11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina A
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina B
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina C
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina D
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 1
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 2
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 3
Jean Webster
Lieve Langbeen Vertaald door Mariska Hammerstein
Uitgeverij Ploegsma Amsterdam
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 4
Kijk ook op www.ploegsma.nl
Dit boek verscheen eerder onder de titel ‘Vadertje Langbeen’ Het e – e duizendtal van ‘Vadertje Langbeen’ verscheen bij Scheltema & Holkema’s Boekhandel en Uitgevers-Mij. te Amsterdam. Daarna verscheen in een nieuwe Nederlandse vertaling van A.C. Tholema bij Uitgeverij Van Breda (de ‘eerste druk’), later overgenomen door Uitgeverij Ploegsma. In heeft Ploegsma het boek helemaal opnieuw laten vertalen door Mariska Hammerstein. Negende, geheel herziene druk / Oorspronkelijke titel: ‘Daddy Longlegs’ Tekst: Jean Webster Illustraties: Jean Webster Vertaling: Mariska Hammerstein Omslagontwerp: Steef Liefting © Nederlandse uitgave: Uitgeverij Ploegsma bv, Amsterdam Alle rechten voorbehouden. Uitgeverij Ploegsma drukt haar boeken op papier met het FSC-keurmerk. Zo helpen we waardevolle oerbossen te behouden.
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 5
Elke eerste woensdag van de maand was Echt Afschuwelijk. Het was zo’n dag waar je enorm tegen opzag, die je moedig moest zien door te komen en dan het liefst zo snel mogelijk vergat. De vloeren moesten brandschoon zijn, alle bedden strak opgemaakt, en er mocht geen stofvlokje op de stoelen liggen. Negenenzeventig wriemelende weesjes moesten worden geboend, gekamd en in keurig gesteven knoopschorten gehesen. En al die negenenzeventig wezen moest worden verteld dat ze zich keurig dienden te gedragen en netjes ‘Ja, meneer’ en ‘Nee, meneer’ moesten zeggen als een regent iets zei. Het was een waardeloze dag vol spanning en de arme Jerusha Abbott, die de pech had de oudste wees te zijn, kreeg altijd de volle laag. Maar ook aan deze eerste woensdag van de maand kwam, net als aan alle vorige, vanzelf een eind. Jerusha ontvluchtte de keuken, waar ze broodjes voor de weeshuisbezoekers had gemaakt, en ging naar boven om haar gewone werk te doen. Zaal f was aan haar zorgen toevertrouwd. Daar stond een hele rij bedjes, waarin elf kinderen van vier tot zeven jaar sliepen. Jerusha riep haar groepje bij zich, streek hun verkreukelde schorten glad, veegde hun neuzen schoon en zette ze in de rij. Gewillig liepen ze naar de eetzaal, waar ze zich
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 6
een half uurtje zoet mochten houden met brood, melk en een pruimentoetje. Zelf plofte ze in de vensterbank en drukte haar verhitte voorhoofd tegen de koele ruit. Ze was al sinds vijf uur ’s morgens bezig geweest om naar ieders pijpen te dansen, waarbij een zenuwachtige directrice haar voortdurend opjutte of op haar mopperde. Mevrouw Lippett gedroeg zich achter de schermen lang niet altijd zo kalm en waardig als wanneer ze een gezelschap van regenten of bezoekende dames ontving. Jerusha staarde naar een groot grasveld dat er stijf bevroren bij lag, en naar de wereld achter het hoge gietijzeren hek dat om het terrein van het weeshuis stond. In de verte zag ze heuvels met hier en daar wat landhuizen en het dorp, waarvan de torenspitsen boven de kale bomen uitstaken. De dag was voorbij en voor zover ze wist, was alles goed gegaan. De regenten en de leden van de visitatiecommissie die vandaag op bezoek waren, hadden hun rondes gemaakt, hun rapporten gelezen en hun thee gedronken. Nu haastten ze zich naar huis, naar hun gezellige haardvuren, om daar de zorgen over hun jonge pupillen weer een maand lang te vergeten. Jerusha boog zich nieuwsgierig – en een beetje verlangend – naar voren om naar de rijtuigen en auto’s te kijken die de poort van het weeshuis uit reden. In gedachte volgde ze het ene na het andere rijtuig naar de grote huizen die over de heuvels verspreid lagen. Ze zag zichzelf in een bontjas en met een fluwelen hoed met veren op de achterbank van een auto zitten en achteloos tegen de chauffeur
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 7
mompelen: ‘Naar huis!’ Maar op de drempel van haar huis vervaagde het beeld. Jerusha had veel fantasie, het soort fantasie dat haar volgens mevrouw Lippett nog eens behoorlijk in de problemen zou brengen als ze niet oppaste. Maar hoe groot haar verbeeldingskracht ook was, ze kwam er niet verder mee dan tot de veranda van het huis waar ze naar binnen wilde. De arme, verlangende, avontuurlijke Jerusha had met haar hele zeventien jaar nog nooit de binnenkant van een gewoon huis gezien. Ze kon zich geen voorstelling maken van het bestaan van mensen die zich in het dagelijks leven niet om wezen hoefden te bekommeren. Jerusha Abbott, je moehoet naar het kantoohoor. En ik denk dat je ook nog moet opschieten! Tommy Dillon, die pas bij het koor zat, liep zingend de trap op en de gang door. Hoe dichter hij bij zaal f kwam, hoe harder zijn gezang klonk. Jerusha rukte zich los van het raam om zich weer op haar dagelijkse problemen te concentreren. Met een stem die scherp klonk van zenuwen onderbrak ze Tommy’s lied. ‘Bij wie moet ik komen?’ Bij mevrouw Lippett in het kantoor. En volgens mij is ze kwaad. A-a-amen!
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 8
Tommy galmde nogal pesterig maar de ondertoon was niet echt gemeen. Zelfs de ongevoeligste wees had medelijden als een van hen door een geïrriteerde directrice naar het kantoor werd geroepen. Bovendien vond Tommy Jerusha aardig, ook al rukte ze soms wat ruw aan zijn arm of boende ze zijn neus er bijna af. Jerusha zei niets toen ze wegliep, maar er zaten twee diepe rimpels in haar voorhoofd. Ze vroeg zich af wat er fout gegaan kon zijn. Waren de broodjes te dun of te dik belegd geweest? Hadden er harde schilletjes in de notentaart gezeten? Zou een van de bezoekende dames het gat in Susie Hawthorns kousen hebben gezien? Of – het zal toch niet waar zijn! – was een van haar engeltjes uit zaal f brutaal geweest tegen een regent? Er brandde geen licht in de benedengang. Toen ze de trap af liep, zag ze dat de voordeur openstond en dat er nog een laatste regent buiten onder de luifel stond te wachten. Jerusha kreeg alleen een vluchtige indruk van de man, en die indruk bestond voornamelijk uit lengte. Hij zwaaide met zijn arm naar een auto die verderop in een bocht van de oprijlaan stond. Toen die in beweging kwam en een paar seconden recht op het gebouw af reed, wierpen de felle koplampen een silhouet van de man op de gangmuur. Zijn schaduw liet belachelijk lange armen en benen zien, die zowel over de muur als over de grond liepen. Hij leek op een enorme langpootmug. Jerusha’s zorgelijke blik verdween en ze schoot in de lach. Van nature was ze een optimistisch type dat overal de humor van in zag. En als er iets grappigs te ontdekken viel aan een strenge regent, was dat mooi meegeno
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 9
men! Een stuk vrolijker dan eerst liep ze het kantoor binnen en nog nalachend keek ze mevrouw Lippett aan. Ook al glimlachte de directrice niet echt, tot Jerusha’s verbazing zag ze er voor haar doen vriendelijk uit. Ze had bijna de poeslieve blik die ze altijd tevoorschijn toverde wanneer ze bezoek ontving. ‘Ga zitten, Jerusha. Ik moet je iets vertellen.’ Jerusha liet zich op de dichtstbijzijnde stoel zakken en wachtte met ingehouden adem af. Er flitste een auto langs het raam, die mevrouw Lippett even nastaarde. ‘Heb je de meneer gezien die net vertrok?’ ‘Ik zag alleen zijn rug.’ ‘Hij is een van onze rijkste regenten en hij heeft het weeshuis veel geld geschonken. Ik mag niet zeggen wie hij is; hij staat erop dat zijn naam niet wordt genoemd.’ Jerusha’s ogen werden iets groter. Ze werd meestal niet naar het kantoor geroepen om de eigenaardigheden van regenten met de directrice te bespreken. ‘Deze meneer heeft voor verschillende van onze jongens belangstelling getoond. Herinner je je Charles Benton en Henry Freize nog? Ze mochten allebei naar de universiteit van meneer… eh… deze regent. En beide jongens hebben door hard te werken en iets te bereiken de investering goedgemaakt die zo edelmoedig in hen was gedaan. Een andere manier van terugbetaling verlangt deze man niet. Tot nu toe was zijn vrijgevigheid uitsluitend gericht op jongens. Ik heb hem nooit zelfs maar een beetje kunnen interesseren voor een van de meisjes binnen ons instituut, hoezeer ze het ook verdienden. Ik mag wel zeggen dat hij niets om meisjes geeft.’
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 10
Omdat ze het gevoel had dat er op dit moment een reactie van haar werd verwacht, mompelde Jerusha: ‘Nee, mevrouw.’ ‘Vandaag is tijdens de maandelijkse vergadering over jouw toekomst gesproken.’ Mevrouw Lippett liet een korte stilte vallen, om langzaam en plechtig verder te praten – iets wat behoorlijk op de zenuwen van haar toehoorster werkte. ‘Zoals je weet, mogen de kinderen hier na hun zestiende jaar niet blijven, maar in jouw geval hebben we een uitzondering gemaakt. Je was veertien toen je van onze school af kwam. Omdat je het zo goed had gedaan – je gedrag niet meegerekend, moet ik erbij zeggen – heb ik erop gestaan dat je naar de middelbare school in het dorp mocht. Nu ben je daar ook bijna klaar en het weeshuis kan natuurlijk niet meer voor je zorgen. Je hebt al twee jaren langer mogen blijven dan de meesten.’ Mevrouw Lippett ging voor het gemak voorbij aan het feit dat Jerusha in die twee jaar hard had moeten werken voor het dak boven haar hoofd, en dat het belang van het weeshuis altijd op de eerste en Jerusha’s opleiding op de tweede plaats had gestaan. Op dagen als deze werd ze thuisgehouden om vloeren en weesjes te schrobben. ‘Zoals ik al zei, is jouw toekomst vandaag ter sprake gekomen en is je dossier besproken. Grondig besproken.’ Mevrouw Lippett keek nu met een beschuldigende blik naar de gevangene in het beklaagdenbankje. De gevangene keek schuldig terug, omdat ze dacht dat dit van haar werd verwacht en niet omdat ze zich een paar bijzonder zwarte bladzijden uit haar leven kon herinneren.
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 11
‘Normaal gesproken zou voor iemand als jij natuurlijk worden besloten dat ze ergens moest gaan werken, maar op school heb je het in sommige vakken uitstekend gedaan. Het lijkt er zelfs op dat je uitzonderlijk goed bent in taal. Juffrouw Pritchard, van onze visitatiecommissie, is ook lid van het schoolbestuur. Ze heeft met jouw taalleraar gesproken en heeft een goed woordje voor je gedaan. Ze heeft vanmiddag ook een van je opstellen voorgelezen. Het had als titel “Waardeloze woensdag”.’ De schuldige blik in Jerusha’s ogen was deze keer niet gespeeld. ‘Ik vind het van weinig dankbaarheid getuigen dat je de instelling die zo veel voor je heeft gedaan, belachelijk hebt gemaakt. Als je er niet in geslaagd was dit op een bijzonder grappige manier te doen, denk ik niet dat iemand je dit had willen vergeven. Maar gelukkig voor jou heeft meneer… ik bedoel, de man die net weg is, een uitzonderlijk gevoel voor humor. Dankzij dit brutale opstel heeft hij aangeboden je te laten studeren.’ ‘Studeren?’ Jerusha’s ogen werden steeds groter. Mevrouw Lippett knikte. ‘Hij is langer gebleven om de voorwaarden met me door te nemen. Die zijn nogal ongewoon. Deze man is bepaald excentriek te noemen. Hij vindt je heel origineel en is van plan je een opleiding tot schrijfster te geven.’ ‘Tot schrijfster?’ Jerusha’s hersenen leken opeens wel pap. Ze kon alleen nog maar herhalen wat mevrouw Lippett zei. ‘Dat is zijn wens. De toekomst zal moeten leren of
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 12
daar iets van terechtkomt. Hij geeft je een bijzonder ruime toelage, voor een meisje dat nooit met geld heeft leren omgaan misschien wel te ruim. Maar hij heeft alles tot in de details uitgewerkt en ik vond niet dat ik in een positie was om iets anders voor te stellen. Je mag hier deze zomer nog blijven en juffrouw Pritchard was zo vriendelijk om aan te bieden zich met je kleding te bemoeien. Het collegegeld en de kosten voor je kamer op de campus zullen rechtstreeks naar de universiteit worden overgemaakt. Daarnaast zul je de vier jaar dat je colleges volgt, elke maand dollar zakgeld krijgen. Hiermee sta je op hetzelfde niveau als de andere studentes. De privésecretaris van deze man zal je het geld maandelijks sturen. Als tegenprestatie moet je hem bij wijze van ontvangstbevestiging elke maand een brief schrijven. Je moet hem dan niet voor het geld bedanken, want dat interesseert hem verder niet. Het is de bedoeling dat je hem vertelt over de vorderingen die je maakt en over wat je allemaal doet op een dag. Het soort brief dat je naar je ouders zou sturen, als die nog hadden geleefd. Deze brieven moet je adresseren aan meneer John Smith, en wel ter attentie van zijn secretaris. Deze regent heet niet John Smith, maar hij wil niet dat zijn echte naam bekend wordt. Voor jou zal hij nooit anders heten dan John Smith. De reden waarom hij deze brieven wil zien, is dat er volgens hem geen betere manier is om je literaire kwaliteiten te ontwikkelen dan door brieven te schrijven. En aangezien je geen familie hebt om mee te corresponderen, wil hij graag dat je hem
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 13
schrijft. Zo kan hij meteen zien of je vooruitgaat. Hij zal je brieven nooit beantwoorden, of op welke manier dan ook reageren op wat je hem schrijft. Hij heeft een hekel aan brieven schrijven en wil niet dat je hem tot last wordt. Als er ooit iets gebeurt waarop wel een reactie nodig is – bijvoorbeeld als je van de universiteit gestuurd zou worden, wat hopelijk nooit zal gebeuren – mag je corresponderen met meneer Griggs, zijn secretaris. Deze maandelijkse brieven van jouw kant zijn absoluut verplicht. Het is de enige tegenprestatie die meneer Smith van je verlangt, dus je stuurt die brieven even stipt alsof het rekeningen zijn die je moet betalen. Ik hoop dat ze altijd op een respectvolle manier worden geschreven en blijk geven van je goede opvoeding. Vergeet niet dat je schrijft aan een regent van het John Grierhuis.’ Jerusha’s ogen zwierven verlangend richting de deur. Het was een complete chaos in haar hoofd en ze wilde van het gezeur van mevrouw Lippett af om in haar eentje alles te kunnen overdenken. Ze stond op en deed alvast een stapje naar achteren. Mevrouw Lippett gebaarde dat ze moest blijven, want ze wilde deze gelegenheid om haar verbale kwaliteiten te demonstreren niet al te snel voorbij laten gaan. ‘Ik mag aannemen dat je gepast dankbaar bent voor deze zeldzame kans die je in de schoot geworpen wordt? Niet veel meisjes in jouw situatie krijgen de gelegenheid om iets te worden in de wereld. Je moet er altijd aan denken dat…’ ‘Ik… Ja, mevrouw, dank u wel. Ik denk dat ik, als u
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 14
uitgesproken bent, nodig weg moet om een nieuw stuk in Freddy Perkins’ broek te gaan zetten.’ Ze trok de deur achter zich dicht en liet mevrouw Lippett, die nog maar halverwege haar betoog was, met open mond achter.
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 15
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 16
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 17
Fergussen Hall , september Lieve aardige-regent-die-wezen-laat-studeren, Daar ben ik dan! Ik heb gisteren bijna vier uur in de trein gezeten. Dat is een grappige ervaring, vindt u ook niet? Ik was nog nooit met de trein geweest. De campus is de grootste en verwarrendste plek die ik ooit heb gezien: iedere keer als ik mijn kamer uit loop, verdwaal ik. Ik zal u er later, als ik weer een beetje helder kan denken, een beschrijving van geven en dan zal ik ook over mijn colleges vertellen. Die beginnen maandag pas en het is nu zaterdagavond. Maar ik wilde alvast een brief schrijven om me aan u voor te stellen. Het voelt heel raar om brieven te schrijven aan iemand die je niet kent. Voor mij is het sowieso raar. Ik heb in mijn hele leven hooguit drie of vier brieven geschreven, dus neem het me alstublieft niet kwalijk als ze niet zijn zoals het hoort. Gistermorgen hebben mevrouw Lippett en ik voor mijn vertrek nog heel ernstig met elkaar gesproken. Ze vertelde hoe ik me de rest van mijn leven moest gedragen en vooral ten opzichte van de vriendelijke meneer die zo veel voor me doet. Ik moet vooral Veel Respect tonen. Maar hoe kun je iemand die John Smith genoemd wil worden nu veel respect tonen? Kon u geen naam vinden
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 18
die wat meer tot de verbeelding sprak? Ik zou mijn brieven net zo goed met Lieve Lantarenpaal of Beste Bureaustoel kunnen beginnen. Ik heb de afgelopen zomer veel aan u gedacht. Dat er na al die jaren iemand is die zich voor mij interesseert, geeft me bijna het gevoel dat ik familie heb gevonden. Het is net of ik nu bij iemand hoor, en dat is een heerlijk gevoel. Maar ik moet zeggen dat als ik aan u denk, mijn fantasie weinig heeft om mee aan de slag te gaan. Er zijn namelijk maar een paar dingen die ik van u weet: . U bent lang. . U bent rijk. . U haat meisjes. Ik zou u natuurlijk ‘Meneer Meisjeshater’ kunnen noemen, maar dat is nogal beledigend voor mij. Of met ‘Regent Rijkaard’, maar dat is beledigend voor u. Dan zou het lijken alsof geld het enige belangrijke aan u was. Trouwens, rijk zijn is een nogal oppervlakkige eigenschap. Misschien blijft u niet uw hele leven rijk; er zijn heel wat slimme mensen op Wall Street kopje-onder gegaan. Maar u zult wel uw hele leven lang blijven! Daarom wilde ik u eerst Langpoot noemen, maar dat vond ik iets te oneerbiedig. Daarom heb ik besloten u voortaan aan te spreken met Langbeen. Ik hoop dat u dat niet erg vindt. Het is maar een koosnaampje en het blijft tussen ons – we zullen het niet aan mevrouw Lippett vertellen. Over twee minuten gaat de bel van tien uur. Onze dag wordt ingedeeld door bellen. We eten, slapen en studeren op de bel. Dat houdt me scherp; ik voel me de he
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 19
le tijd als een brandweerman in de kazerne. Daar klinkt de bel al! Lichten uit! Welterusten. Merkt u hoe nauwgezet ik alle regels volg? Natuurlijk dankzij het feit dat ik goed gedrild ben in het John Grierhuis. Hoogachtend, Jerusha Abbott
11013_Lieve Langbeen
25-02-2011
08:43
Pagina 20
oktober Lieve Langbeen, Ik vind de universiteit geweldig en ik vind u geweldig omdat u me hiernaartoe hebt gestuurd. Ik ben heel, héél blij en aldoor zo opgewonden dat ik er bijna niet van slaap. U kunt zich niet voorstellen hoe anders dit is dan het John Grierhuis. Zelfs in mijn stoutste dromen had ik niet kunnen verzinnen dat zoiets als dit bestond. Ik heb medelijden met iedereen die geen meisje is en hier niet mag komen. Ik weet zeker dat de universiteit waar u als jongen aan hebt gestudeerd, niet half zo leuk was. Mijn kamer is in de toren waarin vroeger, voordat de nieuwe ziekenzaal was gebouwd, de afdeling voor besmettelijke ziekten zat. Op mijn verdieping in de toren wonen nog drie andere meisjes: een ouderejaars met een bril die de hele tijd vraagt of we alsjeblieft iets stiller kunnen zijn, en twee eerstejaars die Sallie McBride en Julia Rutledge Pendleton heten. Sallie heeft rood haar en een wipneus en ze is heel aardig. Julia komt uit een van de voornaamste families van New York en heeft mij nog niet opgemerkt. Ze delen samen een kamer en de ouderejaars en ik hebben allebei een kamer voor onszelf. Meestal krijgen eerstejaars geen eenpersoonskamers; daar zijn er maar weinig van, maar ik heb er een gekregen zonder erom te vragen. Ik neem aan dat ze het op het secretariaat geen goed idee vonden om een welopgevoed