Acta Comparanda XII (2001) FVG
Palestina: een erfenisgeschil HENRI ROSENBERG
[email protected]
Faculty for Comparative Study of Religions 2610 Antwerpen, Belgium
1
2
Palestina: een erfenisgeschil1 Politiek versus theologie Alhoewel de politieke bestaansgrond van de Staat Israël heden ten dage te vinden is in de VN-Resolutie 181 van 29 november 19472 alsook in de internationale diplomatieke erkenning die Israël geniet, blijven sommigen de wettiging van het joodse volk op het land Israël zoeken in de goddelijke belofte om dit land aan de joden te schenken. Hierdoor worden politieke en theologische begrippen met mekaar verward: het spreekt vanzelf dat politieke soevereiniteit niet op bijbels recht kan stoelen, evenmin als de theologie de politieke en internationaalrechtelijke legitimatie nodig heeft. Politieke macht kan naar religieus recht onwettelijk zijn, terwijl religieuze aanspraken niet per se door de wereldlijke overheden erkend dienen te worden om gerechtvaardigd te zijn. Het behoort trouwens tot de haast dagelijkse taak van de pragmatisch -sommigen spreken van opportunistisch- ingestelde politiek om tegenovergestelde religieuze of historische aanspraken op land te arbitreren en in politieke daden of dadingen om te zetten. De verscheuring van ex-Joegoslavië, waaraan de internationale gemeenschap dezer dagen nog steeds een politieke regeling wenst te brengen, is daar maar een voorbeeld van. Andere voorbeelden zijn het Noord-Ierse conflict, dat van Kasjmier en nog talrijke andere geschillen waarin ergens ter wereld namens beweerde goddelijke toezeggingen of historische rechten land wordt opgeëist. Zij die goddelijk recht inroepen hebben de neiging te vergeten dat in onze samenleving het goddelijke recht, van welke religie ook, geen bindende kracht heeft en dat enkel het profane burgerlijke recht algemene geldigheid geniet, zowel op intern als op internationaal vlak. Evenmin als joden land kunnen revindiceren op grond van de bijbel, kunnen autochtone Indianen hun -ook goddelijk toegezegde en- historisch verworven soevereiniteit op het Noord-Amerikaans continent opeisen op grond van dit religieuze of historische recht dat niet door de tegenpartij (Verenigde Staten van Amerika), noch door het volkenrecht (Verenigde Naties) wordt erkend. Dit geldt evenzeer voor alle andere territoriale conflicten waarbij land wordt gerevindiceerd op grond van religieuze of historische rechten. Al deze territoriale aanspraken moeten kunnen stoelen op het algemeen aanvaarde volkenrecht, dat een internationale modus vivendi uitmaakt. De vergelijking met wat op het individuele vlak geldt is leerrijk: men kan "religieuze" aanspraken binnen een samenleving slechts geldig opeisen voor zover het seculiere burgerlijke recht deze aanspraken erkent en beschermt. Twee voorbeelden. 1. Een jood mag een door God Himself in de Torah voorgeschreven soeka (=loofhut3) oprichten, voor zover hij hiermee geen burgerlijk recht schendt (bijvoorbeeld niet op de openbare weg) en niet andermans rechten 1
Gepubliceerd in Acta Comparanda, XII, 2001, p. 61-75. m. 128 Pl. GA II, 29 november 1947. 3 “In loofhutten zult gij wonen zeven dagen (...) opdat uw geslachten weten, dat Ik de Israëlieten in hutten heb doen wonen, toen Ik hen uit het land Egypte heb doen leiden” (Leviticus, XXIII:42-43). 2
3
beknot (bijvoorbeeld niet in andermans tuin), ofschoon beide plaatsen naar joods recht voor de bouw van een soeka geëigend zijn. 2. Stel dat de oproeping door de Muezzin vanop de minaret tot de vijf dagelijkse gebeden der islamieten een religieuze must is, dan nog is het onaanvaardbaar dat in het Westen dit religieuze voorschrift zou kunnen 'beleefd' worden zonder acht te slaan op de wereldlijke wettelijke voorschriften inzake bijvoorbeeld urbanisme (voor de bouw van de minaret), burenoverlast, nachtlawaai edm. Tenzij men regelrecht naar oorlogen wil gaan, kunnen rechtsverhoudingen tussen individuen of Staten slechts bestaan in zoverre een door beide protagonisten aanvaard rechtsstelsel de samenleving beheerst. Het seculiere burgerlijke recht is op het interne vlak zo een aanvaard rechtstelsel en op het internationale vlak vervult het volkenrecht deze regulerende rol. Goddelijke of historische rechten vervullen als dusdanig niet deze rol, nu enkel de revindicant dit religieuze of historische recht erkent en de tegenpartij doorgaans niet. Deze zal een ander tegenstrijdig religieus recht inroepen of verder in de tijd teruggaan om eigen historische rechten te putten. In tal van territoriale conflicten worden verschillende tegenstrijdige goddelijke rechten langs weerskanten ingeroepen: Noord-Ierland, Kasjmier, Utta Pradesh (Indië) zijn daar voorbeelden van. Het goddelijke recht kan dus wel een krachtige beweegreden zijn tot oorlog, maar kan niet een territoriaal conflict vreedzaam oplossen, omdat bij religieus ingegeven conflicten alle oorlogvoerende partijen langs weerskanten door het eigen goddelijke recht de strijd worden ingejaagd met dikwijls passievolle, mystieke en extatische aansporingen tot de opperste zelfopoffering naar het voorbeeld van de eigen pantheon aan martelaars waar naar weerskanten verwezen wordt. Enkel ter illustratie: joden verwijzen naar het prototype van martelaardom: het offer van aartsvader Isaac4, terwijl islamieten in hun Heilige Schrift (de koran) hetzelfde verhaal ophangen van patriarch Ibrahim die zich bereid toonde zijn lievelingszoon ... Ishmaël op te offeren totdat op het laatste ogenblik een goddelijke hand hem hiervan weerhield5.
4
Genesis XXII:1-19. Koran, soera XXXVII, 99 – 112; Zie: The Concise Encyclopaedia, of Islam, Stacey International, London, 1989, V° Ismail, p. 193; The Encyclopaedia of Islam, New Edition, E.J. Brill, Leiden, 1983, V° Ismail, p. 184; The Encyclopaedia of Religions, MacMillan Press Cy, New York, 1987, V° Ishmael, p. 296; Chr. Horrie, & P. Chipindale, Islam. De achtergronden van een wereldreligie, Kosmos, Antwerpen, p. 20; L. Gardet, L'Islam. Religion et Communauté, Desclée De Brouwer, Paris, p. 71; M. A. Quasem, The Jewels of the Wan. Al-Ghazali's Theory, Kegan Paul International, London, p. 204; M. Arkoun, Lectures du Coran, Les Editions de la Méditérannée, p. 241 ; Contra: The Encyclopaedia of Islam, New Edition, E.J. Brill, Leiden, 1983, V° Ibrahim, p. 980; Adel Th. Khoury, Einführung in die Grundlagen des Islams, Verlag Styria, Graz, p. 561.
5
4
Enkel het volkenrecht is in staat om de internationale samenleving te reguleren De oorlogsdoctrine Sedert de oudheid bestond er een concensus over de toelaatbaarheid van oorlog in het Internationaal Publiek Recht. Reeds ten tijde van de Griekse filosofen Plato6 en Aristoteles7 was het begrip van de bellum iustum ingeburgerd. Bij de oude Romeinen heette het het ius fetale. In de middeleeuwen evolueerde het begrip echter o.i.v. Sint Thomas van Aquino8 en kreeg de bellum iustum een theologische connotatie: wat een causa iusta had, was een gerechtvaardigde oorlog. Voor Sint Thomas van Aquino had de rechtvaardige oorzaak een religieuze drijfveer. Hij rechtvaardigde volgende oorlogstoestanden: de bellum romanum van gelovigen tegen afvalligen, de bellum judicale uitgevaardigd door gelovigen met een rechtersstatuut9, de bellum licitum door een prins (lees: politieke macht) uitgeroepen10 en de bellum necessarium door gelovigen in toestanden van zelfverdediging. In de joodse leer11 onderscheidt men twee soorten oorlogen: de milchemet mitzvah of de verplichte oorlog die beoogt joden die door vijanden aangevallen worden te verdedigen. Iedereen wordt verplicht aan deze oorlog deel te nemen12. Een tweede soort is de milchemet reshut of de geoorloofde oorlog die gebiedsuitbreiding beoogt en waarvan het schoolvoorbeeld de oorlog van Koning David tegen de Ammonieten is13. Deze geoorloofde oorlog dient echter de instemming te hebben van de Koning (of het staatshoofd), van een erkende profeet en van de Sanhedrin. Volgens Ibn Khaldun14 kent men in de islam de hurub jihad wa’adl (de rechtvaardigde oorlog) en de hurub baghi (onrechtvaardige oorlog)15. In de 17de eeuw verloor de rechtvaardigingsgrond van oorlogen, onder invloed van Alberico Gentili16 en Hugo Grotius17, zijn religieuze connotatie en kwam voortaan neer op de fundamentele moraal van de zelfverdediging. De bellum iustum was voortaan de (zelf)verdedigingsoorlog tegen de iniustum agressor. In de 20ste eeuw vond een ware kentering in de oorlogsdoctrine plaats. Ten gevolge van de Haagse Verdragen van 1899 en 1907, van het Verbond van de Volkenbond van 1919, van het Kellogg-Briand Pact18 van 1925 en van het Handvest van de Verenigde Naties van 1945, is men afgestapt van de iustum bellum om de begrippen van de wettelijke en onwettelijke oorlog in te voeren. Oorlog tegen de iniustum agressor was niet meer gewettigd. Voortaan was een oorlog slechts alleen nog 6
482-348 vòòr de jaartelling. 384-322 vòòr de jaartelling. 8 1224-1274. 9 Te vergelijken met de milchemet mitsvah in het jodendom. 10 Te vergelijken met de milchemet reshut (= letterlijk: bellum licitum) in het jodendom. 11 Misjna Sanhedrin, I:5. 12 Misjna Sota VIII:7, onder verwijzing naar Joel, II:16. 13 II Sam., XI. Dit was de oorlog waarbij Uriah de Hetiet zijn leven verloor om het huwelijk van David met de zwangere Batsheva mogelijk te maken. 14 1332-1406. 15 Zie: Encyclopaedia of Islam, vol. 2, pp. 538-40, art. 'Djihad'. 16 1552-1608. De iure belli libri tres. Engelse vertaling door J.C. Rolfe, 1933. 17 1583-1645. De iure belli ac pacis. 18 Het Verdrag van Parijs. 7
5
wettelijk als verweer tegen een illegal belligerent. Oorlog was er niet meer om gerechtigheid te herstellen, maar om de internationale vrede en veiligheid in stand te houden. Er was dus geen sprake meer van de subjectieve rechtvaardigingscriteria van oorlogen, die door de oorlogvoerende naties werden bepaald. Enkel objectieve criteria van handhaving van vrede en veiligheid, zoals vastgelegd door de Verenigde Naties, overeenkomstig het internationaal recht, kunnen nog wapengeweld wettigen. Gevolg hiervan is dat oorlogen voortaan onwettelijk zijn als middel om conflicten uit te vechten. Enkel de internationale gemeenschap, kan nog overeenkomstig het internationaal recht, collectief teruggrijpen naar het oorlogswapen om de internationale vrede en veiligheid te beschermen. Het veranderlijke volkenrecht Het volkenrecht is het internationaal erkend stelsel waarbij de volkeren hun onderlinge verhoudingen regeren. Dit zijn algemeen aanvaarde rechtsregels die, om deze reden alleen, dwingend en bindend zijn voor de volkeren. Deze regels kunnen veranderen en veranderden ook door de eeuwen heen. Doorslaggevend is de consensus die erover bestaat. Zo werd in de 14de en 15de eeuw algemeen aanvaard (door de internationale gemeenschap die het toen voor het zeggen had) dat alle gebieden die niet onder de soevereiniteit vielen van een Staat (terra nullius), onder het algemeen gezag stonden van de Paus. Hierdoor bezat de Paus de bevoegdheid om aan bestaande Staten een rechtstitel over deze gebieden te verlenen. Aldus, werden bijvoorbeeld de Kanarische eilanden toegekend aan Spanje. Van veel groter belang zijn de befaamde bullen Inter Coetera en Dudum Si Quidem19 van Paus Alexander VI20 die alle nog niet onderworpen gebieden ten westen van Europa verdeelde tussen Spanje en Portugal21. Franciscus de Victoria22 was de eerste die in 1539 in zijn De Indis et De Iure Belli Relectiones23 deze consensus over de universele macht van de Paus als basis voor de rechtstitel over de Zuid-Amerikaanse landen bestreed. Voortaan gold de ontdekking als voorlopige rechtstitel24, die door de effectieve inbezitneming met animus occupandi diende bevestigd te worden25. Dit systeem heeft zich doorgezet in de 16de en 17de eeuw en werd bekrachtigd in de slotakte van de Conferentie van Berlijn in 1885. De ter beslechting van volkenrechterlijke geschillen bevoegde instanties moeten de gebiedsaanspraken van strijdende of belligererende Staten beoordelen in het licht van
19
3 mei 1493. Alias Rodrigo de Borja Y Doms, 1431-1503. 21 4 maart 1493. 22 Primary Professor van Heilige Theologie aan de Universiteit van Salamanca. 23 Een onderdeel van Relectiones Theologicae XII. Engelse vertaling uitgegeven door Professor Ernest Nys (Brussel), Oceana Publications, Inc. 24 De zogenaamde Inchoate title, waarvan de definitie is: “The beginning of a title or one not yet perfected into a legal title. When only a portion of the requirements for title has been completed, the title is "inchoate"” (Glossaries of BLM Surveying and Mapping Terms, Second Edition, 1980) 25 Toepassing hiervan werd gemaakt, wanneer Spaanse troepen op 23 februari 1968 het eiland Alboran in de Middellandse zee bezetten. Zie: Revue Générale de Droit International Public, 1968, p. 1063-4. 20
6
deze opeenvolgende stadia van ontwikkeling van het recht (intertemporeel recht26). In een Brits-Frans geschil betreffende de soevereiniteit over de Kanaaleilanden Minquiers en Ecrehous beriep Frankrijk zich op een titel uit 1204. Daarop zegde het Internationaal Gerechtshof: “Such an alleged original feudal title of the Kings of France in respect to the Channel Islands could today produce no legal effect, unless it had been replaced by another title valid according to the law of replacement”27. In de scheidsrechterlijke uitspraak in de zaak betreffende het eiland Palmas (1928) wordt het beginsel als volgt samengevat: “(...) a juridical fact must be appreciated in the light of the law contemporary with it, and not of the law in force at the time when a dispute in regard to it arises or fails to be settled (...) The same principle which subjects the act creative of a right to the law in force at the time the right arises, demands that the existence of the right, in other words its continued manifestation, shall follow the conditions required by the evolution of law”28. Gevolg hiervan is dat in dergelijke ‘historische’ geschillen en aanspraken het volkenrechterlijk niet (meer) volstaat dat de soevereiniteitstitel verkregen werd overeenkomstig het recht dat van kracht was op het ogenblik van de vestiging van de soevereiniteit (bijvoorbeeld een verre historisch of goddelijk recht). De soevereiniteitsaanspraak moet ook voldoen aan de vereisten die nadien door het internationaal recht werden gesteld.
De afdwingbare volkenrechterlijke legitimiteit Voorwat de Staat Israël betreft, heeft dit volkenrecht in 1948 de legitimiteit aan de joodse staat verschaft. Eenzelfde legitimiteit werd toen aan de Palestijnse staat verleend, die volgens het V.N.-Partition Plan29 op de westelijke Jordaanoever diende tot stand te komen. Het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië heeft dit echter toen niet erkend en het gebied ingepalmd. Door zich in 1967 ongevraagd in de Zesdaagse Oorlog te storten, heeft Jordanië de de facto heerschappij dat het over de West Bank uitoefende verloren en kwam het gebied onder joodse bezetting. Met de akkoorden van Camp David (1978) en Oslo (1995) zal dit gebied eindelijk aan de Palestijnen toekomen, geheel overeenkomstig de oorspronkelijke volkenrechtelijk beslissing van 1948 (en de V.N.-Resoluties 24230 en 33831).
De morele theologische rechtvaardigingsgrond De Joden. Naast de volkenrechtelijke legitimiteit, ontneemt het joodse volk zijn rechten op het land Israël ook aan het religieuze rechtstelsel, met name God beloofde
26
P. Tavernier, Recherches sur l’application dans le temps des actes et des règles en droit international public (problèmes de droit intertemporel ou de droit transitoire), 1970 ; W.D. Krause-Ablass, Intertemporales Völkerrecht. der zeitliche Anwendungsbereich von Völkerrechtsnormen, 1971. 27 Recueil des Arrêts. Avis Consultatifs et Ordonnances, 1953, p. 56. A. Roche, The Minquiers and Ecrehous Case, 1959. 28 United Nations. Reports of International Arbitral Awards, vol. II. 29 Uitgedokterd in de schoot van de Special Committee on Palestine, dat opgericht werd op 15 mei 1947 bij V.N.-Resolutie 106 (S.I.) (m. 79 Pl. GA). Het plan werd goedgekeurd door de meerderheid op 19 november 1947 (m. 32 S.C. 1, A.H.P.C., GA II). 30 Van de Veiligheidsraad dd. 22 november 1967. 31 Van de Veiligheidsraad dd. 22 oktober 1973.
7
dit land niet aan -de Joden, maar aan- de nakomelingen van patriarch Abraham32 en de wettige afstammelingen en erfgenamen van Abraham zijn de joden. Dit kan als een moreel, doch niet afdwingbaar, recht worden beschouwd, nu het iedereen wel eens is dat dit recht -dat sommigen op Judea en Samaria wensen te zien toepassen- niet kan inhouden dat bijvoorbeeld het beloofde land tot aan de Eufraat33 in Irak zou worden teruggevorderd op grond dat God het aan de joden heeft beloofd. De Palestijnen. Ook de Palestijnen kunnen goddelijke rechten putten in hun religieus rechtstelsel. Immers, volgens de koran, kent het aartsvaderlijke epos een andere ontwikkeling als deze die in de bijbel wordt verhaald. Gewis beloofde God het heilige land aan -niet de Joden, maar aan- de nakomelingen van patriarch Ibrahim. De bijbel verhaalt weliswaar hoe Abraham, o.i.v. zijn vrouw Sara, zijn bijvrouw Hagar én hun eerstgeboren zoon Ishmaël34 repudieerde, en de goddelijke belofte van het land exclusief aan zijn jongere zoon Isaac in erfenis achterliet35. In de islamitische leer komt Ibrahim nochtans tot inkeer over wat hij enigszins wreed en meedogenloos aan Hagar heeft aangedaan en keert terug naar zijn uitgestoten vrouw, laat ditmaal Sara achter, en verkiest definitief zijn concubine Hagar en hun zoon Ishmaël. Uitsluitend aan de afstammeling van Ishmaël laat hij, in deze visie, de goddelijke belofte in erfenis achter36. De twee zonen van Abraham, alias Ibrahim, (en hun respectievelijke afstammelingen) eisen elk de volledige erfenis op en geen van hen is bereid deze historische nalatenschap te delen. Elkeen beweert dat zijn vader (Abraham of Ibrahim, naargelang) de concurrerende halfbroer onterfd heeft. Eenzelfde fenomeen doet zich voor met de nalatenschap van Isaac: Jacob wordt door de bijbel aangeduid als enige opvolger van de patriarchale dynastie. Essau daarentegen wordt onterfd, dan nog door het listig optreden van Jacob en zijn moeder Rebecca, tegen de wil van aartsvader Isaac en zelfs door hem kennelijk om de tuin te leiden37. Dit lijkt naar joods recht zelfs sterk op een mekach taüt of een verbintenisvernietigend gebrek in wilsovereenstemming38. De afstammelingen van Ishmaël (en in mindere mate deze van Essau) baseren zich op andere - tegenstrijdige- goddelijke beloften, waarbij zij en niet de joden recht hebben op het land Israël. Zij kunnen ook bogen op historische banden met dit land, om dit onafgebroken gedurende millennia te hebben bewoond. De afstammelingen van Jacob, het joodse volk, staan dus tegenover deze van Ishmaël (Essau), de Palestijnen, en beiden beroepen zich op hun intens geloof, dat aan ieder van hen door de eeuwen heen werd overgeleverd als hét goddelijke geloof, en beiden 32
“(...) want het gehele land, dat gij ziet, zal Ik u en uw nageslacht voor altoos geven” (Genesis, XIII:15). 33 “Aan uw nageslacht zal Ik dit land geven, van de rivier van Egypte tot de grote rivier, de rivier den Eufraat” (Genesis, XV:18). 34 Veertien jaar ouder dan Isaac. 35 Genesis, XXI: 8-21. 36 Koran, soera II, 124-144, III, 65-8, 95-97, XXII, 26-9 78; Zie: The Encyclopaedi of Religions, MacMillan Press Cy, New York, 1987, V° Abraham, p. 14; The Concise Encyclopaedia of Islam, Stacey International, London, 1989, V° Ismail, p. 193. 37 Genesis, XXVII:1-40. 38 Rambam, Hilchot Mechira, XV:3; Shulchan Aruch,Choshen Mishpot, LXVI:1.
8
revindiceren op grond van dit - tegenstrijdige- geloof hetzelfde land: de Joden het land Israël vanaf de Middellandse Zee tot aan de Eufraat en de Palestijnen Palestina, inclusief het gebied dat heden ten dage door de Staat Israël wordt benomen. Er zijn twee oplossingen mogelijk, om aan dit territoriale conflict een einde te stellen: een heilige oorlog waarbij beide belligererende partijen, elk in de naam van hun God, een elk in hun visie gerechtvaardigde oorlog voeren. Of vrede, waarbij de afstammelingen en erfgenamen van de aartsvaders hun geschil inzake erfenis bijleggen en het in dispuut zijnde land verdelen op grond van pragmatische internationaalrechtelijke politieke overwegingen.
Oorlog een middel om conflicten op te lossen? Naar hedendaagse internationaalrechterlijke criteria (waarover hoger) zijn oorlogen steeds onwettelijk, wanneer zij uitgaan van individuele staten. Bij het beantwoorden van de vraag over oorlog als middel om conflicten op te lossen door individuele staten, mag niet enkel het eigen -hier: het Israëlisch-Palestijns- conflict voor ogen staan, maar moet men inzien dat de keuze om het eigen conflict met de wapens te beslechten, meteen een legitimiteit verleent aan oorlog in het algemeen als oplossing van territoriale geschillen en de deur wereldwijd openzet voor een chaos van jewelste met huiveringwekkend wapengeweld. Iedereen ervaart immers 'zijn' oorlog als een rechtvaardige oorlog, a fortiori wanneer hij opgevoed is in de vaste overtuiging dat (zijn) God deze bevolen heeft. Op intern vlak zou dit betekenen dat de Front Islamique du Salut (F.I.S.) en de Groupe Islamique Armé (G.I.A.) het goddelijke recht bezitten om in hun eigen land de ketterse regeringsmacht en de afvallige geloofsgenoten mits afslachting door keeloversnijding ertoe aan te zetten Allah's wet in het land te doen naleven. In Egypte zouden de islamitische fundamentalisten van de al-Jama'a al-Islamya eenzelfde recht op leven en dood van ongelovige geloofsgenoten putten. In Tunesië komt dit recht dan toe aan de Nahda Beweging o.l.v. Rashid Grannouchi. De Party Islam saMalaysia (P.A.S.) zou in Maleizië gelijk krijgen in haar desnoods gewapende strijd voor de invoering van de Huddud of islamitische strafwet, waarbij bij wet recidiverende dieven hun handen zouden zien amputeren en overspelige vrouwen de stenigingsdood zouden moeten trotseren. De oorlog als gewettigd middel tot conflictoplossing is meteen een carte blanche aan de Indiase hindoes die de 467-jaar oude Babri Masjid (=Moskee) in Ayodhya39 (Uttar Pradesh) met de grond gelijk hebben gemaakt (waarbij terloops 1150 doden vielen!) om er een Tempel ter ere van hun godheid Rama (Ram Janmabhoomi) op te richten, onder het voorwendsel dat liefst een half millennium voordien de moslims hun moskee op de plaats van een hindoe-tempel hadden opgericht40. Evenzeer krijgt de moslim tegenpartij in deze oorlogsdoctrine gelijk, die op haar beurt als represaille in het islamitische Pakistan talrijke hindoe-tempels verwoestte.
39
Ironie: in Sanskrit betekent Ayodhya de plaats van de eeuwige harmonie... The Political Abuse of History : Babri Masjid / Rama Janmabhoomi Dispute, published by the Centre for Historical Studies of Jawaharlal Nehru University, and in Times of India, 6/11/89.
40
9
Het recente conflict tussen joden en islamieten over het gebedsoord bij het graf van Isaie in Hebron waarbij joden, onder voorwendsel dat doorheen de eeuwen de plaats een joods gebedsoord was, de moskee hebben omgedoopt tot synagoge onder luid protest der islamieten, vertoont treffende dogmatische vergelijkingspunten met de Ayodhya-tragedie. De aanslag waarbij Palestijnen dan weer het joodse gebedsoord bij het graf van Jozef (zoon van Isaac) omtoverden tot een moskee kan dan gezien worden als een soort represaille en vooral als het bewijs dat zulke acties de slingerbeweging van het perpetuum mobile van geweld in beweging houden. In deze pro-oorlog visie kunnen christelijke maronieten dan hun vete met de islamieten over de heerschappij in Libanon met de wapens verder blijven uitvechten. Evenzeer geldt dit voor de christelijke 'inheemse' (in feite: van Melanesische en Polynesische afkomst) Fiji's41 die als minderheid hun grondwettelijk beschermde overheersing van de hindoe Indianen met de wapens kunnen helpen in stand houden. De Chinezen putten in deze doctrine meteen het 'recht' om hun Mongolen uit de Nei Mongol Autonomische Regio te onderdrukken. In Noord-Ierland betekent dit dat de gerechtigde bloedige strijd tussen rooms-katholieken en protestanten mag blijven doorgevochten worden. Evenzeer mogen in deze zienswijze de boeddhistische Sinhalezen in Sri Lanka (ex-Ceylon) en de hindoe Tammils hun bloedige strijd voortzetten met gruwelijke zelfmoordacties. De islamitische fundamentalisten gegroepeerd in de Party of Islamic Rebirth hebben alle rechten om de ware islamitische wet in Oezbekistan manu militari op te leggen, tegen de meerderheid in, en de christenen en islamieten mogen hun religieuze geschillen in Indonesië met dezelfde militaire machtsmiddelen uitvechten. Op internationaal vlak betekent deze pro deo oorlogsdoctrine een vrijgeleide voor het orthodox-christelijke Servië, het rooms-katholieke Croatië en het islamitische BosniëHerzegovina om de bloedige oorlog zeker niet te beëindigen maar ad infinitum door te vechten. In het overwegende boeddhistische Myanmar (ex-Burma) wordt deze oorlogsdoctrine dan begrepen als een rechtvaardiging van de moslimvervolgingen en de uitdrijving van een driehonderdduizendtal moslims naar moslim-buurland Bangladesh. De hindoes uit Indië en de moslims uit Pakistan putten in deze prooorlog visie beiden hetzelfde recht om de gewapende strijd om Kasjmier zeker niet op te geven. Voorwat de Georgische Zuid-Osseten betreft, is het onder dit oorlogsaxioma gewettigd dat zij zich met het Russische Zuid-Ossetië verenigen en zich desnoods met wapengekletter ook van Rusland afscheiden. De hoogoplopende emoties in Griekenland naar aanleiding van het ex-Joegoslavische Macedonië dat onafhankelijk werd, zijn onder deze voorwaarden goed te praten en een militair gevecht hierover is er het logische gevolg van. De etnische Letten kunnen onder diezelfde oorlogsdoctrine hun Russische landgenoten naar Rusland deporteren. En zo voort... om dan niet eens te spreken van de tribale conflicten zoals in zwart Afrika die veel weghebben van de besproken etnisch-religieuze conflicten: de recente bloedige Hutu / Tutsi strijd in Rwanda en Burundi, de strijd tussen de Kalenzin-, Kissii- en Luo-etniën in Kenya, deze van de Toearegs in Niger (Liberation Front of Air and Azawad) en in Mauritanië (Azawad Arab Islamic Front), de oorlog die de Jukun- en Tiv etniën mekaar in Nigeria aandoen, zijn maar enkele illustraties hiervan.
41
Inwoners van de Fiji eilanden, in de Stille Oceaan.
10
Op planetair vlak brengt de wettiging van ook maar één oorlog op grond van historische, goddelijke of etnische gronden, ipso facto mee dat ontelbare zogenaamde bevrijdingsbewegingen hierin een vrijgeleide voor hun eigen strijd kunnen vinden en straffeloos naar oorlog en terreur kunnen teruggrijpen om hun gelijk te halen. Om ten volle de maat en grootteorde van de justificatie van één gewapend conflict te beseffen en zich te realiseren welke vergaande gevolgen op wereldvlak de rechtvaardiging van één enkele gewapende strijd met zich kan meebrengen, geven wij als Nota Bene volgend op het artikel de (niet eens exhaustieve) lijst van bewegingen engroeperingen die hierin meteen bij analogie de rechtvaardiging van hun gewapende strijd zouden putten. Deze enkele voorbeelden om aan te tonen in welk een gigantisch strijdtoneel de wereld omgetoverd zou worden indien alle etnische en religieuze conflicten met de wapens zouden uitgevochten worden. Wij spreken dan niet eens van de ontelbare onoplosbare nieuwe conflicten die het leven zouden zien, indien men internationaalrechtelijk plots historische en religieuze aanspraken op grond zou erkennen. Men zou de volksverhuizingen die door de eeuwen heen plaatsvonden dan in de omgekeerde richting weer zien in beweging komen, met alle nefaste en apocalyptische gevolgen vandien.
Vrede het middel om conflicten op te lossen! De optie vrede houdt daarentegen in dat men het inzicht en besef heeft dat alle territoriale geschillen op vreedzame wijze moeten beslecht worden en dit ook ten koste van bepaalde toegevingen over, ja zelfs, goddelijke en historische rechten. Zegt de bijbel niet: “De Here zal voor u strijden, en gij zult stil zijn”42? Evenals dit het geval is in de relaties tussen burgers die een modus vivendi dienen te vinden in het seculiere rechtstelsel om een leefbare samenleving te hebben op het nationale vlak (waarover hoger), moeten ook de staten onderling een dergelijk seculier rechtstelsel accepteren: het volkenrecht. Conflicten moeten, desnoods door internationale arbitrage of internationale machtsmiddelen (denk aan de NAVO-VN-luchtaanvallen op de Serviërs in het Bosnische conflict, die de vreedzame oplossing naderbij hebben gebracht), in de kiem gesmoord worden. Geen enkel goddelijk of historisch recht mag de wereldvrede verstoren, dat is heden ten dage de boodschap, en christenen en moslims in ex-Joegoslavië hebben dit aan den lijve ondervonden en hebben onder druk der wereldmachten -de politionele waakhond in het volkenrechtelijk systeemvergaande concessies gemaakt. Dit zal gradueel gelden voor elk gewapend conflict en hoe meer het de rechtstreekse wereldorde verstoort [lees: hoe dichter bij het Westerse Europa en Noord-Amerika of hoe ingrijpender op zogenaamde vitale Westerse belangen (denk aan Koeweit!)], hoe vlugger en resoluter de wereldmachten de dreigende conflicten in de kiem zullen smoren. Het is dus niet denkbeeldig dat deze wereldmachten geen opflakkering in het Midden Oosten zullen dulden en de wereldvrede niet op de proef zullen laten stellen door een achterhoedegevecht van joden en Palestijnen die elk hun respectievelijke Helige Schrift als kadasterregister internationaal wensen te zien erkennen. De internationale druk op Syrië, die naar alle waarschijnlijkheid nog opgevoerd zal worden, wijst de trend aan: de wereldmachten zijn het middenoostelijke gedoe beu en hebben hun 42
Exodus XIV:14.
11
drang naar vrede –tot elke prijs- op sympathieke wijze getoond door de nooit geziene machtsontplooiing op de begrafenis van wijlen I. Rabin. Desgewenst zullen deze verenigde wereldmachten ook hun tanden kunnen laten zien indien het vredesproces nog verder achteruit zou boeren en de wereldstabiliteit in het Midden Oosten weer in gevaar dreigt te komen. De joodse Wijzen hebben de ondergeschiktheid van het bijbelse recht aan het seculiere recht nochtans expliciet erkend in de interne verhoudingen tussen joden in de Diaspora en hun gastlanden. In landen waar joden niet over soevereiniteit beschikken -en dit was het geval in de Diaspora- moeten zij zich schikken naar het profane rechtstelsel, wat in de rechtspreuk "de wet van het koninkrijk is de wet" of dina demalchoeta dina43 vervat is. Dit joodse rechtsbeginsel is van toepassing daar waar "joden niet de bovenhand hebben"44. Heden ten dage heeft zich de internationale verwevenheid dermate uitgebreid dat onze planeet zich (naar Marshall Mc Luhan) tot een global village heeft ontwikkeld, met het gevolg dat de individuele staten een deel van hun soevereiniteit hebben moeten afstaan aan supranationale instellingen zoals de Organisatie der Verenigde Naties. De soevereiniteit der individuele staten is dus niet meer absoluut, wat naar joods recht betekent dat ook op het internationale vlak m.b.t. de Staat Israël "joden niet de bovenhand hebben" en de rechtspreuk dina demalchoeta dina dus ook toepasselijk is in de volkenrechtelijke verhoudingen. Deze vredesoptie zou alleszins de voorkeur van joden moeten wegdragen, mede omdat tweederde van ons volk woont in allerlei werelddelen, waar het geen historisch woonrecht bezit, maar waar zijn woonrecht nochtans gestoeld is op het seculiere recht ... De historische doctrine zou erop neerkomen dat de Westeuropese landen hun recent ingeweken joden terug zouden kunnen leiden naar het Polen waar zij gedurende meer dan 800 jaar historisch woonrecht hebben verworven... Of hun burgers van Marokkaanse origine repatriëren naar hun land van herkomst waarop zij sterke historische rechten kunnen doen gelden. Joden kunnen nu eenmaal niet tegelijkertijd als allochtonen voor de hen beschermende rechtstaat zijn in hun residentielanden en als autochtonen in Israël het bijbelse recht willen zien toepassen boven het seculiere volkenrecht. Dit geldt in dezelfde mate in gastlanden voor de allochtone islamieten, die naar goddelijke of historische rechten teruggrijpen, wanneer het gaat om hun verre heimat. Antwerpen, 12 juni 2001
Henri ROSENBERG Abstract. The paper tries to demonstrate that the Middle-Eastern conflict can be seen as a dispute between heirs, both sons of Patriarch Abraham-Ibrahim (Isaac and Ismail) claiming their father’s estate, i.e. the divinely promised land of Israel. All depends on which version of the biblical saga is being followed. According to the Torah Abraham repudiated Hagar and Ismail and made Isaac his only heir to inherit what G’d had promised to the offspring of Abraham. The Koran however gives another version of the same biblical tale: Ibrahim 43 44
Bab. Tr. Nedarim, 28a; Bab. Tr. Gittin, 10b; Bab. Tr. Baba Kama, 113b; Bab. Tr. Baba Batrah, 54b. Bab. Tr. Ketoebot, 26a.
12
afterwards regretted what he had done to Hagar and left Sara and disinherited Isaac and made Ismail the only custodian of the divine promise. None of the parties can therefore establish its claim on the land based on these biblical rights that are disputed by the opponent party. Neither the followers of the Torah, nor of the Koran can therefore act as having undisputed title to the land. We have therefore to turn to the commonly and generally accepted international law. The paper gives a survey of international law and law of war, in order to prove that this is the only way to solve disputes and avoid wars. Should we accept that, based on historical and biblical rights, there could be a bellum iustum with regard to the ownership over the land of Israel, we must understand that this automatically implies that all over the world other belligerents in related and unrelated situations would feel that they too are entitled to launch a war provided they assess it to be a rightfull (or divinely commanded) war. For Jews in the Diaspora this could have the unpleasant implication that their respective Western home countries could ‘grant’ them the historical ‘right’ to return to, say Poland as an example of where Jews have established long-lasting historical rights.
13
Nota Bene: de indrukwekkende lijst van organisaties en groeperingen die betroffen zijn door de justificatie van ook maar één gewapend conflict:
3rd October Organization, 15 May Organization, 32 County Sovereignty Movement, Al-'Asifa, All Amhara People's Organization, Alex Boncayao Brigade, Armed Forces of the Republic of Indonesia, Akhil Bharatiya Sena, All Students' Democratic Front, All Bodo Student Union, Al Fatah, Army Continuity Council, Self-Defence Groups of Cordoba & Uraba, Chinese People's Committee, Allied Democratic Forces, Armed Forces of Nagorno-Karabakh, Al-Gama'a al Islamiyya, Al Itihad al-Islami, All Indian Dravidian Progressive Federation, Alpha '66, Al Qai'da, Al Muhajiroun, African National Congress, An Nahda Movement, Abu Nidal Organization, Army for the Liberation of Islamic Holy Sites, Abu Sayyaf Group, Alliance of Democratic Forces for the Liberation of Congo-Zaire, Armed Forces Revolutionary Council, Anti-Imperialist Brigade, Islamic Salvation Army, al-Jihad, Animal Liberation Front, Arab Liberation Front, Azanian People's Liberation Army, Rwandan Liberation Army, Arab Revolutionary Brigades, Arab Revolutionary Council, Afar Revolutioinary Democratic Unity Front, Armed Resistance Group, Popular Liberation Army of Azawad, Armenian Secret Army for the Liberation of Armenia, All Tripura Tiger Force, United Self-Defense Groups of Colombia, Borok Army (armed wing of the NLTF), Coordinating Agency for Assisting in the Consolidation of National Stability, Popular Mobilisation Army, Beja Congress Forces, Bajrang Dal, Babbar Khalsa, Babbar Khalsa International, Bodoland Liberation Tiger Forces, Bangsa Moro Army, Bangsa Moro Islamic Armed Forces, Bangsa Moro Liberation Organization, Bangladesh National Party, Bodo Security Force, Bhutan People's Party, Bougainville Revolutionary Army, Black September, Border Security Force, Bengali Tiger Force, Citizen's Armed Forces Geographical Units, Congolese Democratic Coalition, National Council for the Defence of Democracy, Chin National Force, Conseil National de Redressement du Tchad, Nestor Paz Zamora Commission, National Resistance Council, Rural Self-Defense Groups, Communist Party of East Bengal, Central Paramilitary Forces, Communist Party of The Philippines, Cambodian People's Party, Co-ordination de la Résistance Armée, Chhota Shakeel Gang, Comité de Sursaut National pour la Paix et la Démocratie, Civic United Front, Cuban American National Foundation, Communist Workers Party, Direct Action Against Drugs, Democratic Alliance of Burma, Democratic Front for the Liberation of Palestine, Democratic Front for the Liberation of Palestine/Hawatmeh Faction, Democratic Front for the Liberation of Palestine/Abd Rabbu Faction, Democratic Front for the Salvation of Somalia, Revolutionary People's Liberation Party/Front, Dhal Khalsa, Democratic Karen Buddhist Army, Dukhtaran-e-Millat, Democratic Party Kurdistan/Iran, Democratic Revolutionary Front (Toubou), Dev Sol, Devrimci Sol (Revolutionary Left), Die Volk, Ellalan Force, French Elements of Operational Assistance, Tupac Katari Guerrilla Army, Eritrean Islamic Jihad, Revolutionary Popular Struggle, National Liberation Army, East Turkistan Liberation Tigers, Ejercito Zapatista de Liberacion Nacional (Zapatista National Liberation Army), Congolese Armed Forces, Forces Armadas Cabindesas, Federation of Associations of Canadian Tamils, Forces Armées d'Haiti, Armed Forces of National Liberation of East Timor, Revolutionary Armed Forces, Forces Armees Rwandaise, Revolutionary Armed Forces of Colombia, Armed Forces for the Federal Republic, Revolutionary Armed Forces of the Sahara, Fatah, Fatah Dissidents (Abu Musa), Frente Democratica de Cabinda, Forces for the Defense of Democracy, Front démocratique de renouveau (Democratic Front for Renewal), Arab Islamic Front of Azawad, Armed Front for the Islamic Jihad, Front Islamique de Salut, Liberation Front for Air and Azawad, Frente de Libertacao do Enclave de Cabinde, Renovada-Frente de Libertacao do Enclave de Cabinde-Renewed, National Front for the Liberation of Corsica, Farabundo Marti Liberation Front, Renewed National Chadian Front, Force 17, Popular Front for the Liberation of Azawad, Morazanist Patriotic Front, Manuel Rodriquez Patriotic Front, Fatah Revolutionary Council, Resistance Forces for Democracy, Mozambican Liberation Front, Frente Revolucionaria de Timor l'Este Independente, Front for Democracy in Burundi, Chadian National Liberation Front, Chadian National Liberation Front, Lautaro Popular Rebel Forces, Front for the Restoration of the Unity of Djibouti, Andres Castro United Front, Front Uni National pour un Cambodge Indépendent Neutre, Pacifique et Coopératif, Armed Islamic Group, Garo National Front, Chadian National Nomadic Guard, Islamic Resistance Movement, Harakat-e-Islami, Hizballah-Party of God, Hard Livings Gang, Harakat ul-Ansar, Harkat-ul-Mujahedin (Movement of Holy Warriors), Hizb-ul-Mujaheddin, Hizbe Wahdat, Islamic Army, Islamic Army of Aden, Islamic Army for the Liberation of the Holy Shrines, Islamic Great Eastern Raiders Front, Indo-Burma Revolutionary Front, Inkatha Freedom Party, Islamic Command Council, Islamic Daawa Party, Islamic Front for the Liberation of Bahrein, Islamic Front for the Liberation of Oromia, Islamic Group, International Islamic Front, Islamic Jihad, Islamic Jihad Group, Islami Jamiat-e-Tulaba, Islamic
14
Martyrs Movement, Islamic Movement of Tajikistan, Iraqi National Accord, Iraqi National Congress, Irish National Liberation Army, Interahamwe, Islamic Party (Hizb-Islami Gulbuddin), Islamic Party (Hizb-Islamai-Kha'lis), Irish Republican Army, Islamic Resistance Movement (see Hamas), Islamic Revolutionary Movement (Haraka't-Inqilab-Islami), Islamic Revolutionary Guards Corps, Islamic Society (Jamia't Islami), International Sikh Youth Federation, Islamic Union (Ittihad-Isla'mi Barai Azadi, Jamat Ahl-i-Sunnat, Janata Dal, Jumbish-e Milli Islami (National Islamic Movement), Jihad Group, Jamiat-i-Islami (Islamic Society), Jammu Kashmir Liberation Front, Jarkhand Liberation Front, Jamit Mujahedin, Jarkhand Mukti Morcha (Jarkhand Liberation Front), Jarkhand Mukti Morcha(S), Japanese Red Army, Jamiat Tulaba-e-Islam, Jamaat ul-Fuqra, Jamiat Ulema-i-Islam, Kach, Kahane Chai, Khalistan Commando Force, Kurdistan Democratic Party, Kachin Independence Army, Khalistan Liberation Front, Karen National Liberation Army, Khalistan National Army, Karenni national Progressive Party, Karen National Union, Kurdistan Communist Party, Special Troops Command, Karabakh Peoples's Defense, Khamtapur People's Party, Khmer Rouge, Lavalas, Legitimate Defence Groups, Islamic League for the Call and Jihad, Lord's Resistance Army, Lashkare-Toiba (Soldiers of the Holy Places), Liberation Tigers of Tamil Eelam, Loyalist Volunteer Force, Martyr Abdalla Azzawi Commando, Movement for the Self-Determination of the Island of Bioko, Muslims against Global Oppression, United Popular Action Movement/Lautaro Faction, Moslim Brotherhood, Maoist Communist Center, Middle Core Faction (Chukaku-Ha), Movement for Development and Democracy, Movement for the Enforcement of Islam, Mujahedin-e-Khalq, Mouvement des Forces Démocratiques de la Casamanche (Movement of the Democratic Forces of Casamanche), Movements et Fronts Unifiés de l'Azouad (Movement and Unified Fronts of Azawad), Armed Islamic Movement, Moro Islamic Liberation Front, Muslim Iranian Students Society, Lautaro Youth Movement, Martyr Khaled al-Said of the Divine Phalanx for the Liberation of the Holy Kaba, Movement for the Liberation of Bahrein, Mohammed Madhlum al-Dulami Group, Moro National Liberation Front, Movement for the Survival of the Ogoni People, Movimiento Popular de Libertacao de Angola, Mouvement Patriotique de Salut, Madiga Porata Samithi, Movement of Revolutionary Recovery, Tupac Amaru Revolutionary Movement, Landless Rural Workers Movement, Mong Tai Army, Mujahir Quaumi Movement, Mujahir Quaumi Movement-Haqiqi, National Army for the Liberation of Uganda, National Council for the Defence of Democracy, National Coalition Government of the Union of Burma, National Council of Resistance, National Democratic Alliance, National Democratic Front of Bodoland, Nehzat, Northern Front 3-80, National Islamic Front, National Islamic Front (Mahaz Millin Islami), National Islamic Movement, National Liberation Army, National Liberation Front (Jabha't Nija't Milli), National Liberation Front of Tripura, National League for Democracy, Federal Naga National Council, Organization of November 17, New People's Army, National Patriotic Front, National Patriotic Front of Liberia, New Sudan Brigade, National Socialist Council of Nagaland-IM, Khaplang-National Socialist Council of Nagaland-Khaplang, North West Frontier Province, Orly Group, Oromo Liberation Front, National Liberation Front of the Ogaden, Organization of the Oppressed on Earth, Organisation de la Résistance Armée, Organisasi Papua Merdeka, Palipehutu -Hutu's People's Liberation Party, Pakistan Awami Tehrik, People's Defense Forces, Party of Democratic Kampuchea, Pasdaran-e-Jehad, Popular Front for the Liberation of Palestine, Popular Front for the Liberation of Palestine-General Command, Popular Front for the Liberation of Palestine-Security Council, Palestinian Islamic Jihad-Shaqiqi Faction, Kurdistan Workers' Party, Palestine Liberation Army, People's Liberation Army, People's Liberation Army of Nigeria, Palestinian Liberation Front-Abu Abbas Faction, Palestinian Liberation Front, Palestine Liberation Front-Abd al-Fatah Ghanim Faction, Palestine National Liberation Army, Palestine Liberation Organization, People's Liberation Organization of Tamil Eelam, People's Mujahedin Organization of Iran, Papua New Guinean Defense Forces, Frente Popular de Liberacion de Seguia el Hamra y Rio de Oro, Democratic Revolutionary Party, Puerto Rico People's Army (Los Macheteros, The Cane Cutters), Popular Struggle Front, Patriotic Union of Kurdistan, Puka Inti (Sol Rojo, Red Sun), Pattani United Liberation Organziation, People's War Group, al Qaeda, Red Army Faction, Armed Resistance Against Anti-democratic Forces, Red Brigades, Russian Border Guard Force, Rally for Culture and Democracy, Congolese Movement for Democracy, Revolutionary Communist Party, Real Irish Republican Army, Resistencia Nacional Mocambicana (Mozambique National Resistance), Revolutionary Guards Corps (Pasdaran Inqilab), Revolutionary Justice Organization, Rwanda Liberation Army, Russian National Unity, Revolutionary Organization 17 November, Revolutionary Organization of Socialist Muslims, Revolutionary Patriotic Army, Rwandan Patriotic Army, Revolutionary Proletarian Party, Rahanwein Resistance Army, Revolutionary Sierra Leone Military Forces, Rashtriya Swayamsevak Sangh, Revolutionary Unified Front, Sudan Alliance Forces, Supreme Assembly for the Islamic Revolution in Iraq, Shanti Bahini (Peace Force), National Guerrilla Coordination Simon Bolivar, Supreme Council of Islamic Revolution of Iraq, Shura-Itifaq-Islami,
15
Shining Path/Sendero Luminoso, South Lebanese Army, Sazman-e-Nasr, Somali National Front, Somali National Movement, Southern Minorities Front of Nigeria, State Peace and Development Council, Socialist Party of Kurdistan, Somali Patrotic Movement, Sudanese People's Liberation Army, Sindhi Peoples Party, Shiv Sena, Southern Sudan Defense Force, Somali Salvation Front, Socialist Forces Front, Special Striking Force, Southern Sudan Independence Movement, Shan State National Army, Sipah-i-Sahaba Pakistan, Shan State Army, Shan United Revolutionary Army, Surrendered United Liberation Front of Assam, Talaa'al-Fateh, Taliban-i-Kashmir, Turkish Workers' and Peasants Liberation Army, Organization of the Ulema of the Tribes, Tajdid Jihad Islamiya, Tehrik-i-Jafaria Pakistan, Tigers of Sikh Land, Tamil United Liberation Front, Takfir wa-e-hidjra, Kosovo Liberation Army, Ulster Defense Association, United Democratic Front, United Democratic Movement, United Democratic Salvation Front, Ulster Freedom Fighters, Uganda National Liberation Front, Union of the Forces of Armed Resistance, United Liberation Front of Assam, Krahn -United Liberation Movement for Democracy-Krahn, United National Revolutionary Front of East Turkestan, Uniao para la Independencia Total de Angola, Patriotic Union, Unity Party (Hezbi-Wahdat), Ugandan People's Defense Forces , United People's Front, Union for National Progress, Unidad Revolutionaruaria Nacional Guatemalteca (Guatemalan National Revolutionary Army), United Somali Congress, Uganda Salvation Front, United Tajik Opposition, Ulster Volunteer Force, Umkhonto We Sizwe, United Wa State Army, Vanguards of Conquest,Village Defence Committees,Vishwa Hindu Parishad,Wahhabis Sect, World Islamic Front for Holy War against Jews and the Crusaders, West Nile Border Front, World Tamil Organization, World Tamil Movement, Yemen Socialist Party.
16