Over kleinschalige economische dynamiek in krimpregio’s/-dorpen
Radboud Engbersen, Platform31, Krimpcafe, Bunne 17 , september 2015
Kennisplatform Demografische Transitie (KDT)
Thema’s: - Ruimte en de bebouwde omgeving - Voorzieningen en leefbaarheid
-Economische dynamiek
33 Kennisvragen KDT Vraag 32:
Hoe kunnen krimpregio’s programma’s samenstellen waarbij ze zich kunnen ontwikkelen en profileren op bijzondere kenmerken? (bijvoorbeeld identiteit, sociaaleconomische kansen, cultureel aanbod, vrije tijd).
Lokale- streek- regionale economie
-Het DNA van de streek -Trots, trend en traditie -De vis die het water niet ziet -
In relatie tot de stad - relatieve contrasten stad en platteland in Nederland In termen van de stad, in termen urbaniteit: peri-urbaan, extra-urbaan (Huigen en Van der Velden 1989)
CBS: Zeer sterk stedelijk (meer dan 2500 omgevingsadressen per km2)
Sterk stedelijk (1500-2500 omgevingsadressen per km2) Matig stedelijke (1000-1500 omgevingsadressen per km2) Weinig stedelijk (500-1000 omgevingsadressen per km2) Niet-stedelijk (minder dan omgevingsadressen per km2)
Soorten ‘platteland’ Sociaal geografische categorieën (esdorp, lintdorp, terpdorp etc.)
Landbouw-platteland, natuur-platteland, bos-platteland, stedelijke platteland (Haartsen 2002) [museum-platteland] Mooie dorpen, voorstedelijke woonplaatsen, schrale woonplaatsen, stagnerende woonplaatsen, woonplaatsen met een religieus karakter en recreatiedorpen (Thissen 1996)
Postcodegebieden met ‘alle voorzieningen’, ‘alle essentiële voorzieningen’, ‘één of twee basisvoorzieningen’, ‘weinig of geen essentiële voorzieningen, en ‘geen voorzieningen’.
Stadslandschappen en/of dorpslandschappen?
Stadslandschappen (Ministerie LNV 1996) Dorpslandschappen (tegenconcept tijdschrift Noorderbreedte) Platteland heeft zelfstandige waarde, niet alleen een achtertuin, recreatieruimte of overloopruimte van de stad
Coalitieakkoord provincie Drenthe - ‘Onze kernkwaliteiten als landschap, natuur, cultuurhistorie en rust zetten we in om er ook economisch de vruchten van te plukken. - ‘Een dynamisch platteland is een vitaal, sociaal en ondernemend platteland.’ - ‘Drenthe is de MKB/ZZP Provincie nummer 1’ - Bron: Dynamisch en ondernemend. Coalitieakkoord provincie Drenthe 2015-2019.
Coalitieakoord provincie Friesland - ‘Fryslân is de mooiste provincie van het land, dat willen we zo houden. Met veel cultuurhistorie en erfgoed, van oude melkfabrieken tot terpen en beschermde dorpsgezichten.’ - ‘De Friese economie draait voor een groot deel op het midden- en kleinbedrijf’ 13 - ‘We zijn het land van Melk en Water’ Bron: Coalitieakkoord 2015-2019. Zes ambities voor Fryslân.
Coalitieakoord provincie Groningen - ‘Groningen is terecht trots op de eigen identiteit. Dat geldt voor onze
monumenten, onze historische landschappen, onze Grunneger toal en streekgebonden cultuur. Het erfgoed geeft Groningen haar gezicht.’ - ‘Samen met gemeenten, bedrijfsleven, woningcorporaties en anderen gaan we kijken hoe we kunnen investeren in de kleine kernen, voorzieningen en regionale economie.’ - ‘Onze inzet is gericht op het versterken van het MKB’ Bron: Vol vertrouwen. Coalitieakkooord Provincie Groningen 2015-2019
Gemeenplaatsen over stad en platteland Stad
Dorp
Dynamiek & bedrijvigheid
Stilstand
Anoniem
Gekend
Vrijheid
Sterke sociale controle
Diversiteit levensstijlen
Uniformiteit
Individu
Gemeenschap
Liberaal
Conservatief
Bedrijvig platteland – belang digitale infrastructuur ‘Het platteland is een broedplaats voor nieuwe bedrijven en bedrijfjes.’ (Dirk Strijker 2011, hoogleraar Plattelandsontwikkeling, RU Groningen).
37% van het aantal bedrijven (412.000) op het platteland 40% van de mensen woont op het platteland Landbouw niet dominant als economische drager Kenmerkend: nevenactiviteiten burgers en boeren Aantal start-ups bovengemiddeld (47%) Belang digitale infrastructuur (glasvezelaansluitingen) Bron: CBS 2009
Vier erfgoedpilots experimentenprogramma wijken dorpseconomie Platform31
- Het NS-station van Winschoten (Groningen)
- De Melkfabriek van Oudega (Friesland) - De Marechausseekazerne van Eexterveenschekanaal (Drenthe) - De Oude Melkfabriek van De Groeve (Drenthe)
Twee centrale vragen vanmiddag
-De visie van de gemeente/provincie op vastgoed/erfgoed. Waar zetten we strategisch op in? -De business case van de pilot? Hoe te economiseren?
Opkomst starterseconomie Innovatieve transformationele kracht van ‘onderop’ - Aantal zzp-ers afgelopen 10 jaar met 200.000 gegroeid - In 2011 728.000 zelfstandige zonder personeel - Grootste deel begint onderneming aan huis in een woonwijk - 50-60% van de stedelijke bedrijvigheid is gevestigd in woonwijken - Opkomst cottage industrie - Opkomst micro-nationals
- Niche-markten
Bedrijvig platteland – belang digitale infrastructuur ‘Het platteland is een broedplaats voor nieuwe bedrijven en bedrijfjes.’ (Dirk Strijker 2011, hoogleraar Plattelandsontwikkeling, RU Groningen).
37% van het aantal bedrijven (412.000) op het platteland 40% van de mensen woont op het platteland Landbouw niet dominant als economische drager Kenmerkend: nevenactiviteiten burgers en boeren Aantal start-ups bovengemiddeld (47%) Belang digitale infrastructuur (glasvezelaansluitingen) Bron: CBS 2009
Leeuwarden Burgum
Oudega
Grou
Drachten
Er is hoop………
De vindingrijkheid van het platteland: combinatiekunde/hybriditeit Een vroegere eigenaar van het café, Jan Kort, was naast caféhouder tevens boer, petroleumloper, boderijder én brugwachter. Het beroep van tapper/brugwachter was een gebruikelijke combinatie’ (Nina van den Broek, Kom, vul de glazen. Oude plattelandscafe’s in Groningen (2003).
Bretagne was gespecialiseerd in dit soort winkels-van-sinkels waar de echtparen hun talenten bundelen zoals iemand graag van meer markten thuis is in de hoop op een meer dan gemiddeld resultaat. Sommigen waren werkelijkheid duivelskunstenaars: ‘s morgens tuinders, ‘s middags kappers, en ‘s avonds verzekeringsagenten. Het dranklokaal was de onmisbare nevenactiviteit. In: Jean Rouaud, De velden van eer (1991) Het boerenbedrijf als ‘verbazingwekkende onderneming (Jan Douwe van der Ploeg, De virtuele boer 1999). ‘Gemengde bedrijvigheid’
Kop van het tekstscherm kan ook met twee regels »eerste tekstregel »tweede tekstregel » subtekst regel op tweede niveau » Subtekst » Subtekst
»derde regel van eerste niveau Pagina 2 van 4
Titel | 00 maand 2009 | blad 4 van x
Opsomming klein » Opsomming 1
» Opsomming 2 » Opsomming 3 » Opsomming 4
» Opsomming 5 » Opsomming 6
Conclusie Pagina 2 van 4
Titel | 00 maand 2009 | blad 5 van x
Afbeelding begeleidende tekst 1 » begeleidende tekst 2
Pagina 2 van 4
Titel | 00 maand 2009 | blad 6 van x
Metaforen van erfgoed Uithangbord
Voedingsbodem Totempaal
Ontmoetingsplaats Bron: Rijkdienst Cultureel Erfgoed (RCE)
33 Kennisvragen KDT Vraag 32:
Hoe kunnen krimpregio’s programma’s samenstellen waarbij ze zich kunnen ontwikkelen en profileren op bijzondere kenmerken? (bijvoorbeeld identiteit, sociaaleconomische kansen, cultureel aanbod, vrije tijd).