Analyseschema Livius’ Sinds de stichting van de stad
Bronnen: Livius, T., “Zonen van Mars”, vert. Hetty Rooijen-Dijkman (Amsterdam 1997) Livius, T., “Sinds de stichting van de stad”, vert. Hetty Rooijen-Dijkman (Amsterdam 2000)
Inhoudsopgave Religie Priesters Offeren Goden Overige Oorlog Tactiek Eenheden Huurlingen Overige
blz. 3 blz. 3 blz. 3 blz. 3 blz. 3 blz. 4-7 blz. 4-5 blz. 5-6 blz. 6 blz. 6-7
Keltische samenleving Klassen Recht Zwakkeren Huisvesting Uiterlijk Beroepen Overige
blz. 8-9 blz. 8 blz. 8 blz. 8 blz. 8 blz. 8 blz. 8 blz. 8-9
Keltische politiek Kelten onderling Romeinen Germanen Overige
blz. 10 blz. 10 blz. 10 blz. 10 blz. 10
Keltische religie Onderdeel a. Priesters b. Offeren c. Goden d. Overige
Deel -
Jaar -
Streek -
Vermelding -
Keltische oorlogvoering Onderdeel Tactiek
Deel V, 37 V, 37 V, 37 V, 37
Jaar 390 BC 390 BC 390 BC 390 BC
Streek Italië Italië Italië Italië
V, 37 V, 38 V, 39
390 BC 390 BC 390 BC
Italië Italië Italië
V, 39 V, 37-43 V, 37-43 V, 41 V, 41
390 BC 390 BC 390 BC 390 BC 390 BC
Italië Italië Italië Italië Italië
V, 41
390 BC
Italië
V, 41
390 BC
Italië
V, 42 V, 42 V, 42 V, 43 V, 43 V, 43 V, 43
390 BC 390 BC 390 BC 390 BC 390 BC 390 BC 390 BC
Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië
V, 43
390 BC
Italië
V, 43
390 v.Chr
Italië
V, 46
390 BC
Italië
V, 46 V, 47 V, 47 V, 47
390 BC 390 BC 390 BC 390 v.Chr
Italië Italië Italië Italië
V, 47
390 BC
Italië
V, 48 V, 49 V, 49 V, 49
490 BC 390 BC 390 BC 390 BC
Italië Italië Italië Italië
VI, 42 VII, 9
367 BC 361 BC
Italië Italië
Vermelding Geen plunderingen, recht op doel af Brede formatie Reizen snel Psychologische oorlogvoering, gebrul, rauw gezang en kreten Lange frontlijn Hebben tactisch inzicht. Zenden verkenners om plannen vijand vast te stellen. Krijgsgezang Snelreizend Kracht in grote groepen Laten zich leiden door vechtlust Klein bewakingsdetachement om eventuele aanval te weerstaan Eerst vreedzaam, maar na aanval vijand niet meer Geplunderde en leeggeroofde huizen in brand gestoken. Houden controle over vuur Blijven schreeuwen tijdens aanval Weinig tactiek, gevechten tegen de huizen Gebruiken signalen Strijdkreet Gebruiken schilden als dak Na een mislukte aanval gaan ze over tot belegering: geven hoop op na een mislukking Onnadenkend, vernietigen graan en rekenen niet op nieuwe belegering Werken in verschillende groepen, ene groep belegert en andere plundert akkers Letten erop dat geen vijanden ontsnappen bij belegering. Bewaken vijanden goed. Ongewapende man vooruit gestuurd als bode. Onhoorbaar Ondersteunen elkaar: geven bij beklimming wapens aan elkaar door, helpen elkaar omhoog Na wegvallen verrassingselement makkelijk te breken. Geen hoge losprijs voor opgeven beleg. Geleid door woede, niet door organisatie Met weinig moeite te verslaan Verzamelen zich na een vlucht en slaan kamp op. Galliër daagt uit tot tweegevecht. Galliër daagt uit to tweegevecht om te tonen
Eenheden
VII, 9
361 BC
Italië
VII, 11 VII, 11
361 BC 361 BC
Italië Italië
VII, 11 VII, 11 VII, 14 VII, 12 VII, 15 VII, 15 VII, 23 VII, 23 VII, 23 VII, 24
361 BC 361 BC 358 BC 358 BC 358 BC 358 BC 350 BC 350 BC 350 BC 350 BC
Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië
VII, 24
350 BC
Italië
VII, 24 VII, 24
350 BC 350 BC
Italië Italië
VII, 24 VII, 26 VII, 26 X, 19
350 BC 349 BC 349 BC 298 BC
Italië Italië Italië Italië
X, 22 X, 26
298 BC 295 BC
Italië Italië
X, 26
295 BC
Italië
X, 26
295 BC
Italië
X, 26 X, 27
295 BC 295 BC
Italië Italië
X, 27 X, 28
295 BC 295 BC
Italië Italië
X, 28 X, 28 V, 34 V, 35
295 BC 295 BC ±600 BC ±600 BC
Italië Italië Gallië Gallië
V, 36
391 BC
N-Italië
V, 37 V, 38 V, 39
390 BC 390 BC 390 v.Chr
Italië Italië Italië
welk volk beter is in de oorlog. Grijnst dom en steekt tong uit, zingt, danst en toont zijn wapens. Reizen snel Plunderen gebieden op aanwijzing van bondgenoot, de stad Tibur. Komen bondgenoot te hulp. Trekken terug naar stad bondgenoot. Roven lastdieren vlakbij Romeins kamp weg. Reizen snel Vallen rechtervleugel het felste aan. Maken verdedigingsschansen Groot Gallisch leger Zetten luid krijsend de aanval in. Beklimmen heuvel in stormpas Door grootte leger niet gevoelig voor één nederlaag. Gevluchte manschappen verplaatst door nieuwe. Hebben geen vaste orders of aanvoerders. Vluchten verspreid naar hoogste punt van gebied zelfs hun eigen kamp voorbij Plunderen akkers en kuststrook Zingen en dansen Oorlog met tweegevecht beslissen Enorm Gallisch leger, oorlog wordt afgekocht met geld. Groot Gallisch leger Gallische Senonen bestormen met grote troepenmacht een Romeins legerkamp. Galliërs vallen van alle kanten aan, omsingelen vijand. Ruiters dragen afgehouwen hoofden op borst paarden of op speren mee. Zingen triomfliederen. Verdelen kracht: Galliërs en Samnieten leveren slag, Umbriërs en Etrusken overvallen kamp. Galliërs op rechtervleugel. Infanterie achtervolgt vluchtende vijand zonder eerst op adem te komen. Gebruiken gesloten schildformatie in falanx. Staan schouder aan schouder in schildmuur. Gallische Kelten hebben infanterie en cavalerie. Hebben grote aantallen en vreemde wapens voor de Clusiërs Leger heeft een leider, die in de voorste linie vecht. Mannen en paarden Een hoofdman. Ruiters als verkenners
Huurlingen Overige
V, 39 V, 37-43 V, 43 VII, 10 VII, 14 VII, 23 VII, 24 VII, 26 X, 26 X, 28 X, 28
390 v.Chr 390 v.Chr 390 v.Chr 361 BC 358 BC 350 BC 350 BC 349 BC 295 BC 295 BC 295 BC
Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië Italië
X, 28 X, 28 X, 28 X, 10
295 BC 295 BC 295 BC 298 BC
Italië Italië Italië Italië
V, 33 V, 34
±600 BC ±600 BC
Italië Gallië
V, 38
390 BC
N-Italië
V, 39
390 BC
Italië
V, 39 V, 39 V, 41
390 BC 390 BC 390 BC
Italië Italië Italië
V, 41 V, 42
390 BC 390 BC
Italië Italië
V, 43 V, 43 V, 44 V, 44
390 BC 390 BC 390 BC 390 BC
Italië Italië Italië Italië
V, 44
390 BC
Italië
V, 45 V, 48 VI, 11
390 BC 390 BC 390 BC
Italië Italië Italië
VI, 24
367 BC
Italië
VII, 10 VII, 10-11
361 BC 361 BC
Italië Italië
VII, 11
361 BC
Italië
Verschillende divisies Opereren in kleine eenheden Gebruik schilden Galliër heeft schild Bekogelen met stenen. Gebruiken schild Gebruiken werpspiesen Lans en schild Hebben cavalerie. Hebben cavalerie. Gebruiken strijdwagens met ratelende wielen die ze tussen ruiters drijven. Hebben infanterie. Hebben harnassen Werpen speren Gallische betaalde huurtroepen in het leger van de Etrusken. Galliërs beginnen oorlog om wijn. Beschouwen het als gunstig voorteken dat groep vreemdelingen aan wordt gevallen. Bij gering aantal vijanden bevreesd voor een krijgslist. Verbijsterd door plotselinge overwinning, bang voor krijgslist. Stapelen na overwinning krijgsbuit op Door onverwachte voordelen voorzichtig. Geen wraakgevoelens omdat ze de stad meteen in kunnen nemen. Op hun hoede door verlatenheid stad. Niet alle mannen zin om te verwoesten, of branden om schrik aan te jagen. Gefocust op buit Plunderingen duren enige dagen Lopen in ordeloze drommen. Kunnen niet tegen de eentonigheid van het beleg. Als ze goed hebben gegeten en gedronken, gaan ze slapen zonder wachtposten of andere versterking. Slapen ongewapend en zonder wachten. Overwonnenen hebben geen recht bij Galliërs Voelen zich in vooruitzicht van vrede al ontspannen. Vluchten weg in angst en verwarring en raken verspreid. Hebben standaards Schrikken van onverwachte afloop duel, verlaten in paniek hun kamp. Gallische inval maakt dictator noodzakelijk heftig?
VII, 12 VII, 12
358 BC 358 BC
Italië Italië
VII, 12
358 BC
Italië
VII, 14
358 BC
Italië
VII, 14 VII, 15
358 BC 358 BC
Italië Italië
VII, 15 VII, 15 VII, 23 VII, 23 VII, 23
358 BC 358 BC 350 BC 350 BC 350 BC
Italië Italië Italië Italië Italië
VII, 23
350 BC
Italië
VII, 26
361 BC
Italië
VII, 26
361 BC
Italië
IX, 29 X, 2
311 BC 302 BC
Italië Italië
X, 28
295 BC
Italië
X, 28 X, 28
295 BC 295 BC
Italië Italië
Verlangend om strijd te beginnen. Leger met de dag zwakker door gebrekkige foeragering Al de Gallische kracht ligt in de aanval, ze zijn gedemoraliseerd door oponthoud. Wachten niet op signaal bevelhebber voor aanval. Verrast door plotselinge felheid tegenaanval Vluchten verspreid en ordeloos naar legerplaats terug uit angst voor insluiting Vluchten bossen en heuvels in. Voeren groot gewicht aan goud mee. Willen meteen slag leveren als ze vijanden zien. Houden stil als ze niet weten wat te doen. Richten onder elkaar grotere ravage aan dan de vijanden Vluchten halsoverkop en vertrappen daardoor eigen troepen. Willen lijk gesneuvelde hebben, vechten daarom. Voorhoede vecht grimmig, achterhoede vlucht nog voordat een speer is geworpen. Oorlog met Galliërs gevreesd door Rome Altijd een Romeins leger gemobiliseerd voor als Galliërs oorlog beginnen. Bij eerste aanval onstuimig, daarna verslappen ze. Hebben standaards Vluchten bij hernieuwde krijgslust vijand
Keltische samenleving Onderdeel Klassen Rechtssysteem Zwakkeren Huisvesting
Uiterlijk
Beroepen
Overige
Bladzijde V, 34 V, 36 V, 34 V, 36 V, 34
Jaar ± 600 BC ±600 BC ±600 BC ±600 BC ± 600 BC
V, 34 V, 48
± 600 BC 390 BC
Streek Gallië Gallië Haeduers Gallië NoordItalië Gallië n.v.t.
VII, 25
369 BC
Gallië
X, 28 V, 34 V, 37-43 VI, 27 VI, 42 VII, 9 VII, 10
295 BC ± 600 BC 390 BC 380 BC 367 BC 361 BC 391 BC
N-Italië Gallië Italië N-Italië N-Italië Italië N-Italië
VII, 10 VII, 26
391 BC 361 BC
N-Italië Italië
VII, 26 X, 26
349 BC 295 BC
N-Italië Italië
V, 34 V, 36 VII, 25 V, 33
± 600 BC ±600 BC 349 BC ±400 BC
Gallië Gallië Gallië Gallië
V, 34 V, 34
±600 BC ± 600 BC
V, 37 V, 37
390 BC 390 BC
Gallië Bojen en Lingonen N-Italië Gallië
V, 44
390 BC
Gallië
V, 48 V, 48
390 BC 390 BC
n.v.t. n.v.t.
V, 48
390 BC
V, 48
390 BC
Italië / Rome Italië / Rome
Vermelding Gallische Kelten hadden een koning Stammen verenigd in krijgsraad. Onderverdeeld in gewesten. Dragen hun recht in wapens. Stichten stad op de plek die hetzelfde heet als een gewest van de Haeduers Hebben steden. Gewend aan vochtigheid en kou, kunnen niet tegen droge hitte. Galliërs kunnen niet tegen winterkou van de bergen. Zijn niet bestand tegen hitte en inspanning Voorkomen Galliërs aan Clusiërs vreemd. Angstaanjagend Hebben woeste gedaanten Galliër draagt ketting. Groot Lichaam van uitzonderlijke lengte, gekleed in schitterende bontgekleurde tuniek met met goud ingelegde wapens. Galliër draagt een halsketen. Uitgedost in bonte tuniek, wapens met goud ingelegd, halsketting (torque) Galliër met enorme gestalte Cavalerie draagt afgehouwen hoofden op borst paarden of op speren mee. Vruchtbaar aan gewassen en mensen. Gebruiken gezanten. Leven noodgedwongen van de roof Houden van zoete vruchten en wijn, kennen dat niet in eigen land. Gallische Kelten voorspoedig. Varen op vlotten de Po over Worden snel kwaad. Hebben bij geboorte de neiging tot zinloos gebrul meegekregen. Vatbaar voor bewondering van moed en voor godsdienstig ontzag. Begroeven doden een voor een (?) Verbrandden lijken op een stapel door futloosheid Gemakkelijk af te kopen Vals, geven geen zuivere gewichten
VI, 15
385 BC
N-Italië
VII, 23 VII, 26 X, 10
350 BC 349 BC 298 BC
Gallië N-Italië Gallië
Hadden een goudschat die is overgenomen door Romeinen. Galliërs zijn onstuimig en vechtlustig. Kennen geen Latijn Zijn te midden van wapengekletter geboren, van nature wild.
Keltische politiek Onderdeel Onderling
Romeinen
Germanen Overige volkeren
Bladzijde V, 34 V, 34
Jaar ±600 BC ±600 BC
Streek Gallië Gallië
V, 34 V, 34
±600 BC ±600 BC
Gallië Gallië
V, 35
±600 BC
N-Italië
V, 36 V, 47 – 49
±600 BC 390 BC
Gallië Italië / Rome
V, 36
391 BC
N-Italië
V, 36
391 BC
N-Italië
V, 37-43
390 BC
Italië / Rome
V, 37-43 X, 10
390 BC 298 BC
Italië / Rome Italië
V, 35
±600 BC
VII, 11
361 BC
(Libuers en) Saluviërs. N-Italië
X, 10
298 BC
N-Italië
X, 22
296 BC
N-Italië
Vermelding Kelten vormen een derde deel van Gallië Gallische Kelten onder heerschappij van Biturigen Gallische Kelten een stam? Gallische Kelten bestaan uit Biturigen, Arveniërs, Senonen, Haeduers, Ambarren, Carnuten en Aulerken. Niet duidelijk of er samenwerking was tussen Galliërs in Italië. Stammen verenigd in krijgsraad. Ondersteunen elkaar: geven bij beklimming wapens aan elkaar door, helpen elkaar omhoog Ontvankelijk voor vredesoverleg met Clusiërs, maar wel onder voorwaarden. Romeinse gezanten vechten mee bij de Etrusken Galliërs boos op Rome, want de Etrusken treft geen blaam. Eerst vreedzaam, maar na aanval vijand niet meer Vals, geven geen zuivere gewichten Galliërs overmoediger tegen Romeinen dan tegen andere volkeren. Gaan zonder problemen naast de WestLiguriërs wonen. Gaan bondgenootschap aan met de inwoners van Tibur, die hen proviand verschaffen. Houden zich niet aan verbond, maar willen pas met Etrusken tegen Romeinen optrekken in ruil voor grond. Galliërs bundelen krachten met Etrusken, Samnieten en Umbriërs