Voorjaar ‘16 - jaargang 11 - n°38
Gratis gezondheidsmagazine
Minister van Volksgezondheid
Maggie De Block
“Ook als klein land moeten we de beste willen zijn.”
DOSSIER
Dementie
Valpreventie
Intieme hygiëne
Tatoeages gevaarlijk?
Hooikoortsgevaar 10 bomen in bloei
INHOUD 3 5 6
10 Interview:
Voorwoord
6
Maggie De Block
19 14
Lezersvraag
Valpreventie
Achillespees
Dossier Dementie
28
10
27
28 31 32 Hooikoortsallergie
33
Tip van de apotheek
Is kaas gezond?
Recept
40
36 Kunnen tatoeages
gevaarlijk zijn?
40 Intieme hygiëne
44
44 46 47
colofon
Vitamine D
Feiten en Fabels Wedstrijd
Verantwoordelijke uitgever: Jan Kuyps • Redactie: Igor Van Mullem • Concept & creatie: www.ivan-hoe.be Verschijnt om de 2 maanden • Oplage: 29160 exemplaren • Surplusmagazine wordt verspreid bij de Surpluspartners in Vlaanderen. Overname van teksten en illustraties is enkel toegelaten na schriftelijke toestemming van de redactie en met vermelding van herkomst. De redactie staat in voor de betrouwbaarheid van de opgenomen informatie waarvoor ze echter niet aansprakelijk kan worden gesteld. Foto’s interviews © Dirk Kerstens, algemene fotografie © Shutterstock.
Surplusmagazine is een gemeenschappelijke publicatie van de coöperatieve CM-apotheken. www.surplusgezondheid.be Apotheken De Volksmacht
Apotheek In Het Zwaard
Apotheek Vivantia Leuven
De Lindeboom Apotheek
Medico-Sociale Initiatieven
Ieper
Prins-Bisschopssingel 75,
K. Leopold I-straat 34,
Ellermanstraat 74,
Roeselare-Tielt
Ellermanstraat 74,
3500 Hasselt
3000 Leuven
2060 Antwerpen
Beversesteenweg 35,
2060 Antwerpen
Tel. 011 28 05 05
Tel. 016 31 44 60
Tel. 03 206 28 10
8800 Roeselare
Tel. 03 206 82 28
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
2 - Surplusmagazine voorjaar 2016
Tel. 051 26 53 00
[email protected]
Voorwoord
Jouw apotheek, een huis van vertrouwen... Beste
U
it meerdere onderzoeken door gespecialiseerde bureaus blijkt dat apothekers heel hoog scoren op het vlak van vertrouwen. De apotheek is een plek waarvan we verwachten dat we er onze vragen of problemen kunnen voorleggen en er sterk op vertrouwen dat we de juiste informatie, een degelijk advies of een passend product krijgen. Door de uitbreiding van het gamma generische producten en door de druk van de overheid om steeds meer geneesmiddelen op stofnaam voor te schrijven, stijgt het belang van de apotheker als gezondheidsadviseur.
De laatste jaren ontwikkelde de overheid nieuwe instrumenten om administratief meer zekerheid in te bouwen. Door databanken omtrent verzekerbaarheid te koppelen, behoort bijvoorbeeld de sis-kaart intussen tot het verleden. Maar ook de dienstverlening van de apotheker loopt nu vlotter. De attesten die noodzakelijk zijn voor de terugbetaling van bepaalde geneesmiddelen zijn nu via een databank te raadplegen. Artsen worden vandaag aangemoedigd om hun voorschriften elektronisch door te sturen, voorlopig nog even gecombineerd met een papieren versie. Dit soort ingrepen moeten de eventuele foutenmarge nog verder doen dalen.
Ook voor de patiënten zijn er voordelen. Via het ziekenhuis, de huisarts of de apotheker kun je je toestemming geven om jouw medische gegevens beschikbaar te stellen voor medische hulpverleners die daarvoor gerechtigd zijn. Belangrijk in bepaalde omstandigheden... zeker in crisissituaties. Dergelijke stappen komen de kwaliteit van de dienstverlening in de apotheek ten goede en openen mogelijkheden om nieuwe services te ontwikkelen. De surplus-apotheken zijn momenteel volop bezig om de nodige linken te leggen om het medicatieschema gezamenlijk te laten beheren door de arts, de apotheker en eventueel andere betrokken zorgverleners van patiënten die veel medicatie nodig hebben, zowel in de woonzorgcentra als in de thuiszorg. Nog meer dan voorheen bewaakt de apotheker nauwlettend jouw medicatiegebruik en is jouw vertrouwenspersoon op het vlak van gezondheid. Een rol die we graag opnemen... en door geen enkele webshop te evenaren is. Veel leesgenot. met vriendelijke groeten Frans Adams
ms FransbeAstduuarder Vivantia
geerd Gedele
De Surpluspartners zijn voortdurend op zoek hoe we het nog beter kunnen doen. De stem van de patiënt is voor ons belangrijk. Heb je ideeën of suggesties, laat het ons weten via de ideënbus op www.surplusgezondheid.be.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 3
V ER K RI
J GB A A
R
BIJ UW EK A P O T HE
KRACHTIGE AANPAK VAN WRATTEN
ÉÉN DELING BEHAN EEK PER W
SMS ® EndWarts PEN om en et rg ve u ijven Opdat u niet zo kan u zich inschr n, ge en br te n aa ijkse elke week e om een wekel .b ts ar w d n .e . w op ww gen op uw GSM an tv on te S M -S herinnering
www.endwarts.be
EndWarts® PEN is een medisch hulpmiddel. Lees de bijsluiter zorgvuldig voor gebruik.
LEZERS
vraag
Waarom rimpelen je vingers en tenen in bad? Beste, Na een lange douche of warm bad zien je vingers en tenen er inderdaad rimpelig uit. Kinderen noemen het wel eens ‘oudevrouwtjes’-huid. In water van zo’n 40°C ontstaan de rimpels al na ongeveer drie minuten. Eigenlijk wisten de wetenschappers lange tijd niet waarom die huid verrimpelt, maar nu zijn er twee theorieën … en zelfs een idee over het nut ervan.
Uitzetten De eerste theorie gaat ervan uit dat de buitenste huidlaag of hoornlaag heel veel vocht opneemt en daardoor uitzet. Omdat die hoornlaag vastzit aan de onderliggende huidlagen kan ze niet weg en begint ze dus te rimpelen. Zeker de hoornlaag op de voetzolen en de handpalmen kan erg dik zijn. Zo dik dat ze soms een eeltlaag vormt. Vermits een dikke hoornlaag meer kan zwellen, zijn de rimpels er ook erger.
Newcastle blijkt dat we die gerimpelde vingertoppen en tenen van onze voorouders hebben geërfd, toen we nog als jagers en plantenverzamelaars leefden. Men liet twintig proefpersonen 45 voorwerpen tussen duim en wijsvinger vastnemen en naar een andere plek brengen. Men gebruikte zowel natte als droge voorwerpen en liet de test uitvoeren met droge, gladde en gerimpelde vingers.
Voorouders
En wat blijkt? De test met de natte voorwerpen kon men met natte vingers gemiddeld 15 seconden sneller uitvoeren dan met droge vingers. Eigenlijk een beetje te vergelijken met de functie van het profiel op autobanden of schoenzolen. Rimpelige vingertoppen hielpen onze voorouders om voedsel in natte vegetatie of in water te vinden en gemakkelijk vast te grijpen. Rimpels op de tenen waren dan weer nuttig om meer grip te krijgen op een modderige of natte ondergrond. Maar dan kun je je natuurlijk de vraag stellen waarom onze vingers en tenen dan niet voortdurend gerimpeld zijn. Helemaal vast staat het niet maar mogelijks zouden we dan minder gevoel hebben in onze vingertoppen en zou de huid sneller beschadigd kunnen raken.
Maar waarom zouden die vingertoppen en tenen nu eigenlijk rimpelen? Uit onderzoek aan onder meer de universiteit van
Met vriendelijke groeten De redactie
Krimpen Een recente theorie bekijkt het echter vanuit een andere hoek. Daarin zwelt de hoornlaag niet op maar gebeurt net het omgekeerde. Het water dat in je huid trekt, stimuleert het autonome zenuwstelsel waardoor de bloedvaatjes in de vingertoppen en tenen samentrekken en het volume er net afneemt. Vermits de huid niet mee krimpt, ontstaan er golfjes of rimpels.
Heb je ook een vraag omtrent gezondheid? Surf dan naar onze website www.surplusgezondheid.be en vul er het contactformulier in. En wie weet behandelen we jouw vraag in het volgende nummer.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 5
5 valt tips om te
voorkomen dat je
Z
owat een derde van de 65-plussers valt minstens één keer per jaar. Vrouwen overigens vaker dan mannen. Soms kom je er vanaf met enkel wat schrammen, kneuzingen of schaafwonden maar vaak kan zo’n valpartij op oudere leeftijd ook ernstige gevolgen hebben zoals breuken of zelfs blijvende invaliditeit. Nochtans kun je heel wat doen om het valrisico te beperken.
6 - Surplusmagazine voorjaar 2016
Tip 1: Beweeg Door veel stil te zitten, boet je lichaam in aan soepelheid en spierkracht. Zelfs een kleine struikeling kan dan al tot een stevige smak op de grond leiden. Blijven bewegen is de boodschap om het risico op valpartijen te beperken. Je botten versterken en je onderhoudt je reflexen, spierkracht en coördinatie zodat je lichaam tegen een stootje kan. Tegelijk daalt ook het risico op bepaalde ziekten zoals diabetes, kanker en hart- en vaatziekten en kun je langer zelfstandig thuis blijven wonen. Naarmate we een jaartje ouder worden, kan bewegen wat moeilijker gaan. Maar dat bewegen hoeft niet per definitie intensief te zijn. Een half uurtje per dag matig bewegen is ideaal en je kan dat makkelijk combineren met je dagelijkse bezigheden. Ook tuinieren, poetsen of met de kleinkinderen spelen zijn vormen van bewegen. Ga een eindje wandelen of fietsen, maak een ommetje met de hond, neem de trap i.p.v. de lift of stap een halte vroeger van de bus af. Probeer ook twee keer per week specifieke oefeningen te doen die jouw evenwicht, kracht en lenigheid trainen.
Professioneel advies nodig? Vraag raad aan een woningadviseur via de thuiszorgwinkel. Voor meer info: www.thuiszorgwinkel.be
Tip 2: Veiligheid in huis Heel wat grote en kleine ongelukken in en rond het huis gebeuren door onveilige situaties. Het loont dus zeker de moeite om de checklist eens te overlopen en te kijken waar je eventueel iets moet wijzigen. Vaak kan een kleine aanpassing al een groot verschil maken. Als er toch ingrijpendere veranderingen nodig zijn, kun je rekenen op het professioneel advies van een woningadviseur via een thuiszorgwinkel in jouw buurt.
Schoenen ✓ Draag schoenen die de voet volledig omsluiten, geen instappers of slippers dus ✓ Vermijd schoenen met een gladde lederen zool of een antislipzool, maar kies voor stevige en platte zolen, het liefst met reliëf ✓ Zorg dat je schoenen niet te groot of te klein zijn ✓ Elastische veters zorgen er voor dat je je niet voorover moet buigen, als dat moeilijk gaat. Ook een velcrosluiting kan handig zijn ✓ Loop niet op blote voeten, kousen of nylons ✓ Bepaalde voetproblemen zoals eeltknobbels, ingegroeide nagels of blaren kunnen je stabiliteit beïnvloeden. Laat ze dus goed behandelen
Slaapkamer ✓ Zorg voor voldoende verlichting (eventueel een nachtlampje) ✓ Voorzie een lichtschakelaar die je vanuit je bed kunt bedienen ✓ Zorg dat je makkelijk in en uit je bed kunt (het best komen je voeten net aan de grond als je op de rand van je bed zit) ✓ Voorzie eventueel een toiletstoel in de buurt ✓ Zorg dat je nergens over kunt struikelen of uitglijden, zoals een tapijt ✓ Een tweede telefoontoestel in de slaapkamer voorkomt dat je je moet haasten om een oproep te beantwoorden
Badkamer ✓ Loop niet op een natte vloer want zeep, water en tegels maken de vloer glad ✓ Gebruik antislipmatten ✓ Plaats stevige handgrepen op cruciale plekken zoals aan het toilet, in de douche, het bad en aan de wastafel ✓ Een plastic zitje of badplank kan handig zijn voor in bad of douche ✓ Hou de badkamer opgeruimd ✓ Zorg dat de badkamerdeur ook aan de buitenkant ontgrendelbaar is
Trap
✓ Gebruik een stevige en stabiele trapladder als je iets op grotere hoogte nodig hebt ✓ Zorg dat de kastdeurtjes goed sluiten, zodat je je er niet aan kunt stoten ✓ Berg elektrische apparaten en gevaarlijke voorwerpen zoals messen na gebruik veilig op
Huiskamer ✓ Voorzie voldoende verlichting
✓ Doe de tapijten weg of breng een antislip-strip aan ✓ Laat niets op de vloer slingeren
✓ Zorg voor goede verlichting aan de trap en in de gang
✓ Zorg dat er geen snoeren los op de vloer liggen en dat je voldoende ruimte hebt om te bewegen
✓ Breng een antisliplaag aan op de treden
✓ Zorg dat je gemakkelijk bij spullen kunt die je vaak nodig hebt
✓ Zorg dat het verschil tussen de laatste trede en de vloer goed duidelijk is (bijvoorbeeld met een speciale fluostrip)
✓ Een drempel kun je met een fluorisatiestrip duidelijk zichtbaar maken
✓ Voorzie minstens één leuning, maar twee is natuurlijk nog beter
✓ Plaats de telefoon centraal en niet te hoog
✓ Maak eventuele traplopers goed vast
✓ Kies voor ondiepe en comfortabele zetels
✓ Laat geen spullen op de trap slingeren
✓ Stap nooit met enkel sokken of nylonkousen op de trap
✓ Gevaarlijke trappen daal je best achterwaarts af
Keuken ✓ Ruim de keuken meteen op
✓ Plaats dingen die je vaak nodig hebt op grijphoogte
✓ Reinig de vloer regelmatig want ook over stof, kruimels en groentesnippers kan je uitglijden
Tuin ✓ Hou het tuinpad schoon zodat je niet kunt uitglijden over bladeren, mos, of sneeuw ✓ Let ook op met tegels en houten oppervlakken. Tijdens regenweer worden die bijzonder glad ✓ Vervang losliggende of te gladde stenen
✓ Een automatische verlichting met sensor aan de buitendeur maakt alles goed zichtbaar ✓ Vraag hulp als je de tuin niet alleen kunt onderhouden
Week van de valpreventie Van 18 tot en met 24 april organiseert Vlaanderen de 5de Week van de Valpreventie. Voor meer info: www.valpreventie.be
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 7
valpreventie
Tip 3: voorkom duizeligheid Zo’n 10 tot 15 procent van de valpartijen zijn het gevolg van een moment van duizeligheid. Die kan verschillende oorzaken hebben. Je hebt waarschijnlijk ook wel al eens gevoeld dat je je wat warrig kunt voelen als je plots uit je bed of zetel recht veert. Bruuske bewegingen zorgen er voor dat je bloeddruk tijdelijk daalt en je hersenen even te weinig zuurstof krijgen. Ook een te hete douche of bad en bepaalde medicijnen kunnen aan de oorsprong van duizeligheid liggen. Om die plotse bloeddrukdaling te voorkomen, kom je best voorzichtig uit je bed of zetel. Ga eerst rechtop zitten en wacht enkele seconden. Adem een aantal keren diep in en uit, maak wat bewegingen door bijvoorbeeld je polsen en enkels te draaien en zet dan je beide voeten naast elkaar plat op de grond. Steun met je handen op jouw knieën en kom nu voorzichtig recht. Gebruik een extra kussen of plaats je hoofdeinde 20 à 30 centimeter hoger zodat je hoofd hoger ligt dan de rest van je lichaam.
Wanneer je je toch duizelig voelt, kun je de bloeddoorstroming verbeteren door eerst de benen en dan de buikspieren aan te spannen of je benen te kruisen.
Let op Heel sporadisch eens duizelig worden, is niet echt een probleem. Een ander verhaal is het wanneer dit vaak gebeurt. Dat kan wijzen op een onderliggend probleem. Het gevaar is dat de bloeddruk laag blijft en je dus een zeer groot risico loopt om te vallen. Overleg daarom met je arts als je je heel vaak duizelig voelt.
Chinese kool, spinazie, rammenas, radijzen, abrikoos, appels, dadels, kiwi’s en pruimen. Matig ook je alcoholgebruik, zeker als je wat ouder wordt. Door de afname van het lichaamsvocht, toename van lichaamsvet en een verminderde lever- en nierwerking word je extra gevoelig voor de negatieve gevolgen van alcohol waaronder tragere reflexen. Probeer daarom het gebruik te beperken tot maximaal twee glazen alcoholhoudende dranken per dag.
Wist je dat... ook roken het risico op broze botten verhoogt?
Tip 4: Let op je voeding Ook wat je eet, beïnvloedt het risico om te vallen. Om onze spieren en botten te versterken heeft ons lichaam nood aan voldoende calcium en vitamine D. Zo onderhoudt ons lichaam haar stabiliteit. Zeker 75-plussers hebben vaak een tekort aan zowel calcium als vitamine D. Eet daarom geregeld melkproducten, peulvruchten, vis, eieren, broccoli,
Opgelet Ook geneesmiddelen kunnen het risico op vallen beïnvloeden. Zie pagina 27 voor meer info.
Kijk op www.thuiszorgwinkel.be voor een thuiszorgwinkel in uw buurt. in samenwerking met uw thuiszorgwinkel
Tip 5: Laat regelmatig je ogen controleren Uiteraard moet je goed kunnen zien als je niet wil vallen. Heel vaak leidt een verminderd dieptezicht of contrastgevoeligheid tot een valpartij. Daarom is het belangrijk om een bril op maat en met een aangepaste glazensterkte te dragen. Bezoek ook jaarlijks je oogarts om na te gaan of er een aanpassing nodig is. Ook bepaalde oogaandoeningen zoals cataract of glaucoom kunnen vaak vrij gemakkelijk behandeld worden.
0
0800 20 95 lift.be
www.comfort
TRAPLIFTEN, HUISLIFTEN, PLATEAULIFTEN & GOEDERENLIFTEN
VRIJBLIJVENDE OFFERTE / BEZOEK SE RV IC E
24/24 - 7/7
BEL GRATIS: 0800 20 950
BEZOEK ONZE SHOWROOMS TE WAREGEM & WEMMEL (BIJ VOORKEUR OP AFSPRAAK)
WWW.COMFORTLIFT.BE 8 - Surplusmagazine Winter 2016
Mannebeekstraat 3 | B-8790 Waregem |
[email protected]
Wij verhogen uw comfort !
ZONDER AFHANKELIJKHEID ZONDER SLAPERIGHEID OVERDAG
HOMEOPATHISCH GENEESMIDDEL. Vraag raad aan uw apotheker. Geen langdurig gebruik zonder medisch advies. Lees aandachtig de bijsluiter.
Surplusmagazine Zomer 2015 - 9
INTERVIEW Maggie De Block
“Ook als klein land moeten we de beste willen zijn.” N
a 25 jaar als arts kreeg ze in 2014 zelf de touwtjes van het Belgische gezondheidsbeleid in handen. De ervaring die ze opdeed als staatssecretaris voor Asiel en Migratie kan ze goed gebruiken om het hoofd koel te houden in de vele dossiers die op haar bureau terechtkomen. Want met zowel Volksgezondheid als Sociale Zaken leidt ze één van de zwaarste kabinetten van het land. Ze moet rekening houden met de verwachtingen van artsen, apothekers, specialisten, ziekenhuizen… maar vooral die van de patiënten. Surplus Magazine sprak met haar over de uitdagingen voor het apothekersberoep en de toekomst van onze gezondheidszorg.
10 - Surplusmagazine voorjaar 2016
De gezondheidszorg staat voor heel wat uitdagingen. Welke zijn voor jou de prioriteiten? “Het is belangrijk dat we onze gezondheidszorg voor iedereen toegankelijk en betaalbaar houden. Ook voor de volgende generaties. Door de toenemende vergrijzing stijgen de gezondheidskosten en tegelijk zijn er ook allerlei technologische en wetenschappelijke ontwikkelingen die de deur openen naar nieuwe behandelopties. Daardoor krijgen patiënten een betere behandeling maar die hebben uiteraard ook een budgettaire impact. Bovendien moeten we er nauw over waken dat die nieuwe technieken wel degelijk een meerwaarde bieden. Vroeger duurde het weken of maanden om een DNA-analyse te maken terwijl dat nu soms al op een paar uren kan. Dat betekent dat we kunnen onderzoeken waarom iemand een bepaalde ziekte ontwikkelt waardoor we meer en meer evolueren naar een gepersonaliseerde geneeskunde. Als er twee patiënten met borstkanker in de wachtzaal zitten, dan is het goed mogelijk dat ze elk een andere behandeling krijgen omdat hun genetische achtergrond verschilt. Dat vraagt ook een beleidsmatige hertekening van het gezondheidslandschap en als overheid moeten we daar voorop lopen.” Dat betekent ook een grote financiële uitdaging. Zullen de kosten van de gezondheidzorg beheersbaar blijven? “We willen zowel in de ziekenhuizen, de eerstelijnszorg als op het vlak van geneesmiddelen de middelen rationeler aanwenden om zo ruimte vrij te maken voor innovatie. Volgens een OESO-rapport besteden de Belgen zo’n 3 procent van hun uitgaven aan gezondheidszorg, waarvan ongeveer een derde aan geneesmiddelen. Om die kosten te temperen voeren we vanaf maart 2016 een ‘patent cliff ’ in. Wanneer een geneesmiddelenpatent vervalt, bouwen we de verkoopsprijs normaal gezien geleidelijk aan af. Maar vanaf maart daalt die meteen met maar liefst 54 à 60 procent. Alleen al door deze maatregel zal de
patiënt tegen 2018 op jaarbasis 15 miljoen euro minder betalen voor geneesmiddelen. En ook voor de overheid daalt de geneesmiddelenfactuur hierdoor met 76 miljoen euro per jaar tegen 2018. Geld dat we dan opnieuw kunnen investeren in innovatieve geneesmiddelen.” Moet u soms moeilijke keuzes maken als het over terugbetaling van geneesmiddelen gaat? “Ik maak die keuzes niet zelf. Er is een commissie die elk geneesmiddel controleert op zijn therapeutische meerwaarde en dan een globaal advies geeft. In de meeste gevallen volgen we die ook. Alleen voor weesgeneesmiddelen ligt dat soms moeilijk. Voor sommige aandoeningen zijn er misschien maar 2 of 3 patiënten waardoor de kosten erg hoog kunnen oplopen. We hebben een jaar onderhandeld om een princiepsakkoord te bereiken over het dure niermedicijn Soliris. In afwachting van terugbetaling volgens de wettelijke procedure stelt de firma het medicijn ter beschikking van alle patiënten in een eindstadium nierfalen door aHUS*. Erg belangrijk want dat betekent voor deze mensen het verschil tussen leven met nierdialyse of leven met een nieuwe nier. De commissie gaf eigenlijk een negatief oordeel en ik had me daar makkelijk achter kunnen verschuilen, maar ik heb er toch voor gekozen om een oplossing te zoeken op het terrein. Want je zal meer net één van die twintig nierpatiënten met aHUS zijn.”
diensten en adviesverlening over administratie. We zien dat nu al met z’n adviesrol over het gebruik van nieuwe soorten inhalatietoestellen. Vroeger werden die vaak verkeerd gebruikt waardoor ze soms weggesmeten geld waren. Sinds enige tijd krijgt de apotheker een begeleidingshonorarium waardoor hij de tijd heeft om z’n patiënten aan te leren hoe ze de puffers correct moeten gebruiken. Hoe dan ook neem ik alle maatregelen in overleg met de verschillende beroepsgroepen want het zijn zij die de patiënten in de ogen kijken.” Moeten artsen en apothekers beter samenwerken? “Voor de patiënt telt dat hij goed wordt verzorgd en dat kan enkel als alle zorgverleners nauw samenwerken. Dat geldt ook voor artsen en apothekers. Het is belangrijk dat zij hun kennis uitwisselen, overleggen omtrent medicatie, samen de therapietrouw opvolgen, enz. Vandaar het belang van het gedeeld multidisciplinair medicatieschema. Daarom geven we ook financiële steun aan projecten of initiatieven die de samenwerking tussen zorgverleners helpen verbeteren, maar uiteindelijk moet het werk natuurlijk op het terrein gebeuren. Alles hangt af van de goodwill van alle betrokkenen op het terrein.”
Zal ook de rol van de apotheker in de toekomst verder evolueren? “Ongetwijfeld wel, al blijft de apotheker wel de vertrouwenspersoon en raadgever als het over medicatie gaat. De apotheker weet perfect wat z’n patiënten nemen, hoe ze die medicatie moeten nemen, welke interacties mogelijk zijn, enz. Maar in de toekomst zal de apotheker ook sterker betrokken zijn bij de behandeling en opvolging van z’n patiënten en een belangrijke rol spelen op het vlak van preventie, doorverwijzing naar gespecialiseerde
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 11
interview
Het gebeurt wel eens dat een bepaald geneesmiddel niet beschikbaar is bij de groothandel. Kunnen we dat in de toekomst vermijden? “Sinds 2013 bestaat er een taskforce die de onbeschikbaarheid van geneesmiddelen opvolgt, want het klopt dat er soms problemen zijn met de bevoorrading. Gelukkig komt de gezondheid van de patiënt bijna nooit in gevaar, onder andere omdat we zo goed als altijd alternatieve mogelijkheden vinden voor een onbeschikbaar medicijn. Sinds de oprichting van de taskforce zijn wij nog maar met drie onbeschikbaarheden geconfronteerd die als “zorgwekkend” werden bestempeld. In één geval moest een andere behandelingsmethode worden opgestart en in de twee andere gevallen vroeg dit extra klinische opvolging door de arts bij de overschakeling naar een ander geneesmiddel. Maar daarom nemen we dit probleem niet minder serieus. Er kan al eens een onverwachte stockbreuk optreden of een bepaald lot geneesmiddelen wordt teruggetrokken maar het probleem is ook dat er hele korte afstanden zijn tussen de verschillende Europese landen. Voor een leverancier kan het financieel soms interessanter zijn om de geneesmiddelen
12 - Surplusmagazine voorjaar 2016
in een bepaald land te verkopen omdat ze er een betere prijs krijgen waardoor er in een ander land een tekort ontstaat. Dat vraagt dus een Europese aanpak en zowel het fagg, het Riziv, de geneesmiddelproducenten, de leveranciers, de apothekers als de overheid moeten daar hun verantwoordelijkheid opnemen. België heeft wel als een van de enige Europese landen een uniek meldingsplatform opgericht waardoor we een veel betere kijk hebben op die onbeschikbare geneesmiddelen. De gegevens zijn voor meer dan 98% gevalideerd door de vergunninghouders en de lijst wordt iedere werkdag bijgewerkt en gepubliceerd op de website van het fagg.” Therapieontrouw leidt tot verspilling en stijgende kosten voor de gezondheidszorg. Hoe kun je voorkomen dat patiënten hun medicatie niet of fout nemen? “Het is belangrijk dat zorgverleners patiënten correct en begrijpelijk informeren over hun gezondheid en het belang van een therapie. Het medicatieschema kan daar een essentiële rol in spelen. Die duwt je met de neus op de feiten. Als je één of twee pilletjes
moet nemen, valt dat wel mee maar het wordt een probleem als je er veel moet nemen, bovendien vaak op verschillende tijdstippen. Bepaalde apps kunnen je eraan herinneren dat het tijd is om je medicatie te nemen. En er zitten nog andere technische ontwikkelingen aan te komen die hier een belangrijke rol kunnen spelen. Zo wordt de laatste hand gelegd aan een systeem dat mensen met diabetes type 1 automatisch op de hoogte houdt van hun suikerspiegel en meteen aangeeft wat ze moeten doen. Zeker voor kinderen is dat erg interessant want ze zijn extra gevoelig voor schommelingen waardoor ze vaker een hypoglycemie hebben.” Anderen nemen dan weer te veel medicatie. “Dat is inderdaad nog altijd een probleem waardoor we geld moeten uitgeven dat we niet kunnen gebruiken voor nieuwe innovaties. Dat geldt trouwens ook voor het gebruik van zware medische apparatuur zoals CT-scans. Je knie geneest niet door onder een scanner te liggen. Iedereen zal hierin z’n verantwoordelijkheid moeten nemen. We stimuleren de artsen om rationeel voor te schrijven, bijvoorbeeld op het vlak van antibiotica. De apotheker heeft een
“We evolueren meer en meer naar een gepersonaliseerde geneeskunde.”
goed zicht op het medicatiegebruik van zijn patiënten en kan dus een belangrijke adviesrol vervullen. Maar ook de patiënt zelf draagt een belangrijke verantwoordelijkheid. Het is niet omdat je een periode slecht slaapt, dat je je hele leven slaappillen moet nemen. Zelfde verhaal met pijnstillers of maagzuurremmers. Als je die te lang neemt, kun je een gat in je maag branden. Onze ouders wisten dat je na een zware maaltijd best niet meteen gaat liggen maar beter nog even actief blijft zodat je lichaam het voedsel kan verteren. Dat soort ‘hygiënische’ maatregelen zijn we soms vergeten en proberen we op te lossen met een pilletje. Maar we moeten steeds blijven beseffen dat medicijnen geen onschuldige middeltjes zijn. We moeten er zorgvuldig mee omgaan en correct gebruiken.” Het aantal chronisch zieken neemt intussen toe. Vraagt dat ook op beleidsvlak een andere aanpak? “In ons land hebben zo’n 2,5 miljoen mensen, of 28,5% van de mensen ouder dan 15, een langdurige ziekte, aandoening of handicap, zo blijkt uit de recentste gezondheidsenquête van het Wetenschappelijk Instituut
Volksgezondheid. Eén miljoen onder hen heeft het statuut van chronisch zieke bij het Riziv, een cijfer dat toeneemt naarmate de bevolking veroudert. Zij hebben niet één probleem en ook niet voor één dag, maar ze hebben er meerdere en dat voor een lange tijd. Neem het voorbeeld van burn-out. Eén derde van de chronisch zieken zit thuis met een burn-out. Het is duidelijk dat we bedrijven daar nog beter moeten sensibiliseren en samen moeten zoeken naar concrete oplossingen. Soms kunnen kleine ingrepen een indrukwekkend resultaat hebben. Ik zag onlangs in een autoassemblagebedrijf dat de medewerkers er de productieband kunnen stilleggen als er een probleem is, hoe klein ook. Niet dat het daarom vaak gebeurt maar het feit dat men weet dat het kan, geeft hen een soort rust.” Kan de overheid nog een grotere rol spelen op vlak van preventie? “Preventie is tegenwoordig versnipperd over de verschillende gemeenschappen, maar ook vanuit het federaal niveau willen we preventie blijven ondersteunen want het is makkelijker om iemand gezond te houden dan om ‘m te genezen. Daar ligt een belangrijke taak voor alle zorgverleners, zeker ook voor de apothekers. Zij zijn cruciaal voor het opvolgen van de behandeling en therapietrouw van de patiënt, het overleg met de behandelende arts, het opmaken van een medicatieschema, enz. Dat is ook preventie want zo waak je over de gezondheid van je patiënten. Ook de rol van de ziekenfondsen zal in die zin evolueren. De loketfunctie zoals we die nu kennen, zal op termijn verdwijnen waardoor er meer tijd en meer mensen vrijkomen om te evolueren naar ‘gezondheidsfondsen’ waar je niet alleen terecht kunt als je ziek bent. Ze zijn trouwens zelf vragende partij om hun leden een leven lang actief te begeleiden en te informeren over gezondheid.”
laatste jaren een beetje kwijtgespeeld, maar in de Euro Health Consumer Index die eind januari is gepubliceerd, staan we nog altijd op een erg mooie vijfde plaats. Op verschillende vlakken spelen we ook een voortrekkersrol, zoals met onze aanpak van de weesgeneesmiddelen. Maar we willen natuurlijk graag op elk vlak de beste zijn, zelfs al zijn we een klein land. Daarom zetten we bijvoorbeeld volop in op de hervorming van het ziekenhuislandschap en op het wegwerken van de onderfinanciering van de geestelijke gezondheidszorg. Daarnaast krijgt ook het Europese niveau steeds meer gewicht. En dat is logisch. Om alle EU-burgers een kwaliteitsvolle en veilige zorg aan te kunnen bieden, waar ze ook zijn in Europa, hebben we Europese kwaliteits- en veiligheidsgaranties nodig.”
“DE APOTHEKER WORDT MEER BETROKKEN BIJ DE BEHANDELING EN OPVOLGING VAN Z’N PATIENTEN.” Zijn er voorbeelden in het buitenland waar u uw beleid aan spiegelt? “We kunnen uiteraard altijd leren van andere landen, ook van wat er niet goed gaat. Maar elk land heeft zijn eigen historiek waardoor je bepaalde systemen niet zomaar kunt kopiëren. Onlangs was ik in Denemarken en daar hebben ze 20 jaar gewerkt aan een gezondheidslandschap zoals we het ook graag zouden hebben. Geografisch is het er nog wat moeilijker met al die kleine eilandjes. Maar toch slagen ze er in om alle patiënten een uitstekende zorg te bieden. Ook als klein land mag en moet je dus de ambitie hebben om de beste te willen zijn en alles uit de kast halen voor de patiënt.”
Kan België nog steeds fier zijn op haar gezondheidszorg? “Onze absolute koppositie zijn we de
*Een zeldzame nierziekte waarbij de rode bloedlichaampjes versneld afgebroken worden en er een tekort is aan bloedplaatjes. Daardoor raakt de bloedstolling verstoord en ontstaat er schade aan de bloedvaatjes, vooral in de nieren.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 13
EHBO
Pijn aan de
Achillespees
Wist je dat… … de achillespees genoemd werd naar Achilles? Een Griekse held uit de oorlog tegen Troje. De legende wil dat z’n moeder hem bij zijn geboorte onderdompelde in de Styx-rivier om hem zo onkwetsbaar te maken. Ze hield hem vast aan z’n hielen waardoor die zijn enige zwakkere plekken bleven. Ondanks zijn moed en sterkte ging hij uiteindelijk ten onder aan een welgemikte giftige pijl die precies in zijn achillespees terechtkwam.
14 - Surplusmagazine voorjaar 2016
D
e achillespees is de dikste en sterkste pees in het menselijk lichaam die de kuitspier verbindt met de hiel. Ze zorgt er voor dat we ons lichaam kunnen afduwen bij het stappen of lopen maar krijgt daardoor ook heel wat belasting te verduren. Wanneer die pees ontstoken raakt of scheurt, besef je pas hoe belangrijk ze is in ons dagelijks functioneren.
Het is dan ook één van de meest voorkomende sportblessures, vaak bij mannen tussen de dertig en veertig jaar die regelmatig sporten. Bij een achillespeesscheur voel je een ernstige pijn laag achter je kuit of enkel, net alsof je achteraan stevig wordt aangetrapt of een zweepslag krijgt. In de meeste gevallen moet je het sporten dan ook meteen staken vermits je niet of amper nog kunt lopen. Heel uitzonderlijk kan iemand met wat rust het sporten hervatten, al wordt de schade dan in de volgende dagen wel duidelijk. Als je over de pees wrijft, kun je de onderbreking soms zelfs voelen. Eventueel hoor je een schrapend geluid wanneer je de pees aanraakt of als je je voet beweegt. Om zeker te zijn zal de arts de achillespeesfunctie controleren. Hij gaat met andere woorden na of je je hiel nog van de grond kunt tillen of dat hij een voetbeweging kan opwekken door in de ontspannen kuitspier te knijpen. Bij twijfel neemt men een echo. Welke zijn de risicofactoren?
Achillespeesontsteking Door te snel of te veel te lopen kun je de achillespees overbelasten, zeker als je een lange tijd niet hebt gesport. Vaak voel je zo’n ontsteking meteen als je ’s morgens opstaat. De pees voelt dan stijf of gezwollen en kan voor wat roodheid zorgen. Hoe langer je wacht om de blessure te behandelen, hoe erger die klachten worden. Wees dus alert voor beginnende klachten want pijn tijdens of na het lopen is nooit echt normaal. Na verloop van tijd wordt de pijn steeds heviger tot hij uiteindelijk niet meer verdwijnt. Door gewoon verder te trainen kun je de schade aanzienlijk verergeren en bemoeilijk je het herstelproces.
Wist je dat… mannen twee maal zo veel kans hebben op een achillespeesblessure? Onder meer omdat vrouwen een betere bloedcirculatie in de achillespezen hebben.
Een achillespeesblessure is het typische gevolg van een overbelasting. Die kan op verschillende manieren ontstaan: • Door een te snelle opbouw van de training, bijvoorbeeld aan het begin van het trainingseizoen • Door te lopen of sporten op een te harde of te zachte ondergrond • Door slechte sportschoenen of versleten steunzolen te dragen die de schokken onvoldoende dempen • Door een hevige trekkracht bij het sprinten of neerkomen na een sprong. Daarom komen achillespeesblessures vaak voor bij explosieve sporten zoals lopen, joggen, volleybal, tennis, voetbal, hockey, schaatsen, enz. • Door een te eenzijdige training • Door de kuitspieren onvoldoende op te warmen • Een beenlengteverschil, platvoeten of o-benen • Verkorte of stijve kuitspieren • Slijtage door ouderdom vermits de kwaliteit en de belastbaarheid van onze pezen afnemen naarmate we ouder worden • Door overgewicht waardoor de pees bij elke stap overbelast raakt • Door een verminderde beweeglijkheid in het enkelgewicht of verlies van spierkracht in de kuitspieren • Een verkeerde verhouding tussen de spierkettingen • Een foute voetafrol die het looppatroon negatief beinvloedt Hoe behandelt men een achillespeesblessure? Het goede nieuws is dat 4 op de 5 sporters met pijn aan de achillespees - mits een goede behandeling - terug op hun vroegere niveau kunnen sporten.
Achillespeesscheur
Anders trainen
De achillespees is vrij sterk maar kan niettemin toch scheuren bij een felle of plotse krachtinspanning, ook al had je voorheen geen last aan je achillespees.
Bij beginnende klachten kan het eventueel volstaan om de training even te stoppen of aan te passen. Zo kan je bijvoorbeeld fietsen of zwemmen in plaats van lopen. Het is namelijk belangrijk om de achillespees een tijdje te ontlasten. Eventueel kan de kinesitherapeut een aangepast trainingsprogramma voorstellen.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 15
Koelen
Schoenen
Bij een recente blessure is het aangeraden om de achillespees zo’n 3 tot 5 keer per dag telkens een kwartier af te koelen met ijs of een coldpack. Let er wel op dat je steeds een handdoek tussen de huid en het coldpack legt.
Versleten sportschoenen vangen de schokken tijdens het sporten onvoldoende op. Vervang ze dus tijdig en breng eventueel een schokdempende hak aan. Aan de hand van een loopanalyse kun je een paar persoonlijke inlegzolen laten maken die je looppatroon helpen verbeteren zodat je voeten minder belast worden.
Masseren Stijve kuitspieren kun je laten masseren.
Verband Er bestaan speciale bandages voor de achillespees die de schokken beter opvangen en die door hun hogere hak op een kunstmatige manier de achillespees verlengen, waardoor die minder belast wordt. Zo’n hakverhoging mag je echter ook niet te lang gebruiken vermits die er ook voor zorgt dat de kuitspier verkort, wat opnieuw voor problemen kan zorgen.
Oefenen Helemaal niet meer bewegen zou de pees alleen maar verder verzwakken. Daarom is het aangeraden om - onder begeleiding van een kinesitherapeut specifieke oefeningen uit te voeren die de bloedcirculatie in de pees verbeteren waardoor ze opnieuw sterker en belastbaarder wordt. Kies wel voor oefeningen die je pijnloos kunt uitvoeren en met een lage intensiteit. Vergeet ook niet dat het maanden duurt om de
Hoe voorkom je een achillespeesblessure? Een achillespeesblessure is niet alleen pijnlijk maar ook vervelend omdat het je trainingsopbouw verstoort. Nochtans zijn er heel wat tips waardoor je zo’n blessure vrij makkelijk kunt voorkomen:
➊ Warming-up en cooling-down
Amateursporters zien er niet altijd het nut van in, maar toch zijn die 10 minuten voor en na het trainen erg belangrijk om blessures te voorkomen. De opwarming zorgt voor een betere doorbloeding van de spieren en pezen waardoor ze flexibeler worden. Begin dus met wat rustig in te lopen, doe wat rekoefeningen en eindig de sportsessie met een goede cooling-down.
➋ Spierversterkende oefeningen
Sta bijvoorbeeld rustig en ontspannen rechtop en ga vervolgens langzaam op je tenen staan. Hou dit een paar seconden aan en keer dan voorzichtig terug met je hielen op de grond. Je kan deze oefening zwaarder maken door gewichten te dragen of door ze langer aan te houden.
➌ Goede sportschoenen
Heel veel achillespeesblessures worden veroorzaakt door slecht schoeisel. Let er dus op dat jouw hielen goed
16 - Surplusmagazine voorjaar 2016
belastbaarheid van de achillespees te verbeteren.
Chirurgie Een operatie aan de achillespees is meestal niet nodig maar kan wel aangewezen zijn bij bijvoorbeeld patiënten die last hebben van hardnekkige ontstekingen. De chirurg maakt dan een snede op de achterzijde van de enkel – vlak bij de achillespees – en verwijdert het ontstoken vlies. Met stevige draden hecht men de peesuiteinden weer aan elkaar zodat de achillespees terug zijn oorspronkelijke vorm en lengte krijgt. Dit is een vrij eenvoudige ingreep en meestal mag je de dag na de operatie het ziekenhuis alweer verlaten. De eerste twee weken moet je onderbeen wel nog in een gips, tape of brace zodat je de voet zo weinig mogelijk kunt bewegen. Twee weken later mag je de pees weer lichtjes beginnen belasten en volgt er een periode van kinesitherapie.
omsloten zijn en dat de hielbasis breed genoeg is. Een soepele zool zorgt er voor dat je je voet goed over de bal van de voet naar de tenen kan afwikkelen. Draag ook warme, hoge sokken zodat de pees wat beschermd is tegen koude en afkoeling.
➍ Bouw de training rustig op
De belastbaarheid van de pees past zich slechts langzaam aan. Bouw dus zorgvuldig op, zeker na een blessure of ziekte. Maar ook bij een plotse verandering zoals een nieuw paar sportschoenen of een ander grondoppervlak, moet je je lichaam wat tijd gunnen om aan de verandering te wennen.
➎ Draag eventueel een enkelbrace
Zeker na een enkelblessure zit er vocht rond de achillespees en is de enkel instabieler waardoor je sneller achillespeesklachten kunt krijgen. Een enkelbrace kan er voor zorgen dat die enkel beter ondersteund wordt.
➏ Rekoefeningen
Een verkorte kuitspier kan aan de basis liggen van een achillespeesblessure. Door heel specifieke oefeningen uit te voeren kun je die pees geleidelijk aan wat rekken. Je kunt bijvoorbeeld met één been naar achteren tegen een muur steunen en vervolgens je lichaam voorzichtig naar voren brengen waarbij je je achterste been recht houdt, met de hak op de grond. Hou dit zo’n 15 tot 20 seconden vast zonder te veren.
Oplossingen voor gezonde voeten!
Verzacht blarenpijn onmiddellijk
Droge, eeltige, gekloofde of transpirerende voeten?
Nr.1
Blarenpleister*
Uw voeten verdienen Neutrogena ! ®
www.compeed.be
* Markt voor Blaren Belgie Waarde&Volume, IMS Health PTR Pharmatrend, MAT 11/2015 + MAT 11/2014
Niets houdt je nog tegen!
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 17
! s t r o o k i S.O.S. Hoo
§02161625
Jeukende en branderige ogen?
A.Vogel Pollinosan Hooikoorts Oogdruppels Voor een snelle verkoeling en verlichting van rode, branderige en jeukende ogen. · Vermindert de concentratie van allergene pollen in het traanvocht · 100% natuurlijk · Geschikt voor contactlensdragers · Zonder bewaarmiddelen
OK
3+
Verkrijgbaar bij je apotheker.
DOSSIER DEMENTIE Vergeet je ook soms wel eens waar je je sleutels hebt gelegd of wanneer je partner verjaart? We vergeten allemaal wel eens iets, zeker als we een dagje ouder worden. ‘Elke dag sterven er in ons brein heel veel hersencellen af. Dat is niet erg want we hebben er toch miljarden.’ Aan het woord is Christine Van Broeckhoven, doctor in de moleculaire biologie en genetica en een wereldautoriteit als het gaat over dementie. Maar het wordt natuurlijk wel een probleem als je de namen van je kinderen vergeet, niet meer weet wat je vandaag oven uithebt gedaan... of schakelen simpelweg wie je bent. In dit dossier over dementie legt ze ons onder meer uit wat de oorzaken zijn, de soorten dementie, de rol van erfelijkheid en sleutels gaat ze dieper in op haar auto hoop om in de toekomst iets te vinden waarmee we het dementieproces kunnen beïnvloeden. Patrick weet aan den lijve wat dementie is, ook al is hij dan nog maar 56 jaar. Frontotemporale dementie tast zijn voorste hersenkwabben aan waardoor zijn hele leven een wending heeft genomen.
gsm
opl
scheren tandenn poetse
ade
n
licht ga uitdo ng en
zwemles kleindochter
eerst sokken dan schoenen
llen
huur betalen
naam hond
be zoon
koffiezet uitschakelen dag verjaar vrouw
kattenbak verversen vuiln buitenis zetten
gras afrijden
garagepoort
leeggoed
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 19
DOSSIER dementie
INTERVIEW
Prof. Christine Van Broeckhoven
20 - Surplusmagazine voorjaar 2016
Over hoeveel patiënten met dementie spreken we eigenlijk precies? “Vermits we daar in België geen cijfers over bijhouden, weten we dat gewoon niet. In kranten en tijdschriften lees je verschillende getallen maar die zijn eigenlijk onvolledig. We weten wel dat ongeveer één procent van de 60 tot 65-jarigen, dementie heeft. Bij de 85-plussers is dat één op vier en bij mensen ouder dan 95 stijgt dat zelfs naar 1 op de 2 vrouwen en 1 op de 3 mannen. Als ik die gegevens toepas op de Belgische bevolking, dan kom ik op ongeveer 350.000 mensen met dementie. Veel meer dus dan de 100.000 patiënten die men vaak in de media aanhaalt.” Zijn er verschillende soorten dementie? “Dementie is een algemene term voor een groep van symptomen over het geheugen, het denken en het sociaal functioneren die ernstig genoeg zijn om het dagelijkse leven te beïnvloeden. Er zijn verschillende ziektebeelden, maar de ziekte van Alzheimer komt het meest voor. Het is heel normaal dat je een aantal zaken vergeet naarmate je ouder wordt. Ik merk zelf ook dat ik bepaalde woorden die ik niet vaak gebruik, moeilijker kan vinden. Dat overkomt ons allemaal en hoeft niet per definitie op dementie te wijzen. Net zoals je huid rimpelt naarmate je ouder wordt, kan ook ons brein rimpelen. We verliezen elke dag hersencellen maar omdat we er miljarden hebben, is dat niet echt een probleem. Bij de ziekte van Alzheimer gebeurt dat echter massaal waardoor die milde vergeetachtigheid plots enorme proporties aanneemt en overgaat in een dementie. Vaak begint dat met zich niet goed meer kunnen oriënteren, automatismen verliezen, verschillende keren dezelfde vraag stellen, steeds je verhaal opnieuw vertellen, enz. Dementie is een onomkeerbaar proces en versnelt ook nog eens over de tijd en resulteert in een krimpend brein.” Maar je hebt ook nog andere vormen van dementie? “Een tweede grote groep is die van de patiënten met een frontotemperale dementie waarbij het ziekteproces vooraan in de hersenen begint. In de voorste hersenkwabben zit het centrum dat je spraak bestuurt maar het is ook de plek waar je gedrag gecodeerd wordt en die je persoonlijkheid en karakter bepaalt. Onze opvoeding heeft ons een hoop leefregels bijgebracht over wat al dan niet maatschappelijk aanvaardbaar is. Maar van zodra dat dit voorste deel van het brein begint te krimpen vallen remmingen weg waardoor de patiënten emotioneel, agressief of net
introvert kunnen worden. Problemen met het geheugen zijn natuurlijk veel tastbaarder dan gedragsveranderingen waardoor die patiënten – tot op de dag van vandaag – vaak in de psychiatrie terechtkomen, terwijl ze eigenlijk bij een neuroloog moeten zijn. Na verloop van tijd kan de aandoening zich ook uitbreiden naar andere hersengebieden waardoor de patiënten ook problemen kunnen krijgen met geheugen en mentaal functioneren. De ziekte van Alzheimer en frontotemporale dementie vormen ongeveer 80 procent van alle vormen van dementie en dan heb je nog een paar minder voorkomende ziektebeelden zoals parkinsondementie en lewy body dementie waarbij de patiënt verschillende keren een tijdje wegzinkt en tussenin op een relatief normaal niveau kan functioneren. Als je alle ziektebeelden met dementiesymptomen samentelt, kom je wel aan een zestigtal.” Men spreekt ook van jongdementie en ouderdomsdementie. Vanwaar dat onderscheid?
en zijn veel meer vragende partij om zich te laten testen. Je kan je DNA laten analyseren om je dragerschap te bepalen. Er zijn mensen die bewust niet aan kinderen beginnen terwijl anderen kiezen voor een genetische test om een erfelijke fout bij het ongeboren kind uit te sluiten.” Is ouderdomsdementie dan ook erfelijk? “Daar is het verhaal anders. De grootste risicofactor op ouderdomsdementie is simpelweg het feit dat je ouder wordt. Je hersenen verouderen mee en eventuele schrijffouten in je DNA kunnen dat proces versterken of versnellen. Een aantal van deze schrijffouten verhogen ook het risico op dementie. Die schrijffouten komen op verschillende plaatsen in je DNA voor en op verschillende chromosomen waardoor hun overerving moeilijk te voorspellen is. Mensen krijgen soms het idee dat het in de familie zit. Maar als je zeventig jaar bent, loop je sowieso een hoger risico en meestal zijn je broers en zussen dan ook rond die leeftijd, waardoor dit kan lijken op een erfelijke dementie.”
“Vandaag gebruikt men de term ‘Alzheimer’ heel frequent, en misschien wel te vaak. Maar toen ik 35 jaar geleden met mijn onderzoek begon, was dat helemaal niet het geval. Men sprak over kinds worden of seniel. Bij jonge mensen dacht men niet aan een ouderdomsziekte. Maar intussen weten we dat je elke vorm van dementie zowel op jonge als op oudere leeftijd kunt krijgen.”
Heeft dementie een impact op de levensverwachting?
Speelt erfelijkheid daarbij een rol?
“Ik denk dat we daar te lang naast hebben gekeken omdat we zo gefocust waren op het biologische aspect van verouderen en dementie. Intussen weten we dat er ook andere factoren zijn die een rol spelen. Onze hersenen zijn volledig met bloed doorstroomd vermits ze heel veel energie verbruiken. Een vet- en cholesterolrijke voeding maakt dat bloedvatenstelsel echter veel fragieler. We weten ook dat bijvoorbeeld een vitaminetekort, een
“Bij jongdementie heb je families die van generatie op generatie een soort schrijffout in hun DNA doorgeven. Elk kind krijgt twee chromosomen, één van de moeder en één van de vader. Het is voldoende dat er een fout in één van de chromosomen zit, om ziek te worden. Dat wil zeggen dat je ook zelf 50 procent kans hebt om het foute chromosoom door te geven aan jouw kinderen. In sommige families krijgen alle kinderen dementie en in andere helemaal niemand. Dat is een beetje een loterij. Het is mogelijk dat zo’n fout in het chromosoom ook bij de bevruchting of tijdens de ontwikkeling van het kind ontstaat, maar dat hebben we nog niet kunnen detecteren. In principe zit de fout dus al generaties lang in de familie, we konden dit voor enkele families zelfs tot in de 18de eeuw terug traceren.”
“Gemiddeld leeft men zo’n zes à zeven jaar met dementie. Dat kan ook veel langer zijn maar dat hangt in grote mate af van de zorg die je krijgt en de omgeving waarin je wordt opgevangen.” Zijn er ook externe factoren die een invloed kunnen hebben?
Wat betekent dat voor de generaties die weten dat ze erfelijk belast zijn? “Jonge mensen gaan daar bewuster mee om. Vroeger was men er niet echt mee bezig maar de nieuwe generaties begrijpen de problematiek veel beter Surplusmagazine voorjaar 2016 - 21
DOSSIER dementie
onevenwichtige voeding en overmatig alcoholgebruik een invloed hebben op de conditie van onze hersenen. Mensen met obesitas of diabetes lopen een groter risico op Alzheimer dementie. Zelfs een foutief gebruik van medicatie, chemotherapie, anesthesie en chemische vervuiling dragen bij tot een verhoogd risico. Al is er niet één factor die doorslaggevend is, maar gaat het altijd om een combinatie van verschillende elementen. Daarom ook dat we de mens meer holistisch moeten bekijken en niet alleen rekening moeten houden met die veroudering, de biologie en het genetisch profiel... maar ook met de levenswijze.” Zou het theoretisch mogelijk zijn om die genetische schrijffouten in de chromosomen te wijzigen? “Onmogelijk zou ik niet durven zeggen, maar het lijkt me weinig waarschijnlijk dat men alle schrijffouten die een invloed hebben op het verouderen van de hersenen of het risico op dementie verhogen, zou kunnen wijzigen. Het DNA is zo complex dat je niet zomaar al die wijzigingen kunt aanbrengen zonder dat dit een negatieve invloed heeft. Je mag immers niet vergeten dat elke medaille een keerzijde heeft. Zo kan een schrijffout die op latere leeftijd een negatief effect heeft, op jonge leeftijd net een positief effect hebben. Op dat vlak is genetica nooit zwart/wit.” Is er een behandeling? “Er bestaat medicatie voor Alzheimer dementie maar verschillende rapporten hebben aangetoond dat deze medicatie slechts bij 1 op de 10 patiënten werkt en bovendien maar voor een periode van drie tot zes maanden. Door het massale verlies van hersencellen gaan de hersenen de informatie steeds trager doorsturen tussen de hersencellen, tot de informatiestroom uiteindelijk helemaal stil valt. De bestaande medicatie probeert het effect van dat massaal afsterven van de hersencellen te herstellen en de doorstroming van informatie te
22 - Surplusmagazine voorjaar 2016
verbeteren maar omdat de hersencellen blijven afsterven, is het eventuele positieve effect slechts tijdelijk. De doelstelling van de nieuwe medicatie is om de hersencellen langer gezond te houden en daardoor het dementieproces af te remmen. In vergelijking met de huidige medicatie is dit eerder een preventieve aanpak van de ziekte.” Ben je nog hoopvol dat we dementie ooit zullen kunnen genezen? “Genezen vind ik niet echt een woord dat past bij een ouderdomsziekte. Want wat versta je onder genezen? Het verouderingsproces zal uiteindelijk blijven doorgaan. We hopen dat we dat ook ooit kunnen beïnvloeden en eventueel vertragen, maar je kan het niet omkeren. We zoeken nu al 20 jaar naar nieuwe medicatie voor Alzheimer dementie maar tot mijn eigen frustratie zijn de resultaten nog steeds niet echt bemoedigend. Ik denk dat we te lang gefocust hebben op het biologische aspect van de ziekte dat gebaseerd is op de kennis die we opdeden uit de erfelijke fouten bij jongdementie. Misschien was dit te simpel en moeten we meer rekening houden met het effect van de veroudering en van andere factoren uit de levenswijze die invloed hebben.”
“IK BEN ER ZEKER VAN DAT WE NU NOG IETS ZULLEN VINDEN.” “Interessant is dat er dragers zijn van een erfelijke fout, die niet ziek worden. Het zijn er niet veel maar het toont wel aan dat de er iets in de natuur is waardoor je een soort bescherming kunt krijgen. Als we kunnen vinden waarom deze mensen ontsnappen aan de ziekte, dan zijn we misschien op weg naar een manier om de aanvang van de ziekte te beïnvloeden of om het ziekteproces zelfs af te remmen.”
“Ik ben ontgoocheld dat we nog altijd niets hebben, maar toch blijf ik ervan overtuigd dat we iets gaan vinden. Vroeger zei ik altijd ‘binnen vijf jaar’. Maar als je dat al 35 jaar zegt, wordt het wat pijnlijk natuurlijk (lacht). Als we maar eens één keer konden bewijzen dat we iets kunnen vinden, al is het maar voor een bepaalde groep van patiënten. Dan moet het ook voor andere patiënten met dementie lukken. De behandeling moet gericht zijn op het kernprobleem, met name dat afsterven van die hersencellen. Als je dat proces kan vertragen of beëindigen, dan kun je het hele ziekteproces zodanig beïnvloeden dat er minder mensen sterven met dementie. Maar, dementie is zo complex dat we het niet zomaar zullen kunnen oplossen met een pilletje. Dat lukt ook niet met depressie en ik vrees dat dat ook niet met dementie zal lukken.” Je hebt in de afgelopen jaren al heel wat mensen met dementie ontmoet. Welke tips geef je ze mee? “De enige twee tips die echt hun nut bewezen hebben, zijn zowel mentaal als lichamelijk actief blijven. Uit verschillende studies blijkt dat beide een positief effect hebben. Een goede scholing is dus belangrijk en levenslang geïnteresseerd blijven en willen bijleren. Maar onderzoek toont ook aan dat voor elke twee jaar dat je langer werkt, het risico op dementie met 2 à 5 procent daalt. Ook actief bezig blijven, geeft dus een soort bescherming. Al hoeft dat niet werken zijn. Je kan ook sporten, bewegen, tuinieren, enz. Het is belangrijk dat je met je twee voeten in het midden van de samenleving blijft staan, zodat je steeds geprikkeld blijft.” BIO
prof. Christine Van Broeckhoven
• Doctor in de moleculaire biologie • Gewoon Hoogleraar in de moleculaire biologie en genetica aan de Universiteit Antwerpen • Directeur van het VIB Department voor Moleculaire Genetica aan de Universiteit Antwerpen • Hoofd van de onderzoeksgroep neurodegeneratieve hersenziekten • Won verschillende internationale prijzen voor haar baanbrekend onderzoek naar neurodegeneratieve dementie • Auteur van Brein & Branie, een pionier in Alzheimer
GETUIGENIs
Patrick De Jaegere
E
igenlijk zie je op het eerste zicht niet dat er iets mis is met Patrick. Een fiere houding, stevige handdruk maar van zodra je met ‘m praat, merk je dat hij de woorden zoekt en snel de draad kwijt raakt. Zo’n vijf jaar geleden kreeg hij de diagnose ‘frontotemporale dementie’ wat betekent dat de hersencellen in zijn voorste hersenhelft langzaamaan afsterven. Dat is een beetje vergeten, denk je dan. Maar al snel blijkt dat de impact erg groot en levensbepalend is. Zijn vrouw Gudrun is mantelzorgster en vergezelt hem voortdurend want voor Patrick is het zo goed als onmogelijk om alleen te zijn… zelfs geen halve dag.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 23
DOSSIER dementie
Wanneer merkte je eigenlijk voor het eerst dat er iets mis was? Patrick: “Rond mijn vijftigste begonnen een aantal zaken op m’n werk wat moeilijker te gaan. Ik was toen manager van een reconditioneringsbedrijf maar ik kreeg het alsmaar lastiger om alle opdrachten te organiseren en coördineren.” Gudrun: “Patrick werkte hard en maakte vaak dagen van 14 tot 16 uur. Maar we merkten dat hij steeds zenuwachtiger werd en minder kon verdragen. Aanvankelijk dacht ik nog dat het kwam omdat hij een dagje ouder werd of omdat de stress hem toch een beetje parten begon te spelen. Maar het werd steeds erger tot hij me zelfs geregeld belde om advies te vragen over zaken die hij al jaren deed. Hij twijfelde voortdurend of hij alles had gedaan wat nodig was.” Patrick: “We hebben het toen even geprobeerd met to do-lijstjes, maar al snel wist ik niet meer of ik de opdrachten nu had aangevinkt omdat ze klaar waren of omdat ik er mee bezig was.” Was het snel duidelijk dat werken niet meer ging lukken? Patrick: “Van zodra je je niet echt meer kunt concentreren, wordt het natuurlijk moeilijk. Ik ben nog even onbetaald blijven werken omdat ik m’n werk heel graag deed, maar op een bepaald moment besefte ik dat het niet meer lukte.” Gudrun: “Voor heel veel lotgenoten is dat een erg confronterend moment. Vaststellen dat het niet meer lukt om te werken.” Is het mogelijk om te beschrijven hoe het er in je hoofd aan toe gaat? Patrick: “Het lijkt alsof er voortdurend een soort mist in m’n hoofd hangt waardoor alles onhelder wordt. Ik vergeet waar ik spullen heb gelegd, kan m’n
gedachten niet ordenen, vind de juiste woorden niet, enz. Alles lijkt zo broos. Mijn hoofd raakt helemaal vol waardoor het niet meer lukt om alle prikkels een plaats te geven. Ik wil iets zeggen maar kan de woorden niet vinden waardoor ik nog harder zoek en nog meer gefrustreerd raak.” Gudrun: “Er zijn vaak periodes van enkele dagen dat het echt moeilijk gaat. Daarna gaat het dan weer iets beter maar steeds merk je dat er na zo’n periode weer blijvende schade is aangericht. Dat bepaalde zaken niet meer lukken die hij ervoor wel kon.” Lukt het bijvoorbeeld nog om de weg te vinden? Patrick: “Dat is een probleem. Coördinatie en oriëntatie worden alsmaar moeilijker waardoor ik enkel nog in een kleine straal rond het huis kan wandelen. Want je oriënteren gaat niet alleen over straten en huizen herkennen maar ook over beslissen in welke richting je gaat. Maar die hoeveelheid aan prikkels zijn zo belastend voor mijn hersenen, dat ik niet meer op het verkeer let. Ik zou zomaar de straat oversteken zonder te kijken.” Gudrun: “Voor gezonde mensen is zoiets als stappen heel evident. We denken daar niet bij na. Maar bij Patrick moeten de hersenen bij elke stap nadenken waardoor ze overbelast raken en hij na een tijdje strompelt. Het gras maaien gaat bijvoorbeeld wel goed omdat de grasmachine dat denkproces voor een deel overneemt. Die trekt je vooruit.” Waar heb je zelf het meest last van? Patrick: “Dat ik niet meer dezelfde mens ben die ik vroeger was. Mijn karakter is fundamenteel veranderd, dat is absoluut het ergste. Van zodra m’n hoofd wat vol raakt of ik ben overmand door emoties, reageer ik ongeremd. Nochtans was ik vroeger een hele nuchtere mens. We weten allemaal dat we bepaalde zaken
Het Ventiel Het Ventiel werd opgericht door Patrick en z’n vrouw Gudrun om mensen met jongdementie in contact te brengen met elkaar en de buddy’s. Dat zijn vrijwilligers die zich engageren om iemand met jongdementie te begeleiden bij het schilderen, paardrijden, bewerken van speksteen,… of er gewoon mee op stap gaan. Zo krijgen mensen met jongdementie ook een leven buiten hun gezin en kunnen ze dingen doen die ze vroeger bijvoorbeeld met vrienden of collega’s deden. Zanger Rick de Leeuw is voorzitter en peter van de organisatie maar ook VRT-journalist Chris Van den Abeele en Zornik-frontman Koen Buyse zetten zich net zoals vele andere buddy’s graag in om mensen met jongdementie te helpen.
www.hetventiel.be www.facebook.com/het-ventiel
24 - Surplusmagazine voorjaar 2016
wel kunnen denken maar dat we ze beter niet zeggen. Die controle is bij mij weg. Vroeger kon in niet begrijpen hoe iemand een andere mens naar het leven kan staan. Het klinkt raar, maar nu begrijp ik dat wel.” Gudrun: “Het is erg typisch voor frontotemperale dementie dat het je karakter verandert. Patrick was vroeger heel geduldig en tolerant terwijl hij nu soms erg agressief uit de hoek kan komen. Die grenzen en normen vallen weg waardoor hij meteen zegt wat hij denkt.” Een behandeling bestaat er niet. Kun je dan helemaal niets doen? Patrick: “Wekelijks komt de osteopaat langs die me onder meer helpt met voetreflexologie. Door de druk op mijn hoofd krijg ik last in mijn rug en die pijn straalt uit tot in mijn voeten. Door de behandelingen kan hij wel een aantal spanningen in mijn lichaam wegnemen.” Beïnvloedt het ook jullie gezinsleven? Gudrun: “Ik blijf nu fulltime thuis. In het begin lukte het voor Patrick nog wel om eens een halve dag alleen thuis te blijven, maar dat is nu uitgesloten. Van zodra de prikkels hem te veel worden, slaat hij in paniek en belt hij me voortdurend op. We hebben het eerst nog met briefjes geprobeerd maar ook dat lukte na een tijdje niet meer. In de badkamer hangt een lijstje met daarop een duidelijke volgorde: scheren, wassen, tanden poetsen, enz. In het begin lukte dat nog maar nu komt hij vaak ongeschoren beneden omdat hij denkt dat hij het al gedaan heeft. Ook voor de kinderen heeft dit natuurlijk een grote impact. Ze waren 12 en 16 jaar toen Patrick de diagnose kreeg en sindsdien zien ze dat hun papa telkens wat achteruit gaat. Op onze leeftijd is het uiteraard niet de bedoeling dat de kinderen voor hun papa zorgen, maar zo is het wel. Zij zeggen ‘m dat hij zijn eten moet opeten, helpen hem met eenvoudige activiteiten, enz. We zijn nu een compleet ander gezin dan zes jaar geleden. Dat is uiteraard jammer maar het heeft geen zin om daar blind voor te blijven. Het beste is om dat zo snel mogelijk te aanvaarden en te proberen het positief te benaderen.” Ondanks de jongdementie zie je er niet ziek uit. Zorgt dat soms ook voor onbegrip voor jouw situatie? Patrick: “Niemand is ziek van jongdementie. Dat kun je niet zien tenzij je al in een vergevorderd stadium zit en bijvoorbeeld een rolstoel nodig hebt. Daarom hebben mensen vaak ook vooroordelen tegenover mensen met dementie. Ik besef zelf dat ik soms dingen zeg of doe die ik vroeger nooit
zou gedaan hebben. Niet iedereen kan daar mee om en vermits ik er niet ziek uit zie, veroorzaakt dat wel eens negatieve reacties. In het begin zat ik daar heel erg mee maar intussen ben ik op een punt gekomen dat ik me niet meer aantrek wat andere mensen over mij denken of vertellen.” Is jouw wereld daardoor ook kleiner geworden? Patrick: “Vroeger had ik een uitgebreide vrienden- en kennissenkring, maar die verdwijnt inderdaad vrij snel. Nu, dat ligt ook voor een deel aan mezelf. Het heeft me tijd gekost om m’n ziekte te aanvaarden en soms is het nog moeilijk. Maar vooral het feit dat m’n karakter is veranderd zorgt er voor dat ik zelf wat afstand neem. Ik ben niet meer de Patrick die ik vroeger was. Ook tijdens een gesprek heb ik het zeer moeilijk om me te concentreren waardoor ik af en toe mezelf wat rust gun door m’n ogen te sluiten en even alle prikkels buiten te houden. Maar als je me niet zo goed kent, is dat natuurlijk bevreemdend.” Gudrun: “Er is ook nog te veel taboe rond dementie. Mensen weten niet goed hoe ze met Patrick moeten omgaan. Ze vragen zich af wat ze moeten vertellen, wat ze moeten vragen,... Soms spreken ze over hem in plaats van tegen hem. Terwijl dat nergens voor nodig is. Het is belangrijk om mensen met jongedementie met een open geest te benaderen en niet te denken aan alle mogelijke regels die erover bestaan. Benader hem als mens en niet als demente.”
Hoe ziet de toekomst er uit? Patrick: “Ik weet dat het alleen maar slechter zal gaan want er is geen behandeling. Maar het heeft geen zin om in het verleden te blijven leven. Hoe mooi het ook is geweest, ik weet dat het niet meer terugkomt. Daarom probeer ik nu zo veel mogelijk te genieten van wat wel nog kan. Dat zijn eenvoudige dingen zoals het gras afrijden, snoeien, onkruid wieden of gewoon buiten zijn. Maar ik doe ook dingen waar ik vroeger geen tijd voor had zoals schilderen of speksteen bewerken. Mijn rijkdom nu is dat ik alle tijd van de wereld heb. Is het vandaag niet af, dan morgen of volgende maand wel. In het begin kon ik me er aan ergeren dat ik een hele dag nodig had voor een klusje waar ik vroeger een kwartier over deed. Maar die frustraties heb ik intussen laten varen.”
“IK BEN EEN ANDERE MENS GEWORDEN.” Gudrun: “We genieten van elke moment, want wie weet lukt het volgende week niet meer. Ondanks de beperkingen proberen we het positief te benaderen want anders zitten we hier maar met ons tweetjes naast elkaar in de zetel. We focussen op wat wel nog kan in de wetenschap dat het nooit meer zal verbeteren en dat we het nu moeten doen.”
Hoe belangrijk is het om contact te hebben met lotgenoten? Patrick: “Zeer belangrijk. Door de ziekte raak je je sociaal vangnet voor een deel kwijt, maar die lotgenoten zorgen er voor dat je je begrepen voelt want uiteindelijk weet je pas wat het is als je in dezelfde situatie zit. Vaak hebben we niet veel woorden nodig om elkaar te begrijpen. Of je vroeger bankdirecteur of arbeider was, we zitten nu allemaal in hetzelfde schuitje en we proberen elkaar te helpen. Als er al eens een hoger woord valt, dan begrijpen en aanvaarden we dat van elkaar.” Gudrun: “In 2013 reed Patrick in het kader van de Te Gek!?-campagne samen met lotgenoten en buddy’s de Mont Ventoux op. Toen zag ik z’n ogen voor het eerst sinds lang weer glinsteren. Hij had iets gepresteerd waar hij fier op was en waarvan hij dacht dat het nooit zou lukken. Toen beseften we dat het belangrijk is dat mensen met jongdementie elkaar ontmoeten en dat ze dingen doen die hen plezier geven. Daarom hebben we Het Ventiel opgericht, een buddywerking voor mensen met jongdementie. Verschillende keren per week komen ze samen en doen er dingen die ze graag doen. Vaak zaken die ze nog nooit gedaan hebben want het heeft geen zin om op het verleden te blijven focussen. Men kan immers vaak maar een fractie meer van wat men vroeger kon. Patrick heeft ooit ons hele huis verbouwd maar kan nu geen nagel meer in de muur slaan. Dat is te confronterend dus kun je het beter over een andere boeg gooien en zoeken naar nieuwe uitdagingen.”
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 25
Verlicht uw maag ! NE
W
gemberextract* Geen negatief effect Citroensmaak Zonder suiker
*
25 mg gember droogextract gestandaardiseerd met 10% gingerol
OK
+4Y
OK
24 gommetjes : 10,50€ CNK : 3361-615
Het 1ste referentieproduct blijft 50 mg gember droogextract gestandaardiseerd met 10% gingerol 30 tabletten : 10,50€ • CNK : 2697-373 26 - Surplusmagazine voorjaar 2016
Gezond dankzij planten
www.antimetil.be
Tip
van de
APOTHEker
Let op, sommige geneesmiddelen kunnen je reactievermogen beïnvloeden!
O
ngeveer één op de drie thuiswonende 65-plussers valt minstens één keer per jaar. Bij zo’n twintig percent is dat zelfs twee keer of meer. Vaak ligt de oorzaak bij een onveilige omgeving, een beperktere mobiliteit, een verminderd gezichtsvermogen of problemen met de voeten. Maar wist je dat ook bepaalde geneesmiddelen het reactievermogen kunnen beïnvloeden waardoor je trager of verkeerd reageert?
Bijwerkingen Heel wat geneesmiddelen kunnen aanleiding geven tot één of meerdere bijwerkingen. Vaak gaat het om hoofdpijn of een verstoorde spijsvertering maar bepaalde geneesmiddelen kunnen ook evenwichtsstoornissen, duizeligheid, concentratieverlies of een verminderd reactievermogen veroorzaken. Daardoor loop je een groter risico om te vallen. Die medicatie kun je in een aantal groepen onderverdelen:
Slaap- en kalmeringsmiddelen Slaap- en kalmeringsmiddelen kunnen sufheid en concentratieproblemen veroorzaken… ook al merk je dat misschien niet meteen zelf. Ze werken ook spierontspannend waardoor je je bijvoorbeeld ’s nachts slapjes op je benen voelt als je naar het toilet moet. Maar ook overdag kunnen ze een vermoeid gevoel veroorzaken waardoor het risico op vallen stijgt. Probeer daarom het gebruik van slaapmiddelen te beperken tot twee weken en van kalmeringsmiddelen tot vier weken. Mits een goede begeleiding kun je ook langer slaapmiddelengebruik succesvol afbouwen.
Antidepressiva Bepaalde antidepressiva kunnen je een suf gevoel geven waardoor je een hoger risico loopt om te vallen. Als je ze ’s avonds inneemt heb je er in principe minder last van.
Plasmiddelen Plasmiddelen of diuretica veroorzaken onrechtstreeks een bloeddrukverlaging waardoor je je duizelig kunt voelen als je uit de zetel, stoel of bed komt. Sta daarom niet te snel op en leg je eventueel even terug neer als je je duizelig voelt.
Middelen tegen hoge bloeddruk Doordat die de bloeddruk verlagen, kun je je duizelig voelen. Wees dus zeker alert als je een nieuw product wordt voorgeschreven.
Sterke pijnstillers Sterke pijnstillers kunnen je een suf gevoel geven waardoor je een groter risico loopt om te vallen. Al is het niet altijd duidelijk waar de precieze oorzaak ligt. Pijnstillers tegen chronische pijn kunnen je bijvoorbeeld duizelig maken maar ook de pijn zelf maakt je minder mobiel waardoor je spieren zwakker worden.
Zeker bij langdurige medicatie kan het daarom interessant zijn om met je arts of apotheker te overleggen of het niet beter zou zijn om de dosis bij te stellen.
6 tips om het risico op vallen te verminderen 1. Neem de medicatie stipt en correct 2. Wijzig de dosis niet op eigen houtje 3. Vraag je arts regelmatig eens om jouw medicatieschema te herbekijken zodat je zeker bent dat je alle medicatie nog nodig hebt 4. Beperk het gebruik van kalmeeren slaapmedicatie 5. Ga direct na het nemen van slaapmedicatie in je bed liggen 6. Bespreek eventuele bijwerkingen met je arts of apotheker
Middelen tegen epilepsie Vermits ze sufheid, duizeligheid en evenwichtsstoornissen kunnen veroorzaken, liggen ze mogelijks ook aan de basis van een valpartij. Ook antipsychotica, antiparkinsonmiddelen, bepaalde hoestremmers en middelen bij hartritmestoornissen kunnen aanleiding geven tot vallen. Geneesmiddelen bij ouderen Oudere mensen zijn gevoeliger voor de werking van medicijnen en de medicatie blijft bij hen bovendien ook langer in het lichaam. Daardoor neemt ook de kans op bijwerkingen toe. apotheker Ria Hendrikx Surplusmagazine voorjaar 2016 - 27
kaas Is
gezond?
België is niet alleen het land van bier en wijn… maar ook van kaas. Intussen zijn er al meer dan 300 Belgische kazen en allen met een uitstekende reputatie. De doorsnee Belg eet dan ook graag kaas. Naargelang de studie varieert ons gemiddelde kaasverbruik van 12 tot 20 kilo per jaar. Onze zuiderburen eten zelfs zo’n 25 kilo per jaar. Wetenschappers breken daar wel eens hun hoofd over, want ondanks de reputatie van kaas als product met veel onverzadigde vetten hebben de Fransen relatief weinig hartkwalen. Dus is de vraag: is kaas gezond of niet?
28 - Surplusmagazine voorjaar 2016
De geschiedenis van kaas Hoogstwaarschijnlijk is kaas het resultaat van een puur praktische oplossing. Melk bederft namelijk snel, maar door ze te verwerken tot kaas krijg je een veel langer houdbaar product. Archeologische onderzoeken tonen aan dat mensen al meer dan 7000 jaar kaas eten. In Polen vond men hele oude potjes die melkvetten bleken te bevatten. Ze waren doorboord tijdens het bakken waardoor ze een zeeffunctie kregen en de kaas kon drogen. Ook Julius Caesar heeft het in zijn ‘De Bello Gallico’ uit 57 v. Chr. al over de kaasgewoonten van de bevolking in de Lage Landen. Hoe maakt men kaas? Kaas maken vraagt heel wat tijd en geduld. Het productieproces varieert naargelang de soort kaas, maar heeft een aantal vaste stappen.
Stap 1: De melk Om een kilo kaas te maken heb je ongeveer 10 liter melk nodig. Omdat het vetgehalte in die melk nogal kan variëren, stelt men de hoeveelheid vet meestal wat bij. Dat doet men door room toe te voegen als men het vetgehalte wil verhogen of door de melk af te romen wanneer de kaasmaker een vetarmere melk wil.
Stap 2: Pasteuriseren De rauwe melk verhit men ongeveer 15 seconden tot zo’n 72 graden °C. Zo verdwijnen de meeste bederfveroorzakende en alle ziekteverwekkende bacteriën uit de melk. Sommige kazen maakt men ook wel met niet-gepasteuriseerde en dus rauwe melk.
Stap 3: Stremmen Door een concentraat van melkzuurbacteriën (zuursel) aan de melk toe te voegen, remt men de groei van ongewenste bacteriën en andere organismen. Maar dat zuursel bepaalt ook mee de ontwikkeling van de smaak en het aroma van de kaas. Bovendien scheiden die melkzuurbacteriën een gas af waardoor de typische gaten in de kaas ontstaan. Vervolgens voegt men stremsel toe, een extract uit de maag van jonge kalveren, waardoor bepaalde melkeiwitten gaan samenklonteren en de vaste materie (wrongel) wordt gescheiden van de vloeistoffen (wei).
Stap 4: Wrongel Nu we een vaste vorm hebben, kan de wrongel tot kaas worden gesneden. Eventueel perst men de overtollige wei nog uit de wrongel. Soms wordt de kaas na het snijden nog eens gewassen of verwarmd.
Stap 5: Pekelen De kaas dompelt men onder in een pekelbad. Het zout dringt in de kaas en bepaalt mee de smaak, de textuur, het rijpingsproces en de vorming van de korst om de kaas. Bovendien heeft het zout een positieve invloed op de houdbaarheid van het product.
Stap 6: Rijping Wanneer de kaas uit het pekelbad komt, is ze nog vrij slap en heeft ze nog geen al te sterke smaak. Het is belangrijk dat de kaas nu de tijd krijgt om te rijpen. Zo trekt het zout goed in de kaas en wordt de korst steviger. Kazen hebben verschillende rijpingstijden. Jonge kaas is na vier weken klaar voor consumptie maar andere worden wel tot een jaar in speciale rijpingskamers bewaard waardoor ze een veel krachtigere smaak krijgen.
Soorten kazen Verse kaas Verse kaas is het oudste type kaas dat we kennen. Ze heeft een hoger vochtgehalte, is zacht van smaak en bevat weinig vet. Ze is dus vrij gezond tenzij je ze op smaak brengt met suiker uiteraard. Gebruik liever verse kruiden of fruit.
Gerijpte kaas Deze zijn nog eens onderverdeeld in de zachte, halfharde en harde kazen. Heel veel Belgische kazen zijn halfhard. Dat wel zeggen dat ze nog een vochtgehalte hebben van ongeveer 50 procent. Door de wrongel op te warmen krijgt de kaas een stevigere dichtheid en wordt ze dus harder. Deze zijn nog beter te bewaren.
Blauwschimmelkaas Door de Penicilium glaucum of Penicilium roqueforti-schimmel toe te voegen aan de kaas, ontstaan de blauwe aders die je bijvoorbeeld in een Chateau d’Arville of Roquefort vindt. De schimmels hebben ongeveer een maand nodig om de kaas het typische uiterlijk te geven en hebben een grote impact op de smaak en het aroma.
Geiten- en schapenkaas Deze heb je zowel in harde als in zachte varianten. Fetakaas is waarschijnlijk wel het bekendste voorbeeld.
Smeerkaas Van normaal gerijpte kaas maakt men ook smeerkaas. Eerst verwijdert men de korst en vermaalt en plet men de kaas. Daarna voegt men een emulgeermiddel en/of smeltzout toe waarna het geheel wordt opgewarmd tot 100°C. Zo krijg je een homogeen en goed smeerbaar product.
Is kaas vet? In de eerste plaats hangt dat af van het vetgehalte in de melk die men gebruikt om de kaas te maken. We zagen al dat de kaasmaker die meestal zelf bij regelt. Als die veel vet bevat, zal ook de kaas een hoog vetgehalte hebben. Tijdens het productieproces kan dat nog wat worden bijgestuurd door uit de wrongel meer of minder vocht te verwijderen. Hoe meer vocht men uit de wrongel haalt, hoe meer vet de kaas bevat. Vermits het vochtgehalte daalt naarmate de kaas ouder wordt, bevat ze dus ook alsmaar meer vet. Voor een volwassene geldt dat één tot twee sneetjes of 20 tot 40 gram kaas per dag, past in een gezond voedingspatroon. Heel wat kaasproducenten brengen ook een ‘magere’ of ‘light’-versie op de markt. Het vetgehalte in die kazen ligt een stuk lager maar het betekent uiteraard niet dat de kaas geen vet bevat. Dat wil dus ook zeggen dat je geen dubbele portie van die light-kaas mag eten omdat ze toch ‘mager’ is.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 29
Wat betekent het +teken? Vermits de meeste kazen voor 40 tot 50 procent uit water bestaan, duidt men het vetpercentage niet per 100 gram kaas aan, maar per 100 gram droge stof. Er zijn verschillende categorieën. Als er op de verpakking 20+ staat, is het een magere kaas, 30+-kazen zijn meestal halfvet en vanaf 40+ is het een vettere kaassoort. Als je dat cijfer door twee deelt, weet je bij benadering hoeveel het vetpercentage van de kaas is. Een 48+ Gouda kaas bevat dus bij benadering zo’n 24 procent vet. Enkel bij Cottage cheese, plattekaas en smeerkaas geldt die regel niet omdat ze meer vocht en minder droge stof bevatten. Is kaas gezond? Kaas heeft een aantal positieve en negatieve eigenschappen. Laten we beginnen met het goede nieuws. Kaas is een belangrijke bron van eiwitten, fosfor, magnesium, zink, selenium en vitamine A, D, B2 en B12. Maar bovenal bevat ze heel veel calcium, belangrijk voor de opbouw en het onderhoud van de botten en het gebit. Twee plakjes kaas zijn al goed voor ongeveer 50 procent van de dagelijks aanbevolen hoeveelheid calcium voor een volwassene. Het calciumgehalte varieert naargelang de soort kaas. Verse kaas bevat ongeveer 100 mg calcium per 100 gram. Maar bij een extra harde kaas zoals
Daarom leg je ze best onderaan in de koelkast, waar de temperatuur iets milder is. Verse kaas, blauwschimmelkaas en sterk gerijpte kaas bewaar je best wat hoger. Haal de kaas ook een half uurtje voor het gebruik uit de koelkast om de smaakstoffen te laten vrijkomen.
Emmental loopt dat al snel op naar 1000 mg per 100 gram. Maar kaas heeft dus niet alleen gezonde eigenschappen. Ze bevat ook behoorlijk wat vet. Zeker de hele vette kaassoorten eet je daarom best met mate. Omwille van de smaak en technische redenen wordt er ook heel wat zout gebruikt. Gemiddeld bevat 100 gram kaas zo’n 1,5 gram zout. Maar bij schimmelkazen kan dat zelfs oplopen tot 4 gram.
Kaas neemt makkelijk andere geurtjes op. Verpak ze daarom goed in folie of kaaspapier. Jonge of jong belegen kaas kun je zo ongeveer een week bewaren in de koelkast. Voor de rijpere kazen is dat twee weken.
De meeste kazen maakt men met gepasteuriseerde melk. Door die hoge verhitting worden alle ziekmakende bacteriën - zoals de listeria-bacterie gedood. In kazen die geproduceerd worden met rauwe melk kunnen wel nog bacteriën voorkomen.
Is de korts van de kaas eetbaar? Dat hangt er van af welke kaas je eet. Bij zachte kazen met een fluweelachtige witte schimmelkorst zoals camembert, brie en blauwe schimmelkazen kun je ze perfect opeten. Bij andere kazen eet je ze beter niet want ze bevatten weinig smaak en meer vet. Sommige hebben een plasticachtige coating die de kaas beschermt tegen uitdroging. In kleine hoeveelheden is die niet schadelijk maar je eet ze uiteraard beter niet op. De kaaskorst die er direct onder zit, kun je wel eten.
Kaas bewaren Kaas ‘leeft’ en heeft daarom een groter risico om te bederven. Daarom moet je ze koel bewaren. Door ze te koel te bewaren gaan er echter ook weer veel waardevolle smaakstoffen verloren. TIP
handig
snij bij harde kazen met schimmel, de schimmel minstens een centimeter weg. Dan is de kaas nog eetbaar.
DRERNST Cichorei, paardenbloem & berk: voor een grondige DETOX !
Detox tabs NIE
UW
Prijs: 12,90€ 42 tabletten
NO
NO
+12Y
DRERNST Tilman sa · 15, ZI Sud · B-5377 Baillonville · Tel. : +32 (0) 84.320.360 Ontdek onze producten op www.drernst.be 30 - Surplusmagazine Winter 2016
DR ERNST-detox_pub-NL_SURPLUS_janv2016.indd 1
22/01/16 13:31
pje met a l f n e p Kip elle tagliat
Recept
: oor 2 personen Ingrediënten v
Ingrediënten
t (1 stuk) • 200 g kipfile lderij • 60 g bleekse n • 300 g tomate • 10 radijsjes • 50 g veldsla cheese • 75 g cottage
• 1 citroen • 2 sjalotjes tomatenpuree • 1 koffielepel osterd • 1 theelepel m
• peper • zout lle, ongekookt • 65 g tagliate
BEREIDINGSWIJZE • Grill de kipfilet gaar • Was de bleekselderij, tomaten, radijsjes en sla • Snij de takjes bleekselderij in kleine stukjes en de sla in fijne reepjes • Meng de cottage cheese met het sap van 1 citroen, de fijngehakte sjalotjes, de tomatenpuree, de mosterd, de bleekselderij en de helft van de fijngesneden radijsjes • Breng op smaak met peper en zout • Schep het cottage cheese-mengsel op de gehalveerde kipfilets • Maak er twee flapjes van en prik eventueel vast met houten prikkers • Kook de tagliatelle gaar • Snij de tomaten in schijfjes en schik ze met de fijngesneden sla naast een kippenflapje • Dien op met tagliatelle en giet er enkele eetlepels balsamico over
Smakelijk! Met dank aan Lynn De Merlier – voedingsdeskundige Voor meer info: www.lynndemerlier.be
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 31
Hooikoortsgevaar:
10
bomen in bloei
D
e lente komt er aan. Een prachtig seizoen met overal nieuw en ontluikend leven. Helaas is dit ook het moment dat heel wat hooikoortspatiënten last krijgen van een loopneus, tranende ogen, niesbuien, enz. Tijdens de maanden maart en april staan er verschillende bomen in bloei waarvan een aantal ook hun pollen en stuifmeel verspreiden.
Raadpleeg www.pollen-info.be of www.airallergy.be voor meer info over de actuele pollenverwachtingen
32 - Surplusmagazine voorjaar 2016
De hazelaar
De taxus
De hazelaar behoort tot de familie van de berk en vind je in loofbossen en struikgewas. Elk jaar start deze wilde plantensoort als eerste met bloeien, soms nog voor de jaarwisseling. Pas na 10 jaar is hij volwassen en draagt de boom z’n eerste hazelnoten. Niet alleen lekker voor mensen maar ook een belangrijke voedselbron voor heel wat dieren.
De taxus, ijf of venijnboom is een vrij traag groeiende boom of struik die erg oud kan worden. Tot wel 700 jaar. In de maanden maart en april staat hij in bloei en herken je de mannelijke exemplaren aan hun geel gekleurde bolvormige kegeltjes. Er is ook een vrouwelijke variant die in de late zomer en herfst de typische rode besachtige zaadmanteltjes aanmaakt. Overigens is de hele struik giftig, behalve de rode schijnbes. De taxus wordt in de geneeskunde intensief gebruikt om de groei van kankercellen af te remmen. Heel wat mensen krijgen er echter ook hooikoortssymptomen van.
De katjes van de hazelaar kunnen tot 12 cm lang worden en verspreiden grote hoeveelheden pollen via de lucht. Die komen ook op onze neus- of oogslijmvliezen terecht en kunnen bij mensen met een allergie, voor hooikoortsachtige symptomen zorgen.
De witte Els De witte of grauwe els vind je vooral in bewoond gebied, als straatboom of in parken. Je kan ze makkelijk herkennen aan de overjarige elzenproppen, die vaak meer dan een jaar aan de boom blijven hangen. Ze stelt geen al te hoge eisen aan de bodem en kan dus ook op drogere plekken voorkomen. De mannelijke hangende katjes in bloei kunnen wel 12 cm lang worden en geven heel veel pollen af. Vroeg vliegende bijen gaan die verzamelen maar de meesten komen gewoon in de lucht terecht.
De zwarte els De zwarte els is vaak meerstammig en vind je op plekken waar er voldoende vocht is zoals langs sloten, beken en moerassen. Hij heeft een donker uiterlijk en driehoekige twijgjes die wat kleverig zijn. De twijgjes van de witte els zijn trouwens rond en kleven niet. In België kom je de zwarte els erg vaak tegen.
De Canadese populier De Canadese populier is een zo goed als onvruchtbare kruising tussen de Zwarte en de Amerikaanse populier. De verspreiding is dan ook vooral mensenwerk. Omdat ze amper buigen onder invloed van de wind en niet snel breken, zijn ze erg populair voor de houtwinning of langs kustgebieden, wegen of kanalen. De mannelijke katjes bloeien in april, nog voor het uitlopen van de bladeren. Het zijn echte windbestuivers en vallen kort na het loslaten van de pollen af. De vrouwelijke katjes hebben bloemen met gele stampers en blijven tot in mei en juni hangen. In die periode springt de doosvrucht open en laten de door donzige pluis omgeven zaden zich als een soort zomersneeuw meevoeren door de wind. De pluizen geven geen probleem maar de pollen kunnen wel allergische reacties veroorzaken bij mensen die er gevoelig voor zijn.
Nog voor er een blad aan de boom zit, beginnen de katjes al te bloeien en ze zijn vaak de oorzaak van allergieën en hooikoorts, zeker omdat ze al in de winter beginnen te bloeien.
De haagbeuk De katwilg De katwilg vind je vaak aan de oevers van rivieren, beken en plassen. Ze bloeien van maart tot april, nog voor de bladeren komen. De mannelijke katjes kun je makkelijk herkennen aan de felgele kleur van hun helmknoppen. Tijdens de lente groeien de vruchtbeginsels uit tot een doosvrucht. Daarin zitten kleine zwarte zaadjes die over grote afstanden door de wind worden meegenomen. Soms zijn ze zo talrijk dat het lijkt of er sneeuwvlokken ronddwarrelen.
De haagbeuk bloeit in april en mei. Omdat hij goed bestand is tegen snoeien, zie je hem vaak als tuinhaag. Maar omdat de stam sterk en splijtvast is, wordt het hout ook gebruikt voor hakblokken, stampers in oliemolens, gereedschappen en als imitatie-ebben voor piano’s. Vroeger gebruikte men het zelfs voor de wielen van karren en rijtuigen. De pollen verspreiden zich via de wind en kunnen daardoor allergische reacties veroorzaken bij mensen die gevoelig zijn voor haagbeukenpollen.
Vermits ook de katwilg een windbestuiver is, kunnen een aantal mensen allergisch zijn voor de pollen. Voor de ‘sneeuwvlokken’ tijdens de lente, moeten hooikoortspatiënten dan weer niet bang zijn. Surplusmagazine voorjaar 2016 - 33
De zomereik
De berk In België tref je zowel de ruwe als de zachte berk aan, een uiterst winterharde boomsoort. De stam heeft een erg herkenbare witte kleur. Van zodra de blaadjes doorkomen, beginnen ook de katjes te bloeien. De hangende mannelijke variant valt al snel na de bloei af. De vrouwelijke katjes zijn eerst kleiner en gaan dan rechtop staan. Na de bevruchting gaan ook die rijpen en hangen. Tijdens die bloeiperiode produceren de berken heel veel pollen die zich via de lucht verspreiden. Berkenpollen hebben een kwalijke reputatie want veel mensen reageren er allergisch op.
Zomereiken vind je in zowat alle Belgische loofbossen en soms ook wel eens als solitaire boom tussen de velden en langs lanen of wegen. Een eik kan bijzonder oud worden, sommige wel meer dan 15 eeuwen. Zeker de hele oude exemplaren hebben vaak een grillig uiterlijk. Ongeveer om de vijf jaar staat de zomereik in bloei. De mannelijke bloeiende katjes zijn dan een paar cm lang en bevatten kleine bloemetjes met daarin de meeldraden. De wind neemt de pollen mee en ook hier kunnen die de slijmvliezen irriteren bij mensen die er gevoelig voor zijn. Nadat het wat op een flesje lijkende vrouwelijke bloemetje is bevrucht, groeit het uit tot een eikel die in een houder zit.
De beuk In heel veel bossen, lanen en grote tuinen vind je beuken. Als zo’n beuk alleen staat heeft die vaak een mooie bolvormige kruin. In het bos kunnen de kruinen en stammen precies de pilaren en gewelven van een kathedraal vormen. De mannelijke bloemetjes hangen naar beneden en laten hun pollen met de wind meevoeren. De vrouwelijke bloemen zitten bijeen in een bekervormig en leerachtig omhulsel, het napje. Na de bevruchting ontwikkelen er zich in die napjes beukennootjes. Van zodra ze rijp is, opent het napje in vier delen en valt het beukennootje op de grond. Eekhoorns zijn er dol op en verzamelen ze voor hun wintervoorraad. Op zich bevatten de pollen van de beuk niet al te veel allergeen maar toch zijn er een aantal mensen gevoelig voor.
Hooikoorts behandelen Hooikoorts op zich kan je niet genezen. Maar je kan de klachten wel onderdrukken met de zogenaamde antihistaminica. Voor een optimaal gebruik start je de behandeling best zo’n drie weken voor de start van het hooikoortsseizoen. Sommige van deze producten zijn vrij verkrijgbaar, andere enkel mits voorschrift. Ze bestaan in verschillende vormen. De tabletten neem je doorgaans één of twee maal per dag. Om verdere
34 - Surplusmagazine voorjaar 2016
De Es De es behoort tot de familie van de olijfbomen. Ze wordt vaak aangeplant in bewoond gebied, maar komt ook van nature in onze bossen voor. Door zijn regelmatige vertakking en openheid is hij een ideale klimboom voor de jeugd. De es is voor zijn bestuiving en verspreiding van z’n zaden afhankelijk van de wind. Vermits de pollen licht allergeen zijn, kunnen sommige mensen hooikoortsachtige verschijnselen hebben. Er kan ook een kruisallergie optreden met de pollen van de olijfboom. Mensen die last hebben van de es kunnen daarom een heftige reactie krijgen op bloeiende olijfbomen in Zuid-Europese landen.
klachten te verlichten kun je opteren voor een neusspray of oogdruppels die je meerdere keren per dag gebruikt. Er zijn geen noemenswaardige neveneffecten maar je kan ze beter niet gebruiken in combinatie met alcohol en ze zijn niet geschikt voor mensen met glaucoom, prostaatlijders, zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven. Voor competitiesport zijn ze ronduit verboden. Het is soms even zoeken naar het product dat jou het best helpt. Overleg dus goed met je apotheker.
Als zelfmedicatie niet helpt, breng je best een bezoek aan de arts. Die kan, indien nodig, neussprays of oogdruppels met cortisone voorschrijven. Er bestaan ook middelen die je ongevoelig maken voor bijvoorbeeld stuifmeel. Zo’n behandeling kan enkel onder dokterscontrole en moet je tenminste drie jaar aanhouden. Maar ze kan er wel voor zorgen dat je definitief van hooikoorts verlost bent of dat de klachten toch aanzienlijk verminderen.
Bloeitijd ? Niet voor uw allergie! Producten van URSAPHARM – de juiste oplossing voor elk type allergie.
Surplusmagazine Winter 2016 - 37
Kunnen
tattoos gevaarlijk zijn?
D
e oudste sporen van tatoeages voeren ons maar liefst 14.000 jaar terug in de tijd. Toen strooide men de as van een dierbare in wondjes op de huid van de rouwenden om zo de nagedachtenis levend te houden. Ook op het lichaam van Ötzi – de 5.300 jaar oude ijsmummie – vond men meer dan 50 tatoeages in de vorm van kruisjes, lijntjes en stippen. De Egyptische mummies, de Grieken, de Assyriërs, de kruisvaarders,… allen brachten ze symbolen aan op hun huid. Maar de techniek paste men ook toe om misdadigers en slaven te brandmerken. Vermits het toch een ingrijpende impact heeft op je lichaam zochten we uit wat een tatoeage precies doet met je huid.
36 - Surplusmagazine voorjaar 2016
Waar de tatoeages vroeger vaak een uiting van religiositeit waren, kregen ze langzaamaan een meer artistieke betekenis. Aan het begin van de twintigste eeuw tooide maar liefst 75 % van de vrouwelijke Upper Class in New York zich met een tatoeage. Het koste toen behoorlijk wat geld waardoor een tattoo een heus statussymbool was. Pas aan het eind van de jaren ’20 kregen tatoeages voor het eerst een wat negatieve bijklank. Mensen begonnen ze plots als immoreel te zien maar tijdens de twee wereldoorlogen wonnen ze opnieuw aan populariteit. Tatoeages werden een echte kunstvorm en zijn tegenwoordig mainstream geworden. Hoe plaatst men een tatoeage? De techniek is gedurende duizenden jaren enorm verfijnd. Oorspronkelijk maakte men gaatjes, sneetjes, krasjes en wondjes waarin men dan een kleurstof of as aanbracht. Maar in 1891 werkte de New Yorkse tatoeëerder Samuel F. O’Reilly verder op een uitvinding van Thomas Edison, en legde zo de basis voor het moderne tatoeëertoestel. Vooraleer men begint, scheert men het haar weg op de plek waar de tattoo moet komen. Niet alleen om te voorkomen dat bacteriën een infectie kunnen veroorzaken maar ook omdat de tatoeëerder dan mooier kan werken. Daarna ontsmet men de huid met alcohol.
Wist je dat… ook President Roosevelt, Stalin en Churchill een tattoo hadden? De afbeelding tekent men eerst op een carbonpapier die men vervolgens uitknipt en overzet op de huid. Nu de tekening op de huid staat, kan het tatoeëren beginnen. De naald van het tatoeëertoestel wordt op de huid gezet en door de huid op te spannen, trekt die zichzelf telkens over de naald. Behalve voor het aanbrengen van schaduwen, dan spant men de huid net niet op. De naald doorprikt duizenden keren de huid tot een diepte van ongeveer anderhalve millimeter, afhankelijk van de plaats op het lichaam. Daar blijven de kleuren het meest stabiel. Als men te diep prikt, komt het pigment in de vetlaag waar de lijnen veel meer uitlopen.
Verzorging van de tatoeage
Nazorg Meteen na het tatoeëren behandelt men de plek met een aftercare of pleisterspray en dekt men de zone af met huishoudfolie, wondverband of steriel kompres. Afhankelijk van je algemene conditie duurt het genezingsproces nu ongeveer tien tot veertien dagen. In het begin kan de tatoeage nog wat wondvocht of overtollig kleur afscheiden en wat rood kleuren of branderig aanvoelen. Hou het verband ook niet te lang op de tatoeage want het is belangrijk dat de wonde zuurstof krijgt zodat ze sneller kan genezen. Daarom is het ook beter om geen strakke, wollen, vuile of verstikkende kledij aan te trekken. Katoenen kledij is wel ideaal.
Jeuk Na ongeveer een week begint de tatoeage te vervellen. Er kunnen gekleurde velletjes loskomen en mogelijks begint de tatoeage wat te jeuken. Je kan de plek insmeren met bijvoorbeeld bepanthol of flamigel, twee huidherstellende crèmes. Begin zeker niet te krabben want daardoor kun je immers de huid en/of tatoeage beschadigen en mogelijks ontstaan er witte plekken. De jeuk wijst er op dat de wonde aan het genezen is, dus je moet nu even op je tanden bijten tot alle velletjes weg zijn.
Persoonlijke hygiëne Zeker in het begin raak je de tatoeage best zo weinig mogelijk aan met je handen en al helemaal niet als ze ongewassen zijn. Was de tatoeage niet met zeep want die droogt de huid uit terwijl het net de bedoeling is om ze vochtig te houden. Stromend water mag altijd, maar baden niet. Je kunt dus beter niet gaan zwemmen of een (bubbel)bad of sauna nemen. Een douche mag maar was de tatoeage pas op het laatste moment en dep ze vervolgens droog met een schone handdoek of tissue zonder er over te wrijven. Gebruik zeker geen washandje of spons.
Zon Vermijd in het begin blootstelling aan de zon of zonnebank. Ook na het genezingsproces is het erg belangrijk om steeds een hoge beschermingsfactor te gebruiken want de zon kan de kleur van de tatoeage beïnvloeden.
Kleuren Elke huid is anders maar hoe dan ook vervaagt elke tatoeage naarmate de jaren verstrijken en blijven ze nooit zo helder als wanneer ze net gezet is. Daarom is het belangrijk om regelmatig een vochtinbrengende crème te gebruiken en de tatoeage goed te beschermen tegen de zon. Meestal vraagt de tatoeëerder je om na enkele weken nog even langs te komen om na te gaan of er nog plekjes zijn die eventueel moeten bijgewerkt worden.
Mag een tatoeage onder verdoving? Ook al kan een tatoeage zetten behoorlijk pijnlijk zijn, dit mag niet onder verdoving gebeuren. De huisarts kan je wel een verdovende zalf voorschrijven die er voor zorgt dat de zenuwen in de huid minder prikkels doorgeven. Een twintigtal minuten na het inwrijven begint het product te werken. Na het tatoeëren mag je vrij verkrijgbare pijnstillers zoals paracetamol nemen. Gebruik echter geen bloedverdunnende middelen die acetylsalicylzuur bevatten zoals aspirine.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 37
TATOEAGES
Zijn tatoeages ongezond?
Infecties
Vermits je de huidbarrière doorprikt is er steeds een risico op infectie. Net daarom is het zo belangrijk dat de tatoeëerder alle hygiënevoorschriften in acht neemt. De meeste huidinfecties die in de eerste dagen ontstaan, zijn vaak lokaal en oppervlakkig. De huid wordt dan rood, warm en dik waarbij er soms vocht uit de huid loopt. Gelukkig kun je een dergelijke ontsteking vrij eenvoudig met een lokale behandeling – zoals fucidin – aanpakken, maar uitzonderlijk kan de ontsteking zich ook uitbreiden en bijvoorbeeld een longontsteking veroorzaken. Men stelt wel vast dat er een stijging is van het aantal mensen met een MRSA-besmetting. Heel veel mensen dragen de bacterie zonder dat ze er eigenlijk ziek van worden. Maar bij mensen met een verminderde immuniteit kan dit wel degelijk tot een ernstige infectie leiden. Mogelijks komt de stijging door het verdunnen van de inkt met leidingwater. Virale infecties zijn uiterst zeldzaam maar in theorie kun je ook besmet geraken met virussen zoals herpes, hepatitis of hiv wanneer men de naald hergebruikt.
Allergische reacties Tot in de jaren ’90 gebruikte men onder meer chroom, kobalt, kwik en zelfs lood in de verschillende kleurinkten. Daardoor konden er ernstige allergische reacties ontstaan. Intussen zijn de meeste zware metalen verboden en zijn ze ook voor een groot deel verdwenen uit de inkten. Tegenwoordig maakt men vooral gebruik van de zogenaamde azo-kleurstoffen. Dat zijn synthetische kleurstoffen die voor levendige kleuren zorgen. Vaak zijn dat rood, oranje en geel. Het zijn trouwens dezelfde kleurstoffen die men bijvoorbeeld ook voor snoep, frisdranken of bepaalde alcoholische dranken gebruikt. Maar ook uit die azo-kleurstoffen kunnen er onveilige aromatische amines vrijkomen die een allergische reactie kunnen veroorzaken. De Europese overheden hebben daarom ook een aantal azo-kleurstoffen en metaalzouten verboden voor gebruik in tatoeage-inkt. Niet elke tatoeëerder houdt daar echter rekening mee. Soms treedt zo’n allergische reactie pas veel later op. Zeker als je meerdere tatoeages laat zetten kan die allergische reactie steeds heviger worden. Ook de zon kan lokale reacties uitlokken bij bijvoorbeeld gele of rode tatoeages. Een allergische reactie kan trouwens ook bij permanente makeup of een (tijdelijke) hennatatoeage ontstaan.
Kanker Een hard bewijs dat een tatoeage de oorzaak kan zijn van kanker is er niet. Toch is er wel enige reden om bezorgd te zijn. De tatoeage-inkt bevat namelijk een aantal kankerverwekkende eigenschappen. De kans bestaat dat zij bijdragen tot het ontstaan van kanker. Niet alleen in de huid, maar ook in andere organen. Langs de andere kant wordt onze huid en ons lichaam aan ontelbaar veel andere kankerverwekkende en kankerbevorderende factoren blootgesteld, waardoor het bijzonder moeilijk is om de rol van een tatoeage hierin aan te tonen.
Inkt De kleurstoffen in de inkt kunnen na verloop van tijd afbreken waardoor ze nieuwe eigenschappen krijgen met een ander risicoprofiel. Zonlicht en laserlicht kunnen daar een invloed op hebben. Sommige tatoeages of permanente make-up bevatten ook metaalpartikels waardoor ze bijvoorbeeld het beeld kunnen verstoren wanneer je een MRI-onderzoek ondergaat. Daarom kan het nuttig zijn om de radioloog mee te geven dat je een tatoeage hebt.
38 - Surplusmagazine voorjaar 2016
Wanneer beter geen tatoeage? In sommige gevallen is het beter om geen tatoeage te laten zetten: • Op plekken waar je het afgelopen jaar plastische chirurgie of bestraling onderging • Op een litteken dat nog geen jaar oud is • Op een plek waar je recent werd getatoeëerd of waar je een tatoeage net liet weglaseren • Op een geïrriteerde huid die bijvoorbeeld bultjes, donkere moedervlekken, wijnvlekken of zwellingen vertoont • Je mag geen tatoeage laten zetten wanneer je onder invloed bent van alcohol, drugs of geneesmiddelen • De impact tijdens een zwangerschap is onvoldoende bekend. Bovendien mag je bij een eventuele infectie niet alle geneesmiddelen nemen • Wanneer je diabetes hebt, controleer dan voor het tatoeëren of jouw suikerspiegel op dat moment goed staat • Wanneer je last hebt van een chronische huidziekte, hart- of vaatziekte of een verminderd afweersysteem
Een tatoeage weghalen Soms krijg je spijt van een tatoeage en wil je ze liever kwijt. Zo’n tien tot twintig percent van de mensen met een tattoo laten ‘m na een paar jaar weghalen. Tot het eind van de jaren ’80 was dat een behoorlijk pijnlijke onderneming met zuur, wegsnijden of wegschuren. Bovendien bleven er gegarandeerd littekens achter. Tegenwoordig zijn de technieken veel verfijnder al geven ze nooit echt garantie op succes. Om te bepalen welke methode het meest geschikt is, is het belangrijk om te weten hoe je huid reageert op beschadigingen. Het genezingsproces bij brandwonden, schaafwonden of kleine snijwonden is daarvoor een goede indicatie.
Weglaseren Als de tatoeage minstens een half jaar oud is, kun je ze eventueel laten weglaseren. Dit is de meest gebruikte en veiligste methode om een tatoeage te verwijderen. Om zich te beschermen tegen de lichaamsvreemde inkt maakt ons lichaam rond elk pigment een eiwitlaagje. Mocht dat niet gebeuren, zou alle inkt al snel uit de huid wegvloeien. De laser verhit
die eitwitlaagjes kortstondig zodat ze uiteenvallen. Het menselijk immuunsysteem kan die kleine deeltjes vervolgens opruimen.
kleuren zijn geel, paars, oranje en rood. Wit kun je helemaal niet verwijderen. Het is belangrijk om de pas behandelde huid telkens goed te beschermen tegen zonlicht of zonnebank, desnoods met een zeer hoge beschermingsfactor. Gebruik ook geen zelfbruinende crèmes.
Ook een laserbehandeling is trouwens niet pijnloos. Daarom kun je eventueel om een lokale verdoving vragen. Hoe ouder de tatoeage, hoe makkelijker hij weg te laseren is. Je komt niet in aanmerking voor een laserbehandeling als je een allergische reactie op de tattoo-inkt vertoont.
Nieuwe tatoeage erover Deze optie is relatief pijnloos en goedkoop. Maar je kan ze maar één keer toepassen en dan moet de nieuwe tatoeage ook nog eens groter en donkerder zijn dan de oude. Als je het geheel later alsnog wilt verwijderen, gaat dat een pak moelijker.
Bij elke behandeling wordt de tekening wat lichter en ziet de huid er eerst een uurtje wit en doorzichtig uit. Vervolgens treedt er een lichte roodheid en zwelling op. De arts kan je hiervoor een aangepaste zalf voorschrijven. Na elke laserbehandeling kunnen er kleine korstjes of blaasjes op de huid komen. Deze mag je niet wegkrabben om littekens te voorkomen. Het vraagt wel vijf tot acht sessies vooraleer de tatoeage echt weg is. Tussen twee behandelingen moeten er ook telkens zes tot twaalf weken pauze zitten. Dan begrijp je dat het al snel enkele jaren kan duren vooraleer de tatoeage helemaal weg is. De donkere kleuren zijn meestal vrij makkelijk te verwijderen met de laser. Voor groen en lichtblauw gaat dat iets moeizamer, maar de moeilijkste
Operatie Dit is een vrij dure manier om een tatoeage te verwijderen. Bij een grotere tatoeage heb je bovendien al nood aan een heuse huidtransplantatie. Zo’n operatie laat ook altijd z’n sporen na in de vorm van een groot en onesthetisch litteken.
Chemisch verwijderen Een chemische behandeling doet de huid ontsteken waardoor die de inkt gaat afstoten. Omdat er een reële kans op infectie of (ernstig) litteken is, wordt deze methode zelden aangeraden.
Het gamma voor de luierwissel van Mustela EEN COMPLEMENTAIR DUO Bij elke luierwissel reinigen we het zitvlak doeltreffend en in alle zachtheid met het Liniment van Mustela Bébé®. Daarna brengen we ook de Crème voor de Luierwissel 1>2>3 aan om roodheden en irritaties te voorkomen, verzachten en herstellen.
REINIGT EN BESCHERMT Een formule van onze voorouders: Olijfolie + Kalkwater
99%
1
VOORKOMT
2
HERSTELT F TA L AAT
IRRITATIES EN ROODHEDEN
FENOXYETHANOL
Hoge tolerantie en bewezen doeltreffendheid
i n n o v e r e n o m u w g ez
pub-escapo-nl-197-139.indd 1
3
VERZACHT
o ndh
e i d te
b e wa r e n
Surplusmagazine Winter 2016 - 39
15/01/16 11:01
40 - Surplusmagazine voorjaar 2016
14
vragen
over
intieme
hygiëne
1
Een slechte maar ook een overdreven intieme hygiëne kan de natuurlijke bescherming van de vagina beschadigen waardoor je risico loopt op een bacteriële infectie of schimmelinfectie. Bovendien word je vatbaarder voor seksueel overdraagbare aandoeningen.
2
In de vagina is er eigenlijk een voortdurende evenwichtsoefening aan de gang tussen ‘goede’ en ‘slechte’ bacteriën. Die laatste vormen uiteraard een potentieel gevaar maar gelukkig helpen de ‘goede’ bacteriën om de vagina gezond te houden. Zo zorgen de lactobacillen er bijvoorbeeld voor dat de vagina zuur blijft en slechte bacteriën het moeilijker krijgen om te groeien en zich te vermenigvuldigen. Die zuurtegraad in de vagina vormt dus een belangrijk verdedigingsmechanisme tegen ziekteverwekkende kiemen en infecties. Maar hoe kun je dat natuurlijke systeem zo goed mogelijk beschermen?
Wat is een vaginale infectie?
Door een onevenwicht tussen de goede en slechte bacteriën kan de vaginale omgeving minder zuur worden waardoor er mogelijks een infectie ontstaat. De vagina kan dan wat zwellen, rood worden of pijnlijk aanvoelen. De meest voorkomende infecties zijn een bacteriële vaginose en een schimmelinfectie. Ongeveer 1 op de 3 vrouwen krijgt wel eens te maken met een bacteriële vaginose. Die kun je doorgaans herkennen aan de waterige, grijsachtige afscheiding die vaak ook een onaangename geur heeft en irritatie of jeuk kan veroorzaken. Al zijn die symptomen er niet altijd waardoor heel wat vrouwen zo’n bacteriële infectie hebben zonder dat ze het beseffen. Van nature komt de candida-schimmel voor in de vagina. Maar wanneer die zich sterk kan uitbreiden spreken we van een schimmelinfectie. Dit is een vaak voorkomende aandoening waarbij de vaginale afscheiding dik, wit en brokkelig wordt en je last kunt krijgen van jeuk, pijn of een branderig gevoel bij het plassen of tijdens seksueel contact.
3 Waarom is de intieme zone gevoeliger dan de rest van je lichaam?
Waarom is intieme hygiëne zo belangrijk?
Wanneer moet je naar de arts?
In sommige gevallen is het nodig om de huisarts te raadplegen, zeker als de klachten langer dan een paar dagen duren of als ze regelmatig terugkomen. Zo vragen roodheid, irritatie, jeuk, wondjes, blaasjes, zweertjes of kloofjes aan de vagina of schaamlippen om extra aandacht. Net zoals een pijnlijk of branderig gevoel bij het vrijen of plassen.
4
Is vaginale afscheiding normaal?
Zeker. Die kleurloze of witte afscheiding houdt de vagina vochtig, soepel en gezond. Een droge vagina zou immers erg vatbaar zijn voor vaginale infecties. Het witverlies kan er helder, glad of romig uitzien en heeft vaak een lichte geur. Het is trouwens normaal dat je in aanloop naar de eisprong meer en dikker witverlies hebt. Door een verandering in het natuurlijke evenwicht in de vagina kunnen bacteriën of schimmels de kans krijgen om zich te vermenigvuldigen waardoor er ook meer, irriterend of ruikend witverlies kan zijn. Een klonterige en witte vaginale afscheiding is bijvoorbeeld vaak het gevolg van een schimmelinfectie.
5
Is een intieme geur normaal?
Bij heel veel vrouwen heeft de intieme zone een eigen specifieke geur. Daar hoef je je dus geen zorgen over te maken. Een hele sterke geur kan echter wel wijzen op een gebrekkige hygiëne, hormonale veranderingen, antibioticagebruik of een vaginale infectie. Zeker in het laatste geval moet je uiteraard zo snel mogelijk een arts of gynaecoloog raadplegen.
Surplusmagazine voorjaar 2016 - 41
6
Hoe herken je een blaasontsteking?
Die ontstaat meestal doordat een darmbacterie er in slaagt om zich via de urinebuis een weg te banen richting de blaas. Wanneer ze zich kan vasthechten aan de blaaswand, gaat die ontsteken. Dat merk je doordat je voortdurend en dringend moet plassen, het gevoel hebt dat je blaas niet helemaal leeg is, pijn hebt in je onderbuik, een branderig of pijnlijk gevoel ervaart tijdens het plassen of zelfs sporen van bloed in de urine ontdekt. Het sap van veenbessen (1) zorgt er voor dat die bacteriën minder goed kunnen gedijen waardoor het helpt om blaasontstekingen te voorkomen.
7
Mag je de vagina met zeep wassen?
Gewoon met water wassen is veilig en heeft normaal gezien een voldoende reinigend effect. De zuurtegraad en cosmetische ingrediënten van gewone zeep, douchegel of shampoo zijn daarentegen te agressief waardoor ze het natuurlijke evenwicht tussen de goede en slechte bacteriën verstoren. Daardoor kun je last krijgen van uitslag, jeuk, een geïrriteerde slijmwand of zelfs een schimmelinfectie. De huid in de vagina is immers gevoeliger en kwetsbaarder dan die van andere lichaamsdelen. Vraag daarom raad aan je apotheker die je kan adviseren over producten waarvan de bestanddelen afgestemd zijn op de specifieke eigenschappen van de intieme zone zoals een Lactacyd Pharma intieme wasgel (2). Als je op reis bent of naar de gynaecoloog moet, kun je jezelf verfrissen met intieme doekjes (3), gedrenkt in een zeepvrije oplossing en aangepast aan de intieme zuurtegraad.
8
Mag je een washandje gebruiken?
Door hun vochtigheid en donzige structuur zijn washandjes een geliefkoosde locatie voor bacteriën en zelfs huisschimmels. De stof is bovendien iets te ruw voor de intieme zone. Daarom zeep je ze best zachtjes in met je handen. Gebruik ook steeds je eigen handdoek om de intieme zone droog te deppen en vervang hem regelmatig.
9
10 tips voor de intieme hygiëne 1. Goede dagelijkse hygiëne met een zachte zeep met neutrale zuurtegraad
2. Draag katoenen ondergoed 3. Was je handen regelmatig 4. Vermijd inlegkruisjes, vermits ze jeuk of uitslag kunnen veroorzaken
5. Laat je regelmatig controleren bij de gynaecoloog op infecties
6. Was je intieme zone met je handen of een zacht en schoon washandje
7. Gebruik enkel je eigen handdoek
Kun je te hygiënisch zijn?
Dat is zeker zo. We zagen al dat de inwendige delen zichzelf voortdurend onderhouden en schoonmaken. Door ze erg veel te wassen breng je dat natuurlijke beschermingssysteem uit balans waardoor je kwetsbaar wordt voor infecties, droogheid of andere ongemakken.
10
TIP handig
Kan je kledij invloed hebben op je intieme zone?
Te strakke kledij, synthetisch ondergoed, strakke jeans en panty’s kunnen er voor zorgen dat de vochtigheidsgraad en temperatuur rond de intieme zone stijgt en je last krijgt van irritatie of jeuk. Blijf ook na het sporten of zwemmen niet met je sportkledij of badpak rondlopen want dat maakt je vatbaarder voor irritatie. Draag zo veel mogelijk katoenen ondergoed en loszittende kledij en spoel ze ook goed uit na het wassen. Bepaalde bestanddelen in het wasproduct kunnen immers jeuk of irritatie veroorzaken. Dat kun je eventueel voorkomen door een kleurstof- en parfumvrij wasproduct te gebruiken.
8. Dep je droog in plaats van te wrijven
9. Vermijd stress en vermoeidheid vermits ook die een invloed hebben op de zuurtegraad in je vagina.
10. Overdrijf ook niet met de intieme hygiëne
➊ Uri-cran
➋ Intieme wasemulsie
➌ Intieme doekjes
Cranberry-extract helpt blaasontstekingen te voorkomen
Beschermt het natuurlijke evenwicht van de intieme zone
Handig op reis, tijdens de menstruatie of gewoon om je fris en zelfverzekerd te voelen
42 - Surplusmagazine voorjaar 2016
11
Hebben antibiotica invloed op de intieme zone?
Antibiotica kunnen de goede bacteriën in de vagina doden waardoor het natuurlijke evenwicht verstoord raakt. Maar bepaalde probiotica kunnen de groei van die goede bacteriën net bevorderen. Vraag daarom raad aan je apotheker.
12
Wat doe je tijdens de menstruatieperiode?
vervang geregeld het maandverband of tampon. Gebruik ook enkel een tampon als je ongesteld bent en kies voor het laagst mogelijke absorptievermogen, afhankelijke van de mate van bloedverlies. Superabsorberende tampons kunnen immers wrijving of droogheid veroorzaken. Inlegkruisjes zijn niet echt nodig.
13
Moet je de vagina anders verzorgen tijdens de zwangerschap?
Tijdens de zwangerschap ondergaat De menstruatieperiode heeft een je lichaam heel wat hormonale invloed op de omstandigheden in de veranderingen waardoor onder meer vagina. Niet alleen kun je rond de eisprong meer witverlies hebben, ook het de slechte bacteriën in de vagina de kans krijgen om aan te groeien. De bloed zelf kan de natuurlijke zuurheid slijmvliezen worden daardoor gevoeliger van de vagina aantasten. Daardoor voor pijn, jeuk, irritatie en vaginale wordt de intieme zone kwetsbaarder infecties. In de meeste gevallen heeft voor eventuele infecties. Zorg dus voor SurplusMagazine_Progyn_NL_2016-01-04[vectorisé].pdf 09:11:18 dit geen effect op de gezondheid een goede dagelijkse intieme hygiëne en1 4/01/2016
C
M
J
CM
MJ
CJ
MJ
N
van de baby omdat de infectie zich normaal gezien niet verplaatst naar de baarmoeder. Maar raadpleeg wel je arts of gynaecoloog als je vermoedt dat je een vaginale infectie hebt of bij andere twijfels.
14
Vraagt de menopauze een andere aanpak?
Tijdens de menopauze daalt de productie van het vrouwelijke oestrogeen-hormoon waardoor je last kunt krijgen van hoofdpijn, opvliegers, versnelde hartslag en stemmingsschommelingen. Maar vermits het oestrogeen ook de vaginawanden dik en gezond houdt kunnen die tijdens de menopauze dunner, droger en kwetsbaarder worden. Vraag aan je apotheker een hydraterende wasemulsie die de huid herstelt en versterkt.
Vitaminen van a tot … z
VITAMINE D
itamine D speelt een cruciale rol in onze gezondheid. Niet alleen versterkt het onze botten en tanden. Vitamine D is ook belangrijk om ons immuunsysteem, calciumbalans en spierkracht te onderhouden. Mogelijks verkleint vitamine D zelfs de kans op bepaalde autoimmuunziekten, diabetes type 2, harten vaatziekten en sommige kankers. Bronnen Eigenlijk is vitamine D geen echte vitamine vermits ons lichaam ze in hoofdzaak zelf aanmaakt onder invloed van zonlicht. Het effect van dat zonlicht varieert nogal van persoon tot persoon en is afhankelijk van je leeftijd, de hoeveelheid pigment in je huid en
Vitamine D vind je bijna niet in voeding, behalve in een aantal dierlijke voedingsmiddelen zoals vlees, zuivelproducten en vette vissoorten waaronder paling, zalm en makreel. In België voegt men vitamine D ook toe aan margarine, halvarine en bak- en braadproducten.
Let op Ongeveer 8 op de 10 Belgen heeft eigenlijk een tekort aan vitamine D, zeker aan het einde van de winter. Daarom kan het nuttig zijn om in sommige gevallen wat extra vitamine D op te nemen via een supplement.
Is een supplement nodig? Kind&Gezin raadt aan dat elk kind onder de zes jaar het hele jaar door extra vitamine D krijgt. Dat is ook het geval voor zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven. Het vitamine D-gehalte in moedermelk is immers van nature relatief laag en dat kun je als moeder niet beïnvloeden door je voeding aan te passen. Bij senioren en mensen met een donkere huidskleur maakt de huid vitamine D minder goed aan waardoor het ook voor hen goed is om er wat extra van op te nemen. Net zoals voor vrouwen die vaak gesluierd buiten komen. Kun je te veel vitamine D opnemen? Vitamine D is vetoplosbaar en kan zich bij een te grote opname opstapelen in het lichaam waardoor er mogelijks een aantal bijwerkingen zijn zoals een te hoog calciumgehalte in het bloed of nierstenen. Handel dus zeker niet op eigen houtje en overleg met je arts of apotheker.
400 600
V
de tijd dat je je huid blootstelt aan de buitenlucht. Daarom is het aangeraden om elke dag minstens een half uurtje in de buitenlucht te vertoeven. Vanaf de late lente tot de vroege herfst - wanneer de zon het hoogst staat - heb je een optimale aanmaak van vitamine D.
We hebben allemaal te weinig vitamine D !
600
0 - 12
Herbronnen met
12 - 60
800 400 600 60+
jd
1000 800 400 600
-tablet / ✹ ELT fti
1 SM
DE ZONNE-VITAMINE !
Vo o r l k e l e e e
3pub vista D3 HORIZ a5 (sur plus).indd 1
1000 800 400 600 2000
à p.
l
extra strong
AVALER /
smelttabletjes in de apotheek
✹
e
Po ur haque c
1 com
âg
e
ESSENTIEEL VOOR ALLEN !
1 co m
www.vistalife.be
DANT / .p FON ✹
!
strong
Si si m p
/ blet25/01/16 T-ta
14:54
Ons exclusief gamma verzorgingsproducten
Be.care verzorgende douchecrème Ook geschikt voor baby’s en kinderen • Verzacht en hydrateert de huid optimaal • Droogt de huid niet uit • Dag na dag voelt je huid zacht en glad aan
€ 6,75
€ 5,40* 20% korting
• Zeepvrij en huidneutraal
Het volledige gamma be.care producten is ‘in huis’ ontwikkeld door je apotheker. Vraag ernaar. Niet cumuleerbaar met andere kortingen. Actie geldig van 01/03/2016 tot 30/04/2016 of zolang de voorraad strekt.
38 - Surplusmagazine Najaar 2015 48 - Surplusmagazine Zomer 2015
fabel
Bij diarree eet je maar beter geen vezels
Vezels zijn net heel erg belangrijk voor een gezonde spijsvertering en een goede stoelgang. Door hun sponswerking helpen ze zowel bij verstopping als bij diarree. In de dikke darm zwellen ze op en zorgen zo voor een vaste maar soepele ontlasting. Er zijn twee soorten vezels. De fermenteerbare vezels worden in de darm afgebroken en dienen als voeding voor de goede darmbacteriën. Niet-fermenteerbare voedingsvezels worden niet afgebroken en vergroten de darminhoud waardoor die beweeglijker wordt, belangrijk voor een vlotte stoelgang. Vezels vind je in graanproducten zoals volkoren- of bruin brood, fruit, groenten, aardappelen, muesli, havermout, zilvervliesrijst, bruine bonen, erwten en noten. Vis, vlees, kaas, melk, yoghurt en boter bevatten dan weer geen vezels. Het is wel belangrijk dat je de opname van vezels combineert met voldoende drinken. Bij voorkeur tenminste twee liter per dag. Vezels gebruiken dat vocht om op te zwellen.
De was binnen drogen is ongezond Een droogkast verslindt behoorlijk wat energie waardoor heel wat mensen er voor kiezen om de was op een droogrek te hangen. Als je dat binnenshuis feit doet, kan dat je gezondheid schaden. Een lading natte was bevat namelijk zo’n twee liter water. Vandaar dat de wasmand met net gewassen kleding veel zwaarder weegt dan die met droge kledij. Dat vocht komt vrij in de ruimte en omdat onze huizen steeds beter geïsoleerd zijn, neemt het vochtgehalte met wel 30 procent toe. Ideale omstandigheden voor huisstofmijten en schimmels. In het geval van de huisstofmijt houdt dat een gezondheidsrisico in voor mensen met huisstofmijtallergie of astma. De schimmels kunnen een allergische reactie of een ernstige longinfectie veroorzaken bij mensen met een zwak immuunsysteem of zware astma. Wanneer je bovendien een wasverzachter gebruikt, kunnen er tijdens het drogen chemische stoffen vrijkomen die mogelijks kankerverwekkend kunnen zijn. Om gezondheidsredenen droog je de was dus beter in een wasdroger of hang je hem buiten te drogen, ook in de winter. Als dat niet lukt, voorzie je best een aparte ruimte voor het drogen. Ventileer die ruimte ook goed na elke droogbeurt. Vermijd in ieder geval dat de was in de slaap- of woonkamer hangt te drogen.
Ik ben niet zwaar, ik heb gewoon zware botten Heel veel mensen geloven dat het gewicht van de botten een effect heeft op je fabel lichaamsgewicht. Meteen ook het ideale excuus om die extra kilo’s te verklaren, die de weegschaal aangeeft. Helaas, dat klopt niet. Ons gebeente is sowieso al vrij licht, zeker in verhouding met onze spieren, vet en andere weefsels. Het gewicht van jouw botten zal niet veel verschillen van dat van je broer, vriendin of buurvrouw. Enkel de lichaamslengte kan daar een klein invloed op hebben, maar ook daar houdt men bij het bepalen van het BMI rekening mee. Overgewicht is vooral het resultaat van extra lichaamsvet.
46 - Surplusmagazine voorjaar 2016
WEDSTRIJD S A A K B L E S S U R E
E L L E T A I L G A T I
L V L H E K T G I G A G
L E S C L D N R N N T R
I N C S E R E I F D O E
H I H I K O V M E L E L
C M O N S O E P C O A L
A A E O D G R E T H G A
P T N R L K P L I O E S
A I E H A A L E E C H E
R V N C A S A N Z L E R
T O K S N T V E O A I D
Woordzoeker ACHILLES
NAALD
ALCOHOL
RIMPELEN
ALLERGIE
SCHOENEN
BLESSURE
SKELET
CHRONISCH
TAGLIATELLE
DROOGKAST
TATOEAGE
INFECTIE
TRAP
INKT
VALPREVENTIE
KAAS
VERDOVING
LASER
VITAMINE
Met de overgebleven letters kun je een woord vormen? Weet jij welk?
Wat kan je winnen?
Hoe kun je deelnemen?
DUO HERSTELLENDE HANDCREMES
- Surf naar www.surplusgezondheid.be
• Bijzonder geschikt voor droge tot zeer droge huid • Snelle verlichting bij kloven • Vermindert de roodheid en het onaangename, trekkerige gevoel • Langdurige bescherming
- Klik door naar de wedstrijdpagina - Vul je naam, voornaam, e-mailadres en het juiste antwoord in - Klik op ‘Verzenden’ en klaar!
We brengen de winnaar persoonlijk op de hoogte. De prijs is af te halen in een apotheek bij jou in de buurt.
Vernieuwde apotheek in Genk en volledig nieuwe apotheek in Tongeren Om onze patiënten nog beter te helpen, steekt de Surpluspartner apotheek In het Zwaard in Genk in een volledig nieuw kleedje en verhuist de apotheek in Tongeren naar een splinternieuw pand. De publieksruimtes werden veel groter en er werden in beide apotheken gloednieuwe apotheekrobots geïnstalleerd. Zo moet de apotheker de medicatie niet telkens halen maar komt die naar hem of haar toe waardoor er meer tijd vrijkomt om de patiënten te adviseren. De apotheken beschikken ook over een ruimte voor persoonlijk advies en een balie waar zowel de patiënt als de apotheker kunnen zitten voor een gesprek. Natuurlijk zijn onze apotheken rolstoelvriendelijk!
De vernieuwde apotheek in Genk is al open en vanaf eind maart is iedereen welkom in de nieuwe apotheek in Tongeren, Maastrichterstraat 224.
SurplusACTIES periode maart - april
Mustela dermo-verzachtende doekjes specifieke formule geschikt voor baby’s vanaf de geboorte reinigt en kalmeert de huid van het zitvlak droogt de huid niet uit versterkt de beschermlaag van de huid
Eucerin 1 PH 5 Soft shower mini cadeau bij aankoop van 1 Eucerin product naar keuze
€ 8,50
nu
€7 Lactacyd intieme hygiëne
GRATIS 1 PH 5 soft shower mini
voor een milde en zachte reiniging van de intieme zone
-20% *
be.care douchecrème
een zeer milde douchecrème, zeepvrij en huidneutraal rijk aan glycerine en provitamine B5 die de huid optimaal verzacht en hydrateert droogt de huid niet uit dag na dag voelt de huid zacht en glad aan
-20%
*Niet cumuleerbaar met andere kortingen. Acties geldig tot 30/04/2016 of zolang de voorraad strekt.