Diemensies
40e jaargang, nummer 2 vakgroepsblad Psychologie
verenigingsblad V IP
sinds 1969
Pagina 7: Oud en versleten of wijs en waardevol?
Pagina 10: Wat is Wijsheid?
Pagina 12: interview met een oud-redactielid: trudy dehue
COLOFON [DIEMENSIES] is het huisblad van de opleiding Psychologie van de Rijksuniversiteit Groningen en is het verenigingsblad van de VIP. Diemensies verschijnt zes maal per jaar in een oplage van 660 en wordt gratis verspreid. [KOPIJ] ontvangt de redactie bij voorkeur per email. Kopij kan ook ingeleverd worden in het postvakje van Diemensies bij de portiersloge of in de VIP kamer. De redactie behoudt zich het recht voor stukken in te korten, fouten te verbeteren en/ of kopij niet te plaatsen. [BESTUUR] [VOORZITTER] Carlijn van Munster [EINDREDACTEUR] Edo Grevers [PENNINGMEESTER] Rudolf Leermakers [SECRETARIS] Indira Pliska [PROMO] Indira Pliska [ILLUSTRATIES] Albert Hietkamp [LAYOUT] Rudolf Leermakers, Marjolein Wessels [REDAXIE ACTIEF] Anouk de Kleijn Ann Christin Uphaus Anna de Lange Carlijn van Munster Coosje de Vries Edo Grevers Indira Pliska Jonas Rubrech Myrthe Scheenen Peter Stukker Roos Arends Rudolf Leermakers Ruud Wassink Sandra Lucas Stephanie Bennett Susanne Dieudonné Vera Panjer [ADRES] Psychologisch Instituut Heymans M. 0032 Grote Kruisstraat 2/1 9712 TS Groningen [E-MAIL]
[email protected] [INTERNET] www.diemensies.NL [TELEFOON] 06-13902169 [©2010] Diemensies Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, op-namen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie. Oplage: 660 ex.
Jaargang 40 nummer 2
Jaargang 40, no. 2 De kerstgedachte Heerlijk, de winter. Kersttijd. De tijd van oude, bebaarde mannen met jurken. Een tijd die eigenlijk zijn oorsprong vindt bij de verjaardag van Jezus, maar tegenwoordig meer als excuus wordt gebruikt voor excessieve koopzucht. De geurige banketluchten en de vrolijk knipperende kerstverlichting in warenhuizen maken ons ruim een maand voor de Kerst tot willoze wezens, gehersenspoeld tot het aanschaffen van de meest onzinnige prullaria. En daar wordt genoeg van gemaakt, onzinnige prullaria. Een dagje op visite bij onze vrienden Vroom en Dreesman levert een breed scala aan lachwekkende snuisterijen op, die speciaal zijn gemaakt voor acute slachtoffers van koopwoede: van glitterende miniatuurbambi’s, USB-sneeuwmannen en wc-papier met rendieren, tot zingende kerststalletjes waarin (heus waar) de Kérstman zich vaderlijk over het kindeke Jezus ontfermt. Kapitalisme viert hoogtij in de wintermaanden. Maar het geeft niet: diep van binnen weet iedereen wel waar Kerst om draait. Het gaat niet alleen om kopen, het gaat ook om andere dingen. Zoals vreten; vreten op aarde. Met Kerst vreten we onszelf het liefst tot de nok vol met Kerstkalkoenen, Kerstknetterchocola, Kerstmarmite... je zet er het woord Kerst- voor, en je moet het zowel kopen als opeten, allemaal binnen een paar dagen. Kersteten ná de Kerst smaakt namelijk toch veel minder lekker dan tijdens de twee feestdagen. Na deze oeverloze braspartijen, volgt er een tijd van bezinning: Oud en Nieuw. Dit is een feest dat is bedacht opdat men, na een tijd van puur hedonisme, weer tot zichzelf kan komen. Met een heldere blik proberen we de zin van het nieuwe jaar in te zien, goede voornemens te verzinnen... om onszelf vervolgens vol overgave vol te kunnen gieten met een buitenproportionele hoeveelheid champagne. Ik zeg: ik hou ervan. Goed. Diemensies slaat het hele Kerstgebeuren over en is alvast aan Oud en Nieuw begonnen. Deze editie bevat namelijk zowel een aantal oude als nieuwe elementen. Om maar te beginnen bij het ‘nieuwe’: we hebben nieuwe redactieleden! Ruud, Vera en Myrthe maken sinds een aantal weken deel uit van onze redactie. Je kunt alvast kennis met ze maken door hun stukken te lezen in deze Diemensies. Ook nieuw is de rubriek ‘Opiniemensies’! Een rubriek waarin júllie, psychologiestudenten aan de RUG, voortaan een mening kunnen geven over actuele kwesties. Blader snel naar bladzijde 9, misschien sta je er wel tussen! Ook ‘oud’ komt deze in Diemensies aan bod. Ouderdom is het onderwerp waar Vera over schrijft in het artikel ‘Oud en versleten of wijs en waardevol?’. Roos heeft Trudy Dehue geinterviewd, zij blijkt niet alleen hoogleraar aan onze universiteit te zijn, maar ook oud-Diemensieslid! Jonas schrijft over K3: zijn het kindervriendinnen, of gewoon een paar vunzige, oude vrouwen? Tot slot schrijft Peter in zijn column over wijsheid, iets wat komt..juist: met de jaren. Dat en meer in deze Diemensies. Namens de hele redactie wens ik je heel veel leesplezier toe! en... natuurlijk een prettig kerstfeest en een gelukkig nieuwjaar ;) Carlijn
In dit nummer... 2
Voorwoord
10
Wat is wijsheid?
Carlijn van munster
Peter Stukker
4
Prikbord
11
Communicatie en ontwikkelingen binnen de communicatie
4
Toffe muziex voor als je je verveult
Coosje de Vries
Rudolf leermakers
12
Interview met een oud-redactielid:
Roos Arends
15
Mededeling Faculteitsraad
15
Jaarverslag Opleidingscommissie
16
Woordje van het nieuwe VIP-bestuur
18
Ik tegen de figuranten!
Ruud Wassink
20
Studium Generale
21
De kunst van het kwetsen
Myrthe Scheenen
22
Eternal Sunshine of the spotless mind
Ingezonden door Anne den Heijer & Annemart Hiemstra
23
Diemensies’ POT met Mark Huisman
Indira Pliska & Marjolein Wessels
6
Sletten in het speelkwartier
Jonas Rubrech
7
Oud en versleten OF wijs en waardevol?
Vera Panjer
8
Nieuws! Op de faculteit.
Carlijn van munster
9
Opiniemensies
Carlijn van munster
Trudy Dehue
Winter ‘09/’10
Hip·po· po·to·m on· 1 angst voor lan stro·ses·quip·p e·da·li·o ge woor ·fo·bie den
prikbord Wortel
Toffe
muziex voor als je je verveult.
Deel 2 Door Rudolf Leermakers
Jajaja, alweer een nieuw deel vol met chille muziex! Ik heb heel wat positieve reacties gekregen, wat mij dan ook vrolijk stemt! De dubstep is geloof ik niet bij iedereen in de smaak gevallen, maar dat heb je snel rare, nieuwe muziekstijlen. Gewoon fast forwarden! Deze keer surfen we langs wat ‘minimal’, techno/house en ook aan de zang- en gitaarpeople heb ik even gedacht. Youtube je weer met me mee?
Minimal
•
Al een hele poos geleden heb ik kennis mogen maken met minimal. Het is een soort verzameling van bliepjes, piepjes en bass, maar niet te veel en niet te snel, want het is de bedoeling dat je er chill van wordt. Begin even heel rustig met deze vier tracks: • “Nathan Fake - The sky was Pink (James Holden Remix)“ • “Nathan Fake - Dinamo” • “Minilogue - The Leopard (extrawelt remix)“ “Minilogue - Animals (short version)” / Vooral de clip is hilarisch.
Gi-taar-muuu-zieeeeeek
Incubus is heel lang mijn persoonlijke favoriet geweest. De muziek wordt veelal als nu-metal (new metal) beschreven. Ook als je geen metal fan bent zou ik me niet direct af laten schrikken, want er zitten ook een aantal erg mooie, rustige nummers bij. Het is wat complex, “Pas als je het vaker gehoord heb, dan hoor je echt alles” zeg maar. Gebruik gewoon ‘Incubus’ als zoekterm en luister er op los. Wel raad ik je aan om vijf tot tien nummers te proberen, want er kan een aardig verschil tussen zitten. PS. Clips tasten vaak je waardering van de muziek aan! (-; De volgende artiest, Patrice, is wat vocaler en rustiger, maar ook zeer de moeite waard. Ik kan weinig over de artiest vertellen. Niets is een betere verwoording. Probeer deze maar gewoon: • “Patrice - Where do we go wrong” • “Patrice - Music”
Electronisch
Ja hoor, deze muziek wordt zo ondergewaardeerd in rampe-stampend Nederland. Maar eau zo hip in het oosten van Europa, Frankrijk, Italie, Duitsland ... overal behalve hier dus. Maar treur niet, want ik breng jullie een paar pareltjes. De Bloody Beetroots is een italiaans duo dat in het straatje Daft Punk & Justice valt. De eerste zal je misschien bekend voorkomen: • “Bloody Beetroots - We Are From Venice (La Serenissima)” • “Bloody Beetroots - I Love The Bloody Beetroots” • “Bloody Beetroots - Yeah Boy” • • •
Deze
artwit :( jammerzw it! Wel in is de sh schoen
De laatste tips van deze keer zijn hard. En daar hou jij van: “The Proxy - Raven” “Adult - Nausea” “David Carretta - Vicious Game” / AKA de blauwe man Denk jij dat ik een geweldige artiest heb gemist? Mail het mij, want ik sta altijd open voor suggesties! -
[email protected]
Jaargang 40 nummer 2
door Marjolein Wessels; bron: www.nu.nl
DUBLIN - Mattie McGrath, een Ierse parlementariër, heeft in een discussie over alcoholgebruik in het verkeer aangegeven dat een glaasje drank voor het rijden kalmerend werkt voor gespannen automobilisten. Volgens een AA-medewerker is het allemaal onzin: ‘’Het is hetzelfde als beweren dat roken goed voor je is omdat je iemand van 95 kent die zijn hele leven heeft gerookt’’.
PALERMO – Santo Gambino zat in de gevangenis voor het illegaal dumpen van giftig afval, alvorens dit werd omgezet naar huisarrest. Na enige tijd ging de man naar het politiebureau en vroeg of hij de rest van zijn straf in de gevangenis mocht uitzitten. Dit had hij liever dan dat hij de hele dag ruzie heeft met zijn vrouw. De politie stuurde hem op weg met de opdracht het weer goed te maken met zijn vrouw.
BERLIJN – Thomas Götz, eigenaar van het bordeel Maison d’Envie, geeft klanten vijf euro korting als deze op de fiets komen of met het openbaar vervoer. Dit is beter voor het milieu en in verband met het tekort aan parkeerplaatsen is het ook nog eens handig. Sinds de invoering van deze maatregel is de stroom met klanten naar het bordeel toegenomen.
ROTTERDAM – Ahmed Aboutaleb heeft vele gesprekken gehad met mensen uit de Antilliaanse gemeenschap. Hieruit blijkt dat ouders van de Antilliaanse gemeenschap hun kinderen wapens geven, zodat zij zich veiliger voelen op straat. In Rotterdam zijn de Antillianen oververtegenwoordigd in de criminaliteitscijfers. Aboutaleb verzoekt de ouders de kinderen aan te sporen hun wapens in te leveren.
LONDEN – In verband met de Mexicaanse griep is er door de Health Protection Agency een spuugverbod uitgeroepen voor voetballers in Engeland. Zij mogen niet meer spugen richting medespelers, tegenstanders of een scheidsrechter.
ALTERNA TI ENERGIEB EVE RONNEN
Postbus
1045
6801 BA Ar
nhem
www.lo esje.nl
MIJN N MET EEFJE ADHD
Ga naar
www.lo en word esje.nl t lid!
Toeval of niet, drie jaar na de arrestatie van Marc Dutroux, scoren de dames van K3 hun eerste hit ‘Heyah mama’. En hoewel het er van een afstandje misschien allemaal redelijk onschuldig uitziet, doet de tekst van deze kleuterpop vermoeden dat er meer Belgen zijn die seks zien als iets van alle leeftijden.
ik wil jou jij wil mij ik weet een plekje waar ze ons niet vinden jij mag me verslinden doe het heel zachtjes geen kreetjes en geen lachjes heel zachtjes het wordt een leuke zomer lieve mooie dromer (…) laat mij vanavond naar je kamer komen in duizend hete dromen ik wil jou jij wil mij slaap nu maar zacht en laat je ramen open ik kom er aangeslopen Wat een smerige wijven! Kinderliedjes! Wat voor wereldbeeld moeten die koters krijgen? Is dit het begin van de seksuele kleuterrevolutie? Als K3 dit zingt, hoe leg je je kinderen dan uit dat ‘elkaar verslinden’ soms helemaal niet zo onschuldig is? Madonna’s ‘Like a virgin’ is hiermee vergeleken nog
tamelijk christelijk. En blijkbaar zijn er meer uitgedroogde dertigers die graag met twee staartje op hun hoofd, in een roze rokje vunzige kinderliedjes willen playbacken. Getuige K2 zoekt K3. Tele-Romeo, nog zoiets. Prima dat je kinderen iets over liefde wil leren, maar om dan te beginnen met een of andere onbekende hijger die nota bene Romeo heet… Waar ben je dan, waarom verlang ik zo? Om dicht bij jou te zijn, hallo, hallo? Mijn Tele-romeo (…) Fluister zachtjes in m`n oor “Liefste schat, we gaan ervoor” Ook al weet ik niks van jou `k Denk dat ik van je hou Het effect van dergelijke ongein laat zich slecht bagatelliseren. Twee jaar geleden deed het Nederlands
Jeugdinstituut onderzoek naar het effect van mediagebruik op de seksualisering van de jeugd. Wat blijkt? Meisjes die vaker naar videoclips op TMF en MTV kijken, zijn eerder geneigd uitzonderlijk seksueel gedrag, zoals naar bed gaan met een vreemde, normaal te vinden. Uit meerdere onderzoeken blijkt dat mediaopvoeding door de ouders, een belangrijke determinant is in het al dan niet optreden van een verwrongen beeld van seksualiteit door mediagebruik. Ouders moeten hun kinderen goed voorlichten en op de hoogte zijn van wat hun kinderen kijken. Op deze manier kunnen zij de schade, die de onophoudelijke gepornoficeerde mediastroom aanricht in het nog ontwikkelende kinderbrein, beperken. K3-cd’s voor je kinderen kopen, is in dat licht bijna onethisch Wat K3 voorzet in de kinderjaren, kopt MTV, bij het ontluiken van de puberteit, feilloos in. De rokjes iets korter, de decolletés iets dieper. Waar we onze dochters sinds de jaren zeventig leerden dat je eigen benen waren om op te staan, maken we ze nu al van jongs af aan duidelijk dat je benen slechts dienen als richtingaanwijzers naar het maagdelijk windstiltegebied, zodat wie-dan-ook het daar eens flink kan laten stormen. Het is wachten op het nieuwsbericht dat basisschoolleerlingen zich achter het fietsenhok laten nemen voor een Fristi. Ouders van Nederland, hoedt uw kinderen voor verderfelijke Belgische invloeden! Leer ze fatsoenlijk Nederlands, wees matig met patat en op antwoord op de vraag: “Mamma, wat is een slet?”, steevast: “Die meiden van K3, lieverd, dat zijn sletten”!
De Bond tegen Vloeken gaat nog een stapje verder. Alsof de teksten zo al niet erg genoeg zijn, hebben zij avondenlang alle K3-cd’s achterstevoren zitten luisteren. Door middel van zogenaamd ‘backmasking’, zouden er duivelse boodschappen in verborgen zitten. In de hit “Oma’s aan de top” zouden dan teksten te horen zijn als ‘Grote massamoord’ en ‘Godverdomme leuk’. Oordeel zelf, de omgekeerde versie is te beluisteren op: http://www.hetkanwel.net/wp-content/uploads/2006/01/k3.mp3 Op youtube zoeken op ‘K3 backmasking’ levert ook aardige resultaten op.
Jaargang 40 nummer 2
Oud en versleten of wijs en waardevol? [Auteur] Vera Panjer “Oud en Versleten Als ik oud ben en versleten en ik voor mijn raampje sta of in mijn rolstoel neergezeten nauwelijks weet da’k nog besta Als ik oud ben en versleten jou moet vragen wie ik ben Al jouw liefde ben vergeten en mijn vrienden niet meer ken
in culturen waar de familiebanden heel hecht zijn en hele families met elkaar in één huis wonen. Deze culturen worden collectivistisch genoemd; het groepsbelang gaat voor het belang van het individu. Ze zijn te vinden in de nog niet geïndustrialiseerde gebieden van Afrika, waar de leden van de familie samenwerken om te overleven, of bijvoorbeeld in Zuid-Amerika en Azië. In deze culturen wordt meer waarde gehecht aan familie dan in de westerse. Als opa of oma bijvoorbeeld te oud wordt om te werken op het land, kunnen ze nog steeds helpen met het opvoeden van de kleinkinderen of ze kunnen een helpende hand bieden in het huishouden. Hierdoor maken de bejaarde familieleden meer deel uit van het dagelijks leven dan in westerse culturen het geval is.
Geef me dan alsjeblief een spuitje of een duwtje door het raam Ik schrijf vooraf wel een briefje dat het per ongeluk is gegaan”
Dit liedje van de Belgische groep Yevgueni gaat over ouder worden. Ze zingen over de kwalen die bij ouderdom horen, zoals dementie en een “versleten” lichaam. Tegenwoordig, in de westerse maatschappij tenminste, wordt ouder worden steeds meer geassocieerd met dit soort kwalen. Oudere mensen worden daarnaast vaak als lastig beschouwd. Ze worden omschreven als “traag” en men zegt dat ze niet goed mee kunnen komen met de snelle ontwikkelingen op bijvoorbeeld technisch vlak. En wie heeft zich nou niet geïrriteerd aan die slome opa’s en oma’s achter het stuur! Kortom, als we bejaarden tegen komen in het dagelijks leven, vinden we ze vaak vooral vervelend. In andere culturen gaan mensen echter heel anders om met de ouden van dagen. Vooral tussen geïndustrialiseerde samenlevingen zoals de onze en maatschappijen die nog niet in die fase van ontwikkeling zijn, zijn erg duidelijke verschillen te herkennen in de status die aan ouderen wordt toegekend. Bejaarden in westerse landen worden, zoals ik hierboven al noemde, vaak als lastig beschouwd. Het liefst zouden we in de rij voor de kassa niet een oudere dame met rollator voor ons zien staan, omdat we bijvoorbeeld denken dat “zij toch weer tijden moet zoeken naar haar portemonnee”, met als gevolg dat wij zo niet snel door kunnen naar onze afspraak. En wanneer het stoplicht op groen springt en de oude man voor ons in de auto niet doorrijdt, worden we boos, in plaats van dat we geduldig wachten tot hij doorrijdt. In andere culturen wordt er over het algemeen meer begrip opgebracht voor ouderen, vooral
Dit verschil in visie op ouderen zit hem dus misschien in het feit dat, wanneer mensen ouder worden in de westerse cultuur, ze steeds minder productief worden. Als ze eenmaal met pensioen gaan, dragen ze op die manier niet meer bij aan de samenleving. In andere culturen zouden ze dan misschien kunnen zorgen voor de kleinkinderen, maar vaak wonen opa en oma niet zo dichtbij dat ze dat kunnen doen. Dit alles leidt tot vereenzaming van de ouderen. Ze trekken zich, door met pensioen te gaan, terug uit de samenleving, en het is voor hen ook niet mogelijk om een andere rol van betekenis aan te nemen. Als bejaarden minder goed voor zichzelf kunnen zorgen worden ze vaak in een verzorgingstehuis geplaatst. Doordat hun kinderen nog werken, hebben deze ook minder tijd om bij hun ouders op bezoek te gaan. En juist doordat ze minder contact hebben met de buitenwereld, wordt het voor de ouderen moeilijker om mee te gaan met de tijd, wat door ons ervaren wordt als lastig. In andere culturen dan de westerse worden ouderen veel minder snel in een verzorgingstehuis geplaatst; meestal neemt de familie dan de zorg over. Hierdoor blijven ouderen veel meer betrokken bij het dagelijks leven en vereenzamen ze minder snel. Oudere mensen worden echter, zeker in de westerse samenleving, steeds ouder. De levensverwachting loopt op. We zullen er dus rekening mee moeten houden dat we steeds meer bejaarden tegen zullen komen in de supermarkt en op de snelweg. Misschien is het dus beter om wat meer geduld op te brengen voor deze mensen, zoals ook in andere culturen gebeurt. November 2009 Winter ‘09/’10
Nieuws! op de faculteit.
Winter ‘09/’10
door Carlijn van Munster
Hoogleraar in de publiciteit Bram Buunk op reis met surrogaat-Beagle Na het televisiedebuut van Trudy Dehue in Zomergasten, laat nu ook evolutionair sociaal psycholoog Bram Buunk zien dat hij niet bang is voor een beetje publiciteit. Op 22 november schitterde hij namelijk in het programma ‘Volg de Beagle’. In dit programma zeilen tientallen wetenschappers, kunstenaars en politici dezelfde route als Charles Darwin ooit gevaren heeft met zijn boot, de Beagle. Hoogleraar Bram Buunk werpt in aflevering 10 vanuit sociaal psychologisch perspectief een blik op evolutie. Zo vertelt hij waarom het zo is dat vrouwen na hun veertigste geen kinderen meer krijgen en wat de verhouding tussen je ring- en middelvinger te maken heeft met jaloezie. Verder heeft hij het ook over Darwins emotionele beslommeringen: volgens Buunk werd Darwin namelijk verliefd tijdens zijn ontdekkingsreis... Nieuwsgierig? Surf dan naar www.vpro.nl. Je vindt daar niet alleen alle afleveringen, maar ook alle blogs die Buunk geschreven heeft voor het programma.
Opmerkelijke veranderingen op de faculteit... Hoera voor het BSA? Het gonst al wekenlang door de faculteit: er hangt een BSA, een bindend studieadvies, in de lucht. Andere universiteiten in Nederland kennen dit fenomeen al wat langer, de Rijksuniversiteit Groningen behoort tot een van de laatste universiteiten waar deze maatregel nog niet is ingesteld. Binnenkort komt daar echter verandering in en zal er ook aan de universiteit van Groningen een bindend studieadvies gaan gelden. Benieuwd naar wat er precies verandert met een BSA? Lees het stuk van de faculteitsraad op bladzijde 15 en je komt erachter.
Maar er is meer... Dat psychologie studeren hartstikke hip is, blijkt uit het feit dat er dit jaar alweer zo’n negenhonderd enthousiaste eerstejaars op de stoep van de faculteit stonden. Om alle eerste- en tweedejaars te kunnen bereiken, hebben de uitpuilende colleges in Pathé tegenwoordig een extra videolijntje naar een andere zaal, zodat er nóg meer studenten het college kunnen volgen. Dit jaar heeft de studie psychologie echter een kritische grens bereikt: als er volgend jaar meer mensen psychologie willen studeren dan dit jaar, dan zou dit wel eens ten koste kunnen gaan van de kwaliteit van de studie. Vandaar dat de faculteit een numerus fixus heeft aangevraagd bij het College van Bestuur. Een numerus fixus is een maatregel die getroffen tegen de overbevolking van een studie. Deze maatregel staat ook wel bekend als een loting. De loting waar nu over onderhandeld wordt zal niet extreem zijn; het aantal toegelaten studenten zal ergens rond de 750 liggen. Dit lijkt misschien hoog, maar bij deze 750 studenten zijn ook ongeveer 250 Engelstalige bachelor studenten ingecalculeerd. De overige 500 plekken zijn voor de Nederlandse studenten. Daarbij mag er slechts voor één studie tegelijk geloot worden - je mag bijvoorbeeld niet meer voor geneeskunde loten en je tegelijkertijd ook voor psychologie inschrijven. Deze regel zal het aantal inschrijvingen vermoedelijk sterk beperken. Of de fixus daadwerkelijk doorgaat, is nog even de vraag: over een aantal weken gaat de kwestie onder de hamer bij het College van Bestuur... en natuurlijk zal Diemensies je hiervan op de hoogte houden!
Jaargang 40 nummer 2
Opinie
Auteur: Carlijn van Munster
mensies
Psychologie is de laatste jaren uitgegroeid tot één van de grootste studies van de RUG. Daardoor is er veel veranderd, zowel op de faculteit als binnen de studie. Wat vindt degene die het aangaat, de student, daar nou eigenlijk van? Diemensies stond op een maandag in november in de hallen van het Heijmans en stelde jullie de vraag: wat kan er volgens jou beter aan de studie Psychologie?
Astrid, derdejaars, 19 jaar:
‘Praktijkervaring. Op een gegeven moment heb je al vakken gehaald, je scriptie geschreven, en dan moet je zo maar aan de slag, zonder dat je ook maar enige ervaring hebt opgedaan. Voor de master van Klinische Psychologie moet je dan wel praktijkervaring opdoen, maar voor Arbeids- Organisatie en Personeelspsychologie hoef je bijvoorbeeld dan weer geen stage te lopen. Ik zou dat graag wel anders willen zien.’
Martijn, vijfdejaars, 23 jaar:
‘Ik mis inzichtvakken. Ik heb het idee dat je met dom stampwerk bij onze studie de tentamens ook nog wel kunt halen en dat is raar. Want dom stampen, dat kan een gemiddelde chimpansee ook nog wel! Het is jammer dat je eigenlijk nooit zelf hoeft na te denken over wat je leert, want er zijn bijna nooit inzichtvragen... behalve bij statistiek dan.’
Sigrit, vierdejaars, 21 jaar:
‘Er zijn te weinig mannen! Verder mis ik praktijkervaring vóór mijn master. Ik ben van plan na mijn bachelor K&O te gaan doen, maar eigenlijk heb ik slechts een vaag idee van wat dat inhoudt. Ik weet dus niet of ik mijn master wel leuk vind, omdat ik er nog nooit iets mee heb gedaan in de praktijk.’
Nathan & Hedwig, allebei eerstejaars, 21 & 22 jaar:
Hedwig: ‘De mentorgroepen in het eerste jaar zijn nutteloos! Vroeger waren ze dat ook al, maar dit jaar helemaal.’ Nathan: ‘De bijeenkomsten zijn namelijk tegenwoordig wekelijks, en dan is er opeens heel weinig te bespreken. Dan is het op een manier van: ‘Eh... goed. Hoe is het nu sinds vorige week..?’ Hedwig: ‘Aan de andere kant zijn dergelijke practica, ook al lijken ze soms onzinnig, ook wel weer leuk. Je leert namelijk wel nieuwe mensen kennen.’
Josefien, tweedejaars, 19 jaar:
‘Wat verbeterd kan worden, is het overschot aan studenten op onze opleiding. Psychologie is massaal en dat haalt de charme van de studie weg. Vriendinnen van me hebben bij hun studie veel meer contact met de professor en werken in kleinere groepjes; dat bedoel ik ook met charme, bij psychologie is het niet zo persoonlijk meer. Als de professor een vraag stelt in het college, dan is de groep eigenlijk te groot om daar goed op te kunnen reageren. Het zou juist zo leuk zijn als er een eens echte discussie uit voortkwam, maar de mogelijkheid daartoe is er gewoon niet. Als de colleges wat kleiner zouden zijn, dan zou je misschien ook vaker naast dezelfde persoon zitten. Nu ga ik soms naast iemand zitten waarvan ik denk: ‘Jou heb ik echt nog nóóit gezien!’, en dat na twee jaar.’ Winter ‘09/’10
‘Werken aan de grenzen van het weten’ luidt de veelbelovende slogan van de RuG. Qua academische vorming voel ik me als student van de psyche eerder begrensd dan dat ik grenzen verleg. Die dikke boeken kunnen me na ruim twee jaar studeren gestolen worden en liever noem ik ze dan ook slaappillen; mijn geest scherp ik er niet meer mee. Door véél te lezen vermeerder je kennis maar word je daar veel wijzer van? Het degradeert mij eerder tot een spons die per blok de nodige pagina’s absorbeert en het er uitzweet in een sporthal c.q. repetitieruimte waar ik liever tennis speel dan aan geheugentraining doe. De grenzen díe ik tijdens mijn studie heb verkend, laten zich lastig uitdrukken in termen van kennis. Het is meer leren door experimenteren, zoals die keer dat ik midden in het studiecentrum een boer liet om de concentratie van de gemiddelde student na te gaan. Of het moment dat ik, tijdens college in Pathé, bij mijn buurtvrouw de mate van openness to experience mat, door haar vanuit mijn schoot op popcorn te trakteren (uit een emmertje zonder bodem). Om maar te zwijgen over mijn gedachte het brandalarm in te schakelen om een plekje achter één van de schaarse computers te veroveren en de reactietijd van ‘in nood verkerende studenten’, te klokken. Waarom reageert men in de hortus zo stoïcijns als ik vraag waar Plato en Aristoteles hun dialoog voeren? Waarom wordt Epicurus afgeschilderd als een ouderejaars die muffins als brood eet? En voor de stelling van Pythagoras zetten ze me nota bene achter een of ander statistisch programma.
10
Jaargang 40 nummer 2
Ook al is de School van Athene al een tijd gesloten en ben ik wat doorgeschoten in mijn ideaalvoorstelling van het academisch onderwijs, zolang Donquichotterie niet als stoornis in de DSM wordt opgenomen, weiger ik de realiteit voor lief te nemen. Waait er van Heymans’ kritische geest dan helemaal niets meer door het naar hem vernoemde gebouw? Ik geloof van wel en het krijgt gestalte in de minor Filosofie van de psychologie, aangeboden door de heren Keijzer en Romeijn van Wijsbegeerte. Zij laten neuronen dansen op vragen als: kunnen we gedrag ooit zo wetmatig voorspellen als de valsnelheid van een tennisbal; zijn algemene uitspraken over de mens ook van toepassing op het individu; en in hoeverre is het de wetenschap die haar eigen kennisclaims rechtvaardigt. Een vak waarin al snel duidelijk wordt dat de conceptuele kaders verre van bepaald zijn en dat de mens, door zijn zelfbetrokkenheid, zich lastig laat doorgronden. Psychologie blijkt dan ook niet zelden een utopie maar gelukkig heeft de docent daar geen vrede mee en pleit hij voor het tegendeel. Een voorbeeldig vak qua kleinschalig onderwijs, interactiviteit, discussie, uitdagende literatuur, eigen meningvorming, dat afsluit met een open vraag-tentamen als proeve van bekwaamheid. Er valt genoeg te betreuren als werknemer 1728393 in de kennisfabriek, maar er staan gelukkig ook mooie sterren aan de donkere hemel en je hoeft geen Archimedes te zijn om ze te zien. Mijn RuG trui zit weer lekker en ik voel me zowaar… een academicus!
Iedereen met een universitaire opleiding kan een eigen definitie maken van het begrip communicatie. In wetenschappelijke termen wordt communicatie gedefinieerd als een uitwisseling van betekenissen tussen individuele mensen door middel van een gemeenschappelijk systeem van symbolen. Er kan van communicatie gesproken worden als er sprake is van informatie en een proces waarmee de informatie wordt overgebracht. Er zijn tegenwoordig veel manieren om je boodschap aan een vriend, familielid of kennis over te brengen. Via de telefoon bijvoorbeeld, e-mail, een handgeschreven brief of met twitteren. Het zijn allemaal vormen van communicatie. Kort samengevat is communicatie dus het verzenden en ontvangen van boodschappen tussen mensen met gebruikmaking van een medium. Het communicatieproces bestaat uit de volgende elementen: 1. Een zender 2. Een codeerprocedure 3. Een boodschap 4. Een medium 5. Een decodeerprocedure 6. Een ontvanger Belangrijk is vervolgens dat de ontvanger reageert op de zender en dat men alert is bij optreden van ruis (de boodschap komt niet helder over). De wetenschappelijke studie naar communicatie is vooral geïnteresseerd in de invloed van openbare communicatie door de massamedia. Een dergelijke vorm van massacommunicatie is het NOS journaal. Iedereen kan er kennis van nemen. Massacommunicatie is niet beperkt tot degenen die direct betrokken zijn. De aard en ernst van een gebeurtenis, betrokkenheid uit eigen ervaringen en daarmee samenhangende emoties zijn van grote invloed op de verwerking van
de informatie. Vanzelfsprekend hebben slecht-nieuwsberichten een hele andere impact op mensen dan een vrolijke mededeling. Al met al moet de journalistiek serieus genomen worden als vakgebied. Als gevolg van recessie dalen abonnementsverkoop en losse verkoop van kranten. Het gevolg is dat deze vorm van massacommunicatie in omvang afneemt. Dit vacuüm wordt wellicht opgevuld door een meer interactieve vorm van communicatie (Hyves, Twitter, discussiesites). Die neemt in omvang toe. Bij deze vorm van communicatie kan de gebruiker – zowel consument
als producent – gedurende de informatie-uitwisseling op een zelf gekozen moment invloed uitoefenen op inhoud en vorm van de uit te wisselen informatie. Wie weet welke ontwikkelingen er nog meer in het verschiet liggen. Er zijn aldoor nieuwe communicatietechnieken met steeds nieuwe beeldvormende technieken. Zal straks iedereen elkaar bellen
met een beeldtelefoon? Uiterlijk zal dan een nog belangrijker rol spelen bij jongeren. Een interessant onderscheid dat gemaakt mag worden op het gebied van psychologie en onderzoek naar communicatie: inter-individuele verschillen bij mensen in het opvangen van non-verbale cues (lichaamstaal) zijn een interessant onderwerp voor psychologisch onderzoek van de communicatie. Bijna iedereen (behalve mensen met bijvoorbeeld een beperking op het gebied van autisme-spectrum stoornissen) is in staat tot het opmaken van betekennissen en gevoelswaarnemingen aan de hand van lichaamstaal. Onderzoek naar verbale versus non-verbale communicatie heeft aangetoond dat tachtig procent van de communicatie in feite lichaamstaal is. Uit sociale studies blijkt dat naar mate we meer informatie met elkaar delen en naar mate sociaaleconomische status wederzijds beter overeenkomt, non-verbale cues beter worden opgevangen en correcter geïnterpreteerd worden. Stelling: In de toekomst zullen de nieuwe vormen van informatieuitwisseling een uitdaging vormen voor de psychologie als wetenschap. Er zijn dan, behalve vriendschappen en sociale contacten, nieuwe interacties tussen mensen. De impact hiervan op de ontwikkeling van individuen is een interessant nieuw onderzoeksveld. Winter ‘09/’10
11
Auteur: Roos Arends
Diemensies zoekt haar wortels Interview met een oud-redactielid:
Trudy Dehue
Dit studiejaar is het precies 40 jaar geleden dat Di e m e n s i e s werd opgericht. Aan dit feestelijke feit geven we dit jaar uitgebreid aandacht, onder andere door een serie inter views met oud-redactieleden. Waar zijn de mensen terechtgekomen die in de afgelopen jaren de redactie van Di e m e n s i e s bevolkten? Zijn ze minister, varkensboer of schoonmaker geworden? Of misschien hoogleraar, zoals onze gast voor deze editie: Trudy Dehue.
Precies dertig jaar geleden zat Trudy Dehue in de redactie van Diemensies. Wat herinnert ze zich nog uit die tijd? “Van de redactie zelf herinner ik me eigenlijk weinig. Ik weet wel dat het toen allemaal nog heel anders was dan nu. De faculteit zat bijvoorbeeld verspreid door het centrum van de stad. De sociaal psychologen zaten in een paar oude panden op de Kraneweg en de ontwikkelingspsychologen Trudy Dehue in 1987 in de Boteringestraat. Ikzelf was toen student persoonlijkheidspsychologie en wij computer eerst ontzettend hadden twee verdiepingen in het gebouw ‘Mijn vriendje en ik hebben grappig. Maar eigenlijk aan de Grote Markt, wat nu Springs was het een vreselijk ons volkswagenbusje vol ingewikkeld ding. Als je heet.” iets wilde onderstrepen met spullen gegooid en “Toen ik begon met studeren hadden moest je zeven codes zijn van Maastricht naar intikken voordat er we helemaal nog geen computers. De allereerste computer kwam op de zolder een lijntje onder wilde Groningen gereden’ van het gebouw te staan. Ik vond die komen. Ik was één van de twee studenten die als eerste mocht oefenen met die computer, daar was ik toen heel erg trots op. Na verloop van tijd kwamen er wat meer computers. Vaak hadden we dan om vijf uur het probleem dat ze allemaal tegelijk een crash hadden. Dit kwam doordat boven op het dak de grote Heinekenreclame aansprong.” “Voor
het
samenstellen
van
de
Diemensies konden we dus ook nog
geen gebruik maken van computers. Iedereen schreef zijn eigen stukje op een typemachine; als je een fout maakte moest je weer opnieuw beginnen. Vervolgens plakten we met een potje lijm en een kwast de artikelen op grote 12
Jaargang 40 nummer 2
vellen, die dan in zijn geheel naar de drukker gingen.” Als Dehue vertelt, is het duidelijk te horen dat ze geen geboren Groninger is, hoewel ze al jaren in de stad woont en werkt. Waarom is ze eigenlijk naar Groningen gekomen? “Ik woonde met mijn vriendje in Maastricht, toen we in de krant lazen dat in Groningen een nieuw College van Burgemeester en Wethouders zou komen waarvan de wethouders allen jonger dan 30 waren. Dit waren studenten die de wethoudersplekken in hadden kunnen pikken. Er is wel gesuggereerd dat de verkiezingen niet helemaal zijn gegaan zoals het hoort, maar het was ze dus via een soort studentenactivisme gelukt om allemaal jonge wethouders te krijgen. Een stad met alleen maar jonge wethouders, dat moest helemaal perfect zijn! Dus hebben mijn vriendje en ik ons volkswagenbusje vol spullen gegooid en zijn we van Maastricht naar Groningen gereden. Achterin het busje zat nog een ex-vriendje van me die was inmiddels homo - op een fauteuil met een lampenkap op zijn schoot.” “In Groningen hebben we van de zilvervloot spaarcentjes van onze beide ouders een vervallen huisje gekocht in de Appelstraat. Het huisje was spotgoedkoop, heel raar. Dat bleek dus een bordeeltje te zijn geweest. Toen we aankwamen uit Maastricht lag het vol met gebruikte condooms, die moesten we eerst opruimen. Later vertelden de buurtbewoners dat er een oude man in had gewoond, die bovenin de dakkapel een kamer had voor een prostituee. Het was prima wonen, behalve dat ik soms de oude klanten uit moest leggen dat het huis een andere functie had gekregen.” “Wat ook nog wel leuk is om te vertellen over dat huisje: er zat een
klein lapje tuin achter, dat er uitzag psychologie studeerde dacht ik: als een wildernis. Daar moesten ‘Dat bedenken die psychologen wel we natuurlijk wat van maken, dus mooi allemaal, maar hoe kan dat is mijn vriendje van toen met een nou?’ Om meer te weten te komen kruiwagen naar de Hortustuin over wat het begrip wetenschap nou gelopen (de oude Hortustuin, nu te eigenlijk inhoudt of betekenen kan, midden van de faculteit GMW). Hij ben ik wetenschapsfilosofie gaan heeft hier grond studeren.” afgegraven, is ‘Dat bleek dus een weer terug naar En dan komen toch de de Appelstraat bordeeltje te zijn herinneringen aan de gelopen en heeft redactie naar boven. geweest’ de grond in onze Dehue vertelt wat de studenten bezighield aan het eind van de jaren zeventig. “Bij Diemensies zaten vooral politiek geïnteresseerde studenten. Mensen die wilden nadenken over een betere maatschappij. Daar hadden we het dan ook veel over. Het was sowieso een hele andere tijd dan nu, er waren bijvoorbeeld ook vaak studentendemonstraties in de stad. Dan demonstreerde men voor onderwerpen die studenten aangingen, zoals studiebeurspolitiek. Maar bij Diemensies waren we ook bezig met bredere maatschappelijke onderwerpen. Eens per maand hadden we op de zolder van ‘Springs’ een borrel van de afdeling persoonlijkheidspsychologie. Daar kwamen dan zowel studenten als docenten. Er waren toen nog veel minder studenten en iedereen kende elkaar. Daar werd ook druk gediscussieerd.”
Trudy Dehue tuin gekiept. Omdat het grond van de oude hortustuin was, kwam er het volgende jaar van alles op in onze tuin! Het was natuurlijk wel een beetje illegaal, want dat hoor je niet te doen. Maar wij hadden een klein Hortusje!” “Dit was nog voor ik ging studeren, want ik ben in Groningen eerst ons huis gaan opknappen en daarna heb ik werk gevonden in de kinderen jeugdpsychiatrie. Ik raakte geïnteresseerd in hoe die psychiaters toch allemaal bedachten wat er met die kinderen aan de hand was. Dat is de reden dat ik psychologie ben gaan studeren. Toen ik een tijdje
“Die maatschappelijke betrokkenheid is enorm veranderd. Zoals de universiteitskrant nu is bijvoorbeeld, wij zouden dat toentertijd een scholierenkrant genoemd hebben. Kookrubriekjes, leuke stukjes over uitstapjes enzovoort, wij haalden onze neus op voor dat soort dingen. Wij vonden dat je echt moest nadenken. In de tijd dat ik bij Diemensies zat, waren de onderwerpen van de artikelen veel meer algemeen maatschappelijk betrokken.” Trudy Dehue is de laatste jaren bij het grote publiek bekend geworden door haar boek De depressie-epidemie. Over de plicht het lot in eigen hand te nemen. Dit boek verscheen in 2008, kreeg enorm veel positieve aandacht en won in 2009 de NWO-Eurekaprijs voor het beste Nederlandstalige Winter ‘09/’10
13
wetenschappelijke boek. Het maakte echter ook enkele tegenartikelen los en op Dehue’s krantenartikelen volgden boze reacties van farmaceutische bedrijven. Is haar tijd als redactrice bij Diemensies het begin geweest van Dehue’s schrijfcarrière? “Ik ben begonnen met schrijven toen ik in de kinderpsychiatrie werkte. Dat was dus nog voor ik psychologie ging studeren. Ik was daar “observatrice”, die functie bestaat nu niet meer. Dan trok ik een tijdje met één kind op en eens in de zoveel tijd moest je een rapport schrijven over het kind. Mijn collega’s vonden dat schrijven verschrikkelijk en ik vond het heerlijk.” Het schrijven zat er dus al jong in. Denkt Dehue dat De depressieepidemie een impact heeft gehad op de maatschappij? “Dat is altijd moeilijk in te schatten voor jezelf, maar gezien de ontzettende hoeveelheid reacties die
bereiken.”
Diemensies vraagt zich af wat schrijven betekent voor Dehue.
“Dat heb ik mezelf bij mijn laatste boek ook zitten afvragen: ‘Waarom doe ik dit eigenlijk?’ Wil ik nog steeds de wereld veranderen? Ik denk dat het juiste antwoord is dat ik dingen wil snappen en als ik het op papier moet uitleggen ga ik het zelf snappen. Onderwijs geven heeft voor mij trouwens dezelfde functie. Het gaat bijvoorbeeld bij Wetenschapstheorie, het tweedejaarsvak wat ik geef, wel eens over een nieuwe school binnen de psychologie. Ik moet me er dan wel in verdiepen om het aan de studenten uit te kunnen leggen. Ik maak ook graag gebruik van beelden om het onderwijs te visualiseren. De hedendaagse student heet een beeldcultuurstudent te zijn. Ze zijn
‘Ik kom ze niet tegen, studenten die niets uitvoeren’ meer met stripverhalen en televisie opgegroeid. Maar ik vind het zelf ook leuk om een presentatie met veel beelden te geven. Het helpt mij ook om een verhaal te snappen.” Over beeldcultuurstudenten gesproken: merkt Dehue een verschil tussen de studenten van nu en eerdere generaties?
ik krijg, wel. Zelfs minister Klink van Volksgezondheid zei op televisie: ‘Ik heb dat boek gelezen en er veel van geleerd, ik vond het een prachtig boek.’ Dat was natuurlijk geweldig, want ik hoopte ook de overheid te 14
Jaargang 40 nummer 2
“Dan moet ik me de oudere generaties echt goed voor de geest halen. Dat soort veranderingen gaat altijd zo geleidelijk. Ik ben altijd een beetje verbaasd als je de verhalen hoort van studenten die niets uitvoeren, want ik kom ze niet tegen. Toch moeten ze er volgens de cijfers wel zijn. De studenten waar ik mee te maken krijg, hebben doorgaans een fors verantwoordelijkheidsbesef en het idee van: ik wil wat van mijn studie maken. Wel heb ik een jaar of vier geleden een bachelorthese-groepje gehad dat zozeer niets uitvoerde dat ik op een gegeven moment gezegd heb: ‘Ga allemaal maar gewoon weg! Ga mijn
kamer uit, want ik heb helemaal geen zin meer om mijn tijd hieraan te besteden!’ ” Dehue’s volgende boek, De ADHDbeweging. Leven in het tijdperk van het brein, komt begin volgend jaar uit. Is dit boek vergelijkbaar met haar vorige boek? “Zoals je aan de titel al kunt zien, zijn de boeken vergelijkbaar. ADHD groeit net zo hard als depressie. Een belangrijke vraag is nu hoe dat zit. Maar er zijn ook zeker verschillen tussen depressie en ADHD en ik wil ook weer andere aspecten gaan onderzoeken aan de hand van het voorbeeld ADHD.” Wat kunnen we, behalve het nieuwe boek, de komende tijd nog meer verwachten van Dehue? “Ik ben bezig met het honoursprogramma bij psychologie, hierin gaat het over dezelfde thematiek als in mijn boeken. Deze thematiek kun je opvatten als de mens die aan zelfverbetering doet. De technieken hiervoor gaan steeds verder. Het innerlijk en uiterlijk moeten prachtig gemaakt worden. Verder werk ik mee aan het Sirius programma, het universiteitsbrede honoursprogramma. Daar zal ik ook het onderdeel over de maakbare mens gaan doen. En in 2011 ga ik een congres organiseren over het gebruik van apparatuur om aan zelfverbetering te doen. Er zijn op dit moment ontzettend veel nieuwe ontwikkelingen op dit gebied. Bijvoorbeeld het kastje wat je in kunt bouwen om je stemming te verbeteren, dat al beschikbaar is voor de meest ernstig depressieve mensen. Of apparatuur die zodra je je huis binnenkomt, aanvoelt in wat voor stemming je bent en er een bijpassend muziekje bij zoekt. Met al die apparatuur worden we eigenlijk cyborgs.” Dit oud-redactielid is gelukkig heel goed terechtgekomen. Wij zijn benieuwd hoe het andere oud-redactieleden is vergaan. Als jij dat ook bent, houd dan goed de komende Diemensies in de gaten, want wij duiken in onze archieven en halen de interessantste mensen naar boven!
Van de faculteitsraad
Bindend Studie Advies
Zoals jullie misschien in de UK hebben gelezen, is de universiteit in rep en roer over een BSA. Kort door de bocht houdt dit in dat er een bepaald aantal studiepunten gehaald moet worden (waarschijnlijk 40 EC) in het eerste jaar om te mogen blijven studeren. Ook moet de propedeuse in twee jaar gehaald worden. Worden deze studiepunten niet gehaald, dan is de consequentie dat je van de opleiding af moet en dat je aan deze opleiding voor een bepaald aantal jaar niet weer mag beginnen. Wel mag je aan de RuG een andere studie volgen of in een andere stad dezelfde studie doen. Hierover wordt heftig gediscussieerd op hoog niveau. De fracties binnen de studentgeleding van de universiteitsraad (UR) zijn sterk verdeeld over het wel of
niet invoeren van een BSA. Het College van Bestuur en het College van Decanen ziet het echter als noodzaak wel een BSA in te voeren om op die manier rendementen van de universiteit te verbeteren. Dit is echter in strijd met een eerder gemaakte afspraak met de studenten over de intensiveringmaatregelen, zoals meer practica. Dit is één van de redenen dat in eerste instantie commotie is ontstaan. Ook zijn er inhoudelijke argumenten tegen het BSA. Kan de universiteit zo’n strenge regeling wel aan? Is het wel een daadwerkelijke oplossing voor het probleem? En wat als je door een bestuur, commissie of topsport in je eerste jaar niet in staat bent aan de BSA eis te voldoen? Het invoeren van een BSA zal ook gelden
voor onze faculteit. Als faculteitsraad mogen wij hier niet over mee beslissen. Wel kunnen wij onze mening geven en een voorstel doen over wat wij noodzakelijk achten aan randvoorwaarden aan een BSA. De vraag is of het onderwijs van onze studies wel sterk en goed genoeg is om met zo’n dwingende maatregel te werken. Het mag natuurlijk niet aan docenten of opbouw van vakken liggen of de BSA eis wordt gehaald of niet. Er is nog veel verbetering mogelijk, en de vraag van studenten binnen de UR en de faculteitsraad is dan ook of die verbeteringen niet eerst plaats moeten vinden voordat er een BSA kan worden ingevoerd. Voor vragen en suggesties kunnen jullie ons, de studentengeleding van de FR, altijd mailen op
[email protected]
Jaarverslag OpleidingsCommissie (OC) Psychologie 2008-2009 De OC Psychologie is verantwoordelijk voor de kwaliteitsbewaking van het onderwijs. In dit jaarverslag zijn de activiteiten van de OC in het studiejaar 2008/2009 weergegeven.
was hierbij om beter inzicht te krijgen in de vakevaluaties over de jaren heen. De OC heeft de rendementscijfers van de opleiding besproken met enkele vertegenwoordigers van A3O.
Het belangrijkste, jaarlijks terugkerende advies betreft de onderwijs- en examenregelingen, de OER-en. De OC heeft deze becommentarieerd en enkele adviezen ter verbetering gegeven.
Naar aanleiding van het visitatierapport heeft de OC nagegaan in hoeverre adviezen zijn opgevolgd, en waar nodig de Opleidingsdirecteur attent gemaakt op lacunes.
Daarnaast heeft de OC zich gericht op de voorlichting. De voorlichting met betrekking tot de Masteropleiding, Het Honourstraject, Toelating tot GZ opleidingen, en de Major/Minor structuur is geëvalueerd. Op diverse punten zijn aanbevelingen gedaan voor verbetering.
De OC heeft actie ondernomen om de bekendheid van de OC te vergroten. Zo is er informatie aanwezig op infoborden, internet en op de infoschermen. Verder hebben de studentleden tijdens de introductietijd een praatje gehouden.
Op verzoek van de Opleidingsdirecteur heeft de OC zich gericht op de intensivering van de opleiding. Er is in dit verband onder andere informatie opgevraagd over de docent/ student ratio binnen de Engelse en Nederlandse opleidingen. Daarnaast is er nagedacht over de manieren waarop de intensivering van het onderwijs ingevuld moet worden. De OC heeft de resultaten van de vakevaluaties besproken met een vertegenwoordiger van A3O. Ook is meegedacht over aanpassingen van de procedures voor vakevaluatie. Het doel
Door het jaar heen heeft de OC op verzoek van het FaculteitsBestuur (FB) haar visie gegeven op verscheidene notities van de studentgeleding van de FaculteitsRaad. Deze notities hadden betrekking tot inzagerecht tentamens, feedback op essays en de vorm van tentamens. Tot slot heeft de OC diverse malen ongevraagd advies gegeven. Aan de directeur Onderwijs is advies gegeven over: - De nieuw voorgestelde procedure en formulieren voor onderwijsevaluaties; - Het voorkomen van fraude tijdens tentamens. Voorgesteld is o.a. om docenten een handleiding aan te reiken waarin staat hoe ze meerdere
toetsversies bij een tentamen kunnen maken; - Vernieuwing van de cursus PSBa2-9 - Invoeren van Docent evaluaties van cursussen met veel docenten. Aan het FB heeft de OC advies gegeven over een Wijziging van de Klachtenknop op Nestor Mocht u meer informatie willen over de inhoud van de Adviezen, dan is deze te vinden op: DOCENTEN OMGEVING (GMW_ PSDOCENTEN), onder Committees, Opleidingscommissie, Ba-NL De OC 2008-2009 bestond uit: Marieke Timmerman, DPMG, docentlid en voorzitter Thirza Troost, studentlid en vicevoorzitter Dick de Waard E&A, docentlid Arie Dijkstra S&O, docentlid Ineke Wessel K&O, docentlid Koen Edlinger, studentlid Nicole de Jong, studentlid Else Vogel, studentlid Ondersteuning: Dr Ton Rooijers, A3O Mevr. Barbara Kip, Secretariaat Mocht u zaken aangaande de kwaliteit van het onderwijs onder de aandacht willen brengen van de OC, stuurt u dan een email aan
[email protected].
Winter ‘09/’10
15
Foto van de maand
Woordje van het nieuwe vip-bestuur Lieve Diemensieslezers, Na een jaar lang hard werken, mooie VIP-activiteiten en gezellige borrels, geeft het VIP-bestuur het stokje per 1 december 2009 over aan ons, het nieuwe VIP-bestuur 2009-2010. We willen Wisse, Inge, Aart, Jasper, Martijn en Anne heel erg bedanken voor hun tomeloze inzet voor de VIP het afgelopen jaar. In een harde inwerkperiode hebben onze voorgangers ons het onderste uit de kan laten halen. Zo heeft Wisse als voorzitter zijn hamertje aan Marjon gegeven, zodat ze altijd de orde kan handhaven het komende jaar. Tatjana kreeg van Aart de enige echte secretaris-pen, zodat ze altijd alle gesprekken en vergaderingen bij kan houden. De enige echte VIP-rekenmachine ging dit jaar naar Marloes, Inge moest deze doorgeven na een jaar lang alle financiën bijgehouden te hebben. De functie interne contacten gaat Jelmer op zich nemen en daarom krijgt hij van Jasper de almanak, zodat hij alles weet van de (actieve) leden. Anne heeft aan Daan de echte externe contacten-glimlach gegeven, zodat hij de VIP goed kan vertegenwoordigen bij externe partijen. En de echte vlotte bedrijfscontactenbabbel heeft Martijn aan Hans doorgegeven zodat we ook dit jaar mooie contracten op kunnen opstellen. Het (op moment van schrijven nog) huidige bestuur heeft natuurlijk niet alleen een mooi, maar ook een erg zwaar jaar gehad. Daarom mogen zij nu eindelijk gaan genieten van hun welverdiende rust. Natuurlijk blijven ze wel betrokken bij de VIP; ze hebben allemaal hun eigen plekje gevonden in een nieuwe commissie. En we twijfelen er niet aan dat ze ons stiekem in de gaten zullen houden! Voor ons is dit het begin van een jaar waar we heel veel zin in hebben en waarin wij ongelofelijk gaan knallen. We hopen dat jullie ook allemaal een jaar bomvol mooie VIP-activiteiten krijgen. Vergeet niet de nieuwsbrief en de site in de gaten te houden zodat je niets van dit moois mist! Verder zijn wij altijd te bereiken: op het VIP-hok, tijdens de activiteiten of gewoon op ons mobiel. Dus heb je een vraag, een mooi verhaal of iets anders wat je echt even kwijt moet, schroom niet en spreek ons even aan! vlnr. Marjon, Hans, Tatjana, Jelmer, Marloes en Daan.
16
Jaargang 40 nummer 2
woensdag t/m zaterdag: 22:00 tot 05:00 uur Ook voor feesten & partijen
voor meer info w
ww.twister-gr oningen.nl
Juni 2009
17
Ik tegen de figuranten! Auteur: Ruud Wassink Uren, dagen en zelfs maanden zijn we aan het reizen in het leven. Als je nagaat hoeveel tijd het in beslag neemt om van één locatie tot de ander te komen, zul je met een simpele rekensom ontdekken dat een goed vervoermiddel het investeren wel degelijk waard is. Op een enkele keer na staar ik maar wat uit het raam t ijdens mijn reisuren. Vandaag deed ik het anders, ik hield mijn ogen gefocust en liet de prikkelingen die ik binnen kreeg verwerken door mijn hersenen. Ik gaf betekenis aan wat ik zag.
16:29
Ik sta op het station in Nijkerk en zet voldaan mijn tas op de grond. Er wordt omgeroepen: “De stoptrein richting Zwolle van 16:24 is komen te vervallen”. De trein rijdt niet! Te laat van huis weggegaan en dan toch nog op tijd komen. Kun je de schuld weer bij de NS leggen en niet bij jezelf. Heerlijk.
16:30
Nadat ik mijn jas heb uitgedaan om van de zweetdruppelste bekomen ga ik met een voldane grijns drie bankjes van een typisch Nijkerks meisje vandaan zitten. Zo’n typisch Nijkerks meisje dat met haar typisch plat-Nijkerks getinte accent zo hard mobiel communiceert dat ook mijn vader, die even belt of ik nu eindelijk voor mijn te laat komen gestraft werd, het gesprek kan volgen. “Ik moet echt overal een sigaret bij hebben. Na het eten, na de seks, na het toilet en zelfs na het douchen!” Later blijkt dat ze geen aansteker bij zich had. Zucht... een typisch Nijkerks meisje.
17:10
Ik had vóór dit moment nog het idee om een artikel te schrijven over suggestie, maar ik kon eigenlijk geen centraal punt vinden in het idee. Niet dat dit stukje tekst wel een kern bezit, maar op dat bankje, onder het afdakje in de stromende regen, bedenk ik me dat deze treinreis zo beroerd begint, dat de rest van de reis mij van genoeg stof zal voorzien.
17:16
Ik stap de trein in en neem plaats naast mijn fiets in de in- en uitstap cabine van de trein. De ideale plek om mensen te observeren, blijkt later. Er zijn er een hoop die toch nog even naar het treintoiletje moeten. Of misschien zijn al die mensen wel op zoek naar een ander die dan toevallig ook in die trein moet zitten, of willen die mensen gewoon de benen strekken. Misschien zijn ze een stuk bagage kwijt, of ruiken ze iets lekkers. Eigenlijk denk ik dat de meeste van deze mensen wel gewoon op zoek waren naar een toilet. 18
Jaargang 40 nummer 2
17:40
Veel ouders met jonge kinderen verzamelen zich bij de in- en uitstap cabine van de trein. Een vrouw van eind dertig met flitsende Adidas schoentjes (wat had ik haar graag ordinair kauwgom zien kauwen) staat naast haar dochter van rond de acht. De dochter is gekleed als de moeder, of beter, de moeder is gekleed als haar acht jarige dochter. Ik zie het kindje worstelen; word ik als mijn moeder, of ga ik proberen mijn capaciteiten wel volledig te benutten. Ik zie het in haar ogen. Ze heeft zo’n zoekende blik. Een blik die niet alles wat ze hoort en ziet zomaar accepteert. Op dat moment heeft het kind al besloten, met haar komt het wel goed, alleen weet ze het zelf nog niet.
17:46
17:49
Dezelfde man loopt terug naar zijn plek. We kijken elkaar aan en knikken.
Er loopt een man voorbij. De linkerhelft van zijn lichaam sloft wat passief achter de rechterhelft aan. Net voordat de man de hoek om loopt, kijkt hij om. Ik begin te bedenken waarom hij nog omkeek. Alsof hij toch die bevestiging van zijn afwijkende gedrag nodig had. Misschien keek hij om, om te kijken of zijn houding nu eindelijk niet meer opviel. Alsof je na jaren lopen met een door een tia geteisterde hersenafwijking beloond wordt met heracceptatie in de samenleving. Nee, het leven is een stuk harder. Het moment waarop de man omkeek duurde een stuk korter dan deze hersenspinsels, dus wist ik veel op dat moment; ik kijk strak terug.
17:59
Ik sta op het perron met zo’n honderd andere passagiers te wachten op een vervangende trein. Er is net in de trein omgeroepen dat de trein met een mechanisch defect kampt en dat we bij het eerst volgende station door een andere trein worden opgehaald. Geheel in het straatje van deze avond moeten we een tijdje op het perron wachten voor de nieuwe trein. De zon is al onder, de maan nog niet te zien, dus de straatlantarens kleuren het moment in. Het is vrij bijzonder. Je kunt de regen horen tikken op de grond, de rails en de paraplu. Het is dan ook de regen die de doodse stilte onder de mensen doorbreekt. Op mijzelf, met mijn grote lompe fiets, en enkele verdwaalde passagiers na, staat iedereen onder de enkele afdakjes die er zijn. Het moment wordt door mijn ipod muzikaal ingevuld door de band ‘yeasayer’, met het toepasselijke nummer ‘wait for the summer’. Naast mij staat een jongeman met een hoedje met een bedrukt wietteken. Ik denk: ‘Wat had ik nu toch zin in een joint kunnen hebben’. Ik heb het niet. Ik wil graag dat ik een door verslaving opgewekte neiging kan voelen. Een soort van ‘ik verlang, dus ik leef’ gevoel. Het tegenovergestelde gebeurt. Het ultieme rustmoment is aanwezig. Niet te verwarren met het ultieme ‘met-mij-gaat-alles-goed-ik-heb-alles-voor-elkaar rustmoment’. Nee, ik had kan op dit moment hersendood verklaard worden. Ik heb een kwartier voor me uit staan staren. Eigenlijk wil ik wel lachen, hardop. Net als in films, maar ik doe het niet. Daarom zijn films films en is het echte leven een relatief suffe afspiegeling.
18:15
De trein komt tot stilstand en de mensen komen weer in beweging. Ik sta met mijn fiets achter de rest van de mensen, om weer vol moed plaats te nemen in de in- en uitstap cabine.
19:35
Wat gaat de tijd ineens snel. Versuft kijk ik om mij heen en zie mensen hun spullen bijeen rapen. De trein mindert vaart en er wordt door de machinist omgeroepen dat het eindpunt is bereikt. Wat heb ik dat laatste uur gedaan? Ik ben afgedwaald in mijn eigen gedachtes. Als een film is alles langs mij heen gegaan. Je kunt er naar kijken, maar of je ook wat met die beelden doet is de vraag. Dus toch weer in die hersendoodmodus. Of eigenlijk ben ik gewoon moe. Is observeren dan toch zo zwaar? Winter ‘09/’10
19
Oude Boteringestraat 13 Postbus 1260 9701 BG Groningen 050 - 3635460
[email protected]
Quentin Tarantino Ronald Rovers
Is Quentin Tarantino een over het paard getilde postmoderne cinefiel of een belangrijke regisseur met een eigen verhaal? Of allebei? En wat is dat eigen verhaal dan? Voor de ene criticus is zijn nieuwste film Inglourious Basterds aanleiding om Tarantino een idiot de la cinematheque te noemen en hem morele lafheid te verwijten, terwijl de andere juist de morele kracht van de film prijst. Hoe passen Kill Bill en Jackie Brown in zijn oeuvre? En waarom is Jackie Brown volgens velen zijn beste film? Niemand kon vijftien jaar geleden om de kracht van Pulp Fiction heen. Maar dat wil niet zeggen dat we zijn andere films kritiekloos moeten toejuichen. Een analyse van Tarantino’s brein, soms met een fileermes en dan weer met een bazooka. Ronald Rovers is filmcriticus voor nationale en internationale tijdschriften en websites. Hij heeft gewerkt voor oa. NRC, Filmkrant en NPS cultura. TOEGANG Voor iedereen gratis
DATUM, TIJD EN PLAATS Maandag 14 december 2009 16.30 - 17.30 uur Images, Poelestraat 30 Groningen
Het Gouden Idee Met Olaf Vos en Frank den Hollander Soms zijn er heel simpele, bijna voor de hand liggende oplossingen voor lastige problemen of alledaagse ongemakken. Vaak ontstaan ze in een flits, onder de douche, aan de bar of in de trein. Opeens is er dat lumineuze idee, waarbij alles op zijn plek valt. Vaak komen deze vondsten niet verder dan de achterkant van een bierviltje. En dat is doodjammer! Daarom presenteert Studium Generale een avondvullend programma rond het Gouden Idee. Inventieve Groningers - studenten, docenten en stadjers - presenteren hun gouden ideeën in een speels programma vol nuttige tips en onverwachte inzichten. Altijd last met inparkeren? De oplossing is even simpel als effectief. Even een bacterie ombouwen? Studenten draaien er hun hand niet voor om. Uw eigen groentetuin mee op reis? Fluitje van een cent. Kunstenaars, uitvinders, onderzoekers en studenten verrassen het publiek met originele vondsten en geniale invallen. Verder zal de immer briljante professor Van Hepscheuten het publiek een spannende quiz voorschotelen. Zal Olaf Vos, bekend van TV Noord en de rapgroep Bond tegen Harries, met rappe tong de diverse optredens presenteren en becommentariëren. Mag het publiek kritische vragen stellen. En is er een ruime pauze om, met een hapje en een drankje, op adem te komen. DATUM, TIJD EN PLAATS Dinsdag 15 december 2009 LET OP! Aanvang 19.30 uur Avond duurt tot ca. 22.00 uur Academiegebouw Broerstraat 5, Groningen
KAARTEN € 2,50 Voor studenten en Studium-abonnees zijn de kaarten gratis verkrijgbaar op vertoon van resp. studentenkaart of abonneepas. De kaarten zijn alleen verkrijgbaar bij: Studium Generale Groningen Oude Boteringestraat 13
20
Jaargang 40 nummer 2
Auteur: Myrthe Scheenen
“Wie kent er de hmm-hmm techniek, de: watver velend-voor-je-kun-je-daar-wat-meer- oververtellen-methode?” Vanuit de zaal, die grotendeels gevuld is met psychologiestudenten, klinkt gegniffel. Deze methode kennen we inderdaad wel. Wie heeft er niet moeten oefenen met aandachtgevend gedrag, gevoelsreflecties en de rest van de vaardigheden die horen bij de non-directieve gespreksvoering gebaseerd op de theorie van Carl Rogers? Laat dit nu net de methode zijn die Jeffrey Wijnberg, schrijver, columnist en klinisch psycholoog, al tijdens zijn studie achter zich heeft gelaten. Hij houdt zich bezig met een heel ander soort therapie: provocatieve therapie. In een workshop van de Accie maken we kennis met deze ongewone manier van gespreksvoering, die toch wel hele bijzondere resultaten kan boeken.
maar naar je moeder.” Op dit punt zijn we al beland bij een provocatieve interventie. Niet eindeloos naar iemands klachten luisteren, maar duidelijk vragen wat het probleem nou precies is. Uiteindelijk vertelde deze man dat hij zijn wereld te klein vond. Vervolgens ging Wijnberg over naar de volgende stap in de provocatieve interventie, de ontkenning van het probleem. “Probleem zeg je? Vervroegd pensioen noem ik dat!” Deze acties hadden wonder boven wonder tot gevolg dat deze man zo zijn best deed om Wijnberg van het tegendeel te overtuigen dat hij zijn huis weer uit kwam en dingen begon te ondernemen. Eind goed al goed zou je denken. Nu hoeft de patiënt alleen gestimuleerd te worden in dit gedrag. Niets is minder waar. De volgende vuistregel van de provocatieve therapie roept een hoop gelach op uit de zaal, het klinkt ook bijna als een grap. “Blokkeer alle vooruitgang!” Jeffrey Wijnberg heeft deze man dan ook sterk afgeraden om bijvoorbeeld zelf boodschappen te doen of met zijn oom naar Schiermonnikoog te gaan. Enkele sessies later kwam deze man weer regelmatig de deur uit.
Wat is provocatieve therapie precies? De naam doet het al vermoeden; het is een vorm van therapie waarin de psycholoog de cliënt uitdaagt, plaagt, provoceert en confronteert. De bijeenkomst begint met een korte geschiedenis van het ontstaan van deze onorthodoxe methode. Het is ooit Er komen ook kritische geluiden uit de allemaal begonnen bij een leerling van zaal. Mensen met een trauma kun je Carl Rogers, Frank Farrelly genaamd. toch niet zo behandelen? Dit wordt door Farrelly paste de methode van Rogers Wijnberg beaamd; provocatieve therapie toe, maar zag steeds meer de gebreken is inderdaad niet voor iedereen geschikt. hiervan. Bij een schizofrenie patiënt Ook is het voor velen moeilijk te begrijpen genaamd Bill hield Farrelly het na 91 dat mensen na de schok van de eerste sessies niet langer meer vol. Bill klaagde sessie nog terugkeren. Jeffrey Wijnberg keer op keer over zijn uitzichtloze snapt dat zelf ook niet zo goed. Hij situatie en zinloze bestaan, totdat denkt dat het komt doordat mensen hem Farrelly het op een gegeven moment een lesje willen leren, ze proberen hem opgaf. “Je hebt gelijk. Je bent hopeloos keer op keer in het ongelijk te stellen. en in de toekomst zie ik dat niet echt Ook benadrukt hij dat het niet zo is dat beter worden.” Dit had echter tot provocatieve therapie enkel gebaseerd is gevolg dat Bill allerlei redenen begon te op het uitdagen of zelfs beledigen van verzinnen waarom zijn toekomst niet mensen. Allereerst moet er een bepaalde zo verschrikkelijk zou zijn als Farrelly verstandhouding tot stand komen, één dacht. Na zes sessies was Bill genezen Jeffrey Wijnberg van begrip en vertrouwen. “Met mijn verklaard en was er een nieuwe vorm lichaamstaal geef ik aan dat ik achter van therapie ontstaan. de patiënt sta, alleen mijn vragen spreken dit tegen. Die incongruentie maakt mensen in de Een beter inzicht in hoe de therapie in zijn werk gaat war.” Werkt deze therapie eigenlijk ook nog als mensen krijgen we als Jeffrey Wijnberg enkele van zijn eigen weten hoe het werkt? Jeffrey Wijnberg moet lachen om ervaringen met ons deelt. Zo werd hem gevraagd een deze vraag. Hij heeft inderdaad weleens patiënten in zijn man te behandelen die alle mogelijke therapieën al had praktijk gehad met zijn boek over provocatieve therapie in geprobeerd. De man voelde zich depressief en niet in staat de hand, al van tevoren stellend dat ze wel wisten wat hij om ook maar iets te ondernemen. Het resultaat was dat ging doen. “Toch blijft het werken”, zegt Wijnberg. Zelfs hij alleen maar binnen voor de televisie zat. Toen deze als hij zijn pianospelende dochter zegt dat het stuk van man zijn verhaal deed, brak Wijnberg hem af. “Ik hoor Bach te moeilijk voor haar is: “Pap, ik weet wat je doet, alleen maar klachten. Daar ben ik niet voor, daarmee ga je maar ik kan er gewoon niet tegen!”. Winter ‘09/’10
21
INGEZONDEN door Anne den Heijer & Annemart Hiemstra
Eternal Sunshine of the spotless mind
Hoe zou het zijn om iemand tegen te komen die je nog nooit hebt gezien, maar waar je wel een heel verleden mee hebt? Dit overkomt Joel Barish en Clementine Kruczynski. Ze ontmoeten elkaar op het strand van Montauk en zijn gelijk verliefd. De klik is enorm en ze zijn direct ontzettend hecht. Tot ze erachter komen dat ze al een relatie hebben gehad, maar dat ze elkaar in een opwelling uit hun geheugen hebben laten wissen. Ze zijn dus lang samen geweest, zonder dat ze hier zelf ook maar één herinnering aan hebben…
D
it studiejaar hebben wij een hoop interessante lezingen, congressen en colloquia bijgewoond. We zouden hier veel over kunnen vertellen, maar het leek ons leuker over iets te schrijven wat jullie als medestudenten zelf ook nog kunnen bekijken, aangezien alle lezingen vanzelfsprekend al geweest zijn. Zo kwamen we uiteindelijk op het idee een film te bekijken en te bespreken. De film die we bekeken hebben is “Eternal Sunshine of the Spotless Mind” met Jim Carrey en Kate Winslet in de hoofdrollen. Deze film vertelt het verhaal van een man en een vrouw, Joel en Clementine, die een turbulente relatie hebben. Op een dag, na een heftige ruzie, zoekt Joel zijn vriendin op. Als hij haar aanspreekt, blijkt zij hem niet meer te (her)kennen. Totaal verslagen gaat hij op bezoek bij twee vrienden, die hem vertellen dat Clementine alle
22
herinneringen aan hem uit haar geheugen heeft laten wissen. In zijn boosheid besluit Joel hetzelfde te doen met zijn herinneringen aan Clementine. Tijdens het proces van het wissen herbeleeft hij zijn meest dierbare herinneringen met haar en komt hij langzaam tot de conclusie dat hij Clementine helemaal niet wil vergeten. Helaas is dit proces niet meer te stoppen, ook al proberen zowel Joel als Clementine elkaar krampachtig vast te houden, zodat ze hun herinneringen samen niet vergeten. Tevergeefs. Joel wordt ’s ochtends wakker zonder ook maar één herinnering aan zijn relatie met Clementine. Wel voelt hij zich vreemd en in plaats van naar zijn werk te gaan neemt hij impulsief de trein naar Montauk. Daar ziet hij een vrouw, tot wie hij zich gelijk voelt aangetrokken. Clementine… In deze film wordt duidelijk hoe belangrijk herinneringen
Jaargang 39 nummer 5
voor ons zijn. Aan de ene kant wordt geschetst hoe verschrikkelijk Joel het vindt dat zijn herinneringen gewist worden als het eenmaal zover is. Er zijn namelijk niet alleen maar vervelende herinneringen, maar ook een heleboel mooie. De film wil ons duidelijk als boodschap meegeven dat we vast moeten houden aan onze herinneringen, ook al kunnen ze ons soms pijn doen. Hier valt een link te leggen met het vergeten van traumatische herinneringen.
Sommige mensen verdringen gedachten aan een trauma nadat ze iets heel ergs hebben meegemaakt. Toch is gebleken dat dit verdringen niet altijd goed is. Echt sterke herinneringen zullen na verloop van tijd bewust of onbewust weer boven komen drijven. De persoon in kwestie kan er dan erg last van hebben. Veel therapieën, zoals de psychoanalyse van Sigmund Freud, zijn er dan ook op gericht deze verdrongen herinneringen weer terug te halen. Want, zoals ook uit de film blijkt, sommige zaken zijn nu eenmaal niet te ontlopen. Al met al vinden wij deze film een echte aanrader voor alle psychologiestudenten. De film zet je aan het denken over herinneringen en wat deze eigenlijk voor een individu kunnen betekenen. En dat niet alleen; het is ook nog eens een leuk tijdverdrijf voor een eenzame zondagavond.
Diemenasies’ POT
[ Schrijverij ] Indira Pliska & Marjolein Wessels [ Eterij ] Mark Huisman, Universitair docent in Methoden voor Data analyse
Zijn meest opmerkelijke bezigheid ooit was waarschijnlijk toch het bouwen van een doordachte flippotoren. Trots vertelt ons over de toren die hij zo’n twaalf á dertien jaar geleden met een vriend heeft gebouwd. ‘Hij kwam wel zooooo’n stuk boven me uit!’ (wijst trots met arm). Voor de trouwe lezers die het willen proberen; een toren staand op vier poten bleek goed te werken. Verder lijkt het ons logisch, maar voor de zekerheid vermelden we het; men dient de zogenoemde “technoflippo’s” voor het bouwen van een dergelijke toren te gebruiken. We gaan nog een stukje terug in de tijd en ontdekken dat ook Mark een afspraak had met zijn ouders dat die zijn rijbewijs zouden betalen als hij niet zou roken tot zijn 18e. Pas toen zijn vader hem op zijn 22e wees op het spoedig verlopende aanbod begon hij met de rijlessen. Na het behalen van zijn rijbewijs heeft hij niet zo vaak meer gereden. Verbaasd vragen we naar de reden, die heel simpel blijkt te zijn; Mark houdt niet van autorijden. Als hij een keer een boekenkast in elkaar wil zetten, fietst hij gewoon drie keer naar de bouwmarkt om hout te halen, ook goed voor de conditie. Bovendien is alles wat hem dierbaar is met het openbaar vervoer te bereiken. Er was eens, in de naburigheid van de faculteit, een huis met Mark Huisman in de deuropening… De jonguitziende man blijkt na inspectie 39 lentes jong en in het genoeglijke bezit van vriendin en drie kinderen. Al snel merken we dat ons wederom een plezier wordt gedaan met couscous. Mark is bijna klaar met koken, en zijn kinderen hebben netjes de tafel gedekt. Het is de tweede, en jammer genoeg ook laatste keer dat Diemensies bij Mark gaat eten, omdat dit studiejaar zijn laatste bij psychologie is. De voormalig Econometrie student is eerst een AIO aan de faculteit Gedragsen Maatschappijwetenschappen geweest en is vervolgens werkzaam geweest bij het CBS in Den Haag. Hierna heeft hij een postdoc gedaan bij Sociologie, waar hij in September weer zal gaan werken. Naast lesgeven zal hij hier ook meer onderzoek gaan doen. Het huis, waar de Huismannetjes al 8 jaar wonen, stamt uit 1910/1915 (exacte datum is onbekend). In een dergelijk huis is altijd genoeg te klussen, één van de hobby’s van Mark. Vroeger voetbalde Mark zelf, inmiddels geeft hij er de voorkeur aan om zijn zoon te zien voetballen. Tegenwoordig is hardlopen de manier waarop Mark zijn conditie op peil houdt, zijn standaardrondje beslaat tien kilometer.
Na het eten bespreken we het de zin en onzin van oude taarten, surveillanten, waarom rozijnen niet tussen de planken van het parket horen, Sesamstraat en voor de nieuwsgierigen onder ons; Mark heeft geen weekschema voor het dragen van zijn shirts…
CousCOUS met Kip & toevallige Groenten
Kip, Groente die je toevallig in de koelkast hebt (m.n. lekker is courgette, paprika, ui, evt. sperzieboontjes), Couscous, Couscoussaus (Honig), Evt. rozijnen, Broccoli, Ingrediënten voor de salade
Braad de kip kort aan (max 4á 5 minuten) en zet die even apart. Bak uien en prei. Daarna in volgorde van hardheid de rest van de groenten erbij; paprika, courgette. Voeg de kip toe en na 2 minuten de saus en het water. Laat 5 á 6 minuten pruttelen.
Nu kunnen de rozijnen erbij. Ondertussen kun je de salade maken (ijsbergsla, geraspte wortel, paprika, augurk in stukjes, olijven, feta, beetje olie en azijn en snufje zout) Voor de kinderen kun je er broccoli bij koken. Als laatste couscous 1 minuut in kokend water.
November 2009 Winter ‘09/’10
23
Research Master RUG
Clinical and Psychosocial Epidemiology De opleiding De tweejarige Research Master Clinical and Psychosocial Epidemiology biedt uitstekende mogelijkheden aan studenten psychologie om zich verder te scholen in het doen van onderzoek. Deze internationale onderzoeksmaster is de enige opleiding in Nederland die zich richt op zowel klinische als psychosociale factoren in relatie tot de ontwikkeling, het beloop en de behandeling van chronische ziekten. Het eerste jaar bestaat uit verschillende cursussen. In de loop van het eerste jaar maak je een keuze binnen welke afdeling je onderzoek gaat doen (start eerste jaar plus het hele tweede jaar). De opleiding wordt gegeven aan het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) waarvan de volgende afdelingen de opleiding verzorgen: Health Psychology, Psychiatric Epidemio- logy, Public Health and Health Services Research en Clinical Epidemiology.
Onderwerpen van onderzoek Het onderzoek wordt voor het merendeel uitgevoerd onder patiënten: zowel onder jongeren als ouderen en zowel bij mensen met psychische problemen als somatische aandoeningen (zoals kanker, diabetes, longziekten, hart- en vaatziekten). Het onderzoek beoogt kennis op te leveren om psychosociale en/ of medische behandelingen maar ook de kwaliteit van leven van patiënten te verbeteren. Een aantal voorbeelden van onderzoeksprojecten zijn: - Risicofactoren voor de ontwikkeling van psychosociale problemen onder jongeren - Ontstaan van overgewicht vanaf de geboorte - Steun van partners aan longpatiënten - Een verklaring voor gevoelens van vermoeidheid onder multipele sclerose patiënten
Kom naar de voorlichting over Clinical and Psychosocial Epidemiology Wanneer: 13 mei Tijd: 13.00-14.00 Locatie: zie website Meer informatie www.rug.nl/gradschoolshare/master_students/research_master of neem contact op met Dr. Désirée Jansen (coördinator): 050-3639076 of
[email protected]