Jesaja 33:23 Uw touwen zijn slap geworden, zij zullen hun mastboom niet kunnen recht stijf houden, zij zullen het zeil niet uitspannen; dan zal de roof van een overvloedige buit uitgedeeld worden, zelfs zullen de lammen den roof roven.
Deze leidraad kwam tot stand om materiaalmeesters & leiding te informeren, over duurzaam omgaan met kostbaar kampeermateriaal.
Tenten & Shelters Inhoud: 1. Wat zijn tenten en shelters ? ---------------------------------------------------------------------------------------------------- 2 2. Waarvoor wil ik mijn tent of shelter gebruiken ? ---------------------------------------------------------------------------- 2 3. Uit welk materiaal bestaan de zeilen van tenten en shelters ? --------------------------------------------------------- 3 4. Wat zijn de eigenschappen van de zeilen van tenten en shelters ? --------------------------------------------------- 4 5. Uit welk materiaal bestaan de naden van tenten en shelters ? --------------------------------------------------------- 4 6. Uit welk materiaal bestaan de spanten en palen ? ------------------------------------------------------------------------ 4 7. Prijs en kwaliteit van tenten en shelters. ------------------------------------------------------------------------------------- 5 8. Verbindingen tussen zeilen en palen.----------------------------------------------------------------------------------------- 5 9. Iets over grondzeilen. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 6 10. Piketten en pinnen. -------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 6 11. Iets over spantouwen en spanbanden. ------------------------------------------------------------------------------------- 9 12. Soorten tenten. ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 10 13. Soorten shelters. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 10 14. Onderhoud van tenten en shelters. ---------------------------------------------------------------------------------------- 10 15. Herstellen van tenten en shelters. ----------------------------------------------------------------------------------------- 12 16. Waar plaats ik best mijn tent ? ---------------------------------------------------------------------------------------------- 13 17. Patrouilletent opstellen. ------------------------------------------------------------------------------------------------------- 14 18. Paraplutent opstellen. --------------------------------------------------------------------------------------------------------- 14
Scouts en Gidsen Vlaanderen
2013
Ploeg Technieken
1. Wat zijn tenten en shelters ? • Wat is een tent ? Een tent is een gesloten zeilconstructie, die bescherming biedt tegen verschillende weersomstandigheden.
• Wat is een shelter ? Een shelter is een open zeilconstructie die bescherming biedt tegen verschillende weersomstandigheden.
2. Waarvoor wil ik mijn tent of shelter gebruiken ? •
Eén of meerdere overnachtingen.
•
Transport: in de rugzak, met de fiets of de auto.
•
Waar wil ik overnachten?
•
Ondergrond.
•
Begroeiing.
•
Klimaat.
•
Soort terrein.
•
Aantal personen.
•
Opslagplaats.
•
Leefruimte.
•
Kookruimte.
•
Slaapruimte.
•
Opslagplaats.
Het antwoord op al deze vragen heeft een invloed op de keuze die je moet maken bij de aanschaf van een nieuwe tent of shelter.
Tenten & Shelters
2013
p.2
3. Uit welk materiaal bestaan de zeilen van tenten en shelters ? In dit puntje worden de materialen besproken waaruit zeilen van tenten en shelters vervaardigd worden. Hun voor- en nadelen. En de karakteristieken waaraan we een zeil kunnen herkenen en beoordelen.
a. Natuurvezels: We spreken over een zeil in natuurvezel als er vooral natuurvezel word gebruikt om het zeil te vervaardigen. In de meeste gevallen gaat het dan over de katoenvezel. Katoen: Is een natuurvezel die gewonnen wordt uit de zaaddoos van de katoenplant. Wanneer de vezels bewerkt zijn (minder dan 10% verlies) blijft een natuurlijke polymeer over. Merk op dat de gebruikte kunststoffen ook polymeren zijn. Na drogen en spinnen kan de katoen draad of garen geweven worden tot een zacht, luchtdoorlatend en vooral sterk textiel. Omdat vocht (regen of dauw) de katoenvezel opvult en doet krimpen, moeten we rekening houden met volgende puntjes: •
een katoenen draad wordt dikker (maar korter)(zie naden).
•
bij regen (of zeer vochtig weer) dient een strak gespannen katoenzeil een beetje ontspannen te worden.
Omdat katoen op zich niet 100% waterdicht is worden er vaak andere vezels mee in verwerkt, of wordt het zeil doordenkt met een waterafstotende stof, het zogenaamde impregneren.
b. Synthetische vezels: We speken over een synthetisch zeil als het zeil voornamelijk uit kunstvezels bestaat. We beperken ons hier tot nylon en polyester omdat dit de meest gebruikte materialen zijn voor tent- en shelterconstructies. Let wel: Bij alle tenten en shelters gemaakt uit synthetische vezels moet men veel aandacht besteden aan vuur en gensters. Smeltende synthetische vezels kunnen geweldige brandwonden veroorzaken met blijvend zichtbaar letsel tot gevolg. Nylon: Nylon is ontwikkeld (1935) als synthetische variant van zijde. We kunnen nylon indelen bij de synthetische polymeren. En wordt nu nog steeds gebruikt als parachute stof, tent en shelterzeilen. Maar ook vislijnen (monofil), en lichtgewicht metaal vervanger (tandwiel, hefboompjes, ...) en uiteraard ook in panty’s. Anekdote: Volgens een legende zou de naam nylon pas enkele uren voor de officiële voorstelling in Engeland bedacht zijn. Charles Stine die van New York naar Londen vloog trok de twee namen van de steden samen tot (NewYork LONdon) nylon. NB. Het Griekse woord Polymeer betekent letterlijk Poly (veel) en Meros (deeltjes), dus bestaande uit vele deeltjes.
Polyester: Ook polyester is een kunstmatige polymeer. We kennen polyester waarschijnlijk het best als de harde stof die gebruikt wordt bij boten, dat is de thermo hardende variant. Voor (buiten-) zeilen wordt een thermoplastische polyester gebruikt.
Tenten & Shelters
2013
p.3
4. Wat zijn de eigenschappen van de zeilen van tenten en shelters ? a. mm waterkolom: “mm waterkolom” is een eenheid voor druk. Bij waterdichte zeilen stellen ze veelal de druk voor die maximaal op het zeil mag uitgeoefend worden opdat het zeil zijn waterdichtheid behoudt.(1500 mm waterkolom komt overeen met een stevige regenbui).
b. gr/m²: Een tweede eenheid die soms gebruikt wordt is “gr/m²” en duidt op het gewicht en dus de kwaliteit van het zeil. Vraag de verkoper om raad.
5. Uit welk materiaal bestaan de naden van tenten en shelters ? Omdat zeilen waterdicht moeten zijn , maar bijna nooit uit één stuk bestaan, hebben ze één of meer naden. Deze zijn de zwakste punten van het gehele zeil, zeker wat waterdichtheid betreft. Om de naden waterdicht te maken worden enkele technieken toegepast.
a. In natuurvezel zeilen (katoen): Omdat het katoenen zeil toch krimpt bij vochtig weer, maakt het type draad van de naad weinig uit. Veelal wordt geopteerd voor eenzelfde katoenvezel, eventueel bewerkt met een vet of hars voor extra waterafstoting, om de naad te dichten. Ook de afgewerkte naad kan nog eens bewerkt worden met een waterafstotende laag.
b. In synthetische zeilen: Bij kunststofzeilen ligt het iets anders. Omdat de meeste kunstvezels (toch deze gebruikt voor tenten en shelters) inert zijn voor water, vormt de naad de absoluut zwakste schakel in de constructie. De oplossing is een katoenen (of andere hygroscopische natuurvezel) draad te gebruiken om de naad te dichten. Deze katoenen draad vult zich met water bij blootstelling aan vocht en zet zich vast door uitzetting. Om toch van de extra stevigheid van kunststof te kunnen profiteren worden ook vaak kunststofdraden met daar rond (gevlochten) katoenvezel. Zo worden beide positieve eigenschappen gecombineerd. NB. Hygroscopisch betekent vochtaantrekkend.
6. Uit welk materiaal bestaan de spanten en palen ? Tentstokken vormen het skelet van de tent en ze moeten dus sterk en duurzaam zijn, evt. afhankelijk van het gebruik ook buigzaam. Om het gewicht te beperken ontwikkelen fabrikanten continu manieren om tentstokken lichter te maken, zonder dat ze hun goede eigenschappen verliezen. We bespreken hier enkele van de meest voorkomende materialen:
a. Koolstof vezels: Koolstof wordt vaak gebruikt bij het vervaardigen van vishengels en is erg sterk en flexibel. Koolstofvezels wordt vooralsnog alleen gebruikt bij de duurdere tenten maar dat is wel de toekomst voor de tentstokken.
b. Aluminium legering:
Tenten & Shelters
2013
p.4
Tegenwoordig zijn veel tentstokken gemaakt van een aluminium legering. De meeste stokken bestaan uit verscheidene gedeeltes die door een rekker verbonden worden. Aluminium corrodeert vrij snel, en hierom zijn aluminium tentstokken vaak geanodiseerd. Hierdoor krijgen ze een dunne, beschermende laag. Veel tentstokken zijn al een beetje voorgebogen zodat ze beter bestand zijn tegen doorbuiging.
c. Glasvezel: Voordat aluminium legering populair werd, was glasvezel het meest gebruikte materiaal voor tentstokken. Glasvezel is minder sterk en dus moeten stokken dikker zijn om even sterk te zijn. Goedkopere tenten gebruiken nog glasvezel stokken.
7. Prijs en kwaliteit van tenten en shelters. Het prijsverschil van een tent zit hem vooral in de kwaliteit van de tentstokken en de waterdichtheid van de tent. Goedkopere tenten hebben stokken van glasvezel of een afgeleid product. Deze tentstokken hebben een kortere levensduur dan aluminium stokken. Duurdere tentstokken zijn uit aluminium dat sterker is maar iets zwaarder dan glasvezel. Legertenten zijn meestal heel stevig gemaakt en hebben een zware skeletbouw en een zwaar zeil. Hierom hebben ze dikwijls houten of metalen stokken. De liggers zijn veelal gemaakt van staal of hout, uitgevoerd in één- of tweedelige elementen.
8. Verbindingen tussen zeilen en palen. Er zijn grofweg drie manieren om het tentdoek te bevestigen aan het skelet van de stokken. We bespreken deze hier kort.
a. Ogen in het tentzeil:
Hier wordt eenvoudigweg de paalpunt doorgestoken.
b. Hoezen: Hoezen gemaakt in het tentdoek zijn holtes om de tentstok er doorheen te steken. Deze optie is erg stevig maar met veel wind en regen kan het lastig zijn om de stok er door te krijgen.
c. Clips of haakjes:
De tent heeft haakjes die je gemakkelijk aan de stokken kunt bevestigen. Met deze bevestigingsmethode kun je eenvoudig de tent opzetten maar is minder sterk dan de hoesjes over de gehele lengte van de tentstok. Tenten & Shelters
2013
p.5
Veel tenten hebben een combinatie van hoesjes en clips om de voordelen te combineren. Dit betreft vooral de kleinere tenten.
9. Iets over grondzeilen. a. Wat en Waarom ? Een grondzeil is een waterdicht zeil. Het grondzeil dient om het vocht uit de bodem tegen te houden. Het bedekt de volledige oppervlakte van de tent of slechts een deel. In sommige tentvarianten is het grondzeil bevestigd aan het binnen- of buitenzeil. Omdat een grondzeil opstijgend vocht uit de bodem tegenhoudt, tref je het normaal in elke slaaptent aan. Een belangrijk aandachtspuntje bij grondzeilen is de plaatsing ten opzichte van de andere zeilen (zie de richtlijnen voor het opzetten van de verschillende tenten), want een fout geplaatst grondzeil kan fungeren als waterbassin in plaats van waterdam.
b. Welke grondzeilen ? Uiteraard heeft niet elke tent (al naargelang het gebruik) een grondzeil nodig. Zo is logisch om in een ‘open’ kooktent of materiaaltent met rekken te opteren om geen grondzeil te gebruiken. Verder zijn er een hoop tenten (vb. iglo tenten) die een vast grondzeil hebben. In de andere gevallen staat het de gebruiker vrij om zelf het grondzeil te kiezen dat het best bij zijn behoeften past.
Wanneer we de karakteristieken van een grondzeil bekijken (mm waterkolom) dienen we er rekening mee te houden dan een grondzeil anders belast word dan bijvoorbeeld een buitenzeil. Ter referentie: de druk die een stevige regenbui uitoefent op tent- of shelterzeil) komt overeen met ongeveer 1500 mm waterkolom. Maar de druk die een slapend lichaam op een grondzeil uitoefent kan door de ongelijke ondergrond oplopen tot vele meters. Hier geld dus duidelijk: Hoe groter de mm waterkolom hoe beter. Net als bij de binnen- en buitenzeilen worden grondzeilen uitgevoerd in verschillende prijs- en kwaliteitscategorieën. We spreken hier namelijk ook over gram/m² en mm waterkolom. (zie ook ‘Uit welk materiaal bestaan de zeilen van tenten en shelters?’ voor meer info).
10. Piketten en pinnen. a. Benamingen: In Vlaanderen worden de namen haring, tentharing en piket door elkaar gebruikt. Haringen werden vroeger enkel uit hout gemaakt en hadden de vorm van de vis. Het woord piket is afgeleid uit het Frans (nl. piquer: prikken) en duidt op het gebruik. Ook pen en pin worden naast elkaar gebruikt.
b. Indeling op grootte: Bij de indeling op grootte kunnen we duidelijk zijn: hoe groter de haring, hoe groter de maximum belasting die er kan op uitgeoefend worden.
Tenten & Shelters
2013
p.6
c. Materiaal en vorm: Haringen vinden we in vele vormen, groottes en materialen. Voor zand & losse bodem:
Voor kiezel, wortels, harde grond
Grondpennen
Voor gras; bos, heide, klei
Voor stenen & rotsbodem
Speciale piketten
d. Indeling op materiaal: •
Hout Geschikt op het strand en in de duinen, maar vooral op vochtige grond. Hout heeft de eigenschap op te zwellen in een vochtige omgeving. En zo komt de houten haring muurvast te zitten.
•
Kunststof, aluminium Het grootste voordeel van de haringen uit kunststof of aluminium is het gewicht. Maar ze zijn niet te gebruiken op rotsgrond of op een andere versteende bodem.
•
IJzer of staal Deze haringen zijn vooral gegeerd om hun stevigheid. Aandachtspuntje is zoals altijd bij deze metalen: corrosie.
e. Indeling op vorm en profiel: Het profiel van een haring is de vorm die je ziet als je de haring van boven zou bekijken. We onderscheiden volgende types: •
T -profiel.
•
L -profiel (of V -profiel) : dit is het zelfde profiel al kan de hoek (L-V) lichtjes verschillen.
•
U -profiel (rondere V).
•
X -profiel.
Tenten & Shelters
2013
p.7
•
Rond profiel (de pin, pen of buis).
f. Andere vormvarianten: Verder verschillen haringen op basis van vorm, nog op enkele subtiele en minder subtiele punten. Om de lijn “te borgen” op de haring vinden we ogen, haakjes of dwarsstaafjes. Twee haringen met hetzelfde profiel kunnen ook van elkaar verschillen. Overal even breed, afwisselende breedte (weerhaakjes) of steeds verbredend. Een speciale pin is bijvoorbeeld de hondenpin, die erg veel weg heeft van een kurkentrekker en daarom erg nuttig is bij storm.
g. Gebruik: Een haring dient met de punt in de trekrichting te staan en onder een hoek die zodanig is dat de lijn er loodrecht op komt te staan. De lijn zelf plaatsen we zo dicht mogelijk bij de grond (steunpunt) om een zo groot mogelijke kracht op te kunnen vangen. Bij een horizontale belasting (Vb : grondzeilen) wordt de haring verticaal in de grond geplaatst (loodrecht op de belasting). Hoe dieper de haring in de grond zit hoe groter de kracht die we er op uit kunnen oefenen. (zie Ma ~ L in volgend puntje voor mechanische verklaring)
h. Natuurkunde (mechanica): De piket in de grond is een voorbeeld van een hefboom. Op de tekening is de zwarte vector de kracht die de spanlijn uitoefent (f). Deze wordt ontbonden in een groene vector (fg) die loodrecht staat op de haring (om later te gebruiken in de momentenwet) en in een rode vector (fr) die de kracht voorstelt die de lijn uitoefent op de haring in haar verlengde. We moeten fr zo klein mogelijk houden om de haring in de grond te houden. fr = f. cos(theta) <=> als theta=90° dan is fr = 0 (!) En daarom is een loodrechte (haakse) belasting de beste. Het bijzonder geval van de momentenwet, die hier als volgt luidt: (L x La) = (M x Ma) met L = Fg. Last maal lastarm is gelijk aan macht maal machtarm.
i. Slaghout: Kies het juiste slaghout voor de juiste haring. Probeer steeds “te kloppen” met een materiaal dat even sterk is als de haring zelf. Een houten haring verkiest een houten hamer, een kunststof haring verkiest een rubberen (of houten) hamer. En de metalen variant houdt het meest van de klassieke ijzeren hamer. Zo houd je haring en slaghout het langst in goede staat.
Tenten & Shelters
2013
p.8
11. Iets over spantouwen en spanbanden. Net als de zeilen komen spantouwen voor in natuurvezel of in kunststof. Maar in tegenstelling tot de zeilen kan een "spantouw" ook vervaardigd zijn uit metaal. Spantouwen dienen bij elke tent voor verankering. Ze zijn het tussenstuk tussen een dekzeil, grondzeil, paal, ... en een haring of ander (natuurlijk) ankerpunt. In sommige gevallen (patrouille tent, eenvoudige vuurshelter, ... ) dienen ze nog een tweede doel, namelijk het rechthouden van de constructie, waarbij meestal langs twee of meer kanten een even grote kracht wordt uitgeoefend op de tent of shelter, zodat ze in evenwicht staat. Interessante knopen voor in spantouwen:
a. De paalsteek: Deze vaste lus, kan perfect dienen als bevestigingsknoop van een spantouw aan een zeil. Vermijdt vooral schuivende lussen omdat deze het zeil of het oog zullen afknellen. Eigenlijk zijn oogsplitsen hier de perfecte oplossing.
b. De trompetsteek: In ideale gevallen zijn de spantouwen op een juiste maat gesneden. Maar het kan voorvallen dat een te lang spantouw gebruikt moet worden. De trompetsteek is dan de perfecte verkortingsknoop. Vermijdt stuksnijden (zeker bij gehuurde tenten) en verkortingsknopen zoals een achtlus of een overhandse lus, deze twee lussen zijn na zware belasting extreem moeilijk te lossen, zeker als ze ook vochtig zijn geweest (natuurvezel).
c. Magnussteek: Bij het ontbreken van het scheerlijnblokje kan men een Magnussteek leggen. Bij overbelasting schuift deze knoop een beetje los.
d. Boeireepsteek: Het doel is identiek als bij de Magnussteek, alleen schuift deze spanknoop veel moeilijker los.
e. Knikkermethode: Spantouwen worden meestal bevestigd aan een zeil aan de vooraf aangebrachte zeilogen. Als je geen gaten in je zeil wil maken of ze zijn uitgescheurd tijdens een kamp of activiteit en ze zijn onmogelijk ter plaatse te herstellen, dan kan de knikker methode soelaas brengen. Plaats een knikker of een andere rond voorwerp onder het zeil. Bevestig het spantouw lang de buitenkant onder de knikker aan. Zorg dat de lus kleiner is dan de diameter van de knikker of opteer voor een schuivende lus die zichzelf aanspant. Dit is uiteraard maar een tijdelijke noodoplossing. Zeker te verwijderen bij het opvouwen van je tent of shelter (rotting kan optreden). Tenten & Shelters
2013
p.9
f. Algemene opmerkingen i.v.m. knopen en spantouwen: Een schuivende lus kan na lange belasting heel erg vast zitten. Bij het gebruik van steentjes als "knikker" let dan op dat je steen geen te scherpe kantjes heeft, of bescherm je zeil door je steen in te pakken.
12. Soorten tenten. •
Eénstokstenten.
•
Tweestokstenten.
•
Koepeltenten(iglo of boltent).
•
Tunneltenten.
•
Bivakzakken.
•
Hybridetenten.
•
Patrouilletenten.
•
Frametenten.
•
Paraplutenten.
•
Tipi of Teepee.
13. Soorten shelters. •
Slaapshelters.
•
Eetshelters.
•
Survivalshelters.
•
Vuurshelters.
•
Spleetdakshelters.
•
Shelter met natuurlijk materiaal.
•
Frietzakshelters.
14. Onderhoud van tenten en shelters. a. Kuisen: De verschillende doeksoorten kuis je op verschillende manieren. We zetten ze even op een rijtje: Tenten & Shelters
2013
p.10
•
PVC: Tentdoek of grondzeil kunnen met een zachte borstel schoongemaakt worden. Hiervoor kan koud water gebruikt worden met een beetje niet-agressief schoonmaakmiddel. Het beste kan pvc schoongemaakt worden met gewone autoshampoo met wastoevoeging. Deze wastoevoeging geeft tevens een vuilafstotende beschermlaag. Sleep pvc PVC doek nooit over een ruwe ondergrond (zand, steen), hierdoor schuurt de toplaag eraf waardoor zelfs pvc vatbaar wordt voor 'weer' en andere schimmels.
•
Katoen en polykatoen: Droog afborstelen met een zachte borstel, rotzeil zijn pvc dus zie hierboven. Hardnekkig vuil eerst proberen te verwijderen met een borstel. Lukt het dan nog niet dan met een natte spons en veel water gebruiken. Altijd ruim afspoelen en het doek opnieuw goed drogen.
b. Impregneren: Dit is niet altijd nodig maar kan de levensduur van tentdoek verlengen. We kennen een paar verschillen in behandeling: •
Nieuwe katoenen tenten: Na het eerste gebruik droog afborstelen, dan uitleggen op een vlakke verharde bodem, dus niet op gras of een dichte ondergrond. Tent strak leggen en verankeren aan de scheerlijnen in verband met de wind. Met een zachte borstel (aan stok) of spons de buitenzijde van het doek instrijken met impregneermiddel. Randen en naden extra behandelen. Na het instrijken de tent gewoon laten liggen totdat deze droog is. Nooit impregneren in de volle zon, omdat het impregneermiddel dan te snel droogt zodat het barst en niet indringt; Deze behandeling herhalen om de 2 à 3 jaar. Het verbruik van impregneermiddel voor deze tenten is ongeveer 1 liter per 6 m².
•
Oudere katoenen tenten die nog niet zijn geïmpregneerd: Behandeling hetzelfde als bij de nieuwe tenten. Tweede behandeling al na een jaar, daarna om de 2 à 3 jaar. Het verbruik is ongeveer 1 liter per 4 a 5 m².
•
Kunststoffen tenten (o.a. pvc, polyester): Het proces is weer hetzelfde als hiervoor beschreven. Het instrijken vereist echter meer kracht, het verbruik is afhankelijk van het materiaal maar een grote koepeltent kost je ongeveer 1 liter impregneermiddel.
c. Drogen en opslag: Een tent moet altijd droog opgeslagen worden. Terug van kamp is een tent altijd vochtig, al is het alleen maar grondvocht of luchtvochtigheid. Dus altijd tenten laten drogen, ten laatste 24 uur na aankomst of het rottingsproces start reeds bij katoenen tenten. Een tent bij voorkeur ophangen, luchtig neerleggen kan ook maar dan wel dagelijks de tent draaien. Let ook goed op het rotzeil, deze zijn vaak nog nat en maken dus de rest ook weer nat. Dus eventueel droogmaken voordat de tent gelucht wordt. Als de tent rubbers heeft, moeten deze los opgeslagen worden omdat ze kunnen afgeven. Opgeslagen tenten moeten dus droog zijn maar moeten ook kunnen ademen. Tenten opslaan zonder dat er lucht bij het doek kan, verkort de levensduur van de tenten. Eventueel de tenten niet in de tentzak opslaan. De gewoonte om tenten zeer strak op te rollen, is dus fout, hierdoor kan er nauwelijks lucht bij het doek komen. PVC materialen die langdurig in de opslag gaan, moeten ingewreven worden met talkpoeder, dit voorkomt het ‘plakken’. Als tenten goed zijn opgeslagen, dus luchtig, kunnen ze daar gewoon blijven liggen en hoeven ze niet gelucht te worden. Tenten & Shelters
2013
p.11
15. Herstellen van tenten en shelters. a. Noodherstelling: De beste methode om een noodherstelling uit te voeren, bij een gescheurd zeil, is het tijdelijk af te plakken met sterke kleefband met vezels (bvb. Gaffa, Ducktape, … ). Zowel bij kunststof als natuurvezel zeilen kan men scheuren herstellen. Men voorziet de kleefband zowel aan de binnenkant als aan de buitenkant van het zeil, waarbij de tape met behulp van een rubberen hamer goed in de vezels wordt geklopt.
Gespleten glasvezel palen kan je eveneens “spalken” met wat vezelkleefband.
b. Permanente herstelling: Een permanente herstelling van het zeil wordt best gedaan door vakmensen, tenzij je ervaren genoeg bent met naald en draad om er zelf aan te beginnen met behulp van bvb. een “Speedy Stitcher”, met een stevige “gewaxte” polyesterdraad.
Best is uit hetzelfde soort zeil rechthoekige lapjes te maken die net iets groter zijn dan de scheur. Zoom die lapjes om en stik er een kruis in. Lijm dan het lapje over de scheur met lijm die buigzaam blijf als hij droog is (bv. Tec7, Bizon textiellijm, … ). Zorg ervoor dat onder het zeil een plaatje of plank ligt en sla dit gekleefde zeil goed aan met een rubberhamer. Stik daarna het lapje vast aan het zeil.
Uitgescheurde ogen is nog iets moeilijker: Stik een nieuw lapje stof op de te herstellen plaats. Ditmaal zorg je ervoor dat het lapje stof dubbel zo groot is en overlapt zowel onderaan als bovenaan. (lapje moet ook al omzoomd en kruiselings doorstikt zijn en verlijmd). Sla daarna terug een oog door de nieuwe lap stof. Dit doe je met een metalen hamer en een “speciale mal” die je in de betere doe het zelf zaak kan kopen. Bevestig de nieuwe scheerlijn met een oogsplits of een andere vaste lus, dit om het zeil tussen het oog en de rand niet dicht te knijpen. Heb je geen blokje hout of metalen plaatje om een spanner te maken, kan je steeds een Boeireepsteek of Magnussteek gebruiken.
Tenten & Shelters
2013
p.12
16. Waar plaats ik best mijn tent ? Nog voor je begint met het uitpakken van de tent moet je de beste plaats voor de tent bepalen. Een aantal zaken zijn hierbij heel belangrijk: Windrichting: De tentopeningen van de wind af gericht staan. In België overheerst de Zuidwestenwind. Noordenwind is over het algemeen koud en je hebt ook het verschijnsel ‘gevoelstemperatuur’ of ‘wind chill’ (waardoor het een stuk kouder aanvoelt dan het is, naarmate er meer wind staat). De wind kan plaatselijk toenemen wanneer ze door een trechter moet, bvb. als je tussen twee duinen zit of wanneer je tussen een helling en een rivier je tent rechtzet. Ook bij de plaatsing van kookvuur en kampvuur hou je best rekening met de wind. Zorg ervoor dat de rook niet in de tent geblazen wordt. Zuidwestenwinden overheersen in België. Terrein: Plaats je tent nooit in een kuil of kom, daar zullen zich plassen en modder vormen bij een hevige bui of langdurige regen. Zet je niet vlak naast een rivier want bij hevige regen (die best een heel eind stroomopwaarts kan vallen) kan de rivier sterk zwellen met overstroming tot gevolg. Zeker in bergachtig gebied kan dit snel en zonder waarschuwing gebeuren. Hou de bomen langs de rivier in de gaten. Als je afval of plukken gras aan de takken boven je ziet hangen weet je dat het water ooit zo hoog heeft gestaan. Vlak bij water heb je overigens ook veel kans op muggen en andere prikkende insecten. Probeer ook niet vlak onder een boom te gaan staan, bij felle wind kunnen hier takken vallen. Je gaat natuurlijk ook niet pal op een looppad staan. Ondergrond: Zoek een plek met een vlakke, stabiele ondergrond. Zorg dat je niet vlak naast een steile helling staat, de kans bestaat dat de grond afschuift en je met tent en al beneden eindigt. De ondergrond moet voldoende draagkracht hebben en niet onderhevig zijn aan zettingen of vervormingen t.g.v. de belastingen uit de constructie. Voor je de tent rechtzet maak je best de ondergrond vrij van takjes, stenen en andere oneffenheden, dat slaapt eens zo goed. Om het op-, om- of wegwaaien van de tentconstructie te voorkomen is een verankering in de ondergrond nodig. Ga na of de grond voldoende houdkracht heeft voor je verankering. Los zand zal je piketten niet echt stevig vasthouden waardoor de tent zou kunnen wegwaaien bij storm. Als je toch op zandgrond moet staan kun je de verankering verstevigen met ballastblokken. Zon: De meeste tentstoffen houden 98% UVB en tussen de 80en de 90% UVA stralen tegen, maar een open tent zal door reflectie van de grond toch fel opwarmen. Hoe lichter het grondzeil hoe meer reflectie. Een beetje schaduw in de middag is prettig, de tent zal koeler zijn om te slapen, maar een ochtendzonnetje doet dan weer wonderen om actief te ontwaken. Kortom, hou er rekening mee dat de zon opkomt in het Oosten, draait naar het Zuiden en ondergaat in het Westen.
Tenten & Shelters
2013
p.13
17. Patrouilletent opstellen. • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Maak het terrein proper waar de tent komt te staan, takjes, molshopen, koeienvlaaien, … Ga na of je alle juiste onderdelen hebt. Leg het grondzeil open waar de tent geplaatst moet worden. Leg het buitenzeil open op het grondzeil met de buitenkant naar onder. Leg het binnenzeil op het grondzeil met de binnenkant naar boven. Rol één helft van het binnenzeil op tot aan de nok. Steek de nok door de lussen van het binnenzeil. Monteer de verticale palen en steek de punt door de nok van het binnenzeil, door de lussen van het binnenzeil en door het buitenzeil. Draai op de punt, indien voorzien, een vleugelmoer op de punt zodat deze niet uit het zeil kan wippen. Houd met evenveel personen als er verticale palen zijn, de palen vast en hef met 2 of 3 personen de nok op. Hou met twee of drie personen de tent recht en breng de palen naar de middenlijn van het grondzeil. Sluit de voor en achterkant van het binnenzeil. Zet de vier hoeken van het binnenzeil vast met haringen, zodat het verticale stuk van het binnenzeil volledig recht staat en het rotzeil plat op grond ligt. Afhankelijk van de bevestiging van de scheerlijnen aan het zeil, moet de scheerlijnen rechtuit of onder een hoek van 45° t.o.v. de lengterichting van de tent geplaatst worden. Zet de scheerlijnen aan de voor- en achterzijde vast zodat de luifel mooi gespannen staat. Span een touwtje tussen de haringen van elke zijde (paslijn). De reden van de paslijn is omdat de optredende krachten (bvb. bij stormwind) op het tentzeil gelijkmatig verdeeld moeten zijn. Zet nu alle andere scheerlijnen van het binnenzeil vast op de paslijn. Zet de vier hoeken van het buitenzeil vast. Let op dat het buitenzeil zodanig vast staat dat het nooit het binnenzeil raakt. Aan te raden afstand tussen de twee zeilen: minimum 15 cm. Ongeveer een ‘schoenmaat 45’ tussen de piketten. Verzet de paslijn van het binnenzeil naar de twee uiterste haringen van het buitenzeil. Zet alle scheerlijnen van het buitenzeil vast op de paslijn. Plooi de rotzeilen onder het grondzeil en zet deze vast, samen met het grondzeil.
18. Paraplutent opstellen. • • • • • • • • • • • • • •
Maak het terrein vrij waar de tent moet staan. Ga na of je alle juiste onderdelen hebt. Ontplooi het zeil met de buitenkant naar boven. Rol de zijkanten op onder het dakzeil; Verleng de scheerlijnen tot hun maximum. Leg de scheerlijnen languit op grond, afhankelijk onder welke hoek ze moeten gespannen worden. Sla alle haringen op de juiste plaats en onder de juiste hoek in de grond, op ongeveer één meter van het dakzeil. Plaats alle zijpalen. Plaats alle middenpalen. Span alle scheerlijnen van één korte zijde. Span daarna enkel de scheerlijnen aan, die weg van die korte kant spannen. Span de scheerlijnen aan van de andere korte zijde. Span dan alle overblijvende scheerlijnen aan. Bevestig de grondlussen van de gewenste zijden in de grond.
Tenten & Shelters
2013
p.14