De gemeente streeft naar een eenduidig ruimtelijk beleid. In deze zin wordt gestreefd naar planregels voor de dorpen in de gemeente die sterke overeenkomsten hebben. Deze zijn eenvoudig opgesteld, zodat ze heldere richtlijnen geven voor het gebruik van de gronden en gebouwen en voor de bebouwingsmogelijkheden van de gronden.

285.00.07.31.00.toe - Bestemmingsplan Heeg - 26 mei 2011

5

PLANGEBIED

Het plangebied voor het onderhavige plan is aangegeven op de kaart voorafgaand aan deze toelichting. Het plangebied omvat zoals gezegd het dorp Heeg, met uitzondering van de bedrijventerreinen Draeisleat-Osingahuzen en De Skou, het baggerdepot Gouden Bodem, het recreatiegebied Oer de Graft en Heeg-Randweg.

HERZIENING

Het plan vormt een herziening van: -

het Dorpsvernieuwingsplan Heeg-Kom, vastgesteld door de gemeenteraad op 17 december 1991 en (gedeeltelijk) goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 25 mei 1992. De "houdbaarheidsdatum" van dit plan is bij besluit van Gedeputeerde Staten van 5 september 2006 verlengd tot 31 december 2010;

-

het bestemmingsplan Heeg-Recreatie, vastgesteld door de gemeenteraad op 18 januari 1994 en (gedeeltelijk) goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 8 augustus 1994. De "houdbaarheidsdatum" van dit plan is bij besluit van Gedeputeerde Staten van 5 september 2006 verlengd tot 31 december 2010;

-

het bestemmingsplan Heeg Passantenhaven, vastgesteld door de gemeenteraad op 29 augustus 1995 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 20 december 1995. De "houdbaarheidsdatum" van dit plan is bij besluit van Gedeputeerde Staten van 5 september 2006 verlengd tot 31 december 2010;

-

het bestemmingsplan Molefinne/De Greiden Heeg, vastgesteld door de gemeenteraad op 11 april 2000 en (gedeeltelijk) goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 6 september 2000.

-

voor een klein deel het bestemmingsplan kern Heeg, herziening 1965, vastgesteld door de gemeenteraad op 10 februari 1966 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 13 februari 1967.

LEESWIJZER

Het bestemmingsplan is opgesteld op basis van de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2008 (SVBP 2008) en het bestemmingsplan Nijland, dat de pilot vormt van de actualisering van bestemmingsplannen in de gemeente. In hoofdstuk 2 van deze toelichting is de huidige situatie van de dorpen beschreven. Zowel de ontstaansgeschiedenis, de bevolkingsomvang, de woningvoorraad, de voorzieningen als de ruimtelijke structuur komen hierin aan bod. Hoofdstuk 3 gaat in op het voor het bestemmingsplan relevante beleid. In hoofdstuk 4 is ingegaan op de voor het plangebied van belang zijnde milieueisen en de aanwezige milieubeperkingen. Hoofdstuk 5 vormt de planbeschrijving, waarin het beleid voor de komende tien jaar voor Heeg puntsgewijs is samengevat. In hoofdstuk 6 is een juridische toelichting gegeven. Hoofdstuk 7 gaat in op de economische uitvoerbaarheid van het plan en omvat een verslag van de overleg- en inspraakprocedure.

6


B e s t a a n d e s i t u a t i e

2.1

Functionele karakteristiek van Heeg Heeg is gelegen in de zuidwesthoek van de gemeente Wymbritseradiel. Vanuit

LIGGING

het dorp lopen diverse wegverbindingen, onder meer naar de N354 (SneekLemmer), IJlst, Oudega en Gaastmeer. De afstand tot Sneek bedraagt ongeveer 10 kilometer terwijl IJlst op ongeveer 7,5 kilometer verwijderd ligt. Het dorp ligt zeer strategisch in het merengebied. Het dorp zelf is gelegen aan de Hegemer Mar. Daarnaast wordt via de Jeltesleat De Kûfurd bereikt. Aan de westzijde van het dorp is het poelengebied gelegen. De noordelijke grens van het plangebied wordt bepaald door het woongebied It Fabryk en het Heempark. De westelijke grens wordt bepaald door de Tsjerkesleat, de watersportcamping aan De Burd en de jachthaven. De oostzijde van het plangebied wordt begrensd door het Heempark, de woonpercelen aan de westzijde van De Draei en De Graft. Aan de zuidzijde wordt het plangebied begrensd door de jachthaven en recreatieterrein Pharshoeke. Het gehele dorp Heeg laat over de periode 1997-2007 een stijging zien van

INWONERTAL

1.946 naar 2.249 inwoners (bron: Provincie Fryslân). Het aantal inwoners is daarmee met 15,6% (303 inwoners) toegenomen ten opzichte van 1997. De woningvoorraad van het gehele dorp Heeg is in de periode 1996-2006 toe-

WONINGVOORRAAD

genomen van 780 naar 903 woningen. Het aantal woningen is daarmee met ongeveer 15,8% (123 woningen) gegroeid (bron: Provincie Fryslân). De gemiddelde woningbezetting is in de periode 1996-2006 afgenomen van

WONINGBEZETTING

2,51 in 1996 tot 2,46 in 2006. De gemiddelde woningbezetting in de gemeente Wymbritseradiel bedraagt 2,60 in 2006. Een afname van de gemiddelde woningbezetting komt in de regio en in meer algemene zin landelijk voor (bron: Provincie Fryslân). In het dorp Heeg is een groot aantal bedrijven gevestigd. Veel van deze bedrij-

BEDRIJVEN

vigheid is binnen het plangebied gelegen. De navolgende lijst is samengesteld op basis van gegevens van de Kamer van Koophandel en een inventarisatie van het plangebied. De volgende bedrijven zijn in het plangebied gevestigd: -

een boekenwinkel aan de Buterhoek 32;

-

een bedrijf in lasapparatuur aan de Buterhoek 36;

-

een watersportcamping aan De Burd 25a;

-

een veehandel aan De Burd 29;


7

-

een transport- en handelsbedrijf aan De Draei 50;

-

een bedrijf in waterrecreatie aan De Eker 7;

-

een timmer- en klussenbedrijf aan De Homeie 1;

-

een adviesbureau aan De Homeie 25a;

-

een bandenhandel aan De Homeie 27;

-

een montage- en klussenbedrijf aan De Homeie 33;

-

een aannemersbedrijf aan De Skatting;

-

een bank aan De Skatting 36;

-

een handel in nautische kunst aan De Skatting 40;

-

een bedrijf in scheepstimmerwerk aan De Skatting 41;

-

een hotel-restaurant aan De Skatting 44;

-

een bakkerij aan De Skatting 49;

-

een bloemenwinkel aan De Skatting 67;

-

een makelaar aan De Skatting 69;

-

een ontwerpbureau in goud en zilver aan De Skatting 71;

-

een restaurant aan De Syl 12;

-

een cateringbedrijf aan de Djipsleatswei 4;

-

een installatiebedrijf aan de Harinxmastrjitte 2/4;

-

een garage- en tweewielersbedrijf aan de Harinxmastrjitte 6;

-

een hobbywinkel aan de Harinxmastrjitte 11;

-

een croissanterie/ijssalon aan de Harinxmastrjitte 20;

-

een installatiebedrijf aan de Harinxmastrjitte 22;

-

een softwarebedrijf aan de Harinxmastrjitte 29;

-

een reïntegratiebureau aan de Harinxmastrjitte 34;

-

een kleding- en textielwinkel aan de Harinxmastrjitte 36/39;

-

een kapsalon aan de Harinxmastrjitte 38;

-

een restaurant aan de Harinxmastrjitte 40;

-

een drogisterij en een bedrijf in internetdiensten aan de Harinxmastrjitte 46;

-

een schilderswinkel aan de Harinxmastrjitte 48;

-

een bedrijf in watersport- en kampeerartikelen aan de Harinxmastrjitte 47/49;

-

een café-restaurant aan de Harinxmastrjitte 50;

-

een warenhuis aan de Harinxmastrjitte 52;

-

een discotheek aan de Harinxmastrjitte 56;

-

een pizzeria en grand-café aan de Harinxmastrjitte 57/59;

-

een restaurant aan Harinxmastrjitte 58;

-

een slijterij aan de Harinxmastrjitte 61;

-

een eetcafé aan de Harinxmastrjitte 73;

-

een ICT-bedrijf aan de Helling 6;

-

een schoonheidssalon aan de Helling 7;

-

een installatiebedrijf en bedrijf in de verhuur van antieke schepen aan de Helling 26;

8

-

een bedrijf in garage- en bedrijfsdeuren aan de Helling 32;

-

een watersportbedrijf aan de Helling 42;

-

een vishandel aan de Helling 44;

-

een bedrijf in evenementenverzorging aan de Helling 62;

-

een watersportbedrijf/jachtwerf op It Eilân 2/7;

-

een jachtwerf op It Eilân 6/6a;


-

een jeugdherberg op It Eilân 65;

-

een jachthaven op It Eilân 68;

-

een montagebedrijf aan It Fabryk 11;

-

een uitvaartverzorgingsbedrijf aan It Fabryk 12;

-

een schoonheidsalon aan It Fabryk 13;

-

een skûtsjeverhuurbedrijf aan de Koaldyk 1;

-

een bedrijf in vrijetijds- en watersportkleding aan de Koaldyk 8;

-

een supermarkt aan de Koaldyk 11;

-

een jachtschildersbedrijf aan de Molefinne 10;

-

een accountantskantoor aan de Molefinne 51;

-

een tekenbureau aan de Molefinne 95;

-

een aannemersbedrijf aan de Nijedyk 45/47;

-

een fourage- en melktransportbedrijf aan de Nijedyk 57;

-

een bungalow- en watersportpark aan de Pharshoeke 61;

-

een passantenhaven aan de Pharshoeke 99;

-

een bedrijf in natuurvoeding en reformartikelen aan de Reidfinne 3;

-

een klussenbedrijf aan de Reidfinne 17;

-

een servicebedrijf aan de Spinnekop 13;

-

een scheepsbouw- en onderhoudsbedrijf aan de Spinnekop 15;

-

een plamuurbedrijf aan de Tsjerkebuorren 23;

-

een transportbedrijf aan de Tollewei 7;

-

een schildersbedrijf aan de Weisleatstrjitte 1;

-

een groothandel in hobbyartikelen aan de Weisleatstrjitte 24;

-

een bedrijf in internet en fotografie aan de Wite Muonts 12.

In een aantal gevallen betreft het aan-huis-verbonden beroepen. In Heeg is een groot aantal voorzieningen aanwezig. Aan de Nijedyk bevindt

VOORZIENINGEN

zich peuterspeelzaal "'t Pikepoltsje". Aan de Tollewei is wooncomplex Talma State gelegen. In Talma State is tevens een buitenschoolse opvang in combinatie met een peuterspeelzaal gevestigd. Aan deze weg bevinden zich tevens twee huisartsenpraktijken en een praktijk voor fysiotherapie. De twee basisscholen zijn gevestigd aan De Jister in de laatst gerealiseerde nieuwbouwwijk De Greiden. Aan de Wite Muonts is een tandartsenpraktijk gevestigd. Het VVVkantoor bevindt zich aan de Harinxmastrjitte. Het dorpshuis van Heeg bevindt zich op It Eilân. Heeg wordt aan de noordzijde ontsloten door Lytshuzen en Osingahuizen. Via

VERKEER

deze weg en de Alde Skatting wordt het noordelijk gelegen IJlst bereikt. Noordoostelijk wordt via Lytshuzen/Osingahuizen/Hettingawei in Hommerts de aansluiting op de N354 bereikt. Aan de noordwestzijde wordt via Lytshuzen het dorp Oudega bereikt. Heeg wordt in zuidwestelijke richting ontsloten door De Burd. Via deze weg is het westelijk gelegen Gaastmeer te bereiken. In de dorpskom van Heeg geldt een maximumsnelheid van 30 km/uur.


9

2.2

Ruimtelijke karakteristiek van Heeg 2 . 2 . 1

Algemeen

Het landschap van het zuidwestelijke deel van Wymbritseradiel is nog betrekkelijk jong omdat het zijn huidige vorm dankt aan zee-inbraken in de periode tussen 300 en 500 na Chr. In deze periode is over de dikke veenlaag in het gebied een laag knipklei afgezet. Ook in de periode tussen 800 en 1000 na Chr. hebben er in dit gebied nog zee-inbraken plaatsgevonden, maar de invloed hiervan is beperkt gebleven. Na de periode van zee-inbraken is het gebied geleidelijk in cultuur gebracht vanuit de randen van het klei-op-veengebied en vanuit plekken die door hun ondergrond en hoogteligging geschikt waren voor bewoning. De opstrekkende verkaveling die nog in het gehele gebied terug te vinden is, dateert nog uit de 11e of 12e eeuw. Het dorp is eveneens ontstaan in de 11e of 12e eeuw op een strategische plek aan doorgaande waterverbindingen. Vermoedelijk is al vroeg sprake geweest van handel, scheepvaart en visserij in de nabijheid van de op een kleine terp gelegen kerk. Met name in de 17e en de 18e eeuw zijn deze activiteiten op hun hoogtepunt geweest. Naast de scheepsbouw, overslag en een bescheiden leerindustrie was vooral de palinghandel van belang. De oudste werkelijk betrouwbare plattegrond van Heeg is het kadastrale Minuutplan van circa 1830. Het dorp Heeg telde in deze tijd circa 850 inwoners en was een door water begrensde nederzetting, met in het noorden de Weisleat, in het oosten het Nauwvliet en in het zuiden en het westen het veel smallere Sypke. De richting van het dorp werd bepaald door de enige hoofdstraat (nu de Harinxmastrjitte) die oost-west liep, loodrecht op de verkavelingsrichting. Opvallend was de aan beide zijden volledig gesloten bebouwingswand, bestaande uit dicht tegen elkaar gebouwde individuele gebouwen op smalle percelen. Een uitzondering vormen de brede tuin van Nederlands-hervormde pastorie en de brede tuin die oorspronkelijk hoorde bij de in het begin van de 19e eeuw afgebroken state van de familie Van Harinxma. Aan de westzijde eindigde de hoofdstraat bij de Nederlands-hervormde kerk, het kerkhof en de daaromheen gelegen Tsjerkebuorren. Met uitzondering van de noordwesthoek was ook hier sprake van een gesloten bebouwingswand. Opvallend is dat het pad in westelijke richting niet meer was dan een smalle steeg (in feite ging vrijwel al het verkeer over water). Aan de oostzijde komt de hoofdstraat uit op De Syl, een kade aan vaarwater waarop eveneens een

10


gesloten gevelwand is georiënteerd. Via De Syl, een brug over de Weisleat en een weg in noordelijke richting, was Heeg over land ontsloten. Binnen het door water omgrensde gebied, achter de bebouwing langs de Harinxmastrjitte, is sprake van verdichting langs de stegen. Het betreft hier zowel werkplaatsen van ambachtslieden als kleine werkplaatsen voor arbeiders, schippersknechten en hun gezinnen. Een derde structuurbepalende element was in 1830 het omgrachte gebied in de zuidoosthoek van Heeg, waar een groot agrarisch bedrijf was gevestigd. De bezittingen van dit bedrijf strekten zich uit tot aan de huidige Harinxmastrjitte (op de plaats van de thans bestaande doorbraak naar de Bûterhoek). De ontwikkelingen na 1830 resulteren in verdichting en uitbreiding van de bestaande structuur én in een aantal in meer of mindere mate ingrijpende structuurwijzigingen. Het inwonertal van Heeg is in de tweede helft van de 19e eeuw bijna verdubbeld (in 1895 telde het dorp 1585 inwoners). Een groot deel van deze inwoners was gehuisvest binnen de dorpsgrenzen van 1830, maar in toenemende mate worden ook buiten deze dorpsgrenzen (met name aan De Skatting en aan de Koaldyk) woningen gebouwd. De bevolkingsgroei binnen de dorpsgrenzen moest voornamelijk opgevangen worden in kleine arbeiderswoningen aan de smalle stegen. Zelfs het gedempte water tussen het dorp en de plaats waar in 1830 nog een grote boerderij stond, werd gebruikt om kleine woningen te bouwen. Naast deze uit volkshuisvestingsoogpunt onacceptabele ontwikkeling, zijn ook de eerste resultaten van een veranderende sociale houding ten aanzien van de volkshuisvesting te zien. Op de plaats van de eerder genoemde boerderij is het gemeentelijk armentehuis gebouwd en aan de Súderhaven staan de eerste twee woningen welke voldoen aan de eisen van de toen nieuwe Woningwet. Veranderingen van de vroeg 19e eeuwse structuur vonden plaats door de aanleg van de Nijewâl (de tweede kade van Heeg) en de doorbraak vanaf de Harinxmastrjitte over de oorspronkelijk bij de eerder genoemde boerderij behorende percelen naar de Bûterhoek. Een tweede doorbraak is te zien in westelijke richting naar De Burd, waar het oorspronkelijke smalle pad is vervangen door een bredere weg. En tenslotte zien we een opening in de gevelwand voor de r.k.-kerk. De palinghandel komt begin 20e eeuw tot een einde. Het dorp behoudt echter een zekere regionale verzorgende functie wat onder meer blijkt uit de winkelvestigingen aan de Harinxmastrjitte en de bouw van de coöperatieve Zuivelfabriek in Heeg. In de vooroorlogse periode worden de ontwikkelingen langs de Súderhaven en Nijewâl afgerond met een goed op de oorspronkelijke bebouwing aansluitende gevelwand.


11

Veranderingen zijn voorts: -

de bouw van de Hervormde School in de tuin van het pand Harinxmastrjitte 32 (een van de fraaiste panden van Heeg), welk pand in verband met de toegankelijkheid voor de helft gesloopt is (1916); thans is deze school afgebroken;

-

de bouw van de Gereformeerde School aan de Weisleat in de tuin van het pand Harinxmastrjitte 27 (1904 en later); ook deze school is inmiddels afgebroken;

-

de bouw van een nieuwe Katholieke Kerk en verandering van de omliggende ruimte.

De ontwikkeling buiten de oorspronkelijke dorpsgrenzen gaan in de loop der tijd een steeds belangrijker rol spelen, ook voor het beschermde dorpsgezicht. Naarmate het vervoer over land beter en intensiever wordt, krijgen de Harinxmastrjitte en De Syl een functie voor het doorgaande verkeer. Het oude dorp wordt het centrum van een zich geleidelijk uitbreidende kern, waarbij zich na de oorlog ook een belangrijke recreatieve ontwikkeling afspeelt. De doorbraak aan de zuidzijde van de Harinxmastrjitte ten behoeve van het recreatieterrein de Pharshoeke is een minder gelukkig gevolg geweest van de tweede ontwikkeling. Aan deze toegangsweg van de Pharshoeke is de voormalige katholieke school gebouwd en is parkeerruimte gerealiseerd. Zoals in de inleiding is aangegeven zal deze locatie worden herontwikkeld. 2 . 2 . 2

Binnen het beschermd dorpsgezicht

De huidige ruimtelijke structuur en de schaal en detaillering van bebouwing en openbare ruimten is dusdanig dat in sterke mate wordt gerefereerd aan de ontstaansgeschiedenis van het dorp. Een vergelijking van de huidige plattegrond van het dorpshart met de kadastrale kaarten uit 1915 en zelfs 1830 laten zien dat de historisch ruimtelijke structuur nog in belangrijke mate intact is. Deze historische kwaliteit is dan ook aanleiding geweest voor de aanwijzing van de oude kern van Heeg tot beschermd dorpsgezicht. Hierna wordt ingegaan op de historisch ruimtelijke structuur in hoofdlijnen en de bebouwing en de detaillering van de openbare ruimten. HISTORISCH-RUIMTELIJKE STRUCTUUR

De historisch-ruimtelijke structuur van Heeg is nauwelijks aangetast in de loop der tijd. Er is nog steeds sprake van: -

een langwerpige kern van bebouwing in een door water omgrensd gebied;

-

de Harinxmastrjitte als voornaamste structuurbepalend element met een besloten karakter en vrijwel rechte, gesloten gevelwanden. Een consequent strakke rooilijn, met uitzondering van een beperkt aantal bijzondere panden, waarbij sprake is van een teruggeschoven ligging;

12


-

de hoger gelegen kerk met kerkhof, haag, kerkenpad en omringende bebouwing als westelijke beëindiging van de hoofdas;

-

De Syl als oostelijke beëindiging van deze as, waarbij aan de westoever sprake is van een kade met een dichte op het water georiënteerde bebouwingswand, en aan de oostkant van een groene oever met verspreide bebouwing;

-

een loodrecht op de hoofdas gerichte verkavelings- en stegenstructuur met smalle diepe kavels en stegen met daaraan gelegen kleine woningen en schuren. Deze stegen lopen in het algemeen door tot aan de waterkant;

-

de rond 1900 aan de structuur toegevoegde Nijewâl met kaden en op het water gerichte bebouwing, eveneens een samenhangende gevelwand vormend.

De Syl is van oorsprong een handelskade met een gesloten bebouwingswand,

DE SYL

uit historisch oogpunt de fraaiste van Heeg. Een groot deel van de panden komt voor op de Monumentenlijst en slechts één woning heeft geen historische detaillering. Opvallend, en voor dit gedeelte van Heeg zeer kenmerkend, zijn de verspringingen in de gevelwand en de vooruitstekende uitbouw van de verdiepingen. Ook de overzijde van het water is van grote betekenis voor het dorpsgezicht; met name de twee monumenten "Siet U Selfs" en "De Helling". Ook de afschermende bebouwing achter "De Helling" is echter van belang voor het beeld. De inrichting van de openbare ruimte wordt hier bepaald door de in de jaren '70 van de vorige eeuw vernieuwde draaibrug, de stoepen voor de woningen (soms begrensd door een hek of paaltjes en kettingen), de rijweg en de kade naar het water. In het kader van het masterplan Heeg-Woudsend (zie paragraaf 3.2.2) heeft inmiddels een herinrichting van de openbare ruimte plaatsgevonden. De hoofdstraat van Heeg wordt begrensd door gesloten gevelwanden van be-

HARINXMASTRJITTE

perkte schaal en heeft een voornamelijk 18e en 19e eeuws karakter. Er is overwegend sprake van één bouwlaag met kap, soms van twee bouwlagen en van een sterke individualiteit van de gevels. Zowel zadeldaken als schilddaken komen voor met een wisselende nokrichting en een dakbedekking van pannen. Er is sprake van een afwisselend ritme van kroonlijsten en dakkapellen. De woonpanden en deels ook de winkelpanden hebben in de gevel een overheersende verticale geleding. Vanwege het smalle profiel van de Harinxmastrjitte zijn de oorspronkelijke stoepen voor de huizen niet gehandhaafd. De inrichting van de openbare ruimte is hier dan ook niet bepalend, maar wel ondersteunend voor het historische beeld. In het kader van het masterplan Heeg-Woudsend (zie paragraaf 3.2.2) heeft inmiddels een herinrichting van de openbare ruimte plaatsgevonden.


13

Figuur 1. TSJERKEBUORREN E.O.

Karakteristiek pand aan de Harinxmastrjitte

De Nederlands-hervormde kerk, een monument met 18e eeuwse houten klokkentoren, met de daaromheen liggende begraafplaats bepalen het beeld van dit deel van Heeg. Ook de hoge haag om het kerkhof is zodanig schaalbepalend, dat deze van grote betekenis is. De noordelijke en oostelijke bebouwingswand bestaat uit overwegend lage woningen met een eenvoudige geveldetaillering. Een groot aantal panden is door hun situering, afmetingen en vormgeving van grote waarde voor het dorpsgezicht. De inrichting van de Tsjerkebuorren is overeenkomstig het historische profiel uiterst simpel met een klinkerbestrating en een molgoot voor de woningen.

BÛTERHOEK EN

De Bûterhoek zelf is een van de, uit historisch oogpunt, fraaiste plekjes van

SÚDERHAVEN E.O.

Heeg. Ook hier is de variatie in nokrichting en bouwvorm groot, terwijl er in het beeld duidelijk sprake is van een harmonische samenhang. De inrichting van de Bûterhoek en de Súderhaven bestaat uit een eenvoudige bestrating overeenkomstig het historisch beeld.

14


Figuur 2.

Bebouwing aan de Bûterhoek/Súderhaven

De Nijewâl is een kade uit het begin van de vorige eeuw met bijbehorende

NIJEWÂL

bebouwing. Een min of meer gesloten bebouwingswand met lage arbeiderswoningen uit de eerste helft van deze eeuw en een werkplaats/loods uit hout opgetrokken. Opmerkelijk is het hoekpand van waaruit tot in de jaren zestig van de vorige eeuw de overzet naar het eiland werd bediend. De stegen en het openbare karakter daarvan zijn kenmerkend voor Heeg. In

HET STEGENGEBIED TEN

tegenstelling tot het meer naar het zuiden gelegen dorp Woudsend lopen de

NOORDEN VAN DE HA-

stegen dood op het water. In een enkel geval is het water niet meer bereik-

RINXMASTRJITTE

baar. Aan de stegen stonden werkplaatsen, schuurtjes en heel kleine woningen welke nu alleen bruikbaar zijn na samenvoeging of als recreatiewoning. Het is hierdoor wel verklaarbaar dat de historische situatie vrijwel nergens meer volledig intact is. Alleen de steeg, uitkomend op de Tsjerkebuorren vormt daarop een uitzondering. 2 . 2 . 3

Buiten het beschermd dorpsgezicht

De Skatting is een belangrijke weg omdat hij deel uitmaakt van de doorgaande

DE SKATTING

route door het dorp en de belangrijkste toegangsweg is tot de oude dorpskern. Het profiel is in het algemeen breed en aan twee zijden bebouwd. Vanaf de Breewar is echter een versmalling aangebracht die tezamen met de aangebrachte bestrating en beplanting een inleiding geeft in het kleinschalige karakter van het beschermde dorpsgezicht. Aan weerszijden van De Skatting staat voornamelijk woonbebouwing en een enkele voorziening. Aan de westzijde wordt het beeld vooral bepaald door grotere vrijstaande huizen met ruime voortuinen, terwijl aan de oostkant klei-


15

nere woningen vrijstaand of in korte rijtjes voorkomen. Dominant is een bouwvorm in een of twee bouwlagen met kap. Opvallend is de forse bouwmassa van de gereformeerde kerk, die centraal aan De Skatting ligt. Doordat het gebouw zich in de teruggeschoven rooilijn van de omliggende bebouwing voegt, neemt het in het straatbeeld ondanks de schaal geen dominante plaats in. KOALDYK

Ook de Koaldyk behoort tot de oudere gedeelten van het dorp. Deze voormalige dijk was vroeger een doorgaande route. Er staat hier voornamelijk kleinschalige woningbouw, er is een supermarkt en een watersportwinkel. Aan de zuidkant is een grote, voormalige boerderij die tot voor kort in gebruik is geweest als botenhandel.

GEBIED TEN WESTEN

Het gebied ten westen van It Sypke heeft hoofdzakelijk een woonfunctie. De

VAN IT SYPKE

bebouwing langs de Nijedyk is daarbij heterogeen van karakter. Er komen zowel kleine vrijstaande woningen voor als grote, voormalige boerderijen. De Wilhelminawyk, feitelijk een insteekweggetje vanaf de Nijedyk, is bebouwd met zeer kleine rijtjeswoningen. De Túnstrjitte, Tuskenwei en Weisleatstrjitte dateren van rond de oorlog. Het bebouwingsbeeld is hier vrij eenvormig. De straten doen royaal en groen aan door de aanwezigheid van een tweetal grasveldjes en de boombeplantingen. Steeds is hier gebouwd in dubbele woningen met een of twee bouwlagen en een redelijk steile kap.

TEN WESTEN VAN DE

Een flink aantal uitbreidingen binnen het plangebied is tot stand gekomen in

SKATTING

de zestiger- en zeventiger jaren van de vorige eeuw. Aanvankelijk werd gebouwd tussen De Skatting en de Tsjerkesleat. Hier ontstond een buurt met een rechtlijnige opzet en bebouwing in een of twee bouwlagen met kap. De wegprofielen zijn breed, met aan weerszijden trottoirs en vaak ook groenstroken. Vooral waar de straten aan de kopse zijde niet beëindigd zijn (bijvoorbeeld aan de noordkant), is de beslotenheid gering. De centrale locatie in de buurt waar voorheen een basisschool heeft gestaan, wordt herontwikkeld. De oever van het water heeft voor een belangrijk deel een groen en openbaar karakter en is ontsloten door een wandelpad.

TEN OOSTEN VAN DE

Het gebied tussen De Skatting en de Tollewei werd voor een tweede planmati-

SKATTING

ge uitbreiding van het dorp benut. Aan de randen van de buurt zijn vooral dubbele woningen gebouwd, terwijl aan de interne ontsluitingen met name rijtjes woningen werden gerealiseerd. De wegen zijn zeer royaal bemeten, vaak met ruime parkeermogelijkheden. Vooral waar de bebouwing laag is (bejaardenwoningen) zijn de ruimten daardoor weinig begrensd.

MOLEFINNE-DE HELLING

De woonbuurt Molefinne-De Helling is tot stand gekomen in de zeventiger en de tachtiger jaren van de vorige eeuw. Uitzondering hierop is een aantal woningen en bedrijven aan het Heeger Var, waarvan sommige bebouwing dateert van voor de oorlog. De structuur van de wijk is goed herkenbaar. De Helling is het schiereiland dat via een dam met de Molefinne is verbonden. Het schiereiland kan worden gezien als een vierkant dat omhuld wordt met een stolp.

16


De structuur van het schiereiland brengt met zich mee dat de meeste straten doodlopen. De bebouwing aan de Molefinne is het eerst gebouwd. In het noordwestelijke deel komt bebouwing in twee bouwlagen met kap voor, de rest van de bebouwing is ingevuld met vrijstaande of geschakelde bebouwing in één laag met kap. Pas na 1985 is de inhoud van de stolp in de vorm van de Helling gebouwd. In 1994 zijn de laatste woningen gebouwd. Dit schiereiland is hoofdzakelijk met vrijesectorwoningen ingevuld. Behalve de oudere huizen langs het Heeger Var en twee rijen seniorenwoningen zijn hier enkele goedkope koopwoningen en huurwoningen gebouwd. De bebouwing bestaat voor het overgrote deel uit één bouwlaag met kap. De westelijke rand van de stolp wordt gevormd door het verzorgingstehuis Talma State. Het gebouw is samengesteld met vleugels variërend in hoogte van één tot drie bouwlagen. Aan de kades van het Heeger Var ligt een viertal woonschepen en in de zijtak naast Talma State ligt nog één woonschip, uitsluitend bedoeld voor permanente bewoning. De woonbuurt De Greiden is in verschillende fasen gerealiseerd. De laatste

DE GREIDEN

fase bevindt zich ten tijde van het opstellen van dit bestemmingsplan in de afrondingsfase. In totaal zijn 90 woningen gerealiseerd. De woningen bestaan uit één of twee bouwlagen met een kap. In het plangebied zijn aanzienlijke waterpartijen aanwezig die in verbinding staan met de Tsjerkesleat aan de westzijde van Heeg. Het gebied wordt op twee punten ontsloten op De Skatting: ter hoogte van De Simmerkrite en ter hoogte van de Tollewei. In het plangebied is ook de nieuwe school gesitueerd. Aan de noordwestzijde van Heeg bevindt zich de wijk It Fabryk. Ter plaatse

IT FABRYK

bevond zich een zuivelfabriek, opgericht in 1900. De directeurswoning is gehandhaafd. Ter plaatse zijn, naast de genoemde directeurswoning, 35 woningen aanwezig in één bouwlaag met kap. De woningen zijn gesitueerd aan een lusvormige weg, welke aantakt op De Skatting. Aan De Skatting is het sportcomplex van Heeg gelegen. Ter plaatse zijn twee

SPORTCOMPLEX EN

voetbalvelden en drie tennisbanen gelegen. Zowel bij de voetbalvelden als de

HEEMPARK

tennisbanen is een kantine met kleed- en wasruimte aanwezig. De sportvoorzieningen beschikken over een gemeenschappelijk parkeerterrein. Het sportcomplex wordt omzoomd door opgaande beplanting. Het Heempark is gesitueerd ten noorden en ten oosten van het sportcomplex. In het park zijn verschillende biotopen gecreëerd. Ook zijn er recreatieve- en (milieu)educatieve voorzieningen, waaronder een oeverzwaluwwand. In het bezoekerscentrum wordt voorlichting gegeven.


17

Figuur 3. IT EILÂN

Heempark

It Eilân wordt ontsloten via een brug vanaf de Tollewei. Op It Eilân is een groot aantal van de recreatieve voorzieningen van Heeg gesitueerd. Het betreft een tweetal jachthavens, een jeugdherberg en een aantal recreatiewoningen. De recreatiewoningen zijn in een soort U-vorm gegroepeerd rond een open groene ruimte aan het water. De woningen zijn uitgevoerd in één of twee bouwlagen met kap en vormen architectonisch één geheel. Ook is op It Eilân een aantal watersportbedrijven en het dorpshuis "It Heechhûs" gevestigd. Een klein deel van It Eilân, namelijk de woning op nummer 1, maakt deel uit van het beschermd dorpsgezicht en is een rijksmonument.

PHARSHOEKE

Het gebied Pharshoeke wordt bereikt vanaf de Harinxmastrjitte via de parkeerplaats voor de voormalige basisschool. Het is een groen en relatief weinig bebouwd gebied. Ter plaatse is een passantenhaven, een groot aantal recreatiebungalows en een dagrecreatief terrein aanwezig in de vorm een surf- en zwemstrand met een sanitaire voorziening. De recreatiewoningen zijn gelegen aan oostzijde van het gebied. De woningen zijn vrijstaand of geschakeld en kennen één bouwlaag met een vrij flauwe kap. Recent is er een aantal kleinere bungalows gesloopt en een aantal nieuwe bungalows gebouwd met een steiler kapvorm. Bij het park is een beheerderswoning gelegen. Ook is er een kleine jachthaven met sanitaire voorziening aanwezig. De passantenhaven bevindt zich aan de westzijde. De haven beschikt over 160 ligplaatsen. Ter plaatse is een havenkantoor en een tweetal sanitaire voorzieningen aanwezig. Rond de haven is voorzien in opgaande beplanting.

18


De Burd vormt de westelijke afronding van het plangebied. Binnen het plange-

DE BURD

bied zijn aan deze weg twee vrijstaande woningen in één bouwlaag met kap, een karakteristiek agrarisch bedrijf en de watersportcamping Heeg gelegen. De watersportcamping telt 187 standplaatsen voor kampeermiddelen en een flink aantal ligplaatsen voor schepen. Ook is er een achttal chalets aanwezig. De camping kent een groene omzoming rond vrijwel het gehele terrein. Centraal op de camping bevinden zich de beheerderwoning met kantoor en een sanitaire voorziening. Aan de westzijde van het terrein is eveneens een sanitaire voorziening gelegen.

Figuur 4.

Uitzicht vanaf de overgang De Burd/Nijedyk op Heeg

2 . 2 . 4

Rijksmonumenten en karakteristieke bebouwing

In Heeg zijn de volgende gebouwen als rijksmonument aangemerkt:

RIJKSMONUMENTEN EN

-

de woonhuizen aan De Skatting 18 en 81;

KARAKTERISTIEKE BEBOU-

-

de woonhuizen aan De Syl 2, 4, 10 en 12;

-

de woonhuizen aan de Harinxmastrjitte 14, 26, 27, 28 en 32;

-

een woonhuis aan It Eilân 1;

-

de kerk aan de Tsjerkebuorren 2.

WING

In het kader van het Monumenten inventarisatieproject (MIP) zijn karakteristieke bouwwerken geïnventariseerd. Voor de gemeente Wymbritseradiel heeft dit in 1992 geleid tot een uitgave van een inventarisatie van karakteristieke en waardevolle bebouwing. In het MIP zijn in Heeg als karakteristiek aangemerkt: -

De Skatting 30 (gereformeerde kerk);

-

De Skatting 38 (voormalige pastorie);


19

-

Harinxmastrjitte 8 (pastorie);

-

Harinxmastrjitte 41 (rooms-katholieke kerk);

-

Harinxmastrjitte 43 (pastorie);

-

It Eilân 65 (voormalige dubbele woning en atelier-woonhuis);

-

Nijedyk 36 (boerderij);

-

Nijedyk 53/Wilhelminawyk 2-12 (woonhuizen).

Voorzover deze panden niet reeds als rijksmonument zijn aangewezen, zijn deze aangeduid als karakteristiek.

20


B e l e i d

3.1

Beleidskader Dit bestemmingsplan gaat uit van de beleidskaders zoals ze zijn vastgelegd in: -

De Nota Ruimte;

-

Streekplan Fryslân 2007;

-

Wenjen yn Fryslân, het woningbouwbeleid 1998-2010, provincie Fryslân;

-

Ruimte voor werk, notitie bedrijventerreinen en kantorenlocaties 20002010, provincie Fryslân;

-

Wenjen 2000+;

-

Notitie regionale woningbouwafspraken 2008-2016;

-

Friese Merenproject;

-

Masterplan Heeg-Woudsend, gemeente Wymbritseradiel;

-

Woonplan, gemeente Wymbritseradiel;

-

Notitie woningbouw Wymbritseradiel 2009 - 2015, gemeente Wymbritseradiel;

-

Welstandsnota, gemeente Wymbritseradiel;

-

Romte foar Kampearjen 2006, gemeente Wymbritseradiel;

-

Vierde Nota waterhuishouding;

-

Waterbeleid 21e eeuw;

-

Europese Kaderrichtlijn water.

3.2

Nadere uitwerking Beleidskader 3 . 2 . 1

Provinciaal beleid

Streekplan In het navolgende wordt het beleid voor relevante thema's belicht. Het beleid voor het wonen in het Streekplan is gebaseerd op de notitie Wenjen

WONEN

2000+. In navolging van deze notitie gaat het beleid niet alleen in op de kwantitatieve woningbehoefte, maar ook op de kwalitatieve woningbehoefte. In het Streekplan wordt de concentratie van woningbouw in bundelingsgebieden voorgestaan. Het zijn de gebieden rond de stedelijke centra Leeuwarden, Drachten, Heerenveen, Sneek, Harlingen en Dokkum. De gebieden zijn begrensd door uit te gaan van een redelijke fietsafstand tot de betreffende stedelijke kern. De bundelingsgebieden moeten samen meer dan 50% van de


21

woningtoename in de provincie voor hun rekening nemen. Een groot deel van de gemeente Wymbritseradiel ligt binnen het bundelingsgebied van Sneek. De kern Heeg is echter niet gelegen binnen het bundelingsgebied van Sneek. De gemeenten krijgen met in achtneming van het bundelingsbeleid en het beleid voor woningbouwregio's de ruimte om te voorzien in de woningvraag die voortkomt uit het gebied zelf. Buiten de bundelingsgebieden vangen de regionale centra de woningbehoefte in de regio meer dan evenredig op. Daarnaast dient het accent van woonuitbreidingen te liggen bij kernen die goed ontsloten zijn met het openbaar vervoer. Het doel van dit beleid is dat woonuitbreidingen de plaatselijke aard en schaal van de kern niet overschrijden. Ten aanzien van de kwalitatieve woningbehoefte, benadrukt de provincie dat ook buiten de bundelingsgebieden moet worden voorzien in voldoende betaalbare en levensloopbestendige woningen. BEDRIJVEN

Het beleid ten aanzien van de vestigingsmogelijkheden voor bedrijven sluit aan bij de aard en schaal van de verschillende kernen. In concrete situaties kan echter gemotiveerd van het beginsel van aard en schaal worden afgeweken. In het Streekplan worden vijf verschillende typen kernen onderscheiden. Dit zijn 'Leeuwarden', 'overige stedelijke centra', 'regionale centra', 'bedrijfconcentratiekernen' en 'overige kernen'. De overige stedelijke centra, komen overeen met de steden in de bundelingsgebieden, exclusief Leeuwarden. In de stedelijke centra kunnen alle categorieën bedrijven worden gevestigd. Voor de regio Sneek wordt ingezet op het watersportprofiel. Een voorraad van voldoende bedrijventerrein wordt van belang geacht om in te kunnen spelen op behoeften van bedrijven. De kern Heeg is aangemerkt als 'bedrijfconcentratiekern'. Bedrijfsconcentratiekernen hebben een functie voor de opvang van lokale bedrijven van enige schaal en omvang waarvoor de stap naar een regionaal centrum te groot is. Daarnaast kunnen ze tegemoet komen aan de behoefte van clustering van bedrijven die aan de landbouw gelieerd zijn, zoals landbouwmechanisatiebedrijven, en -waar van toepassing- van watersportgebonden bedrijven. De aard van de bedrijvigheid welke in het Streekplan wordt voorzien bij bedrijfsconcentratiekernen is lichte bedrijven. Dit zijn bedrijven in de milieucategorieën 1, 2 en 3.1 van de VNG-brochure Bedrijven en milieuzonering, met een maximaal oppervlak van 5000 m². In een enkel geval is ook categorie 3.2 mogelijk. Vestiging van kantoren is toegestaan tot 600 m². De voorzieningen zijn beperkt tot (boven)lokale voorzieningen. Het op voorraad aanleggen van bedrijventerrein is beperkt toegestaan. De kern Heeg is in het Streekplan tevens gekwalificeerd als een 'compleet dorp'. In deze dorpen is minimaal een basisschool, huisarts, supermarkt en dorpshuis aanwezig.

RECREATIE

Heeg is in het Streekplan aangemerkt als recreatiekern. De provincie heeft aangegeven dat in dergelijke kernen (en stedelijke- en regionale centra) ruimte is voor nieuwe grootschalige en intensieve recreatieve voorzieningen. Aard

22


en schaal van recreatieve ontwikkelingsmogelijkheden sluiten aan bij de karakteristiek en de functie van de recreatiekern, rekening houdend met omgevingsfactoren. De provincie geeft aan dat concentratie de onderlinge versterking tussen recreatieve functies en daarmee de herkenbaarheid voor toeristen bevordert. Bijkomend voordeel is dat versnippering van het recreatieve aanbod met bijbehorende landschappelijke consequenties wordt voorkomen. De provincie ziet voor de recreatiekernen met name een opvangtaak voor nieuwe voorzieningen. Dit vooral in de sfeer van verblijfsaccommodaties. De meeste recreatiekernen liggen bij natuurgebieden waar recreatief medegebruik mogelijk is. Dat biedt in algemene zin ruimte voor verdere recreatieve ontwikkeling en de daarbij behorende recreatieve druk(verhoging). Concrete initiatieven moeten vervolgens nog wel nader worden beoordeeld op effecten op de plaatselijke natuurwaarden. Voor de Natura 2000-gebieden worden beheerplannen opgesteld, op grond waarvan eventueel nadere randvoorwaarden voor het gebruik van die gebieden kunnen worden aangegeven. Dit is ook voor Heeg relevant. In het streekplan is het nationaal landschap 'Zuidwest-Fryslân' begrensd. Heeg

NATIONAAL LANDSCHAP

en omgeving horen tot dit Nationale landschap. Het predicaat Nationaal Landschap vormt een erkenning van de aanwezige waarden en kwaliteiten van het gebied. Het zet Zuidwest-Fryslân nadrukkelijker op de kaart en vergroot de recreatief toeristische mogelijkheden voor de beleving van het gebied. Daarnaast is voor projecten in de sfeer van herstel van cultuurhistorische en landschappelijke

elementen,

educatie,

beleving,

inspiratie

en

recreatieve

benutting, financiering beschikbaar. De provincie maakt geen onderscheid tussen gebieden in of buiten het nationaal landschap. Dit betekent dat in de Nationale Landschappen ruimte is voor de opvang van de plaatselijke woningbehoefte, lokale en regionale bedrijvigheid, verbetering van de lokale en regionale ontsluitingsstructuur en voor recreatieve ontwikkelingen. Maar de bijzondere landschappelijke kwaliteiten zijn wel van groot belang en ook medesturend voor het ruimtelijk beleid. Volgens het principe "behoud door ontwikkeling" ligt dan ook een sterk accent op het behouden en verder versterken van de specifieke kwaliteiten van dit gebied. Friese Merenproject Doel van het Friese Merenproject (2000) is in alle opzichten een kwaliteitsverbetering in het Friese Merengebied te realiseren. Ten behoeve van deze realisatie is een twaalftal trajecten aangewezen. Een van die trajecten is het traject Stavoren-Sneek (traject A). Het traject

TRAJECT A

Stavoren-Sneek is de Staande Mastroute tussen waterknooppunt Sneek en het IJsselmeer bij Stavoren. Ook de aftakkingen horen erbij: de Yndyk richting Hindeloopen en Koudum, De Welle en de drukbevaren Jeltesleat, de Idzegeas-


23

ter Poel, Skûtelpoel en Palsepoel tussen Heeg en Oudega. Langs de route ligt een reeks van aantrekkelijke watersportplaatsen zoals IJlst, Heeg en Woudsend. De vaarroute biedt ook ruimschoots de mogelijkheid om te zeilen op het Hegemer Mar en De Fluezen. PROJECTEN

Een aantal projecten op het traject vindt plaats in en in de nabijheid van het plangebied van onderhavig bestemmingsplan. Het betreft de volgende projecten: Baggeren De Grêft en de Tsjerkesleat Heeg (project nummer 8) De Grêft en Tsjerkesleat zijn gebaggerd om de jachthavens goed bereikbaar te houden. Herinrichting Heeg (project nummer 9) Om de aantrekkelijkheid van het centrum van Heeg te verhogen voor watersporters is het centrum heringericht. Door de toename van toeristen was de behoefte ontstaan om de inrichting van het centrum af te stemmen op de verblijfsfunctie. Bij de herinrichting van het centrum is de cultuurhistorische waarde benadrukt. Daarnaast is een nieuwe randweg aangelegd om het centrum verkeersluw te maken. 3 . 2 . 2

Gemeentelijk beleid

Masterplan Heeg-Woudsend Het in 2001 opgestelde ontwerp-Masterplan Heeg-Woudsend heeft van begin december 2001 tot begin januari 2002 ter inzage gelegen. De gemeenteraad heeft op 6 april 2004 besloten om het Masterplan Heeg-Woudsend met bijbehorende reactienota als basis te kiezen voor de verdere ontwikkeling van beide watersportkernen. Voor het plangebied is in het Masterplan Heeg-Woudsend een aantal projecten opgenomen. Het grootste deel van deze projecten is reeds gerealiseerd, zoals woningbouw in het gebied Molefinne/De Greiden en de ontwikkeling van het Heempark. Ook is de herinrichting van de Harinxmastrjitte en De Syl gereed, welke in combinatie met de aanleg van de randweg Heeg heeft plaatsgevonden. ACTUALISATIE

De gemeente heeft inmiddels besloten het Masterplan voor Heeg te actualise-

MASTERPLAN HEEG

ren. Het gaat daarbij om de periode tot 2018 met een doorkijk naar 2025. In het geactualiseerde Masterplan voor Heeg zal een aantal projecten uit het Masterplan Heeg-Woudsend worden overgenomen, dat nog niet gerealiseerd is, maar ook een aantal nieuwe projecten. Met behulp van de projecten uit het nieuwe Masterplan wil de gemeente de sterke positie van Heeg als watersportdorp verbeteren en de aantrekkelijkheid als woon- en werkdorp vergroten.

24


Woonplan In het geactualiseerde Woonplan 2005 waren voor Heeg 99 woningen voor de periode tot en met 2009 opgenomen. Dit contingent is opgenomen ten behoeve van de woonbuurt Molefinne/De Greiden 3e fase. Op 19 juni 2007 heeft de gemeenteraad het "Bysteld wenplan Wymbritseradiel" vastgesteld. Aanleiding voor deze aanpassing was het feit dat binnen de gemeente de afgelopen jaren veel minder gebouwd is dan waarin het geactualiseerde woonplan uit 2005 vanuit werd gegaan. Om cijfermatig meer aan te sluiten bij de plannen die momenteel concreet zijn, heeft voor de periode 2007-2009 een aanpassing van het plan plaatsgevonden. Ten aanzien van De Greiden II is aangegeven dat er reeds 22 woningen verkocht en in aanbouw zijn. Deze woningen zijn nagenoeg alle gebouwd, de laatste woningen zijn in aanbouw. Daarnaast is aangegeven dat er voor De Skou reeds 15 woningen verkocht en in aanbouw zijn. Tot nu toe zijn 6 bedrijfswoningen opgeleverd en is bouwvergunning afgegeven voor nog eens 2 woningen. In totaal mogen er 22 bedrijfswoningen worden gebouwd. Voor de locatie Wrâldfinster is voor 2009 de bouw van 8 woningen gepland. Mogelijk dat 4 woningen in 2010 zullen worden opgeleverd. Voor de locatie Sint Jozef ligt de actie om een plan te ontwikkelen bij de projectontwikkelaar. Het aantal woningen staat niet vast. De woningen zullen hoogstwaarschijnlijk niet voor 2010 worden gebouwd. Voor de locatie Tsjerkesleat wordt er naar gestreefd de bouwwerkzaamheden in 2010 te starten. De oplevering is in verband met de huidige economische situatie onzeker. In de plannen gaat het tot nu toe om 41 woningen. Voor wat betreft verdere woningbouwmogelijkheden heeft de gemeente de Notitie woningbouw gemeente Wymbritseradiel 2009- 2015 opgesteld. In deze notitie is aangegeven dat de mogelijkheden voor woningbouw in de gemeente gelimiteerd zijn. De provincie legt de nadruk op het bouwen binnen de bestaande contouren van de kernen en het bouwen voor doelgroepen terwijl uit gemeentelijk onderzoek blijkt dat er vooral behoefte is aan vrijstaande koopwoningen. Extra mogelijkheden voor woningbouw ontstaan als gevolg van het feit dat een deel van de gemeente binnen het "bundelingsgebied Sneek" ligt. In Heeg bedraagt het aantal tot en met 2015 te bouwen woningen 81. Het gaat om de locaties De Greiden II (3 woningen), Wrâldfinster (12 woningen), Sint Jozef (10 woningen) en Tsjerkesleat (42 woningen). Daarnaast kunnen er maximaal 14 bedrijfswoningen op bedrijventerrein De Skou worden gebouwd. Op de lange termijn is voorzien in een herinrichting van It Eilân.


25

Welstandsnota Op 11 mei 2004 is door de gemeenteraad de Welstandsnota vastgesteld. Deze welstandsnota is geactualiseerd in maart 2008. De welstandsnota biedt het kader voor het welstandstoezicht in de gemeente. De toetsing van bouwplannen, in het kader van het bouwvergunningenbeleid, dient plaats te vinden op basis van voor dit gebied geldende welstandscriteria. Voor het welstandsbeleid voor het woon- en centrumgebied van Heeg is onderscheid gemaakt in zeven deelgebieden. De verschillende deelgebieden zijn weergegeven in de navolgende figuur. In de navolgende tekst is per deelgebied het welstandsbeleid weergegeven.

Figuur 5.

Fragment Welstandsnota Wymbritseradiel

Beschermd stads- en dorpsgezicht (A) (bijzonder welstandsgebied) Het beleid is grotendeels gericht op het beheer van de bestaande situatie. Het gebied is in structuur nog grotendeels gaaf en kent een aantal karakteristieke historische bebouwingskenmerken. Binnen de gebieden worden incidentele ontwikkelingen verwacht. Dorpskernen (B) (bijzonder welstandsgebied) Het beleid is grotendeels gericht op het beheer van de bestaande situatie. Voor veel kernen is de historische gegroeide ruimtelijke structuur nog grotendeels gaaf en kent een aantal karakteristieke historische bebouwingskenmerken.

26


Lintbebouwing (C) (bijzonder welstandsgebied) Het beleid is grotendeels gericht op het beheer van de bestaande situatie. Het gebied is in structuur nog grotendeels gaaf. Voor de gebieden worden geen opvallende ontwikkelingen verwacht. Wel mag verwacht worden dat de woningen op onderdelen aangepast en/of verbouwd zullen worden. Bebouwing rond 1945 (D) (bijzonder welstandsgebied) Het beleid is grotendeels gericht op het beheer van de bestaande situatie. De gebieden zijn nog grotendeels gaaf. Nieuwbouw, gemengd (E) Het beleid is grotendeels gericht op het beheer van de bestaande situatie. Het gebied toont geen opvallende kwaliteiten. Ook worden er geen opvallende ontwikkelingen verwacht. Recreatiegebieden (G) Het beleid is grotendeels gericht op het beheer en de verdere ontwikkeling van de bestaande situatie. Buitengebied (H) (bijzonder welstandsgebied) Het beleid is grotendeels gericht op beheer en versterking van de bestaande situatie. Romte foar Kampearjen Op 14 november 2006 heeft de gemeenteraad de beleidsnota Romte foar Kampearjen vastgesteld. In de nota worden diverse beleidskeuzen gemaakt ten aanzien van de verschillende vormen van kamperen. De Watersportcamping Heeg is een regulier kampeerterrein. Dit kampeerterrein is als categorie 1kampeerterrein aangemerkt (40 standplaatsen of meer). Aangegeven is dat in principe positief zal worden gereageerd op uitbreidingswensen van deze kampeerterreinen. In alle gevallen wordt een goede ruimtelijke en inpassing verlangd. Ten aanzien van bouwen op kampeerterreinen is aangegeven dat op reguliere kampeerterreinen eenvoudige bouwwerken worden toegestaan. Maximaal 20% van het aantal vergunde standplaatsen kan voor dergelijke bouwwerken alsmede kleine vakantiehuisjes en -bungalows worden ingewisseld. Horecanotitie Heeg In het voorjaar van 2008 heeft de gemeente de Horecanotitie Heeg opgesteld. In Heeg is dankzij de toeristische functie van het dorp voor de watersport vanouds een aanzienlijk horeca-aanbod aanwezig. Dit horeca-aanbod is geconcentreerd in een klein gebied in de omgeving van De Syl en de Harinxmastrjitte. De vraag doet zich voor of de gemeente moet meewerken aan een vergroting van dit aanbod of anderszins maatregelen kan nemen om het functioneren van de horeca te versterken.


27

Om inzicht te krijgen in het functioneren van de horeca heeft in de Horecanotitie Heeg een vergelijking plaats gevonden van het horeca-aanbod in Heeg met dat in enkele vergelijkbare plaatsen. Ook zijn gesprekken gevoerd met enkele horeca-eigenaren, de voorzitter van Dorpsbelang en vertegenwoordigers van de VVV Wymbritseradiel en de Koninklijke Horeca Nederland. In het rapport zijn de huidige situatie en de toekomstige ontwikkelingen weergegeven. Vervolgens is een overzicht gemaakt van de sterke en zwakke kanten van en de kansen en bedreigingen voor de horeca in Heeg (de zogenaamde SWOT-analyse). Uit de analyse van de bestaande situatie komende volgende sterke kanten van de horeca naar voren: 1.

Het aanbod is redelijk divers in die zin dat verschillende typen bedrijven in het centrumgebied zijn vertegenwoordigd: café-restaurants, een discotheek, een snackbar, een hotel, een jeugdherberg.

2.

De horeca in Heeg is geconcentreerd in een klein gebied en draagt daardoor in belangrijke mate bij aan de sfeer in het centrum.

3.

Heeg is in principe voor horecabedrijven als vestigingsplaats aantrekkelijk gezien de historische kwaliteiten van het dorp (kleinschaligheid, dorpse sfeer, historische gebouwen, nabijheid water) en de kwaliteiten als watersportdorp.

Daar staan de volgende zwakke punten tegenover: 1.

De horecabedrijven in Heeg zijn sterk afhankelijk van het toerisme; buiten het zomerseizoen is de spoeling dun en sluiten sommige bedrijven de poorten. Mede daardoor lijkt het economisch functioneren van in elk geval een deel van de bedrijven niet optimaal.

2.

Er is weinig dynamiek: veel bedrijven zijn al lange tijd in Heeg gevestigd, ondernemers zijn weinig actief ten aanzien van samenwerking, dorpsactiviteiten, het bieden van arrangementen en dergelijke.

3.

Hoewel er wel diverse horecabranches in het dorp zijn gevestigd, is de diversiteit binnen de branches beperkt: met name de restaurants richten zich met een doorsnee assortiment op een doorsnee publiek.

In de toekomst doen zich de volgende kansen voor: 1.

De bestedingen bij de horeca zitten landelijk in de lift. Belangrijke thema's in de toekomst zijn gezondheid, welbevinden, milieu, comfort en luxe.

2.

Heeg biedt door zijn attracties en historische kwaliteiten en door zijn sterke positie als watersportdorp in principe een goede basis voor een aantrekkelijk horeca-aanbod.

3.

In de komende jaren blijft er fors geïnvesteerd worden in de infrastructuur en voorzieningen voor de watersport in het Friese Merengebied. Dat betekent potentieel meer klanten, ook voor de horeca.

4.

De herinrichting van het centrumgebied van Heeg leidt tot een aantrekkelijker verblijfsklimaat en betere mogelijkheden voor terrassen. De

28


nieuwbouw van woningen en de uitbreiding van de passantenhaven leiden tot een groter klantenpotentieel. Daar staan de volgende bedreigingen tegenover: 1.

Heeg dreigt wat betreft meer hoogwaardig aanbod de boot te missen. Plaatsen in de omgeving lijken wat dat betreft meer te bieden te hebben.

2.

Het is de vraag of de huidige bedrijven de mogelijkheden hebben voor investeringen in vernieuwing. Daardoor dreigt een negatieve spiraal: weinig investeringen leiden tot een afnemende aantrekkingskracht, waardoor investeringsmogelijkheden verder afnemen enzovoort.

3.

Paracommerciële voorzieningen brengen het gevaar met zich mee dat zij de spoeling voor de reguliere horeca (nog) dunner maken;

4.

De huidige economische crisis leidt er toe dat er minder geld wordt uitgegeven in de horeca;

5.

Het rookverbod kan een bedreiging vormen voor de bezoekersaantallen in de horecavoorzieningen.

Deze bedreigingen kunnen er toe leiden dat, als er niets gebeurt, het horecaaanbod in het dorp geleidelijk afkalft. Dat gaat ten koste van de aantrekkingskracht van het hele centrum van Heeg. Er moet dan ook alles aan worden gedaan om op basis van de sterke punten en kansen van Heeg de horeca in het dorp nieuwe impulsen te geven. Op grond van voorgaande analyse worden de volgende aanbevelingen gedaan: 1.

Het verdient aanbeveling om in het nieuwe waterfront van Heeg in de omgeving van de passantenhaven ruimte te creëren voor een nieuwe voorziening met een zekere omvang. Daarbij kan worden gedacht aan de vestiging van een paviljoen of theehuis met een hoogwaardige uitstraling.

2.

In het centrumgebied kan een gebied worden aangewezen, waar in het nieuw op te stellen bestemmingsplan aan de vestiging van horeca in de vorm van (café-)restaurants geen beperkingen worden opgelegd. Voorgesteld wordt om hiervoor het gebied aan te wijzen zoals dit in figuur 6 is weergegeven.

3.

Het verdient aanbeveling om wat betreft paracommercie een eenduidig beleid te ontwikkelen.

Vooralsnog lijken de mogelijkheden om een hotel naar Heeg te trekken, beperkt. Actief beleid om dit te bewerkstelligen, is in dit licht weinig zinvol. Indien zich een initiatiefnemer zou melden, zou wel actief medewerking moeten worden verleend: een hotel zou een welkome aanvulling op het horecaaanbod in Heeg zijn.


29

Figuur 6.

30

Vestigingsgebied horeca Heeg


M i l i e u a s p e c t e n

4.1

Randweg In het plan is de randweg ten westen van Heeg te realiseren, niet meegenomen. Voor het tracé van de randweg is het bestemmingsplan Randweg Heeg vigerend, vastgesteld door de gemeenteraad op 6 juni 2006, en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 19 december 2006. Dit bestemmingsplan is inmiddels onherroepelijk.

4.2

Wegverkeerslawaai De Wet geluidhinder (laatstelijk gewijzigd 1 januari 2007) bepaalt dat elke weg in principe een zone heeft, behoudens: -

wegen die gelegen zijn binnen een als woonerf aangeduid gebied;

-

wegen waarvoor een maximumsnelheid geldt van 30 km/uur.

Overeenkomstig artikel 77 van de Wet geluidhinder dient bij de voorbereiding of herziening van een bestemmingsplan een akoestisch onderzoek te worden ingesteld naar de geluidsbelasting die door woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen binnen de zones van wegen wordt ondervonden. In het plangebied zijn echter bij recht geen nieuwe mogelijkheden voor geluidsgevoelige functies opgenomen. In het plan is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor het bouwen van bedrijfswoningen bij bedrijven. In deze regeling is de randvoorwaarde opgenomen dat indien de geluidsbelasting ten gevolge van het wegverkeer meer dan de voorkeursgrenswaarde bedraagt, de wijziging slechts wordt toegepast in overeenstemming met een verkregen hogere grenswaarde. Dit betekent dat voorafgaand aan het toepassen van een dergelijke wijzigingsbevoegdheid akoestisch onderzoek moet worden verricht. In het plan is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen die het mogelijk maakt de bouwgrenzen te wijzigen ten behoeve van de uitbreiding, dan wel een verandering in de situering van hoofdgebouwen. Bij wijzigingsbevoegdheid is een randvoorwaarde opgenomen dat indien de geluidsbelasting ten gevolge van het wegverkeer meer dan de voorkeursgrenswaarde bedraagt, de wijziging slechts wordt toegepast in overeenstemming met een verkregen hogere grenswaarde. Dit betekent dat voorafgaand aan het toepassen van een dergelijke wijzigingsbevoegdheid akoestisch onderzoek moet worden verricht.


31

4.3

Industrielawaai Op het industrieterrein Draeisleat - De Skou gelegen ten oosten van het plangebied zijn inrichtingen als bedoeld in artikel 40 in samenhang met artikel 1 Wet geluidhinder toegestaan. De Wet geluidhinder (laatstelijk gewijzigd 1 januari 2007) stelt de verplichting dat bij een dergelijk terrein tevens een zone wordt vastgesteld waarbuiten de geluidsbelasting vanwege het terrein de waarde van 50 dB(A) niet te boven mag gaan. De gemeenteraad heeft het bestemmingsplan (Partiële herziening van de bestemmingsplannen Buitengebied, Draeisleat-Osingahuizen, Heeg-Molefinne/De Greiden en Baggerdepot Gouden Bodem i.v.m. wijziging geluidszone industrieterrein Draeisleat-De Skou) waarmee deze zone is vastgelegd op 13 december 2005 vastgesteld. Dit bestemmingsplan is op 7 maart 2006 goedgekeurd door Gedeputeerde Staten. Tegen het goedkeuringsbesluit is beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Bij besluit van 29 augustus 2007 is door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State volledig goedkeuring onthouden aan de voornoemde partiële herziening. PLANOLOGISCHE REGELING

De gemeente zal te zijner tijd een bestemmingsplan opstellen die voorziet in het vastleggen van de nieuwe geluidzone rond het industrieterrein Draeisleat De Skou. In dit bestemmingsplan zal ook het voorliggende bestemmingsplan op dat punt worden herzien. Van een nadere planologische regeling is dan ook afgezien. In het plangebied zijn inrichtingen als bedoeld in artikel 40 in samenhang met artikel 1 Wet geluidhinder niet toegestaan (zie paragraaf 4.4).

4.4

Hinder van bedrijven Middels de milieuwetgeving wordt milieuhinder in woonsituaties zoveel mogelijk voorkomen. Alle bedrijven en instellingen die op grond van het Ivb (Inrichtingen en vergunningbesluit) milieubeheerplichtig zijn (en in potentie hinder zouden kunnen veroorzaken) moeten een vergunning hebben in het kader van de Wet milieubeheer dan wel voldoen aan de bepalingen van een Algemene maatregel van bestuur (AMvB) van de Wet milieubeheer. Om enig inzicht te krijgen in de mogelijke overlast van de aanwezige bedrijven en voorzieningen ten opzichte van woningen, is hierna de gewenste afstand tussen het bedrijf/instelling en woningen weergegeven zoals die is opgenomen in de VNGpublicatie "Bedrijven en milieuzonering" (2007).

32


Bedrijf/Instelling

Adres

SBI-

Grootste

Aan-huis-

code

afstand

verbonden beroep

Boekenwinkel

Buterhoek 32

ja

Bedrijf in lasapparatuur

Buterhoek 36

ja

Camping

De Burd 25a

552

50 m

Veehandel

De Burd 29

5123

100 m

Transport- en handelsbedrijf

De Draei 50

ja

Bedrijf in waterrecreatie

De Eker 7

ja

Timmer- en klusbedrijf

De Homeie 1

ja

Adviesbureau

De Homeie 25a

ja

Bandenhandel

De Homeie 27

ja

Montage- en klussenbedrijf

De Homeie 33

Bank

De Skatting 36

65

10 m

Handel in nautische kunst

De Skatting 40

52

10 m

Bedrijf in scheepstimmerwerk

De Skatting 41

Hotel-restaurant

De Skatting 44

553

30 m

Bakkerij

De Skatting 49

5224

10 m

Bloemenwinkel

De Skatting 67

52

10 m

ja

ja

Makelaar

De Skatting 69

70

10 m

Ontwerp bureau in goud en zilver

De Skatting 71

52

10 m

Restaurant

De Syl 12

553

10 m

Cateringbedrijf

Djipsleatswei 4

Installatiebedrijf

Harinxmastrjitte 2/4

45

30 m

Garage- en tweewielersbedrijf

Harinxmastrjitte 6

52

10 m

Hobbywinkel

Harinxmastrjitte 11

52

10 m

Bedrijf in garage- en bedrijfsdeuren

Harinxmastrjitte 13

52

10 m

Croissanterie/ijssalon

Harinxmastrjitte 20

553

10 m

Installatiebedrijf

Harinxmastrjitte 22

45

30 m

Softwarebedrijf

Harinxmastrjitte 29

71

10 m

Reïntegratiebureau

Harinxmastrjitte 34

74

10 m

Kleding- en textielwinkel


52

10 m

Kapsalon

Harinxmastrjitte 38

9302

10 m

Restaurant

Harinxmastrjitte 40

553

10 m

VVV-kantoor

Harinxmastrjitte 43

633

10 m

Drogisterij en bedrijf in internetdiensten

Harinxmastrjitte 46

5232

10 m

Bedrijf in watersport- en kampeerartikelen


52

10 m

Schilderswinkel

Harinxmastrjitte 48

52

10 m

Café-restaurant

Harinxmastrjitte 50

553

30 m

ja

Warenhuis

Harinxmastrjitte 52

52

10 m

Discotheek

Harinxmastrjitte 56

554/2

30 m

Restaurant en grand-café


553

10 m

Restaurant

Harinxmastrjitte 58

553

10 m


33

Bedrijf/Instelling

Adres

SBI-code

(vervolg)

Grootste

Aan-huis-

afstand

verbonden beroep

Slijterij

Harinxmastrjitte 61

52

10 m

Eetcafé

Harinxmastrjitte 73

553

10 m

ICT-bedrijf

Helling 6

ja

Schoonheidssalon

Helling 7

ja

Installatiebedrijf en bedrijf in verhuur klassiek

Helling 26

ja

schepen

34

Botenverhuurbedrijf

Helling 42

712

50 m

Vishandel

Helling 44

553

10 m

Bedrijf in evenementenverzorging

Helling 62

Watersportbedrijf/Jachtwerf

It Eilân 2/7

351

200 m

ja

Jachtwerf

It Eilân 6/6a

351

200 m

Jeugdherberg

It Eilân 65

552

50 m

Dorpshuis

It Eilân 67

9133.1 A

30 m

Jachthaven

It Eilân 68

9262

50 m

Montagebedrijf

It Fabryk 11

Uitvaartverzorgingsbedrijf

It Fabryk 12

ja

Schoonheidssalon

It Fabryk 13

ja

ja

Skûtsjeverhuurbedrijf

Koaldyk 1

714

30 m

Bedrijf in vrijetijds- en watersportkleding

Koaldyk 8

52

10 m

Supermarkt

Koaldyk 11

5211

10 m

Jachtschildersbedrijf

Molefinne 10

ja

Accountantskantoor

Molefinne 51

ja

Tekenbureau

Molefinne 95

Aannemersbedrijf

Nijedyk 45/47

45/3

Fourage- en melktransportbedrijf

Nijedyk 57

5121

50 m

Bungalow- en watersportpark

Pharshoeke 61

552

50 m

Passantenhaven

Pharshoeke 99

9262

50 m

Bedrijf in natuurvoeding en reformartikelen

Reidfinne 3

ja

Klussenbedrijf

Reidfinne 17

Ja

Servicebedrijf

Spinnekop 12

ja

Scheepsbouw- en onderhoudsbedrijf

Spinnekop 15

ja

Plamuurbedrijf

Tsjerkebuorren 23

Basisschool

Tollewei

ja 30 m

ja 801

30 m

Transportbedrijf

Tollewei 7

Woon-zorgcomplex

Tollewei 33

853

30 m

ja

Huisartsenpraktijk

Tollewei 107

8512

10 m

Huisartsenpraktijk

Tollewei 113

8512

10 m

Peuterspeelzaal

Tollewei 115

853/2

30 m

Schildersbedrijf

Weisleatstrjitte 1

ja

Groothandel in hobbyartikelen

Weisleatstrjitte 24

ja

Tandarts

Wite Muonts 1

Bedrijf in internet en fotografie

Wite Muonts 12

8512


10 m ja

In het algemeen is het zo, dat de bedrijven mede door hun milieuvergunning en de daarin opgenomen voorwaarden, passend zijn op de betrokken locatie. Op de bedrijfslocaties zijn inrichtingen als bedoeld in artikel 40 in samenhang met artikel 1 van de Wet geluidhinder, seksinrichtingen en risicovolle inrichtingen middels de planregels uitgesloten.

4.5

Externe veiligheid Het beleid ten aanzien van het produceren, verwerken, opslaan en vervoeren van gevaarlijke stoffen begint steeds vastere vormen aan te nemen. De overheid werkt hard aan het vastleggen van veiligheidsnormen die in acht moeten worden genomen en waarmee zowel op het gebied van milieu als op het gebied van de ruimtelijke ordening rekening gehouden moet worden. Nieuw aan het veiligheidsbeleid is dat de afwegingen ten aanzien van risico's op ongevallen die doden en gewonden tot gevolg kunnen hebben duidelijk zichtbaar moeten worden gemaakt en niet langer onbewust of impliciet plaatsvinden.

Figuur 7.

Fragment Risicokaart (Bron: Provincie Fryslân, 11-02-2009)

Geconcludeerd kan worden dat er in het plangebied geen beperkingen voor het bestemmingsplan op het gebied van externe veiligheid aanwezig zijn. Het LPGtankstation aan De Draei ligt op een dusdanige afstand van het plangebied (165 m) dat dit tankstation geen gevolgen voor het plangebied met zich meebrengt.


35

4.6

Ecologie Het voorliggende bestemmingsplan is een beheerplan. Aanzienlijke verandering van de bestaande situatie is derhalve niet mogelijk. De eventueel aanwezige ecologische waarden zullen door dit bestemmingsplan dan ook niet worden verstoord.

4.7

Archeologie ALGEMEEN

Begin 1992 ondertekende Nederland het Verdrag van Valletta/Malta. Daarmee heeft de zorg voor het archeologisch erfgoed een prominentere plaats gekregen in het proces van de ruimtelijke planvorming. Uitgangspunten van het verdrag zijn het vroegtijdig betrekken van archeologische belangen in de planvorming, het behoud van archeologische waarden in situ (ter plaatse) en de introductie van het zogenaamde "veroorzakerprincipe". Dit principe houdt in dat degene die de ingreep pleegt financieel verantwoordelijk is voor behoudsmaatregelen of een behoorlijk onderzoek van eventueel aanwezige archeologische waarden. Per 1 september 2007 is de Wet op de archeologische monumentenzorg in werking getreden. Het is verplicht om in het proces van ruimtelijke ordening tijdig rekening te houden met de mogelijke aanwezigheid van archeologische waarden. Op die manier komt er ruimte voor de overweging van archeologievriendelijke alternatieven. Rijk, provincies en gemeenten (laten) bepalen welke archeologische waarden bedreigd worden bij ruimtelijke ordeningsplannen. Tijdens de voorbereiding van deze plannen is (vroeg)tijdig archeologisch (voor)onderzoek belangrijk.

FAMKE

Mede in verband met de doorvoering van bovengenoemd Europees beleid heeft de provincie Fryslân een cultuurhistorische advieskaart uitgebracht waar onder meer informatie te vinden is over te verwachten archeologische waarden. Deze informatie is weergegeven op FAMKE, de Friese Archeologische Monumenten Kaart Extra. Voor Heeg geeft FAMKE het volgende weer.

36


Figuur 8.

Fragment FAMKE steentijd-bronstijd Heeg (Bron: Provincie Fryslân, 11-02-2009)

Ten aanzien van de periode steentijd-bronstijd wordt voor de lichtgele gebie-

STEENTIJD-BRONSTIJD

den (bijna het gehele plangebied) door de provincie "karterend onderzoek 3" aanbevolen. Dit betekent dat bij ingrepen van meer dan 5.000 m² een karterend archeologisch onderzoek uitgevoerd dient te worden. In deze gebieden kunnen zich op enige diepte archeologische lagen bevinden uit de steentijd, die zijn afgedekt door een veen- of kleidek. Mochten zich hier archeologisch resten bevinden, dan zijn deze waarschijnlijk goed van kwaliteit. Voor het lichtoranje gebied aan de noordzijde van het plangebied luidt het advies "katerend onderzoek 2". In deze gebieden kunnen zich op enige diepte archeologische lagen uit de steentijd bevinden, die zijn afgedekt door een veen- of kleidek. Mochten zich hier archeologisch resten bevinden, dan zijn deze waarschijnlijk goed van kwaliteit. De provincie beveelt daarom aan om bij ingrepen van meer dan 2.500 m² een karterend (boor)onderzoek uit te laten voeren. Ten aanzien van de periode ijzertijd-middeleeuwen worden in het plangebied

IJZERTIJD-MIDDELEEUWEN

twee verschillende gebieden onderscheiden. Van de gebieden die zijn aangegeven met "streven naar behoud" (de rode gebieden) is bekend dat zij waardevolle archeologische resten uit de periode bronstijd en later bevatten. In veel gevallen betreft het AMK-terreinen (terreinen die op de archeologische monumentenkaart vermeld staan), maar het kunnen ook terreinen zijn die bij gemeente of provincie bekend staan als archeologisch waardevol.


37

Figuur 9.

Fragment FAMKE ijzertijd-middeleeuwen Heeg (Bron: Provincie Fryslân, 11-02-2009)

Voor deze gebieden is een aanvullende regeling in het voorliggende bestemmingsplan opgenomen. Deze terreinen zijn op de plankaart namelijk bestemd als "Waarde - Archeologie". Voor het herstel en behoud van archeologische waarden zijn voor de als "Waarde - Archeologie" bestemde gebieden aanvullende bouwregels en een aanlegvergunningvereiste opgenomen. Een aanlegvergunning is vereist voor de volgende activiteiten: -

het ontgronden, afgraven, egaliseren, mengen, diepploegen, ontginnen van gronden dieper dan 30 centimeter en met een grotere oppervlakte dan 50 m²;

-

het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en drainage en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur dieper dan 30 cm;

-

het verlagen van het waterpeil;

-

het aanbrengen of rooien van bos of boomgaard, waarbij stobben worden verwijderd, met een oppervlakte groter dan 50 m².

Voor de lichtoranje gebieden luidt het advies "karterend onderzoek 3". In deze gebieden kunnen zich archeologische resten bevinden uit de periode middenbronstijd - vroege middeleeuwen. Het gaat hier dan met name om vroeg- en vol-middeleeuwse veenontginningen. Daarbij bestaat de kans dat er zich huisterpjes uit deze tijd in het plangebied bevinden. Ook de wat oudere boerderijen kunnen archeologische sporen of resten afdekken, hoewel de veengronden eromheen al afgegraven zijn. De provincie beveelt aan om bij ingrepen van meer dan 5.000 m² een karterend archeologisch onderzoek uit te laten voeren.

38


In het plan zijn geen ingrepen met een grotere oppervlakte van meer dan

ONTWIKKELINGEN

5.000 m² voorzien. Een uitzondering hierop vormen ingrepen op agrarische percelen. Door de provincie is echter aangegeven dat voor bestaande agrarische bedrijven geen archeologisch onderzoek behoeft te worden uitgevoerd, ook niet indien in het nieuwe bestemmingsplan een groter agrarisch bouwperceel mogelijk wordt gemaakt. Kortom, voor zowel voor de periode steentijd-bronstijd als voor de periode ijzertijd-middeleeuwen is archeologisch onderzoek in het kader van het voorliggende bestemmingsplan niet noodzakelijk.

4.8

Water Op grond van artikel 3.1.6 uit het Besluit ruimtelijke ordening dient in de toe-

ALGEMEEN

lichting op ruimtelijke plannen een waterparagraaf te worden opgenomen, waarin wordt aangegeven op welke wijze rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie. In die paragraaf dient uiteengezet te worden of en in welke mate het plan in kwestie gevolgen heeft voor de waterhuishouding, dat wil zeggen het grondwater en het oppervlaktewater. Het is de schriftelijke weerslag van de zogenaamde watertoets: 'het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren (door de waterbeheerder), afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten'. Op 17 januari 2008 is het dorp besproken met het Wetterskip Fryslân. In dit

OVERLEG MET HET

gesprek is aangegeven dat er in Heeg geen bijzonderheden of aandachtspunten

WATERSCHAP

aan de orde zijn, die een nadere regeling in het bestemmingsplan noodzakelijk maken. Wel is door het Wetterskip aangegeven om in de toelichting van het bestemmingsplan inzichtelijk te maken of er sprake is van boezemkaden, hoe met afvalwater wordt omgegaan en hoe de natte infrastructuur in het plan is bestemd. Het overleg wordt door zowel de gemeente als het Wetterskip gezien als het wateradvies. Er is daarom in het gesprek afgesproken dat het Wetterskip geen schriftelijk wateradvies omtrent dit plan zal geven omdat alle relevante zaken reeds in het gesprek aan de orde zijn geweest. In het onderhavige bestemmingsplan worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt die van invloed zijn op de waterhuishouding. Hiervoor hoeven derhalve ook geen compenserende maatregelen te worden getroffen. In het plangebied zijn geen grootschalige riolerings- en zuiveringsinstallaties aanwezig. Hieromtrent hoeft dan ook niets te worden geregeld in het bestemmingsplan. De veel voorkomende kleine nutsvoorzieningen zijn geregeld (en


39

toegestaan) in de bestemmingsomschrijvingen van de verschillende bestemmingen. De structuurbepalende waterlopen en de waterlopen die van belang zijn voor de waterhuishouding en het vaarverkeer zijn als water bestemd. Hiermee is de functie van de natte infrastructuur beschermd in het bestemmingsplan.

4.9

Luchtkwaliteit Op 1 maart 1993 is de Wet Milieubeheer (Wm) in werking getreden. Onder andere de Europese regelgeving voor de luchtkwaliteit is met de inwerkingtreding van de wijziging van de Wm (onderdeel luchtkwaliteitseisen) op 15 november 2007 in de Nederlandse wet- en regelgeving verwerkt. Uitgangspunt van de Wm is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Het NSL is op 1 augustus 2009 in werking getreden. Hierin is bepaald wanneer en hoe overschrijdingen van de grenswaarden voor de luchtkwaliteit moeten worden behandeld. In het NSL worden ook nieuwe ontwikkelingen zoals plannen voor de bouw van woningen overwogen. Plannen die binnen het NSL passen, hoeven niet meer te worden beoordeeld aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit. Ook plannen die niet ‘in betekende mate’ (nibm) gevolgen hebben voor de luchtkwaliteit hoeven niet meer aan deze grenswaarden te worden beoordeeld. De eisen om te kunnen beoordelen of bij een plan sprake is van nibm, zijn vastgesteld in de algemene maatregel van bestuur (AMvB)-nibm. In de AMvB-nibm is bepaald dat nadat het NSL of een programma voor de regio is vastgesteld een grenswaarde van 3% afname van de luchtkwaliteit als nibm kan worden aangeduid. Dit betekent een toename van ten hoogste 1,2 microgram per m3 NO2 of PM10. Gelet op de huidige en toekomstige activiteiten ligt dit niet in de lijn der verwachting. Onderzoek naar de luchtkwaliteit kan derhalve achterwege blijven.

4.10

Bodem In het kader van het landelijk project "Landsdekkend Beeld Bodemverontreiniging" is in 2003 en 2004 in Fryslân een (vrijwel) provinciedekkende inventarisatie uitgevoerd naar bodemlocaties waarvan op grond van historische gegevens het vermoeden bestond dat er sprake van bodemverontreiniging zou kunnen zijn, de zogenaamde "verdachte" locaties. Al deze gevonden locaties zijn in een database verzameld. Tevens zijn bodemonderzoeksrapporten, die bij de gemeenten en de provincie aanwezig zijn, ingevoerd in de gemeentelijke bodeminformatiesystemen. De meeste locaties leveren geen onaanvaardbaar

40


risico op en kunnen worden aangepakt wanneer er nieuwbouw, wegaanleg of eigendomsoverdracht plaatsvindt. Een bepaalde mate van bodemverontreiniging hoeft in veel gevallen niet direct een probleem op te leveren. In veel gevallen zal historisch onderzoek inzake de betreffende verdachte locatie kunnen uitwijzen of er voldoende aanleiding is om ook bodemonderzoek te laten uitvoeren. Met een oriënterend bodemonderzoek en/of een nader bodemonderzoek kan vastgesteld worden of er inderdaad sprake is van bodemverontreiniging, en zo ja, in welke mate en van welke omvang. Op basis van een nader onderzoek kan de provincie bepalen of er een noodzaak is tot gedeeltelijke of gehele sanering van de locatie en of er beveiligingsmaatregelen getroffen moeten worden. Daarbij zal ook de huidige en/of toekomstige bestemming en het gebruik van de locatie een rol spelen uit welke saneringsvarianten kan worden gekozen. In het plangebied is een aantal (potentieel) vervuilde locaties aanwezig. Van vervuilde locaties die urgente sanering behoeven is echter geen sprake. De aanwezigheid van (potentieel) vervuilde locaties vormt geen belemmering voor onderhavig bestemmingsplan.


41

P l a n b e s c h r i j v i n g

Middels het voorliggende bestemmingsplan wordt getracht om de bestaande kwaliteiten te behouden en waar nodig en mogelijk deze te verbeteren. Dit geldt zowel voor het wonen als voor de voorzieningen en de bedrijvigheid. Ten aanzien van deze functies zijn in dit hoofdstuk de beleidsuitgangspunten aangegeven. De beleidsuitgangspunten zijn gebaseerd op het beleid van de hogere overheden, het beleid van de gemeente zoals vastgelegd in een aantal notities en visies en op de bestaande situatie en de milieukundige randvoorwaarden zoals in de voorgaande hoofdstukken zijn beschreven.

5.1

Functioneel beleid 5 . 1 . 1

Wonen

1.

Het beleid is gericht op het handhaven van de woonfunctie van de verschillende woonbuurten in Heeg. Een toename van het aantal woningen kan mogelijk worden gemaakt middels een wijzigingsbevoegdheid. De wijzigingsbevoegdheid betreft een wijziging van de agrarische functie aan De Burd 29. Het maximum aantal woningen dat middels deze wijziging gerealiseerd mag worden, bedraagt 3.

2.

Aan-huis-verbonden beroepen en -bedrijven acht de gemeente mogelijk in de woongebieden.

5 . 1 . 2

Voorzieningen

3.

Het beleid is gericht op het handhaven van de bestaande voorzieningen in het plangebied.

4.

Vestigingsmogelijkheden voor kleinschalige voorzieningen worden geboden in het vanouds gemengde gebied in Heeg. Het betreft hier het gebied aan de Harinxmastrjitte en het zuidelijke deel van De Skatting. Daar waar de ontsluiting het toelaat, is het beleid gericht op handhaving van dit gemengde karakter.

5.

Gelet op het horecabeleid dat de gemeente voorstaat voor Heeg (zie ook paragraaf 3.2.2) is binnen het gemengde gebied aan De Syl het oostelijke deel van de Harinxmastrjitte de vestiging van horecabedrijven als een café, cafetaria, restaurant of hotel mogelijk.


43

6.

Detailhandel op bedrijfslocaties wordt door de gemeente mogelijk én wenselijk geacht. Het beleid is er dan ook op gericht dat op de verschillende bedrijfslocaties in het plangebied detailhandelsvestigingen mogelijk zijn. Nieuwvestiging van detailhandel op bedrijfslocaties kan namelijk een economische impuls geven aan dorpen en daarmee de leefbaarheid op het platteland vergroten. Het Streekplan Fryslân 2007 biedt echter geen ongelimiteerde mogelijkheden voor het toestaan van detailhandel op bedrijfslocaties. Het streekplan biedt geen ruimte voor detailhandel op solitair en perifeer gelegen bedrijventerreinen, omdat deze de bestaande detailhandelsstructuur van een dorp zou kunnen verstoren. Om die reden is er voor gekozen om op de solitair gelegen bedrijfslocaties

op

It

Eilân

en

aan

de

Spinnekop/Helling

alléén

ondergeschikte detailhandel toe te staan. Op de bedrijfslocaties aan de Nijedyk en de Harinxmastrjitte, die zijn gelegen middenin de bebouwde kom, is wel "gewone" detailhandel toegestaan. 5 . 1 . 3

Bedrijvigheid

7.

Vestigingsmogelijkheden voor kleinschalige en niet-milieuhinderlijke bedrijven wordt in Heeg geboden in het vanouds gemengde gebied aan de Harinxmastrjitte en het zuidelijke deel van De Skatting. Het betreft hierbij uitsluitend bedrijven uit de categorieën 1 en 2 van de VNGbrochure Bedrijven en Milieuzonering. Tevens zijn de bestaande bedrijven aan de Nijedyk en de Harinxmastrjitte uit de milieucategorieën 1 en 2 als zodanig bestemd.

8.

In het plangebied is geen bedrijvigheid uit de milieucategorieën 3.1 en hoger toegestaan. Voor bedrijvigheid uit de zwaardere milieucategorieen is plaats op het buiten het plangebied gelegen bedrijventerrein Draeisleat-Osingahuizen. Het botenverhuurbedrijf aan de Helling kent de milieucategorie 3.1. De twee watersportbedrijven annex jachtwerven op It Eilân kennen milieucategorie 4.1. Ten aanzien van deze locaties is in de planregels bepaald dat ter plaatse de bestaande bedrijvigheid is toegestaan, dan wel bedrijvigheid in de milieucategorieën 1 en 2.

9.

Bedrijven die op het moment van de eerste tervisielegging van het plan aanwezig in het woongebied, dan wel het gemengde gebied aanwezig zijn, zijn tot de bestaande omvang beperkt.

5 . 1 . 4

Recreatie

10.

Op basis van het bestemmingsplan Heeg-Recreatie was permanente bewoning van de recreatiewoningen op It Eilân mogelijk. Dit beleid is

44


voortgezet. Permanente bewoning is niet toegestaan voor de Pharshoeke, met uitzondering van de beheerderswoning. 11.

In het kampeerbeleid van de gemeente is aangegeven dat 20% van de vergunde standplaatsen op campings zoals Watersportcamping Heeg mag worden ingewisseld voor eenvoudige bouwwerken en kleine vakantiebungalows. Voor Watersportcamping Heeg betekent dit dat in totaal 37 van dergelijke onderkomens mogen worden gerealiseerd.

5.2

Ruimtelijk beleid 12.

Het bestemmingsplan is gericht op het behoud en herstel van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het dorpsgezicht van Heeg, zoals weergegeven in de toelichting op het aanwijzingbesluit van Heeg als beschermd dorpsgezicht. De toelichting op de aanwijzing als beschermd dorpsgezicht is als bijlage bij de planregels opgenomen.

13.

De gemeente streeft naar het behoud van de bestaande hoofdvorm (goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en dakvorm) van panden die op de bij het bestemmingsplan behorende bouwvormenkaart zijn aangegeven met "beeldbepalend" dan wel "beeldondersteunend" dan wel op de plankaart met "karakteristiek" zijn aangeduid.

14.

De gemeente streeft naar het behoud van de bestaande waterlopen die structuurbepalend zijn en/of van belang zijn voor de waterhuishouding.

15.

De gemeente streeft naar het behoud van de bestaande structuurbepalende groenvoorzieningen.


45

J u r i d i s c h e t o e l i c h t i n g

6.1

Bestemmingsplanprocedure De bestemmingsplanprocedure is geregeld in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). In het kort ziet deze procedure er als volgt uit: 1.

Voorbereidingsprocedure

Een voorontwerpbestemmingsplan wordt opgesteld door het College van Burgemeester en Wethouders en wordt voor overleg toegezonden aan een aantal in artikel 3.1.1 van het Bro genoemde instanties en overeenkomstig de gemeentelijke inspraakverordening voor de inspraak ter visie gelegd op de daartoe in de gemeente gebruikelijke plaatsen. Het College van Burgemeester en Wethouders reageert op het overleg (ex artikel 3.1.1 Bro) en de inspraak door in de toelichting van het plan op de gemaakte open aanmerkingen in te gaan en aan te geven welk standpunt de gemeente daarover inneemt. 2.

Vaststellingsprocedure

Vervolgens wordt het ontwerpplan, na een officiële aankondiging daartoe in de Staatscourant en in een of meer dag- of nieuwsbladen, gedurende 6 weken ter gemeentesecretarie ter inzage gelegd (eerste terinzagelegging). Een ieder kan gedurende deze periode een zienswijze kenbaar maken bij de gemeenteraad. De gemeenteraad neemt omtrent het ontwerpbestemmingsplan en de daarover kenbaar gemaakte zienswijzen een besluit en stelt het plan (eventueel in gewijzigde vorm) vast. 3.

Bekendmakingsprocedure

Nadat het plan door de gemeenteraad is vastgesteld wordt het besluit tot vaststelling van het plan binnen twee weken (zes weken indien het bestemmingsplan gewijzigd is vastgesteld) na de vaststelling bekend gemaakt. De kennisgeving wordt tevens in de Staatscourant geplaatst. 4.

Procedure Raad van State

Uitsluitend degenen die eerder zienswijzen hebben ingediend bij de gemeenteraad kunnen nu in beroep bij de Afdeling Bestuursrechtspraak bij de Raad van State. Het besluit tot vaststelling treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beroepstermijn (zes weken) afloopt. De Afdeling beslist op een beroep binnen 12 maanden na afloop van de beroepstermijn.


47

6.2

Juridische vormgeving 6 . 2 . 1

Algemeen

Een bestemmingsplan bevat op basis van artikel 3.1.3 Bro naast de bij of krachtens de Wet ruimtelijke ordening voorgeschreven bestemmingen en regels, in elk geval: a.

een geometrische plaatsbepaling van het plangebied en van de daarin aangewezen bestemmingen;

b.

een beschrijving van die bestemmingen, waarbij per bestemming het doel of de doeleinden worden aangegeven.

6 . 2 . 2

Afstemming op andere wetten en verordeningen

Met het oog op de duidelijkheid, dan wel om een dubbel vergunningenstelsel te voorkomen is ten aanzien van een aantal wetten en/of verordeningen aangegeven hoe het gemeentebestuur bij de toepassing van de daarin opgenomen regelingen rekening houdt met het ruimtelijk beleid zoals dat met het bestemmingsplan wordt nagestreefd. Artikel 23 van de planregels voorziet in een afstemmingsregeling. WET OP DE

In de Wet op de openluchtrecreatie was voor bijzondere vormen van kamperen

OPENLUCHTRECREATIE

een vrijstelling of ontheffing mogelijk van het verbod om buiten een kampeerterrein te mogen kamperen. Gedurende de planperiode is de Wet op de openluchtrecreatie afgeschaft. In de planregels is per bestemming aangegeven of het plan zich tegen deze bijzondere vormen van kamperen verzet.

WATERSCHAP

Bij activiteiten waarbij ook belangen van het waterschap een rol spelen, vindt overleg plaats met het waterschap. Daarnaast blijft de Keur onverminderd van toepassing. 6 . 2 . 3

Plansystematiek BESTEMMINGS-

Uitgangspunt voor de bestemmingsdifferentiatie is de in de toelichting aange-

DIFFERENTIATIE

geven functionele structuur. In verband daarmee is onderscheid gemaakt tussen de volgende bestemmingen:

48

-

Agrarisch;

-

Bedrijf;

-

Bedrijf - Nutsbedrijf;

-

Gemengd;

-

Groen;


-

Maatschappelijk;

-

Recreatie - Camping;

-

Recreatie - Dagrecreatie;

-

Recreatie - Jachthaven;

-

Recreatie - Jeugdherberg

-

Recreatie - Recreatiewoningen;

-

Sport;

-

Verkeer - Verblijf;

-

Water;

-

Woongebied.

Dubbelbestemming: -

Waarde - Archeologie.

Binnen de gegeven bestemming zijn veelal meerdere doeleinden mogelijk, met name binnen de bestemming "Gemengd". Voorzover noodzakelijk, zijn door middel van aanduidingen, meer concreet onderdelen van de ruimtelijke en functionele structuur op de plankaart aangegeven. In het plangebied komt een wettelijk beschermd dorpsgezicht voor, namelijk

BESCHERMD

het centrumgebied van Heeg. De begrenzing van het dorpsgezicht is op de

DORPSGEZICHT

plankaart aangegeven. Voor zover de gronden zijn gelegen binnen genoemd gebied, is de betreffende bestemming mede gericht op het behoud en herstel van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het dorpsgezicht, zoals die zijn aangegeven in de toelichting op het aanwijzingsbesluit van Heeg als beschermd dorpsgezicht. Deze toelichting is als bijlage bij de planregels opgenomen. Ten aanzien van het bouwen is een uitgebreid beschermingsregime opgenomen. Voor het dorpsgezicht is een afzonderlijke kaart gemaakt: de bouwvormenkaart. Voor elk (hoofd)gebouw zijn de goothoogte, bouwhoogte en dakhelling op de kaart opgenomen. Voor gebouwen is een driedeling gemaakt in gebouwen, namelijk beeldbepalende gebouwen, beeldondersteunende gebouwen en neutrale gebouwen. Voor beeldbepalende en beeldondersteunende gebouwen is tevens de dakvorm aangegeven. In de planregels is ten aanzien van deze panden bepaald dat de bestaande hoofdvorm, bestaande uit goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en dakvorm, gehandhaafd dient te blijven. Verder is een stelsel van nadere eisen opgenomen (zie ook hierna), waarbij binnen het beschermde dorpsgezicht nadere eisen kunnen worden gesteld aan de gevelindeling, het materiaalgebruik van hoofdgebouwen, de dakvorm en het materiaalgebruik van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, en de plaats en hoogte van erfafscheidingen. De nadere eisen kunnen worden gesteld met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd dorpsgezicht. Voor het verlenen van ontheffingen en het toepassen van wijzigingsbevoegdheden geldt een vergelijkbaar regime, in die zin dat deze bevoegdheden niet


49

worden toegepast indien dit leidt tot een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd dorpsgezicht. In voorkomende gevallen vragen Burgemeester en Wethouders de gemeentelijke monumentencommissie om advies ter beoordeling of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd dorpsgezicht. ONDERSCHIED HOOFDGE-

In de bestemmingen waarbinnen het stedenbouwkundig beeld thans differenti-

BOUWEN, AAN- EN UIT-

atie laat zien in hoofdgebouwen en aanen uitbouwen en bijgebouwen en

BOUWEN, BIJGEBOUWEN EN OVERKAPPINGEN

overkappingen (zoals woongebied en gemengd) is in de bouwregels onderscheid gemaakt tussen bouwregels voor de hoofdgebouwen en bouwregels voor de aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen. Een hoofdgebouw wordt omschreven als een gebouw dat op een bouwperceel architectonisch, dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken, met inbegrip van aanen uitbouwen. Het hoofdgebouw laat zich nader onderverdelen in een hoofdvorm en aanen uitbouwen. De aanen uitbouwen worden in de begripsomschrijving derhalve als onderdeel van het hoofdgebouw omschreven en zijn qua vorm daarvan te onderscheiden en zijn door de ligging en/of in architectonisch opzicht ondergeschikt aan de hoofdvorm. Voor hoofdvorm en aanen uitbouwen gelden door het verschil in verschijningsvorm en plaatsing op het perceel afzonderlijke bouwregels. Daarom is bij de bouwregels voor de hoofdgebouwen steeds expliciet aangegeven dat deze regels niet gelden voor de tot het hoofdgebouw behorende aanen uitbouwen. Daarvoor zijn afzonderlijke regels opgenomen die tevens gelden voor de bijgebouwen en de overkappingen. Ter verduidelijking is in volgende figuur het onderscheid aangegeven tussen de hoofdvorm (hoofdgebouwen exclusief de aanen uitbouwen) en de aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen.

50


Artikel 3.6, lid 1 van de Wet ruimtelijke ordening biedt de mogelijkheid om in

ONTHEFFINGEN

een bestemmingsplan ontheffingen op te nemen teneinde flexibiliteit in het bestemmingsplan aan te brengen om zo te kunnen inspelen op actuele ontwikkelingen of inzichten of op bouwen aanlegactiviteiten die niet passen binnen de regels van het bestemmingsplan, maar waaraan men in uitzonderlijke gevallen wel medewerking wil verlenen. In het plan opgenomen ontheffingsmogelijkheden worden echter slechts in zeer uitzonderlijke gevallen gebruikt. Het gewenste beleid ten aanzien van het bouwen en het gebruik van gronden is immers in de regels bij recht vastgelegd! Het toepassen van de ontheffingsbevoegdheid ziet de gemeente als een kwestie van "NEE, mits....". Alleen wanneer zwaar wegende belangen aanwezig zijn, zullen Burgemeester en Wethouders gemotiveerd een ontheffing verlenen. De motivering wordt gedaan aan de hand van de bij de ontheffingsregel opgenomen criteria. Het stellen van nadere eisen heeft tot doel om op een later tijdstip dan bij de

NADERE EISEN

totstandkoming van het bestemmingsplan te bezien of op bepaalde punten een nadere eis in een concreet geval noodzakelijk is. Een nadere eis kan daarom worden gezien als een beperking van hetgeen zonder de toepassing van de nadere eisenregeling op grond van de planregels mogelijk zou zijn. In de planregels is uit oogpunt van rechtszekerheid zo helder en zo concreet mogelijk aangegeven wanneer en welke nadere eisen kunnen worden gesteld. De criteria zijn zo objectief mogelijk geformuleerd. In het onderhavige bestemmingsplan kunnen (afhankelijk van de bestemming) met het oog op: -

de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;

-

de sociale veiligheid;

-

het straat- en bebouwingsbeeld;

-

de verkeersveiligheid;

-

de woonsituatie;

-

de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd dorpsgezicht,

nadere eisen worden gesteld aan: voor zover ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht": -

de gevelindeling van gebouwen, in die zin dat deze overwegend verticaal gericht dienen te zijn en waarbij de lengte/breedte-verhouding ten minste 2:1 dient te bedragen;

-

het materiaalgebruik bij gebouwen in die zin dat sprake dient de zijn van gebakken stenen en gebakken dakpannen en dat in de kleurstelling aangesloten dient te worden bij het traditionele kleurgebruik;

-

de dakvorm en het materiaalgebruik van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, in die zin dat de dakhelling ten minste 40 dient te zijn en gebruik wordt gemaakt van gebakken materialen en/of hout in traditionele kleurstellingen;

-

de plaats en hoogte van erfafscheidingen;


51

-

het materiaalgebruik van erfafscheidingen in die zin dat deze van hout zijn opgetrokken;

-

de plaats en oppervlakte, bouwhoogte en goothoogte van de bebouwing,

en voor gebieden buiten de grenzen van het beschermd dorpsgezicht aan de plaats en oppervlakte, bouwhoogte en goothoogte van de bebouwing. Zo kan bijvoorbeeld in het geval van een gewenst bijgebouw op een perceel dat centraal in het dorp is gelegen en eigenlijk aan drie zijden door de openbare weg wordt omringd een nadere eis worden gesteld aan de plaats van het bijgebouw op het perceel in verband met het karakteristieke bebouwingsbeeld en met het oog op de verkeersveiligheid. Het kan immers niet zo zijn dat een bijgebouw het aanzicht op een karakteristiek pand ontneemt. Bovendien dient te worden voorkomen dat het bijgebouw te dicht op de weg wordt geplaatst en ter hoogte van een kruising het zicht op de kruising ontneemt. In dat geval zullen Burgemeester en Wethouders een nadere eis stellen aan bijvoorbeeld de situering van het bijgebouw en stellen dat het bijgebouw op grotere afstand achter de voorgevel wordt gebouwd dan de toegestane 3 meter. 6 . 2 . 4

Afzonderlijke bestemmingen AGRARISCH

De bestemming "Agrarisch" betreft enkele gronden aan de westzijde van het plangebied en het agrarisch bedrijf aan De Burd 29. De gronden zijn bestemd voor agrarische cultuurgronden en het uitoefenen van een grondgebonden agrarisch bedrijf. Binnen de bestemming is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen waarbij de agrarische functie (voorzover het de gebouwen en erven betreft) gewijzigd kan worden naar de functie wonen. Gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd. De gooten bouwhoogte mag niet meer dan de op de plankaart aangegeven hoogte bedragen.

BEDRIJF

De bestemming "Bedrijf" heeft betrekking op het bedrijvencluster op It Eilân en aan de Spinnekop/Helling. Ook de bestaande bedrijven buiten het gemengd gebied zijn als zodanig bestemd. Het betreft percelen aan de Nijedyk en de Harinxmastrjitte. Detailhandel is eveneens in de bestemming begrepen, met dien verstande dat op It Eilân en aan de Spinnekop/Helling uitsluitend ondergeschikte detailhandel is toegestaan. Gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd. De gooten bouwhoogte mag niet meer dan de op de plankaart aangegeven hoogte bedragen.

BEDRIJF - NUTSBEDRIJF

De bestemming "Bedrijf - Nutsbedrijf" betreft de nutsvoorziening op het sportcomplex aan De Skatting. Gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd. De gooten bouwhoogte mag niet meer dan de op de plankaart aangegeven hoogte bedragen.

52


De bebouwing rond de Harinxmastrjitte, De Syl en het zuidelijk deel van De

GEMENGD

Skatting kent de bestemming "Gemengd". De gronden zijn bestemd voor maatschappelijke voorzieningen, dienstverlening, detailhandel, bedrijven behorende tot de categorieën 1 of 2, zoals genoemd in de bij de planregels gevoegde Staat van Bedrijven en wonen. Aan De Syl en het oostelijke deel van de Harinxmastrjitte zijn vestigingsmogelijkheden voor horecabedrijven als een café, cafetaria, restaurant of hotel. De bestaande horecabedrijven elders in het plangebied zijn op de plankaart eveneens aangeduid als "horeca". Gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd. De gooten bouwhoogte mag niet meer dan de op de plankaart aangegeven hoogte bedragen, ofwel de op de bouwvormenkaart aangegeven maten moeten in acht worden genomen. Het aantal woningen mag niet meer dan het bestaande aantal per bouwvlak bedragen. De bestemming "Groen" betreft het Heempark en een aantal gebieden in de

GROEN

woonbuurt Molefinne-De Helling. Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van gebouwen ten behoeve van het beheer van het Heempark. De bestemming "Maatschappelijk" betreft de drie kerken, Talma State, het

MAATSCHAPPELIJK

dorpshuis, de peuterspeelzaal en de basisschool aan de Tollewei. Gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd. De gooten bouwhoogte mag niet meer dan de op de plankaart aangegeven hoogte bedragen, ofwel de op de bouwvormenkaart aangegeven maten moeten in acht worden genomen. Er mogen geen dienstwoningen worden gebouwd. De jachthavens, het dagrecreatiegebied, de camping aan De Burd, de jeugd-

RECREATIE

herberg en de recreatiewoningen in het recreatiepark "Pharshoeke" en op It Eilân zijn bestemd voor recreatie. Er is een onderscheid gemaakt in verschillende bestemmingen omdat voor elk van de voorzieningen een eigen bouwen gebruiksregime geldt. Gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd. De gooten bouwhoogte mag niet meer dan de op de plankaart aangegeven hoogte bedragen. Voor de recreatiewoningen op It Eilân is aangegeven dat permanente bewoning eveneens in de bestemming is begrepen. De opgaande beplanting rond de recreatieve voorzieningen is als zodanig op de plankaart aangeduid. In de regels is bepaald dat er dient te worden uitgegaan van behoud van de bestaande opgaande beplanting. Het sportcomplex met tennisbanen en sportvelden zijn bestemd voor "Sport".

SPORT

De sportvoorzieningen met daarbij inbegrepen (additionele) voorzieningen als was- en kleedruimten, kantine, bergings- en stallingsruimten en verenigingsgebouwen zijn binnen deze bestemming toegestaan. Er mogen geen dienstwoningen worden gebouwd. De opgaande beplanting rond de sportvelden is als zodanig op de plankaart aangeduid. In de regels is bepaald dat er dient te worden uitgegaan van behoud van de bestaande opgaande beplanting.


53

VERKEER - VERBLIJF

De bestemming "Verkeer - Verblijf" betreft de ontsluitingswegen van het dorp; De Burd, Nijedyk, Harinxmastrjitte, De Syl en De Skatting. In de bestemming zijn de bij het wegverkeer gebruikelijke voorzieningen, zoals bermbeplanting, bruggen, voorzieningen voor voetgangers en fietsers, bushaltes e.d. begrepen. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. Van de Harinxmastrjitte en De Syl is op de plankaart het dwarsprofiel aangegeven.

WATER

De gronden bestemd voor "Water" betreft de Weisleat, de Tsjerkesleat, een deel van Hegemer Mar en De Graft. De gronden zijn bestemd voor water en oeverstroken, waterhuishoudkundige voorzieningen en bruggen, uitsluitend voor zover de gronden als zodanig op de plankaart zijn aangeduid. Aan de kades van het Heegervar ligt een viertal woonschepen en in de zijtak naast Talmastate ligt één woonschip, uitsluitend bedoeld voor permanente bewoning. Deze zijn als zodanig op de plankaart aangeduid.

WOONGEBIED

De bestemming "Woongebied" is de voornaamste bestemming in het dorp. De op de plankaart voor "Woongebied" aangewezen gronden zijn bestemd voor wonen, al dan niet in combinatie met aan-huis-verbonden beroepen. Tevens zijn groenvoorzieningen, openbare nutsvoorzieningen, verkeers- en verblijfsvoorzieningen, en water in de bestemming begrepen. Hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd. De gooten bouwhoogte mag niet meer dan de op de plankaart aangegeven hoogte bedragen, ofwel de op de bouwvormenkaart aangegeven maten moeten in acht worden genomen. Het aantal woningen mag niet meer dan het bestaande aantal woningen per bouwvlak dan wel het in een bouwvlak aangegeven aantal bedragen. Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen ten minste 3 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw te worden gebouwd. De goothoogte van aanen uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer dan 3 m bedragen, dan wel niet meer dan de hoogte van de bovenzijde van de afgewerkte vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw waaraan wordt gebouwd. De bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwen mag niet meer dan 5,5 m bedragen. De bouwhoogte van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen mag niet meer dan 7 m bedragen. De gezamenlijke oppervlakte van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 100 m² bedragen. Dubbelbestemming

WAARDE - ARCHEOLOGIE

De voor "Waarde - Archeologie" aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen (basisbestemming), tevens bestemd voor het herstel en behoud van archeologische waarden.

54


U i t v o e r b a a r h e i d

7.1

Economische uitvoerbaarheid Het onderhavige plan is een beheerplan, waarmee geen grote kosten zijn gemoeid. In het plan is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor een groter aantal woningen per bouwvlak, het bouwen van bedrijfswoningen en het wijzigen van de bestemming van agrarische bedrijfsgebouwen naar een woonbestemming waarbij 3 woningen mogen worden gerealiseerd. Op grond van artikel 6.2.1 Bro is een exploitatieplan verplicht voor dergelijke bouwplannen, mits de kosten voor grondexploitatie anderszins verzekerd zijn. Er zal in geval van toepassing van de wijzigingsbevoegdheid eerst worden bezien of er een kostenverhaalsovereenkomst kan worden gesloten. In het uiterste geval kan worden overwogen om bij wijzigingsbevoegdheden een exploitatieplan vast te stellen. Nu een eventueel exploitatieplan gekoppeld is aan een wijzigingsplan, is het niet nodig om voor onderhavig bestemmingsplan een exploitatieplan vast te stellen. Vanuit het economisch oogpunt mag het plan uitvoerbaar worden geacht.

7.2

Maatschappelijke uitvoerbaarheid De resultaten van de inspraak en het overleg ex artikel 3.1.1 Bro komen in deze paragraaf aan de orde. 7 . 2 . 1

Overleg

Het voorontwerp-bestemmingsplan Heeg is in het kader van het overleg ex artikel 3.1.1 van het Bro verzonden aan diverse instanties. Van de volgende instanties is een reactie ontvangen: a. b.

Commissie van Overleg, d.d. 24 november 2009; Brandweer Fryslân, d.d. 16 november 2009.

De VROM-inspectie heeft aangegeven op het ontwerp-bestemmingsplan een reactie te zullen geven. Afschriften van de reacties zijn opgenomen in bijlage 1 bij deze toelichting. Op de reacties wordt hierna ingegaan.


55

Ad. a. Commissie van Overleg Opmerking Op 5 november 2009 heeft de commissie van overleg het voorontwerp bestemmingsplan voor advies ontvangen. De provincie heeft aangegeven dat de provinciale belangen op een juiste manier in het plan zijn verwerkt en dat het plan geen aanleiding geeft tot opmerkingen. De commissie acht toezending van het ontwerpplan dan ook niet nodig. Reactie Deze opmerking wordt voor kennisgeving aangenomen.

Ad. b. Brandweer Fryslân Opmerking Brandweer Fryslân ziet geen noodzaak om bij het voorontwerpbestemmingsplan opmerkingen te plaatsen. Dit omdat er geen risicovolle activiteiten zoals bedoeld in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI), de circulaire Risiconormering Vervoer Gevaarlijke Stoffen (cRNVGS) en de circulaire Zonering langs hogedruk aardgastransportleidingen op het plangebied van invloed zijn. Reactie De opmerking van de Brandweer Fryslân is voor kennisgeving aangenomen. 7 . 2 . 2

Inspraak

Het voorontwerp van het bestemmingsplan Heeg heeft vanaf 15 mei 2009 tot en met 26 juni 2009 voor een ieder ter inzage gelegen. Op 16 juni 2009 is in dorpshuis ‘It Heechhûs’ te Heeg een inloopavond gehouden. Een verslag van deze inloopavond is als bijlage 2 opgenomen. Aan de hand van de plankaarten en dergelijke is ter plaatse gelegenheid geweest om het plan in te zien en daarover vragen te stellen. Van die mogelijkheid is door 3 personen gebruik gemaakt. Wezenlijke gevolgen voor de verdere planontwikkeling en planvorming hebben de vragen en opmerkingen niet gehad.

56


B i j l a g e n

B i j l a g e

1 :

O v e r l e g r e a c t i e s e x

a r t i k e l

3 . 1 . 1

B r o

B i j l a g e V e r s l a g 1 6

j u n i

2 : I n l o o p a v o n d 2 0 0 9

Voorontwerp bestemmingsplan Heeg Verslag informatieavond Datum:

16 juni 2009

Locatie: Tijd:

dorpshuis It Heechhûs vanaf 20.00 uur

Aanwezig: Wethouder D. Attema en de heer L. Wesselius namens de gemeente Wymbritseradiel De heer W. Wouda, BügelHajema adviseurs, Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu De heren H. Schrale (Buterhoek), J. van der Pol (Watersportcamping) en S. Tekstra (Harinxmastrjitte), bewoners Heeg

De heer Wouda presenteert het plan. Het plan omvat de actualisatie van een aantal oudere bestemmingsplannen die gezamenlijk de kom van Heeg betreffen. Nieuw in het plan is de regeling voor de horeca. Ten opzichte van de oude regeling wordt het vestigingsbeleid enigszins versoepeld. O.a. het gebied waar de horeca zich mag vestigen wordt groter. Opmerkingen/vragen: De aanduiding ‘horeca’ mist op het pand van Jonas in den Walvis (hoek De Syl – Harinxmastrjitte). Er wordt gepleit voor meer differentiatie van het winkelaanbod in de Harinxmastrjitte. Het eenrichtingsverkeer in het centrum kan worden opgeheven. Tevens wordt er te weinig gecontroleerd op het parkeerverbod. Het laden en lossen door vrachtauto’s in combinatie met de terrassen levert opstoppingen op. Men heeft gehoord dat men achter het chinees restaurant een terras wil maken. Er wordt een vraag gesteld over het toestaan van gokautomaten.

R e g e l s

285.00.07.31.00.rgl

I n h o u d s o p g a v e Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1

Begrippen

3

Artikel 2

Wijze van meten

9

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels Artikel 3

Agrarisch

13

Artikel 4

Bedrijf

16

Artikel 5

Bedrijf - Nutsbedrijf

20

Artikel 6

Gemengd

22

Artikel 7

Groen

27

Artikel 8

Maatschappelijk

29

Artikel 9

Recreatie - Camping

32

Artikel 10 Recreatie - Dagrecreatie

34

Artikel 11 Recreatie - Jachthaven

36

Artikel 12 Recreatie - Jeugdherberg

38

Artikel 13 Recreatie - Recreatiewoningen

40

Artikel 14 Sport

43

Artikel 15 Verkeer - Verblijf

45

Artikel 16 Water

47

Artikel 17 Woongebied

50

Artikel 18 Waarde - Archeologie

56

Hoofdstuk 3 Algemene regels Artikel 19 Anti-dubbeltelbepaling

61

Artikel 20 Algemene afwijkingsregels

62

Artikel 21 Algemene wijzigingsregels

63

Artikel 22 Algemene procedureregels

64

Artikel 23 Overige regels

65

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels Artikel 24 Overgangsrecht

69

Artikel 25 Slotregel

71

Bijlagen

285.00.07.31.00.rgl

H o o f d s t u k I n l e i d e n d e

285.00.07.31.00.rgl

1 r e g e l s

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder: 1.

plan: het bestemmingsplan Heeg van de gemeente Wymbritseradiel;

2.

verbeelding: de kaart met bijbehorende verklaring, waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangewezen;

3.

bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0683.BPHeeg-0401 met bijbehorende regels en bijlagen;

4.

aan-huis-verbonden beroep of -bedrijf: een dienstverlenend beroep of -bedrijf dat op kleine schaal in een woning en/of daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende beroeps- of bedrijfsuitoefening een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie;

5.

aan- of uitbouw: een onderdeel van een hoofdgebouw dat door de vorm daarvan onderscheiden kan worden en dat door zijn ligging en/of in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan de hoofdvorm;

6.

aanduiding: een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

7.

aanduidingsgrens: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

8.

aanleggen: het afmeren en het vervolgens doen of laten liggen van een vaartuig aan of op de oever, aan de oeverbescherming, aan of op een natuurlijke of een voor dit doel aangebrachte voorziening of aan een ander vaartuig, gedurende de tijd die daadwerkelijk gebruikt wordt voor een recreatief verblijf op of in de omgeving van het vaartuig;

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 1 Begrippen

3

9.

agrarisch bedrijf: een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen (houtteelt daaronder begrepen) en/of het houden van dieren;

10.

bebouwing: één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

11.

bedrijfswoning/dienstwoning: een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;

12.

beperkt kwetsbaar object: een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;

13.

beschermd dorpsgezicht: het in het plan met "beschermd dorpsgezicht" aangegeven gebied;

14.

bestemmingsgrens: de grens van een bestemmingsvlak;

15.

bestemmingsvlak: een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

16.

bijgebouw: een op zichzelf staand gebouw dat gelet op de bestemming en door zijn ligging en/of architectonische verschijningsvorm ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;

17.

bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

18.

bouwgrens: de grens van een bouwvlak;

19.

bouwperceel: een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

20.

bouwperceelgrens: de grens van een bouwperceel;

4


21.

bouwvlak: een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;

22.

bouwvormenkaart: de kaart met de bijbehorende verklaring waarop de bouwvormen van de binnen het beschermd dorpsgezicht opgenomen gebouwen zijn aangegeven;

23.

bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

24.

café: een horecabedrijf niet zijnde een discotheek of bar/dancing dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van kleine etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid;

25.

cafetaria: een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van al dan niet voor consumptie ter plaatse bereide etenswaren, met als nevenactiviteit het verstrekken van zwak- en niet-alcoholische dranken;

26.

detailhandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik, of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

27.

gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

28.

geluidzoneringsplichtige inrichting: een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een zone moet worden vastgesteld;

29.

grondgebonden agrarisch bedrijf: een agrarisch bedrijf, met een bedrijfsvoering waarbij in hoofdzaak gebruik wordt gemaakt van open grond;


5

30.

hogere grenswaarde: een maximale waarde voor de geluidsbelasting, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder;

31.

hoofdgebouw: een gebouw dat op een bouwperceel architectonisch dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken, met inbegrip van aanen uitbouwen;

32.

hoofdvorm: een hoofdgebouw, exclusief aanen uitbouwen;

33.

horecabedrijf: een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt;

34.

hotel: een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies (per nacht) met als nevenactiviteiten het verstrekken van maaltijden en/of dranken voor consumptie ter plaatse;

35.

indelingslijn: een als zodanig in het plan aangegeven lijn ten behoeve van het indelen van het bouwvlak of bestemmingsvlak met het oog op een verschil in maatvoering en/of gebruik;

36.

kampeergebouw: een gebouw, geen kampeermiddel zijnde, van beperkte omvang, dat dient voor het periodiek recreatief nachtverblijf, waarvan de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben;

37.

kampeermiddel: -

een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan mits: -

deze is voorzien van een as-/wielenstelsel en een dissel;

-

deze bestaat uit één geheel (dus geen gekoppelde caravans en

-

deze is voort te bewegen als aanhanger;

-

deze een maximale hoogte heeft van 3,5 m en een maximale

geen aangebouwde uitbreidingen);

oppervlakte van 55 m²; -

enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, mits deze een maximale hoogte heeft van 3,5 m en een maximale oppervlakte heeft van 55 m²,

6


één en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen of gewezen voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf; 38.

kwetsbaar object: een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risico-afstand is bepaald, die in acht moet worden genomen;

39.

ligplaats innemen: het afmeren en het vervolgens doen of laten liggen van een vaartuig aan of op de oever, aan de oeverbescherming, aan of op een natuurlijke of een voor dat doel aangebrachte voorziening of aan een ander vaartuig, anders dan voor aanleggen;

40.

maatschappelijke voorzieningen: educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;

41.

ondergeschikte detailhandel: detailhandel die qua oppervlakte en qua functie ondergeschikt is aan de hoofdactiviteit van een niet-detailhandelsbedrijf;

42.

ondergeschikte horeca: horeca die qua oppervlakte en qua functie ondergeschikt is aan de hoofdactiviteit van een niet-horecabedrijf;

43.

overkapping: een bouwwerk van één bouwlaag dat dient ter overdekking en niet, óf met ten hoogste twee wanden is omsloten;

44.

peil: de bovenzijde van de afgewerkte begane grondvloer: -

indien deze bovenzijde meer dan 60 cm boven het straatpeil ligt of komt te liggen, is 60 cm + het straatpeil het peil;

-

indien deze bovenzijde meer dan 20 m van de straat of weg ligt of komt te liggen én dan meer dan 10 cm boven het aansluitende terrein ligt of komt te liggen, is 10 cm + het aansluitende terrein het peil;

45.

recreatiewoning: een gebouw dat dient als recreatiewoonverblijf, waarvan de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben;


7

46.

restaurant: een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken;

47.

risicovolle inrichting: een inrichting, bij welke het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;

48.

seksinrichting: een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;

49.

straatpeil: -

de hoogte van de straat of weg op de plaats waar de hoofdtoegang van een bouwwerk aan die straat of weg grenst;

-

voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst, de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;

50.

vaartuig: naast het begrip vaartuig in gebruikelijke zin van het woord, een vaartuig zonder waterverplaatsing, een casco, een vaartuig in aanbouw en een vaartuig dat de geschiktheid tot varen of drijven heeft verloren, dan wel overblijfselen daarvan;

51.

voorkeursgrenswaarde: de maximale waarde voor de geluidsbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder;

52.

woning: een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;

53.

woonschip: een zich op het water bevindend object dat dient als woning.

8


Artikel 2 Wijze van meten

Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: a.

de bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van kleine bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

b.

de goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

c.

de dakhelling van een bouwwerk: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

d.

de oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, nederwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;

e.

de inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

f.

de afstand tot de (zijdelingse) grens van een bouwperceel: vanaf enig punt van een bouwwerk tot de (zijdelingse) grens van een bouwperceel.

Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van de bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 2 Wijze van meten

9

H o o f d s t u k

2

B e s t e m m i n g s r e g e l s

285.00.07.31.00.rgl

Artikel 3 Agrarisch

3.1

Bestemmingsomschrijving

De voor "Agrarisch" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

agrarische cultuurgronden;

b.

grondgebonden agrarische bedrijven;

c.

water;

d.

een stuw, ter plaatse van de aanduiding "stuw";

e.

verkeers- en verblijfsvoorzieningen.

3.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van grondgebonden agrarische bedrijven gelden de volgende regels: 1.

gebouwen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd;

2.

de gooten bouwhoogte van gebouwen mag niet meer dan de binnen een bouwvlak aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

3.

de dakhelling van gebouwen mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen;

4.

het aantal bedrijfswoningen mag niet meer dan 1 per bedrijf bedragen.

b.

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van een stuw gelden de volgende regels: 1.

gebouwen mogelijk uitsluitend worden gebouwd ter plaats van de aanduiding "stuw";

2.


3.


4.

de dakhelling van gebouwen mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen.

c.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: 1. de bouwhoogte binnen een bouwvlak mag niet meer dan 15 m bedragen; 2. de bouwhoogte mag niet meer dan 5 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van terreinen erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen; 3. er mogen geen silo's worden gebouwd.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 3 Agrarisch

13

3.3

Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen, met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van: -


-


-


-


-

de woonsituatie,

nadere eisen stellen aan de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

3.4

Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen: -

het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen.

3.5

Wijzigingsbevoegdheid

a.

Burgemeester en Wethouders kunnen, overeenkomstig de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming gedeeltelijk wijzigen in de bestemming "Woongebied", met dien verstande dat: 1.

de wijziging uitsluitend betrekking kan hebben op de voormalige agrarische bedrijfsgebouwen met bijbehorende erven;

2.

de wijziging alleen mag plaatsvinden bij een volledige beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten;

3.

de woonfunctie uitsluitend gerealiseerd kan worden binnen de contouren van de oorspronkelijke boerderijvorm waarin de dienstwoning was gesitueerd;

4.

de bouwregels worden afgestemd op de verschijningsvorm van het bestaande hoofdgebouw;

5. 6.

ten hoogste drie woningen mogen worden gebouwd; het aantal woningen dient te passen binnen het door Gedeputeerde Staten geaccordeerd gemeentelijk woonplan;

7.

indien de kosten van grondexploitatie niet anderszins verzekerd zijn, tegelijkertijd met het wijzigingsplan een exploitatieplan wordt vastgesteld;

8.

indien de geluidsbelasting ten gevolge van het wegverkeer meer dan de voorkeursgrenswaarde bedraagt, de wijziging slechts wordt toegepast in overeenstemming met een verkregen hogere grenswaarde;

14


9.

voor het overige de bestemmingsregels uit artikel 17 overeenkomstig van toepassing zijn.

b.

De onder a bedoelde wijziging wordt uitsluitend toegepast mits er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: -


-


-


-


-

de woonsituatie.


15

Artikel 4 Bedrijf

4.1


De voor "Bedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

bedrijven die zijn genoemd in de bij deze planregels als bijlage 1 opgenomen Staat van bedrijven onder de categorieën 1 en 2;

b.

bedrijven die op het moment van de tervisielegging van het ontwerpplan aanwezig zijn, namelijk, ter plaatse van de aanduiding:

c.

-

"botenverhuurbedrijf", een botenverhuurbedrijf;

-

"horeca", cafetaria/restaurant;

-

"jachtwerf", een jachtwerf/watersportbedrijf;

detailhandel, met dien verstande dat op de gronden ter plaatse van de aanduiding "detailhandel uitgesloten" uitsluitend ondergeschikte detailhandel is toegestaan;

d.

bedrijfswoningen;

e.

groenvoorzieningen;

f.

openbare nutsvoorzieningen;

g.

verkeers- en verblijfsvoorzieningen;

h.

water.

De bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" is mede gericht op het behoud en herstel van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het dorpsgezicht zoals weergegeven in de toelichting van het aanwijzingsbesluit van Heeg als beschermd dorpsgezicht, opgenomen als bijlage 2 bij deze planregels.

4.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van bedrijven gelden de volgende regels: 1.


2.

de gooten bouwhoogte van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de op de bouwvormenkaart aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

3.

de dakhelling van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de op de bouwvormenkaart aangegeven dakhelling bedragen;

4.

in aanvulling op het bepaalde onder 2 en 3 geldt dat voor gebouwen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" de op de bouwvormenkaart als "beeldondersteunend" aangeduide gebouwen de bestaande hoofdvorm (goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en dakvorm), gehandhaafd dient te blijven;

16

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 4 Bedrijf

5.

de gooten bouwhoogte van gebouwen anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de binnen een bouwvlak aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

6.

de dakhelling van gebouwen gelegen anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen;

7.

het aantal bedrijfswoningen mag niet meer dan het bestaande aantal per bouwvlak bedragen.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: 1.

de bouwhoogte binnen een bouwvlak mag niet meer dan 8 m bedragen;

2.

de bouwhoogte buiten een bouwvlak mag niet meer dan 3 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van terreinen erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen.

4.3

Nadere eisen



-


-


-


-

de woonsituatie;

-

de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht,

nadere eisen stellen aan: a.

voor zover ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht": -


-

het materiaalgebruik van erfafscheidingen in die zin dat deze van

-

de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de be-

hout dienen te zijn opgetrokken; bouwing; b.

voor het overige: -

de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de bebouwing.

Voor het stellen van nadere eisen als bedoeld in sub a, vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.


17

4.4



het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van geluidzoneringsplichtige inrichtingen;

-

het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van risicovolle

-

het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van seksinrichtin-

inrichtingen; gen; -

het gebruik van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding "detailhandel uitgesloten" voor detailhandel anders dan ondergeschikte detailhandel;

-


4.5

Wijzigingsbevoegdheid

a.

Burgemeester en Wethouders kunnen overeenkomstig de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming wijzigen voor het bouwen van bedrijfswoningen, met dien verstande dat: 1.

het aantal bedrijfswoningen niet meer dan 1 per bedrijf mag bedragen;

2.

het aantal bedrijfswoningen dient te passen binnen het door Gede-

3.

indien de geluidsbelasting ten gevolge van het wegverkeer meer

puteerde Staten geaccordeerd gemeentelijk woonplan; dan de voorkeursgrenswaarde bedraagt, de wijziging slechts wordt toegepast in overeenstemming met een verkregen hogere grenswaarde; 4.

indien de kosten van grondexploitatie niet anderszins verzekerd zijn, tegelijkertijd met het wijzigingsplan een exploitatieplan wordt vastgesteld;

5.

voor het overige de bestemmingsregels uit artikel 4 van overeenkomstige toepassing zijn.

b.

De onder a bedoelde wijzigingen worden uitsluitend toegepast mits er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: -


-


-


-


-

de woonsituatie;

-

de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd dorpsgezicht.

18


Voor toepassing van de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in sub a, vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.


19

Artikel 5 Bedrijf - Nutsbedrijf

5.1


De voor "Bedrijf - Nutsbedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.


b.

groenvoorzieningen;

c.


d.

water.

5.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen gelden de volgende regels: 1.


2.

de gooten bouwhoogte mag niet meer dan de binnen een bouwvlak aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

3.

de dakhelling mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen.

b.


de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;

2.

de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer dan 3 m bedragen.

5.3

Nadere eisen



-


-


-


-

de woonsituatie,

nadere eisen stellen aan de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de bebouwing.

20

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 5 Bedrijf - Nutsbedrijf

5.4




285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 5 Bedrijf - Nutsbedrijf

21

Artikel 6 Gemengd

6.1


De voor "Gemengd" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

maatschappelijke voorzieningen;

b.

dienstverlening;

c.

detailhandel;

d.

café/cafetaria/restaurant/hotel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "horeca";

e.

bedrijven die zijn genoemd in de bij deze planregels opgenomen Staat van bedrijven onder de categorieën 1 en 2;

f.

sanitaire voorziening, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "sanitaire voorziening";

g.

wonen;

h.

groenvoorzieningen;

i.


j.


k.

water.


6.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels: 1.

hoofdgebouwen, uitgezonderd aanen uitbouwen bij woningen, dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;

2.

het aantal woningen mag niet meer dan het bestaande aantal per bouwvlak bedragen;

3.

de gooten bouwhoogte van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen bij woningen) ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de op de bouwvormenkaart aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

4.

de dakhelling van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen bij woningen) ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de op de bouwvormenkaart aangegeven dakhelling bedragen;

5.

in aanvulling op het bepaalde onder 3 en 4 geldt dat voor de op de bouwvormenkaart als "beeldbepalend" dan wel "beeldondersteu-

22

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 6 Gemengd

nend" aangeduide hoofdgebouwen de bestaande hoofdvorm (goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en dakvorm), gehandhaafd dient te blijven; 6.

de gooten bouwhoogte van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen bij woningen) anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de binnen een bouwvlak aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

7.

de dakhelling van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen bij woningen) anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen;

8.

in aanvulling op het bepaalde onder 6 en 7 geldt dat voor hoofdgebouwen ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek" de bestaande hoofdvorm (goothoogte, bouwhoogte, dakhelling), gehandhaafd dient te blijven;

9. b.

niet meer dan 50% van een bouwperceel mag worden bebouwd.

Voor het bouwen van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij woningen gelden de volgende regels: 1.

aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen ten minste 3 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw te worden gebouwd;

2.

de goothoogte van aanen uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer dan 3 m bedragen, dan wel niet meer dan de hoogte van de bovenzijde van de afgewerkte vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw waaraan wordt gebouwd;

3.

de bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwen mag niet meer dan 5,5 m bedragen;

4.

de bouwhoogte van overkappingen mag niet meer dan 3 m bedragen;

5.

de bouwhoogte van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen mag niet meer dan 7 m bedragen, met dien verstande dat: a.

de bouwhoogte van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen minimaal 1 m lager is dan de bouwhoogte van het hoofdgebouw;

b.

de bouwhoogte van delen van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen die binnen een afstand van 3 m tot de bouwperceelgrens worden gebouwd, niet meer dan 5 m mag bedragen;

6.

de gezamenlijke oppervlakte van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 100 m² bedragen, met dien verstande dat: a.

niet meer dan 50% van een bouwperceel mag worden bebouwd;

b.

de gezamenlijke oppervlakte van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen niet meer dan 90% van de oppervlakte van de hoofdvorm mag bedragen;


23

c.

in afwijking van het bepaalde onder b per woning (met uitzondering van woningen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" ten minste 50 m² aan aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogen worden gebouwd.

c.


de bouwhoogte van terreinen erfafscheidingen voor (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw mag niet meer dan 1 m bedragen;

2.

de bouwhoogte van overige terreinen erfafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;

3.

de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

6.3

Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van: -


-


-


-


-

de woonsituatie;

-




de gevelindeling van hoofdgebouwen, in die zin dat deze overwegend verticaal gericht dienen te zijn en waarbij de lengte/breedteverhouding tenminste 2:1 dient te bedragen;

-

het materiaalgebruik bij hoofdgebouwen in die zin dat sprake dient te zijn van gebakken stenen en gebakken dakpannen en dat in de kleurstelling aangesloten dient te worden bij het traditionele kleurgebruik;

-

de dakvorm en het materiaalgebruik van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, in die zin dat de dakhelling tenminste 40° dient te zijn en gebruik wordt gemaakt van gebakken materialen en/of hout in traditionele kleurstellingen;

-


-

het materiaalgebruik van erfafscheidingen in die zin dat deze van hout dienen te zijn opgetrokken;

-

de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de bebouwing;

24


b.

voor het overige; -



6.4

Afwijking van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: -


-


-


-


-

de woonsituatie;

-


bij een omgevingsvergunning afwijken van: a.

het bepaalde in lid 6.2, sub a, onder 5 voor het bouwen van een afwijkende hoofdvorm indien het pand redelijkerwijs niet handhaafbaar is, met dien verstande dat sprake dient te zijn van een binnen het beschermd dorpsgezicht passende bouwvorm, waarbij uitgegaan dient te worden van een maximale gooten bouwhoogte van respectievelijk 3,5 m en 8 m en een dakhelling van ten minste 45°;

b.

het bepaalde in lid 6.2, sub b, onder 1 voor het bouwen van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen op minder dan 3 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw;

c.

het bepaalde in lid 6.2, sub b, onder 5b voor het bouwen van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen met een bouwhoogte van niet meer dan 7 m.

Voor het verlenen van omgevingsvergunningen binnen het beschermd dorpsgezicht vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.


25

6.5



niet-permanente bewoning;

-

het gebruik van bijgebouwen voor zelfstandige bewoning;

-

het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van geluidzone-

-

het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van risicovolle inrich-

-

het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van seksinrichtingen;

-


ringsplichtige inrichtingen; tingen;

26


Artikel 7 Groen

7.1


De voor "Groen" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

groenvoorzieningen;

b.

volkstuinen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "volkstuin";

c.


d.

sport- en speelvoorzieningen;

e.


f.

water.

7.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels: 1.


2.


3.

de dakhelling van gebouwen mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: 1.

de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;

2.

de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer dan 3 m bedragen.

7.3

Nadere eisen



-


-


-


-

de woonsituatie,


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 7 Groen

27

7.4



28


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 7 Groen

Artikel 8 Maatschappelijk

8.1


De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

maatschappelijke voorzieningen;

b.

begraafplaats, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "begraafplaats";

c.

groen- en speelvoorzieningen;

d.


e.


f.

water.


8.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van maatschappelijke voorzieningen gelden de volgende regels: 1. gebouwen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd; 2. de gooten bouwhoogte van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de op de bouwvormenkaart aangegeven gooten bouwhoogte bedragen; 3. de dakhelling van gebouwen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de op de bouwvormenkaart aangegeven dakhelling bedragen; 4. in aanvulling op het bepaalde onder 2 en 3 geldt dat voor gebouwen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" de op de bouwvormenkaart als "beeldbepalend" danwel "beeldondersteunend" aangeduide gebouwen de bestaande hoofdvorm (goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en dakvorm), gehandhaafd dient te blijven; 5. de gooten bouwhoogte van gebouwen anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de binnen een bouwvlak aangegeven gooten bouwhoogte bedragen; 6. de dakhelling van gebouwen gelegen anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen; 7. er mogen geen dienstwoningen worden gebouwd.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 8 Maatschappelijk

29

b.

Voor het bouwen van bouwwerk, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: 1. de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen; 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

8.3

Nadere eisen



-


-


-


-

de woonsituatie;

-




de gevelindeling van gebouwen, in die zin dat de gevelopeningen overwegend verticaal gericht dienen te zijn en waarbij de lengte/breedte-verhouding ten minste 2:1 dient te bedragen;

-

het materiaalgebruik bij gebouwen in die zin dat sprake dient te zijn van gebakken stenen en gebakken dakpannen en dat in de kleurstelling aangesloten dient te worden bij het traditionele kleurgebruik;

-


-

het materiaalgebruik van erfafscheidingen in die zin dat deze van hout dienen te zijn opgetrokken;

-

de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de bebouwing;

b.

voor het overige: -



30


8.4

Afwijken van de bouwregels



-


-


-


-

de woonsituatie;

-



het bepaalde lid 8.2, sub a, onder 1, voor het bouwen van gebouwen buiten het bouwvlak ten behoeve van maatschappelijke voorzieningen, met dien verstande dat: 1. de gezamenlijke oppervlakte aan gebouwen buiten het bouwvlak per bestemmingsvlak niet meer dan 100 m² mag bedragen; 2. de gooten bouwhoogte niet meer dan respectievelijk 3 m en 5 m mogen bedragen; 3. de omgevingsvergunning uitsluitend wordt verleend ten behoeve van de maatschappelijke voorzieningen aan de Tollewei en It Eilân;

b.

het bepaalde in lid 8.2, sub a, onder 4 voor het bouwen van een afwijkende hoofdvorm indien het pand redelijkerwijs niet handhaafbaar is, met dien verstande dat sprake dient te zijn van een binnen het beschermd dorpsgezicht passende bouwvorm, waarbij uitgegaan dient te worden van een maximale gooten bouwhoogte van respectievelijk 3,5 m en 8 m en een dakhelling van ten minste 45°.


8.5



het gebruik van gronden en gebouwen ten behoeve van seksinrichtingen;

-



31

Artikel 9 Recreatie - Camping

9.1


De voor "Recreatie - Camping" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

standplaatsen voor kampeermiddelen;

b.

logiesaccommodatie in de vorm van kampeergebouwen;

c.

bedrijfswoning;

d.

beheervoorzieningen en sanitaire voorzieningen;

e.

groenvoorzieningen, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "groen" dient te worden uitgegaan van behoud van de bestaande opgaande beplanting;

f.


g.


h.


i.

water.

Het aantal standplaatsen voor kampeermiddelen en het aantal kampeergebouwen mag binnen de bestemming gezamenlijk niet meer dan 187 bedragen.

9.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van logiesaccommodatie in de vorm van kampeergebouwen gelden de volgende regels: 1.


2.

het aantal kampeergebouwen gezamenlijk mag niet meer dan 37

3.

de gooten bouwhoogte mag niet meer bedragen dan respectieve-

bedragen; lijk 3,5 m en 5,5 m, dan wel de bestaande gooten bouwhoogte indien deze meer bedraagt; 4.

de dakhelling dient ten minste 40° te bedragen;

5.

de oppervlakte per kampeergebouw mag niet meer dan 75 m² bedragen.

b.

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van beheervoorzieningen en sanitaire voorzieningen en bedrijfswoningen gelden de volgende regels: 1.

het aantal bedrijfswoningen mag niet meer dan 1 bedragen;

2.


3.

in afwijking van het bepaalde onder 2, mag buiten het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat: a.

de gezamenlijke oppervlakte aan gebouwen buiten het bouwvlak niet meer dan 100 m² mag bedragen;

32

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 9 Recreatie - Camping

b.

de gooten bouwhoogte niet meer dan respectievelijk 3 m en 6 m mogen bedragen;

4.

de gooten bouwhoogte mogen niet meer dan de binnen een bouw-

5.

de dakhelling mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aange-

vlak aangeven gooten bouwhoogte bedragen; geven dakhelling bedragen. c.


de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen niet meer dan 2 m

2.

de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde,

mag bedragen; mag niet meer dan 6 m bedragen.

9.3

Nadere eisen



-


-


-


-

de woonsituatie,


9.4



het gebruik van kampeergebouwen ten behoeve van permanente bewoning.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 9 Recreatie - Camping

33

Artikel 10 Recreatie - Dagrecreatie

10.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Recreatie - Dagrecreatie" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

dagrecreatieve voorzieningen;

b.


c.

groenvoorzieningen;

d.


e.


f.


g.

water.

10.2 B o u w r e g e l s a.

Voor het bouwen van gebouwen voor beheervoorzieningen en sanitaire voorzieningen gelden de volgende regels: 1. gebouwen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd; 2. de gooten bouwhoogte mogen niet meer dan de binnen een bouwvlak aangeven gooten bouwhoogte bedragen; 3. de dakhelling mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: 1. de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen mag niet meer dan 2 m mag bedragen; 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 6 m bedragen.

10.3 N a d e r e e i s e n Burgemeester en Wethouders kunnen, met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van: -


-


-


-


-

de woonsituatie,


34

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 10 Recreatie - Dagrecreatie

10.4 S p e c i f i e k e g e b r u i k s r e g e l s Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen: -


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 10 Recreatie - Dagrecreatie

35

Artikel 11 Recreatie - Jachthaven

11.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Recreatie - Jachthaven" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

aanleggelegenheid ten behoeve van stalling en verhuur;

b.

standplaatsen voor kampeermiddelen, uitsluitend in combinatie met een ligplaats, met dien verstande dat het aantal standplaatsen voor kampeermiddelen niet meer dan 40 mag bedragen, waarbij het kamperen ondergeschikt dient te zijn aan het innemen van een ligplaats;

c.


d.

verkooppunt voor motorbrandstoffen met dien verstande dat het aantal verkooppunten van motorbrandstoffen per bestemmingsvlak niet meer dan 1 mag bedragen;

e.

water en oeverstroken;

f.

waterhuishouding en waterberging;

g.

waterhuishoudkundige voorzieningen;

h.


i.


j.


k.



Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van beheervoorzieningen en sanitaire voorzieningen gelden de volgende regels: 1. gebouwen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd; 2. de gooten bouwhoogte mogen niet meer dan de binnen een bouwvlak aangeven gooten bouwhoogte bedragen; 3. de dakhelling mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: 1. de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen; 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 6 m bedragen.

36

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 11 Recreatie - Jachthaven



-


-


-


-

de woonsituatie,



het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen anders dan in combinatie met een ligplaats.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 11 Recreatie - Jachthaven

37

Artikel 12 Recreatie - Jeugdherberg

12.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Recreatie - Jeugdherberg" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

een logiesaccommodatie al dan niet in combinatie met een zeilschool en/of de verhuur van boten;

b.

bedrijfswoningen;

c.

standplaatsen voor kampeermiddelen, met dien verstande dat het aantal standplaatsen voor kampeermiddelen niet meer dan 10 mag bedragen;

d.


e.


f.


g.

groenvoorzieningen;

h.


i.


j.



Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van een logiesaccommodatie en bedrijfswoningen gelden de volgende regels: 1.


2.

de gooten bouwhoogte mogen niet meer dan de binnen een bouwvlak aangeven gooten bouwhoogte bedragen;

3.

de dakhelling mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen;

4. b.

er mogen niet meer dan 2 bedrijfswoningen worden gebouwd.


de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen;

2.



38


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 12 Recreatie - Jeugdherberg

-


-


-


-

de woonsituatie,



het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen, anders dan als bedoeld in lid 12.1, sub c;

-

het gebruik van gronden en bouwwerken voor permanente bewoning, anders dan de bedrijfswoningen.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 12 Recreatie - Jeugdherberg

39

Artikel 13 Recreatie - Recreatiewoningen

13.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Recreatie - Recreatiewoningen" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

recreatiewoningen, met dien verstande dat permanente bewoning van de recreatiewoningen in de bestemming uitsluitend is begrepen ter plaatse van de aanduiding "permanente bewoning";

b.

een bedrijfswoning, uitsluitend voor zover het de bestaande bedrijfswoning aan de Pharshoeke 19 betreft;

c.

standplaatsen voor kampeermiddelen, uitsluitend voor zover het het recreatieterrein Pharshoeke betreft, met dien verstande dat het aantal standplaatsen voor kampeermiddelen niet meer dan 40 mag bedragen;

d.


e.


f.


g.

water.


Voor het bouwen van hoofdgebouwen ten behoeve van recreatiewoningen gelden de volgende regels: 1.


2.

het aantal woningen mag niet meer dan het in een bouwvlak aangegeven aantal bedragen. Indien er geen aantal is aangegeven mag het aantal woningen niet meer dan het bestaande aantal per bouwvlak bedragen;

3.

de gooten bouwhoogte mogen niet meer dan de binnen een bouwvlak aangeven gooten bouwhoogte bedragen;

4.

de dakhelling mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen;

5. b.


Voor het bouwen van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen ten behoeve van recreatiewoningen gelden de volgende regels: 1.

aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd;

2.

aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen ten minste 3 m achter (het verlengde van) de gevel van het hoofdgebouw die ter plaatse van de aanduiding "gevellijn" is aangeduid, te worden gebouwd. Indien op de plankaart voor een recreatiewoning geen "gevellijn" is aangeduid, dienen aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen ten minste 3 m achter (het verlengde van)

40

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 13 Recreatie - Recreatiewoningen

de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw te worden gebouwd; 3.


4.


5.


6.



b.

de bouwhoogte van delen van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen die binnen een afstand van 3 m tot de bouwperceelgrens worden gebouwd, niet meer dan 5 m mag bedragen;de gezamenlijke oppervlakte van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 50 m² bedragen, met dien verstande dat niet meer dan 50% van een bouwperceel mag worden bebouwd.

c.


de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen voor (het verlengde van) de naar de weg gekeerde geval van het hoofdgebouw mag niet meer dan 1 m bedragen;

2.

de bouwhoogte van overige terreinen erfscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen;

3.




-


-


-


-

de woonsituatie,



41

13.4 A f w i j k e n v a n d e b o u w r e g e l s Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: -


-


-


-


-

de woonsituatie,


het bepaalde in lid 13.2, sub b, onder 2 voor het bouwen van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen op minder dan 3 m achter (het verlengde van) de gevel van het hoofdgebouw die ter plaatse van de aanduiding "gevellijn" is aangeduid, dan wel achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw;

b.

het bepaalde lid 13.2, sub b, onder 6b voor het bouwen van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen met een bouwhoogte van niet meer dan 7 m.


het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen, anders dan als bedoeld in lid 13.1, sub c;

-

het gebruik van gronden en bouwwerken voor permanente bewoning, anders dan de beheerderswoning aan de Pharshoeke 19 dan wel anders dan ter plaatse van de aanduiding "permanente bewoning".

42


Artikel 14 Sport

14.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Sport" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

sportvoorzieningen met daarbij inbegrepen ondergeschikte horeca en (additionele) voorzieningen als bergings- en stallingsruimten;

b.


c.


d.


e.

water.


Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van sportvoorzieningen gelden de volgende regels: 1.


2.

in afwijking van het bepaalde onder 1 mag buiten het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat: -

de gezamenlijke oppervlakte aan gebouwen buiten het bouwvlak niet meer dan 100 m² mag bedragen;

-

de gooten bouwhoogte niet meer dan respectievelijk 3 m en 5 m mag bedragen;

3.

de gooten bouwhoogte mag niet meer dan de binnen een bouw-

4.

de dakhelling mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aange-

vlak aangeven gooten bouwhoogte bedragen; geven dakhelling bedragen; 5. b.

er mogen geen dienstwoningen worden gebouwd.


de bouwhoogte van lichtmasten en andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de sportvoorzieningen mag niet meer dan 15 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van terreinen erfscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen;

2.


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 14 Sport

43



-


-


-


-

de woonsituatie,



44


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 14 Sport

Artikel 15 Verkeer - Verblijf

15.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Verkeer - Verblijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

wegen met een functie voor de ontsluiting van aanliggende gronden en het doorgaande verkeer;

b.

parkeren;

c.

groenvoorzieningen;

d.


e.

water,

met dien verstande dat: -

in de bestemming de bij het wegverkeer gebruikelijke voorzieningen, zoals bermbeplanting, bruggen, voorzieningen voor voetgangers en fietsers, bushaltes e.d. zijn begrepen;

-

de bestemming, afgezien van een plaatselijke verbreding of versmalling, niet in een ingrijpende wijziging van het profiel voorziet.

De bestemming van de gronden ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" is mede gericht op het behoud en herstel van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het dorpsgezicht zoals weergegeven in de toelichting van het aanwijzingsbesluit van Heeg als beschermd dorpsgezicht, opgenomen als bijlage 2 bij deze planregels en de aangegeven dwarsprofielen.


Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel: -

de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag niet meer dan 3 m bedragen.



-


-


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 15 Verkeer - Verblijf

45

-


-

de woonsituatie;

-


nadere eisen stellen aan de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de bebouwing. Voor het stellen van nadere eisen binnen het beschermd dorpsgezicht vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.


46


285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 15 Verkeer - Verblijf

Artikel 16 Water

16.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Water" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.


b.


c.


d.

bruggen;

e.

aanleggelegenheid ten behoeve van stalling en verhuur, uitsluitend ter

f.

ligplaatsen voor vaartuigen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding

g.

ligplaats woonschepen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "woon-

plaatse van de aanduiding "jachthaven"; "steiger"; schepenligplaats", met dien verstande dat het aantal woonschepen binnen het plangebied ten hoogste 5 mag bedragen; h.

een schiphuis, ter plaatse van de aanduiding "schiphuis".



Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van schiphuizen gelden de volgende regels: 1. het schiphuis mag uitsluitend gebouwd worden ter plaatse van de aanduiding "schiphuis"; 2. het aantal schiphuizen mag niet meer dan 1 bedragen; 3. de bouwhoogte mag niet meer dan 2,5 m bedragen.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: 1. steigers en vlonders zijn niet toegestaan, met uitzondering van: a. bestaande steigers en vlonders; b. ter plaatse van de aanduiding "steiger"; 2. bruggen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "brug"; 3. de bouwhoogte mag niet meer dan 3 m bedragen, dan wel de bestaande bouwhoogte indien deze meer bedraagt.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 16 Water

47



-


-


-


-

de woonsituatie;

-


nadere eisen stellen aan de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de bebouwing. Voor het stellen van nadere eisen binnen het beschermd dorpsgezicht vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.



-


-


-


-

de woonsituatie;

-


bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 16.2, sub b, onder 2 voor de bouw van bruggen. Voor het verlenen van omgevingsvergunningen binnen het beschermd dorpsgezicht vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.

48





49

Artikel 17 Woongebied

17.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Woongebied" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

wonen, al dan niet in combinatie met aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven;

b.

garageboxen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "garage";

c.

groenvoorzieningen;

d.


e.


f.

water.



Voor het bouwen van hoofdgebouwen ten behoeve van wonen gelden de volgende regels: 1.

hoofdgebouwen, uitgezonderd aanen uitbouwen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;

2.

het aantal woningen mag niet meer dan het bestaande aantal per bouwvlak, dan wel niet meer in een bouwvlak aangegeven aantal bedragen;

3.

de gooten bouwhoogte van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen) ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de op de bouwvormenkaart aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

4.

de dakhelling van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen) ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de op de bouwvormenkaart aangegeven dakhelling bedragen;

5.

in aanvulling op het bepaalde onder 3 en 4 geldt dat voor de op de bouwvormenkaart als "beeldbepalend" dan wel "beeldondersteunend" aangeduide hoofdgebouwen de bestaande hoofdvorm (goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en dakvorm), gehandhaafd dient te blijven;

50

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 17 Woongebied

6.

de gooten bouwhoogte van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen) anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet meer dan de binnen een bouwvlak aangegeven gooten bouwhoogte bedragen;

7.

de dakhelling van hoofdgebouwen (uitgezonderd aanen uitbouwen) anders dan ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" mag niet minder dan de binnen een bouwvlak aangegeven dakhelling bedragen;

8.

in aanvulling op het bepaalde onder 6 en 7 geldt dat voor hoofdgebouwen ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek" de bestaande hoofdvorm (goothoogte, bouwhoogte, dakhelling), gehandhaafd dient te blijven;

9. b.


Voor het bouwen van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen ten behoeve van wonen gelden de volgende regels: 1.

aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen ten minste 3 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw te worden gebouwd;

2.


3.


4.


5.



b.

de bouwhoogte van delen van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen die binnen een afstand van 3 m tot de bouwperceelgrens worden gebouwd, niet meer dan 5 m mag bedragen;

6.

de gezamenlijke oppervlakte van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 100 m² bedragen, met dien verstande dat: a.

niet meer dan 50% van een bouwperceel mag worden bebouwd;

b.

de gezamenlijke oppervlakte van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen niet meer dan 90% van de oppervlakte van de hoofdvorm mag bedragen;


51

c.

in afwijking van het bepaalde onder b per woning (met uitzondering van woningen ter plaatse van de aanduiding "beschermd dorpsgezicht" ten minste 50 m² aan aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogen worden gebouwd.

c.


de bouwhoogte van terreinen erfafscheidingen voor (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw mag niet meer dan 1 m bedragen;

2.

de bouwhoogte van overige terreinen erfafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;

3.



gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;

-


-


-


-

de woonsituatie;

-




de gevelindeling van hoofdgebouwen, in die zin dat de gevelopeningen overwegend verticaal gericht dienen te zijn en waarbij de lengte/breedte-verhouding ten minste 2:1 dient te bedragen;

-

het materiaalgebruik bij hoofdgebouwen in die zin dat sprake dient te zijn van gebakken stenen en gebakken dakpannen en dat in de kleurstelling aangesloten dient te worden bij het traditionele kleurgebruik;

-

de dakvorm en het materiaalgebruik van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, in die zin dat de dakhelling ten minste 40? dient te zijn en gebruik wordt gemaakt van gebakken materialen en/of hout in traditionele kleurstellingen;

-


-

het materiaalgebruik van erfafscheidingen in die zin dat deze van

-

de plaats en oppervlakte, goothoogte en bouwhoogte van de be-

hout dienen te zijn opgetrokken; bouwing;

52


b.

voor het overige; -





-


-


-


-

de woonsituatie;

-



het bepaalde in lid 17.2, sub a, onder 5 voor het bouwen van een afwijkende hoofdvorm indien het pand redelijkerwijs niet handhaafbaar is, met dien verstande dat sprake dient te zijn van een binnen het beschermd dorpsgezicht passende bouwvorm, waarbij uitgegaan dient te worden van een maximale gooten bouwhoogte van respectievelijk 3,5 m en 8 m en een dakhelling van ten minste 45°;

b.

het bepaalde in lid 17.2, sub b, onder 1 voor het bouwen van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen op minder dan 3 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw;

c.

het bepaalde lid 17.2, sub b, onder 5b voor het bouwen van aanen uitbouwen en aan het hoofdgebouw gebouwde bijgebouwen met een bouwhoogte van niet meer dan 7 m.



53


niet-permanente bewoning;

-

het gebruik van bijgebouwen voor zelfstandige bewoning;

-

het gebruik van de gronden en bouwwerken ter plaatse van de aandui-

-

het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van seksinrichtin-

-


ding "garage" voor bewoning; gen;

17.6 W i j z i g i n g s b e v o e g d h e i d a.

Burgemeester en Wethouders kunnen, overeenkomstig de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming wijzigen: 1. in die zin dat bouwgrenzen worden verlegd, met het oog op uitbreiding dan wel een verandering in de situering van hoofdgebouwen, met dien verstande dat voor het overige de bestemmingsregels uit artikel 17 van overeenkomstige toepassing zijn; 2. voor een groter aantal woningen per bouwvlak, met dien verstande dat: a. indien de kosten van grondexploitatie niet anderszins verzekerd zijn, tegelijkertijd met het wijzigingsplan een exploitatieplan wordt vastgesteld; b. indien de geluidsbelasting ten gevolge van het wegverkeer meer dan de voorkeursgrenswaarde bedraagt, de wijziging slechts wordt toegepast in overeenstemming met een verkregen hogere grenswaarde; c. het aantal woningen dient te passen binnen het door Gedeputeerde Staten geaccordeerd gemeentelijk woonplan; d. voor het overige de bestemmingsregels uit artikel 17 van overeenkomstige toepassing zijn.

b.

De onder a. bedoelde wijzigingen worden uitsluitend toegepast mits er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: -


-


-


-


-

de woonsituatie;

-

de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.

54


Voor toepassing van de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in sub a binnen het beschermd dorpsgezicht, vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.


55

Artikel 18 Waarde - Archeologie

18.1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor "Waarde - Archeologie" aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen (basisbestemming) tevens bestemd voor het herstel en behoud van archeologische waarden.

18.2 B o u w r e g e l s Op deze gronden mogen geen bouwwerken worden gebouwd, met uitzondering van: a.

bouwwerken ter vervanging van bestaande bouwwerken, waarbij de bestaande oppervlakte met niet meer dan 50 m² wordt uitgebreid;

b.

bouwwerken ten behoeve van archeologisch onderzoek en bouwwerken met een oppervlakte kleiner dan 50 m² ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemmingen.

18.3 A f w i j k e n v a n d e b o u w r e g e l s Burgemeester en Wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.2, sub a en sub b, voor het bouwen van bouwwerken ter vervanging van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte met meer dan 50 m² wordt uitgebreid en voor het bouwen van bouwwerken, met een oppervlakte groter dan 50 m², mits: a.

op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of

b.

op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat de archeologische waarden door bouwactiviteiten niet onevenredig worden geschaad; of

c.

de volgende voorwaarden in acht genomen worden indien, op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten kunnen worden verstoord: 1.

een verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; of

2.

een verplichting tot het doen van opgravingen; of

3.

een verplichting de uitvoering van werken en werkzaamheden te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg.

56

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 18 Waarde - Archeologie

Indien Burgemeester en Wethouders voornemens zijn om aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden als bedoel in sub c, wordt de provinciaal archeoloog om advies gevraagd. Bij een negatief advies wordt de omgevingsvergunning niet verleend.

18.4 O m g e v i n g s v e r g u n n i n g v o o r h e t u i t v o e r e n v a n w e r k e n , geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a.

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van Burgemeester en Wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren: -

het ontgronden, afgraven, egaliseren, mengen, diepploegen en ontginnen van gronden met dien verstande dat het werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden betreft met een oppervlakte groter dan 50 m² en dieper dan 30 cm;

-

het graven van watergangen; het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en drainage en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur dieper dan 30 cm;

b.

het verlagen van het waterpeil.

Een vergunning als bedoeld onder a wordt slechts verleend indien: 1. op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat geen archeologische waarden aanwezig zijn; 2. op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat de archeologische waarden door de werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden niet onevenredig worden geschaad; 3. de volgende voorwaarden in acht worden genomen, waneer op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat de archeologische waarden door de werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden kunnen worden verstoord: a. een verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; of b. een verplichting tot het doen van opgravingen; of c. een verplichting de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumenten zorg.

Indien Burgemeester en Wethouders voornemens zijn om aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden als bedoel in sub b, onder 3 wordt de provinciaal archeoloog om advies gevraagd. Bij een negatief advies wordt de omgevingsvergunning niet verleend.


57

c.

Het verbod als bedoeld onder a is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die: -

reeds in uitvoering zijn ten tijde van het van kracht worden van het

-

het normale onderhoud betreffen;

-

mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende omge-

plan;

vingsvergunning; -

op archeologisch onderzoek gericht zijn;

-

plaats vinden in of op de gronden ter plaatse van de aanduiding "begraafplaats".

18.5 W i j z i g i n g s b e v o e g d h e i d Burgemeester en Wethouders kunnen, overeenkomstig de Wet ruimtelijke ordening, het plan wijzigen in die zin dat aan de gronden de bestemming "Waarde - Archeologie" wordt ontnomen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn. Indien Burgemeester en Wethouders voornemens zijn om de wijzigingsbevoegdheid toe te passen, wordt de provinciaal archeoloog om advies gevraagd. Bij een negatief advies wordt de wijzigingsbevoegdheid niet verleend.

58


H o o f d s t u k A l g e m e n e

285.00.07.31.00.rgl

3 r e g e l s

Artikel 19 Anti-dubbeltelbepaling

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 19 Anti-dubbeltelbepaling

61

Artikel 20 Algemene afwijkingsregels



-


-


-


-

de woonsituatie;

-



de in het plan gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;

b.

het bepaalde in het plan en toestaan dat het beloop of profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of intensiteit daartoe aanleiding geeft;

c.

het bepaalde in het plan en toestaan dat bestemmings- of bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;

d.

het bepaalde in het plan voor het bouwen van antennes, waarvan de bouwhoogte ten hoogste 30 m mag bedragen en voor een centrale antenne tot een bouwhoogte van 25 m;

e.

het bepaalde in het plan en toestaan dat openbare nutsgebouwtjes, wachthuisjes ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, gebouwtjes ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwtjes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen gebouwtjes en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, mits: 1. de inhoud per gebouwtje niet meer dan 100 m³ bedraagt; 2. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten hoogste 15 m bedraagt.


62

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 20 Algemene afwijkingsregels

Artikel 21 Algemene wijzigingsregels



-


-


-


-

de woonsituatie;

-


het plan wijzigen in die zin, dat: a.

een transformatorstation, gasdrukmeet- en regelstation, rioolgemaal en naar de aard daarmee gelijk te stellen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, van openbaar nut mogen worden gebouwd tot een maximum inhoud van 400 m³ en een maximum bouwhoogte van 4 m;

b.

aan de gronden de bestemming "Waarde - Archeologie" wordt toegekend, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat de begrenzing van de gronden met de bestemming "Waarde - Archeologie", gelet op de ter plaatse aanwezige archeologische waarden, aanpassing behoeft.

Voor toepassing van de wijzigingsbevoegdheden binnen het beschermd dorpsgezicht, vragen Burgemeester en Wethouders in voorkomende gevallen de gemeentelijke monumentencommissie om advies inzake de afweging of er sprake is van een onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 21 Algemene wijzigingsregels

63

Artikel 22 Algemene procedureregels

Bij het stellen van een nadere eis als bedoeld in: -

artikel 3, lid 3.3;

-

artikel 4, lid 4.3;

-

artikel 5, lid 5.3

-

artikel 6, lid 6.3;

-

artikel 7, lid 7.3

-

artikel 8, lid 8.3;

-

artikel 9, lid 9.3;

-

artikel 10, lid 10.3;

-


-


-


-


-

artikel 15, lid 15.3

-


-

artikel 17, lid 17.3,

is de volgende procedure van toepassing: -

Het ontwerp-besluit ligt met de daarop betrekking hebbende stukken gedurende 2 weken in het gemeentehuis ter inzage.

-

Burgemeester en Wethouders geven tevoren kennis van de nederlegging van het ontwerp-besluit in één of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente verspreid worden en voorts op de gebruikelijke wijze.

-

De kennisgeving houdt mededeling in van de bevoegdheid voor belanghebbenden om mondeling of schriftelijk zienswijzen tegen het ontwerpbesluit naar voren te brengen bij Burgemeester en Wethouders, gedurende de sub 1 genoemde termijn.

-

Burgemeester en Wethouders delen aan hen die hun zienswijzen naar voren hebben gebracht de beslissing daaromtrent mede.

64

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 22 Algemene procedureregels

Artikel 23 Overige regels

Afstemming Algemene Plaatselijke Verordening Ten aanzien van het kappen van bomen c.q. beplanting kent de gemeentelijke Algemene Plaatselijke Verordening een kapverbod voor nader aangegeven geboomte c.q. beplanting, dit met als doel om de bomen c.q. beplanting te behouden. Houtopstanden met monumentale, landschappelijke, cultuurhistorische en beeldbepalende waarde vallen daaronder. Onder strikte voorwaarden wordt ontheffing van dat kapverbod verleend. Ten aanzien van het houden van evenementen verzet het bestemmingsplan zich niet tegen het gebruik van gronden en bouwwerken voor dat doel, mits daarvoor op basis van de gemeentelijke Algemene Plaatselijke Verordening een evenementenvergunning kan worden verleend danwel kan worden volstaan met een kennisgeving. Verordeningen ten aanzien van aanleggen en ligplaats innemen van vaartuigen De aanwezigheid van aanlegplaatsen en ligplaatsen is in algemene zin in de daarvoor in aanmerking komende bestemmingen begrepen; de regeling ten aanzien van plaats, tijdsduur en dergelijke wordt nader bepaald in gemeentelijke verordeningen. Waterschap Bij activiteiten waarbij ook belangen van het waterschap een rol spelen, vindt overleg plaats met het waterschap. De keur van het waterschap is onverminderd van toepassing. Welstand De toetsing van bouwplannen, in het kader van het bouwvergunningenbeleid, dient plaats te vinden op basis van voor dit gebied geldende welstandscriteria zoals die door de raad zijn vastgesteld.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 23 Overige regels

65

H o o f d s t u k O v e r g a n g s -

285.00.07.31.00.rgl

4 e n

s l o t r e g e l s

Artikel 24 Overgangsrecht

24.1 O v e r g a n g s r e c h t b o u w w e r k e n a.

Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot: 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2. na teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.

b.

Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van het bepaalde in sub a een omgevingsvergunning voor het bouwen verlenen voor het vergoten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in sub a met maximaal 10%.

c.

Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

24.2 O v e r g a n g s r e c h t g e b r u i k a.

Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

b.

Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

c.

In het gebruik, bedoeld in sub a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 24 Overgangsrecht

69

d.

Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder de overgangsbepalingen van dat plan.

70

285.00.07.31.00.rgl - Bestemmingsplan Heeg Actualisatie - 26 mei 2011 Artikel 24 Overgangsrecht

B i j l a g e n

Bijlage 1: Staat van bedrijven

-

182 20 2010.2 205

0

22 221 2222.6 2223 2223 2224 2225 223

-

A B

24 2442 2442

0 2

26 262, 263 262, 263

0 1

30 30

A

31 316

-

33

-

33

A

36 361 362 363 45

2

45

3

50

-

-

Vervaardiging van wijn, cider e.d. VERVAARDIGING VAN KLEDING; BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT Vervaardiging van kleding en -toebehoren (excl. van leer) HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK E.D. Houtconserveringsbedrijven: Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUKTIE VAN OPGENOMEN MEDIA Uitgeverijen (kantoren) Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen Grafische afwerking Binderijen Grafische reproduktie en zetten Overige grafische aktiviteiten Reproduktiebedrijven opgenomen media VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE PRODUKTEN Farmaceutische produktenfabrieken: - verbandmiddelenfabrieken VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUKTEN Aardewerkfabrieken: - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS Kantoormachines- en computerfabrieken VERVAARDIGING VAN OVER. ELEKTR. MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDH. Elektrotechnische industrie n.e.g. VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten e.d. VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN N.E.G. Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m2 Fabricage van munten, sieraden e.d. Muziekinstrumentenfabrieken BOUWNIJVERHEID - aannemersbedrijven met werkplaats: b.o.< 1000 m2 HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; BENZINESERVICESTATIONS

categorie

afstand

grootste

gevaar

18

VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: - v.c. < 2500 kg meel/week Vervaardiging van ethylalcohol door gisting:

geluid

0 1 0

stof

15 1581 1581 1592 1593 t/m 1595

AFSTANDEN IN METERS

geur

-

OMSCHRIJVING nummer

SBI-CODE

30

10

30

10

30

2

10

0

30

0

30

2

10

10

30

10

30

2

10

10

30

0

30

2

0 10 0 30 30 30 0

0 0 0 0 0 0 0

10 30 10 30 10 30 10

0 0 0 0 10 10 0

10 30 10 30 30 30 10

1 2 1 2 2 2 1

10

10

30

10

30

2

10

10

30

10

30

2

30

10

30

10

30

2

30

10

30

10

30

2

30

0

30

0

30

2

0 30 30

10 10 10

10 10 30

0 10 10

10 30 30

1 2 2

0

10

30

10

30

2

517 52 527 60 6022 64 641 642 71 711 714 72 72 73 731 732 74 74 7481.3 7484.4 90 9002.2 9002.2 93

0 3 -

Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven Autobeklederijen Autowasserijen Handel in auto- en motorfietsonderdelen en accessoires Benzineservisestations: - zonder LPG GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING Handelsbemiddeling (kantoren) Grth in bloemen en planten Grth in dranken Grth in tabaksprodukten Grth in suiker, chocolade en suikerwerk Grth in koffie, thee, cacao en specerijen

Grth in overige voedings- en genotmiddelen Grth in overige consumentenartikelen Grth in overige intermediaire goederen 0 Grth in machines en apparaten: Overige grth (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d. - REPARATIE T.B.V. PARTICULIEREN Reparatie t.b.v. particulieren (excl. auto's en motorfietsen) - VERVOER OVER LAND Taxibedrijven - POST EN TELECOMMUNICATIE Post- en koeriersdiensten A Telecommunicatiebedrijven VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, - MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN Personenautoverhuurbedrijven Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g. COMPUTERSERVICE- EN - INFORMATIETECHNOLOGIE Computerservice- en informatietechnologieA bureau's e.d. - SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek - OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING A Overige zakelijke dienstverlening: kantoren Foto- en filmontwikkelcentrales Veilingen voor huisraad, kunst e.d. - MILIEUDIENSTVERLENING A0 Afvalverwerkingsbedrijven: A7 - verwerking fotochemisch en galvano-afval - OVERIGE DIENSTVERLENING

categorie

afstand

grootste

10 0 10

0 0 0

30 10 30

10 10 0

30 10 30

2 1 2

0

0

30

10

30

2

30

0

30

10

30

2

0 10 0 10 10 30

0 10 0 0 10 10

10 30 30 30 30 30

0 0 0 0 0 0

10 30 30 30 30 30

1 2 2 2 2 2

10 10 10

10 10 10

30 30 30

10 10 10

30 30 30

2 2 2

0

0

30

0

30

2

0

0

10

10

10

1

0

0

30

0

30

2

0 0

0 0

30 10

0 0

30 10

2 1

10 10

0 10

30 30

10 10

30 30

2 2

0

0

10

0

10

1

30

10

30

30

30

2

0

0

10

0

10

1

0 10 0

0 0 0

10 30 10

0 10 0

10 30 10

1 2 1

10

10

30

30

30

2

stof

gevaar

503, 504 505 505 51 511 5122 5134 5135 5136 5137 5138, 5139 514 5156 5162

B

geluid

501, 502, 504 5020.4 5020.5

AFSTANDEN IN METERS

geur

-

OMSCHRIJVING nummer

SBI-CODE

Chemische wasserijen en ververijen Wasverzendinrichtingen

30 0

30 30

categorie

30 0

afstand

30 30

grootste

stof 0 0

gevaar

A

geluid

9301.2 9301.3

AFSTANDEN IN METERS

geur

-

OMSCHRIJVING nummer

SBI-CODE

2 2

Bijlage 2: Beschermd dorpsgezicht

Legenda BOUWSCHEMA maatvoeringscategorie

ab

goothoogte (m)

Plangebied

bouwhoogte (m)

min.

max.

min.

max.

min.

max.

1

-

3,5

-

8,5

30

-

2

-

4

-

9

45

-

3

-

6

-

10

-

-

4

-

3,5

-

7,5

40

-

5

-

5,5

-

8,5

30

-

6

-

-

-

3,5

-

-

7

-

4

-

8

40

-

8

-

4,5

-

5,5

-

-

9

-

-

-

9,5

-

-

10

-

-

-

6

-

-

11

-

3

-

14

40

-

12

-

-

-

17

-

-

13

-

7

-

10

-

-

14

-

3

-

10

15

-

15

-

2,5

-

4

30

-

15

-

15

-

Aanduidingen plangebied

beschermd dorpsgezicht

(bp)

begraafplaats

(br)

brug

Bestemmingen Agrarisch A

5 3 Bedrijf


39

-

4

-

6

17

-

5

-

9

(g)

groen

Groen

(h)

horeca

Maatschappelijk

(jh)

jachthaven

G

Recreatie - Camping

(shu)

R-C

3 7 L y t s h u z e n

V-V

18

-

3,5

19

-

3

-

10

40

-

-

6

25

-

80

-

60

-

-

19

-

29

21

-

11

-

18

-

7

-

-

-

-

22

-

-

23

-

-

-

10

24

-

3

-

7,5

-

20

25

-

4

-

8

-

-

-

9,5

40

75

-

5,5

Recreatie - Jachthaven R-J

schiphuis

(sb-bvh)

specifieke vorm van bedrijf botenverhuurbedrijf

(sb-jw)

specifieke vorm van bedrijf jachtwerf


(sgd-sav)

specifieke vorm van gemengd sanitaire voorziening

Recreatie - Recreatiewoningen

(sr-pbw)

specifieke vorm van recreatie permanente bewoning

R-JB

R-RW

De Skatti ng

26

Recreatie - Dagrecreatie R-D

20

garage

Gemengd GD

M

16

detailhandel uitgesloten

(ga)

B-N

3 3

39

(-dh)

B

Sport

(ste)

steiger

Verkeer - Verblijfsgebied

(stw)

stuw

Water

(vt)

volkstuin

Woongebied

(wl)

woonschepenligplaats

S

V-V

WA

WG

Waarde - Archeologie

bouwvlak

WR-A 6 2

6 2

[ka]

karakteristiek

maatvoeringsvlak

x

bouwklasse

j

maximum aantal wooneenheden

E

dwarsprofiel

gevellijn

Verklaringen 21

gegevens GBKN

monument

8

ontwikelingslokatie

scheidingsgrens

(g) bos 2

ab 16

V-V

ab 16

2

ab 2

6

k y r b a tF I

10

2

bos

ng i De Skatt

4

6

ab

4

bos

1 12

WG

8

11 9

13 15

sportterrein

2 10

1

7 5

17 19

ab

G 14

3 1

1

ab

12

2123

ab

6

3

S

4

B-N ab 6

25

ab

37

6

ab

18

ab

6

bos

Gemeente WYMBRITSERADIEL

1

Bestemmingsplan Heeg ab 5

blad 1 van 4

1 4

k y r b a tF I

Verbeelding

16

WA

bos

bos

sportterrein

datum:

26.05.2011

BugelHajema

schaal:

1 : 1000

Plek voor ideeºn

status:

vastgesteld

projectnr.:

285.00.07.31.00

gezien:

AH BgelHajema Adviseurs bv, Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu

NL.IMRO.0683.BPHeeg-0401

5 1

18

ab 16

1

n a l s r e tG I

Balthasar Bekkerwei 76, 8914 BE Leeuwarden T E

[email protected] W

058 215 25 15

www.bugelhajema.nl

BNSP

5

8

Legenda

Plangebied 2

raei De D

(g) bos ab 16

plangebied

ab

2

1

ab

Bedrijf

6

k y r b a tF I

A

bos

2

Agrarisch

9

ab

10

ng i De Skatt

4

10

2

ab

4

6

(bp)

begraafplaats

(br)

brug

Bestemmingen

16

8


9

V-V

Aanduidingen

(-dh)

B

bos 12

WG


sportterrein

1

G

1

Gemengd

(g)

groen

Groen

(h)

horeca

Maatschappelijk

(jh)

jachthaven

G

n a l t u tB I

14

3 1

16

1

13

5 ab 1

M

ab

12

2123

ab

10

7

14

17 19

ab

garage

11

8

11 9

13 15

12

(ga)

B-N

GD riet


6

S Recreatie - Camping

(shu)

R-C

B-N

schiphuis

18

ab

Recreatie - Dagrecreatie

6

25

37

ab

6

ab

18

ab

R-D

6

bos

(sb-bvh)


(sb-jw)


1

Recreatie - Jachthaven R-J ab 5

WA


(sgd-sav)



(sr-pbw)


R-JB

16

(ste)

17

1 4

20

k y r b a tF I

R-RW

Sport

(ste)

steiger


(stw)

stuw

Water

(vt)

volkstuin

Woongebied

(wl)


S

bos

bos

sportterrein

Djippe Sleat V-V

18

5 1

ab 16

1

n a l s r e tG I

bos

A

9

[ka]

3

1 1

1

5

3

1

7 karakteristiek

20

ab

7

bouwvlak

3

1

3 1


WR-A

1 1

9

26

WG

5 1

3 1 ab

5

WA

maatvoeringsvlak

ab

55 7 2 2

9 2

1 x

bouwklasse

j

5

E


n a l s r e tG I De Eker

ab 1

4

ab

2 ab

0 1

8

6

4 1

2 1

19

1 3

7 1

raei De D

ng i De Skatt

e t i r k r e m m i eS D

9 1

1 3 2 2

ab

2

2 1

1 ab

(ste)

(br)

4

8

6

0 1

dwarsprofiel

gevellijn

1

7

2

Verklaringen eat erkesl Tsj

21

(ste) 5

ab

3

WA

7

gegevens GBKN

2

1

monument

9

9

r e t s i eJ D

WA

ab

ab

7

ontwikelingslokatie

1

2

5

22

(ste)

21

11

10

l a w s t a e l eS D

12

scheidingsgrens

22

4

2

3

1

8

6

11

28 13

ab 2

8 1

15

2

a 25

17

r e t s i eJ D

1

25

A

27

ab

D e

26

0 2

2 2

4 2

2

13

15

Ek er

(stw)

ab

6

4

2

16

15

14

V-V

ab

13 23 a 23

8

16

ab

D e

1

1

21

school

23

6

4

2

31

33

13

WG

(shu)

2

ster De Ji

1 1

7

H om ei e

15

18

ab

17 19

ab

ab

22B

4

2

1

22A

ab

ab

29

ab

15

M

17

G

ab 23

WA

4

0 1

29

Tsj erkesl eat

28

7 1

ab

bos

2

79

bos bos

69

ab 2

5 9

ab ab

4

e n n i f e l Mo

7 9

ab

85

31

1

63 2 5

7 8

3 9 34

ab

5

1 ab

e n n i f e l o M

2

WA

ab ab

1

16

8 3

1

0 4

2 4

4 4

1

6 4

(ste)

8 4

4 42 4

1

-

3,5

-

8,5

30

-

2

-

4

-

9

45

-

3

-

6

-

10

-

-

4

-

3,5

-

7,5

40

-

5

-

5,5

-

8,5

30

-

6

-

-

-

3,5

-

-

7

-

4

-

8

40

-

8

-

4,5

-

5,5

-

-

9

-

-

-

9,5

-

-

10

-

-

-

6

-

-

11

-

3

-

14

40

-

12

-

-

-

17

-

-

13

-

7

-

10

-

-

14

-

3

-

10

15

-

15

-

2,5

-

4

30

-

16

-

4

-

6

15

-

17

-

5

-

9

15

-

18

-

3,5

-

10

40

-

19

-

3

-

6

25

-

20

-

19

-

29

80

-

21

-

11

-

18

60

-

22

-

-

-

7

-

-

23

-

-

-

10

-

-

24

-

3

-

7,5

-

20

25

-

4

-

8

-

-

26

-

5,5

-

9,5

40

75

54

19

56

17

ab

13

2

57

7

Bestemmingsplan Heeg

2

blad 2 van 4

58

(br)

5 6

4 6

Verbeelding

60

2 6

5 7

ng i l l He

0 6

4

Gemeente WYMBRITSERADIEL

2

28

ab

62

12

205 33 t/m

ab

1

55

5

3 6

6 6

3

2

9 5

ab

4

bos

2

ab

1 6

1 1 9 ab

4

1

35

45

ab

52

53

47

ng i l l He

23

2

43 41

ab

22

3

2

ewei l Tol

48

57

4

ab

aei De Dr

2 1

50

0 1

4

18

46

9

M

max.

1

2

ng i l Hel

10

8

44

25 7

5 1

min.

6 1

ab

19 Talma State

1 ab 1 4

2 3

20

1

6

42

17

ab

ab

0 3

ab

2

23

max.

48

40

15 11 13

28

55

38

29

1

a 88

1

ab

ab

5

2

4 1

ab

ab

5

ab

8 2

1

ab 4

2

46

18

38

ab

(ste)

4

51

27 1

bos

[ka]

ab

1

1

22

4

ab

2

6 2

1

ab

bos

ab

5

5

ab

ab

1

1

s t n o u eM t Wi

2

2

49

36

ab

20

5

ab

2

ab

5

De Houw

45

25

ab

ng i De Skatt

34

GD

23

ab

18

eat erkesl Tsj

0 1

6

4

4

4

min.

ab

2

ab

ab

GD

21

tte i ngerstrj i l Hol

d e a p s r a k S

9

32

19

4 2

4

20

1

1

2 ab

41

ab

2

ab

14

30

17

ab

ab

ab

1

ab

1 2

ab

ab

kerk 21

(ste)

7

max.

3 2

1 1 ab

9

7

1

2

7

[ka] Geref.

ab

ab

5

12

ab ab 4

2

39

1

13

1

4

8 10

37

M

ab

3

1

36

3

4

ab

bos

1

ab

5

9 1

7 1

33

9 2

3 1

6

1 1

ab

31

1

4

34

ab

4

4

0 38 4

12

27 29

4

9

ab

bouwhoogte (m)

min.

G ab

ab

35

WG

3

33

20

e n n i f e l o M

36

23 25

ab 1

goothoogte (m)

2

4

1 6

9 5

7 5

ab

6 5

ab

4 5

0 5

4 3

0 3

1

2

55

4

53

ab

ab ab

4

ab

aei De Dr

2

51

tte i eatstrj sl W ei

maatvoeringscategorie

45 47

9 1

1

21

4

26

43

8 2

49

2

19

ewei l Tol

32

1

41

16 6

45 47

3

1 1

9

2

ab

1

6

ab

2

2

Tuorkes

8 2

(ga)

ab

33

e t t i j r t s r e g n i l l o H

2 2

r a w l e m S

31

14

2 1

4

2

2

5

BOUWSCHEMA

4

4

6

8

4

ab

4

1

30

ab

1

5 6

ab ab

ab

ab

5

(vt)

ab

e n n i f d i e R

7 1

5 1

ab

9

7

29

28

4

2

ab ab

3 39 41 4

9

28

10

10

ab

0 1

5

1

8

19

6 2

4

4

ab

8 3 6 3 1

4 23 3

0 3

ab

ab

21

26

4 2

ab

0 4

e n n i f e l o M

4

ab

8 1

4

ab

ab

2

4

ab

1

4 22 2

4

ab

15 17

26

16

2

ab

1

De Trije

11

11 13

1

WG

ab

ab

n e p m a eC D

8 2 2

0 2

8 1

ab

9

4

17

i e w s t a e l s p i j D

6 1

7

ab

15

7 1

5 1

1

ab

13

9 1

1 1

9

7

11

ng De Skatti

24

11

12

11

5

ab

9

9

10

9

ab

6

7 2

5 2

3 2

5

3

1

6 ab

4

5

5

ab

ab

7

8

7

eatswei psl i Dj

4

spaed nxtepoel Hi

7

ab

6 2

ab

a1 4 42 2

35 37

1a

5

4

17

5

5

ab

2

5

bos

2

1

39

0 2

22

ab

ab

2ab 1

4 2 2 2

0 3

nne efi Mol

2

1

2

ab

5

4 1

5

5

33

6 1

23 21 19

5

20

1

4 1

8 1

ab

ab

ab

3 1

5

(ga)

ab 2

ab

1h

1

1 3

ab

2 1

2 3

6 3

4 3

37

ab

25

6

8 3

ab ab

28

R ei df i nn e

8

4

1

1 3

9 2 7 2 ab

ab

8 1

ab

0 2

2 2

24

W.I.U.

T o l l e we i

35

e t t i j r t s t a e l s i e W

2

9 6

ab

3 7

ab

1

datum:

26.05.2011

BugelHajema

schaal:

1 : 1000

Plek voor ideeºn

status:

vastgesteld

projectnr.:

285.00.07.31.00

gezien:

AH

2

2

56

9

5

54

7

ab

ng i l Hel

5

3

32

1

7

ab

ab 2

1

ab

0 7

ab

ab

4

1

70

ab

58

B 11

GD

bos

48

4

(-dh)

1

52

ab

ab

6



50

1 1

67

i e w s t a e l s e k r e j s T

4

68

r a w e e r B

BgelHajema Adviseurs bv, Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu

4

9

(br) 50

e t t i j r t s t a e l s i We

ab 1

5 1

30

ab

40

9 7ab 1 1 2

p o k e n n i p S

[email protected] W

058 215 25 15

www.bugelhajema.nl

BNSP

1

2

Legenda d e a p s r a k S

riet eat erkesl Tsj

Plangebied 0 1

6

4

2 ab

Aanduidingen plangebied


ab 5

4

(bp)

begraafplaats

(br)

brug

Bestemmingen

7

Agrarisch A

riet Bedrijf

ab

e t t i j r t s t a e l s i We

(-dh)

B

9

7

5

1



(ga)

B-N

garage

Weisleat Gemengd

(g)

groen

Groen

(h)

horeca

Maatschappelijk

(jh)

jachthaven

GD ab 4

2

8

G

We i s l e a t

M

4

WA

ab 2

Recreatie - Camping

(shu)

R-C

schiphuis

0 2 riet

6

WA

Recreatie - Dagrecreatie R-D

(sb-bvh)


(sb-jw)


Recreatie - Jachthaven

32

R-J

30

We i s l e a t Recreatie - Jeugdherberg

(sgd-sav)



(sr-pbw)


26

ab

11

18

1

9

16 14

7

3

[ka]

ab

10

5

12

ei sl ea ts tr j i tt e

3

W

8

8

1

ab 1

6

R-C

ab

1 4 3 4

7 3 5 3

ab

ab

2

4

3 5

4

4

2

7 2

ab

ab

6

5

7

ab

a 5 2

3 3

ab

ab

7

4

1 9 3 2

W.I.U.

2

9

stuw

Water

(vt)

volkstuin

Woongebied

(wl)


29

33 37

WA

5

WG

12

16

14


20

22 24

bouwvlak

WR-A

2

3

12

[ka]

karakteristiek

8

2

ab

[ka]

10

maatvoeringsvlak

B x

bouwklasse

j

M

V-V E

WG

7

ab

2

(stw)

5

3 2


4

I t Sypke

M ab

steiger

GD k y d e j i N

1

A

27 e t t i j r t s a m x n i r a H

t Sypke I

5

39

15

WR-A

1

4 ab

13

(ste)

ab

3

camping

3

57 4

5 5 k j wi

7

N.H.kerk

7

12

2

T us ke nw ei

1 5 7

1

ab

ab

ab

ab

tte i trj Tuns

1

45

camping

B

2

(bp) en orr bu

4

3 3

2

Sport

V-V

27

GD

M

R-RW

S

23

buorren

7

4

1

ab

t Sypke I

7

ab

6

WG

4

ab

49

2 9

ab

1

4

nami hel l Wi

ab

2

11

15

1 3 Ts j er ke -

Ts j erk e-

5

ab ab

2 2 1 3

5

4

19

31

ab

20

1 5 1 1

ab

2

2 7

7

WG 15

W

5

7

34

13

ab

21

9 ab

24

(ste)

2 5

22

riet

17 19

ei sl ea ts tr j i tt e

28

R-JB


dwarsprofiel

k y d e j i N

18a18b gevellijn

6 3

WA (g) 18

d r u eB D

Verklaringen It Sypke

21

gegevens GBKN

V-V d r u eB D

monument

ontwikelingslokatie

16

A scheidingsgrens

ab 5

99

ab 5

R-J

BOUWSCHEMA maatvoeringscategorie

ab

Hegemer Mar

riet riet

goothoogte (m)

bouwhoogte (m)

min.

max.

min.

max.

min.

max.

1

-

3,5

-

8,5

30

-

2

-

4

-

9

45

-

3

-

6

-

10

-

-

4

-

3,5

-

7,5

40

-

5

-

5,5

-

8,5

30

-

6

-

-

-

3,5

-

-

7

-

4

-

8

40

-

8

-

4,5

-

5,5

-

-

9

-

-

-

9,5

-

-

10

-

-

-

6

-

-

11

-

3

-

14

40

-

12

-

-

-

17

-

-

13

-

7

-

10

-

-

14

-

3

-

10

15

-

15

-

2,5

-

4

30

-

16

-

4

-

6

15

-

17

-

5

-

9

15

-

18

-

3,5

-

10

40

-

19

-

3

-

6

25

-

20

-

19

-

29

80

-

21

-

11

-

18

60

-

22

-

-

-

7

-

-

23

-

-

-

10

-

-

24

-

3

-

7,5

-

20

25

-

4

-

8

-

-

26

-

5,5

-

9,5

40

75

1

2

riet

WA riet

3

4

Gemeente WYMBRITSERADIEL Hegemer Mar

Hegemer Mar Bestemmingsplan Heeg

riet

blad 3 van 4 Verbeelding

datum:

26.05.2011

BugelHajema

schaal:

1 : 1000

Plek voor ideeºn

status:

vastgesteld

projectnr.:

285.00.07.31.00

gezien:

AH BgelHajema Adviseurs bv, Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu



[email protected] W

058 215 25 15

www.bugelhajema.nl

BNSP

35

52

54

1

55

19

Legenda 56

17

9 5 ab 2

2

58

(br)

plangebied

ng i l l He

5 7

ab 2

3 7

ab

1

Agrarisch A

Bedrijf

6

bos

2

ab

ab

13

k y d l a o K

ab

15

7

17

ab

ab

4

1

4

2 7

8 6

6 81 1

4

71

44a

2

7

(sb-bvh) ab

0 2

GD

ab

4

6

Recreatie - Dagrecreatie

2 4

33

bos

ab

WG

ab

1

5

2a

Water

(vt)

volkstuin

Woongebied

(wl)



bouwvlak

[ka]

karakteristiek

ab 4

68

1

10

maatvoeringsvlak

8

It Heechhus

l a w s r a o t n a k l e I Buterhoek

V-V

5 26

30

7

WG

stuw

WR-A

10

M

2 ab

B

(stw)

bos

bos

ab

2

67

6 3


13

(sb-jw) an l t Ei I

GD

(g)

bos

(h) 8 5

10

steiger

WG

0 5

(h) 3 8

(ste)

B

ab

8 4

2 3

Sport

WA

2 5

6 4


1

3

R-J

28

(sr-pbw)

V-V

6

De Syl WA

t De Gref

37

22 24 26

M

6

81

29 27

31

20


a 7

bos

V-V

2 0 4 4

GD

[ka]

69

an l t Ei I

3 7


S

7

1


(sgd-sav)

R-RW

6

(h)

63

e t t i j r t s a m x n i r a H

8

9

5

4 6

8

7

5

1 6

n ei t Pl I

en orr bu

16

14

bos

4

7 5 5 9

GD

5

12

7

bos

a 9 6

WR-A e t t i j r t s a m x n i r a H

43

7

De Syl

[ka]

1 97 6

49

39

15

ab

ab

12a

N.H.kerk

13

41 R.K.kerk

27

GD buorren

(bp)

65

23

M 2

ab

10

Ts j erk e-

Ts j er ke -

51

1 3

(sb-jw)

Recreatie - Jeugdherberg R-JB

55

19


WA

2

17 19

1 1

schiphuis

(sb-bvh)

R-J

De Syl

WG

R.K.kerk

(shu)

R-D

Hegemer Far

9 2 2 1 3

jachthaven

Recreatie - Jachthaven

7 6

M

(jh)

(wl) (wl)

(ste)

21

Maatschappelijk

Recreatie - Camping

0 1

We i s l e a t

horeca

R-C

11

7 57 7

(h)

M

44

ab

8

Groen G

p o k e n n i p S

15

groen

4

6

4

(g)

ab

17

9

44

4 ab

garage

Gemengd GD

ab ab

(ga)

4 7

ab

19

1

(sgd-sav)

ab

1

(h)

15

ab

2

0 7

ab

70

2 4

9 1

1

58

ab

ab

48

9

(wl)

ab

1 5


ab

B 11

(h)

7

1

69

0 81

2

42

4 21 1

4

5

3

GD

ab

(-dh)

1

GD

68

ab

52

4

Bedrijf - Nutsbedrijf B-N

50

1 1

9

50

4

ab

7

brug

(-dh)

B 4

(br)

67

i e w s t a e l s e k r e j s T

2 5

(br)

ab

r a w e e r B

WA

begraafplaats

62

2 ab

9 6

(bp)

Bestemmingen

ab

56

3

54

ng i l Hel

1

1

7

5 1

9

7

5

ab

5

32

ab

30

40

9 7ab 1 1 2


60

2 6

2

p o k e n n i p S

Aanduidingen

4 6

2

0 6

Plangebied

37

57

13

57

4

bos

2

5 6

6 6

28

M

3 6 ab

ab

ab

ng i l l He

23

45

ab

4

12

7

47

1 6

1 1 9 ab

4

23

205 33 t/m

55

38

29

1

ab

ab

5 1

1 ab 1 4

9

7

2

ewei l Tol

48

25

28

51

27

[ka]

5

18

46

Talma State

5

ab

4

2

ab

43 41

ab

5

19

22 ab 4

2

53

ng i l Hel

10

8

44

17

ab

ab

ab

4

4

ab 1

1

ab

5

5

ab

2

49

36

ab

15

20

25

5

ab

4

ng i De Skatt

23

ab

GD

ab

18

eat erkesl Tsj

2 ab

0 1

6

34

tte i ngerstrj i l Hol

d e a p s r a k S

De Houw

4 2

4

45

21

1

x

bouwklasse

j

22

2

1

1

Vuil Waterput

ab

4

GD

2

81001

(-dh)

E


n e v a h r e d u S

2 bos 1

ab

18a18b

(sr-pbw)

52 47

34 26

53 48

13 8 14 9 15 10

B oa yu m

28 88

55

c 56

t/ m 57

57 a

G ou de n

64 63 68

134

Vuil Waterput 8 0 1

6 0 1

4 0 1

6 3

De Greft

51

81002

Vuil waterrput 4 8

8 3

2 4

0 4

76

8

50

24

2 0 1 6 8

WIU ab

110

36

2 8

40 18

78

58

9 4

0 8

9

recreatieterrein 17

37

2

59

38

31

32

10

99

5

112

52

48

24

34

ab

WA 74

1 5

35

25

81005

44

2

72

47

ab

1 6

46

53

12

70

6 4

54

6 4

6 6

100

7

32

68

5 4

48

(sr-pbw) ab

35

98

30

66

(ste)

36

132

96

18

5

ab

50

64

(jh)

ab

21

130

62

4

114

4

ab

R-RW

scheidingsgrens

116

ab

(sr-pbw)

17 12

118

63 58

128

Vuil Waterput

94

5

90

ab

monument

ontwikelingslokatie

92

(sr-pbw)

(ste)

60 55

61 56

5

1

58

59 54

81003

60

24

54

5 6

24

120

it Beaken

[ka]

ab

19

ab

gegevens GBKN

126

jeugdherberg

Vuil Waterput 122

R-RW

81004

22

56

(ste) P h a r s h o e k e

21

20

5

22

A

Verklaringen

18

I t Ei l an

33 25

29 37

I tE i l a n

20

It Sypke

1 2

9 1

7 2

ab

52

18 16

R-J

7 1

5 2

3 2

124

14

38

27 35

16

38

ab 4

43

51 46

12

De Syl

3 6

R-JB

32 24

10

18 It Sypke

7

ewal j Ni

8

WG

7

gevellijn

9 2

30 22

ab

49 44

4

WA

1

I tE i l a n

6

4 3

dwarsprofiel

[ka]

7bab 7a

26

6

ft Gre De

32

2

6 20

ab

39

11

60

24

19

29

30

R-J

riet ab 24

7

t a e l s e t l e J

61

12

40

BOUWSCHEMA maatvoeringscategorie

62

13

22

27

21

41

62 a

14

42

25

26

1 4

2 4 2 3

ab

44 ab 24

62 b

28

ab

24

43

ab 19

R-D

goothoogte (m)

bouwhoogte (m)

min.

max.

min.

max.

min.

max.

1

-

3,5

-

8,5

30

-

2

-

4

-

9

45

-

3

-

6

-

10

-

-

4

-

3,5

-

7,5

40

-

5

-

5,5

-

8,5

30

-

6

-

-

-

3,5

-

-

7

-

4

-

8

40

-

8

-

4,5

-

5,5

-

-

9

-

-

-

9,5

-

-

10

-

-

-

6

-

-

11

-

3

-

14

40

-

12

-

-

-

17

-

-

13

-

7

-

10

-

-

14

-

3

-

10

15

-

15

-

2,5

-

4

30

-

16

-

4

-

6

15

-

17

-

5

-

9

15

-

18

-

3,5

-

10

40

-

19

-

3

-

6

25

-

20

-

19

-

29

80

-

21

-

11

-

18

60

-

22

-

-

-

7

-

-

23

-

-

-

10

-

-

24

-

3

-

7,5

-

20

25

-

4

-

8

-

-

26

-

5,5

-

9,5

40

75

H e g e m e rM a

H e g e m e rM a

1

riet

Hegemer Mar

riet

2

3

4

Gemeente WYMBRITSERADIEL Hegemer Mar Bestemmingsplan Heeg blad 4 van 4

var.

kade

Verbeelding

var.

3.25m

0.4m

3.25m

voetpad

0.4m

var.

0.4m

voetpad

straat

voetpad

0.4m

straat

datum:

26.05.2011

BugelHajema

schaal:

1 : 1000

Plek voor ideeºn

status:

vastgesteld

projectnr.:

285.00.07.31.00

gezien:

AH

var.

BgelHajema Adviseurs bv, Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu NL.IMRO.0683.BPHeeg-0401

profiel 1 Harinxmastrjitte (schaal 1:100)

profiel 2 De Syl (schaal 1:100)


[email protected] W

058 215 25 15

www.bugelhajema.nl

BNSP

Colofon Opdrachtgever Gemeente Súdwest Fryslân Bestemmingsplan BügelHajema Adviseurs Projectleiding BügelHajema Adviseurs Supervisie BügelHajema Adviseurs Projectnummer 285.00.07.31.00

BügelHajema Adviseurs bv Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu BNSP Balthasar Bekkerwei 76 8914 BE Leeuwarden T 058 215 25 15 F 058 215 91 98 E [email protected] W www.bugelhajema.nl Vestigingen te Assen, Leeuwarden en Amersfoort

Bestemmingsplan Heeg V A S T G E S T E L D

Recommend Documents