2012-2016
Beleidsplan Begrijpend Lezen
0
Inhoud Beschrijving doelgroep............................................................................................................................... 2 Visie op onderwijs ......................................................................................................................................2 Basisvisie...............................................................................................................................................2 Leerinhouden/ activiteiten......................................................................................................................2 Vakdidactiek begrijpend lezen ...................................................................................................................3 Doelen voor het lezen met begrip..........................................................................................................3 Einddoelen voor het lezen met begrip op leerling niveau: ................................................................ 3 Bijbehorende didactiek van onze leerkrachten die hun leerlingen willen scholen tot zelfstandige, goede begrijpend lezers: ...................................................................................................................3 Wij werken als school doelgericht en planmatig aan het leren lezen met begrip: .............................4 Het lesmodel begrijpend lezen ..............................................................................................................4 Begrijpend lezen in het curriculum ........................................................................................................4 Groep 1 en 2 .....................................................................................................................................4 Groep 3 .............................................................................................................................................4 Groep 4 .............................................................................................................................................5 Groep 5 .............................................................................................................................................5 Groep 6 .............................................................................................................................................5 Groep 7 en 8 .....................................................................................................................................5 Strategiegebruik .........................................................................................................................................6 Inzet van de methode begrijpend lezen .....................................................................................................6 Begrijpend lezen binnen de zaakvakken en het rekenonderwijs ............................................................... 7 Toetsen en volgen .....................................................................................................................................7 Toets-kalender: Begrijpend Lezen.........................................................................................................7 Groepsplannen ......................................................................................................................................8 Vraagstelling CITO toets .......................................................................................................................8 Zorgleerlingen binnen het begrijpend leesonderwijs..................................................................................8 Technisch zwakke lezers.......................................................................................................................8 Kinderen met een onvoldoende woordenschat .....................................................................................8 Borging van het begrijpend leesonderwijs .................................................................................................9 Bibliografie .................................................................................................................................................9 Bijlage 1 (voorbeeld strategiekaart) .........................................................................................................10
1
Beschrijving doelgroep Helmond-West is een zeer gedifferentieerde wijk met een rijke diversiteit aan mensen, woningen en voorzieningen. Een karakteristieke wijk met historische elementen en veel verschillen in zowel bevolkingssamenstelling als bouwstijlen. De wijk kent een aantal buurten dat als aandachtsgebied aangemerkt wordt vanwege woningvoorraad en de sociaaleconomische kenmerken van de bevolking. Voor alle kinderen geldt dat de samenleving ingewikkeld en complex is en niet altijd voor iedereen even veilig en toegankelijk. We gaan er op onze school vanuit dat succeservaring de basis is waarop kinderen vertrouwen krijgen in hun eigen kunnen. Het uitblijven van succeservaringen kan leiden tot een laag gevoel van eigenwaarde en een verminderde motivatie voor school en leren. Door kinderen een veilige omgeving te bieden, taalvaardig te maken en te leren te vertrouwen op eigen kunnen en de vele talenten die zij hebben, zal hun gevoel van eigenwaarde positief worden beïnvloed. Onze kinderen zijn gebaat bij een leeromgeving (zowel binnen als buiten de school) waarin zij kunnen participeren in een levensechte, betekenisvolle context, met voor henzelf zinvolle activiteiten om zo succeservaringen op te kunnen doen, waarbij het van belang is dat ze daarin een actieve en verantwoordelijke rol spelen. Het is daarnaast belangrijk dat hun omgeving (school, vrije tijdsverenigingen en ouders) hoge verwachtingen van de kinderen heeft, waardoor zij leren om in zichzelf te geloven en zo (eigen) doelen te behalen.
Visie op onderwijs De basisvisie met de daarbij behorende leerinhouden en leeractiviteiten is tot stand gekomen op basis van datgene waarvan wij denken dat onze leerling populatie nodig heeft om tot zo’n volledig mogelijke ontwikkeling te komen.
Basisvisie De leerlingen leren hun cognitieve capaciteiten, sociale vaardigheden, talenten, zelfredzaamheid en zelfvertrouwen herkennen, gebruiken en ontwikkelen. Zij kunnen zich daardoor vol vertrouwen zelfstandig en zelfredzaam bewegen in de maatschappij.
Leerinhouden/ activiteiten - Zelf doen, zelf ontdekken, zelf ervaren. - Zelfstandig werken (incl. plannen en verantwoordelijkheid nemen). - Samenwerken/ groepswerk/ kringgesprekken. - Presenteren. - Basisvaardigheden, met bijzondere aandacht voor taalvaardigheid. - Duurzaam omgaan met de hen omringende wereld. - Leren een mening te vormen en een kritische houding te ontwikkelen. - Leren leren en onderzoekende houding eigen maken. - ICT vaardig maken. - Expressieve uitingen (muziek, dans, drama, handvaardigheid, koken etc.). - Sport en spel. - Actief luisteren tijdens klassikale lessen. N.a.v. de basisvisie en de daarbij behorende leerinhouden en leeractiviteiten hebben we zeer bewust voor de methode: Nieuwsbegrip XL gekozen, omdat deze methode grotendeels onze visie verwezenlijkt.
2
Vakdidactiek begrijpend lezen Doelen voor het lezen met begrip1 De doorgaande lijn van begrijpend lezen begint in groep 1 en loopt door tot en met groep 8. In alle groepen is er aandacht voor de twee pijlers van het lezen met begrip: -
Uitbreiding van kennis en woordenschat. Het leren van strategieën om het eigen leerproces van het eigen leesproces te sturen.
Doel is dat leerlingen de school verlaten als zelfstandige, vaardige lezers, die verschillende soorten teksten kunnen lezen en begrijpen. Om goede leerlingresultaten te bereiken, moeten leerkrachten over voldoende kennis en vaardigheden beschikken. Maar ook is het nodig om op schoolniveau afspraken te maken, vandaar dat onderstaande doelen op leerling, leerkracht en schoolniveau zijn geformuleerd. Einddoelen voor het lezen met begrip op leerling niveau: • De leerlingen zijn in staat hun eigen kennis en woordenschat te gebruiken om de tekst betekenis te geven. • De leerlingen zijn in staat nieuwe kennis en bestaande kennis te integreren. • De leerlingen zijn in staat hun eigen leerproces te sturen en kunnen daarbij strategieën gebruiken. • De leerlingen kunnen de leesstrategieën (voorspellen, vragen stellen,, visualiseren, verbinden, samenvatten en afleiden) zelfstandig toepassen en, afhankelijk van het leesdoel en de tekstsoort, flexibel inzetten. • De leerlingen zijn in staat om herstelstrategieën in te zetten als zij moeite hebben de tekst te begrijpen. • De leerlingen kunnen woordleerstrategieën toepassen om de betekenis van onbekende woorden te achterhalen. • De leerlingen zijn gemotiveerd en zijn actief betrokken (door te lezen, denken, praten en schrijven) bij het lezen van, het denken over en het begrijpen van teksten. Bijbehorende didactiek van onze leerkrachten die hun leerlingen willen scholen tot zelfstandige, goede begrijpend lezers: • De leerkracht richt de leesomgeving gevarieerd en aantrekkelijk in. • De leerkracht biedt systematisch aandacht aan de leesmotivatie en leesbevordering. • De leerkracht heeft kennis van het proces van lezen met begrip. • De leerkracht is zich bewust van het grote belang van voldoende kennis en woordenschat en besteedt daaraan impliciet en expliciet aandacht. • De leerkracht geeft met behulp van een adequaat instructiemodel doelgericht vorm aan gedifferentieerde, effectieve instructie. • De leerkracht beschikt over vaardigheden om gewenst aanpakgedrag hard op denkend voor te doen.
1
Doelen zijn afkomstig uit het boek Lezen...denken...begrijpen!
3
• • •
Door de keuze van functionele verwerkingsvormen verdiept de leerkracht het leesbegrip van de leerlingen. De leerkracht kiest adequate middelen om het aanbod te evalueren en is in staat om op basis van de resultaten hiervan te interveniëren. De leerkracht monitort de groepsresultaten en deelt de analyse hiervan op schoolniveau met collega’s.
Wij werken als school doelgericht en planmatig aan het leren lezen met begrip: • De aandacht voor mondelinge en schriftelijke taal is zichtbaar en merkbaar in de hele school. • Het team geeft prioriteit aan lezen en woordenschatontwikkeling. • Het beleid voor ontwikkeling van kennis en woordenschat is vastgelegd, wordt regelmatig besproken en zo nodig bijgesteld. • Er wordt in alle groepen voldoende tijd besteed aan lezen. (zie overzicht blz 4-5) • Het team bespreekt regelmatig de leerlingresultaten voor begrijpend lezen op groeps-, bouw-, en schoolniveau en formuleert zo nodig maatregelen om de resultaten te verbeteren. • Het team heeft beleid geformuleerd om ouders te informeren over het belang van lezen met begrip.
Het lesmodel begrijpend lezen Verantwoordelijkheid leerkracht Ik
Introductie en modelling
Wij
Begeleide oefening
Jullie Jij
4
Leerlingen lezen samen Leerlingen lezen zelfstandig Verantwoordelijkheid leerling
Begrijpend lezen in het curriculum Naast de aandacht voor het begrijpend lezen zoals hieronder vermeld, wordt er in alle groepen ook aandacht besteedt aan de andere pijler van het begrijpend lezen, het opbouwen van kennis van de wereld. Dat is in het onderstaande overzicht niet meegenomen. Groep 1 en 2 • Minimaal één uur per dag: doelgerichte taalactiviteiten, waarvan in ieder geval twee a drie keer per week tien tot vijftien minuten worden besteed aan (hardop denkend) voorlezen en begrijpend luisteren. Groep 3 • De activiteiten rondom begrijpend lezen die in de methode voor aanvankelijk technisch lezen zijn opgenomen worden uitgevoerd.
•
Zestig minuten: leesvormen en gevarieerde activiteiten rond boeken in samenhang met woordenschatontwikkeling. Ook de teksten van nieuwsbegrip basis kunnen hiervoor worden ingezet.
Groep 42 • Vijfenveertig tot zestig minuten: (hardop denkend) voorlezen, leesvormen en gevarieerde activiteiten rond boeken in samenhang met leesbegrip en woordenschatontwikkeling. Hiervoor worden o.a. de basislessen van Nieuwsbegrip gebruikt. • Om de manier van vragenstellen in de Citotoets te oefenen, wordt er gewerkt met de hulpboeken Begrijpend Lezen van Cito. ! Kinderen die midden 4 een A of B score hebben gehaald op de toets technisch lezen, gaan zelfstandig werken aan de nieuwsbegrip XL lessen. De overige kinderen krijgen extra tijd voor het technisch leesproces.3 Groep 5 • Zestig minuten: Methode begrijpend lezen, begrijpend lezen binnen de zaakvakken in samenhang met leesbegrip en woordenschatontwikkeling. • Vijfenveertig minuten: (Hardop denkend) voorlezen, leesvormen en gevarieerde activiteiten rond boeken in samenhang met woordenschatontwikkeling. • Om de manier van vragenstellen in de Citotoets te oefenen, wordt er gewerkt met de hulpboeken Begrijpend Lezen van Cito. Groep 6 • Zestig tot negentig minuten: Methode begrijpend lezen, begrijpend lezen binnen de zaakvakken in samenhang met woordenschatontwikkeling. • Dertig minuten: (Hardop denkend) voorlezen, leesvormen en gevarieerde activiteiten rond boeken in samenhang met woordenschatontwikkeling. • Om de manier van vragenstellen in de Citotoets te oefenen, wordt er gewerkt met de hulpboeken Begrijpend Lezen van Cito. Groep 7 en 8 • Zestig tot negentig minuten: Methode begrijpend lezen. • Zestig tot negentig minuten: Begrijpend lezen binnen zaakvakken in samenhang met woordenschatontwikkeling. • Dertig minuten: (Hardop denkend) voorlezen, leesvormen en gevarieerde activiteiten rond boeken in samenhang met woordenschatontwikkeling. • Om de manier van vragenstellen in de Citotoets te oefenen, wordt er gewerkt met de hulpboeken Begrijpend Lezen van Cito.
2 Er is bewust gekozen om de methode nog niet in te zetten in groep 4. Dit omdat het technisch leesniveau op voldoende niveau moet zijn alvorens op methodische manier met het Begrijpend Lezen aan de slag te gaan. 3 Mits deze opdrachten zelfstandig te maken zijn.
5
Strategiegebruik De volgende strategieën worden door de school omarmd: 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7)
Voorspellen Vragen stellen Visualiseren Verbinden Samenvatten Afleiden Herstellen (deze strategie bevat onderliggende strategieën)
Omarmen houdt in dat deze strategieën op regelmatige basis centraal staan in de groepen 1 t/m 8. De strategieën worden centraal gesteld d.m.v. kaarten in diverse kleuren, waarbij iedere strategie een eigen kleur heeft. Op de kaart wordt de strategie verduidelijkt met een tekening en gedachtezinnen. Op de achterkant van de kaarten staat uitleg over de strategie, wat er van de lezer verwacht wordt en woorden en zinnen die bij de desbetreffende voorbeeld horen. (Zie voor een voorbeeld kaart bijlage 1). Iedere maand staat een andere strategie centraal. Deze worden zoveel mogelijk aan de strategielessen van Nieuwsbegrip XL gekoppeld, zodat de strategie die centraal staat ook in de methodeles wordt aangeboden. Tijdens het centraal stellen van de strategie doet de leerkracht regelmatig, ook tijdens andere lessen, al hard opdenkend voor hoe je de strategie tijdens het lezen van teksten toe past. Tijdens het voordoen wordt er gebruik gemaakt van afwisselende teksten (verhalend, informatief, gedicht, handleiding etc.) De kinderen van groep 5 t/m 8 krijgen de omarmde kaarten in hun begrijpend leesmap, zodat zij daar zelf regelmatig naar terug kunnen kijken als zij zelf bezig zijn met het lezen van teksten.
Inzet van de methode begrijpend lezen De methode Nieuwsbegrip XL wordt als volgt ingezet( waarbij de dagen slechts een suggestie zijn): Planning Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
Nieuwsbegrip Optie: Onderwerp bespreken en mailen 1x per maand Strategieles Basisles (informatieve tekst) XL Leesles (andersoortige tekst) Min. 2 à 3 x in de maand een schrijfopdracht.
Tijd Max. 10 min. Max. 45 min. Max. 45 min. Max. 30 min. Max. 30 min.
De woordenschatlessen van Nieuwsbegrip zijn optioneel, dit omdat we de woordenschatontwikkeling middels de woorden uit de taalmethode aanpakken. De woordenschatlessen van Nieuwsbegrip zouden ingezet kunnen worden binnen het zelfstandig leren. De schrijflessen zijn niet optioneel, omdat uit de theorie blijkt dat schrijvend informatie verwerken zorgt voor een beter tekstbegrip dan het beantwoorden van vragen. De schrijflessen zouden echter wel plaats kunnen hebben binnen het zelfstandig leren. In groep 5 wordt er gestart met niveau AA, waarbij in januari de switch gemaakt wordt naar niveau A.
6
Begrijpend lezen binnen de zaakvakken en het rekenonderwijs Bij het lezen van de teksten binnen de zaakvakken wordt de maandstrategie centraal gesteld. De leerkracht doet dan hardop denkend voor hoe ze de centrale strategie kunnen gebruiken binnen de teksten. Wat betreft het rekenonderwijs zullen vooral de herstelstrategieën hardop denkend gebruikt worden door de leerkracht. Wat betreft de rekenbegrippen zal daar extra aandacht voor moeten zijn binnen het woordenschatonderwijs.
Toetsen en volgen Toets-kalender: Begrijpend Lezen Om van kinderen competente begrijpend lezers te maken worden een aantal aspecten rondom lezen in kaart gebracht. In de toets kalender zijn naast de toets Begrijpend lezen daarom ook de toetsen Technisch Lezen en Woordenschat opgenomen. Verder wordt de leesbeleving middels de Leesmotivatie en Leesinteresse lijst in kaart gebracht, dit om te bekijken of het nodig is interventies (op groeps-, en/of schoolniveau) te plegen ter bevordering van de leesmotivatie. ! I.v.m. het hoge technisch leesniveau dat er gevraagd wordt en de complexe vraagstelling bij de begrijpend leestoets van groep 3 is er besloten deze toets niet als toets af te nemen maar in de maand juni als oefenboek te gebruiken, waarbij de leerkracht de kinderen kennis laat maken met de manier van vragen stellen van CITO en hen wegwijs maakt in het lezen en begrijpen van teksten en de daarbij behorende vragen. Maand September Oktober
Groepen Gr. 4 t/m 8 5 t/m 8
Oktober/ November
Gr. 5 t/m 8
Januari
Groep 1 en 2
Januari/ Februari
Groep 1 en 2 Groep 4 t/m 7
Toets Leesmotivatie en Leesinteresse Lijst Methodetoets Begrijpend Lezen Diagnostisch gesprek n.a.v. de methodetoets met kinderen die onvoldoende gescoord hebben. Gegevens worden gebruikt om het leerproces tussentijds bij te sturen (en het groepsplan aan te passen.) Signaleringslijst Protocol Leesproblemen en Dyslexie (m.n. Boekoriëntatie en Verhaalbegrip) Taal voor kleuters M1, M2 Technisch lezen M4, M5, M6, M7
Groep 3 t/m 8
Cito Woordenschat M3, M4, M5, M6, M7, M8
Groep 4 t/m 8
Cito Begrijpend Lezen M4, M5, M6, M7, M8 Diagnostisch gesprek n.a.v. Citotoets Begrijpend Lezen en Woordenschat met kinderen die C, D of E score hebben gehaald. Deze gegevens kunnen gebruikt worden voor het opstellen van het groepsplan. Signaleringslijst Protocol Leesproblemen en Dyslexie (m.n. Boekoriëntatie en Verhaalbegrip) Taal voor kleuters E1, E2 Cito Woordenschat E3, E4, E5, E6 en E7 Technisch lezen E4, E5, E6 en E7 Cito Begrijpend Lezen E4 CITO Begrijpend Lezen M5, M6, M7
Februari
Groep 4 t/m 8
Juni
Groep 1 en 2 Groep 1 en 2 Groep 3 t/m 7 Groep 4 t/m 7 Groep 4 Groep 5,6 en 7
7
Groep 4 Groep 5 t/m 8 Groep 5 t/m 8
Diagnostisch gesprek n.a.v. Cito toetsen Begrijpend lezen en woordenschat met kinderen die C, D en E score hebben gehaald. Deze gegevens kunnen gebruikt worden voor het opstellen van het groepsplan. Methodetoets Begrijpend Lezen Diagnostisch gesprek n.a.v. methodetoets met kinderen die de toets onvoldoende hebben gemaakt. Deze gegevens kunnen gebruikt worden voor het opstellen van het groepsplan.
Groepsplannen Groepsplannen kunnen worden opgesteld m.b.v. gegevens uit: - Methodetoetsen - Cito technisch lezen of Avi niveau - Cito begrijpend lezen - Cito woordenschat - Diagnostische gesprekken - Observaties
Vraagstelling CITO toets Om de kinderen voldoende voor te bereiden op de manier van vraagstellen binnen de CITO toets begrijpend lezen, biedt de methode Nieuwsbegrip XL in de methode ondersteuning aan (elke 6e les). Mocht dit (voor sommige kinderen) onvoldoende zijn, dan wordt er structureel met kinderen geoefend m.b.v. daarvoor bestemde hulpboeken.
Zorgleerlingen binnen het begrijpend leesonderwijs Technisch zwakke lezers Voor technisch zwakke lezers hanteren we dezelfde leerdoelen begrijpend lezen als bij alle andere kinderen. Wel wordt er een andere aanpak aangeboden om die doelen te bereiken zoals: aanbieden van meer leestijd, gebruik maken van ingesproken teksten, schrappen in hoeveelheid. Voor de CITO teksten van Begrijpend Lezen geldt dat deze kinderen meer tijd krijgen voor de toets en dat deze toets in meerdere delen wordt aangeboden. Tijdens de zaakvakken wordt een technisch zwakkere lezer gekoppeld aan een technisch sterke lezer (maatjeswerk). In overleg met de Intern Begeleider wordt besproken welke kinderen voor deze aanpak in aanmerking komen. Kinderen met de indicatie: ‘Dyslexie’ maken gebruik van het programma Kurzweil tijdens de Begrijpend leeslessen en tijdens het maken van de CITO-toets.
Kinderen met een onvoldoende woordenschat Voor kinderen met een onvoldoende woordenschat hanteren we dezelfde leerdoelen begrijpend lezen als bij andere kinderen. Wel wordt er een andere aanpak geboden om die doelen te bereiken zoals: Pré-teaching waarbij vooraf de betekenis van de woorden met de leerling wordt besproken en
8
genoteerd in een eigen woordenboekje. Dit woordenboekje gebruikt het kind tijdens het lezen van de tekst tijdens de begrijpend leesles.
Borging van het begrijpend leesonderwijs Om het begrijpend leesonderwijs goed te borgen binnen ons onderwijs, vindt er 2x in het jaar een intervisie plaats alleen gericht op het begrijpend lezen. De inhoud van de intervisie zal o.a. gebaseerd worden op resultaten, vragen van leerkrachten, stellingen. N.a.v. de intervisie kan er besloten worden een groepsbezoek plaats te laten vinden. Dit groepsbezoek zal coachend van aard zijn en uitgevoerd worden door IB-er of managementlid. Dit is afhankelijk van de aard van de intervisie uitkomst.
Bibliografie Förrer, M., & Mortel, K. v.d. (2010). Lezen..., denken...begrijpen! CPS.
9
Bijlage 1 (voorbeeld strategiekaart) Voorkant
10
Achterkant
Vragen stellen Vragen stellen is: vragen onder woorden brengen die de tekst bij je oproept Tijdens het lezen gaat de lezer op zoek naar het antwoord op zijn vragen. De lezer:
G G G G
Stelt vragen voor, tijdens en na het lezen. Denkt na waarover hij zich verwondert. Stelt vragen naar aanleiding van de tekst. Stelt vragen vanuit zijn eigen kennis en ervaringen.
Woorden en zinnen die horen bij vragen stellen:
G G G G G
Ik vraag me af wat hij bedoelt met... Ik vraag me af hoe het kan dat... Ik vraag me af waarom hij dit gaat doen... Ik vraag me af waar dit zich afspeelt... Ik vraag me af wie de dader is...
Teksten die de lezer uitnodigen tot vragen stellen: Heel veel informatieve teksten roepen vragen bij de lezer op. Ook wat meer filosofische teksten roepen vragen op en zetten aan tot nadenken.
11