MONITOR AUDIO BX5 & ISOTEK SOLUS
tested
Door naar de volgende ronde
68
Monitor Audio Nederland B.V. leverde onlangs twee nieuwe producten af. Een betaalbaar en ambitieus opgezet netfilter en de Monitor Audio BX5 vloerstaande weergever uit de vernieuwde Bronze Series. Interessante producten om aan te schaffen met hetgeen resteert van het vakantiebudget.
is dat u ‘stroom’ voelt bij het strijken over een cd-speler of versterker. Normaal gesproken zijn beide kanten van de ac-lijn via condensatoren verbonden met de metalen behuizing. Hierdoor voorkom je common-mode ruis op de lijn. Daardoor kan wel een 50 Hz-stroom van de niet geaarde kant van de ac-lijn naar de behuizing vloeien. Als de behuizing niet is geaard, kan er dan een spanning op de behuizing komen die zelfs gevaarlijk kan zijn. Om het nog steeds overzichtelijk te houden bestaat er capacitieve (electrischeveld) koppeling en inductieve (magnetische) koppeling. Beide samen heten ‘radiated coupling’. Er is ook ‘conducted coupling’. Dat is als apparaten dezelfde voedingslijn gebruiken. Storingen in het ene apparaat dringen dan binnen in het andere apparaat. Bij kabels is het mogelijk om de capacitieve overdracht van stoorsignalen te verminderen door afscherming. Die afscherming moet dan niet los zijn, anders werkt het niet. In de praktijk zijn er zeker ook problemen aan verbonden. De verbinding tussen de afscherming en de zogenaamde ‘aarde’ heeft zelf ook inductiviteit. Als die wat hoger is, werkt de afscherming niet voor hogere frequenties. Magnetische koppeling in kabels verminderen is gecompliceerd. Het is op te lossen door een stroom te laten lopen door een nietmagnetische afscherming. Het magnetische veld dooft dan het ongewenste ruisveld uit. In ieder geval komen er nog veel meer problemen om de hoek kijken. De vraag is of die problemen in voldoende mate opgelost worden door kabelfabrikanten. Het verklaart in ieder geval
waarom de meeste netsnoeren nauwelijks een significant effect hebben voor het verbeteren van het signaal. Een netkabel is namelijk geen filter, heeft geen technieken voor magnetische afscherming en wat zo’n kabel tegenhoudt aan wat er via elektrische koppeling binnenkomt speelt eigenlijk geen rol, omdat die netkabel in het verlengde ligt van het elektriciteitsnet, waar elektrische koppeling vrij spel heeft. Een netfilter kan een aantal problemen oplossen die de bekabeling laat liggen en die niet (altijd en/of voldoende) aangepakt zijn door de fabrikanten van audio-apparatuur. Of een filter wel of geen effect sorteert heeft dan vervolgens te maken met de capacitieve en inductieve koppeling ter plaatse, maar ook met de kwaliteit van de audio-apparatuur. Een versterker die echt EMCcompliant is, volgens de FCC-regels (tot 30 MHz) of de veel strengere MILSTD-461, zal weinig lol beleven aan filters en kabels (op het gebied van storingen). Het is ook nog de vraag of een filter enig effect heeft op het moment dat de apparatuur lek is en de systeemaarding niet klopt. Lijkt op het repareren van een gaatje in de dijk, terwijl het water al overal twee meter boven de dijk uitsteekt. In het algemeen geldt voor filters: ‘baat het niet dan schaadt het niet’, maar zelfs dat is gevaarlijk. Veel (vooral serie) filters hebben een funeste uitwerking op het dynamisch gedrag van het audiosysteem. In ieder geval is duidelijk dat de ervaring met filters duidelijk context-gebonden is. Dat maakt veel discussies over filters overbodig of op z’n minst onbetrouwbaar. Een algemeen advies is gewoon om filters eens te proberen. Als het werkt is het goed en als het niet werkt, is het kennelijk niet nodig. Soms is het ook verrassend om eens alle accessoires, zoals speciale netkabels, filters, zekeringen, cones en andere zaken resoluut te verwijderen. Het systeem doet dan soms dingen waar je al jaren naar op zoek was. Voor de duidelijkheid dient opgemerkt te worden dat hier niet wordt beweerd dat al die accessoires geen invloed zouden hebben. Een aantal accessoires verandert het geluid, maar het
tested
Waarom heb je een netfilter nodig? Er zijn argumenten te vinden ter onderbouwing van de stelling dat filters allerlei problemen oplossen die zich bevinden in kabels en in de apparaten zelf. Een goede ontwerper bouwt namelijk een apparaat waar rekening gehouden is met de elektromagnetische compatibiliteit (EMC) en dat dus voldoet aan de regelgeving hiervoor. Het lijkt erop dat veel hifi-apparatuur niet of onvoldoende in overeenstemming is met deze standaarden. Dat komt omdat veel kleinere ontwerpers kennelijk niet weten waar het over gaat en voor de grotere ondernemingen betekent die compliance een kostenpost. Je zadelt de consument thuis dus op met de problemen en met het vinden van oplossingen. De consument koopt vervolgens een filter of neemt andere maatregelen, maar die zouden eigenlijk al in de apparatuur gebouwd moeten worden. Iedereen kent de meest voorkomende problemen met EMI oftewel ‘ruis’. De schoonheid van een audiosignaal wordt minder vanwege storingen en/of je ontvangt gewoon radiozenders die door het gewenste signaal heen klinken. Om het heel simpel te houden is er storing die instraalt op bekabeling en apparatuur, stoort apparatuur op elkaar en storen delen van een apparaat op andere delen van hetzelfde apparaat. Uit de circuit- en de veldtheorie is bekend dat een aantal van die storingen ontstaat door het verkeerd aansluiten van apparatuur en door allerlei problemen met de aarde. Wie daar meer over wil weten kan het aarden van zogenaamde multi-chassis (meerdere apparaten) bestuderen. Een bekende storing
69
NEXT
tested
aantal accessoires dat het geluid verbetert is heel beperkt. Beiden blijven in de praktijk beperkt tot die laatste (en soms aantrekkelijke) vijf procent. Om de weergave significant te verbeteren dient dus op een ander vlak te worden gewerkt. IsoTek Solus
De Solus beschikt over zes uitgangen die individueel gefilterd zijn. Het is een parallel architectuur met zogenaamde ‘Polaris-filters’. De totale belasting mag maximaal 2300 Watt zijn. Het toegepaste Polaris-principe is gebaseerd op de bekende twee stromen wet van Kirchhoff. Die houdt in dat de algebraische som van alle stromen die de node in- en uitgaan gelijk moet zijn aan nul. Er lekt dus geen stroom. De Solus bevat daarnaast drie protection filters die de aangesloten apparatuur beschermen tegen transiënts (high energy overload). Als het lichtnet regelmatig piekt, dan raken apparaten beschadigd en zullen op zekere dag dienst weigeren. Vooral chip-based elektronica is daar gevoelig voor. De IsoTek Solus is een fraai en degelijk gebouwd multifilter voor een zeer acceptabele prijs. Het is specifiek in de markt gezet voor consumenten die een fraai systeem bouwen in een budgetklasse van pakweg 1500 tot 8000 euro en waar filters van vele duizenden enigszins uit de toon vallen. Monitor Audio Bronze BX5
70
Binnen de Bronze BX-Series zijn twee vloerstaanders, twee kleine monitoren, een center, een subwoofer en een dual-mode surround luidspreker leverbaar. Het laatste type is gangbaar in ’s lands reguliere bioscopen. In ieder geval genoeg materiaal om kleine en uitgebreider homecinema’s te bouwen. Ter beoordeling staat hier de BX5-vloerstaander met een hoogte van 86,8 cm, indien de meegeleverde voet met spikes gemonteerd is. Het is een 2.5-weg systeem met drie drivers. Een van de 5- inch laagdrivers geeft ook het middengebied weer. Het frequentiebereik begint op -3 dB-niveau bij 30 Hertz. Er zijn vier houtkleuren (zwart, natural oak, rosemah en walnut) leverbaar. Binnen deze budgetklasse wordt kunststof fineer toegepast en dat verhindert niet dat de afwerking van deze weergevers erg goed is. Voordat deze BX5 geplaatst kan worden dienen de vloerplaten gemonteerd te worden, de spikes en eventueel het frontje met magnetische ophanging. Piece of cake dus en vervolgens dient er nog even ingespeeld te worden. Bij een luidspreker-driver gaat het dan vooral om de ophanging. Vanzelfsprekend gebruikt Monitor Audio een aantal technieken die ontwikkeld werden voor de kostbaarder Platinum en RX-Series. Zo zijn de drivers aan het achterpaneel bevestigd en dat zorgt dat het frontpaneel minder resoneert. De drivers komen uit de ‘hogere’ series en de C-CAM tweeter met goudcoating bereikt 30 kHz. Dat maakt de toevoeging van een supertweeter overbodig. Ook beschikt de vernieuwde Bronze-Serie over verbeterde filters. Met een gevoeligheid van 90 dB zijn deze weergevers ook geschikt voor kleinere (buizen)versterkers. Luisteren
De tijd is echt voorbij dat een veel betere geluidskwaliteit al-
leen te halen is met kostbare luidsprekers. Met de betere en betaalbare weergevers, doe je eigenlijk alleen concessies op het gebied van dynamiek, laagextensie, schaalgrootte, maximale geluidsdruk, (soms) neutraliteit, homogeniteit en wellicht een zekere verfijning. Daarin nemen de wat grotere topsystemen het voortouw, maar dat is zeker geen rechtlijnige wetmatigheid. De stageweergave, focussering en detaillering van kleinere budgetweergevers kan gelijk zijn aan wat kostbare systemen op dit vlak doen. Vaak zijn kleinere vloerstaanders met bescheiden laagdrivers in het voordeel ten opzichte van luidsprekers met grotere woofers. Die kleinere drivers zijn sneller en dragen eerder bij aan de kwaliteit van het laag. Veel grote systemen hebben minder kwaliteit in het laagbereik, maar vooral kwantiteit. Het geheim om een topklasse geluid uit budgetluidsprekers te halen, heeft ook te maken met de aansturing. Iemand die weergevers koopt voor ongeveer 325 per stuk, zal niet zo snel combineren met elektronica van 80.000 euro, maar zo’n match werkt vaak verrassend goed. Het staat haaks op de tachtiger-jaren opvatting dat als luidsprekers 700 euro kosten, de elektronica voor 900 euro mee mag tellen en de kabels voor 100 euro. Dat zijn door commercie ingegeven lijstjes en zeker niet vanuit motieven die te maken hebben met luisteren en het zoeken naar de beste prestatie. Maar nu is het de kunst om elektronica te zoeken die presteert zoals die 80K-set, maar voor een pinvriendelijker bedrag. Geluidskwaliteit stijgt namelijk niet evenredig met het prijskaartje en zeker in deze tijd niet meer. Wie de weg weet kan met de BX5’en een geloofwaardige topset samenstellen voor een redelijk budget. Tijdens de eerste luistersessie valt het relatief neutrale karak-
ten geluid neer zoals zich dat ook in de realiteit voordoet. Ooit een accordeon gehoord die laid back klinkt? In weergevers met zo’n teruggetrokken karakter zit gewoon een ontwerpfout. De normale ‘actuele’ presentatie van wat er op de cd staat, maakt dat de BX5 geluid met een zekere mate van realisme weergeeft. Bij elkaar lijkt het erop of de BX5 uitgebalanceerder klinkt dan vroegere generaties Monitor Audio luidsprekers. Daar was de presentatie van het laag en het hoog vaak net ‘too much’. Met een goede elektronicakeuze is de BX5 in staat om minder luidspreker te laten horen en meer direct door te schakelen naar hoe de muziek tijdens de opname klonk. Om dat nog extra naar voren te laten komen zijn er twee bijzondere platen uit de spelonken van het archief gehaald. Het is de 10 inch van het Tony Scott Quartet (BL58056) en de eerste studio-opname van dit gezelschap, met onder andere Dick Katz en Ossie Johnson. De andere special is het eerste album van Flip Phillips (Mercury MG C-105). Hij speelt hier samen met onder andere (een jonge) Ray Brown, Buddy Rich en Hank Jones. U kent vast de meest beroemde jazzsolo uit de jaren 1948-49. Flip speelde toen part 1 uit Perdido. Niet op deze 10 inch, maar voor de liefhebbers onder andere te vinden op JATP deel 8. Beide platen maken duidelijk dat de BX5 op dynamisch gebied flink meekomt. Als deze weergever gecombineerd wordt met ‘snelle’ elektronica, dan is het luisteren naar percussie een genot. Snaren, drums en uitheemse slaginstrumenten komen dan fraai gefocusseerd tot leven. Hoewel ondergetekende zeer sceptisch staat tegenover van alles dat zogenaamd in moet spelen, kent iedereen wel de ervaring dat een geluidssysteem plotseling over een soort magische grens gaat. Voor iets dat mechanisch is, zoals de ophanging van een cantilever of de bewegende delen van een luidspreker, lijkt een zekere inspeeltijd te verdedigen. Een ander verschijnsel is dat een set pas na een uurtje optimaal klinkt. Dat heeft gewoon te maken met het op bedrijfstemperatuur komen. Een auto rijdt ook minder soepel tijdens de eerste tien kilometer. Maar wellicht kan iemand nog eens uitleggen wat er in een buis zit dat in moet spelen? In ieder geval ging de set rondom de Monitor Audio’s tijdens de tweede luistersessie over de magische grens. Wellicht dat de ophanging van de verschillende drivers losser gespeeld was. Het was merkbaar aan het laag, dat erg aan definitie won en opeens muzikaal strakker ging klinken. Daarmee wordt bedoeld dat het laag redelijk overeenkomstig de realiteit ging klinken. Een akoestische bas klinkt namelijk niet ‘knetterstrak’, maar heeft een zekere losheid en ‘breedte’. Maar ook het hoog liet meer detaillering en subtiliteit horen. Het gevolg was dat er bij verschillende opnamen een fraaie akoestische bel in de luisterruimte ontstond die de opnameruimte simuleert. Het geluidsbeeld werd ook samenhangender en de dynamiek nam toe. Dynamisch gedrag is van fundamenteel belang voor realistische weergave. Een systeem moet feitelijk een oneindige dynamiek hebben. Iedereen weet hoe een groepje trombones er uit kan knallen tijdens het luisteren naar een live concert. Dat werd afgelopen maanden onder andere dicht benaderd door het opgebouwde systeem rondom de Soundsmith Strain
tested
ter van de BX5 op, dat zich vooral manifesteert in het middenen hoogbereik. De tonale balans is meteen goed en het laag klinkt relatief strak, snel en niet uit balans. Het is dus laag met een zekere kwaliteit. Met de kwantiteit is het niet mogelijk om demonstrerende menigten te verjagen, maar het niveau waarop sommige systemen laag weergeven komt doorgaans niet voor in de realiteit. Wel eens door een mondharmonica uit je luisterstoel geblazen? De kwaliteit van het laag hangt ook af van de versterkerkeuze. Solid state zal een dieper en gecontroleerder laag laten horen dan het merendeel van de buizenversterkers, maar er zijn enkele uitzonderingen. Desondanks blijven de laagste octaven, indien die al aanwezig zijn in de opname, enigszins onderbelicht, maar beter afwezig dan laag dat uit de bocht vliegt. De diepste orgelregisters laat deze Monitor Audio toch aan zich voorbijgaan. De BX laat voldoende fraaie detaillering horen, maar blijft daarin iets achter bij de Adam Audio luidsprekers. Ondanks de formidabele prestaties van de tweeter, zal elke audiofiel met veel ervaring uiteindelijk toe moeten geven dat ribbontechnologie het initiatief gaat nemen. De stageweergave van de BX5 is erg goed, maar hangt ook af van de detaillering. Hoe gedetailleerder een luidspreker klinkt, hoe meer ‘vulling’ de stage als het ware krijgt. Zelfs het meest subtiele geluid is dan waarneembaar. Een belangrijke eigenschap en heel kenmerkend voor Monitor Audio is dat deze weergevers absoluut niet ‘laid back’ klinken. Ze zet-
71
NEXT
tested
ook in het theater ervaart. Nodeloos om te vermelden dat er natuurlijk even aan de set is gesleuteld om zo’n resultaat te bereiken, maar het toont aan dat de BX5 de potentie heeft om op een flink niveau te kunnen presteren. De kracht van de BX5 is in feite dat deze weergever eigenlijk niets fout doet. Er is vrijwel niets belangrijks te vinden dat je deze Monitor Audio zou kunnen verwijten. Het zal duidelijk zijn dat de kostbaarder lijnen van Monitor Audio, of sommige producten van andere fabrikanten nog toe kunnen voegen aan de prestatie. Het is altijd mogelijk om de grens van dynamiek, neutraliteit en homogeniteit nog te verleggen. Daarom zijn er weergevers die soms voor een extra investering ook beter presteren. Maar, in een goede akoestiek en in een goede match met randapparatuur, kun je met deze BX5 heel lang erg gelukkig zijn. Conclusie
72
Gauge. Niet alleen maakte dit element de dynamische sprong, maar dat ging ook gepaard met de energie en het gewicht zoals dat zich in werkelijkheid voordoet. Die tweede luistersessie eindigde werkelijk spectaculair. De luisterruimte werd alleen nog verlicht door de vele leds en displays van de apparatuur, door zachtgloeiende buizen en door het diffuse licht van de ver weg gelegen grote stad,
dat nog enige speelruimte kreeg van de venetian blinds. Als slot klonk ‘Laat me’ van Ramses Shaffy. Hij had misschien wel een van de mooiste stemmen die denkbaar zijn. Een combinatie van kracht, gevoeligheid, kwetsbaarheid, warmte en een vleugje macho. Eigenlijk hoe je zelf zou willen klinken. Die hele sfeer werd overgebracht door de BX5. Die fraaie warmte en breedte van de stem in het middengebied, zoals je dat
De Monitor Audio BX5 is een voorbeeld van een luidspreker die in een goede match met de randapparatuur en de akoestiek zeer goede prestaties neer kan zetten. Met deze weergever is het eigenlijk meer een kwestie van wat ze nog net niet doet, dan dat ze op grote fouten te betrappen is. Als de match echt heel goed is (in de luisterruimte met een van de drie gebruikte sets elektronica), dan krijgt de weergave fascinerende trekjes en vraag je je af waarom je kostbaarder weergevers zou willen hebben. Het fraai uitgevoerde IsoTek Solus filter bewees in slechts een van de drie sets haar toegevoegde waarde, maar zoals gezegd is zoiets context-afhankelijk. Gezien de vraagprijs interessant om gewoon als meenemertje bij de dealer te scoren. In ieder geval mag de BX5 door naar de volgende ronde. Ruud Jonker PRIJZEN MONITOR AUDIO BX5 PER STUK ISOTEK SOLUS (IN ZWART OF ZILVER)
€ 325,€ 499,-
MONITOR AUDIO NEDERLAND TEL: 035-6295491 E-MAIL:
[email protected] WWW.MONITORAUDIO.NL
END