2010 College van Bestuur GMR Vastgesteld Actualiseren per

Nascholingsbeleid ___________________________________________________________________________________

Beleidsgroep Personeel College van Bestuur GMR Vastgesteld Actualiseren per

25/11/2010

INLEIDING De primaire taak van OPTIMUS primair onderwijs is het bieden van kwalitatief goed onderwijs. Hierbij maakt OPTIMUS gebruik van opgeleide professionals. OPTIMUS is zich ervan bewust dat zij vandaag kinderen opleiden die zelfstandig deelnemen aan de maatschappij van morgen. OPTIMUS streeft ernaar een goed werkgever te zijn en biedt medewerkers door middel van nascholing de mogelijkheid om op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen op het gebied van kennisverwerving en het vergroten van vaardigheden. Scholing en professionalisering maken deel uit van het integraal personeelsbeleid. Het bieden van nascholing aan beginnende, ervaren en excellente leerkrachten is van belang zodat zij optimaal toegerust zijn om gedurende hun onderwijsloopbaan met plezier en succes hun taken uit te voeren. Een voorwaarde om taak- en functiedifferentiatie mogelijk te maken is dat OPTIMUS medewerkers de mogelijkheid geeft om hun talenten optimaal te ontwikkelen. Zowel voor deze medewerkers als voor de organisatie biedt dit voordelen. OPTIMUS heeft goed geschoolde professionals met veel deskundigheid in huis, de OPTIMUS ACADEMIE stimuleert dan ook het inzetten van eigen medewerkers bij het scholen van andere medewerkers binnen de organisatie. In het primair onderwijs wordt gewerkt met het taakbeleid1, dit is een hulpmiddel voor medewerkers om de uren in de klas en uren voor overige taken in te plannen. Verder vindt de gesprekkencyclus plaats. Persoonlijke ontwikkelingswensen die uit gesprekken tussen medewerkers en schooldirecteuren naar voren komen worden afgestemd op de doelstellingen van de scholen. Daarnaast dient elke leerkracht een bekwaamheidsdossier bij te houden, hierin worden alle activiteiten ten behoeve van professionaliteit opgenomen. Het POP (persoonlijk ontwikkelplan) is onderdeel van het bekwaamheidsdossier en kan aanleiding zijn om nascholing te gaan volgen. Op deze manier werken medewerkers aan deskundigheidsbevordering, waar een leerkracht per jaar 10% van zijn/haar werktijd aan dient te besteden. In dit nascholingsbeleid2 wordt nascholing gedefinieerd als alle activiteiten van een reeds bevoegde leerkracht om zijn/haar kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshoudingen te verdiepen en uit te breiden, waarbij wordt voortgebouwd op de in de opleiding verworven aanvangsbekwaamheid. Dit nascholingsbeleid is kaderstellend. Daar waar de scholen mogelijkheden zien om kansen en talenten van hun medewerkers optimaal te benutten zullen zij dit onderbouwen. Hierdoor wordt beleid ondersteunend en richtinggevend, maar niet beperkend. Voor meer informatie met betrekking tot nascholing en de OPTIMUS ACADEMIE wordt verwezen naar de website van OPTIMUS en de CAO primair onderwijs 2009. In hoofdstuk 1 van dit nascholingsbeleid wordt een link gelegd met het meerjarenperspectief van OPTIMUS, waarna in hoofdstuk 2 de relatie gelegd wordt met de OPTIMUS ACADEMIE. Hoofdstuk 3 geeft de doelstellingen van OPTIMUS met betrekking tot nascholing weer. Vervolgens komt in hoofdstuk 4 aan bod welke middelen ter beschikking staan voor nascholing, waarna in hoofdstuk 5 een toelichting volgt over nascholing op verschillende niveaus. In hoofdstuk 6 wordt informatie weergegeven met betrekking tot de onkostenvergoeding, waarna in hoofdstuk 7 informatie volgt over de terugbetalingsregeling. Tot slot komt in hoofdstuk 8 de evaluatie van het nascholingsbeleid aan de orde. 1

http://www.taakbeleid.nl/index.html

2

Artikel 9.7 lid 1 van CAO PO beschrijft dat de werkgever in overleg met de GMR een regeling met betrekking tot scholing van het personeel dient vast te stellen. Door middel van dit nascholingsbeleid komt OPTIMUS tegemoet aan de eisen vanuit de CAO. Nascholingsbeleid

OPTIMUS primair onderwijs

2

INHOUDSOPGAVE 1 2 3 4 5

6 7 8 9

Meerjarenperspectief OPTIMUS .......................................................................... 4 OPTIMUS ACADEMIE ........................................................................................ 5 Doelstellingen .................................................................................................. 6 Middelen ......................................................................................................... 7 Nascholing op verschillende niveaus ................................................................... 8 5.1 Stichting niveau ........................................................................................ 8 5.2 Team niveau ............................................................................................10 5.3 Individueel niveau ....................................................................................10 Onkostenvergoeding .......................................................................................13 Terugbetalingsregeling ....................................................................................14 Evaluatie .......................................................................................................15 Begrippenlijst .................................................................................................16

Bijlage 1) Scholingsovereenkomst Bijlage 2) Artikel scholing CAO primair onderwijs 2009

Nascholingsbeleid


3

1 MEERJARENPERSPECTIEF OPTIMUS Binnen OPTIMUS is de lerarenfunctie de belangrijkste functie in de organisatie. Managementtaken, coördinerende en ondersteunende taken zijn dienstbaar aan de functie van leerkracht. Het is belangrijk dat leerkrachten, maar ook overige medewerkers, scholing krijgen om de professionaliteit te kunnen garanderen. OPTIMUS wil zicht hebben op de wensen en behoeften van leerkrachten en overige medewerkers, daarnaast is de organisatie van mening dat de juiste mensen op de juiste plek in de organisatie moeten staan. Medewerkers die gisteren opgeleid zijn, leiden met de kennis van vandaag, kinderen op voor de maatschappij van morgen. OPTIMUS biedt dan ook alle medewerkers de kans om zich te ontwikkelen, ontplooien, nieuwe inzichten en kennis te verwerven om up-to-date te blijven. Het is van belang dat de kwaliteiten van alle medewerkers optimaal worden ingezet en in ontwikkeling blijven. Het is belangrijk dat zij de ondersteuning, scholing, coaching en begeleiding krijgen om professioneel te kunnen zijn, worden en blijven. Om dit mogelijk te maken streeft OPTIMUS naar het vormgeven van een goed werkklimaat, ondersteuning in de functie, goede scholing en beloning. Op deze manier werkt OPTIMUS aan de professionaliteit en het enthousiasme van alle medewerkers. Het College van Bestuur hanteert drie speerpunten in de professionalisering van de (toekomstige) leerkrachten: invoelingsvermogen, conceptueel denken en (zelf)reflectie. Op kleine scholen binnen OPTIMUS is er minder gelegenheid tot professioneel contact tussen medewerkers, minder gelegenheid tot dialoog en het delen van ervaringen. Vanuit het project kleurrijk leiderschap onderzoekt OPTIMUS diverse organisatievormen waarbij voornamelijk kleine scholen meer kunnen samenwerken. Dit biedt meerwaarde voor de eerder genoemde gelegenheid tot dialoog. Daarnaast kunnen specialismen en talenten ruimer ingezet worden waardoor meer mogelijkheden ontstaan voor het bieden van loopbaanperspectief. Het functiehuis van OPTIMUS kent de leerkrachtprofielen; bekwame leerkracht, ervaren leerkracht met het profiel zorg of het profiel management In schooljaar 2010-2010 volgt het profiel “excellente leerkracht in de groep”. OPTIMUS onderschrijft de doelstellingen zoals verwoord in het convenant leerkracht. Het implementeren van het functiehuis is een van de instrumenten die ingezet kunnen worden om zowel de kwaliteit van het onderwijs als de positie van de leerkracht te bevorderen. Tot slot kan goed personeelsbeleid bijdragen aan doelmatiger onderwijs, hiermee wordt bereikt dat kwaliteiten van leerkrachten en overige medewerkers beter en doelmatiger benut worden. Belangrijke stappen hierbij zijn: Heldere criteria formuleren ten aanzien van de competenties van medewerkers, gerelateerd aan de doelen en visie van de school; Binnen de kwaliteitszorg aandacht besteden aan het functioneren van leerkrachten Op vaste momenten bespreken en beoordelen van prestatie- en evaluatiegegevens over het functioneren van leerkrachten aan de hand van de geformuleerde criteria; Een vervolg geven aan beoordelingen, zowel in positieve zin (belonen, bieden van verdere professionalisering en/of bieden van doorgroeimogelijkheden) als in negatieve zin (aanspreken, begeleiden, bijscholing, uitplaatsen, overplaatsen of ontslag).

Bron: Meerjarenperspectief OPTIMUS primair onderwijs 2006-2010

Nascholingsbeleid


4

2 OPTIMUS ACADEMIE Om de professionalisering te implementeren binnen OPTIMUS is de OPTIMUS ACADEMIE ontwikkeld. Dit is een platform waar medewerkers elkaar fysiek en virtueel kunnen ontmoeten, inspireren, informeren, uitdagen en ontwikkelen. Hiermee wil OPTIMUS bereiken dat de kwaliteiten van de leerkrachten worden aangesproken en er afstemming plaatsvindt met de wensen en behoeften van de medewerkers. OPTIMUS wil een lerende organisatie zijn op school- en stichtingniveau en reageert daarmee op de maatschappelijke ontwikkeling „een levenlang leren‟. Medewerkers kunnen ervoor kiezen een opleiding te volgen via de OPTIMUS ACADEMIE maar natuurlijk kunnen medewerkers ook opleidingen volgen via een externe aanbieder. De OPTIMUS ACADEMIE werkt meer vraag gestuurd dan aanbod gestuurd. Jaarlijks evalueert de ACADEMIE samen met de schooldirecteur wat de ACADEMIE voor de school kan betekenen. Indien een gezamenlijke aanpak vanuit de stichting meerwaarde biedt, reageert de OPTIMUS ACADEMIE met een scholingsaanbod op de vragen van de scholen. Daarnaast doet de ACADEMIE navraag bij de scholen over de behoeften en wensen met betrekking tot de ontwikkeling en professionalisering van de medewerkers. Ook deze wensen worden gekoppeld en waar gewenst, vertaald in een aanbod. De OPTIMUS ACADEMIE formuleert een aanbod gerelateerd aan wat de toekomst vraagt van leerkrachten, scholen, maatschappelijke ontwikkelingen en wetgeving. OPTIMUS werkt voornamelijk vanuit „formeel leren‟ waarbij medewerkers een opleiding, cursus, training of workshop volgen. De behoeften van leerkrachten worden geïnventariseerd door middel van belangstellingsregistratieformulieren. Vanuit de scholen worden de behoeften geïnventariseerd door middel van persoonlijke ontwikkelplannen en schoolplannen. Ook kunnen er vanuit OPTIMUS opleidingen worden toegevoegd omdat de wetgeving dit eist of omdat de organisatie dit vraagt. Daarnaast onderzoekt OPTIMUS mogelijkheden van het „informeel leren‟. Een voorbeeld hierbij is het leren door middel van „broedplaatsen‟. Bij broedplaatsen kan gedacht worden aan creatief nadenken buiten de gebruikelijke kaders. De opzet van een dergelijke bijeenkomst, de organisatie, maar ook de ontmoetingsplaats kan hierbij geheel verschillen van de gebruikelijke scholing om ook hiermee het informele karakter te benadrukken. De OPTIMUS ACADEMIE wil de talenten van alle medewerkers binnen de organisatie zichtbaar maken en stimuleren. Op deze manier kunnen de talenten binnen de organisatie gedeeld worden. Tot slot kunnen de ervaringen gedeeld worden via het netwerk waar de medewerkers elkaar niet alleen virtueel maar ook fysiek kunnen ontmoeten.

Bron: Ondernemingsplan OPTIMUS ACADEMIE 2010

Nascholingsbeleid


5

3 DOELSTELLINGEN Kwaliteitsverbetering: Ons primaire doel is het optimaliseren van de onderwijskwaliteit. Deze kwaliteit wordt in de eerste plaats gerealiseerd in de klas. Een groot deel van de scholing vindt op teamniveau plaats. Dit neemt niet weg dat we vanzelfsprekend ook aandacht besteden aan kennis en vaardigheden die bijdragen aan het functioneren van de medewerker buiten de groep. Professionalisering: Medewerkers die net van school komen, zijn startbekwaam. Zij vergroten hun professionaliteit door het opdoen van ervaring in de praktijk, door contacten met collega‟s en door het volgen van nascholing. Taak- en functiedifferentiatie: Nascholing maakt integraal deel uit van IPB. Nascholing zal bijvoorbeeld vermeld worden in de criteria voor het vaststellen van het profiel de excellente leerkracht in de groep. In de gesprekkencyclus vormt het onderwerp nascholing een van de vaste onderdelen. Nascholing is een van de aspecten die taak- en functiedifferentiatie mogelijk maakt, waardoor enerzijds de onderwijskwaliteit een impuls krijgt, terwijl anderzijds meer mogelijkheden ontstaan ten aanzien van het loopbaanperspectief. Flexibiliteit en duurzaamheid: In de afgelopen decennia is de onderwijswereld sterk veranderd. Leerkrachten die deze ontwikkeling hebben gevolgd door voortdurend in gesprek te gaan met collega‟s, door nascholing te volgen en notie te nemen van informatie uit alle media die ons ter beschikking staan, zijn beter voorbereid op hun taak als leerkracht in de school van vandaag. Deze positieve houding ten opzichte van ontwikkelen en leren is een voorwaarde om succesvol deel uit te kunnen maken van een schoolteam. Nascholing is een van de instrumenten die kan bijdragen bij preventie van verzuim, anders dan als gevolg van ziekte of gebrek.

Missie „OPTIMUS streeft ernaar om dynamisch, vol vertrouwen en in gezamenlijkheid te bouwen aan de toekomst van allen die bij OPTIMUS betrokken zijn. OPTIMUS doet dit door zoveel mogelijk kwaliteiten van leerlingen aan te spreken en deze samen met hen tot ontwikkeling te brengen. Zo groeien de leerlingen op tot communicatief sturende volwassenen die bijdragen aan de leefbaarheid van de maatschappij van morgen.‟ Om succesvol deel uit te kunnen maken van de maatschappij hebben de kinderen van vandaag naast basiskennis andere kennis en vaardigheden nodig dan de kinderen van gisteren. Onze maatschappij verandert, en de daarbij gewenste kennis en vaardigheden ook. Dit vraagt van leerkrachten een pro-actieve, positief kritische houding waarbij zij zich voortdurend afvragen of zij voldoende kennis en vaardigheden in huis hebben om onze leerlingen te begeleiden naar de volwassenheid. Dit vraagt van leerkrachten deel te nemen aan een lerende organisatie vanuit het motto “een levenlang leren”. Hierdoor wordt ook een aspect van de leerkracht als rolmodel duidelijk. Als wij van kinderen vragen om open te staan voor verandering en ontwikkeling, dienen we zelf het voorbeeld te geven.

Nascholingsbeleid


6

4 MIDDELEN In het primair onderwijs is de lumpsum financiering van toepassing. Stichtingen krijgen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap jaarlijks een bedrag waar zij alle uitgaven van moeten betalen. In de begroting hebben de scholen gezamenlijk ongeveer € 400.000,00 van hun budget gereserveerd voor nascholing.

Nascholingsgelden Gelden die vanuit de budgetten van de scholen aan personeelsbeleid worden toegekend vanuit de middelen van het Personeel- en arbeidsmarktbeleid. De scholen besteden ongeveer 10 % van dit budget aan nascholing.

Lerarenbeurs

De lerarenbeurs3 is in het leven geroepen om leerkrachten te stimuleren een opleiding te volgen en tegemoet te komen in de studiekosten. Op deze manier kunnen leerkrachten hun professionele niveau verhogen, hun vakkennis verbreden of zich specialiseren. Een leerkracht kan één keer in zijn onderwijsloopbaan gebruik maken van de lerarenbeurs. De lerarenbeurs heeft een subsidieplafond, dit betekent dat er elk jaar een bepaald bedrag wordt vrijgehouden voor de lerarenbeurzen. De werkgever wordt tegemoet gekomen door middel van een vergoeding om de vervanging tijdens het studieverlof van leerkrachten te bekostigen. Naast de nascholingsgelden en de lerarenbeurs, die op initiatief van leerkrachten kan worden ingezet, kan OPTIMUS gebruik van verschillende subsidies vanuit het Europees Platform4.

3

http://www.starteninhetonderwijs.nl/professionalisering/lerarenbeurs/ http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/vragen-en-antwoorden/wat-is-de-lerarenbeurs-voorscholing.html 4 http://europeesplatform.nl/sf.mcgi?1006&cat=42

Nascholingsbeleid


7

5 NASCHOLING OP VERSCHILLENDE NIVEAUS 5.1 Stichting niveau Via de OPTIMUS ACADEMIE kunnen op bovenschools niveau opleidingsactiviteiten gevolgd worden. Deze opleidingen worden betaald door OPTIMUS. Voorbeelden van opleidingen via de OPTIMUS ACADEMIE zijn: Opleiding tot Intern begeleider Leergang (Midden)management Opleiding BHV (bedrijfshulpverlening) Opleiding Lichamelijke opvoeding OPTIMUS bekostigt tevens nascholing indien de stichting een medewerker verzoekt om scholing te volgen. In incidentele gevallen bekostigt de stichting ook coachingstrajecten. Deze aanvragen worden per situatie onderzocht. Inhoudelijke informatie over deze opleidingen is terug te vinden op de website van de OPTIMUS ACADEMIE. Elke bevoegde leerkracht kan in principe een van bovenstaande opleidingen volgen. Voorwaarde hierbij is dat de nascholingswensen van medewerkers aansluiten bij de vraag vanuit de stichting. Tevens dient uit verslaglegging vanuit de gesprekkencyclus duidelijk te zijn dat de schooldirectie oog heeft voor de nascholingswens van de betreffende medewerker. Indien het aantal inschrijvingen de beschikbare nascholingsplaatsen overstijgt, maakt de directeur Personeelszaken een keuze. De wijze waarop de beslissing tot stand komt, kan per situatie verschillen. Een verzoek om het aanleveren van aanvullende gegevens kan tot de procedure behoren. Op de website van de OPTIMUS ACADEMIE zal dit per aangeboden opleiding zoveel mogelijk worden toegelicht. Middenmanagement en intern begeleider Voor zowel de opleiding middenmanagement als intern begeleider dient een leerkracht specifieke kwaliteiten in huis te hebben. Het vaststellen van competenties voor het uitvoeren van managementtaken of taken ten behoeve van de taak als intern begeleider wordt bepaald vanuit de profielen in het functiehuis. Aan de hand van een intake gesprek wordt vastgesteld of de betreffende leerkracht de middenmanagementopleiding of opleiding tot intern begeleider mag volgen. De medewerker toont hierbij de vereiste competenties aan. Criteria opleiding middenmanagement of intern begeleider: Leerkracht toont vakbekwaamheid aan Leerkracht beschrijft vanuit eigen competenties welke scholingsbehoefte hij/zij heeft Schooldirecteur ondertekent dit verzoek tot nascholing Procedure opleiding middenmanagement of intern begeleider: Leerkracht dient aanvraag voorzien van motiviatie in bij schooldirecteur Schooldirecteur gaat akkoord Schooldirecteur en leerkracht ondertekenen formulier Formulier verzenden naar secretariaat OPTIMUS Directeur Personeelszaken kent opleiding wel of niet toe of vraagt om een toelichting op basis van de aanvraag.

Nascholingsbeleid


8

OPTIMUS ACADEMIE versus externe aanbieder ‘Een leerkracht heeft een opleiding op het oog die door de OPTIMUS ACADEMIE wordt aangeboden, terwijl ze via een collega enthousiast is gemaakt voor een opleiding met dezelfde inhoud via een externe aanbieder.’ De leerkracht gaat in overleg met de schooldirecteur. De argumenten van de leerkracht en schooldirecteur leiden samen tot een juiste keuze: een opleiding via de OPTIMUS ACADEMIE of een opleiding via een externe aanbieder. De kosten zijn voor rekening van de school. De leerkracht zorgt ervoor dat de originele scholingsovereenkomst verstuurd wordt naar het stafbureau van OPTIMUS. De schooldirecteur neemt een kopie van de scholingsovereenkomst op in het personeelsdossier.

OPTIMUS ACADEMIE ‘Een leerkracht ziet in het aanbod van de OPTIMUS ACADEMIE ‘Omgaan met beginnende geletterdheid in groep 1-2’. Na opvragen van informatie vindt zij de leergang dusdanig interessant dat zij deze opleiding wil volgen.’ De leerkracht verzoekt de schooldirecteur om instemming. De schooldirecteur geeft toestemming door het inschrijfformulier en de scholingsovereenkomst gezamenlijk met de leerkracht te ondertekenen. Indien nodig wordt dit formulier voorzien van aanvullende opmerkingen. De schooldirecteur neemt een kopie van de scholingsovereenkomst op in het personeelsdossier. De leerkracht zorgt ervoor dat de originele scholingsovereenkomst verstuurd worden naar het stafbureau van OPTIMUS. De kosten komen voor rekening van het nascholingsbudget op schoolniveau. Medewerkers van het stafbureau voorzien de betreffende leerkracht van verdere informatie over de opleiding.

Opleiding interne begeleiding of middenmanagement ‘Een van de leerkrachten wenst een opleiding tot intern begeleider te volgen. Op schoolniveau is er op dat moment geen behoefte aan uitbreiding van deze specialisatie. De leerkracht wenst deze opleiding te volgen vanuit de intrinsieke motivatie.’ De leerkracht maakt de wens kenbaar bij de schooldirecteur en onderbouwt de aanvraag door aan te tonen dat hij/zij de competenties heeft die nodig zijn voor het volgen van deze opleiding. Indien de schooldirecteur akkoord gaat, ondertekenen beiden de scholingsovereenkomst. De leerkracht zorgt ervoor dat de originele scholingsovereenkomst verstuurd worden naar het stafbureau van OPTIMUS. De schooldirecteur neemt een kopie van de scholingsovereenkomst op in het personeelsdossier. De opleiding voor intern begeleider wordt centraal georganiseerd, hetzij door OPTIMUS, hetzij door het samenwerkingsverband. Bij toekenning van nascholing wordt in deze gevallen gekeken naar de behoefte aan gespecialiseerde medewerkers op OPTIMUS niveau. De kosten worden bovenschools verrekend, de scholingsovereenkomst wordt in overleg met personeelszaken opgesteld en ondertekend.

Nascholingsbeleid


9

Managementopleiding Deelname aan een managementopleiding die bekostigd wordt door OPTIMUS is alleen bestemd voor schooldirecteuren in functie. Indien er zwaarwegende argumenten zijn om hiervan af te wijken, onderbouwt de leerkracht de aanvraag door aan te tonen dat hij/zij de competenties heeft die nodig zijn voor het volgen van deze opleiding. Deze aanvraag wordt voorgelegd aan de directeur Personeelszaken. De scholingsovereenkomst wordt vervolgens in overleg met personeelszaken opgesteld en ondertekend.

Criteria managementopleiding: Schooldirecteur heeft opleiding middenmanagement of gelijkwaardig gevolgd Schooldirecteur toont vakbekwaamheid aan Schooldirecteur beschrijft vanuit eigen competenties welke scholingsbehoefte hij/zij heeft Procedure managementopleiding: Schooldirecteur dient verzoek in bij College van Bestuur College van Bestuur kent opleiding wel of niet toe

5.2 Team niveau Een school stelt elke vier jaar een schoolplan op. Per jaar wordt vervolgens de verbeterparagraaf door het team, onder leiding van de schooldirecteur, beschreven. Hierin wordt bijvoorbeeld beschreven dat het hele team behoefte heeft aan een bepaalde opleiding. De kosten worden opgenomen in de begroting van de school. Opleidingen die op teamniveau worden gevolgd, worden bekostigd door de betreffende school.

5.3 Individueel niveau Een leerkracht kiest ervoor om een opleiding te volgen naar aanleiding van zijn/haar opgestelde POP (persoonlijk ontwikkelplan), in relatie tot de schoolontwikkelingen. Het kiezen voor een opleiding komt voort uit de intrinsieke motivatie van de leerkracht. Daarnaast kan een schooldirecteur het noodzakelijk achten dat een medewerker nascholing volgt. Alle activiteiten rondom de persoonlijke ontwikkeling van een leerkracht worden opgenomen in het bekwaamheidsdossier. Procedure opleiding op individueel niveau: Leerkracht kiest een opleiding via OPTIMUS ACADEMIE of externe aanbieder Schooldirecteur en leerkracht ondertekenen formulier Schooldirecteur geeft door ondertekening instemming voor betaling door de school Formulier verzenden naar stafbureau van OPTIMUS Lerarenbeurs Wanneer een leerkracht ervoor kiest om gebruik te maken van de lerarenbeurs, gebeurt dit geheel op eigen initiatief. Procedure opleiding via lerarenbeurs Leerkracht vraagt lerarenbeurs aan voor 1 mei DUO ( voormalig centrum financiële overheidsinstelling) verstuurt toekenning van de opleiding naar de betreffende school School mailt toekenning naar directeur Personeelszaken Vervanging van de leerkracht wordt afgestemd tussen schooldirecteur en directeur Personeelszaken

Nascholingsbeleid


10

Vervanging t.l.v. de lerarenbeurs: Indien een school de vervanging voor de duur van het schooljaar intern kan regelen zonder dat een van de betrokken collega‟s achteraf een uitkering aanvraagt, gaan we uit van bekostiging op GPL (gemiddelde personeelslast) basis. Indien de vervanging via de Vervangerspool geregeld wordt, geldt bekostiging conform het prijspeil van de Vervangerspool. Vervanging door dippers (invallers via de digitale invallerspool) zonder tussenkomst van de Vervangerspool is niet toegestaan.

Managementopleiding ‘Een medewerker geeft aan dat zij de managementopleiding wenst te volgen ten behoeve van de functie schooldirecteur primair onderwijs.’ Schooldirecteuren: In principe wordt deze opleiding uitsluitend toegekend aan medewerkers die reeds de functie van schooldirecteur bekleden. De schooldirecteur verzoekt de directeur Personeelszaken om instemming. De schooldirecteur toont vakbekwaamheid aan en beschrijft vanuit eigen competenties welke scholingsbehoefte hij/zij heeft. Het College van Bestuur kan verzoeken om deelname aan een aanvullend onderzoek. Het CvB geeft toestemming door de scholingsovereenkomst gezamenlijk met de schooldirecteur te ondertekenen. Een kopie van de scholingsovereenkomst wordt opgenomen in het personeelsdossier. Overige medewerkers: Indien er zwaarwegende argumenten zijn om hiervan af te wijken, onderbouwt de leerkracht de aanvraag door aan te tonen dat hij/zij de competenties heeft die nodig zijn voor het volgen van deze opleiding. Indien de opleiding wordt toegekend, geldt een andere betalingsregeling. Tweederde deel van de kosten wordt conform de reguliere betalingsregeling in de scholingsovereenkomst opgenomen. De scholingsovereenkomst wordt in overleg met personeelszaken opgesteld en ondertekend. De leerkracht krijgt het resterende deel vergoed zodra hij/zij binnen OPTIMUS een benoeming in de functie van schooldirecteur (of gelijkwaardig) krijgt.

Teamscholing ‘Een van de OPTIMUS scholen heeft voor schooljaar 2010-2011 het voortgezet technisch lezen gekozen als speerpunt. De schooldirecteur heeft in overleg met de intern begeleider gevraagd om een nascholingsaanbod bij de OPTIMUS academie en diverse externe aanbieders.’ Het team volgt nascholing vanuit het nascholingsbudget dat is opgenomen in het P&A budget. De schooldirecteur houdt hier bij het opstellen van de financiële begroting rekening mee. Het College van Bestuur heeft middels het goedkeuren van de begroting reeds ingestemd met deze nascholing. In geval van teamscholing wordt geen scholingsovereenkomst opgesteld. De directie neemt voor deze scholing een aantal dagdelen op in de jaarplanning. Dit kan de woensdagmiddag betreffen. Deel- en voltijders nemen dit in hun eigen planning op.

Nascholingsbeleid


11

Persoonlijke ontwikkeling ‘Tijdens een POP gesprek komt ter sprake dat een leerkracht extra nascholing rekendidactiek wil volgen om het implementatietraject van een nieuwe rekenmethode beter vorm te geven.’ Nascholing is een recht en een plicht voor medewerkers. De schooldirecteur stemt in met het verzoek. De nascholing komt ten laste van het nascholingsbudget op schoolniveau. De schooldirecteur geeft toestemming door de scholingsovereenkomst gezamenlijk met de leerkracht te ondertekenen en een kopie op te nemen in het personeelsdossier. De leerkracht zorgt ervoor dat de originele scholingsovereenkomst verstuurd worden naar het hoofdkantoor van OPTIMUS. Indien nodig wordt dit formulier voorzien van aanvullende opmerkingen. Indien de school om budgettaire redenen niet kan instemmen met het verzoek, volgt nieuw overleg tijdens het opstellen van de begroting voor het volgende schooljaar.

Eigen interesse ‘Een leerkracht verzoekt om bekostiging van een cursus gitaarspelen. De schooldirecteur is van mening dat deze nascholing niet in aanmerking komt voor bekostiging vanuit de nascholingsgelden. Indien de bewuste leerkracht alsnog de gitaarles wil volgen, dient hij/zij deze zelf te bekostigen’ De schooldirecteur is integraal verantwoordelijk voor de besteding van het schoolse deel van het P&A budget. Tevens geeft de schooldirecteur vorm aan Integraal Personeelsbeleid op schoolniveau. Hij/zij legt echter verantwoording af over de besteding van nascholingsgelden aan het College van Bestuur. De schooldirecteur maakt dus zelf de afweging wanneer hij/zij argumenten steekhoudend vindt.

Lerarenbeurs ‘Een leerkracht verzoekt om vervanging vanuit de lerarenbeurs die is toegekend. De schooldirecteur maakt bezwaar omdat hierdoor drie leerkrachten voor de betreffende groep komen.’ OPTIMUS onderschrijft het belang en werkt mee aan de vervanging van leerkrachten die gebruikmaken van deze lerarenbeurs. Indien vervanging om organisatorische redenen niet mogelijk is, onderzoeken we in overleg met betreffende leerkracht en schooldirecteur of er andere mogelijkheden zijn om de vervanging te realiseren. De kwaliteit van het onderwijs voor de groep is hierbij leidend.

Nascholingsbeleid


12

6 ONKOSTENVERGOEDING OPTIMUS maakt onderscheid tussen nascholing in belang van school en nascholing zowel voor individueel belang als in belang van school. De percentages voor de vergoeding van tijd en kosten zijn hiervan afhankelijk. Faciliteiten die in aanmerking komen voor een vergoeding 5: Cursusgeld en/of collegekosten, examengeld en/of diplomakosten Noodzakelijkerwijs te maken reis- en verblijfkosten Aanschafkosten van verplicht gesteld studiemateriaal Nascholing Schoolbelang Persoonlijk belang èn schoolbelang Persoonlijk belang

Tijd

Kosten

100 % ten laste van taakbeleid

100 %

In overleg tussen 0 % en 80 %

Variabel tussen 0 % en 80 %

0%

0%

Afspraken betreffende de onkostenvergoeding worden vastgelegd in de scholingsovereenkomst6.

5 6

Zoals beschreven in artikel 9.7 lid 2 van CAO primair onderwijs.

Zoals beschreven in artikel 9.7 lid 6 van CAO primair onderwijs maken de stichting en de medewerker voorafgaand aan de opleiding afspraken over aard, tijd, duur, aanvang en kosten van de scholing.

Nascholingsbeleid


13

7 TERUGBETALINGSREGELING De terugbetalingsregeling7 is van toepassing wanneer een opleiding niet wordt afgerond. De medewerker betaalt het betreffende percentage terug aan de school of OPTIMUS, daarnaast is de terugbetalingsregeling afhankelijk van: Soort opleiding Betaling op bovenschools of schools niveau Vertrek

Percentage terugbetaling

Tijdens opleiding of binnen 1 jaar na afronding 1 jaar na afronding 2 jaar na afronding 3 jaar na afronding

80 % 50 % 30 % 0%

Wanneer wel terug betalen? Ontslag op eigen verzoek voordat de opleiding is afgerond Opleiding niet met goed gevolg afgesloten Ontslag op eigen verzoek binnen drie jaar na afronding van de opleiding Wanneer niet terug betalen? Opleiding op initiatief van OPTIMUS Ontslag anders dan op eigen verzoek Indien de managementopleiding wordt toegekend aan overige medewerkers, geldt een andere betalingsregeling. Tweederde deel van de kosten wordt conform de reguliere betalingsregeling in de scholingsovereenkomst opgenomen. De leerkracht krijgt het resterende deel vergoed zodra hij/zij binnen OPTIMUS een benoeming in de functie van schooldirecteur (of gelijkwaardig) krijgt. Afspraken betreffende de terugbetalingsregeling worden vastgelegd in de scholingsovereenkomst8.

7

Zoals beschreven in artikel 9.7 lid 5 van CAO primair onderwijs kunnen verleende vergoedingen van kosten voor scholing aan medewerkers terug gevorderd worden. 8 Zoals beschreven in artikel 9.7 lid 6 van CAO primair onderwijs maken de stichting en de medewerker voorafgaand aan de opleiding afspraken over aard, tijd, duur, aanvang en kosten van de scholing.

Nascholingsbeleid


14

8 EVALUATIE Registratie van opleidingsbehoeften Elk jaar vinden er belangstellingsregistraties plaats, medewerkers kunnen door middel van belangstellingsregistratieformulieren kenbaar maken waaraan zij behoefte hebben. Vervolgens kunnen medewerkers samen met hun schooldirecteuren door middel van het ondertekenen van de scholingsovereenkomst kenbaar maken dat zij deel willen nemen aan een interne opleiding van de OPTIMUS ACADEMIE of een opleiding van een externe aanbieder. Het secretariaat houdt bij welke medewerker, van welke school, welke opleiding gaat volgen. Op deze manier kan informatie terug gekoppeld worden aan bijvoorbeeld de OPTIMUS ACADEMIE. Het kan dan gaan om informatie over welke opleiding het meest/minst gevolgd wordt, welke school het grootste/kleinste aantal medewerkers heeft dat nascholing volgt. Hiermee wordt inzicht verkregen in de opleidingsbehoeften van de medewerkers.

Evaluatie nascholingsbeleid Om te kunnen garanderen dat het nascholingsbeleid up-to-date blijft, is het van belang dat er jaarlijks een evaluatie plaatsvindt. Dit kan door middel van enquêtes gericht aan de medewerkers die deel hebben genomen aan het opleidingsaanbod van de OPTIMUS ACADEMIE. Op de laatste opleidingsdag vindt evaluatie plaats door middel van een gesprek tussen de trainer en medewerkers door middel van een evaluatieformulier. Daarnaast vindt er door de trainer terugkoppeling plaats richting de OPTIMUS ACADEMIE. Op deze manier krijgt OPTIMUS zicht op de ervaringen en meningen van de medewerkers.

Opbrengst: De transfer van de opleiding naar de werkplek komt ter sprake tijdens de gesprekken in het kader van de IPB cyclus. De bevindingen van de schooldirecteur komen ter sprake in de gesprekken met de leden van het CvB. Dit kan leiden tot aanpassingen in bijvoorbeeld het opleidingsaanbod van de OPTIMUS ACADEMIE. Wanneer het beleidsmatige aanpassingen betreft kunnen deze doorgevoerd worden in het nascholingsbeleid. Wanneer dit het geval is dient de aangepaste beleidstekst vervolgens ter instemming voorgelegd te worden aan het College van Bestuur en de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad.

Nascholingsbeleid


15

9 BEGRIPPENLIJST Nascholing

: alle activiteiten van een reeds bevoegde leerkracht om zijn/haar kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshoudingen te verdiepen en uit te breiden, waarbij wordt voortgebouwd op de in de opleiding verworven aanvangsbekwaamheid.

Herscholing

: nascholing die meer gericht is op uitbreiding van de aanwezige kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshoudingen.

Bijscholing

: nascholing die meer gericht is op verdieping van de aanwezige kennis, inzicht, vaardigheden en beroepshoudingen.

Omscholing

: alle activiteiten van een reeds bevoegde leerkracht die gericht zijn op het verkrijgen van een nieuwe bevoegdheid binnen het onderwijs.

Nascholingsbeleid


16

Bijlage 1) Scholingsovereenkomst OPTIMUS primair onderwijs Molenstraat 19 / Postbus 315 5431 BW / 5430 AH Cuijk hierna te noemen OPTIMUS en Naam

: ……………………………………………………………..

Adres

: ……………………………………………………………..

Postcode en woonplaats

: ……………………………………………………………..

Geboortedatum

: ……………………………………………………………..

BSN

: ……………………………………………………………..

Functie

: ……………………………………………………………..

School

: ……………………………………………………………..

hierna te noemen medewerker komen het volgende overeen: Scholing Opleidingsinstituut

: □ OPTIMUS ACADEMIE : □ ..………………………………………………………………..

Opleiding

: ………………………………………………………………………

Ingangsdatum

: ………………………………………………………………………

Opleidingsduur

: ………………………………………………………………………

Einddatum

: ………………………………………………………………………

Studiebelastinguren

: ………………………………………………………………………

De opleiding vindt plaats: □ Volledig in belang van school □ Individueel belang en belang van school Terugbetalingsregeling De medewerker is op de hoogte van de terugbetalingsregeling zoals verwoord in het nascholingsbeleid van OPTIMUS primair onderwijs. □

.................................................................................................................. ..................................................................................................................

Nascholingsbeleid


17

Staking of onderbreking van de opleiding In geval de medewerker de opleiding voortijdig staakt of de opleiding tijdelijk onderbreekt, brengt de medewerker de schooldirecteur hiervan direct op de hoogte, schriftelijk en onder opgave van redenen. Indien het een opleiding op stichtingniveau betreft, brengt de medewerker ook de directeur Personeelszaken op de hoogte. Aard van de overeenkomst Deze overeenkomst maakt deel uit van de tussen partijen bestaande arbeidsverhouding. Een origineel getekend exemplaar wordt opgenomen in het personeelsdossier (op stichtingniveau) van de medewerker. Deze overeenkomst eindigt door: Het bereiken van de termijn van drie jaar na de datum van afronding van de opleiding; Beëindiging van het tussen partijen bestaande dienstverband; Het nakomen van de terugbetalingsregeling, indien van toepassing. Directeur Personeelszaken verklaart door ondertekening van deze overeenkomst dat de hierboven genoemde medewerker in aanmerking komt voor nascholing conform het nascholingsbeleid van OPTIMUS primair onderwijs. De medewerker verklaart door ondertekening van deze overeenkomst op de hoogte te zijn van het nascholingsbeleid van OPTIMUS primair onderwijs en akkoord te gaan met de hierboven genoemde afspraken. Aldus overeengekomen en in tweevoud opgemaakt te Cuijk, d.d. ………………………………… Handtekening medewerker

Handtekening schooldirecteur

Naam: ……………………………………………….

Naam: ………………………………………………..

Indien de opleiding bekostigd wordt door OPTIMUS: Handtekening directeur personeel

Handtekening lid CvB ( uitsluitend bij aanvraag directeuren)

Naam: ……………………………………………….

Sturen naar:

Nascholingsbeleid

Naam: …………………………………………………

OPTIMUS ACADEMIE Molenstraat 19 5431 BW Cuijk


18

Bijlage 2) artikel scholing CAO Primair Onderwijs 9. Scholing en professionele ontwikkeling 9.1 Doelstelling Bepalingen in dit hoofdstuk zijn gericht op: - de vergroting van de employability van werknemers, waarmee partijen bedoelen dat een werknemer zodanig is ontwikkeld en opgeleid dat deze breed inzetbaar blijft op zowel de interne als de externe arbeidsmarkt. - de wederzijdse afstemming tussen de wensen van de werknemer met betrekking tot zijn professionele ontwikkeling en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie. - het onderhouden van de vastgestelde bekwaamheidseisen, voor zover van toepassing voor directie, leraren en onderwijsondersteunend personeel. 9.2 Strategie 1. De werkgever formuleert in overleg met de P(G)MR het meerjarenbeleid met betrekking tot scholing en professionele ontwikkeling met het oog op de doelen gesteld in artikel 9.1. 2. Het beschikbare budget9 voor professionalisering wordt verdeeld in een collectief deel en een persoonlijk ontwikkelingsbudget. De verdeling behoeft de instemming van de P(G)MR. 3. In het meerjarenbeleid wordt aandacht besteed aan: - de beoogde ontwikkelingsdoelen van de organisatie en het daarvoor bedoelde collectieve deel van het budget; - de beoogde ontwikkelingsdoelen van de werknemers en het daarvoor bedoelde persoonlijk ontwikkelingsbudget; - de beschikbaar te stellen faciliteiten in tijd en/of geld. 9.3 Introductie en begeleiding 1. De werkgever stelt, in overleg met de P(G)MR, ten behoeve van de introductie en begeleiding van (beginnende) werknemers een regeling vast. 2. In deze regeling wordt ten minste vastgelegd: het doel van de begeleiding, de functionarissen die bij de begeleiding zijn betrokken, alsmede hun taken en bevoegdheden, tijd en middelen die vanuit de organisatie ter beschikking worden gesteld en de wijze waarop de resultaten van de begeleiding worden geëvalueerd. 3. De werkgever stelt, in overleg met de P(G)MR beleid vast met betrekking tot de wijze waarop vervangers in de school worden geïntroduceerd en begeleid. 9.4 Gesprekkencyclus Door of namens de werkgever worden periodiek met elke werknemer gesprekken gevoerd over het (toekomstig) functioneren van de werknemer. Dat gebeurt door middel van een professionele gesprekkencyclus, bestaande uit loopbaangesprekken, functioneringsgesprekken, beoordelingen of andersoortige gesprekken die hetzelfde beogen. Aan een beoordeling van de werknemer kunnen rechtspositionele gevolgen worden verbonden. De werkgever stelt in overleg met de P(G)MR een regeling vast waarin het doel, de onderwerpen, de procedure en de frequentie van de gesprekken zijn vastgelegd, waarbij in ieder geval is geregeld dat voorafgaand aan een beoordeling functioneringsgesprekken hebben plaatsgevonden. Het bepaalde in de artikel 6.1, derde en vierde lid, en artikel 6.19 worden in overweging genomen bij deze regeling.

9

Het budget voor professionalisering is opgenomen in het budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid. Het extra budget voor professionalisering en begeleiding is per 1 augustus 2006 hier aan toegevoegd.

Nascholingsbeleid


19

9.5 Persoonlijk ontwikkelingsplan 1. Het persoonlijk ontwikkelingsperspectief van de werknemer wordt vastgelegd in een persoonlijk ontwikkelingsplan. 2. In het persoonlijk ontwikkelingsplan vindt wederzijds afstemming plaats tussen de wensen van de werknemer met betrekking tot zijn professionele ontwikkeling en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie en worden afspraken gemaakt over zijn scholing, toekomstige inzetbaarheid en doorstroming naar andere interne of externe functies. Werkgever en werknemer maken ook afspraken over de wijze waarop invulling wordt gegeven aan maximaal 50% van de uren voor deskundigheidsbevordering als bedoeld in de artikelen 2.1, derde lid en artikel 2.2, vierde lid, voor scholing en persoonlijke ontwikkeling. 3. In het persoonlijk ontwikkelingsplan worden tevens de afspraken vastgelegd over de door de werkgever beschikbaar te stellen faciliteiten in tijd en/of geld. 4. Het persoonlijk ontwikkelingsplan wordt ten minste eenmaal per vier jaar opgesteld dan wel geactualiseerd en komt jaarlijks in het gesprek over het (toekomstig) functioneren van de werknemer aan de orde. 5. De werkgever biedt aan de werknemer, die binnen de sector primair onderwijs een andere functie ambieert, de gelegenheid de daarvoor noodzakelijke opleiding en scholing te volgen. Afspraken tussen partijen over verlof, studiekostenvergoeding, begeleiding en stagemogelijkheden worden vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst. 9.6 Bekwaamheidsdossier 1. De werkgever en werknemer maken in het kader van de gesprekkencyclus zoals bedoeld in artikel 9.4 af-spraken over de professionele ontwikkeling van de werknemer. 2. Deze afspraken hebben betrekking op specifieke scholing en deskundigheidsbevordering in het kader van de voor werknemer vastgestelde bekwaamheidseisen. 3. De resultaten van de inspanningen worden opgenomen in een bekwaamheidsdossier. 4. Indien de werknemer als gevolg van verwijtbaar handelen door de werkgever niet in staat is gesteld te vol-doen aan de onderhoudsplicht op grond van de Wet BIO en de werknemer hierdoor schade lijdt binnen of direct aansluitend aan zijn dienstverband, is de werkgever, die in gebreke is gebleven, aansprakelijk. 9.7 Scholing 1. De werkgever stelt in overleg met de P(G)MR een regeling vast met betrekking tot scholing van het personeel. 2. In de regeling is opgenomen dat de cursus-, examen-, materiaal- en reis- en verblijfkosten van scholing door de werkgever worden vergoed indien scholing plaatsvindt in opdracht van de werkgever, of op basis van bijlage III, zesde en zevende lid van deze CAO of ten behoeve van behoud van het werkgelegenheidsperspectief van de werknemer. Deze scholing vindt plaats binnen de normjaartaak van de betreffende werknemer. 3. In de regeling zijn de aard en de omvang van de faciliteiten in tijd en geld opgenomen die de werkgever ter beschikking stelt voor overige scholing. 4. In de regeling kan zijn opgenomen in welke gevallen verleende studiefaciliteiten door de werkgever kunnen worden ingetrokken. 5. In de regeling kan zijn opgenomen dat de werknemer een aan hem verleende vergoeding van de kosten van scholing terugbetaalt. Indien dat het geval is bepaalt de regeling in welke gevallen de werkgever die mogelijkheid heeft en in welke mate de terugbetalingsverplichting geldt. 6. Werkgever en werknemer maken, alvorens met de scholing te beginnen, afspraken over aard, tijd, duur, aanvang en kosten van de scholing.

Nascholingsbeleid


20

9.8 Scholing tijdens spaarverlof 1. De werknemer kan tijdens het spaarverlof scholing (studie en/of activiteiten) volgen die de inzetbaarheid op de arbeidsmarkt verhoogt. 2. De kosten van deze scholing komen voor 50% voor rekening van de werkgever tot een maximum van € 1361,-. 3. De werknemer die van het bepaalde in het eerste lid gebruik wil maken, dient dit tijdig, doch uiterlijk binnen 3 maanden na afloop van het verlof, kenbaar te maken aan de werkgever. 4. Indien de werknemer kiest voor een scholing die is in te passen in het scholingsbeleid van de instelling en daarmee het belang van de instelling dient, kan de werkgever voor meer dan 50% de kosten van de scholing vergoeden. Over een dergelijke scholing en vergoeding dienen werkgever en werknemer overleg te voeren en is instemming van beide partijen vereist.

Nascholingsbeleid


21

2010 College van Bestuur GMR Vastgesteld Actualiseren per

Recommend Documents