Ademruimte voor steden en dorpen
Gelderse prijs voor ruimtelijke kwaliteit 2014
Inhoud
5 Voorwoord, Gedeputeerde Josan Meijers
Colofon Ademruimte voor steden en dorpen
6 Ademruimte voor steden en dorpen, Elbert van der Linden
Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit 2014 Projectteam
12 Apeldoorn, Beekherstel
Elbert van der Linden (projectleider), Jolanda Timmermans (projectassistent), Odette Pieterse (communicatie adviseur) m.m.v. Bas Nijenhuis en Sandra ten Wolde (provinciale selectiecommissie)
24 Berkelland, Stadshart van Borculo
Redactie
36 Ede, Tuinenpark De Koekelt
Tekstschrijvers.nl. Nijmegen en Rotterdam en projectteam, provincie Gelderland
48 Harderwijk, Strandeiland en parkeergarage Houtwal
Tekstbijdragen
60 Heerde, Molencomplex Vrieze’s erfgoed in Wapenveld
Mark van de Laar c.s. (Tekstschrijvers.nl. Nijmegen en Rotterdam)
72 Lingewaal en Geldermalsen, Lingekwartier
Mark Hendriks (Tekstlandschap, Utrecht) Josan Meijers en Elbert van der Linden (provincie Gelderland)
84 Oost Gelre, De Hofbeek in Lichtenvoorde Fotografie Niek Antonise, Nijmegen
96 Ubbergen, Notre Dame des Anges in Ubbergen
Overige fotografie
108 Wageningen, WUR Campus
Gemeente Apeldoorn (Petra Bennink) pag. 15*
120 Zaltbommel, Agnietentuin en Torentuin
en gemeente Harderwijk (Coöperatie Strand Harderwijk) pag. 54-55, 56* Artist impressions Tony Tati (Pennenstreek, Arnhem)
132 Het waarderen van plekken, Elbert van der Linden
Vormgeving
134 Juryrapport, Mark Hendriks
Bob Mors (Povincie Gelderland ) Druk DELTAHage, Den Haag Oplage 500 exemplaren ISBN/EAN 9789073586437
2
Ademruimte voor steden en dorpen
2
Ademruimte voor steden en dorpen
Voorwoord
Ademruimte voor stad en dorp Dit boek portretteert de tien genomineerde projecten voor de vijfde editie van de Gelderse
Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit. Een prijs die de provincie Gelderland eens in de twee jaar uitreikt om aansprekende ruimtelijke projecten in de Gelderse leefomgeving onder de
aandacht te brengen. Deze projecten zijn gekozen, omdat ze op een inspirerende manier vorm geven aan Gelderland en omdat ze een breed publiek verdienen.
Het thema van deze editie is: ‘Ademruimte voor steden en dorpen’. Een thema dat als vanzelf ontstond doordat het als een rode – of eigenlijke groene – draad door alle inzendingen liep. Alle ingezonden projecten, van Apeldoorn tot Zaltbommel, hebben veel aandacht voor
groen in bestaand stedelijk gebied. Het is de kunst om ruimtelijke plannen te koppelen
aan de ambitie om lucht en ruimte voor beleving te creëren of te behouden. Dan ontstaat ruimtelijke kwaliteit.
Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit Dit boek illustreert waar en hoe deze verstedelijkingsparadox in Gelderland is
gerealiseerd. Met trots presenteer ik tien projecten die erin geslaagd zijn de ‘alledaagse’
verstedelijkingsopgave met net iets meer durf en elan op te lossen. Projecten die ruimtelijke kwaliteit inspirerend onder de aandacht brengen en opvallen in de Gelderse leefomgeving. Daarom zijn zij genomineerd voor de Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit 2014. Een
deskundige jury onder leiding van Jan Terlouw en de inwoners van Gelderland hebben een winnaar gekozen en zijn op 5 maart 2014 bekend gemaakt en uitgereikt. Ruimte voor lokale initiatieven Ruimtelijke kwaliteit is niet alleen iets van gemeenten en provincie. De projecten in
dit boek laten vooral ook de betrokkenheid van andere partijen zien: waterschappen,
woningcorporaties en natuurorganisaties. Maar ook omwonenden, een vereniging van
amateurtuinders, vrijwilligers en vele anderen. De provincie Gelderland wil ruimte geven
aan lokale initiatieven en aan mensen die zich willen inzetten voor hun eigen leefomgeving. Louter winnaars Men heeft het weleens over een situatie die alleen verliezers kent, maar bij de Gelderse Prijs
voor Ruimtelijke Kwaliteit is het omgekeerde het geval, die kent alleen maar winnaars. Ook de genomineerden die buiten de prijzen vallen, mogen trots zijn op de mooie bijdrage die zij hebben geleverd aan de kwaliteit van de Gelderse leefomgeving. Daarom zijn ze opgenomen in dit fraaie boek. Een boek dat andere gemeenten hopelijk inspireert tot mooie ruimtelijke ontwikkelingen. Graag nodig ik u uit de projecten uit dit boek in ‘het veld’ te komen
bekijken, om zelf te ervaren dat Gelderland veel ‘ademruimte voor steden en dorpen’ heeft.
Josan Meijers, lid van Gedeputeerde Staten, provincie Gelderland
3
Ademruimte voor steden en dorpen
4
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte voor steden en dorpen
Bij verstedelijking van Gelderland is het allang geen kwestie meer van alleen maar bouwen van gebouwen, ofwel: stad en dorp letterlijk volbouwen. Naast bouwen gaat het vooral ook om lucht en ruimte in, aan en om bestaand stedelijk gebied met veel aandacht voor groen. Ademruimte: groen om te spelen, recreëren, leren, ontmoeten, voedsel verbouwen en natuur ontwikkelen. De tien genomineerde projecten van de Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit
Uiteraard gold dat niet alleen voor Amsterdam. Menig Europese stad bouwde graag een
muurtje om zich heen. Later zijn deze stadsmuren vervangen door een uitgebreid systeem
van vestingwallen. Deze deden nog korte tijd dienst, maar werden uiteindelijk toch als een
last ervaren. Ze belemmerden de verdere ontwikkeling van de stad. Er was geen ruimte meer om te groeien; geen ademruimte…? De stad als ‘een benauwde veste’.
2014 vertellen ieder hun eigen verhaal over die ademruimte. Hoe krijgt onze gebouwde leefomgeving de ademruimte die het verdient? En wat krijgen we dan te zien? Dat wordt
Bedreigingen
in de hierna volgende portretten van de tien genomineerden uit de doeken gedaan. In dit
Ademruimte kan onder druk staan. De stad of het stedelijk gebied kan onder druk komen
essay verken ik op speelse wijze de reikwijdte en de betekenis van het begrip ademruimte in het werkveld van planologie en stedenbouw. Dit vraagt om een nieuwsgierige blik, zowel in Gelderland als even daarbuiten. Juist ook daar om inspiratie op te doen.
te staan. Wat blijft er over aan ademruimte - meer figuurlijk - als de stad wordt bedreigd? Bedreigingen verschijnen in diverse gedaanten. De stad kan lijden onder oorlogsgeweld, strijd en terreur. Er kan sprake zijn van uitbuiting en onderdrukking. Menselijke of
maatschappelijke verhoudingen kunnen extreem uit het lood zijn geslagen. Verlies aan Stedelijk weefsel Het bestaand stedelijk gebied wordt gedefinieerd als het bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid,
detailhandel of horeca en de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen,
door natuurverschijnselen. Grove aantasting van de leefomgeving. Vervuilde lucht. Wie ontfermt zich over de stad?
stedelijk groen en infrastructuur. In deze omschrijving is weliswaar veel aandacht voor
In een stad in Sachsen
uit van de stad of het stedelijk gebied. Deze ‘ademruimte’ is noodzakelijk voor het goed
bezocht ik Leipzig, gelegen in het oostelijk deel van Duitsland, in de deelstaat Sachsen.
bebouwing, maar natuurlijk maakt de openbare ruimte in al haar gedaantes ook onderdeel
Om ademruimte in de stad te ontdekken stel ik voor om er even opuit te trekken. Onlangs
functioneren van stad of dorp, inclusief het gebied eromheen.
Leipzig heeft zich relatief vroeg ontdaan van haar vestingwerken. In de jaren ‘70 van de
Poëtisch concept Ademruimte is geen officiële term in de planologie of stedenbouw. Het is zelfs geen officieel Van Dale-woord. Het is een voor de gelegenheid samengesteld woord voor een plek om op
adem te komen, om te aarden, om te overpeinzen of te bezinnen. Een vitale plek om los te
komen van de drukte van de maatschappij. Ademruimte als een poëtisch en narratief concept in het eigentijdse omgevingsbeleid, gericht op een lichtvoetige verbinding tussen de fysieke plek, haar betekenis en de mens die ruimte en vrijheid om zich heen zoekt.
18de eeuw. De omwalling maakte plaats voor een ruim opgezette ‘landschappelijke’ ring,
met promenades rond een compacte binnenstad. Ademruimte - zo werd het toen vast niet
genoemd - passend bij het hoogburgerlijke en liberale klimaat van die tijd. Met veel oog voor handel en nijverheid en een toenemende verkeersbehoefte. Daarna is er veel met Leipzig
gebeurd: groei, strijd, herstel, bloei, oorlog, terreur, verwoesting, opbouw, onderdrukking, wende, hereniging, herbouw, krimp, groei. Toch is die landschappelijke ring om de stad tot op de dag van vandaag een weidse, open - ademende - ruimte waar groen, cultuur en mobiliteit samengaan in indrukwekkend verblijfs- en verkeersgebied.
Onder druk
Invulling
Een stad of dorp heeft ‘van nature’ ademruimte. Er zijn straten en pleinen, kades met
Leipzig heeft meer ademruimten: het arboretum, de Zoo, stadsparken, enkele overblijfselen
parken en plantsoenen, beken en kanalen, grachten en singels, groene lobben, groene
is dat de stad zich wil profileren als stad aan het water. Kanalen worden hersteld, beken
uitzicht op water, randen met uitzicht op velden, boulevards, avenues en promenades, longen, groene lijnen… Ademruimte heeft een groene kleur. Maar blauw, rood en grijs
passen ook goed. Ademruimte behoort tot het stedelijk weefsel en moeten we koesteren. Maar helaas komt ademruimte soms onder druk te staan. Benauwde veste ‘Het hemelsche gerecht heeft zich ten langen leste / Erbarremt over my en myn benauwde
5
sociale cohesie, verschraling van culturele voorzieningen, onveiligheid op straat. Ramspoed
van 18de-eeuwse tuinen, de historische markt en andere pleinen met allure. Interessant teruggebracht, de Aue wordt gepimpt tot het waterrijke groene lint door de stad. Ook
opvallend zijn de vele volkstuinen (kleingärtnen) die in de DDR-tijd zeer populair waren en waarvoor nu nog steeds veel animo is. Ademruimte zit ook in de vele braakgronden, lege
plekken, vervallen gaten, ongebruikte rangeerterreinen, verlaten en vergeten overhoeken en tussenlandjes. Gronden die om invulling vragen, tijdelijk of permanent.
veste’. Dit zijn de eerste regels van het toneelstuk Gijsbrecht van Aemstel van Joost van
Adembenemend
verhaal speelt zich af rond 1300 toen stadsmuren nog nuttig waren en de Kennemers en
zie ook veel ademruimte doordat het vele industriële erfgoed een nieuwe bestemming heeft
den Vondel dat in 1637 voor het eerst werd uitgevoerd in de Amsterdamse schouwburg. Het
Ik wandel verder door Leipzig. Ademruimte ontstaat niet alleen door groene projecten. Ik
Waterlanders voor Amsterdam een bedreiging vormden. De stad kreeg het ‘Spaans benauwd’.
gekregen, vooral in de alternatieve culturele scene. Vervallen huizen zijn gerenoveerd,
Ademruimte voor steden en dorpen
6
Ademruimte voor steden en dorpen
aangetaste stadsdelen zijn weer in het historisch stedenbouwkundig weefsel teruggebracht,
Ruimte voor fantasie
een spectaculair nieuw leven ingeblazen. En laten we dit ook vooral als ademruimte zien: het
de kruising van Kortestraat, Kleine Oord, Oude en Nieuwe Oeverstraat en Vossenstraat staat
winkelgalerijen zijn vernieuwd, binnenhoven zijn in ere hersteld en het Hauptbahnhof is
Eén ademruimte licht ik er graag uit. Het is een nieuwe plek in de Arnhemse binnenstad. Op
Gewandhaus (prominent concertgebouw), de architectuur van het museum voor moderne
een Rozet: een nieuw centrum voor kennis, cultuur en educatie. Het naastgelegen kantoor
kunst, de Thomaskirche (‘de kerk van J.S. Bach’), de nieuwe Messegelände, Augustusplatz (de voormalige Karl-Marx-Platz) met het prachtige hoofdgebouw van de universiteit van
architect Erick van Egeraat, de uitgegraven Mortitzbastei, de panotheek met panorama van Leipzig 1813, het Völkerschlachtdenkmal et cetera. Wat die laatste plek betreft, besef ik dat
er ook ademruimte is die je juist de adem beneemt. De wandeling door Leipzig leert mij dat ademruimte eveneens te maken heeft met schoonheid, met belevenissen, met herkennen van verleden en toekomst, met gevoel voor identiteit en authenticiteit. Bakermat van de Wende Nog even me verwonderen over Leipzig. In deze stad ligt de bakermat van de Wende. Op
is omgetoverd tot hotel. In het tegenover gelegen Bartokpark ligt een reusachtig aardvarken van dertig meter lang, negen meter hoog en dertien meter breed. Daarnaast ligt Showroom een cultureel platform en podium voor diverse culturele activiteiten. Showroom neemt al
een aantal jaar bezit van een voormalige voetgangerspassage onder een parkeergarage. En
als het seizoen het toelaat komt ergens een verrassende daktuin tot leven. Was het eerste een vergeten plek in de binnenstad, is het nu - alles bij elkaar opgeteld - een bruisende plek met
een eigentijds stedelijk aanbod waar mensen elkaar ontmoeten. Het geeft naast ademruimte ook ruimte voor fantasie. Zo hoorde ik er een kind vragen: “Wat gebeurt er als dat grote aardvarken wakker wordt?”
9 oktober 1989 liepen 70.000 inwoners van de stad vreedzaam en zelfbewust over de ring
Tien voorbeelden
spreken, vergaderen en reizen. Vele plekken in de stad verwijzen naar die gebeurtenis. En
vanzelfsprekend en alledaags vertrouwd. Deze ruimte hoort er immers bij. Maar we hebben
van plein naar plein, roepend om vrijheid. Ademruimte lijkt veel op vrijheid. Vrijheid van
Het weefsel van stedelijke gebieden in Gelderland vertoont ademruimte. Het is bijna
Leipzig is sindsdien ook -letterlijk- op adem gekomen. Het voorheen door bruinkoolwinning
de ruimte ook nodig om ons leven, onze leefomgeving, ten volle te kunnen ervaren en te
aangetaste landschap rond de stad is getransformeerd tot een prachtig ‘Neuseenland’, met
vele meren en plassen voor recreatie en toerisme. Een nieuwe leefomgeving. Schone lucht en nieuwe mogelijkheden.
Verstedelijking in Gelderland Ik keer weer terug naar onze mooie provincie om daar de ademruimte te vinden. Het
stedelijk gebied van Gelderland is zeer divers. Het varieert van de stedelijke agglomeraties van Arnhem-Nijmegen, Apeldoorn-Zutphen-Deventer en Ede-Wageningen, tot aan een
grote verzameling van kleine en middelgrote landstadjes en een nog grotere verzameling
waarderen. De tien projecten van de Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit laten het zien. Creatieve energie en verbeeldingskracht zijn ingezet om vooral groene plekken in en om dorpen en steden zodanig in te richten dat ze bijdragen aan lucht en liefde, en
rust en ruimte. Bouwen aan steden en dorpen betekent meer dan alleen het toevoegen of weghalen van bebouwing en aanleggen van straten en wegen. Het is ook het toevoegen van ontmoetings-, ontdekkings-, bewegings- en belevingsruimten, ecologisch of juist
parkachtig ingevuld, cultureel of juist bouwkundig ingericht. Enthousiast loop ik langs de tien projecten.
grote, middelgrote en kleine dorpen. Ook het landelijk gebied vertoont verstedelijking met
Apeldoorn brengt haar beken terug in het straatbeeld. De lange beeklijnen verbinden de stad
kwaliteit is dat in Gelderland als contramal van de stad ook relatieve leegten te vinden zijn.
naar gelang de sfeer en de functie van het betreffende stadsdeel. Mooie oplossingen om de
kleine kernen en buurtschappen, aangevuld met verspreid liggende (lint)bebouwing. Een Bijvoorbeeld op de stuwwalcomplexen van de Veluwe en Montferland, in de komgebieden
en de uiterwaarden van het Rivierengebied, langs de randmeren en in het noorden van de
met het landschap. In de stad krijgt het herstel van de beek verschillende karakters mee, al gevolgen van klimaatverandering voor de stad op te vangen.
IJsselvallei. Op dit provinciale schaalniveau is ook ademruimte aanwezig.
Berkelland behoudt en beheert in Borculo een ‘koel’ stadspark, grenzend aan het
Bundelen en spreiden
is gerevitaliseerd, cultureel erfgoed is nieuw leven ingeblazen en de verbinding tussen het
Dit verstedelijkingspatroon heeft een cultuurhistorisch verleden van bewoning, ontginning, stadstichtingen, handelslijnen, migratie, bloei, verval, wederopbouw, uitbreiding,
uitgebreide gemeentehuis en een beleefbaar gemaakte rivier: de Berkel. Een winkelplein bestuurscentrum en het stadshart onderging een prettige facelift.
inbreiding, verdichting, herstructurering en krimp. In een eeuwigdurend proces verloopt
Ede biedt slim ruimte aan een geherstructureerd tuinenpark als een groene lob tussen een
van bundelen maakt dat stedelijke functies in stedelijk gebied worden geplaatst, en
tuinenclusters en rondom een centraal gelegen clubhuis. De openbare toegankelijkheid is
de verstedelijking langs de ‘planologische principes’ van bundelen en spreiden. Het principe landelijke functies in landelijk gebied. Het principe van spreiden gaat over het lokaliseren van stedelijke functies in landelijk gebied en landelijke functies lokaliseren in stedelijk
woonwijk en een sportpark. Het is een fraai voorbeeld van stadslandbouw binnen omhaagde verbeterd.
gebied. Bundelen is een sterk principe. Het is vooral ingegeven om bestaande stedelijke
Harderwijk voegt nieuwe stedenbouwkundige elementen toe aan de rand van haar
te benutten, draagvlak voor voorzieningen te garanderen en versnippering en dichtslibbing
strandeiland en parkeergarage de noodzakelijke voorhoede. Met het strandeiland komen
gebieden hun kracht te laten behouden, bestaande ontsluitingen en knooppunten effectief van het buitengebied tegen te gaan. Kan bundelen leiden tot volbouwen, tot hogere
bebouwingsdichtheid, tot het opofferen van lege plekken en het inleveren van ademruimte? Stad aan de Rijn Met een flinke wandeling in en om Arnhem -ik blijf nu dichter bij huis- is het stedenbouw-
kundig weefsel -gebundeld en verspreid, bebouwd en onbebouwd- ruimschoots te beleven en te onderzoeken. Ademruimte kent de stad volop: Park Sonsbeek en Zypendaal, rivier de Rijn en haar kaden en uiterwaarden, Park Lingezegen, de Veluwezoom, de singels (ook Arnhem heeft zich ontdaan van haar benauwde veste), het Marktplein, Kerkplein, Willemsplein, Velperplein; maar ook Musis Sacrum, het Museum voor Moderne Kunst Arnhem, het
historische hart. Voordat het grote project Waterfront echt van start gaat, vormen het
stadsgezicht, boulevard, weidsheid en informele sfeer samen. De parkeergarage vergroot het functionele parkeeraanbod, ingepakt in een historisch bastion.
Heerde levert aan de noordrand van Wapenveld een prachtig kleinood af met de renovatie
en herbestemming van molen De Vlijt en de omliggende gebouwen. Met recht erfgoed dat uitnodigt om in deze landelijke sfeer te vertoeven.
Lingewaal en Geldersmalsen werken samen met partners aan het Lingekwartier, onderdeel van het nationaal landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie. Met herbestemming van forten
en gemalen, de aanleg van paden en natuurterreinen en de renovatie van bunkers, wordt het
GelreDome,et cetera. 7
Ademruimte voor steden en dorpen
8
Ademruimte voor steden en dorpen
verhaal van de waterlinie (opnieuw) verteld. De streek rondom Acqouy, Asperen, Heukelum en Leersum is een bezoek zeker waard.
Oost Gelre brengt voor het dorp Lichtenvoorde het groen naar binnen met De Hofbeek
als groenblauwe draad door het dorp. Inclusief eigentijdse ‘cool nature’ voor spannende avonturen of een heerlijke wandeling.
Ubbergen verplaatste de HAVO-school Notre Dame des Anges. Het nieuwe schoolgebouw
zelf is duurzaam en passend aan de provinciale weg N325 gesitueerd. De ecologische relatie ter plaatste tussen stuwwal en Ooijpolder is versterkt en de recreatieve verbinding met de naastgelegen Ooijpolder is verbeterd door de aanleg van een bijzondere brug.
Wageningen ontwikkelt aan de noordrand van de stad een campus voor de WUR: een
concentratie van onderwijs- en onderzoeksvoorzieningen met internationale allure. Het
terrein wordt gekenmerkt door een groen en open middengebied en bebouwde randzones. In het middengebied bepalen ‘monolieten’ het ruimtelijke beeld.
Zaltbommel bouwt in fasen aan een passend buurtje aan de rand van de stad, maar nog
binnen haar veste. Dat lukt ten dele. Het overgebleven en nog niet benutte braakliggende stuk grond wordt ingezet voor een aantrekkelijke communitygarden: de Torentuin. Een
bijzondere wijze van tijdelijk gebruik dat misschien behouden kan worden op het moment dat de woningmarkt weer aantrekt. Sociale cohesie Hoewel bij elk project de gemeentenaam is genoemd, wil dit niet zeggen dat de lokale
overheid steeds de ‘dragende’ partij is. Opmerkelijk is het dat bij alle tien projecten juist
andere partijen zo nauw betrokken zijn. Bijvoorbeeld waterschappen, recreatieschappen, natuurorganisaties, erfgoedorganisaties, woningbouwcorporaties, schoolbesturen,
kennisinstellingen, verenigingen van ondernemers, bewoners of amateurtuinders. Ze zijn
erbij betrokken omdat het creëren van ademruimte past binnen hun taakstelling, of omdat ze van betekenis kunnen zijn bij de optimale inrichting en het beheer van de projecten. In
alle projecten zijn specifieke doelgroepen zoals bewoners, omwonenden, leden, leerlingen of ondernemers bij de planvorming en uitvoering betrokken. Gebleken is dat wanneer
initiatieven echt van onderaf komen en maatschappelijke slagkracht weten te creëren, dat ze zelfs naar de toekomst toe sociale cohesie weten te bewerkstelligen. Met oog op de toekomst Om ademruimte in, aan en om onze steden en dorpen ruimhartig te koesteren, lijkt het mij
verstandig om telkens een aantal vraagstukken mee te wegen in het omgevingsbeleid. Het is een kleine verzameling van opgaven, aanbevelingen, vragen en vrije gedachten door elkaar.
3
Laten we zorgvuldig omgaan met de ‘open plekken’ in stedelijk gebied. Pleinen en
parken niet volbouwen, ondergrondse oplossingen omarmen, tijdelijk passend gebruik promoten. Ruimhartig inzetten op kwalitatief hoogwaardige openbare ruimte is het devies. Dit is een culturele opgave.
4 Ademruimte is ook te vinden in de stads- en dorpsrandzones. Zones waar de relaties
tussen stad en ommeland sterk zijn. Hoe benutten stad en ommeland optimaal elkaars kracht? En hoe kan dat een plaats krijgen in de randzones? Hier ligt een belangrijke uitdaging om met goede ontwerpen deze randgebieden kleur te geven.
5 Het stedelijk gebied is ook ontvankelijk voor functies die thuishoren in het landelijke gebied. Deze ‘omgekeerde’ spreiding levert innovatieve vormen van grondgebruik op:
stadslandbouw, stadsnatuur, stadswater, stedelijke energiewinning, stille stadsplekken et cetera. Stimulansen gevraagd!
6 Op het schaalniveau van de provincie: stedelijke netwerken versterken ten gunste van
de (inter)nationale concurrentiepositie van Gelderland. Het belang van het economisch functioneren van steden in netwerken roept de vraag op hoe ademruimte daaraan kan bijdragen? Vestigingsklimaat is gebaat bij goede ademruimte.
7 Ademruimte bestaat niet alleen uit‘groene associaties’, maar ook uit ‘rode associaties’: kunstbelevenissen, culturele evenementen, historiciteit, ontmoetingsplekken,
verkeersruimten, sportterreinen, gerenoveerde of gerestaureerde gebouwen, al dan niet met een tweede (of derde…) leven.
8 Zie ademruimte ook als een als een ruimte voor vrijheid en verantwoordelijkheid. Ruimte voor fantasie en verbeeldingskracht. Vergroten en vernieuwen van de participatie en
betrokkenheid. Verbeteren van de toegankelijkheid (fysiek en mentaal). Ademruimte als methode van positief toe-eigenen van de leefomgeving.
9 Wat te doen met de vergeten plekken van de stad? Achterkanten, overhoeken,
braakterreinen. Is leegstand van gebouwen een doorn in het oog of juist ademruimte? Een kwestie van wachten op betere tijden? Over tijd gesproken, streef naar tijdelijk gebruik van deze vergeten plekken of leegstaande gebouwen. Nieuwe doelgroepen kunnen aan de slag.
10 Ademruimte begint bij jezelf. Hoeveel ademruimte geeft mijn huis en tuin? De plek
waar ik woon is de basis voor het gevoel van ruimte. Is die ruimte en de omliggende leefomgeving een ‘benauwde veste’ of een ‘plek om op adem te komen’?
Ga bij u zelf na wat aanspreekt en ik nodig u uit om ideeën toe te voegen aan deze reeks.
Elbert van der Linden, adviseur ruimtelijke kwaliteit, provincie Gelderland 1 Ontdek ademruimte. Bijvoorbeeld door wandelingen te maken en zie hoe ruimtes worden gebruikt en gewaardeerd. Stel verrassende vragen: is er voldoende ademruimte? Is er adembenemende ruimte? Aan welke ademruimte heb ik behoefte? 2
De voortgaande verstedelijking (morfologisch, functioneel en sociaal-cultureel) leidt tot nieuwe aangezichten, voorzieningen en betekenissen. Transformatieprocessen, gebruikmakend van de bestaande voorraad aan gebouwen en beschikbare grond,
moeten minimaal bijdragen aan behoud en versterking van ademruimte. Ten gunste van vitaliteit en leefbaarheid van de stad. Denk ook aan creëren van ademruimte om transformatieprocessen te promoten, op te starten en te begeleiden.
9
Ademruimte voor steden en dorpen
10
Ademruimte voor steden en dorpen
Apeldoorn Beekherstel
In Apeldoorn zijn oude, ondergronds verdwenen beken de laatste jaren weer in het stadsbeeld teruggebracht. Met het project Beekherstel vangen gemeente en waterschap Vallei en Veluwe vele vliegen in één klap. De beken bieden duurzame oplossingen voor de waterhuishouding en betekenen een impuls voor de recreatie en natuurontwikkeling in de stad. Bovenal zien de waterstroompjes er ook nog eens goed uit. Of ze nu door een winkelgebied, een straat met kantoren, een woonwijk of een stadspark lopen.
11
Ademruimte voor steden en dorpen
12
Ademruimte voor steden en dorpen
*
*
Oude beken in een nieuw jasje zijn weer zichtbaar in het stedelijk gebied. Dat levert ademruimte op, van divers karakter. Leefbaar voor vele bewoners, bezoekers, passanten.
13
Ademruimte voor steden en dorpen
14
Ademruimte voor steden en dorpen
De terugkeer van oude stromen levert
Beekwater brengt leven in Apeldoorn
De integrale aanpak van de Apeldoornse beken startte in 2005 met de lancering van het Waterplan. Het idee: tot 2030 stukje bij beetje veertig kilometer aan historische beken herstellen. Een initiatief van de gemeente Apeldoorn en het waterschap Vallei en Veluwe. Een belangrijk doel is het aanpakken van
een verrijking van het straatbeeld op.
duur veel efficiënter, want het zo goed als schone
zo’n waterstroompje via een buis onopvallend onder
nieuwbouwhuizen door. De dakgoten van een
“Een ander voorbeeld: de rioolpomp die nodig was
gebouwd, om de doorgangen te accentueren.
regenwater aan de beek, andere woningen in de
regenwater belast de zuiveringsinstallaties niet.
om water in het stadscentrum door te laten stromen, is weggehaald. Deze is overbodig geworden dankzij het vrije verval van de beek.”
problemen met het grondwater. Doordat de stad op
de straat door. Nu zijn er op veel plekken bruggetjes En er liggen fiets- en wandelpaden langs de beken,
zodat mensen het water kunnen ‘beleven’. Het water is schoon en helder, de bodem zanderig. Je ziet de vissen voorbij zwemmen.
Nut bewezen
voor de industrie vermindert, hebben delen van
Het bekensysteem heeft zijn nut in de Apeldoornse
Ander karakter
en in 2010 troffen enkele zware lokale plensbuien
beekoevers een verschillende aankleding, passend in
uitgegraven beken hebben een regulerende werking op het grondwater. Daarnaast vormen de herstelde beken een natuurlijke buffer voor de opvang van regenwater na een heftige regenbui. Klimaatverandering zorgt voor steeds meer pieken in de hoeveelheden neerslag. Het waterschap en de gemeente wilden hierop in spelen.
waterbeheersing al een paar keer bewezen. In 2009
In verschillende delen van de stad kregen de
de stad. Een van die buien was zelfs de zwaarste
de omgeving. Bijvoorbeeld de opnieuw uitgegraven
in honderd jaar. Op een paar plekken stroomden
weliswaar beken over en er stond een enkele weg blank, maar gebouwen hielden het droog. “Met
alleen het riool, met zijn beperktere wateropvang, waren de gevolgen waarschijnlijk veel ernstiger geweest,” aldus Rossingh.
Pieken opvangen Dankzij het beekherstel zijn de waterstroompjes
Beken verdwenen
fungeren samen als een opvangsysteem voor het
watersysteem met beken. Net als meer plaatsen
in Apeldoorn weer onderling verbonden. Ze
Van oudsher heeft Apeldoorn een uitgebreid
hemelwater, samen met het rioolstelsel. Regenwater
aan de rand van de Veluwe lopen hier veel
verdwijnt niet meer in buizen, maar zinkt in
de grond. Hiervoor zijn er wadi’s, laaggelegen
infiltratiegebieden, nabij de beken aangelegd. Overtollig water stroomt de beek in. Het is een
duurzame manier om regenwater op te vangen,
ook als er ineens heel veel regen valt. Zo stroomt
er minder regenwater naar het IJsseldal. De beken vangen de pieken op en brengen ze vertraagd stroomafwaarts, via natuurlijk verval. Duurzamer geheel Het systeem is voorbereid op nog meer afkoppeling
van het riool. Niet alleen bij nieuwbouw, maar ook
bij bestaande huizen en bedrijfspanden. “Op termijn
waterstromen, die eeuwen geleden al gegraven
waren. Ze leverden schoon water aan wasserijen en watermolens voor onder andere papierproductie.
Grift, de hoofdbeek van Apeldoorn die inmiddels
voor een groot deel is hersteld. Wie deze beek volgt,
ziet dat de beek telkens van karakter verandert. Nabij
in allerlei opzichten een duurzamer geheel dan
niet alleen in waterbouwkundig opzicht voordelen
In het nieuwe Catharina Amaliapark vormen water, plantsoen en bestrating één geheel. Het park ligt
op het dak van de pas gebouwde Brinklaangarage. De beekoever is een uitgekiend samenspel van
beton, steigerhout, natuursteen en beplanting. Pootjebaden mag.
deze waterkant een zitplek voor mensen die op
de bus wachten. Aan de andere kant liggen brede natuurstenen plateaus als flaneerstrook langs
de etalages. “Winkelende bezoekers ervaren het
stromende water dwars door de stad als prettig. Deze
te helpen. In een van de stadsparken is een vijver verbonden met het bekenstelsel. In het midden
van deze waterpartij is een eilandje met een steile voor ijsvogels. Wandelaars en fietsers zien
dit waterminnende vogeltje regelmatig bij de
Apeldoornse beken. Ook gespot is de beekprik. “Dat is een bedreigde vissoort. Voor natuurontwikkeling is het beekherstel dus heel gunstig. De beken zijn
letterlijk lange lijnen die de natuur diep de stad in
brengen. De beekprik zwemt nu dus gewoon door de winkelstraat.”
geworden”, zegt Rossingh. Rust en kwaliteit
vaak niet prominent in het zicht. Voorheen ging
stadscentrum, loopt de Grift tussen
Ademruimte voor steden en dorpen
meer foefjes toegepast om de natuur een handje
zijn er zitjes buiten. Het is een veel fijnere straat
op. Het is ook een verrijking van het straatbeeld.
15
planten verschijnen. Zo hebben de plannenmakers
Ondernemers hebben hun gevels opgeknapt en soms
het oude watersysteem”, zegt Hendrieke Rossingh, Dankzij afkoppeling verloopt waterzuivering op den
bevordert. Op termijn zullen op de muurtjes
winkelstraat ging weer leven toen de beek er lag.
De terugkeer van de oude stromen levert Apeldoorn
Wat er nog over was van historische beekjes, lag
huizen is hier gestegen.”
oever aangebracht. Het is een ideale nestelplaats
een duur ondergronds rioolstelsel. De beken vormen
programmamanager van de gemeente Apeldoorn.
buurt straalt rust en kwaliteit uit. De waarde van de
speciale samenstelling die plantengroei sterk
waren open riolen geworden. De oplossing: de
Verrijking van het straatbeeld
goede toevoeging aan de straat,”, zegt Rossingh. “De
voegwerk van de kade. Het is cement met een
als afscheiding tussen water en weg. Tegelijk is
levert dat veel op: we zijn minder afhankelijk van
druppelt regenwater de beek in. Het geheel blijkt een
loopt, geven kades een wat stedelijker inbedding.
De ene oever is hier een stoere betonnen rand,
hemelwater, voor natuurontwikkeling en recreatie.
porseleinen lepels aan de rand. Via deze lepels
Een aardig detail in de Beurtvaartstraat is het
raakten de beken steeds verder vervuild. Het
opnieuw in te zetten als regelsysteem voor grond- en
hangen kunstwerken in de vorm van kluwens
stadshart, waar het water tussen grote kantoren
Vervolgens stroomt de Grift door een winkelstraat.
en het waterschap het plan opvatten om de beken
afkoppelen zonder problemen en goedkoop regelen.”
Natuurontwikkeling
beken verdwenen. Door de groei van de industrie,
weer tevoorschijn te halen. Totdat de gemeente
er. Huiseigenaren die dat willen, kunnen het
Alexanderlaan zijn de oevers groen. Dichter bij het
Water in de winkelstraat
Lange tijd kwam niemand op de gedachte om ze
vraagt om een lange adem. Het systeem ligt
een vooroorlogse woonwijk aan de Prins Willem
Diverse ontwikkelingen zorgden er voor dat de
waterlopen ondergronds brengen, via rioolbuizen.
straat nog niet. “Het afkoppelen van regenwater
De beek oogt hier als een mini-stadsgracht. Er
de flank van de Veluwe ligt en de grondwaterwinning Apeldoorn overlast door kwelwater. De nieuw
pas neergezet appartementencomplex leveren al
In de Beurtvaartstraat, even buiten het
16
Ademruimte voor steden en dorpen
17
Ademruimte voor steden en dorpen
18
Ademruimte voor steden en dorpen
Beekoevers kregen verschillende aankleding, passend in de omgeving. Stevige kades, ontworpen parken. En hier en daar kunst in de vorm van kluwens porseleinen lepels, waar het water vanzelf vanaf druppelt.
19
Ademruimte voor steden en dorpen
20
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Apeldoorn
Initiatiefnemers Gemeente Apeldoorn Waterschap Vallei en Veluwe Opdrachtgevers Gemeente Apeldoorn Waterschap Vallei en Veluwe Betrokken partijen Ontwikkelaars Eigenaren Dorps- en wijkraden Bewoners IVN Stichting tot behoud van de Veluwse beken en sprengen Landschapsarchitect Gemeente Apeldoorn/OKRA/ Eenheid Projecten Projectleider/programmamanager Hendrieke Rossingh Start planvorming 2005 Start aanleg 2009 Oplevering 2009-2022 Lengte beken 60 km Lengte recreatieve infrastructuur 60 km Aantal bezoekers (gebruikers) Alle bewoners en bezoekers van Apeldoorn
21
Ademruimte voor steden en dorpen
22
Ademruimte voor steden en dorpen
Berkelland Stadshart van Borculo
In Borculo is hard gewerkt aan een flinke opknapbeurt van het centrum. De rivier de Oude Berkel is niet langer een barrière in de stad. Een facelift voor de Veemarkt en omgeving is gecombineerd met de aanleg van een stadspark en de uitbreiding van het gemeentehuis van Berkelland. Het resultaat is een verbinding tussen stad en bestuurscentrum. Het ecologisch opgezette park blijkt populair onder de inwoners voor recreatie én het plukken van gratis groenten.
23
Ademruimte voor steden en dorpen
24
Ademruimte voor steden en dorpen
Borculo, een kleinood aan het water van de Berkel. Het is daar goed toeven zo tussen gemeentehuis en stadshart. Ademruimte met mooie paden, handige bruggen, pluktuinen en zoveel meer.
25
Ademruimte voor steden en dorpen
26
Ademruimte voor steden en dorpen
Ik heb zestig achtertuingesprekken gevoerd
Borculo plukt de vruchten na transformatie
Het hart van Borculo onderging een opzienbarende transformatie. De Oude Berkel is weer een ‘beleefbaar’ en bevaarbaar riviertje geworden. De Veemarkt veranderde in een bruisend plein en is meer geworden dan alleen parkeerterrein. De HEMA opende er een nieuwe vestiging. De voormalige synagoge – lange tijd de opslag van een plaatselijke slager - is volledig gerestaureerd en vrij te bezoeken. Voorheen
“We wilden samenhang tussen de afzonderlijke
het omliggende park.
soorten bessenplanten en fruitbomen. Leerlingen
het gemeentehuis een goede basis. Het bestaande
Duurzame energie
Voor de verdere ontwikkeling van de biodiversiteit
Van Huut uit de jaren 1980. Een icoon van hun
uitermate duurzaam. Zuivelfabriek Friesland Foods,
projecten. Gelukkig had ik voor de uitbreiding van
De energiehuishouding van het gemeentehuis is
organische architectuur, nog gebouwd voor ze het
aan de overkant van de straat, levert in het koude
befaamde kantoor van de Gasunie in Groningen ontwierpen.”
omgetoverd tot aangename wandelroutes. Vlakbij
Verbinding
het centrum, aan de overkant van rivier de Berkel,
Het gebouw hoort bij Borculo, aldus Gersen, en is
het fors uitgebreide gemeentehuis dat uitstekend in de groene omgeving past.
daarom gehandhaafd. Wel zijn er enkele doordachte aanpassingen gedaan. Vanuit het centrum was er al
een zichtlijn naar de hoofdentree van het gemeentehuis, maar een verbinding over de Berkel ontbrak.
Drie ontwikkelingen Aan de kwaliteitsimpuls van het centrum liggen drie ontwikkelingen ten grondslag. Ten eerste
het Centrumplan van Borculo, dat het centrum aantrekkelijker moest maken voor bezoekers.
Daarnaast was er het intergemeentelijke project ‘Beleef de Berkel’, dat het toeristische potentieel van het oude riviertje beter wilde benutten. Zo is er in Borculo een haventje ingericht en zijn
“De band met het centrum was daardoor niet
helder. De Berkel vormde een harde scheiding. De
aanleg van een voetgangersbrug heeft dat opgelost.” Vanuit het centrum ben je nu zo bij het gebouw
Borculo te huisvesten.
bedrijfsrestaurant. Dit restaurant is ook de locatie voor publieksbijeenkomsten. Het nieuwe gedeelte heeft glazen gevels. In het glas is een zeefdruk
van Jasper van de Graaf gegraveerd. Zo heeft het kunstwerk het effect van vitrage. Natuurlijk hoogteverschil
Iconische architectuur “Je kunt de ene ontwikkeling niet los zien van de andere”, zegt Winny Scheeringa, gemeentelijk projectleider Beleef de Berkel. “Ik ben er erg
trots op dat we in korte tijd zo veel projecten met elkaar hebben kunnen verbinden.” Ook Henk
Gersen van IAA Architecten uit Enschede, had als
architect van het nieuwe gemeentehuis oog voor de verschillende ruimtelijke uitdagingen in de stad.
27
Ademruimte voor steden en dorpen
Ondanks het veel grotere volume, valt het gebouw in de omgeving niet heel erg op. “Veel Borculoërs
openbare ruimte in Borculo, vertelt IJsebrands.
“Direct na de aanleg, namen omwonenden het in
niet nodig om voor het gemeentehuis nog nieuwe bronnen te slaan. Zo kwamen we op het idee van
de koppeling met het energiesysteem van Friesland Foods.”
gebruik. Het asfalt van de paden was nog warm toen de eerste skaters er al overheen sjeesden.” Het park
is van iedereen, net als een deel van de begroeiing.
Achter het gemeentehuis staan grote plantenbakken die samen een moestuin vormen. Mensen mogen
boomkwekerij met daarnaast een maïsakker. Daarvoor is een nieuw stadspark in de plaats
gekomen. Iljitsj IJsebrands, groenadviseur van
de gemeente Berkelland, ging voor het ontwerp
uitgebreid in gesprek met omwonenden. Hij zocht
samen met hen naar een balans tussen zichtlijnen en beschutting. De bewoners waren gewend aan de oude akker. Nu zouden ze een openbaar park vlakbij hun achtertuin krijgen. “Ik heb zestig
hier gratis groenten en fruit plukken. En daar
makken ze gretig gebruik van. Doe-teams van de sociale dienst zorgen voor het onderhoud van de
pluktuin. “We willen deze teams binnenkort ook
leren hoe je fruitbomen snoeit. Dan kunnen ze ook
dat soort onderhoud gaan doen in het park”, vertelt
IJsebrands. “Zo levert het park voor iedereen wat op.
De ene persoon neemt gratis eten mee, de ander doet er werkervaring op. Iemand vroeg me een keer wat
die moestuin nou heeft gekost aan gemeentegelden. Mijn antwoord luidde: “De plantjes en een voorraad zaden kostten bij elkaar 144 euro!”
achtertuingesprekken gevoerd. En hoorde veel
ideeën van de mensen. Het eindresultaat is prachtig, vind ik. Alle verschillende wensen geven het park een gevarieerd uiterlijk.” Biodiversiteit
bouw half in de grond te verzinken. We konden
buffer met kunstmatige heuveltjes en een hek. Soms
Tussen het park en de achtertuinen ligt een groene
gebruik maken van een natuurlijk hoogteverschil”,
grazen er schapen. Het parkterrein is open met her
sedumdak op het restaurantgedeelte kleurt mooi bij
insectenholletjes geboord”, legt IJsebrands uit.
zuivelfabriek al veel grondwater oppompt, was het
deze plek te hoog. Vandaar ons idee om de nieuw-
is het gebouw aangepast aan de omgeving: het
van de woningcorporatie. Kinderen hebben de
Het park is een waardevolle toevoeging aan de
vinden een groot gebouw met twee verdiepingen op
zegt architect Gersen. Ook in een ander opzicht
een bedrijf gedoneerd zijn, en oude dakpannen
het oppompen van grondwater. Maar aangezien de
lag van oudsher het arboretum, de gemeentelijke
twee nieuwe bouwblokken met daartussen in een
het oude gemeentehuis, hout van kratten die door
Van iedereen
daarboven de raadzaal.
gerenoveerd en omgevormd tot een stadspark. De
geplaatst. “Gemaakt van hergebruikte stenen van
wilden we aardwarmte gebruiken door middel van
werd aangepakt. Achter het oude gemeentehuis
zo groot geworden. Achter de oudbouw liggen
is er midden in het park een insectenhotel
van water heen en weer transporteren. Aanvankelijk
publieksbalies staan nu in een ruime, open hal met
Door de uitbreiding is het gemeentehuis vier keer
alle ambtenaren en bestuurders in één gebouw in
Gersen: “Het systeem is heel eenvoudig. Een kwestie
Ook de directe omgeving van het gemeentehuis
rondvaren, vrij baan. Ook het arboretum werd
onder de naam Berkelland. Besloten werd om
warme perioden levert de fabriek juist koelwater.
Nieuw stadspark
Berkelzomp’, waarmee vrijwilligers toeristen
gemeenten Borculo, Eibergen, Ruurlo en Neede
ondergrondse buis aan het gemeentehuis. En in de
stadscentrum zijn voor het eerst echt verbonden. De
Kunst als vitrage
de herindeling van 2005. In dat jaar fuseerden de
seizoen restwarmte van haar productieproces via een
van de gemeente Berkelland. Het bestuurs- en
vijf bruggen gebouwd. Nu heeft platbodem ‘de
derde ontwikkeling van de kwaliteitsimpuls is
van basisscholen hielpen met planten en zaaien.
gemeentehuis is een ontwerp van Alberts en
ongezellige steegjes zijn opnieuw ingericht en
ligt een nieuw aangelegd stadspark. Hier staat ook
en hoorde veel ideeën van de mensen.
en der plukjes beplanting. Op diverse plekken zijn
vlinderstruiken geplant, maar ook kruiden, allerlei
28
Ademruimte voor steden en dorpen
29
Ademruimte voor steden en dorpen
30
Ademruimte voor steden en dorpen
Een stadje in de Achterhoek koestert haar waarden; winkelplein, waterplezier, gebouwen uit haar historie. En alles niet zonder samenhang.
31
Ademruimte voor steden en dorpen
32
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Borculo
Initiatiefnemer
Oppervlakte plangebied (totaal)
Gemeente Berkelland
ca. 4,7 ha
Opdrachtgever
nieuwe bebouwing
Gemeente Berkelland
8.300 m² uitbreiding gemeentehuis
Betrokken partijen
voorterrein gemeentehuis
Gemeente Berkelland
330 m weg in entreegebied
Borculose Ondernemersvereniging
86 parkeerplaatsen waarvan 4 voor elektra
Friesland Campina Domo
vernieuwing busstation
Omwonenden
parkgebied
Supervisie
3,7 ha parkgebied (totaal)
L. Scharenborg
1875 m² heuvels met 70% eetbare beplanting
Architect gemeentehuis
1 km recreatief pad
ir. H. Gersen van IAA Architecten
300 m² moestuin
Landschapsontwerper
1000 m²retentievoorziening
ing. I.IJsebrands
Lengte rivier (Berkel)
Stedenbouw
1,5 km incl. incl. 7 bruggen
Gemeente Berkelland
Lengte recreatieve infrastructuur
Bouwmanagement gemeentehuis
Circa 2,3 km
Twijnstra Gudde, Amersfoort
Aantal bezoekers (gebruikers)
Projectleiding intern
Toegenomen aantal bezoekers centrumgebied
A. Dijkmans
Park: in de zomermaanden zeker 40 per dag,
W. Scheeringa
waarvan 5 voor de moestuin
H. ter Beke
Gemeentehuis: 250 medewerkers
I. IJsebrands
Aantal vrijwilligers
R. Asschert
(park aanleg en onderhoud)
Aanleg park/civiele werken
75 scholieren St. Jorisschool Borculo
Van de Haar Groep en NTP Groep
5 vrijwilligers van het IVN
Aannemer gemeentehuis
Onderhoud door Doeteam van Sociale Dienst
Olde Rikkert
Oost Achterhoek
Ontwerp glasprint gemeentehuis
Oogsten van fruit en groenten door de
J. van der Graaf
buurt zelf
Start planvorming 2007 Start bouw en aanleg 2009 Oplevering 2013
33
Ademruimte voor steden en dorpen
34
Ademruimte voor steden en dorpen
Ede Tuinenpark De Koekelt
Het inrichten van het multifunctionele Tuinenpark De Koekelt in Ede had heel wat voeten in de aarde. Het volkstuinencomplex dat hier al jaren was, moest eigenlijk wijken voor voetbalvelden. Maar de tuinders wilden hun paradijsje graag behouden, en dan zonder hek er omheen. Na een grondige aanpak van de tuinen liggen er wandelpaden vanuit de omgeving richting het tuinenpark en hebben de Edenaren De Koekelt echt ontdekt. Er zijn nieuwe verbanden ontstaan tussen buurt en tuindersvereniging.
35
Ademruimte voor steden en dorpen
36
Ademruimte voor steden en dorpen
Voorbij een woonwijk, nabij sportvelden, naast een bosgebiedje en een spoorlijn niet ver, kun je zomaar een tuintje hebben voor eigen plezier en kweek. Ademruimte om van te houden.
37
Ademruimte voor steden en dorpen
38
Ademruimte voor steden en dorpen
Als we met een goed plan kwamen, konden
Open paradijs in Ede
Het inrichten van het multifunctionele Tuinenpark De Koekelt in Ede had heel wat voeten in de aarde. Het volkstuinencomplex dat hier al jaren was, moest eigenlijk wijken voor voetbalvelden. Maar de tuinders wilden hun paradijsje graag behouden, en dan zonder hek er omheen. Na een grondige aanpak van de tuinen liggen er wandelpaden vanuit de omgeving richting het tuinenpark en hebben de Edenaren De Koekelt echt ontdekt. Er zijn nieuwe verbanden
we de gemeente misschien overtuigen.
van vijf hectare binnen een twee meter hoge
Veldhuizen en het Veldhuizer Bos. We vonden ook
Saamhorigheid vergroot
aan het zicht. Wandelaars liepen letterlijk met
wilden meer uitstralen dan dat. Zo rijpte langzaam
effect: onder de tuinders nam de saamhorigheid toe,
omheining. Dik struikgewas onttrok de tuinen een boog om het volkstuinencomplex heen. “Velen wisten niet eens hoe de volkstuinen eruit zagen, zo beschut lag De Koekelt.” Lange tijd leefden de
van Ede, tussen spoorlijn, sportpark en woonwijk.
huurtermijn zou veranderen. Het gemeentelijk
Peppelensteeg, het naastgelegen gebied voor
recreatie en sport. De Koekelt heeft betekenis
voor heel Ede gekregen. In 2012 is het tot park
gerenoveerde gebied geopend. Brede openbare
paden lopen dwars door de ‘stadslandbouw’. Er zijn fruitbomen geplant, een insectenhotel en een bijenstal zijn toegevoegd. In het centraal
gelegen clubgebouw ‘t Veldhuus organiseert de
tuindersvereniging activiteiten voor leden, scholen en de buurt.
door een aankondiging van de gemeente. De
voornemen was dat de tuinders niet meer een
tienjarig huurcontract konden afsluiten, maar
slechts een eenjarig contract. De reden: de gemeente Ede voorzag dat er een uitbreiding nodig was van het
aantal voetbalvelden op Peppelensteeg. “In het begin was er sprake van acht tot tien extra velden, ook op de plek van onze tuinen. Daar waren wij uiteraard niet gelukkig mee. We wilden op deze plek blijven tuinieren”, vertelt Ter Maat. Een onzekere periode
brak aan. “Dat heeft ons behoorlijk wat leden gekost. Elk jaar dat ze huur betaalden en tuinierden, kon het laatste zijn. Daarom stopten sommigen en nieuwe leden meldden zich maar mondjesmaat. Hierdoor kwamen delen van het complex braak te liggen.”
De plannenmakerij kwam in een stroomversnelling definitief besluit nam over het aantal benodigde voetbalvelden: niet tien stuks, maar twee. De
nieuwe velden zouden dus een minder groot beslag leggen op de volkstuinen. Wel was nog steeds een
herindeling van de grond nodig. Het territorium van de tuinders zou krimpen van vijf naar drie hectare.
De tuinders stapten naar de Wetenschapswinkel van
naar de wensen en verlangens van de tuinders. De jonge onderzoekers gingen ook de naburige wijk
in om omwonenden te bevragen. Zo ontstond een
compleet beeld van alle ideeën voor het tuinenpark.
Een werkgroep van tuinders en bewoners ging samen met de studenten aan de slag om een ontwerp te maken.
ontmoeting. “Er hangt een bordje bij de deur: ‘De
van De Koekelt te maken was. Als we met een goed
volkstuinen. De verbindingen met de woonbuurt,
dingen gaan hier heel harmonieus.” Langs elkaar heen
Zo’n gebeurtenis was eerder ondenkbaar. De
tuinders hadden een eigen wereldje: een paradijs
39
Ademruimte voor steden en dorpen
tuinencomplex een multifunctioneel karakter te
geven. Bijvoorbeeld door een bijenstal te plaatsen en het instellen van een vogelbeheergroep, in samenwerking met het Instituut voor
Natuureducatie (IVN). We wilden meer doen
met ecologie en met de nabijheid van woonwijk
zelfs een wachtlijst.
vallen volkstuinen nu onder de afdeling groen,
grondzaken, of sport en recreatie? Er is geen echt beleid voor, ook al ging het om gemeentegrond”,
weet Ter Maat. Nu is De Koekelt, dankzij alle fysieke en sociale verbindingen met de omgeving, integraal onderdeel van de ruimtelijke ordening geworden. Het huurcontract heeft een looptijd van tien jaar. “De gemeente behandelt ons gelijkwaardig en zo voelt het ook. De gemeente Ede ziet het belang
De aanpak resulteerde in een mooi plan. Het
het werd een levendige boel in het clubgebouw. De
toegenomen. Alle 150 tuinen zijn vergeven en er is
beleidsterrein voor de ambtenaren. “Want
gemeente.” Wageningse studenten deden onderzoek
pakken neer. “We wilden kijken of er toch nog iets
zijn. “We speelden eerder al met de gedachte het
2012 is het ledental op De Koekelt met een kwart
onze doelstellingen voet aan de grond krijgen bij de
De overgebleven tuinders zaten echter niet bij de
maken van het gebied een verstandige zet zou
tuinenpark blijkt populair. Na de opening in maart
Voorheen waren de volkstuinen een schimmig
clubgebouw over een veelzeggende onverwachte
meedrinken. We hebben meteen koffie bijgezet en
we doormidden gezaagd en hergebruikt.” Het
Ook de band met de gemeente Ede is nu goed.
die de renovatie ter hand nam, vertelt in het
langs en vroeg voor de grap of ze een kopje mochten
als het hek dat er eerst stond. De oude palen hebben
Verwaal, secretaris van De Koekelt. “We wilden met
Vier clusters
van het nabij gelegen verzorgingshuis wandelde
maakten ook een nieuwe afrastering, half zo hoog
Goede band met gemeente
Totstandkoming tuinenpark De Koekelt
overtuigen.” De vereniging zag in dat het ‘open’
van een eigen watervoorziening deden we zelf. We
plannen op een hoger niveau te krijgen”, zegt Hans
Henk ter Maat, voorzitter van de groep tuinders
plan kwamen, konden we de gemeente misschien
van de vier clusters ter hand genomen. De aanleg
de Universiteit Wageningen. “Dat deden we om onze
Onverwachte ontmoeting
koffie staat klaar’. Een groep verzorgers en bewoners
maar verbeterd. De leden hebben hard gewerkt
aan hun tuinenpark. Zo hebben we de inrichting
toen de gemeente enkele jaren geleden een
De situatie veranderde kort na de eeuwwisseling
hadden. Nu hoort het terrein veel meer bij de
zegt Henk ter Maat. “De onderlinge band is alleen
tuinenpark.”
Ede, en dat was alles.
tuindersvereniging huurde grond van de gemeente
Nog niet zo lang geleden was De Koekelt een
Amateurtuinders Ede die hier een lapje grond
het idee van het omvormen van ons terrein tot
Wetenschapswinkel
Nieuwe bestemming
Er kwamen alleen leden van de Vereniging van
De gezamenlijke inspanningen hadden een prettig
amateurtuinders en ‘Ede’ dus langs elkaar heen. De
ontstaan tussen buurt en tuindersvereniging.
traditioneel volkstuinencomplex in een uithoek
de term ‘volkstuinencomplex’ niet langer geschikt,
ontwerp voor het tuinenpark omvat vier clusters met maar ook met het stadsbos en het sportpark zijn duidelijk: er liggen nu brede paden met tal van
van de volkstuinen voor Ede in en zal daarom de
bijbehorende beleidsuitgangspunten integreren in het gemeentelijk beleid. Er is dus niet alleen hier,
maar ook op het gemeentehuis echt een omslag te zien.”
mogelijkheden om door het tuinenpark te lopen. Naast het clubgebouw ’t Veldhuus is een kavel
gereserveerd voor schooltuintjes. Kinderen van een school en buitenschoolse opvang kunnen hier aan de slag. In het clubgebouw is een vergaderruimte aanwezig die ook wordt gebruikt voor educatieve doeleinden.
40
Ademruimte voor steden en dorpen
41
Ademruimte voor steden en dorpen
42
Ademruimte voor steden en dorpen
Een tuinenpark is hard werken. Stadslandbouw in optima forma. Tegenwoordig ook met veel aandacht voor bijen en andere insecten. Daar worden hele hotels voor opgericht.
43
Ademruimte voor steden en dorpen
44
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Ede
pro
Initiatiefnemer
Lengte recreatieve infrastructuur
Vereniging Amateurtuinders (VAT)-Ede,
ca 700 m
tuinenpark De Koekelt
Aantal gebruikers en
Opdrachtgevers
bezoekers
Gemeente Ede (procedure en uitvoering/
153 tuinierders
aanleg)
Gemiddeld ca. 250 bezoekers per dag
VAT-Ede, tuinenpark De Koekelt
Aantal leden/vrijwilligers
(onderzoek en ontwerp)
153 leden, waarvan ca. 30 actieve leden
Wetenschapswinkel Wageningen UR
(ca. 15 leden periodiek actief, op basis van
Betrokken partijen
periodieke oproepen)
VAT-Ede, tuinenpark De Koekelt
ca. 30% van het totaal aantal leden
Gemeente Ede, afd Ruimtelijke
is van allochtone afkomst; zij
Ontwikkeling, Grondzaken, Sport
vertegenwoordigen ca. 12 verschillende
Wetenschapswinkel Wageningen UR +
nationaliteiten
Alterra + ca 40 studenten
Aantal respondenten in onderzoek in
Algemeen Verbond van Volkstuinders
wijk Veldhuizen
Verenigingen in Nederland – AVVN – te
169 bewoners
Utrecht Projectleider Henk ter Maat, stuurgroep tuinenpark De Koekelt (m.b.t. inrichten tuinenpark De Koekelt) Landschapsarchitect Jeroen Kruijt, Alterra Start planvorming 2007 Start aanleg 2011 Oplevering 2012 Oppervlakte terrein 5 ha
45
Ademruimte voor steden en dorpen
46
Ademruimte voor steden en dorpen
Harderwijk Strandeiland en parkeergarage De Houtwal
Het waterfront van Harderwijk ondergaat een grondige metamorfose: 1400 nieuwe woningen bij het water, een nieuwe jacht- en passantenhaven en een vernieuwde boulevard. Er staat dus nog een flink aantal grootschalige bouwactiviteiten op de rol. Bewust is daarom het Strandeiland als eerste aangelegd; een cadeau voor de Harderwijkers. Maar ook de nieuwe parkeergarage Houtwal is een verrijking voor de stad. Deze is zo gebouwd dat een van oudsher onbebouwd terrein bij de stadsmuur weer in ere hersteld is. De garage en het stadsstrand geven ruimte voor een hernieuwde blik op de oude stad.
47
Ademruimte voor steden en dorpen
48
Ademruimte voor steden en dorpen
Een nieuwe plek aan de rand van de binnenstad in de wijdsheid van het Wolderwijd. Harderwijk kan er uitwaaien, zonnen en loungen. Ademruimte met een verhaal en de tijd krijgt de ruimte.
49
Ademruimte voor steden en dorpen
50
Ademruimte voor steden en dorpen
Je stapt vanuit de historische binnenstad
Hernieuwde blik op historisch Harderwijk
Decennialang heeft Harderwijk zich van het water
Andere kijk op de stad
afgekeerd. Tussen de randmeren en de oude haven-
Zo heeft Harderwijk dus weer een openbaar strand.
stad groeide het Dolfinarium uit tot het grootste Europese zeezoogdierenpark, inclusief een groot parkeerterrein dat de boulevard domineerde. Het ‘masterplan Waterfront’ van stedenbouwkundige Jos van Eldonk herstelt de relatie tussen stad en water. Het is de bedoeling om nieuwe parkeergarages te bouwen waardoor op de plaats van het huidige parkeerterrein een nieuwe jachthaven gegraven kan worden. Een ander groot onderdeel van het plan is de ontmanteling en sanering van de verouderde industriehaven, vlakbij de binnenstad. Op die plaats verrijst een wijk waar je kunt wonen aan het water. De industrie is inmiddels naar een nieuw bedrijventerrein aan de andere kant van de provinciale weg N302 verhuisd. Deze verbinding met Flevoland is in de afgelopen jaren overigens al sterk
Iets ten zuidwesten van het Dolfinarium, aan een dam die een stukje het Wolderwijd in steekt.
Tot ver in de jaren vijftig had Harderwijk een stads-
strand, op de plek waar het Dolfinarium kwam. Het strand is nu weer terug. En wel als eerste onderdeel
Om het ‘opdrijven’ van de bak te voorkomen, zitten
bouw van de ondergrondse parkeergarage Houtwal,
lengte van 34,5 meter. De vloer is van enkele meters
plaats daarvan nam de gemeente het initiatief tot de met 450 plaatsen.
‘hun’ Strandeiland oplopen, krijgen een andere kijk oogharen kijken, zien ze het panorama van Harder-
op. Alleen enkele kleine entreegebouwen zijn van
Museumstuk
Bovengronds valt deze parkeergarage nauwelijks
Wie helemaal naar beneden rijdt, stuit op een ander
wijk zoals het er eeuwen geleden uitzag. “Je stapt
een afstand zichtbaar. Ze zijn met hout bekleed, als
historische voorpoort. Bij het bouwrijp maken van
bovendien vanuit de historische binnenstad een ontspannen sfeer binnen. Dat is een reactie die ik veel
gehoord heb”, zegt gemeentelijk stedenbouwkundige Tyco Ferwerda. De toegangsdam is een knipoog
naar de lokale geschiedenis. Precies op die plek lag namelijk ooit een havenbrug voor de Bruggepoort.
In de gloriedagen van de Hanzehandel lagen er twee van zulke havenbruggen voor de stadsmuur. Op een
uit 1560 daterende plattegrond van Jacob van Deven-
gingen voor de kust voor anker. Kleine bootjes pikten visvangsten en andere lading op en brachten deze bij de havenbruggen aan land. Cultuur en natuur
we dit niet aan het eind maar aan het begin van het
cultuur en natuur. In mei 2013 is het Hanzebaken ge-
verwijzing naar de historie. Verder domineert de
open ruimte. Net als vroeger. Daardoor is het zicht
op de gerestaureerde stadsmuur weer optimaal. Op
het grootste deel van het garagedak ligt gras. In het verlengde van dit plantsoen ligt de Vitringasingel, die ook is gereconstrueerd. In combinatie met de
groene aankleding van het garagedak is een open
gebied ontstaan tussen de oude stad en de uitbrei-
dingswijken. Enkele voetgangersbruggen verbinden de omliggende woonbuurten met het plantsoen op
de garage. Centraal in het gebied ligt een lichtkoepel
van dertien meter doorsnee, die het daglicht doorlaat
het beeld van de nieuwbouw nog meer aansluit bij
een gouden kogge, zeilend op de woeste golven. Het
keergarage direct op. Het is een cilinder van 21 meter
al voorzichtig begonnen met de exploitatie van het nieuwe recreatiegebied. Afgelopen zomer rolden
Harderwijkers hier bij mooi weer massaal hun hand-
wijst naar de Hanzetijd van Harderwijk en verbeeldt
Ondergronds valt de bijzondere vorm van de par-
strandeiland grenst aan het Natura 2000-gebied
diep. “Het was ons doel de mooiste ondergrondse
vogels. Een onderbreking in een strekdam aan de
noordkant van het Strandeiland markeert de begrenzing van dit gebied.
doeken uit. “De stad omarmt het Strandeiland. Vier
Historische houtwal
gegaan. Zij nemen en stimuleren allerlei initiatie-
gedaan aan de stadshistorie. Ooit graasde er vee bij
enthousiaste jonge ondernemers zijn aan de slag
Ook aan de andere zijde van het centrum is recht
ven; de tijd zal uitwijzen welke activiteiten hier goed
de Luttekepoort, die nu grotendeels verdwenen is.
aanslaan.” Er is een kleurige zeecontainer neergezet als tijdelijke strandtent en er waren evenementen, zoals een beachvolleybaltoernooi en muziekoptredens. De eerste trouwerij is er ook al gevierd.
51
Ademruimte voor steden en dorpen
In latere eeuwen was op die plaats een loswal voor een houtverwerkingsbedrijf. En de laatste decennia bepaalde een onvriendelijk ogend, rommelig parkeerterrein hier het beeld. Een plan voor een
opleveren”, zegt Sjoerdsma. De oude fundamenten
staan nu als een museumstuk opgesteld. Precies in
het midden van de cilinder en fraai uitgelicht. Zo’n behandeling krijgen archeologische vondsten lang
niet altijd, door tijdsdruk of geldgebrek. “Bij andere
projecten verdwijnen ze in de breker. Wij besloten de historische resten op te graven en terug te plaatsen in de garage. Voor de gemeente Harderwijk was de
meerwaarde van historische elementen in het pro-
opknappen en herplaatsen waren 45.000 euro, en
de oude binnenstad. Kurkentrekker
graven wordt. Toch is in het eerste zomerseizoen
melijk twee dagen voor we het bouwterrein zouden
dat namen we voor lief.”
plaatst, een kunstwerk van Marte Röling. Het ver-
Veluwerandmeren, populair onder rustende water-
eerste instantie was dat even schrikken. Het was na-
bekleed met karakteristieke kloostermoppen, zodat
het plantsoen en de toerit naar de garage zijn geheel
project aangelegd”, zegt Waterfront-directeur Frank
over een paar jaar, als de passantenhaven uitge-
de grond kwamen die restanten tevoorschijn. “In
ject zonneklaar. De meerkosten voor het opgraven,
Het strandeiland combineert recreatie, kunst,
eerste realiseren.” De definitieve inrichting gebeurt
cadeau van de gemeente: de fundamenten van een
tot op de bodem van de garage. De lage muurtjes in
als een cadeau voor onze inwoners. Daarom hebben
economische crisis konden we het Strandeiland als
dik beton gemaakt en de wanden meten 1,2 meter.
Open gebied
van het masterplan. “We beschouwen het strand
Brouwer van de gemeente Harderwijk. “Ondanks de
er 409 ankerpalen in de vloer, met een gemiddelde
op hun stad. Als ze zich omdraaien en door hun
Zuiderzee er plaatselijk ondiep was. Grote schepen Nieuw recreatiegebied
parkeergarage met winkelplint ging niet door. In
Harderwijkers die anno 2014 de toegangsdam van
ter zijn ze te zien. De bruggen waren nodig omdat de
verbeterd.
een ontspannen sfeer binnen.
parkeergarage van Nederland te bouwen”, vertelt
gemeentelijk projectleider Rick Sjoerdsma trots. “En
deze blijkt door de ronde vorm in de praktijk ook nog eens heel gemakkelijk en prettig in het gebruik.” De
grote glazen koepel zorgt ervoor dat het binnen daadwerkelijk licht is. De witte wanden en vloercoating
helpen daar nog eens extra bij. Nergens in de garage staan pilaren in de weg of zijn er steile hellingen. Aparte verdiepingen zijn er niet. Automobilisten
draaien in één vloeiende beweging de diepte in, alsof ze over een kurkentrekker rijden. Bouwtechnisch is de garage evenzeer een kunststukje.
52
Ademruimte voor steden en dorpen
53
Ademruimte voor steden en dorpen
54
Ademruimte voor steden en dorpen
*
Gebruik de nieuwe plekken voor ontspanning, voor spelen en new urban life. Maar ook praktisch. Noodzakelijke voorzieningen voor de stad.
55
Ademruimte voor steden en dorpen
56
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Harderwijk
Strandeiland
Parkeergarage Houtwal
Initiatiefnemer
Initiatiefnemer
Gemeente Harderwijk/vof Waterfront
Gemeente Harderwijk
Opdrachtgever
Opdrachtgever
vof Waterfront
Gemeente Harderwijk
Betrokken partijen
Betrokken partijen
Synchroon/TBI Koopmans/Boskalis bv
Ondernemersvereniging Binnenstad
Plaatselijke ondernemers
Buurtbewoners
Architecten
Rayonarcheoloog
Jos van Eldonk (Masterplan)
Architecten
Victor Schölvinck (tijdelijke functies)
Strukton
Landschapsarchitect
gemeente Harderwijk
Lodewijk Baljon
Landschapsarchitect
Stedenbouwer
Niek Heijboer
Tyco Ferwerda
Stedenbouwer
Projectleiders
Martijn den Braven
Derk van Schoten
Projectleider
Machiel Scheenhart
Rick Sjoerdsma
Supervisor
Supervisor
Jos van Eldonk
Cliff Krijnen
(bureau Soeters Van Eldonk architecten)
Start planvorming
Start planvorming
2005
2004
Start bouw
Start aanleg
2009
2012
Oplevering
Oplevering
2011
2013 (eerste fase)
Oppervlakte terrein
Oppervlakte terrein
1,67 ha (inclusief Vitringasingel)
1,3 ha
Aantal bezoekers (gebruikers)
Lengte recreatieve infrastructuur
Afhankelijk van tijdstip/periode jaar
200 m
100 – 1000 per dag.
Aantal bezoekers (gebruikers) 1000 (op een drukke zomerdag)
57
Ademruimte voor steden en dorpen
58
Ademruimte voor steden en dorpen
Heerde Molencomplex erfgoed in Wapenveld
In Wapenveld ligt Vrieze’s Erfgoed: molen De Vlijt en het bijbehorende historische erf met akkers, molenaarswoning en bijgebouwen. Molenaar Willem Vrieze schonk zijn bezit aan de lokale gemeenschap. De band van Wapenveld met het molenerf is hecht. Na een rampzalige brand in 1980 zette het hele dorp zich in voor herbouw van de molen. Recent is de boerderij gerenoveerd en is de herinrichting van het terrein en de bouw van een hooiberg en bijenstal afgerond. Momenteel wordt gewerkt aan de uitvoering van een omvangrijk inrichtingsplan. Dat wordt eind mei 2014 afgerond en dan wacht Vrieze’s Erfgoed een boeiende toekomst als cultuurhistorisch, educatief en toeristisch bezoekerscentrum.
59
Ademruimte voor steden en dorpen
60
Ademruimte voor steden en dorpen
Aan de rand van het dorp, langs het kanaal is een molenbelt zichtbaar aanwezig. Een cultuurhistorisch ankerpunt om in het hart te sluiten. Ademruimte voor dorpelingen, vrijwilligers, passanten
61
Ademruimte voor steden en dorpen
62
Ademruimte voor steden en dorpen
De samenhorigheid in Wapenveld is groot.
Vrieze’s erfgoed is van Wapenveld
Elke woensdag is het een drukte van belang op
Nieuwe impuls
Vrieze’s Erfgoed. Een ploeg vrijwilligers werkt
Toen Willem Vrieze in de jaren vijftig de molen
dan aan de voet van molen De Vlijt op de akkers met historische gewassen: tarwe, gerst, rogge, haver, spelt, boekweit, mosterd en koolzaad. Op andere momenten in de week zijn hier geregeld schoolklassen te zien, bijvoorbeeld voor een bezoek aan de bijenstal. De schuur bij de molen fungeert in de zomermaanden als winkel met streekproducten. En De Vlijt zelf doet zijn naam eer aan: vrijwillige molenaars laten de wieken zo vaak mogelijk draaien.
van zijn vader overnam, was hij vooral actief in de veevoederhandel. De molen was in die tijd zelden
Willem Vrieze, molenaar en naamgever van het complex, gaf stapsgewijs zijn hele bezit aan
Stichting Molenbezit Heerde. Eerst de molen, later de andere gebouwen en het erf van drie hectare. Vrieze overleed 16 oktober 2013, 88 jaar oud.
Vrijwilligers van de stichting droegen zijn kist
rond de molen. Daarna ging zijn laatste wens in
vervulling: Vrieze werd op zijn eigen erf begraven. Willems opa was eind negentiende eeuw de eerste
Vrieze die hier molenaar was. Maar de geschiedenis van De Vlijt gaat veel verder terug.
In het begin van de vijftiende eeuw vestigden de
fraters van Sint Hieronymus zich in deze omgeving. In 1448 bouwden ze een molen, driehonderd meter van waar De Vlijt nu staat. Het fraterhuis ging in
de Tachtigjarige Oorlog verloren. Rond 1600 werd de oude molen verplaatst naar de huidige plek,
dichter bij Wapenveld. De band met het dorp stamt dus uit de verre historie. Toen op Eerste Kerstdag
1980 De Vlijt tot de grond toe afbrandde, bleek hoe hecht die band was. De inwoners van Wapenveld
zamelden geld in voor herbouw. Het comité ‘Molen
de Vlijt’ mobiliseerde de bevolking. Met steun van de
gemeenteraad van Heerde en de provincie Gelderland draaide er in 1984 een nieuwe molen.
Ademruimte voor steden en dorpen
Maar het vuur ging meteen weer uit, door de
historische akker bewerken, pauzeren hier.
in schoof”, licht Herman Visser toe.
van een oude hooiberg. Ook de vrijwilligers die de
stichting ‘Molenbezit’ en ging malen voor kleine
van de molenaarswoning als kantoor. Boven
vloedgolf die ontstond toen het vliegtuig het water
Cultuurhistorisch ankerpunt
Succesvolle exploitatie
nieuwe impuls. De molen kwam in beheer van de
De Molenstichting verhuurt de benedenverdieping
Er ligt een inrichtingsplan voor de delen van het
bakkerijen. De molenaar gaf de ondergrond van
is er een expositieruimte, een voorbode van
meer nog een avonturenpad en een waterspeelplek
de molen in erfpacht, met recht van overpad voor
hemzelf. Vrieze, die intussen aardig op leeftijd was,
kreeg hulp van vrijwillige molenaars. Zij hadden nog voormalige molenaarswoning, een kleine boerderij
met stal, in beeld. Deze moest wel helemaal worden opgeknapt. “Het pand stond al achttien jaar leeg. Er liepen kippen, pony’s en katten rond. Dat was
een bende”, vertelt Herman Visser, voorzitter van de
stichting Molenbezit. “Tijdens het opruimen vonden we achter een oude kist zelfs het skelet van een
pauw.” Een eerste provisorische opknapbeurt volgde. Behouden voor de toekomst
het bezoekerscentrum dat Vrieze’s Erfgoed
hier uiteindelijk wil vestigen. Binnen komen
informatieve touchscreens; buiten staan straks
her en der informatiepanelen. Deze belichten de
uiteenlopende verhalen over het erf en de omgeving. Vrieze’s Erfgoed zal uiteindelijk uitgroeien tot een
regionaal bezoekerscentrum, een ‘cultuurhistorisch
ankerpunt’ zoals de plannenmakers het uitdrukken. Met zeven thema’s: de molen, de historie van
de molen vanaf de vijftiende eeuw, agrarische
cultuurhistorie, gezonde voeding, waterbeheer, biografie van het landschap en de historie van Wapenveld.
Neergeschoten bommenwerper
molencomité aan. “Hij had een vooruitziende
veel te zien van het heringerichte erf, zoals een
uit het niets”, vult voorzitter Jan Nitrauw van het
Rondom de molenaarswoning en molen is al
blik. Een andere molenaar had zijn erf misschien
boomgaard, akkers, een moestuin. Er liggen diverse
verkocht aan een projectontwikkelaar. Maar Willem wilde het in zijn geheel behouden voor de toekomst en openstellen voor de gemeenschap. Hij voorzag
dat hij dat niet in z’n eentje voor elkaar kon krijgen.” Het oorspronkelijke idee om een onderkomen te
maken voor de vrijwilligers, ontwikkelde zich steeds verder tot een plan om het molenerf nieuw leven in te blazen als bezoekerscentrum. De Wapenvelders
hadden het tij mee. Stichting en comité konden een beroep doen op Belvédère-fondsen om onderzoek
te laten doen naar de cultuurhistorie. En ze kregen
subsidie van de provincie Gelderland en de Europese Unie. De Zwolse architect Rob Moritz maakte
een doortimmerd plan voor restauratie van de
erfgoed die nog niet zijn aangepakt. Er komen onder voor kinderen. Het erf kreeg al een nieuwe, beter toegankelijke, entree. En aan de westelijke kant
van de molenbelt is een amfitheater uitgegraven. Het dorp houdt daar openluchtvoorstellingen en kerkdiensten. De Wapenvelders hebben er alle vertrouwen in dat Vrieze’s Erfgoed een goede
toekomst tegemoet gaat. “Van hieruit kunnen
bezoekers de omgeving verkennen”, zegt Nitrauw. “De saamhorigheid in Wapenveld is groot. De
molen is iets om trots op te zijn. We hebben zestig vrijwilligers die we eerder moeten afremmen dan aanmoedigen.” De exploitatie van de molen was
de afgelopen jaren dan ook een succes dankzijde hardwerkende vrijwilligers én wat zakelijk
“De vrijgevigheid van Willem Vrieze kwam niet
molenaarswoning. Daarnaast is de ruimte voor
63
de vrijwillige molenaars opgetrokken in de stijl
in bedrijf. De herbouw van De Vlijt gaf echter een
geen eigen schaftplek. Daarvoor kwam in 2005 de Verre historie
De molen is iets om trots op te zijn.
wandelpaden, waarvan een langs het Apeldoorns Kanaal. Dat is over een paar jaar weer geschikt
voor pleziervaart. In 2014 worden twee bruggen in Wapenveld passeerbaar gemaakt. Sinds 2013 staat
aan de oever het eerste informatiepaneel van Vrieze’s Erfgoed. Het vertelt over de Engelse Halifax die er in 1943 neerstortte en herdenkt de zeven omgekomen
instinct. Vrieze’s Erfgoed speelt slim in op de
hernieuwde populariteit van ambachtelijkheid en natuurproducten. Nitrauw: ”De molen draait als
nooit tevoren. Sinds 2007 richten we ons steeds meer op consumenten. We hebben Vrieze’s Volkoren in de markt gezet, een volkorenbrood dat bakkers in de regio verkopen. Daarnaast produceren we ook
kruidkoekmix en pannenkoekenmeel. Als er geen
wind staat, hebben we een elektrische maalmachine nodig om aan de vraag te kunnen voldoen.”
inzittenden. Als de door een Duitse jachtvlieger neergeschoten bommenwerper een iets andere
koers had gehad, dan was er van molen en erf niets over geweest. “Nu is in het talud langs het kanaal de vorm van de vliegtuigromp nog te herkennen.
Volgens de overlevering zette de brandstof uit het toestel de oever in lichterlaaie.
64
Ademruimte voor steden en dorpen
65
Ademruimte voor steden en dorpen
66
Ademruimte voor steden en dorpen
Een plek om te koesteren en te gebruiken, zoals vroeger maar ook eigentijds. Te midden van de aangrenzende locale wereld.
67
Ademruimte voor steden en dorpen
68
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Wapenveld
Initiatiefnemer
Start planvorming
Comité molen de Vlijt Wapenveld
2008
Opdrachtgever
Start bouw en aanleg
Stichting Molenbezit Heerde
2010
Betrokken partijen
Oplevering
Cultuurland Advies, Wapenveld,
2011
19 Het Atelier, Zwolle,
Oppervlakte terrein
Tekenburo Gerrit Scholten, Heerde,
ca. 3 ha
Stichting Landschapsbeheer Gelderland
Aantal bezoekers (gebruikers)
AOC Groene Welle, Zwolle
ca. 5000/jaar
Deltion College, Zwolle
Aantal leden / vrijwilligers
RSG Noord-Oost Veluwe, Epe
ca. 70
gemeente Heerde
Bijzonderheid
provincie Gelderland
Totale bezit is geschonken door wijlen
Architecten
molenaar Willem Vrieze aan Stichting
19 Het Atelier, Zwolle (boerderij)
Molenbezit Heerde
Tekenburo Gerrit Scholten, Heerde (overige opstallen) Landschapsarchitecten Martijn Horst van Cultuurland Advies, Wapenveld Ewald Timmerman van Stichting Landschapsbeheer Gelderland Marskamp Bestratingen, Wapenveld (Ontwerp amfitheater) Tuinarchitect Rudy Heideveld, Heerde (in memoriam) Projectleider Jan Nitrauw Supervisor Stichting Molenbezit Heerde
69
Ademruimte voor steden en dorpen
70
Ademruimte voor steden en dorpen
Lingewaal en Geldermalsen Lingekwartier
Wie het lieflijke graslandschap op het eerste gezicht aanschouwt, ziet niet direct dat het Lingekwartier, onderdeel is van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Neerlands vernuftige verdedigingslinie moest tussen 1815 en 1940 vijandelijke troepen op afstand houden door stukken land onder water te laten lopen. Hoewel de linie zijn echte nut nooit heeft kunnen bewijzen, is het vandaag de dag een belangrijk onderdeel van Nederlands cultureel erfgoed en natuurontwikkeling. In het project Lingekwartier - in de gemeente Lingewaal en Geldermalsen - werken vele partijen samen om ‘het verhaal van het landschap’ te vertellen.
71
Ademruimte voor steden en dorpen
72
Ademruimte voor steden en dorpen
Een heel landschap toont haar geschiedenis en draagt bijzondere plekken in zich. Soms nog verborgen, maar veelal open en zichtbaar. Ademruimte om te ontdekken.
73
Ademruimte voor steden en dorpen
74
Ademruimte voor steden en dorpen
Nieuwe Hollandse Waterlinie op oorlogssterkte
Deze unieke plek verdient de aandacht van heel Nederland.
De gemeente Lingewaal en Geldermalsen, het waterschap Rivierenland, Staatsbosbeheer, de uitbaters van twee forten en omwonenden toverden in tien jaar tijd een verpauperd landschap om in een landschapsparel waar natuur en cultuurhistorische waarden ook nog eens voor iedereen beleefbaar is. Het ging daarbij niet om één groot project, maar om een aaneenschakeling van kleine projecten die samen tot hetzelfde doel leidden: gebiedsontwikkeling van het Lingekwartier in de directe omgeving van
linie weer op volle oorlogssterkte. De op het oog
met het beste plan. Ze combineerden op een elegante
Monumentenwet
houden én beleefbaar maken van het erfgoed. Onder
nument. In de plannen moest dus ook rekening
men. Iedereen die gaat gps-wandelen of de speciale
exploitatie van de forten is hier soms op innovatieve
van die geheimen ontdekken.
zowel Geofort als fort Asperen in originele staat blij-
Toekomst
is deze op Fort Asperen als het ware opgetild en is er
capaciteit in het gebied. In samenspraak met de
manier de exploitatie van het fort met het in stand
De Nieuwe Hollandse Waterlinie is een Rijksmo-
groene vlakte in het Lingekwartier biedt vele gehei-
de naam Geofort openden zij in 2012 een educatieve
gehouden worden met de Monumentenwet. Voor de
wandel- en informatieapp gaat gebruiken, zal veel
attractie rond cartografie en navigatie. Bezoekers
maken er kennis met oude en nieuwe geotechnieken in de GeoExperience, een ‘intelligent doolhof’ en kinderen maken kennis met het leven van een
vleermuis in de Vleermuisspeeltuin. Ook heeft
GeoFort een 3D-Café en verschillende vergaderzalen.
Leerdam, Acquoy en Asperen tot Heukelum.
wijze invulling aan gegeven. Zo moest de loods op
ven. Om toch meer ruimte te krijgen onder de loods
Wat nog ontbreekt, is voldoende overnachting-
een betonnen constructie onder gebouwd. Hier zijn
bewoners in het gebied wordt bekeken wat de
nu toiletten, een keuken en vergaderruimte.
Moedige stap ‘Panorama Krayenhoff ’; nieuwe plannen Het project Lingekwartier komt voort uit het ‘Panorama Krayenhoff – Linieperspectief’, de visie op de toe-
komst van de Nieuwe Hollandse Waterlinie uit 2004.
Een grote kunstmanifestatie in fort Asperen, één van de mooiste torenforts in de Hollandse Waterlinie, vormde de inleiding tot de nieuwe plannen. Pro-
jectbureau Nieuwe Hollandse Waterlinie zag graag meer activiteiten in en rond de forten en de Nota
Ruimte voorzag in de ontwikkeling van nationale
landschappen door ze open te stellen voor publiek. Omdat niemand belangstelling had, kreeg Staats-
bosbeheer de forten Asperen (1986) en Nieuwe Steeg
Een zeer moedige stap van Staatsbosbeheer vinden
Parkeren
haar nek uitgestoken om de forten toegankelijk te
zich zeer bewust van het gevaar van de verbeterde
alle betrokken partijen. “Staatsbosbeheer heeft
Zowel de gemeente Lingewaal als Geldermalsen zijn
maken en ze een informatieve functie te geven rond
toegankelijkheid en ontwikkeling van het Linge-
de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Geofort past bij
uitstek in deze context met activiteiten rond carto-
grafie en geografie. De exploitanten hebben alles in het werk gesteld om Geofort van de grond te krijgen
en het rendabel te exploiteren. In het eerste jaar trok Geofort al 35.000 bezoekers. Het streven is 50.000
bezoekers per jaar. Deze unieke plek verdient de aandacht van heel Nederland.”
kwartier: te veel bezoekers die parkeer- en geluids-
overlast veroorzaken. Zeker bij fort Asperen stonden regelmatig auto’s in de wegbermen geparkeerd.
Extra parkeervoorzieningen die onopvallend in het
landse Waterlinie moet rekening gehouden worden
Veel geheimen
forten en de omgeving om te overwinteren, te paren
een mooie balans tussen een veelheid aan natuur- en
met de vleermuizen. De vleermuizen gebruiken de
Het resultaat van het projectplan Lingekwartier is
en te fourageren. “Pas tijdens de restauratie van de
economische ontwikkeling en het bewaren van de
ontwikkeling van de natuurwaarden langs de Linge, Nieuwe Zuiderlingedijk en Diefdijk. De landschap-
sontwikkeling in het Lingekwartier is het resultaat van tien jaar intensieve samenwerking. Geofort Na fort Asperen kwam in 2005 ook het fort bij de Nieuwe Steeg in beeld. Dit fort lag werkloos en
verpauperd in het landschap. Staatbosbeheer schreef een prijsvraag uit voor ideeën voor exploitatie. Bart Bennis en Willemijn Simon van Leeuwen kwamen
75
Ademruimte voor steden en dorpen
beheer. “Daar wisten zelfs de deskundigen nog te
weinig van. Zeven maanden per jaar zijn maar liefst
acht soorten vleermuizen de hoofdbewoners van fort Asperen. De vraag was: ‘Hoe restaureer je een fort
zodanig dat je kunst kunt tentoonstellen en waar tegelijkertijd vleermuizen huizen die niet van nieuwbouw houden en graag in donkere vochtige ruimtes wonen?’ Klimaatbeheersing is dus essentieel.”
Ook scholen worden daarbij betrokken. Het verdere onderhoudsconcept wordt nog nader uitgewerkt.
niet perse nodig was.
‘GeoFort’. Andere doelen zijn het herstel van de wa-
vleermuizen”, vertelt Piet Hopman van Staatsbos-
van vleermuisvoorzieningen en groenonderhoud.
zichtbaar. Ook wegen zijn niet geasfalteerd als dat
als ‘kunsteiland’ en het fort bij de Nieuwe Steeg als
del- en fietspaden rond de forten en de omgeving en
bijvoorbeeld maaien van wandelpaden, onderhoud
gebied. Er is heel veel gedaan, maar niet alles is
Bij de exploitatie van alle forten in de Nieuwe Hol-
forten ontdekten we hoe dit gebied functioneert voor
deel van het beheer voor hun rekening nemen,
Dat geldt eigenlijk voor alle ontwikkelingen in het
staat in het Lingekwartier centraal. Fort Asperen
gebied met de auto en per fiets, aantrekkelijke wan-
is. Er zijn vrijwilligersgroepen opgericht die een
Zonder auto’s zijn de parkeerplaatsen onzichtbaar.
Vleermuizen
Waaiersluizen – en een goede bereikbaarheid van het
van het feit dat het beheer van het gebied kostbaar
landschap zijn ingepast, maken daar een einde aan.
(1996) in beheer. De ontwikkeling van deze forten
terhuishoudkundige voorzieningen - zoals de unieke
mogelijkheden zijn voor bijvoorbeeld bed & break-
fast-activiteiten. De betrokkenen zijn zich bewust
rust in het gebied. Eind 2013 is 70% van alle plannen gerealiseerd. Het waterschap pakt de oude Diefdijk
en Nieuwe Zuiderlingedijk nog aan in het kader van veiligheid. Tegelijkertijd worden ook de plekken
langs de dijk, waar in vroeger tijden Nederlandse soldaten naar vijanden loerden, de zogenaamde
batterij-opstelplaatsen, in de oude staat hersteld
en voor recreatieve doeleinden benut. Ook de hier aanwezige groepsschuilplaatsen zijn deels geres-
taureerd en geschikt gemaakt als verblijfplaats voor
vleermuizen. Zo worden de oude functies weer goed zichtbaar. Dan is de roemruchte Hollandse Water-
76
Ademruimte voor steden en dorpen
77
Ademruimte voor steden en dorpen
78
Ademruimte voor steden en dorpen
Een aaneenschakeling van karaktervolle plaatsen, bestemd voor kunst, ambacht, educatie, informatie, recreatie en natuur. Iedereen is uitgenodigd om langs te komen.
79
Ademruimte voor steden en dorpen
80
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte langs de Linge
Initiatiefnemer
Oplevering
Pact van Loevestein; Het regionaal
2013 is 80% uitgevoerd
samenwerkingsverband ter behoud en
Oppervlakte terrein
versterking van de Nieuwe Hollandse
Er zijn voor ongeveer 200 ha.
Waterlinie.
natuurmaatregelen getroffen ter verbetering
Opdrachtgever
van de natuur door Staatsbosbeheer.
Pact van Loevestein
Er wordt ongeveer 3 km natuurvriendelijke
Betrokken partijen
oever aangelegd (afronding 2014)
Gemeente Lingewaal
Fort Asperen:
Gemeente Geldermalsen
2 hectare fort eiland heringericht
Staatsbosbeheer
1000 m2 gebouw hersteld
Waterschap Rivierenland
GeoFort:
Dienst landelijk gebied
3, 5 hectare: fort eiland heringericht
Provincie Gelderland,
ca 3000 m2 gebouw hersteld
Stichting fort Asperen
Gemaal Oude Horn:
Stichting de Oude Horn
400 m2 gebouw hersteld
GeoFort
herstel 1 oud gemaal
Architecten
Andere NHW elementen
Fort Asperen:
Herstel 2 waaiersluizen
Bureau SLA Peter van Assche
Herstel kraanbrug werk aan het spoor
Bunker Q Gerco: Meijer
Herstel 2 stukken van loopgraven
GeoFort:
Reconstructie wapenplaats
Verlaan & Bouwstra voor restauratie
Rerstel zichtlijnen
Marx & Steketee voor de woning
22 betonwerken open gelegd of aangepast
Oude Horn:
Lengte recreatieve infrastructuur
Mazolla Partners
ca 9 km nieuw wandelpad
Landschapsarchitecten
Aanleg voetveer
Gebiedsplan:
3 nieuwe parkeerplaatsen (onopvallend in
Kees van der Velden (DLG)
het groen)
GeoFort:
Aanlegsteiger fort Asperen
Ds Landschapsarchitecten
Aantal bezoekers/gebruikers
Projectleider
50.000 (komen de fortenbezoek) Daarnaast
Per deelproject een andere projectleider van
zijn er vele wandelaars en fietsers, die het
een van de betrokken partijen
fort niet bezoeken.
Supervisor
Aantal leden / vrijwilligers
Pact van Loevestein
Beheer: ongeveer 30 voor beheer groen en
Start planvorming
natuur
2004 visie vorming, december 2009
Forten: ongeveer 30 vrijwilligers voor fort
uitwerkingsplan gereed
Asperen
Start ontwikkelingen 2009
81
Ademruimte voor steden en dorpen
82
Ademruimte voor steden en dorpen
Oost Gelre De Hofbeek
Dwars door het uit de kluiten gewassen dorp Lichtenvoorde loopt een groene zone. Tot voor kort was dit groene gebied versnipperd en afgesloten van de omgeving. Daarom besloot de gemeente tot een flinke opfrisbeurt. Het werd een groot project, genoemd naar de Hofbeek die hier vroeger liep. Vanaf het eerste begin zijn de inwoners betrokken geweest bij de herinrichting van het groen. Onderdeel van het plan is een Cool Nature-speelplek: stoere speelnatuur voor en door kinderen. Nu vormt het groene hart van Lichtenvoorde één geheel. En de inwoners zijn er trots en zuinig op.
83
Ademruimte voor steden en dorpen
84
Ademruimte voor steden en dorpen
Een groene zone door het dorp verbindt. Opgefrist, doorgetrokken, heringericht. Deze ademruimte draagt bij aan een goed leefklimaat.
85
Ademruimte voor steden en dorpen
86
Ademruimte voor steden en dorpen
Als regisseur heb ik gewezen op de
Doorlopend groen in Lichtenvoorde
raakvlakken en iedereen gevraagd met creatieve oplossingen te komen.
Vanuit zowel noord als zuid lopen groene zones naar het centrum van Lichtenvoorde. Van oudsher lag hier de Hofbeek. Tussen het zuidelijke buitengebied en het centrum ligt het Wentholtpark. En de groen-zone in het noorden bestaat uit stukken landbouwgrond en volkstuinen. Met het Hofbeek-project wilde de gemeente de twee open gebieden beter met elkaar verbinden en bovendien aantrekkelijker maken voor inwoners en toeristen. Zo was het Wentholtpark vroeger saai en bijna afgesloten van de buurt. Hoge
gezien is dit een harmonieuze overgang van het
verschillende deelprojecten te combineren. “Een
is het een plek waar kinderen van klein tot groot
kwestie van nieuwe tegels leggen. Maar hier was
landelijke buitengebied naar het park. Maar bovenal lekker kunnen spelen. En dat doen ze in groten
getale: “Tot onze verbazing zagen we zelfs een keer dat een groep kinderen per auto afgeleverd werd, “ zegt Rutger Addink van De Wentholtjes. Het bleek
een kinderfeestje te zijn van mensen uit Dinxperlo. Dat dorp ligt twintig kilometer verderop! De Cool
Nature-speelplek is populairder dan we al dachten.”
bosschages aan de randen onttrokken het zicht van de omgeving op het park.
Ontwerp van kinderen Kinderen van een basisschool ontwierpen de
Hoofdrol voor inwoners Er waren nog meer redenen om de groene zones
aan te pakken. Eén daarvan is waterbeheersing. De
nieuw aangelegde vijvers dienen als opvangbekkens waarmee de waterhuishouding in het dorp
verbetert. Verder lag er vanuit de buurt de vraag om voortaan zelf het beheer te mogen doen van
de hertenweide in het Wentholtpark. De laatste
beheerder van de weide was in 2007 gestopt. Voor de gemeente zelf was er ook nog de zorg voor
de buitenruimte van de gerenoveerde scholen
middenin het park. Er moest een nieuw schoolplein komen. Kortom: veel doelen kwamen samen in
één geïntegreerde aanpak. En in dit plan was een
hoofdrol weggelegd voor de inwoners. Wijkbewoners
Cool Nature-plek. Met stukjes hout, zand,
schelpen, gaas, stro en pvc-pijp maakten de kinderen maquettes, waarna het beste plan
verkozen is. Stedenbouwkundige Vincent Lette van de gemeente: “De winnende elementen
die daadwerkelijk gerealiseerd zijn, zijn een
uitkijktoren, waterpartijen met eilandjes, een kring van boomstammen als buitenklaslokaal en een wie-belbrug.” De kinderen hielpen ook
ken bij de totstandkoming van de rest van het
hebben gerealiseerd met steun van de provincie.
Het waterrijke terrein is anderhalve hectare groot
en staat vol ruige speel-toestellen die door en voor schoolkinderen zijn bedacht. Landschappelijk
87
Ademruimte voor steden en dorpen
en Lette als regisseur. De buurtbewoners kregen
veel ruimte om mee te werken aan het ontwerp. “Alle ideeën waren welkom. Het leek wel of alle
betrokkenen elkaar versterkten”, zegt Addink van de buurtvereniging. “Ter illustratie: Er meldden
zich imkers bij ons, want ze wilden een bijenstal
plaatsen in het park. Voor ons viel dat mooi samen met het herplaatsen van het oude stalletje uit de
hertenweide. Leerlingen van scholengemeenschap Marianum gingen vervolgens aan de slag met de
sloop van de hertenstal, de herbouw en het regelen
van de vergunningen. Heel leerzaam voor hen, zeer praktisch voor ons en de gemeente.”
Lette. Soms botsten bijvoorbeeld de belangen
Wentholtjes heeft inmiddels het beheer over de
die lokale gemeenschappen de afgelopen jaren
bestaande Hamelandhal die al in het groengebied
de buurt, een vertegen-woordiger van de school
niet, moet ik eerlijk bekennen”, zegt Vincent
Op hun beurt waren de grote mensen nauw betrok-
de twaalf natuurspeelterreinen in Gelderland,
een projectgroep opgericht met acht mensen uit
hun fiets meegenomen om opgeworpen heuveltjes
en een sporthal in het groen. Buurtvereniging De
is nu de Cool Nature-speelplek. Dit is één van
Lichtenvoorders enthousiast en betrokken. De
In de loop van het project raakten steeds meer
aanleg van de fietscrossbaan. De kinderen hadden
De jeugd stond aan de basis van de natuurspeelplek.
Een belangrijk onderdeel van het Wentholtpark
dat de buurt haar eigen ideeën had.” Daarom is
“Zonder slag of stoot ging alle vernieuwing
van het gebied en de inpassing van schoolpleinen
Cool Nature
Nieuwe fase
graafmachines ter plekke aanwijzingen bij de
Open park
Wentholtpark. De deels herstelde Hofbeek loopt als
‘een blauw lint’ door het groengebied, waar nu veel meer waterpartijen liggen dan voorheen. Nieuwe
paden slingeren door het park dat hiermee een veel
opener karakter kreeg. Lichtenvoorde heeft het park
echt herontdekt, stelt Lette. Er zijn veel wandelclubs actief, leesclubs discussiëren er onder de bomen en bruidsparen poseren er voor fotoreportages. Ideeën combineren Vincent Lette benadrukt hoe slim het was om de
mooiere vijvers voor teruggekregen.”
het park moesten bekijken. Bovendien wisten we
Botsende belangen
onmiddellijk te kunnen testen.”
een hele waterpartij opgeven. We hebben er veel
het meteen duidelijk dat we de samenhang met
bij de uitvoering. Ze gaven de machinisten van
en schoolkinderen dachten mee over de inrichting
hertenweide in het park.
plein aanleggen is niet zo moeilijk. Dat is een
van de buurtbewoners met die van de scholen. “In de buurt waren er zorgen over het uitzicht
op de fietsenstallingen, over scholieren die na
schooltijd het park ingaan en over de mogelijke
stond, kreeg een nieuwe aanbouw. In samenspraak met omwonenden heeft de gemeente vervolgens het park ‘doorgetrokken’ om de sportfaciliteiten
heen. En voorbij de hal begint ‘t Hof, het oudste
deel van Lichtenvoorde waar in vroeger tijden een kasteel stond. Blauwe straatstenen wijzen erop dat de Hofbeek hier ondergronds verder loopt.
Ook tussen de eigenaren van de volkstuinen en de
school is een vruchtbare samenwerking ontstaan; samen hebben ze schooltuintjes ingericht. Het
sluitstuk van ‘masterplan De Hofbeek’ is een brug over de Twenteroute (N18), die vanaf het voorjaar van 2014 open is voor fietsers en voetgangers. De brug lost een fietsknelpunt op en is de laatste
schakel in de herstelde verbinding van al het groen
binnen en buiten Lichtenvoorde. Lette: “Iedereen is
enthousiast over het ontwerp. Het is mooi om te zien wat er op gang is gekomen. Elke andere gemeente kan de openbare ruimte op soortgelijke wijze
vormgeven. Maar het is vooral belangrijk hóe de
dingen tot stand komen: elkaar de ruimte gunnen en meedenken met een ander.”
parkeeroverlast. Als regisseur heb ik vooral gewezen op de raakvlakken en iedereen gevraagd met
creatieve oplossingen te komen”, vervolgt Lette.
Een van die oplossingen is de ronde vorm van het
schoolterrein, waardoor een naadloze aansluiting
met het park ontstond. “Dat oogt veel vriendelijker
dan het hoge hek dat er stond. En in deze vorm kon de school meer fietsenstallingen kwijt.” Van de
Marianumschool kwam het idee om de vierkante
vijver vlak naast het gebouw te dempen en er een
parkeerplaats op te maken. Dat is verder weg van de woningen dan de oude parkeerplaats. Addink: “Dat is een mooi voorbeeld van ‘out-of-the-box’ denken:
88
Ademruimte voor steden en dorpen
89
Ademruimte voor steden en dorpen
90
Ademruimte voor steden en dorpen
Leerlingen van omliggende scholen zijn betrokken bij de invulling van de openbare buitenruimte. Van stoere speelnatuur tot speelse sportveldjes.
91
Ademruimte voor steden en dorpen
92
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Lichtenvoorde
Initiatiefnemer Gemeente Oost Gelre Opdrachtgever Gemeente Oost Gelre Betrokken partijen Gemeente Oost Gelre Buurtvereniging De Wentholtjes Basisschool Het Hof Basisschool Frans ten Bosch Scholengemeenschap Marianum Bijenstal de Beezenmoat Verschillende buurtbewoners Landschapsarchitecten Liemers Hendriks De Hofmeesters Stedenbouwers Liemers Hendriks Dusseldorp Infra Meerdink Bruggen Projectleiders Dhr. Te Nijenhuis Anacon-infra, Dhr. Veerbeek CML Supervisoren Dhr. Lette Dhr. Ten Holder Start planvorming 2008 Start aanleg 2010 Oplevering 2014 Oppervlakte terrein 10 ha Lengte beken 3 km Lengte recreatieve infrastructuur 3 km
93
Ademruimte voor steden en dorpen
94
Ademruimte voor steden en dorpen
Ubbergen Notre Dame des Anges
Onder de rook van Nijmegen bevindt zich in het pittoreske dorpje Ubbergen misschien wel de mooist gelegen school van Nederland. Op Havo Notre Dame des Anges lijkt het altijd wel vakantie. Het nieuwe schoolgebouw pronkt in het landschap tussen de Ooijpolder en het beschermd natuurgebied Bronnenbos aan de Ubbergse stuwwal. Leerkrachten, leerlingen, omwonenden en natuurorganisaties droegen allen een steentje bij aan het voortraject van de bouw. Het resultaat is een markant en duurzaam schoolgebouw dat onderdeel is van de gemeenschap. De gemeente Ubbergen maakte van de gelegenheid gebruik om Nijmegen-Oost en Ubbergen te verbinden met de Ooijpolder. Dat deed ze door middel van een zeer in het oog springend wandelviaduct over de naastgelegen provinciale weg.
95
Ademruimte voor steden en dorpen
96
Ademruimte voor steden en dorpen
Zorgvuldig bouwen in een natuurrijke omgeving is mogelijk. Pleinen, schoolgebouw, waterpartijen, stuwwalrand gaan mooi in elkaar over. Ademruimte die uitnodigt tot leren en ontmoeten.
97
Ademruimte voor steden en dorpen
98
Ademruimte voor steden en dorpen
Het creëren van wederzijds begrip was
Groen, groener, groenst
veel intensiever dan de bouw en de verhuizing van de school.
Een nachtmerrie die veranderde in een mooie droom. Dat is het bijzondere verhaal van directeur Marij van Deutekom die in 2005 aan de slag ging als directeur van de Havo Notre Dame des Anges in Ubbergen. Een school verborgen in het groen van de stuwwal. Het enigszins versleten tijdelijke gebouw was al 35 jaar een doorn in het oog van omwonenden en de milieubeweging. Van Deutekom zat goed en wel op haar nieuwe werkplek toen ze te horen kreeg dat ze direct de langgekoesterde nieuwbouw van de havo mocht realiseren. Een traject dat ingezet was door haar voorganger, en waar nu eindelijk goedkeuring
visie én contacten met de milieubeweging. En dat
met hulp van bureau Stroming. In het voorstel
Misbaksels
verkennende gesprekken door beide bemiddelaars,
aan Het Geldersch Landschap. Directeur Marij
enorme muur. Een echte blikvanger die vooral
wekte vertrouwen bij de tegenstanders. Na eerste organiseerde de school vele bijeenkomsten met vertegenwoordigers van de milieubeweging,
buurtgenoten, raadsleden, leden van de Provinciale Staten en schoolmedewerkers. Tijdens deze vaak
emotionele bijeenkomsten en gesprekken ontstond wederzijds vertrouwen. En vooral de wens om gezamenlijk een groter project te realiseren,
met meerwaarde voor de natuur en de school, en daarmee voor de gemeenschap.
voor was door de Raad van State. Doorbreken van de patstelling Hakken in het zand De goedkeuring van de Raad van State was
het resultaat van een jarenlang gevecht met tegenstanders van nieuwbouw op dezelfde
locatie. “Het personeel reageerde lauw toen ik
hen het heuglijke nieuws bracht”, vertelt Van
Deutekom. “Maar hun reactie was nog positief
ten opzichte van de reactie van de omwonenden
en de milieubeweging. Zij waren zeer sceptisch.
Nieuwbouw van de school midden in dit bijzondere natuurgebied ging hen erg aan het hart.” Daar
kwam bij dat de gemeente Ubbergen ook niet echt warm liep voor nieuwbouw, omdat de middelen
schaars waren en de politiek de voorkeur gaf aan de basisscholen. Van Deutekom zocht contact met de
verantwoordelijk wethouder Leidy van der Aalst. Zij
was al sinds 2002 bezig om nieuwbouw te realiseren voor alle scholen in haar gemeente inclusief, het inmiddels hoofdpijndossier, de Havo. Bemiddeling en draagvlak Op advies van de wethouder werden Gerard
Litjens en freelancer Riet Dumont van bureau
Stroming ingeschakeld, specialisten in natuur- en landschapsontwikkeling. Zij kregen aanvankelijk
‘Is dit wel de goede plek om de havo te bouwen?’,
vroeg Gerard Litjens zich vervolgens hardop af. “Het is midden in het meest kwetsbare stuk natuur”,
vertelt hij. “Om die reden werden ideeën geopperd zoals de nieuwbouw wederom wegstoppen in het
groen tegen de stuwwal, of het gebouw ondergronds
van Deutekom, procesbegeleider Riet Dumont en
fungeert als geluidswal. De zonder verband
wethouder Leidy van der Aalst lichtten het nieuwe plan toe bij alle mogelijke tegenstanders. En zo
verdween de laatste weerstand. Maar het verplaatsen van de school was extra kostbaar. Daarmee kreeg wethouder Leidy van der Aalst de uitdaging om
met een vrijwel lege gemeenteportemonnee meer
over de provinciale weg heet, is de verwezenlijking
provincie van mening was dat het verplaatsen van de
van de droom van de gemeente Ubbergen. De
school voor zowel de havo als het natuurgebied van
levensbelang is, maakte zij een substantieel bedrag vrij. Binnen twee jaar nadat het oude plan in de
prullenbak verdwenen was, konden we het startsein geven”, glundert Van der Aalst.
koudeopslaginstallatie en een sedumdak met
waterpartijen en looppaden worden gerealiseerd. De wandelbrug bij de school maakt de oversteek over de provinciale weg naar de Ooijpolder veilig. Dat idee was de aanzet voor een nieuw gezamenlijk plan. De bereidheid van het bestuur van de school om
de niet direct functionele grond over te dragen aan Het Geldersch landschap leidde tot de definitieve
steun van de milieugroepen in de discussie rond de nieuwbouw.
gemeenschap op gebaseerd was. De keuze voor
oude plan in de prullenbak te gooien en een nieuw
onderzoeken waar de enorme weerstand uit de
De schooldirecteur en de wethouder besloten het
Litjens en Dumont bleek een slimme zet. Zij hadden
gezamenlijk plan uit te werken met alle partijen
plannen voor deze oversteek komen voort uit het
Landschapsontwikkelingsplan van 2004, waarin
belangrijke verbindingen vanuit Nijmegen met de Ooijpolder opgenomen zijn. “De brug was eerder
gepland in de buurt van het dorpshuis in Ubbergen”, vertelt beleidsmedewerker Maarten Merkus van
verplaatsen naar de rand van het natuurgebied,
kon zo een nieuw wandelgebied met een beek,
misbaksels bij elkaar te krijgen.
‘De Springplank’, zoals het markante wandelviaduct
en gebouwd. Het gebouw heeft een warmte-
aaneengesloten natuurgebied achter de school
aannemer moest twee weken sparen om de 30.000
ze. “Er gingen diverse potjes open. En omdat de
opperde hij om de nieuwbouw van de school te
het natuurgebied versnipperd zou blijven. In het
past hierdoor bijzonder goed in het landschap. De
De Springplank
De school zelf is uiteraard duurzaam ontworpen
het gebouw te halveren. Hij wilde voorkomen dat
De muur heeft een zeer natuurlijke uitstraling en
veel draagvlak komt er makkelijker geld vrij”, vertelt
tot het bedenken van een ander plan. Hierin
pal langs de provinciale weg en de voetafdruk van
gemetselde muur is opgetrokken uit afvalstenen.
geldbronnen aan te boren. “Met een goed plan en
Kwaliteit van bouwen
In de prullenbak
Ademruimte voor steden en dorpen
Tussen de provinciale weg en de school staat een
aan het oog onttrekken.” Dat inspireerde Litjens
een bemiddelende rol. Aan hen de taak om te
99
werden maar liefst drie hectare grond overgedragen
begroeiing. Verder is door de architecten Rinus
Roovers en Jurjen Vermeer gekozen voor houten
kozijnen in plaats van kunststof. De natuur is in
de gemeente Ubbergen. “Toen de plannen van
de school duidelijk werden, hebben we de bouw
afgewacht. Uiteindelijk werd duidelijk dat de plek bij de school ideaal was om ‘De Springplank’ te
bouwen en daarmee Nijmegen en Ubbergen direct te verbinden met de Ooijpolder.”
het gebouw overal voelbaar en zichtbaar, de relatie
Visitekaartje
is door het gebruik van hout en glas helemaal
voor de gemeente Ubbergen. “Meestal is het in
tussen binnen en buiten staat centraal. Het pand
Havo Notre Dame des Anges is een visitekaartje
ingepast in de natuurlijke omgeving. Om de school
het landschap plaatsen van een gebouw als dit
zelf staan geen hekken; er ligt een waterpartij om het gebouw en schoolplein heen. Daarmee gaat
het schoolterrein naadloos over in natuur. Buiten
liggen diverse wandelpaden. Daar ligt ook een heus
openluchtlokaal, uitermate geschikt voor onderwijs in de zomer. Voor natuurvakken als biologie en aardrijkskunde en voor de kunstvakken. “Het
zorgt bij de leerlingen voor meer bewustwording, respect en kennis van de natuur. Ze hebben zelf
de zitelementen in de omgeving ontworpen. Deze
een achteruitgang voor het landschap”, legt
bedenker Gerard Litjens uit. “Deze school bewijst het tegenovergestelde. Die is er alleen maar op
vooruitgegaan. De achtertuin van de havo is een groot natuurlaboratorium. Het water in het
gebied is koel, rijk aan mineralen en arm aan
voedingsstoffen. De grote boterbloem, die al vijftig jaar uit deze omgeving was verdwenen, groeit er inmiddels weer.”
zijn gemaakt van natuurlijke materialen”, vertelt directeur Van Deutekom trots.
100
Ademruimte voor steden en dorpen
101
Ademruimte voor steden en dorpen
102
Ademruimte voor steden en dorpen
Wandelpaden door de natuur en ‘De Sprinkplank’, een markant wandelviaduct over de provinciale weg, zorgen voor recreatieve verbindingen. Het uitzicht is niet te misssen.
103
Ademruimte voor steden en dorpen
104
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Ubbergen
Initiatiefnemers
Landschapsarchitecten
HAVO Notre Dame des Anges
Dirk Oomen, Gerard Litjens, Riet Dumont
Gemeente Ubbergen
van Bureau Stroming
Opdrachtgevers
Projectleiders
HAVO Notre Dame des Anges
Peter Huys en Michel Petri, HEVO
Geldersch Landschap
Supervisoren
Gemeente Ubbergen
Marij van Deutekom (directeur school) en
Betrokken partijen
Leidy van der Aalst (wethouder gemeente)
Waterschap Rivierenland
Start planvorming
Werkgroep Milieubeheer voor het
januari 2007
stadsgewest Nijmegen
Start bouw en aanleg
IVN Rijk van Nijmegen
september 2009
Stichting Via Natura
Oplevering
Vereniging de Ploegdriever
januari 2011 (wandelbrug) en
Vereniging Nederlands Cultuurlandschap
mei 2011 (school)
Het Zwanenbroekje
Oppervlakte terrein
Het Geldersch Landschap
5 ha
Leerlingen, ouders en medewerkers van
Lengte beken
Havo Notre Dame
300 m
Buurtbewoners
Lengte recreatieve infrastructuur
Provincie Gelderland
980 m
Architecten
Aantal bezoekers (gebruikers)
Rinus Roovers en Jurjen Vermeer van Spring
640 leerlingen en medewerkers van de HAVO
Architecten Rotterdam (school)
en vele buurtbewoners en wandelaars van
Jan van Deutekom, Ontwerpatelier
verderweg
Ubbergen (wandelbrug)
105
Ademruimte voor steden en dorpen
106
Ademruimte voor steden en dorpen
Wageningen WUR Campus
Voor de totstandkoming van de Campus van de Wageningen University & Research Center (Wageningen UR) hebben gemeente en universiteit intensief samengewerkt. In de jaren negentig verrees de eerste nieuwbouw aan de noordrand van Wageningen. Inmiddels zijn de meeste onderwijs- en onderzoeksinstellingen op het terrein gevestigd. De grootste gebouwen staan als indrukwekkende monolieten op het parkachtige, open middengebied. Het is een plek geworden met ruimte voor ontmoeting en innovatie en waar duurzame ontwikkeling centraal staat.
107
Ademruimte voor steden en dorpen
108
Ademruimte voor steden en dorpen
Aan de noordrand van de stad ontwikkelt zich een campus voor een internationale universiteit. Niet alleen een grootse ruimte in een groene setting, maar ook ademruimte voor intiem en eigenzinnig leren en onderzoeken.
109
Ademruimte voor steden en dorpen
110
Ademruimte voor steden en dorpen
De verbinding van kennis en bedrijvigheid
Ruimte voor innovatie en ontmoeting
in een ontspannen setting leidt tot innovatiekracht, is onze overtuiging.
De Campus van de Wageningen UR heeft een
Meeste ruimte
heldere indeling. Op de rechthoekige plattegrond
Die ontwikkeling kwam op gang na het samengaan
zijn de randen gereserveerd voor lage gebouwen. De route voor auto’s en ander motorverkeer voert langs deze gebouwen en ook het parkeren gebeurt hier. Aan de noordelijke rand staan voornamelijk onderzoeksinstellingen. De zuidelijke rand is nu nog voor het grootste deel onbebouwd en is gereserveerd voor het bedrijfsleven. Hier staat al wel het opvallende witte Innovation Center van Friesland Campina, vlakbij de hoofdtoegang van het campusterrein. Dit in 2013 in gebruik genomen gebouw is de voorbode voor meer laboratoria en ontwikkelcentra voor life sciences. Op dezelfde
van de Landbouwuniversiteit en de Dienst Landelijke Onderzoek (DLO), medio jaren negentig. Destijds hadden beide fusiepartners drie terreinen in
Wageningen. Het terrein van DLO aan de noordkant van de stad bood de meeste ruimte voor een nieuwe
rotsen. Het groene karakter van het middenterrein sluit aan op de natuurlijke omgeving van de
campus. Ad van der Have is senior medewerker
van het Facilitaire Bedrijf. Hij was vanaf het begin betrokken bij de ontwikkeling van de campus: “We lieten ons inspireren door de klassieke
‘courts’ van universiteiten zoals Cambridge (UK) en Harvard (US ).Een open parklandschap met daarop architectonisch opvallende gebouwen als monolieten. We wilden een inspirerende
studieomgeving scheppen, met meer dan genoeg
de Campus gevestigd”, zegt Van der Have.
grote onderwijsgebouw op de campus. Rondom een centraal binnenplein zijn diverse functies
open middenterrein een aangenaam wandelgebied
400.000 vierkante meter aan gebouwen. Het concept van de campus is in eigen huis ontwikkeld, met B+B Landschapsarchitecten als ontwerpbureau.
in het campusontwerp. Aan de route naar de stad
gebundeld, zoals onderwijsfaciliteiten, het
universiteitsrestaurant en een café. Verder zit er de universiteitsbibliotheek die de eerdere twaalf door
de stad verspreide bibliotheken vervangt. “Een ideale plek om te studeren en elkaar te ontmoeten”, aldus
Van der Have. “Het mooie aan dit gebouw is dat het enorm groot is, maar toch erg gezellig oogt.”
dat is getransformeerd tot inspirerende
Orion
podium vinden doorlopend verschillende activiteiten
opgeleverd. Het tweede grote onderwijsgebouw op
ontmoetingsplaats. Op en rondom het verdiepte
In de buurt van Forum staat Orion, dat in 2012 is
plaats. Die variëren van debatten tot twittercolleges,
de campus, met een auditorium dat 720 zitplaatsen
van kunstprojecten tot lezingen. Verder zijn er zalen te huur. Van der Have: “Je kunt hier ook gewoon
een kop koffie drinken met collega’s en lekker eten in het Restaurant van de Toekomst. Impulse biedt een podium aan wetenschappers, docenten en
studenten. Ondernemers en andere mensen uit de stad zijn welkom bij activiteiten. Zo kunnen
directeuren uit het bedrijfsleven met studenten in contact komen. De verbinding van kennis en
bedrijvigheid in een ontspannen setting leidt tot innovatiekracht, is onze overtuiging.” Helix
onderzoekers en ondernemers samen gevestigd
bestaand gebouw en valt op het eerste gezicht
heeft. De vijfhoekige zaal is in maximaal zes kleinere collegezalen op te delen. Eromheen
staan zijn practicum- en computerlokalen. De
vorm van het auditorium bepaalt de contouren van het gebouw: de buitenkant is ook een
vijfhoek. De benedenverdieping is een van de
ontmoetingsplekken voor studenten: een grand café
waar regelmatig culturele activiteiten plaatsvinden. Onder het gebouw is een kelder met stallingsruimte voor 800 fietsen. Er zijn ook enkele grote
fietsenstallingen op het middenterrein. Deze liggen
enigszins verzonken in het grasveld, waardoor zodat ze minder opvallen en ze het open karakter van de
Impulse is een voorbeeld van hergebruik van een
op één campus. Er zijn hier allerlei plekken
niet op. Dat doen de nieuwe gebouwen op het
Kunstroute
op de campus. In aanbouw is nog het Helix-gebouw.
kunstwerken in de openbare ruimte. Maar ook
de wetenschap en de samenleving. We hebben
letterlijk en figuurlijk ruimte gecreëerd voor nieuwe ontwikkelingen.”
111
Ademruimte voor steden en dorpen
het Centrum Beeldende Kunst Gelderland.
die plaats. Het resultaat is een campus van bijna
mogelijk te maken. Niet voor niets zijn studenten,
kunnen komen. Dat is goed voor innovatie in
het herplaatsen van de kunst, onder auspiciën van
In de parkachtige omgeving komen de
ruimte om te verpozen en om ontmoetingen
en activiteiten waar zij met elkaar in contact
Hermelinde van Xanten maakten het beeldplan voor
Enkele jaren geleden is Forum gebouwd, het eerste
staat Impulse; een voormalig onderzoeksgebouw
de belangrijkste universiteitsgebouwen als grote
is, zijn alle medewerkers en studenten definitief op
met het concentreren van alle huisvesting op
Het open en groene middenterrein speelt de hoofdrol
Deze open omgeving is een weids gazon, met daarop
centrale kern zijn heen gedraaid. “Als Helix in 2015 af
Duurzaam voorbeeld
Hier openen ook enkele winkels, horeca en een
Heel anders is het ontwerp van het middenterrein.
27 werken. De kunstenaars Wim Korvinus en
en studenten mee. Een kunstroute voert langs
Forum
Impulse
In de randzones staan de gebouwen dicht op elkaar.
gebouw te herkennen als vier hoge atria die om een
snelweg. Sindsdien is de Wageningen UR begonnen
binnenkort woningen voor 400 studenten.
Inspirerende studieomgeving
Zij verhuisden de afgelopen jaren met medewerkers
De wokkelachtige helixvorm is straks binnen het
campus en ligt het dichtst bij het station en de
strook, maar dan meer richting de stad, verrijzen
kinderdagverblijf hun deuren.
zijn naam aan de DNA-structuur van eiwit.
campus zo min mogelijk verstoren.
middenterrein des te meer. Zij zijn de blikvangers
De monolieten presenteren zich als grote
Hier vestigen zich delen van de Agrotechnology
voor ‘kleine’ kunst is er plek op de campus. Een
& Food Sciences Groep. Het gebouw oogt aan de
buitenkant als een reusachtige kubus en ontleent
kunstwerken goed tot hun recht. Ze maken het
voor iedereen die werkt en studeert op de campus. Misschien minder in het oog springend zijn de
duurzame aspecten van het terrein. Zo speelt de
campus een rol in het waterbeheer van Wageningen.
Van der Have: “Tien procent van het terreinoppervlak bestaat uit water. De vijvers vangen kwelwater uit de omgeving op en zorgen door natuurlijk
verval voor het doorspoelen van de stadsgracht van Wageningen. Verder is alle nieuwbouw duurzaam in energiegebruik, bijvoorbeeld door het gebruik
van warmte-koudeopslag. De stroom komt van de
windmolens die bij onze vestiging in Lelystad staan.” Al met al functioneert de Wageningen UR op dit
moment voor meer dan driekwart klimaatneutraal. “Duurzaamheid is een van onze grote speerpunten. Het bouwen van de campus was op zichzelf al
belangrijke winst op het gebied van duurzaamheid en efficiënt ruimtegebruik. We hebben nu dertig procent minder vloeroppervlak nodig doordat we
allerlei functies konden combineren op één terrein. De Wageningen UR schroomt niet om op dit vlak
steeds nieuwe stappen te zetten. We willen hierin
een voorbeeld zijn voor onze studenten. Want zij zijn de beslissers van de toekomst, ook op het gebied van een duurzamere samenleving.”
deel van de kunstwerken stond eerder bij intussen verlaten universiteitsgebouwen elders in de stad.
112
Ademruimte voor steden en dorpen
113
Ademruimte voor steden en dorpen
114
Ademruimte voor steden en dorpen
Een inspirerende studieomgeving, zowel buiten als binnen, met duurzame en kunstzinnige aspecten. Allemaal ten behoeve van ontwikkelen en uitwisselen van kennis.
115
Ademruimte voor steden en dorpen
116
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Wageningen
Initiatiefnemer Wageningen UR Opdrachtgever Wageningen UR Betrokken partijen Wageningen UR Gemeente Wageningen Provincie Gelderland Landschapsarchitecten Bureau B+B Martine van Vliet Stedenbouwer Jeanne Dekkers Projectleiders Annemarie Koopman (gemeente Wageningen) Ad van der Have (Wageningen UR) Supervisor Kees Rijnboutt tot en met maart 2013 Start planvorming 1996 Start bouw en aanleg 1998 Oplevering 2013 tot ca. 2015 Oppervlakte terrein 50 ha Aantal bezoekers (gebruikers) 8.500 studenten, 5000 medewerkers
117
Ademruimte voor steden en dorpen
118
Ademruimte voor steden en dorpen
Zaltbommel Agnietentuin en Torentuin
De Torentuin in Zaltbommel is een oase van bloemenpracht en rust ter grootte van maar liefst anderhalve hectare. De tuin grenst aan het centrum van de stad, op een historische locatie binnen de stadswallen. In de middeleeuwen pronkte hier het Agnietenklooster met diverse bijgebouwen, waaronder een stadsboerderij met fruitboomgaard. Tot zestien jaar geleden stond er een log betonnen bejaardentehuis. Na de sloop van dat gebouw wachtte het terrein op woningbouw. Na de bouw van de eerste fase stokte de verkoop. De crisis op de woningmarkt gooide roet in het eten. Wat er wel kwam was een bewonersinitiatief om het afbraakterrein op te waarderen tot een groene pleisterplaats voor omwonenden van de Agnietenstraat: de Torentuin. Een tuin met een inmiddels landelijke uitstraling.
119
Ademruimte voor steden en dorpen
120
Ademruimte voor steden en dorpen
Binnen de veste ontstond een fijn buurtje, in een historische sfeer. De tijd echter maakte -pal ernaast- plaats voor een ‘community garden’. Ademruimte te midden van de huizen aan de rand van de oude binnenstad.
121
Ademruimte voor steden en dorpen
122
Ademruimte voor steden en dorpen
De charme van de tuin
Het pareltje van Zaltbommel
Wat begon als een lap grond met niks erop, is uitgegroeid tot de verwezenlijkte droom van Carien van Boxtel en een groep betrokken buurtbewoners. Op het voormalige bouwterrein
is dat er geen vast ontwerp is.
schortte daarom de tweede fase op. Een braakliggend
Zaltbommel: “Diverse gemeenten zinnen op
Cadeautje
bouwhekken en veel hondenpoep herinnerde aan de
woningbouwgronden. De Agnietentuin/Torentuin.
de gemeente Zaltbommel en Woonlinie, ondanks
terrein met rondslingerende bouwmaterialen, gouden tijd van de florerende woningmarkt.
van woningbouwproject Agnietentuin zag Carien al langer kansen voor een mooi project: “Ik loop
Tijd voor actie
elke dag een rondje door de stad, voordat ik met
De opruimwerkzaamheden op het Agnietenterrein
mijn werk begin”, vertelt ze. “Ik had altijd al het plan om ergens een tuin te ontwerpen voor en door buurtbewoners. En later bleek dat meer bewoners uit de buurt die wens met mij deelden. De locatie Agnietentuin had ik niet direct voor ogen. Die puinhoop van bouwafval en veel hondenpoep leek niet aantrekkelijk. Maar op een ochtend, eind februari 2013, werd het terrein opgeruimd. Navraag leerde me dat het een grasveld moest worden. Nou, dat is dan ieder geval groen, dacht ik. Maar dat kon
De puinhoop die op dat moment nog de plek
van de huidige tuin domineerde, was de plek
waar in de middeleeuwen het Agnietenklooster stond. Eind jaren zestig van de vorige eeuw
verrees daar bejaardentehuis De Wielewaal. Een betonnen kolos van zes woonlagen. Na de sloop van het tehuis, zestien jaar geleden, trachtte
een projectontwikkelaar er 63 appartementen
neer te zetten. Dat project bleef in de planfase
Dit is dan ook een uitstekend voorbeeld van hoe een
het besef dat het tijdelijk is. Van Boxtel: “Dat noopt
particulier initiatief woningbouwgronden tijdelijk optimaal kan benutten.”
van het aangrenzende appartementencomplex. Zij
moeite om de regie los te laten. Thijs Voncken,
nam contact op met Hilde van Waveren, bewoonster
Ook Woningcorporatie Woonlinie had aanvankelijk
had plannen voor de aanleg van een gezamenlijke
teamleider ontwikkeling van Woonlinie: “Wij
tuin voor haar medebewoners. Samen kwamen
ze tot het idee om het groter aan te pakken: een
tuin voor alle omwonenden. “Een dag later zaten er acht mensen aan mijn keukentafel bij wie
we de kans van slagen van onze plannen wilden peilen”, vertelt Van Boxtel. “Wij bespraken de
groen, bloemen, planten en (fruit)bomen.” Een
week later lag er een ‘inspiratieontwerp’ van Van
Boxtel en collega-ontwerper en buurtbewoner Arjan Nienhuis. Buurtgenoot Kees Helmers maakte een prachtige maquette. “Twee weken later zaten we met veertig mensen in een zaaltje om nog meer mensen enthousiast te maken. Ruim honderd mensen meldden zich daarna aan voor onze
eerste nieuwsbrief.” Nu alleen nog de gemeente
Zaltbommel en Woonlinie overtuigen van de groene
zaten in een lastig parket. Mensen keken naar ons
vanwege de puinhoop op het braakliggende terrein. En terecht! Maar veel geld om daarin te investeren was er niet. We waren niet voor niets gestopt met het bouwen van woningen. Vanuit persoonlijk
oogpunt was ik direct enthousiast over het plan voor de Torentuin. Professioneel gezien lag het
iets gevoeliger. Wat haal je je op de hals als je de
2011 en bestaat uit twintig appartementen, twee
koopwoningen en zes huurwoningen. Ze ademen
de historische sfeer. Fase twee zou bestaan uit nog eens negen appartementen en vier woningen.
De woningcrisis sloeg toe op het moment dat die woningen in de voorverkoop gingen. Woonlinie
123
Ademruimte voor steden en dorpen
Stichting De TorenTuin. “Het overtuigen van de
gemeente ging overigens niet helemaal vanzelf”, vertelt Van Boxtel. “De eerste termen die we
hoorden waren ‘aansprakelijkheid’ en ‘ruimtelijke ordening’ en nog meer mitsen en maren. Dat was ontmoedigend. Gelukkig hadden we een goed
uitgewerkt plan en een serieus te nemen bestuur.” Dat beaamt Johan van Rooij namens de gemeente
permanent en tijdelijk zijn. Verder mag iedereen
zijn steentje bijdragen. We kunnen dat niet allemaal managen, maar dat willen we ook niet. En hoewel een heleboel mensen de handen uit de mouwen
steken, is er nu een vaste kern van 20 tot 25 mensen die regelmatig hun steentje bijdraagt.”
over afzienbare tijd zal ie zelfs tot de verleden tijd
behoren, weet ze. “Als het morgen voorbij is, kijken
blij met zulke betrokken buurtbewoners. Hun goed
uitgewerkte plan hielp ons samen met de gemeente
tot het nemen van een weloverwogen – achteraf zeer goede - beslissing.”
we toch terug op een geslaagd project. We hebben in korte tijd zo veel bereikt en geleerd. En we hebben
nog plannen genoeg: de komende tijd wordt de oude stadsmuur naast de tuin gerestaureerd en er komt aan de buitenkant nog een schelpenpad. Als dat
Publiciteit
besloten de gemeente en Woonlinie om de locatie
De eerste fase van de bouw werd afgerond in
We hebben wel aangegeven welke onderdelen
ook dat we iets goed te maken hadden. We zijn dus
de Agnietenstraat. Dat project kreeg de naam
in tijdelijke bruikleen te geven aan (inmiddels)
en pluktuin. Daarbinnen liggen wandelpaden.
De Torentuin is nooit af, beseft Van Boxtel. En
Zelfs landelijk. “We zijn zeer actief op Facebook”,
Agnietentuin.
heeft een aantal functies, zoals moestuin, speelplek
voor het terrein. Aan de andere kant voelden we
Breed draagvlak Vanwege het brede draagvlak van het initiatief,
van de tuin is dat er geen vast ontwerp is. De tuin
Geslaagd project
plek in en besloot een aantal woningen te realiseren, passend bij haar reeds bestaande aanbod in
mensen gingen er al snel wandelen. De charme
we met de gemeente een ontwikkelovereenkomst
De Torentuin werd eind april 2013 geopend en
Woningcorporatie Woonlinie nam de vrijkomende
direct met de aanleg van de paden. Dat maakte de
regie over het terrein loslaat? Bovendien hebben
plannen!
steken. In 2008 sneuvelde het bestemmingsplan.
ons om snel te werk te gaan. Woonlinie hielp ons
Torentuin vanaf het begin aantrekkelijk voor velen:
Regie loslaten
speelplek voor kinderen en lekker veel (eetbaar) Stagnerende woningmarkt biedt kans
De stichting ziet de Torentuin als een cadeautje van
in maart 2013 zetten Van Boxtel aan tot actie. Ze
mogelijkheden voor een moestuin, een natuurlijke
beter!”
plannen voor een tijdelijke invulling van onbenutte
kon al snel op een brede belangstelling rekenen.
vertelt Van Boxtel. “En we sturen regelmatig een
allemaal klaar is, hebben we hier echt een historisch pareltje. Een pronkstuk voor Zaltbommel. En als
kleine troost denken we altijd: ‘Dierentuin Artis was ook ooit een tijdelijke tuin’.
persbericht uit met activiteiten. Dankzij al die
Prijs Oranjefonds
aan ons te binden. Daarnaast levert alle aandacht
tot Icoonproject van Groen Dichtbij Gelderland,
publiciteit weten we steeds meer betrokken mensen
In november 2013 is de Torentuin uitgeroepen
veel sponsoren die in natura bijdragen. We hebben
een initiatief van onder andere het IVN en het
namelijk maar weinig budget. Gelukkig komen
er verder wat giften binnen en ook de verkoop van
Oranjefonds.
producten uit de tuin levert best een paar honderd
euro op. Maar zonder de steun van de middenstand in Zaltbommel en omgeving zou de tuin er niet zo mooi bij liggen.”
124
Ademruimte voor steden en dorpen
125
Ademruimte voor steden en dorpen
126
Ademruimte voor steden en dorpen
Ook dit is stedelijk weefsel. Een toegankelijke plek waar mensen elkaar ontmoeten. Ruimte om te spelen, leven, ontdekken, tuinieren, voedsel te verbouwen.
127
Ademruimte voor steden en dorpen
128
Ademruimte voor steden en dorpen
Ademruimte in Zaltbommel
Initiatiefnemers
Oplevering
Agnietentuin:
Agnietentuin: 2010/11
Gemeente Zaltbommel
TorenTuin: 2013
Woonlinie
Oppervlakte plangebied
TorenTuin:
(totaal)
Stichting de TorenTuin (bewoners van de
2 ha, waarvan 1.5 ha TorenTuin
wijk)
Lengte wandelpaden
Opdrachtgevers
1 km
Agnietenhtuin:
Aantal bezoekers (gebruikers)
Gemeente Zaltbommel
Enkele duizenden sinds opening TorenTuin
Woonlinie
Aantal vrijwilligers
Betrokken partijen
50
Gemeente Zaltbommel Woonlinie Stichting de TorenTuin Projectleiders Agnietentuin: Thijs Voncken (Woonlinie) Frits Mellink (gemeente Zaltbommel) Stedenbouw Oostzee Ontwerp, Arnhem Architect Mulleners + Mulleners architecten Landschapsarchitect en tuinarchitect Stichting de TorenTuin i.s.m. Carien van Boxtel Arjan Nienhuis, Landschapsarchitect, Zaltbommel Start planvorming Agnietentuin: 2005 TorenTuin: 2013 Start bouw en aanleg Agnietentuin: 2009 TorenTuin: 2013
129
Ademruimte voor steden en dorpen
130
Ademruimte voor steden en dorpen
Het waarderen van plekken
economisch, ecologisch), de structuur, het landschap, de actualiteit, de mentaliteit, de
De essentie van de Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit is tweeledig: 1) het waarderen of
voorgeschiedenis van een plan of initiatief, het draagvlak daarvoor, de doelstellingen en
beoordelen van plekken, en 2) laten zien waar we trots op zijn. In het eerste geval gaat het om
ambities, de alternatieven, de effecten? Hoe draagt dit weten of begrijpen bij aan mijn
het doorgronden van de kwaliteit van een plek of een plaats of een gebied. Welke betekenis
beoordeling of waardering?
heeft de plek in het geheel van de leefomgeving? Hoe draagt het bij aan het handelen en welbevinden van de mens? In het tweede geval gaat het om het tonen wat je hebt en anderen daarvan deelgenoot maken, omdat je hen wilt inspireren en de gelegenheid wilt geven om te
3 Vinden
ervaren en te leren. Dit boek geeft daar uiting aan. Deze bijdrage zoomt in op eerste aspect,
het waarderen of boordelen van plekken. Graag wil ik een kleine reflectie hierover met u
Een mening hebben over een bepaalde plek. Over de inrichting, het beheer of onderhoud. Dan gaat het niet alleen over mooi of lelijk, maar ook over meer of minder geslaagd, over meer of minder aansprekend of ingepast, over meer of minder verrommeld of
delen.
aangeharkt. Deze denklijn laat een sterke, impulsieve oordeelsvorming toe. Wat, wie, wanneer? Wat is ruimtelijke kwaliteit van een bepaald gebied of plek? De kwaliteit van een gebied of plek (of plan) is altijd het resultaat van een beoordeling of waardering. Dat kan positief, neutraal of negatief uitpakken. Het maakt dus uit wie beoordeelt of waardeert. Zodra
4 Samenhang zien
het zich verhoudt tot de omgeving of een ander gebied. Hoe de wereld samenkomt in dit
de beoordeling of waardering in andere termen wordt uiteengezet. Het maakt dus verschil
ene gebied.
of een kunstenaar met creatieve bril of een wethouder met bestuurlijke ambities aan het woord is. Of een supervisor met autoriteit of de buurvrouw met ervaring. Ruimtelijke
kwaliteit is ook afhankelijk van tijd. De tijdsdimensie geeft inzicht in het belang dat wordt gehecht aan kwaliteitsbepaling en daarmee indirect aan kwaliteitszorg. Het is zinvol
aan de ruimtelijke omgeving, de maatschappelijke context (ook in de tijd gezien). Een
kwestie van positioneren. Zien hoe het gebied lijkt op een ander gebied, of juist niet. Hoe
iemand anders naar een gebied kijkt, is de kans groot dat de beschouwing anders verloopt en
kwaliteit is dus subjectief. Afhankelijk van de mens en zijn context. Maar ruimtelijke
Kwaliteitsbeoordeling of -waardering ontstaat door het desbetreffende gebied te relateren
5 Creatief denken
Het gaat erom dat bij de beoordeling of waardering gebruik wordt gemaakt van
verbeeldingskracht, fantasie, durf en inlevingsvermogen. En ook van ruimtelijk inzicht en ontwerpende vaardigheden. Met inzet van beeldend denken en creatief vermogen
kwaliteitsvraagstukken van uiteenlopende aard tijdig in het planproces in te brengen. Dan
krijgt een gebied of een plek (of een plan) meer diepte, gelaagdheid en betekenis. In staat
komt het streven naar ruimtelijke kwaliteit niet als mosterd na de maaltijd.
zijn om een plek creatief om te denken en om te vormen.
Een handreiking voor beoordeling en waardering Het feit dat ruimtelijke kwaliteit van een bepaald gebied het resultaat is van een beoordeling
of waardering, maakt de vraag naar een methode om te komen tot beoordeling of waardering des te noodzakelijker. Hoe kom ik tot een beoordeling of waardering van een bepaald
6 Betrokken zijn
De beoordeling of waardering krijgt diepgang als er sprake is van betrokkenheid,
betrokken zijn of betrokken worden bij een bepaald gebied, plek of plan. Die verbintenis heeft vele gezichten. Betrokkenheid maakt dat de te benoemen kwaliteit van de plek
gebied? Welke denkstappen heb ik tot mijn beschikking? Hieronder geef ik een handreiking
bepaald wordt door bijvoorbeeld herinneringen of verantwoordelijkheden. Welke
om het beoordelen of waarderen van plekken of gebieden, maar ook van plannen, echt
persoonlijke relatie heb ik met het gebied of de plek? Welke rol mag of wil ik vervullen in
aan te durven. Zeven manieren om te komen tot een verdiepingsslag in de beoordeling en
(de ontwikkeling van) het gebied of de plek?
waardering. Graag in samenhang toepassen.
7 Dialoog voeren 1 Kijken
Kijken begint met aanschouwen, de ruimte op je in laten werken, beschrijven wat je ziet en hoe het werkt. Niet één keer kijken maar meermaals, afwisselend in tijd (morgen,
middag, avond), seizoenen, weersomstandigheden of gemoedstoestand. Wat zie je, wat voel je, begrijp je het? Er ontstaat een begin van kwaliteitsbeoordeling of -waardering.
De beoordeling of waardering van de ruimtelijke kwaliteit van een bepaald gebied
komt niet alleen tot stand door wat ik persoonlijk zie, weet en vind, maar ook door het voeren van gesprekken, discussies en polemieken. Dit kan leiden tot een eensluidende
oordeelsvorming of niet. De dialoog kan min of meer toevallig zijn of kan juist structureel worden georganiseerd of gereguleerd. Extensief of juist intensief.
2 Weten
131
De vak- en ervaringskennis staat centraal. Wat weet ik van een bepaalde ruimte
Elbert van der Linden, adviseur ruimtelijke kwaliteit, provincie Gelderland
of gebied? Iets van de historie, ontwikkelingen en trends (sociaal, cultureel,
Ademruimte voor steden en dorpen
132
Ademruimte voor steden en dorpen
Juryrapport Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit 2014
Het thema van de vijfde editie van de Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit is ‘ademruimte’. Uit de tien genomineerde projecten blijkt veel aandacht voor kleinschalige ontwikkelingen. Het denken over de inrichting van stad, dorp en platteland gaat in dit tijdsgewricht niet over nieuwbouw, uitbreiding of grootschalige gebiedsontwikkeling. Het Jan Terlouw (voorzitter)
gaat om de aanleg van kleinschalige groene plekken – voor educatie, voor spelen, voor
Elma van Boxel
ontmoeting. Het gaat om ruimte voor water en voldoende recreatiemogelijkheden in de
Agnes Franzen
bestaande steden en dorpen of op de grens van stad en land. En dat allemaal in zorgvuldige
Hans van Loon
samenspraak met omwonenden, ondernemers en andere belanghebbenden; de gepredikte
Mark Hendriks
‘participatiesamenleving’ is in veel genomineerde projecten zichtbaar. De jury van de Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit, onder leiding van voormalig Commissaris van de Koningin Jan Terlouw, bezocht de tien projecten en kwam op vrijdag 13 december 2013 bijeen op het provinciehuis in Arnhem. De beraadslagingen werden eenmaal onderbroken
Ten derde is gekeken naar het innovatieve karakter van een project. Vernieuwing kan op
verschillende vlakken optreden: de actualiteit van het vraagstuk dat men heeft willen oplossen, de aanpak en benadering, het verloop van het planproces, de ruimtelijke en architectonische oplossingen die zijn voorgesteld.
Op basis van deze criteria is de jury unaniem van mening dat één project aanspraak maakt op de prijs. Het project is het resultaat van een samenwerking tussen gemeente en ondernemers die in tijden van crisis en stilvallende projecten toch gedurfd hebben de stad van een fraaie publieke ruimte te voorzien. Het project is van waarde voor de gehele gemeenschap en de
eigentijdse vormgeving sluit naadloos aan bij de waterrijke historie van de stad. Het is een
plek die letterlijk het thema ‘ademruimte’ verbeeldt – de winnaar van de Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit 2014 is het Strandeiland in Harderwijk.
zodat vertegenwoordigers van de genomineerde projecten een korte presentatie konden houden. Hierbij had de jury de mogelijkheid tot het stellen van vragen. Vooraf benoemde de jury enkele criteria. Die hebben niet gefungeerd als middel om
projecten van scores te voorzien. De criteria gaven houvast om door gesprek en discussie
tot besluiten te komen. Ze hielpen vooral in het concreet maken van het abstracte begrip ruimtelijke kwaliteit, waar moet op gelet worden, wat is van belang?
Allereerst is de jury zich bewust van de veranderde context waarin ruimtelijke
kwaliteit tegenwoordig tot stand komt. Het behoort niet langer tot de absolute
verantwoordelijkheid van de overheid, ruimtelijke kwaliteit moet ‘door de samenleving’
gerealiseerd en geborgd worden. Dit betekent dat projecten meer en meer tot stand komen in een samenspel van uiteenlopende partijen. Naast gemeenten en provincies zijn dit niet alleen waterschappen en beheersorganisaties, maar ook ondernemers, bewoners
en maatschappelijke organisaties. In welke vorm dit samenspel plaatsvindt is voor de jury een belangrijk uitgangspunt geweest. Dat de overheid de bal steeds vaker bij anderen
legt betekent niet dat ruimtelijke kwaliteit haar publieke betekenis heeft verloren. De
jury hecht dan ook aan de publieke impact van een project. Hoe urgent was het probleem dat is opgelost? Voor wie is het project gedaan, is het van waarde voor the happy few of profiteert een grote gemeenschap?
Ten tweede speelt het conceptuele karakter een rol. Hier snijdt het mes aan twee kanten.
Zo wint een project aan betekenis als het onderdeel is van een groter ‘verhaal’, van een
langetermijnvisie op de ontwikkeling van een plek, stad of gebied. In andere woorden: het project staat niet op zichzelf maar is onderdeel van een strategie waarmee over
een langere periode op consequente wijze aan actuele ruimtelijke vraagstukken wordt
gewerkt. Het omgekeerde geldt ook. Het project moet een adequate vertaling zijn van het
bovenliggende concept, een voorbeeldige uitwerking van de visie die men voor ogen heeft. Daarbij spelen begrippen als functionaliteit, programma, identiteit en schoonheid een
bepalende rol. Ook een vergelijking met de oude situatie is van invloed – in welke mate is de plek verbeterd, is de situatie opgeknapt?
133
Ademruimte voor steden en dorpen
Strandeiland en parkeergarage Houtwal – gemeente Harderwijk Door de aanleg van het Strandeiland is Harderwijk weer een stad aan het water.
Decennialang was de relatie tussen het historische centrum en het Wolderwijd verstoord
door havenactiviteiten, het Dolfinarium en een gigantisch parkeerterrein. Om van de oude stad naar het water te komen was geen sinecure. Alleen in de parkstrook ten zuiden van de Bruggepoort kon men langs het water lopen.
Het Strandeiland is een eigentijdse en tegelijkertijd tijdloze oplossing om de relatie tussen stad en water te herstellen. Het sluit aan bij de recreatieve behoeften van de hedendaagse
Harderwijker en toerist. Bij mooi weer kan er gezwommen worden, een ijsje gegeten en ’s
avonds geborreld. In de herfst is het eiland ideaal voor een wandeling met de hond, op het puntje van de strekdam wordt de indrukwekkende weidsheid van het Wolderwijd beleefd. Het getuigt volgens de jury van lef dat in deze moeilijke tijd –waarin veel gemeenten
terughoudend zijn met investeringen– de gemeente Harderwijk de stad van een broodnodige plek aan het water voorziet. Bovendien is het Strandeiland geen ingreep op zich: het maakt
onderdeel uit van een groter plan om het gehele Harderwijkse waterfront te herontwikkelen. Door de economische tegenwind heeft dit project grote vertraging opgelopen, maar door het Strandeiland toch aan te leggen beschikt Harderwijk nu al over een mooie en bruikbare plek aan het water.
De jury waardeert het dat de exploitatie en het beheer door lokale ondernemers is opgepakt. De provisorische inrichting met paviljoens van bouwmaterialen geeft het eiland een
charmante en anarchistische uitstraling. De jury zet vraagtekens bij de voornemens om de
faciliteiten te professionaliseren. Gaat dit niet ten koste van de charme en flexibiliteit, sluit het aan bij de wensen van de bewoners?
Het Strandeiland was samen met de pas aangelegde ondergrondse parkeergarage aan de
Houtwal ingediend. Net als het Strandeiland speelt de parkeergarage in op de ontwikkeling van het waterfront. De parkeerruimte die daar zal verdwijnen is door de garage aan de
Houtwal gecompenseerd. Toch benadrukt de jury dat de prijs alleen aan het Strandeiland
wordt toegekend, de bijdrage van de parkeergarage aan de algehele ruimtelijke kwaliteit van Harderwijk is te beperkt.
134
Ademruimte voor steden en dorpen
De keuze voor het Strandeiland is unaniem, maar ook twee andere projecten oogstten veel
museum voor geografie en navigatie doet recht aan de oude fortfunctie. De werking van de
ene project laat zien hoe één buurtbewoonster haar buren en lokale bedrijven activeerde
Op het niveau van het gehele linielandschap is de jury minder overtuigd. De relatie tussen
lof. Het zijn toonbeelden van het samenspel waaruit ruimtelijke kwaliteit voorkomt. Het om een braakliggende plek tot een park van betekenis te maken. Het andere project is
een institutionele variant van dat samenspel: gemeenten, provincie, Staatsbosbeheer
en ondernemers sloegen de handen ineen en bliezen de forten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie langs de Linge nieuw leven in.
linie was immers gebaseerd op geografische en topografische kennis.
de forten en de omgeving had sterker gekund, en van de ambitie om het verhaal van de
waterlinie tot leven te wekken is ter plaatse weinig te merken. De jury vraagt zich af welke waarde het project voor de lokale bevolking heeft. En door de rijkssteun had het project de
wind in de rug en dan lijkt alles makkelijker te gaan, voor de jury een reden dit project niet tot winnaar te bestempelen
Torentuin en Agnietentuin – gemeente Zaltbommel Het tijdelijk gebruik van de Torentuin in Zaltbommel is volgens de jury het meest actuele
Onder de overige genomineerde projecten laten twee projecten op prachtige wijze zien hoe
hoe een buurt bepaalt wat voor hen van algemeen belang is.
als ruimtelijke kwaliteit: het tot openbaar tuinenpark omgebouwde volkstuinencomplex De
voorbeeld van hoe anderen dan de overheid voor ruimtelijke kwaliteit kunnen zorgen, van De Torentuin ligt op de plek waar in de toekomst de laatste fase van het bouwproject Agnietentuin moet verrijzen. Het project betreft appartementen en grondgebonden
niet-overheden toch verantwoording kunnen dragen voor de realisatie van een publiek goed Koekelt in Ede en de nieuwbouw van de Ubbergse havoschool Notre Dame des Anges.
woningen in historische stijl aan de rand van de zuidelijke bolwerken. De eerste fase is inmiddels gerealiseerd.
Tuinenpark De Koekelt – gemeente Ede
in mum van tijd het braakliggende terrein omgetoverd in een tuin voor stadslandbouw,
grondgebied. Door de komst van sportvelden zou het Edese volkstuinencomplex bijna de
Toen de bouw stilviel heeft bewoonster Carien van Boxtel de buurt gemobiliseerd en is
Volkstuinvereniging De Koekelt kreeg jaren geleden te maken met een flinke inbreuk op haar
speelmogelijkheden, evenementen en buurtactiviteiten. De grootste kwaliteit van de tuin is
helft kleiner worden. De toekomst leek zwart: het zou een flinke daling in het aantal leden
volgens de jury de sociale binding die het bewerkstelligt tussen de bewoners van de sociale
woningbouw aan de Vogelenzang en de bewoners van de nieuwbouw aan de Agnietenstraat
– mensen die in het algemeen wat welgestelder zijn. In de Torentuin werken en ontspannen deze mensen zij aan zij. De kwaliteit is dus vooral sociaal-maatschappelijk – vanuit
ruimtelijk oogpunt is de tuin minder bijzonder, zulke tijdelijke buurttuinen worden in veel grote steden gesticht.
Niettemin ziet de jury dat de tijdelijke Torentuin in Zaltbommel pionierswerk is geweest.
De gemeente en de woningcorporatie hadden nog nooit met dergelijke initiatieven te maken gehad. Het spreekt voor hen dat ze overtuigd werden door de plannen van de buurt en de
grond in bruikleen hebben gegeven. De jury noemt het bemoedigend dat alle partijen zich terdege bewust zijn van de tijdelijkheid van het project. Het maande tot spoed: wie mee wilde doen, moest direct handelen.
Juist op dit punt maakt de jury een voorbehoud. In tegenstelling tot het Strandeiland – dat
permanent is – staat de onzekere toekomst van de Torentuin buiten kijf. Er zijn voornemens om delen van de tuin een plek te geven in het stedenbouwkundig ontwerp, maar de jury vraagt zich af of dat realistisch is.
betekenen, en het bestaansrecht van de volkstuinen kwam onder druk.
In plaats van af te wachten besloot het verenigingsbestuur tot genoegen van de jury het heft in handen te nemen. Was er een manier om de legitimiteit en betekenis van de volkstuinen opnieuw te formuleren? Het idee ontstond om de tuinen voor meer mensen van nut te
laten zijn, dus niet alleen voor leden, maar ook voor omwonenden, met name kinderen en
ouderen. Het resultaat is een tuinenpark dat door brede lanen voor iedereen toegankelijk is. Zo gebruiken kinderen uit de wijk Veldhuizen de routes om snel bij school of de sportclub te komen. Naast de tuintjes waar de leden groenten en bloemen verbouwen is De Koekelt een
plek waar ook een bijenhotel staat, schoolklassen les krijgen en ouderen activiteiten doen. De jury heeft grote waardering voor de aanpak en dito resultaat. Een sympathiek initiatief
met een fantastisch vervolg, dat is de beste omschrijving. Om in aanmerking te komen voor de prijs vond de jury de impact te lokaal, het betreft toch vooral de leden van de vereniging
en buurtbewoners die graag op De Koekelt komen. Ook de politieke en stedelijke complexiteit die eventueel overwonnen moest worden was –in vergelijking met bijvoorbeeld de Torentuin in Zaltbommel en het Strandeiland– marginaal. Hoe fijn ook, en hoe goed het ook getuigt
van behoorlijk bestuur, de gemeente Ede heeft de plannen van De Koekelt geen strobreed in de weg gelegd.
Lingekwartier – gemeenten Lingewaal en Geldermalsen Verschillende partijen bedenken samen een programma en beheersplan om historische
Notre Dame des Anges – gemeente Ubbergen
verhaal van de Nieuwe Hollandse Waterlinie zichtbaar te maken, een linie ooit gebouwd om
Nederland, is de nieuwbouw van het schoolgebouw en de herinrichting van de natuurlijke
objecten en landschapselementen een tweede leven te geven en het cultuurhistorische
Geredeneerd vanuit het Notre Dame des Anges, de enige op zichzelf staande havo van
West-Nederland te beschermen tegen aanvallen uit het oosten. Het project Lingekwartier
omgeving een gigantisch succes, zeker als we in ogenschouw nemen dat veel weerstrand
laat volgens de jury zien dat de rijksoverheid ambities op het gebied van cultuurhistorie en landschap niet alleen voor elkaar krijgt. Gemeenten, waterschappen, provincies, Staatsbosbeheer en avontuurlijke ondernemers zijn hard nodig.
Dit blijkt op het Geofort, het voormalige Fort aan de Nieuwe Steeg dat is omgebouwd tot
een museum over topografische kaarten en navigatietechnieken. Ten grondslag ligt een gedurfd ondernemersplan waarin het historische decor van het fort dienst doet als plek
voor kinderfeestjes en dagjes uit. Bedrijven kunnen er vergaderlocaties huren en er kan
gegeten worden in het tot restaurant omgebouwde munitiehuis. Het landschap rondom het fort is autoluw gemaakt, wandelpaden zijn aangelegd en structuren hersteld: het waterlinielandschap is toegankelijk en begrijpelijk gemaakt.
De jury waardeert de ambities en heeft vooral lof voor de wijze waarop de forten –naast
Geofort is fort Asperen omgetoverd tot kunstfort– herontwikkeld zijn. De nieuwe functie als
135
Ademruimte voor steden en dorpen
overwonnen moest worden. De jury is onder de indruk van de ‘leeromgeving’ die in Ubbergen is gecreëerd. Leerlingen en docenten vertoeven in een fraai en duurzaam gebouw, met hoge
ramen, een vijver en duidelijke zichtrelaties met het omliggende landschap van stuwwal en Ooijpolder. Tijdens pauzes kunnen scholieren het bosgebied in.
Vanuit publiek oogpunt had de jury nog teveel twijfels. Hoezeer is door de sloop van het oude schoolgebouw de ecologische verbinding tussen stuwwal en Ooijpolder verbeterd? Is het
gebied in de nieuwe situatie interessanter voor wandelaars en fietsers uit de regio en uit het
dorp? Had er meer gezeten in het ouderwetse ontwerp voor de wandelbrug over de provinciale weg? De jury neemt aan dat de kwelnatuur ter plaatste aan kwaliteit heeft gewonnen –
maar dit, samen met de particuliere betekenis, is te weinig om het project een prijs voor ruimtelijke kwaliteit te geven.
136
Ademruimte voor steden en dorpen
Drie projecten bleken onderdeel van langetermijnvisies op de stedenbouwkundige
ontwikkeling van de betreffende steden en dorpen. In alle drie de gevallen waardeert de jury
de conceptuele kracht en de poging om opgaven met de elkaar te verbinden. De gemene deler is dat de jury minder te spreken is over de feitelijke resultaten: de heringerichte plekken zijn
Maar: als de schakel is gerealiseerd, en in het noorden de nieuwe brug over de N218
gebouwd, gelooft de jury dat het Hofbeekproject van toegevoegde waarde is voor Lichtenvoorde en omstreken.
of niet bijzonder genoeg of ontberen de beloofde kwaliteit.
Tot slot twee projecten die zich manifesteren aan de rand van dorp en stad: de
Beekherstel – gemeente Apeldoorn
Wageningen University.
In het plan om het ondergrondse bekenstelsel weer zichtbaar te maken pakt de gemeente
herbestemming van een oude graanmolen in Wapenveld en de nieuwe campus van
Apeldoorn verschillende vraagstukken bij de kop: de broodnodige ruimte voor waterberging
Molencomplex Vrieze’s erfgoed, Wapenveld – gemeente Heerde
pleinen opnieuw en beter in te richten. Het voornemen raakt de ziel van de stad: door de
aangename pleisterplaats met regionale betekenis opgeleverd, aan de rand van het Veluwse
–Apeldoorn is qua regenval de natste stad van het land– is ingezet om straten, parken en
De herbestemming van graanmolen De Vlijt aan de rand van Wapenveld heeft een
beken en sprengen op te graven zal Apeldoorn weer een stad zijn op de flank tussen Veluwe
dorp Wapenveld. Het is typisch zo’n project waar weinig fout kan gaan: de plek is van
en IJssel. Het is knap dat de gemeente in staat is gebleken om de ambities –die al in 2002 zijn geformuleerd– over lange tijd overeind te houden, met zichtbaar resultaat.
De jury vraagt zich af of op inrichtingsniveau het onderste uit de kan is gehaald. Het profiel
van de Hofstraat lijkt aanzienlijk verbeterd door de aanwezigheid van het water van de Grift, maar op andere plekken stijgt de gekozen inrichting niet boven zichzelf uit. Het Brinkpark
bijvoorbeeld, met ondergrondse parkeergarage, is goed ontworpen, maar op architectonisch en gebruiksniveau niet uitzonderlijk.
Op het gebied van participatie rijzen twijfels: in hoeverre hebben bewoners invloed gehad
op de plannen? Die twijfels gelden ook voor het beheer: is men in Apeldoorn in staat om het water schoon te houden?
zichzelf mooi –hoog gelegen op een uitloper van de Veluwse stuwwal, nabij het Apeldoorns Kanaal– en het was niet meer dan vanzelfsprekend dat de lokale gemeenschap ervoor zou zorgen de eeuwenoude molen een nieuwe functie kreeg.
De plek is nu bekend onder Vrieze’s erfgoed –vernoemd naar de laatste molenaar– en
bezoekers maken er kennis met de rijke geschiedenis en oude ambachten, zoals brood bakken, land ploegen, verbouw van groenten en paarden mennen. De vraag is of de
mogelijkheden om deze ‘verloren’ kennis op te doen niet te beperkt zijn. Als De Vlijt gesloten is wordt je als bezoeker niet veel wijzer. Oftewel: zou meer mogelijk zijn, ook qua recreatieve voorzieningen? De ideeën voor kanoverhuur en een waterspeelplaats juicht de jury dan ook toe.
Stadshart, Borculo – gemeente Berkelland
WUR-Campus – gemeente Wageningen
De jury juicht het toe dat in Borculo gepoogd is om verschillende opgaven aan elkaar te
De campus van Wageningen University heeft een klassieke opbouw: een grote grasvlakte
dorpshart en het beter beleefbaar maken van de Berkel.
maar niet uitzonderlijk. De jury snijdt enkele kwesties aan die tijdens het bezoek op tafel
koppelen: de uitbreiding van het gemeentehuis, de vernieuwing van het historische
Nu een deel is uitgevoerd meent de jury dat de ambities niet geheel zijn waargemaakt. De
uitbreiding van het gemeentehuis was van begin af aan een ingewikkelde opgave, aangezien het bestaande gemeentehuis in de kenmerkende organische stijl van Alberts en Van Huut is
gebouwd. Door het ontwerp van een glazen, donkere en strakke aanbouw is op extreme wijze het contrast gezocht.
De jury concludeert dat de Oude Berkel tussen twee gebieden stroomt die ‘met hun ruggen
naar elkaar liggen’. Nieuwe bruggen zijn niet genoeg om het gemeentehuis op natuurlijke wijze met het dorpsplein te verbinden. Bovendien rijst de vraag wat de invloed is van de nieuwe HEMA-winkel op de verbinding tussen gemeentehuis en dorpshart.
De reuring rondom het gemeentehuis is overigens prettig, vooral in het heringerichte
met faculteits- en onderzoeksgebouwen. De parkinrichting en de architectuur ogen degelijk, kwamen.
Ten eerste valt het eenzijdige gebruik op. Er zitten bedrijven, maar is het denkbaar om ook
studentenhuisvesting, winkels en horeca toe te voegen? Ten tweede is de uitstalling tamelijk anoniem, wie of wat op de campus vertelt de argeloze passant dat hij te maken heeft met
een wereldberoemde universiteit op het gebied van voedsel, natuur en duurzaamheid. Tot
slot verdient de relatie met de stad Wageningen aandacht, hoe kan de campus voor ‘gewone’ inwoners aan betekenis winnen? Daarbij: wat staat te gebeuren met de vele monumentale gebouwen die de universiteit in de stad leeg achterlaat? Mark Hendriks, Tekstlandschap, Utrecht
arboretumpark en door de activiteiten rondom de melkfabriek. Maar ook hier zijn
kanttekeningen te plaatsen. Zo zit de moestuin, waar mensen onder meer broccoli van de muur kunnen plukken, aan de achterkant van het gemeentehuis. De Hofbeek, Lichtenvoorde – gemeente Oost Gelre De initiatieven langs de Hofbeek in Lichtenvoorde zijn stuk voor stuk sympathiek, maar
niet spraakmakend. De aanleg van het Cool Nature-project aan de zuidkant biedt volgens de jury eindelijk goede speelmogelijkheden voor kinderen, en hopelijk maken de nabijgelegen scholen er gebruik van. Het terugbrengen van de meanderende Hofbeek geeft het
Wentholtpark allure en de landschappelijke parkinrichting sluit goed aan bij het dorp. Dat de omliggende scholen en bewoners intensief geraadpleegd zijn kan de jury bekoren.
Maar het totaalproject –met onder meer een regionale fietsverbinding– is nog niet af. Wie het fiets- en wandelpad vanuit het zuiden volgt zal juist in het oude dorpshart moeite hebben
om de route in noordelijke richting te hervatten. Het schijnbare schakelpunt ligt ter hoogte van een basisschool dat ten koste van een hangplek opnieuw is heringericht. Voor de jury
Jury Gelderse Prijs voor Ruimtelijke Kwaliteit 2014 Jan Terlouw, voorzitter Elma van Boxel, landschapsarchitect, ZUS (Zones Urbaines Sensibles), Rotterdam Agnes Franzen, programmamanager praktijkleerstoel gebiedsontwikkeling en universitair docent TU Delft Hans van Loon, stedenbouwkundige, Mensen maken de stad, stedenbouwkundig concept & advies, Arnhem Mark Hendriks, journalist en bureauredacteur Blauwe Kamer, Tekstlandschap, Utrecht
is het doel van deze inrichting, en de bijdrage aan de verbinding tussen de twee wiggen, onduidelijk.
137
Ademruimte voor steden en dorpen
138
Ademruimte voor steden en dorpen
Verantwoording en dank
Ten behoeve van de beschrijving van de genomineerde projecten heeft Mark van de Laar c.s. van Tekstschrijvers.nl interviews gehouden met betrokkenen. De interviews vormen, samen met het aangeleverde projectmateriaal van de gemeenten, de basis van de tien uitgeschreven project-portretten. De per project uitgetekende ruimtelijke situatie en ligging moet opgevat worden als een artist-impression. De tekeningen zijn van de hand van Tony Tati, pennenstreek. De projectgegevens zijn aangeleverd door de gemeenten. Het juryrapport is, in samenspraak met de leden van de jury, opgesteld door Mark Hendriks. Deze is in verkorte vorm voorgedragen op de manifestatie ‘Ademruimte voor steden en dorpen’ op 5 maart 2014 te Zutphen. Met dank aan de juryleden voor de inspirerende beoordeling en de genomineerden voor hun creatieve deelname. © Provincie Gelderland
139
Ademruimte voor steden en dorpen