Feedbackvragen Verantwoordelijkheid en bevoegdheid Vraag 1 Bekijk de Leerdoelen die bij deze casus horen. Beantwoord daarna de vraag. Geef per doel aan of je dit al beheerst, waarbij N = nee, O = om verder te ontwikkelen en J = ja. Vul achter de nummers van de doelen in: N, O of J. Typ het antwoord in in het antwoordformulier.
Vraag 2 Deze vraag gaat over je eigen ervaring. Je krijgt op deze vraag geen feedback. Heb je het wel eens meegemaakt dat je verantwoordelijkheid groter was dan je bevoegdheid? Wat was daarvan het effect? Was dat een positief of een negatief effect? Leg je antwoord uit. Typ het antwoord in in het antwoordformulier.
Vraag 3 Welke fout maakt Anja bij het beantwoorden van het telefoontje van haar leidinggevende? a. Ze vraagt zich niet af of deze taak bij haar functie hoort. b. Ze stelt geen vragen over wat er van haar verwacht wordt. c. Ze zegt geen 'nee'.
Vraag 4 Welke van onderstaande bewering is/zijn juist? 1. 2.
Anja heeft een gedelegeerde taak gekregen, dus ook de bevoegdheid om te beslissen. Anja had in het begin duidelijke afspraken moeten maken over taken en haar bevoegdheden.
a. Alleen bewering 1 is juist. b. Alleen bewering 2 is juist. c. Bewering 1 en 2 zijn beide juist.
Vraag 5 Wat is de essentie van deze casus? a. Het is niet goed om taken aan te nemen die niet tot je verantwoordelijkheid behoren. b. Het accepteren van de verantwoordelijkheid betekent automatisch dat je de bijbehorende bevoegdheid krijgt. c. Als je verantwoordelijkheid neemt, moet je ook de beslissing durven nemen. d. Verantwoordelijkheid krijgen is lastig, wanneer je niet de bijbehorende bevoegdheid hebt.
Vraag 6 Anja, Patrick en Leo zijn in discussie over het al dan niet aannemen van de kandidate. Wie heeft er gelijk, denk je? a. Anja, want die is de voorzitter en mag beslissen. b. Leo, want de afdeling heeft dringend een nieuwe medewerker nodig. c. Patrick, want deze sollicitatiecommissie mag geen medewerker aannemen.
Pagina 1 van 5
Vraag 7 Bekijk scène 2. Wat is hier aan de hand? a. Deze sollicitatiecommissie neemt niet zelf de verantwoordelijkheid voor het al dan niet aannemen van een medewerker. b. Deze sollicitatiecommissie heeft geen verantwoordelijkheid en geen bevoegdheid om mensen aan te nemen. c. Deze sollicitatiecommissie heeft wel de verantwoordelijkheid voor het leiden van de procedure, maar niet de bevoegdheid om te beslissen over aannames. d. Alle van de bovenstaande antwoorden zijn juist.
Vraag 8 Stel, Anja en John, haar leidinggevende, zouden hebben afgesproken dat Anja de kandidaat mag aannemen en tegen welke voorwaarden. Wat zouden dan in theorie de verantwoordelijkheid en bevoegdheid van Anja zijn? a. De bevoegdheid en verantwoordelijkheid van Anja zouden niet veranderen. Deze zijn functiegebonden en kunnen niet zomaar door afspraken veranderen. b. Zowel de verantwoordelijkheid als de bevoegdheid van Anja zouden groter zijn; ze heeft dan een uitgebreidere taak en beslissingsbevoegdheid. c. De bevoegdheid van Anja zou hetzelfde zijn; aanname van personeel blijft de taak van de leidinggevende. De verantwoordelijkheid zou groter zijn; ze zou nog meer taken krijgen.
Vraag 9 Welke van onderstaande stellingen is/zijn juist? 1. 2.
Anja had moeten weigeren een beslissing te willen nemen over de aanname, omdat dit niet bij haar bevoegdheid hoort. Anja neemt graag verantwoordelijkheid op zich; het voeren van een sollicitatiegesprek is een gedelegeerde taak die ze op zich kan nemen.
a. Alleen stelling 1 is juist. b. Alleen stelling 2 is juist. c. Stelling 1 en 2 zijn beide juist.
Vraag 10 Welk van onderstaande stellingen is/zijn juist? 1. 2.
De leidinggevende John heeft formeel de bevoegdheid om te beslissen over aanname van personeel, maar heeft deze gedelegeerd aan Anja. John neemt in dit geval niet genoeg verantwoordelijkheid voor een goed verloop van de sollicitatieprocedure.
a. Alleen stelling 1 is juist. b. Alleen stelling 2 is juist. c. Stelling 1 en 2 zijn beide juist.
Vraag 11 Schrijf op wat het verschil is tussen verantwoordelijkheid en bevoegdheid Typ het antwoord in in het antwoordformulier.
Pagina 2 van 5
Vraag 12 Lees in het Basisboek Werken in een organisatie het hoofdstuk Ontwikkeling en structuur van de organisatie. Beantwoord daarna de vraag over de casus. Welke van onderstaande beweringen is/zijn juist? 1. 2.
Het takenpakket van Patrick als personeelsmedewerker is het gevolg van een horizontale differentiatie van taken. Anja heeft door het telefoontje van John te maken gekregen met een verticale differentiatie van taken.
a. Alleen stelling 1 is juist. b. Alleen stelling 2 is juist. c. Stelling 1 en 2 zijn beide juist.
Vraag 13 Lees in het Basisboek Werken in een organisatie het hoofdstuk Efficiency: beheersing van tijd en werk, met name de paragraaf Preventie. Beantwoord daarna de vraag. Wat moet er staan op de puntjes? Vul de juiste cijfer in. 1. Verantwoordelijkheid 2. Bevoegdheid 3. Verantwoordelijkheid en bevoegdheid Een medewerker heeft als taak om een behandelplan uit te voeren. Hij heeft de ..… om dit te doen.
Vraag 14 Lees in het Basisboek Werken in een organisatie het hoofdstuk Efficiency: beheersing van tijd en werk, met name de paragraaf Preventie. Beantwoord daarna de vraag. Wat moet er staan op de puntjes? Vul de juiste cijfer in. 1. Verantwoordelijkheid 2. Bevoegdheid 3. Verantwoordelijkheid en bevoegdheid Een leidinggevende heeft hem gevraagd om coördinerende werkzaamheden op zich te nemen. Zijn leidinggevende heeft hem de ..… gegeven.
Vraag 15 Lees in het Basisboek Werken in een organisatie het hoofdstuk Efficiency: beheersing van tijd en werk, met name de paragraaf Preventie. Beantwoord daarna de vraag. Wat moet er staan op de puntjes? Vul de juiste cijfer in. 1. Verantwoordelijkheid 2. Bevoegdheid 3. Verantwoordelijkheid en bevoegdheid Een directeur rapporteert aan de Raad van Toezicht. Hij heeft de ..... om de stichting te leiden.
Pagina 3 van 5
Vraag 16 Lees in het Basisboek Werken in een organisatie het hoofdstuk Ontwikkeling en structuur van de organisatie. Beantwoord daarna de vraag Wat gebeurt er als je langere tijd de verantwoordelijkheid neemt, maar niet de bijbehorende bevoegdheid hebt? Dan ... a. neem je te weinig initiatief b. raak je gefrustreerd c. ontstaat er een misverstand d. word je lui
Vraag 17, slotvraag Lees in het Basisboek Werken in een organisatie in het hoofdstuk Ontwikkeling en structuur van de organisatie. Beantwoord daarna de vraag over de casus. Wat is het gevolg van het delegeren van taken? a. Je vergroot de zelfstandigheid van medewerkers. b. Je ontloopt je verantwoordelijkheid. c. Je verkleint je bevoegdheid.
Pagina 4 van 5
Antwoorden 3. Antwoord b is juist. Dan zou ze duidelijk hebben gekregen tot hoever haar verantwoordelijkheid zou gaan. Over antwoord a: Je kunt ook taken op je nemen die niet direct bij je functie horen, bijvoorbeeld wanneer je deze gedelegeerd krijgt. Over antwoord c: Je kunt best extra taken op je nemen. Dat kan heel verrijkend zijn. Je hoeft niet op alles 'nee' te zeggen, maar je moet wel goede afspraken maken. 4. b. Alleen bewering 2 is juist. Een gedelegeerde taak krijgen houdt niet automatisch beslissingsbevoegdheid in. Als je duidelijke afspraken maakt over bevoegdheden, heb je daar later profijt van, bijvoorbeeld wanneer blijkt dat je een beslissing moet nemen. Ook is het handig om afspraken te maken over de exacte taken. Wat houdt het voorzitterschap precies in? 5. d 6. c 7. d 8. b. Formeel gezien is dit antwoord juist. In werkelijkheid zal het niet snel gebeuren dat iemand de bevoegdheid krijgt om te onderhandelen over het salaris en arbeidsvoorwaarden van een collega. 9. c. Stelling 1 is juist. Deze bevoegdheid heeft ze niet gekregen en al zou ze deze wel hebben gekregen, dan is het nog behoorlijk onhandig dat jij dit moet doen voor je naaste collega´s. Stelling 2: Dit is eveneens waar, maar dan moet je wel goede afspraken maken over wie de uiteindelijke knoop doorhakt. 10. b. Alleen stelling 2 is juist. John, de leidinggevende, heeft formeel de beslissingsbevoegdheid, maar heeft verzuimd deze te delegeren naar Anja. Hij heeft wel verantwoordelijkheid gedelegeerd. van het feit dat Anja naar de exacte verantwoordelijkheden en bevoegdheden had kunnen vragen, is het in eerste instantie een taak van de leidinggevende om zaken goed over te dragen en duidelijkheid over verantwoordelijkheden en bevoegdheden te scheppen van degene die de taak op zich neemt. 12. a. Alleen stelling 1 is juist. Door het 'afstaan' van taken aan stafafdelingen, zoals p&o, ontstaat een herverdeling van taken. Het gaat om horizontale differentiatie, omdat het geen verschuiving van taken 'in de lijn' betreft. Stelling 2 is niet juist. Het telefoontje heeft er niets mee te maken. Verticale differentiatie slaat op het oorspronkelijke verschil in taken tussen leidinggevenden en medewerkers. 13. 1. Verantwoordelijkheid 14. 1. Verantwoordelijkheid 15. 3. Verantwoordelijkheid en bevoegdheid
16. b 17. a. Je vergroot de zelfstandigheid van medewerkers, maar je blijf wel eindverantwoordelijk en je blijft ook de bevoegdheid houden.
Feedback Feedback bij vraag 11 Verantwoordelijkheid is een plicht en bevoegdheid is een recht.
Pagina 5 van 5