Aardrijkskunde Kidscorner
Postbus 1350 1300 BJ Almere www.centrum-hout.nl www.houtinfo.nl/kidscorner Houtinformatielijn: 0900 - 56329946 (€ 0,45 p.m.)
1
van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Aardrijkskunde 1. Inleiding Hout, bomen en bossen. Je vindt ze overal om je heen. Een wereld zonder deze drie is haast niet voor te stellen. Het vak aardrijkskunde heeft een groot aantal aanknopingspunten om aan deze onderwerpen aandacht te besteden. Deze sluiten nauw aan bij de kerndoelen: geografisch perspectief, ruimtelijke inrichting en topografie en kaartbeeld. Leerlingen kunnen hun wereld onderzoeken vanuit het klaslokaal met behulp van een atlas, het internet etc, maar ook zelf op onderzoek uitgaan in hun omgeving. 2. -
Aanknopingspunten: Plaats, verspreiding en functie van bossen (wereld, Nederland, eigen omgeving) Menselijke activiteiten in relatie tot landgebruik Plaatsnamen Kaarten lezen en begrijpen Kaarten maken.
3. Kerndoelen: 1, 2, 3, 6, 9 en 10. 4. Kidscorner - Bossen. 5. Kidsstuf werkbladen - Bossen I. 6. -
Opdrachten Bossen in de wereld Oost-west-thuis-bos Kaartoefening I Kaartoefening II Kaartoefening III Kaartoefening IV Op vakantie Plaatsnamen.
7. Bijlage - Plaatsnamen - ‘Leven met de jungle’.
2 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Bossen in de wereld
Kern Vragen aan de leerlingen: *Ken je een bos in de buurt van de school? *Beschrijf eens hoe dat bos eruit ziet. *Waar zijn bossen belangrijk voor? *Waar in de wereld vinden we nog meer bossen? *Waar vinden we tropische bossen? *Op welke werelddelen vinden we deze bossen? *Hoe zien deze bossen er uit? *Welke planten en dieren vind je in tropische bossen? *Lees voor/laat lezen het verhaal ‘Leven met de jungle’ (zie bijlage) . Afsluiting Laat de leerlingen in eigen woorden het verhaal na vertellen. Kunnen ze de volgende vragen beantwoorden? *In welk land speelt het verhaal zich af? *Om welk soort bos gaat het? *Wie leven er van het bos? *Welke planten en dieren komen er in het verhaal voor? *Wat verzamelen en gebruiken de dorpsgenoten van Yomi in het bos? *Kunnen zij hiervan leven? *Kan het gezin van Maria zonder het bos? *Kan het kwaad dat er in dit bos hout wordt gekapt? *Hoe moest het houtkapbedrijf het bos beheren? *Werden er afspraken gemaakt? *Tussen wie en wie? *Welke afspraken zouden er gemaakt zijn, denk je? *Denk je dat het gezin van Maria over drie jaar nog een nieuw stuk bos moet kappen om te eten te hebben? Leg uit. Bespreek het verhaal verder na en licht daar waar nodig toe.
Suggestie I
Laat de leerlingen de Kidscorner bezoeken en het onderwerp duurzaam bosbeheer lezen.
Suggestie II
Werk met de leerlingen dit verhaal uit als een rollenspel of een klein toneelstuk. Zoek het aantal personages op en bedenk hierbij een scenario en teksten.
3 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Oost-west-thuis-bos Kern Laat de leerlingen het onderdeel ‘Bossen’ in de Kidscorner bekijken. Speciale aandacht heeft ‘Bossen in de wereld’. Hier zien zij dat er verschillende soorten bos zijn en dat ze in te delen zijn in bostypen (groepen). *Vraag de leerlingen of ze weten hoe het komt dat de bossen in de wereld zo verschillend zijn. *Hoe kun je dat zien zonder naar die bossen toe te hoeven gaan?
Afsluiting Laat de leerlingen werkblad Bossen I (Kidsstuff) maken. Bespreek na. Toelichting De bossenkaart geeft al een indicatie waarom de bossen verschillend zijn en waarom ze op een bepaalde plaats voorkomen: het klimaat. In het noorden vinden we bijvoorbeeld ‘Naaldbossen van de noordelijke streken’. Deze bossen liggen dicht bij de noordpool en de bomen kunnen goed tegen de kou. Bij de evenaar vinden we bijvoorbeeld ‘Regenbossen van de vochtige tropische streken’ (tropisch regenwoud). Deze bomen kunnen goed tegen veel regen en hoge temperaturen. Op de kaart kun je niet zien dat ook de bodemgesteldheid en de mens van invloed zijn. Maar deze zijn ook bepalend. Samen noemen we klimaat, bodemgesteldheid en de invloed van mens en dier de ‘groeiplaatsfactoren’. Zo heeft ieder bostype een plek waar het zich het beste thuisvoelt.
4 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Kaartoefening I Kern Nederland was heel lang geleden bedekt met bos. Er kwamen steeds meer mensen bij. Bossen werden omgevormd naar landbouwgronden. Het hout werd gebruikt voor de bouw van molens, kerken, boerderijen, schepen en ook als brandhout. Van lieverlee kwam er steeds minder bos, verspreid over Nederland. Zo’n honderd jaar geleden begon men weer bossen aan te leggen, veelal op arme gronden, waarbij het hout bedoeld was voor het stutten van de mijnschachten. Nog steeds bevordert de overheid de aanleg van bossen. Inmiddels hebben we weer 339.000 hectare bos. *Vraag de leerlingen waar nu in Nederland bos voor komt. *Hoe zien deze bossen er uit? *In welke provincies vinden we bos?
Afsluiting Laat de leerlingen een atlas ophalen. Reik werkblad Bossen II (Kidsstuff) uit. Laat de vragen 1 en 2 maken. Eventueel vraag 3: Laat de leerlingen het boekje ‘Nederlands bos in Beeld’ (zie literatuurlijst) of een kopie van pagina 4 en 6 gebruiken.
5 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Kaartoefening II Kern Geef de leerlingen een kaart van de eigen omgeving, of een kopie van een deel ervan, waarop duidelijk de plaats van bomen en bossen is te herkennen. Meestal zijn deze landschapselementen aangegeven in een groene kleur. Liefst een schaal 1: 20.000 of groter gebruiken. *Welke dingen moeten er altijd op een goede kaart staan? (Noordpijl, legenda, schaal, coördinaten) *Vraag de leerlingen wat de schaal van deze kaart is. *Wat betekent dit eigenlijk? *Vraag de leerlingen in de legenda op te zoeken hoe bomen of bos aangegeven zijn op de kaart. Laat de leerlingen onderzoeken op welke plaatsen in het landschap (op de kaart) bomen en bos te vinden zijn. *Kunnen de leerlingen de functies van bos en bomen nu ook benoemen? (Denk aan: laanbomen, bos, plantsoen, monumentale bomen etc.)
Afsluiting Laat de leerlingen een deel van de kaart natekenen en bomen/bossen met een zelfde functie inkleuren en er een legenda bij maken waarin deze kleuren terug te vinden zijn. De leerlingen een kopie van een stukje van de kaart geven naast de originele kaart kan natuurlijk ook. (Zie ook werkblad Bomen II, Kidsstuf) Bespreek na.
6 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Kaartoefening III Kern Hout wordt veel gebruikt. Overal om je heen kom je het tegen. Maak/kopieer van tevoren op een A4 een eenvoudige kaart van de omgeving van de school. Geef daar de belangrijkste elementen in aan: gebouwen, wegen, trottoirs. Geef de leerlingen een kopie. *Vraag de leerlingen welke dingen in de buurt van de school gemaakt zijn van hout. *Kunnen ze aangeven waar deze dingen te vinden zijn? *Welke functie hebben ze? *Zijn er groepen van dezelfde functies te maken? (Bijvoorbeeld hekken/speeltoestellen/meubels)
Afsluiting Laat de leerlingen in kleine groepjes naar buiten gaan. Laat ze de kaart en kleurpotloden meenemen. Laat ze de buurt onderzoeken op houten voorwerpen. Laat ze deze intekenen op de kaart. Geef vooraf aan hoelang ze de tijd krijgen. Laat de leerlingen de kaart in de klas verder afmaken (legenda, noordpijl etc). Bespreek na.
7 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Kaartoefening IV
Kern Laat de leerlingen beschrijven hoe de omgeving van de school is ingericht. Welke elementen zijn er gebruikt? (Huizen, wegen, sloten, plantsoen, bomen etc.) Wat is de functie van huizen, wegen en sloten? En van bomen? Afsluiting Laat de leerlingen een eenvoudige kaart maken van de buurt om hun eigen huis heen. Laat ze hierop aangeven: Huizen Wegen Sloten Bomen. Laat ze als huiswerk kijken of de bomen die zij op hun kaart hebben ingetekend, daar ook echt staan. Laat ze de kaart zonodig aanpassen.
8 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Op vakantie Kern Leerlingen gaan tegenwoordig vaak naar het buitenland of naar een heel ander deel van Nederland op vakantie. Laat de leerlingen eens iets vertellen over hun belevenissen tijdens hun vakantie. Laat hierbij de inrichtingselementen bomen en bos, maar ook bijvoorbeeld houtberoepen of houttoepassingen aan bod komen. Zo zijn in Scandinavië uitgestrekte bosgebieden met enkele boomsoorten en gekleurde houten huizen karakteristiek. De leerlingen leren zo van elkaar en ontdekken de verscheidenheid van landschappen en inrichtingselementen. Het meenemen van bijbehorende vakantiefoto’s maakt het geheel nog levendiger. Laat de leerlingen hierbij vertellen over de bomen, bossen, hout en houttoepassingen die ze tijdens hun vakantie zijn tegengekomen. Afsluiting Laat ze een tekening maken met een karakteristiek huis uit het vakantiegebied. Een bijzonder gebruiksvoorwerp van hout kan natuurlijk ook.
9 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Plaatsnamen I Kern Toen de eerste bewoners Nederland bevolkten, waren grote delen van het land bedekt met bos. Holland heeft hieraan zijn naam te danken. Holland komt van Holtland, wat zoveel betekent als hout- of bosland. Toen Nederland meer bewoners kreeg, maakte het bos plaats voor landbouwgrond. Want er moest gegeten worden. Vele plaatsnamen herinneren nog aan de tijd dat er bos was op die plek waar nederzettingen werden gesticht. Denk eens aan Oudenbosch. Ook eindigen plaatsnamen op -woud, wold(e) of lo(o) (= bos); zoals Zuidwolde of Hoenderloo. Bossen werden vroeger ook gebruikt om er varkens in te hoeden. Deze bosweiden werden ook wel ‘laren’ genoemd; zoals in Zuidlaren. Plaatsnamen met -rode of -rade herinneren aan het ontginnen van bos, het rooien. Vraag de leerlingen of zij plaatsnamen kennen met daarin: Bos(ch), woud(e), wold(e), -lo(o), -rade of -rode, Waar liggen deze plaatsen?
Afsluiting Kunnen de leerlingen op de kaart van Nederland nog tien van deze plaatsnamen vinden? Bespreek na. (Zie ook bijlage: Plaatsnamen in Nederland)
Plaatsnamen II Kern Niet alleen de aanwezigheid van bossen, maar ook boomsoorten zijn terug te vinden in plaatsnamen. Zo komen Eext en Ekehaar van de eik en Oosterhesselen van hazelaar. Ook in het buitenland vinden we dergelijke plaatsnamen. Oakhurst en Oakland komen van eik, Chesne van kastanje en Tilloe van de linde. Kunnen de leerlingen plaatsnamen noemen met -eek, -eik, of eext noemen? Waar liggen deze plaatsen?
Afsluiting Kunnen de leerlingen op de kaart van Nederland nog twee van deze plaatsnamen vinden? Bespreek na. (Zie bijlage: Plaatsnamen in Nederland)
10 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
PLAATSNAMEN IN NEDERLAND Hieronder treft u een aantal plaatsnamen in Nederland die herinneren aan bos, bomen en hout. -lo of -loo Almelo Angerlo Anloo Azelo Baarlo Balloo Barlo Bentelo Boekelo Borculo Dinxperlo Dwingeloo Eldersloo Elslo Ermelo Espelo Exloo Fochteloo Groenlo Grolloo
Haarlo Harculo Hasselo Heiloo Hengelo Het Loo Hoenderloo Hummelo Langelo Leggeloo Lemselo Loo ’t Loo Oldebroek Meerlo Melderslo Merselo Mierlo Oirlo Oploo Otterlo
-wald, -wold, -wolde, -woolde, -woud of -woude Noordwolde Aartswoud Nijeholtwolde Bellingwolde Noord-Scharwoude Berkenwoude Oldeholtwolde Broeksterwoude Oostwold Damwoude Oostwoud De Woude Oranjewoud Eelderwolde Oudwoude Eernewoude Paterswolde Ferwoude Ravenswoud Finsterwolde Renswoude Foxwolde Roderwolde Garmerwolde Ruinerwold Gelderswoude Rijnsaterwoude Haakswold Scharwoude Kolderwolde Siebengewald Kropswolde Siegerswoude Leutingewolde Spaarnwoude Lucaswolde 11 van 15
Aardrijkskunde
Paasloo Peelo Ruurlo Schandeloo Schoonloo Sibculo Stepelo Taarlo Ten Arlo Tongerlo Tynaarlo Usselo Venlo Vriescheloo Weerselo Wengelo Ypelo IJzerlo Zweeloo
Verwolde Westwoud Wijerswold Winterswijk Woold Zeewolde Zoeterwoude Zuid-Scharwoude Zuiderwoude Woudbloem Woudenberg Woudrichem Woudsend Wouterswoude Wijnjewoude Zuidwolde
©Centrum Hout
Luxwoude Midwoud Nibbixwoud
Steenwijkerwold Terwolde Veenwouden
-hout of -holt Aerdenhout Banholt Berkhout Damsholte Den Hout Douvergenhout Elshout Groot Genhout Hout
Hout-Blerick Houten Klein Genhout Lieshout Mariahout Mierlo-Hout Noordwijkerhout Oosterhout Posterholt
Rijsenhout Stiphout Udenhout Ulvenhout Vierhouten Voorhout Wechterholt Wernhout
-bos of -bosch Den Bosch Echterbosch Froombosch Herkenbosch
’s - Hertogenbosch Koningsbosch Oudenbosch Vorstenbosch
Weebosch Wijbosch Zwagerbosch
-rade of -rode Kerkrade Middelrode
Nieuw-Roden Nistelrode
St Oedenrode Vaesrade
-laar Laren Middelaar
Midlaren Westlaren
Zuidlaren
De Wilgen
Linde Linden Terlinden
Boomsoorten Eext Eexterveen Eexterveensche Kanaal Eexter Bergeyk Kesseleik Maaseik
12 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
‘Leven met de jungle’ Dit is het verhaal van Yomi en Maria. Yomi de Kayapo Yomi is met de andere mannen van het dorp op jacht gegaan. Ze lopen nu al drie dagen over haast onzichtbare paadjes. Langs dikke bomen met grote plankwortels, palmen en klimplanten. Yomi is 17 jaar en Kayapo-indiaan. Zijn dorp ligt 5 dagen lopen van de enige weg hier in dit gedeelte van de Amazone. De groep mannen heeft even stil gehouden om te rusten en te schuilen voor de zware regenbui. Boven in de torenhoge bomen ruziën een paar felgekleurde papegaaien, fluiten vogels en strijken cicaden (kevers) tsjirpend met hun achterpoten over hun schilden. Apen hebben ze vandaag nog niet gezien. Het is 27 graden Celcius, een normale dag eigenlijk. Onderweg hebben ze bast van een bepaalde boomsoort verzameld. Deze hebben ze geplet en daarmee de punten van hun pijlen giftig gemaakt. Ze kennen alle nuttige bomen en planten. Yomi herkent er meer dan hij op 10 handen kan tellen. Hij kauwt intussen op de bladeren van een andere boom. Hij heeft een beetje kiespijn. Het helpt echt. Ssst.. ze horen geritsel tussen de bladeren. Bij de struiken langs het beekje is het. Het is een Capibara: een knaagdier zo groot als een varken. Als ze deze kunnen vangen heeft het dorp weer een paar dagen te eten. Ze sluipen dichterbij. De twee meest ervaren mannen richten hun blaaspijp. Pfieeet… daar vliegen twee pijltjes door de lucht. Een krijs, geritsel en gekraak. De Capibara is geraakt! Een uur later binden de mannen het dier tussen twee draagstokken. Met touw gemaakt van boombastvezels. Ze kunnen nu met een gerust hart terug naar het dorp. Ze hebben op hun tocht nog ander voedsel verzameld: plantenwortels, palmhart en wilde vruchten. De paranoten kunnen ze weer verkopen aan de handelaar. Die stopt zo af en toe langs de weg. Deze paranoten worden dan verkocht in de stad, twee dagen rijden met de auto.
13 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Maria Zes dagen lopen van het dorp van Yomi is Maria aan het werk. Zij trekt het onkruid weg, dat tussen de jonge maïs- en bonenplantjes groeit. Zij is al twee dagen bezig. Want het stuk bos dat zij samen met de rest van het gezin heeft gekapt, is best wel groot. Na het kappen hebben ze de takken verbrand en maïs en bonen gezaaid. Veertien maanden geleden is zij met haar vader, moeder, drie broers en twee zusjes hierheen gekomen. In de stad waar Maria werd geboren, hadden ze het niet breed. Haar moeder, Maria zelf en haar zusjes verdienden zo af en toe wat met boenen en wassen. Dat deden ze in het huis van een buitenlandse zakenman. Maar die is teruggegaan naar zijn land. Naar Nederland. Haar broers hingen meestal wat rond, want veel werk was er niet voor hen. Haar vader werkte bij de melkfabriek, als bewaker. Op een dag kreeg hij te horen dat hij niet meer terug hoefde te komen! Het geld dat Maria en haar moeder hadden verdiend, raakte snel op. Want eten moesten ze wel kopen. Die lekkere paranoten konden ze allang niet meer betalen. En toen was het geld echt op… Ze besloten om alles te verkopen en naar het bos te trekken, 500 kilometer naar het Noordoosten. Want daar was volgens de geruchten bos, waar je een nieuw leven kon beginnen als landbouwer. Het bos was toch van niemand, zeiden ze. Dan zouden er eindelijk weer dagen komen zonder dat akelige knagende gevoel in hun buik. Het plan is geslaagd en de eerste oogst van hun nieuw aangelegde akker is gelukt. Zakken vol maïs en bonen oogstten ze. En het geluk hield niet op….
14 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout
Want de vader van Maria is gevraagd te komen werken in de nieuwe houtzagerij. Die ligt een uur lopen bij hen vandaan. Hij verdient nu bijna genoeg voor het hele gezin. Het houtbedrijf dat in het gebied hout kapt, heeft ook een ziekenhuis gebouwd en een winkel. Daar koopt vader nu eten van het geld dat hij verdient. En soms iets lekkers (paranoten) om te snoepen. Het houtbedrijf heeft een stuk bos toegewezen gekregen van de regering. Daar mogen ze de komende 30 jaar hout kappen. Het houtbedrijf moest vooraf beloven het bos goed te beheren. ‘Duurzaam bosbeheer’ noemen ze dat. En dat deden ze ook. Het bedrijf heet dan ook: ‘Zuiver hout’. Samen met biologen, bosbouwers en indianen is gekeken waar en hoe dat beheer het beste kon. Voor iedereen. Ze hebben samen een plan gemaakt. Maria mocht eens een dagje met haar vader mee naar de houtzagerij. Toen was er zo’n speciaal ‘kringgesprek’. Een vergadering. Ze zag een heleboel verschillende mensen: hele gewone, hele deftige, maar ook de indianen waar zij wel eens van had gehoord. Zij hadden veren in hun haar en verf van boombast en as op hun armen! En moest je dat haar zien! Gek genoeg hadden ze wel dezelfde soort broek aan als haar broers. Jammer dat die indianen zo raar praten. Ze begreep er niets van. Toen Maria verveeld rondliep tussen de boomstammen en stapels balken, botste ze tegen een jongen aan. Een indiaan. Zijn naam was Yomi. Ondanks dat ze niet dezelfde taal spraken werden ze goede vrienden. Ze vertelden hun verhaal aan elkaar, door met hun handen dingen uit te leggen. Als dat niet ging, gebruikten ze stokjes en tekenden daarmee in het zand. Ze kennen nu elkaars verhaal. Het verhaal van hun leven met de jungle.
15 van 15
Aardrijkskunde
©Centrum Hout