Actieve ouderen: feiten, mogelijkheden en belemmeringen Symposium: Senioren in actie !?
11 oktober 2012 Prof. dr. M.J.M. Kardol Leerstoelhouder Active Ageing Vrije Universiteit Brussel
1. Waarom is het een thema?
Senioren in actie !? 1. Waarom is het een thema 2. Hoe is het gesteld met de actie van senioren 3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren
Ad. 1. Waarom is het een thema ? a. Vanwege het aantal senioren in de samenleving b. Vanwege de positie van senioren in de samenleving c. Vanwege de toename van senioren met gezondheidsproblemen d. Vanwege de veelheid aan kwaliteiten van senioren
1. Waarom is het een thema? Ad. a. vanwege het aantal senioren in de samenleving: Er komen er steeds meer: 1.
Nederland vergrijst: 2030: - meer dan 23 % van de bevolking is 65 + - 1.2 miljoen Nederlanders is 80 +
1)
2.
Grijze druk verdubbelt tussen nu en 2040 van 25 % naar 44 %
3.
Het geboortecijfer is in 50 jaar teruggelopen van 3.12 naar 1.72 2)
4.
Naar een levensverwachting van bijna 90 jaar ! 2)
1)
CBS 2009
2)
Europese Commissie 2012
1. Waarom is het een thema ? Ad.b. Vanwege de positie van senioren in de samenleving: De positie verandert:
van plichtenvrij, afgeschreven en zorgbehoevend individu
naar verantwoordelijke, getalenteerde en zelfredzame burger
1. Waarom is het een thema ? Ad.b. vanwege de positie van senioren in de samenleving: De positie verandert:
Van laag opgeleide naar hoger opgeleide (%) 2000
2020
Lager onderwijs
41
10
Middelbaar- en Hoger onderwijs
24
44
Van
zware kostenpost naar economische factor van betekenis
1. Waarom is het een thema? Ad. c. vanwege de toename van senioren met gezondheidsproblemen: (1)
Het aantal senioren dat beperkingen ondervindt neemt toe: 2/3 van alle 65-plussers heeft 2 of meer chronische aandoeningen 1)
Bij de ouderen van 85 jaar en ouder heeft 85% meer dan twee chronische aandoeningen 1)
1) Gezondheidsraad 2008
1. Waarom is het een thema? Ad. c. vanwege de toename van senioren met gezondheidsproblemen: (2)
Het aantal senioren dat beperkingen ondervindt neemt toe: Bij ongewijzigd beleid: in 2030 meer dan 130.000 verpleegbedden extra nodig 2)
Kosten AWBZ lopen op van 10.4 miljard (2009) naar 24/7 miljard (2030) 2)
2) SCP
1. Waarom is het een thema? Ad. c. vanwege de toename van senioren met gezondheidsproblemen: (3) Het aantal senioren dat beperkingen ondervindt neemt toe:
Stijging kosten zorg alleen al door dementie jaarlijks met 2.1 % 3)
Maar let wel! Bijna 2/3 van alle 65 + voelt zich gezond
3) RIVM 4) Behoefteonderzoek in Nederlandse gemeenten (BAS) 2011/2012
4)
1. Waarom is het een thema? Ad.d. vanwege de veelheid aan kwaliteiten van senioren: (1) Het grijs kan/moet verzilverd worden:
druk op de pensioenleeftijd: langer door blijven werken is het devies en de pensioenleeftijd wordt gekoppeld aan de levensverwachting
:
Waarom is het een thema?
1. Waarom is het een thema? Ad. d. vanwege de veelheid aan kwaliteiten van senioren (2) Het grijs kan/moet verzilverd worden: de mantelzorger is verreweg de grootste zorgleverancier het vrijwilligerswerk in Nederland draait voor een belangrijk deel op senioren de huidige trend van informalisering van de zorg is alleen mogelijk door de inzet van actieve senioren
1. Waarom is het een thema? Ad. d. vanwege de veelheid aan kwaliteiten van senioren: (3) Het grijs kan/moet verzilverd worden: veel verenigingen bestaan bij de gratie van de vrijwillige inzet van senioren senioren zijn op tal van beleidsterreinen de belangrijkste ervaringsdeskundigen
2. Hoe is het gesteld met de actie van senioren a. deelname aan de arbeidsmarkt en informele hulp b. deelname aan het vrijwilligerswerk c. deelname aan het verenigingsleven d. deelname aan studieactiviteiten e. belangstelling voor politieke besluitvorming en voor invloed op beleid van maatschappelijke instanties
2. Hoe is het gesteld met de actie van de senioren a. deelname aan de arbeidsmarkt en informele hulp (1) Arbeidsparticipatie mannen en vrouwen in de leeftijd 60-65 jaar Gemiddeld: 20% Mannen: 27% Vrouwen: 13 % Arbeidsparticipatie na 65 jaar
2%?
Arbeidsparticipatie vrouwen met baan van 12 tot 34 uur stijgt van 1990 tot 2003 van 1 naar 2 miljoen. Gevolg: vermindering deelname vrijwilligerswerk en informele hulp
2. Hoe is het gesteld met de actie van de senioren a. deelname aan de arbeidsmarkt en informele hulp (2) Arbeidsdeelname
n uren vrijwilligerswerk en informele hulp geven p.w.
voltijd
3,5
deeltijd
4,7
geen
6
Bron: Breedveld e.a. 2004
2. Hoe is het gesteld met de actie van senioren b. deelname aan het vrijwilligerswerk Vrijwilligerswerk voorkomt sociale uitsluiting, bevordert sociale insluiting: > 40 % van de senioren verricht vrijwilligerswerk
senioren besteden ongeveer 2x zoveel uren aan vrijwilligerswerk dan niet-senioren hoe lager de opleiding hoe minder wordt deelgenomen aan vrijwilligerswerk 1) 2)
1) Observatory for Sociopolitical Developments in Europe, 2011 2) B.A.S.
2. Hoe is het gesteld met de actie van senioren c. deelname aan het verenigingsleven
1)
>50% van de senioren neemt deel aan het verenigingsleven hoe hoger het inkomen, hoe vaker lidmaatschappen van meer verenigingen hoe lager het inkomen, hoe vaker alleen lid van een seniorenvereniging
1) B.A.S.
2. Hoe is het gesteld met de actie van senioren d. deelname aan studieactiviteiten 1) Nog geen 10 procent van mensen van 60 jaar en ouder neemt deel aan studieactiviteiten. De behoefte om op de hoogte te blijven van lokale en bovenlokale ontwikkelingen is groot:
gemeentelijke infobrochure wordt door 66 % van de senioren geraadpleegd dagblad wordt door 70% dagelijks gelezen internet wordt door 55% geraadpleegd voor actualiteiten 1) B.A.S. Behoefteonderzoek Nederlandse gemeenten, 2012
2. Hoe is het gesteld met de actie van senioren e. belangstelling voor politieke besluitvorming en voor invloed op beleid van maatschappelijke instanties 1) 35% van de senioren van 60 jaar en ouder is enigszins geïnteresseerd in politiek 25% is zeer geïnteresseerd >25% geeft aan dat het slecht is gesteld met hun invloed op het beleid van de lokale overheid
>20% geeft aan dat het slecht is gesteld met hun invloed op het beleid van maatschappelijke instanties
1) B.A.S. Behoefteonderzoek Nederlandse gemeenten, 2012
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren a. de burgerlijke staat/gezinssamenstelling en sociaal netwerk b. de woonsituatie en woonomgeving c. het zelfbeeld d. de organisatie van het vrijwilligerswerk e. inspraak, medezeggenschap en participatie f. het institutionele denken
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren a. de burgerlijke staat/gezinssamenstelling en sociaal netwerk Toename alleenstaanden als gevolg van ongelijkheid in levensverwachting mannen - vrouwen Toename alleenstaanden als gevolg van echtscheidingen Toename alleenstaanden in zijn algemeenheid Laag geboortecijfer (1.7)
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren b. de woonsituatie en woonomgeving (1) Ruim 90 procent van de senioren wil blijven wonen waar men woont (ageing in place) 1),2) Waarom ?
er wordt veel tijd in de eigen omgeving doorgebracht er is doorgaans een sterke binding met de eigen buurt vooral van oudere senioren er is een gevoel van afhankelijkheid van de directe omgeving 1)B.A.S, 2)A. Smetcoren,VUB 2012
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren b. de woonsituatie en woonomgeving (2) Toch verhuist gemiddeld 14 % Wie verhuist? Van de senioren die verhuizen is 35% gescheiden, 17% is weduwe/weduwnaar,11.6% is gehuwd 17.3% heeft een inkomen lager dan € 1000, - p.m.; 37.7% woont in sociale woningbouw; 8,2% heeft een eigen huis
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren b. de woonsituatie en woonomgeving (3) Waarom verhuizen ? (1) 15.2 % heeft lichamelijke beperkingen, 12.5 % heeft geen lichamelijke beperkingen. 26.2% van de groep 60-69 jr verhuist vanwege de gezondheid; van de groep >80 jr is dat 44.2%
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren b. de woonsituatie en woonomgeving (4) Waarom verhuizen ? (2) bijna 37% van de alleenstaande senioren verhuist vanwege de kwaliteit van de woning en/of woonomgeving
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren b. de woonsituatie en woonomgeving (5) afname verhuisgeneigdheid door: (1) nieuwe vormen van huur-koop constructies
thuiszorgtechnologie, woonaanpassingen ed (AAL) on line contacten en ‘alert systemen’ buurtcontacten en sociale cohesie verhoging van de veiligheid
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren b. de woonsituatie en woonomgeving (6) afname verhuisgeneigdheid door: (2) herkenbaarheid en identiteit van de buurt
beschikbaarheid van informele en formele zorg aanwezigheid voorzieningen als rustbanken, veilige oversteekplaatsen, openbare toiletten, vervoersmogelijkheden en bewegingstoestellen
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren c. het zelfbeeld (1) 1 op de 3 senioren heeft het gevoel niet mee te tellen 1)
1)B.A.S.
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren c. het zelfbeeld (2) 2 op de 3 senioren heeft het gevoel wel mee te tellen
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren d. de organisatie van het vrijwilligerswerk naar kort cyclisch vrijwilligerswerk naar een flexibele intrede in vrijwilligerswerk naar het faciliteren van vrijwilligerswerk naar ‘acquisitie’ van vrijwilligers door leeftijdgenoten
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren e. inspraak, medezeggenschap en het actief bevorderen van maatschappelijke participatie ter zake de gemeentelijke structuurvisie ter zake behoefteonderzoek voor senioren ter zake het betrekken van senioren bij medezeggenschap en inspraak (poll)
3. Welke factoren hebben een belemmerende en bevorderende invloed op het actief zijn van senioren f. doorbreking van het institutionele denken de WHO stelt: “ Het thuis oud kunnen worden is van belang om te voorkomen dat iemand een traumatische verhuizing door moet maken naar een instelling zoals een verpleeghuis” Opgave: van zorgplaats naar levensatelier: Van zorg gericht op tekorten naar zorg gericht op competenties van senioren
Dank voor uw aandacht
111012RB