HET SEIZOEN IN CIJFERS Algemeen Het sportieve seizoen 2013/’14.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Algemeen Het bedrijfsresultaat wordt berekend door de netto-omzet te verminderen met de bedrijfslasten. Het bedrijfsresultaat houdt geen rekening met incidentele baten en lasten, ook het resultaat vergoedingssommen en afschrijvingen op spelers (transfers) worden hier niet in meegenomen. Het bedrijfsresultaat wordt gezien als één van de belangrijkste graadmeters voor financiële gezondheid van een club.
Eredivisie De Eredivisieclubs behaalden in het seizoen 2013/’14 gezamenlijk een negatief bedrijfsresultaat van ruim €31 miljoen. Dit ‘operationele’ verlies ligt daarmee min of meer op hetzelfde niveau als in 2012/'13. Het is daarbij van belang te vermelden dat de verschillen tussen clubs groot zijn. Ter illustratie: het verschil tussen het beste en het slechtste bedrijfsresultaat is ruim €26 miljoen. Van de achttien Eredivisieclubs noteerden vijf clubs een positief bedrijfsresultaat.
Jupiler League De clubs in de Jupiler League behaalden een negatief bedrijfsresultaat van €7,5 miljoen over het seizoen 2013/’14. Tot twee seizoenen geleden liet de divisie een positieve ontwikkeling zien tot een negatief bedrijfsresultaat van €4,3 miljoen over het seizoen 2011/’12. Het operationele verlies in het seizoen 2013/’14 is 15% groter dan vorig seizoen. Van de zestien clubs in de Jupiler League noteerden drie clubs een positief bedrijfsresultaat.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Algemeen Het nettoresultaat is het bedrijfsresultaat vermeerderd of verminderd met posten met een incidenteel karakter. Deze incidentele posten zijn: het resultaat vergoedingssommen en afschrijvingen op spelers (transfers), belastingen en bijzondere/buitengewone baten en lasten.
Eredivisie De Eredivisieclubs realiseerden gezamenlijk een negatief nettoresultaat van bijna €900.000 Een vooruitgang ten opzichte van vorig seizoen; in het seizoen 2012/’13 bedroeg het nettoverlies nog ruim €6 miljoen negatief. De verschillen tussen clubs zijn net als bij het bedrijfsresultaat groot, tussen het beste en slechtste nettoresultaat ligt €24 miljoen. Van de achttien Eredivisieclubs behaalden acht clubs een positief nettoresultaat. In de afgelopen drie seizoenen noteerden de Eredivisieclubs gezamenlijk een beter nettoresultaat dan bedrijfsresultaat wat grotendeels wordt verklaard door het resultaat vergoedingssommen en afschrijvingen op spelers (transfers).
Jupiler League De Jupiler leagueclubs noteerden een negatief nettoresultaat van €3,7 miljoen. Vorig seizoen was dit resultaat nog positief, echter dit kwam grotendeels door één positieve uitschieter. Het divisiebrede nettoverlies zou met uitzondering van deze club ongeveer gelijk zijn gebleven aan het seizoen 2012/’13. Van de zestien Jupiler leagueclubs in dit overzicht noteerden tien clubs een positief of ‘break-even’ nettoresultaat.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Omzet De netto-omzet wordt bepaald door enkele grote inkomstenstromen en een aantal minder invloedrijke posten. Wedstrijdbaten, sponsoring en mediabaten vormen met gemiddeld 80-85% het leeuwendeel van de totale inkomsten. Merchandise, food & beverage, subsidies en overige inkomsten zijn verantwoordelijk voor het resterende deel van de netto-omzet van een club. De netto-omzet is dus exclusief transferinkomsten. De drie grootste posten zijn in deze publicatie verder uitgesplitst.
Eredivisie De totale netto-omzet van de clubs in de Eredivisie bedroeg vorig seizoen ruim €441 miljoen, een stijging van 0,5% ten opzichte van het seizoen eerder. De netto-omzet groeit zodoende voor het vierde jaar op rij. Over de afgelopen vijf seizoenen steeg de netto-omzet van de Eredivisieclubs met ruim 5%, grotendeels verklaard door de toegenomen mediabaten sinds de komst van FOX Sports. De helft van de Eredivisieclubs realiseerde dit seizoen een hogere netto-omzet dan voorgaand seizoen.
Jupiler League In de Jupiler League steeg de gemiddelde omzet per club met ruim 2% naar een gemiddelde van bijna €3,4 miljoen per club. De gemiddelde omzet stijgt al vijf seizoenen in de Jupiler League. De helft van de Jupiler leagueclubs noteerde dit seizoen een hogere netto-omzet dan voorgaand seizoen. De totale omzet in de Jupiler League bedroeg €53,8 miljoen.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Omzet De wedstrijdbaten bestaan uit de opbrengsten uit de verkoop van seizoenskaarten voor de competitie, de verkoop van overige kaarten en plaatsingspremies/prijzengeld met betrekking tot de KNVB beker en Europese competities. De overige kaarten bestaan uit ticketverkoop voor competitiewedstrijden, KNVB bekerwedstrijden en Europese competities.
Eredivisie De wedstrijdbaten stegen met ruim 5% naar een totaal van €115 miljoen. Dit wordt grotendeels verklaard door hogere inkomsten uit Europees voetbal. De Nederlandse vertegenwoordigers in Europa kwamen verder in de Europese competities dan voorgaand seizoen en behaalden daardoor meer plaatsingspremies/prijzengeld. Opvallend is dat naast een lichte daling in seizoenkaartomzet de inkomsten uit losse kaarten voor de nationale competitie met ruim 11% stegen. De wedstrijdbaten vormen met 23% gemiddeld de belangrijkste operationele inkomstenbron na sponsoring.
Jupiler League De wedstrijdbaten in de Jupiler League daalden het afgelopen seizoen met ruim 4% naar een gemiddelde van €447.000 per club, het laagste niveau in de afgelopen vijf seizoenen. De daling in wedstrijdbaten had voor het grootste deel te maken met een kleine terugloop in het gemiddelde aantal toeschouwers. De verschillen tussen Jupiler leagueclubs zijn relatief groot. Clubs kunnen tot maximaal één miljoen euro verschillen.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Omzet Sponsoring is de belangrijkste vorm van inkomsten voor een betaald voetbalorganisatie. Deze inkomstenpost bestaat uit de volgende categorieën: shirtsponsoring, bordreclame, wedstrijdsponsoring, verhuur ruimtes, kledingsponsoring, naamgeving, collectieve contracten en overige sponsoring. Gemiddeld komt bijna de helft van de operationele inkomsten van clubs uit sponsoring.
Eredivisie Onder de druk van de economische zware tijd zijn de totale inkomsten uit sponsoring voor het tweede seizoen op rij met bijna 6% afgenomen tot een kleine €177 miljoen. Een enkele club in de Eredivisie wist de sponsorinkomsten op peil te houden of (licht) te laten stijgen.
Jupiler League De inkomsten uit sponsoring daalden in de Jupiler League voor het eerst in vijf seizoenen, met bijna 4% naar gemiddeld €1,8 miljoen per club. Van de zestien Jupiler leagueclubs in deze analyse realiseerden vier clubs een stijging ten opzichte van vorig seizoen.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Omzet Mediagerelateerde inkomsten zijn inkomsten uit de collectieve verkoop van televisierechten en overige mediarechten. Inkomsten uit televisierechten komen voort uit zowel live verslagen als samenvattingen van wedstrijden uit de nationale competitie, KNVB beker en Europese competities.
Eredivisie De mediabaten bleven in het seizoen 2013/’14 nagenoeg gelijk aan het voorgaande seizoen. De verschillen tussen clubs zijn groot, tussen de hoogste en laagste club in de Eredivisie ligt bijna €18 miljoen. Dit verschil wordt vooral veroorzaakt door de mediabaten uit verkoop van rechten voor Europese competities. Na sponsoring en wedstrijdbaten vormen mediabaten voor de meeste Eredivisieclubs de belangrijkste operationele inkomstenbron.
Jupiler League De mediabaten over het seizoen 2013/’14 stegen in de Jupiler League met 13% naar gemiddeld €480.000 per club. Hiermee stegen de mediabaten voor het derde seizoen op rij en is het gemiddelde het hoogste niveau in de afgelopen vijf seizoenen. De mediabaten vormen met 15% gemiddeld de belangrijkste operationele inkomstenbron na sponsoring.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Kosten De bedrijfslasten van een betaald voetbalclub bestaan uit diverse posten. Personeelskosten is met gemiddeld 60% verreweg de grootste kostenpost. Daarnaast bestaan de bedrijfslasten uit wedstrijd/trainingskosten, huisvestingskosten en verkoopkosten, samen 30%. De overige 10% bestaan uit algemene kosten, afschrijvingskosten en overige kosten.
Eredivisie In het seizoen 2013/’14 bedroegen de totale bedrijfslasten in de Eredivisie ruim €472 miljoen, een stijging van 0,5% ten opzichte van 2012/'13. Aangezien de personeelskosten gelijk bleven werd deze stijging veroorzaakt door de overige kostenposten, waarbij voornamelijk de verkoopkosten en de algemene kosten stegen. Van de achttien Eredivisieclubs in dit overzicht stegen bij tien clubs de totale bedrijfslasten.
Jupiler League In de Jupiler League stegen de bedrijfslasten naar een gemiddelde van ruim €3,8 miljoen per club, een stijging van 3,1% ten opzichte van het seizoen 2012/’13. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door een stijging in de personeelskosten van 5,5%. Het verschil tussen de club met de laagste bedrijfslasten en de club met de hoogste bedrijfslasten bedroeg ruim €6,5 miljoen euro. De helft van de clubs in Jupiler League noteerde in 2013/'14 lagere bedrijfslasten dan een jaar eerder. De gemiddeld divisiebrede stijging van de bedrijfslasten wordt mede veroorzaakt door het promotie/degradatie effect. Clubs die de Jupiler League instromen hebben relatief grotere organisaties dan hun (gepromoveerde) voorgangers. Een grotere organisatie brengt ook hogere kosten met zich mee.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Kosten De personeelskosten vormen met gemiddeld 60% de grootste kostenpost van de totale bedrijfslasten, en bestaan uit salariskosten, sociale premies, pensioenkosten en overige salariskosten. In de jaarrekening van een betaald voetbalorganisatie wordt o.a. onderscheid gemaakt tussen kosten voor contractspelers, technische staf en kosten voor kantoorpersoneel. Het overzicht salariskosten contractspelers wordt ook hier weergegeven.
Eredivisie De personeelskosten bleven nagenoeg gelijk in vergelijking met het seizoen 2012/’13 met een totaal van ruim €265 miljoen. Dit komt gemiddeld neer op 61% van de netto omzet; de personeelskostenratio. Van de achttien clubs noteerden twaalf clubs een stijging. Daarentegen verminderden enkele clubs deze post met meer dan 10%.
Jupiler League De personeelskosten stegen in de Jupiler League met 5,5% naar een gemiddelde van ruim €2,1 miljoen per club. De verschillen tussen clubs in zowel kantoorpersoneelskosten als personeelskosten voor contractspelers zijn echter groot; tot maximaal €4 miljoen verschil. De helft van de clubs in de Jupiler League sneden in de personeelskosten ten opzichte van het seizoen 2012/’13. De gemiddeld divisiebrede stijging van de bedrijfslasten wordt mede veroorzaakt door het promotie/degradatie effect. Clubs die de Jupiler League instromen hebben relatief grotere organisaties dan hun (gepromoveerde) voorgangers. Een grotere organisatie brengt ook hogere kosten met zich mee.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Kosten De salariskosten contractspelers bestaan uit een (vast) garantiesalaris en een variabele component in de vorm van premies. Een historisch overzicht van de ontwikkeling in de salariskosten van contractspelers is daarom alleen mogelijk als gekeken wordt naar het garantiesalaris. De verschillen over de jaren kunnen veroorzaakt worden door enerzijds de hoogte van het salaris of anderzijds het totaal aantal spelers dat onder contract van een Eredivisieclub stond.
Eredivisie In de Eredivisie is het garantiesalaris voor contractspelers in het seizoen 2013/’14 met ruim 7% gedaald ten opzichte van 2012/'13. Tien van de achttien clubs sneden in de vaste beloning voor contractspelers, waarvan zes clubs met meer dan 10%. Het verschil tussen de club in de Eredivisie met het hoogste totaal aan garantiesalarissen en de club met het laagste bedraagt ruim twintig miljoen euro. De divisiebrede daling in salarissen contractspelers wordt mede veroorzaakt door het promotie/degradatie effect. Relatief kleinere organisaties met lagere salaris budgetten vervangen de relatief grotere (gedegradeerde) clubs met hogere salaris budgetten.
Jupiler League De salariskosten voor contractspelers stegen in het seizoen 2013/’14 in de Jupiler League met bijna 14% naar gemiddeld €785.000 per club. De helft van de Jupiler leagueclubs sneed echter in de garantiesalarissen voor contractspelers. De verschillen tussen clubs in de Jupiler League zijn dan ook groot en lopen op tot maximaal €1,5 miljoen. De gemiddeld divisiebrede stijging van de garantiesalarissen contractspelers wordt mede veroorzaakt door het promotie/degradatie effect. Clubs die de Jupiler League instromen hebben relatief duurdere spelers dan hun (gepromoveerde) voorgangers. Een deel van deze garantiesalarissen worden nog uitgekeerd op 'eredivisieniveau', dit zijn relatief hogere garantiesalarissen dan normaliter in de Jupiler league worden betaald.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Transfermarkt Het resultaat vergoedingssommen is de ontvangen netto-opbrengst bij vertrek van een speler minus de nog resterende boekwaarde van de betreffende speler. In het geval van meerdere transfers worden de afzonderlijke resultaten op vergoedingssommen bij elkaar opgeteld en vormen ze samen het resultaat op vergoedingssommen van een club. Het resultaat vergoedingssommen wordt gezien als een incidentele baat en maakt daarom geen deel uit van het bedrijfsresultaat, maar wordt uiteraard wel verwerkt in het nettoresultaat van de club.
Eredivisie De Eredivisieclubs deden gezamenlijk goede zaken op de transfermarkt en wisten het resultaat vergoedingssommen nagenoeg constant te houden in vergelijking met het seizoen 2012/’13. Voor tien van de achttien Eredivisieclubs stegen de transferinkomsten in het seizoen 2013/’14. De verschillen tussen clubs zijn echter groot. De best verdienende club verdiende bijna €22 miljoen meer dan de minst verdienende club op de transfermarkt. Alle clubs boekten een positief resultaat op de transfermarkt.
Jupiler League In de Jupiler League steeg het totale resultaat vergoedingssommen met bijna 62% tot ruim €4,3 miljoen. Het seizoen 2013/’14 is daarmee het meest lucratieve seizoen op de transfermarkt sinds het seizoen 2010/’11. De best verdienende club in de Jupiler League incasseerde bijna €1,4 miljoen meer dan de minst verdienende club. Zes van de zestien clubs behaalden afgelopen seizoen meer transferinkomsten dan in het seizoen 2012/’13. Alle clubs boekten een positief resultaat op de transfermarkt.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Transfermarkt Het resultaat vergoedingssommen (klik hier) geeft een indicatie van de invloed van de transfermarkt op de financiële huishouding van Nederlandse clubs. Hierbij wordt echter geen rekening gehouden met de afschrijvingen die clubs doen op hun aangekochte spelers. De afschrijvingen op vergoedingssommen zijn kosten in verband met in het verleden gedane investeringen (vergoedingssommen) voor spelers. In de grafieken is het resultaat te zien van het resultaat vergoedingssommen minus de afschrijvingen op de aangekochte spelers.
Eredivisie De totale Eredivisie boekte over het seizoen 2013/’14 een positief resultaat vergoedingssommen en afschrijvingen van ruim €41 miljoen; dit is nagenoeg gelijk aan het seizoen daarvoor. De afgelopen vijf seizoenen zien we een stijgende trend in deze post wat grotendeels te verklaren is door enerzijds een stijging in de opbrengsten uit de verkoop van spelers (resultaat vergoedingssommen) en anderzijds dalende afschrijvingen. Er wordt afscheid genomen van ‘dure spelers’ en meer geïnvesteerd in jeugdig talent. Dit seizoen is de trend voor het eerst constant.
Jupiler League In de Jupiler League steeg het saldo resultaat vergoedingssommen met 89% naar bijna €3,5 miljoen. Dit bracht de clubs op het hoogste niveau sinds het seizoen 2010/’11. De afschrijvingen bleven ongeveer gelijk, vooral de stijging in het resultaat vergoedingssommen zorgt voor de stijging op deze post. De helft van de Jupiler leagueclubs realiseerden een stijging in vergelijking met het seizoen 2012/’13.
HET SEIZOEN IN CIJFERS Disclaimer Achtergrondinformatie In deze digitale publicatie, Het Seizoen in Cijfers 2013/’14, doet KNVB Expertise namens alle clubs in de Eredivisie en Jupiler League verslag van de financiële situatie in het Nederlandse betaald voetbal. De publicatie wordt sinds 2009/’10 jaarlijks uitgebracht in het kader van collectieve transparantie. Dit jaar wordt de publicatie voor de tweede keer digitaal gepresenteerd. De belangrijkste financiële variabelen worden gepresenteerd en afgezet tegen de vier voorafgaande seizoenen. Herkomst van data Alle betaald voetbalclubs leveren in het kader van het licentiesysteem betaald voetbal drie maal per jaar (financiële) informatie aan bij het Bureau Licentiezaken van de KNVB. Uiterlijk 1 november worden de jaarcijfers over het voorafgaande seizoen ingeleverd middels gestandaardiseerde documenten. De analyses van deze publicatie zijn gebaseerd op deze cijfers die ingeleverd worden bij Bureau Licentiezaken van de KNVB. De cijfers kunnen na 1 november nog wijzigen na controle van de Licentiecommissie van de KNVB. Ook kunnen deze cijfers afwijken van de jaarcijfers die clubs zelf openbaar maken, omdat er verschillen kunnen zitten in consolidatiekring of afwijkingen in het waarderingsprincipe.
Opmerkingen Door de wisselingen in het aantal clubs in de Jupiler League in de afgelopen seizoenen is er voor gekozen bij de meeste variabelen met betrekking tot de Jupiler League het gemiddelde per club te presenteren. Dit gemiddelde is dit seizoen gebaseerd op 16 clubs. De publicatie is exclusief Achilles ’29, Jong Ajax, Jong PSV en Jong FC Twente. Deze aanpak maakt vergelijkingen met vorige jaren mogelijk. Onderlinge verschillen tussen clubs kunnen echter groot zijn; de ‘gemiddelde club’ bestaat niet. Daarom is er gekozen om bij de Eredivisie op alle posten de totalen te weergegeven. Ook voor de vorige seizoenen is het totaal weergegeven. Verschillen ten opzichte van vorige seizoenen kunnen sterk beïnvloed worden door de gevolgen van promotie en degradatie. Dit geldt met name in Jupiler League waar relatief ‘grote’ clubs de divisie verlaten of binnenkomen. Dit seizoen wisselden twee relatief kleinere clubs (promotie: Go Ahead Eagles en sc Cambuur) met twee relatief grotere clubs (degradatie: Willem II en VVV-Venlo) van divisie. De relatief kleine organisaties van Go Ahead Eagles en sc Cambuur dragen ook minder kosten dan hun gedegradeerde voorgangers, terwijl VVV-Venlo en Willem II relatief grote organisaties zijn met hogere kosten dan gemiddeld in de Jupiler League. Het zogeheten promotie-degradatie effect kan zodoende de totalen en gemiddelden in de Eredivisie en Jupiler League beïnvloeden. Alle betaald voetbalorganisaties zijn middels het licentiesysteem van de KNVB tevens verplicht de financiële jaarcijfers openbaar te maken voor 1 februari van het volgende jaar. Het tijdstip en de plaats waar dit gebeurt wordt door iedere club zelf gekozen.
Uitgave Het Seizoen in Cijfers 2013/’14 is samengesteld door KNVB Expertise, sinds 2008 het kennis- en onderzoekscentrum voor het betaald voetbal en een initiatief van de Eredivisie CV, de Coöperatie Eerste Divisie, de Federatie voor Betaaldvoetbal Organisaties en de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond. Meer informatie over KNVB Expertise is te vinden via www.knvbexpertise.nl.
Vormgeving 60BPM, Capelle a/d IJssel www.60bpm.eu
Publicatiedatum Zeist, 5 februari 2015
Disclaimer Dit is een uitgave van KNVB Expertise. Alle rechten met betrekking tot de intellectuele eigendomsrechten (waaronder het auteursrecht) van deze uitgave berusten bij KNVB Expertise. Niets uit deze uitgave mag geheel of gedeeltelijk zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van KNVB Expertise worden gekopieerd, gedownload, verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze. Hoewel deze uitgave met grote zorgvuldigheid is samengesteld, is KNVB Expertise niet aansprakelijk voor de gevolgen van eventuele omissies of onjuistheden, dan wel andere gevolgen door het gebruik van in deze uitgave voorkomende gegevens of wijzigingen.