P E O P L E P E R F O R M A N C E
Achtergronden bij het instrument
I M P R O V E
Detector Ability
Computerweg 1, 3542 DP Utrecht • Postbus 1087, 3600 BB Maarssen • tel. 0346 - 55 90 10 • fax 0346 - 55 90 15 • www.picompany.nl •
[email protected]
In houd s op ga ve 1. Wat is Detector Ability? ...................................................................................................... 3 2. Normgroepen ..................................................................................................................... 3 3. Rapportage......................................................................................................................... 3 4. Kwaliteit van het instrument ............................................................................................... 4 4.1. Betrouwbaarheid.......................................................................................................... 4 4.2. Validiteit ....................................................................................................................... 4 5. Overige informatie .............................................................................................................. 4 Bijlage: Uitgebreide uitleg per testonderdeel.......................................................................... 5 Subtest
Figuurreeksen ............................................................................................ 5
Subtest
Matrixen ..................................................................................................... 6
Subtest
Cijferreeksen .............................................................................................. 7
Subtest
Diagrammen............................................................................................... 8
© PiCompany 2009
Achtergronden bij het instrument| Detector Ability
1. Wat is Detector Ability? Detector Ability is een korte variant van de Connector Ability en is speciaal voor de preselectie van kandidaten ontwikkeld. De Detector Ability kan zelfstandig door de kandidaat online op ieder tijdstip worden afgenomen. Er is geen begeleiding of toezicht nodig. Voor de afname is een computer met internetverbinding nodig. De test kan thuis of op een rustige plek waar ongestoord kan worden gewerkt, worden gemaakt. Vooraf krijgen kandidaten op de website informatie over de test en worden ze in de gelegenheid gesteld om de oefentest te maken. Inhoudelijk verschillen de Detector en Connector Ability wat betreft de afname duur (Detector Ability is korter), scoring (score categorie versus t-score) en er worden andere vragen gesteld, maar wel van hetzelfde type. Daarnaast is de afname setting anders, aangezien de Detector Ability door kandidaten thuis wordt gemaakt, en de Connector Ability alleen op locatie onder gecontroleerde omstandigheden kan worden afgenomen.
2. Normgroepen Gegeven de in het systeem bekende “waarde” van iedere vraag voor het bepalen van een schaalscore, kan het systeem achter de vragenlijst toch alle deelnemers op eenzelfde schaal vergelijken. Hierdoor kan elke deelnemer toch met dezelfde norm vergeleken worden. Op basis van deze vergelijking wordt een normscore voor de g-factor berekend. (Voor meer uitleg: zie Connector Ability Achtergrondinformatie). De Detector Ability kan als preselectie instrument in combinatie met de Connector Ability worden ingezet. Om deze reden zijn de normen van de Detector Ability gebaseerd op de normen die van toepassing zijn op de Connector Ability. Deze normgroepen zijn representatief voor de Nederlandse populatie wat betreft sekse, leeftijd en etnische achtergrond. Momenteel zijn er 3 normgroepen beschikbaar die verschillende opleidingsniveaus, MBO4 tot en met WO (Masters), vertegenwoordigen: •
MBO4;
•
BA (Bachelors/HBO);
•
MA (Masters/WO).
3. Rapportage In de rapportage wordt een score voor de g-factor in een van de vier scoreranges weergegeven: Een (t)score onder 40, tussen 40 en 45, tussen 45 en 50, of hoger dan 50. Er worden geen resultaten gerapporteerd op het niveau van de subtests (zie Bijlage).
© PiCompany 2009
Achtergronden bij het instrument| Detector Ability
4. Kwaliteit van het instrument 4. 1. B et ro uw baarh ei d Detector Ability meet de score van een kandidaat op algemene intelligentie met een gemiddelde betrouwbaarheid van .84.
4. 2. Va li d it ei t Er is onderzoek verricht naar resultaten van kandidaten die na afname van de Detector Ability op uitnodiging de Connector Ability hebben gemaakt. Kandidaten zijn uitgenodigd op basis van een selectiegrens van T = 45 op Detector Ability. Na vergelijking van de scores van enkele tientallen kandidaten die beide testen hebben afgerond, blijkt dat voor het merendeel van de kandidaten (90 %) eenzelfde beslissing wordt genomen op basis van de Connector Ability als met de Detector Ability. Verder validiteitsonderzoek zal nog plaats vinden.
5. Overige informatie Voor meer informatie over de Detector Ability en over de inzet van deze test, is de volgende documentatie beschikbaar: - FAQ – Frequently Asked Questions - Best Practice richtlijnen - Connector Ability Achtergrondinformatie
© PiCompany 2009
Achtergronden bij het instrument| Detector Ability
Bijlage: Uitgebreide uitleg per testonderdeel In dit document worden de onderdelen van de Detector Ability beschreven. Per testonderdeel, ook wel subtest genoemd, wordt steeds één voorbeeldvraag getoond en uitgelegd.
Subtest
Fi gu ur r e e k s e n De opgaven in deze test bestaan uit een reeks van vier figuren. In deze reeks vindt een systematische verandering in de opeenvolgende figuren plaats. Uit de vier antwoorden moet de kandidaat de figuur kiezen, die de reeks logischerwijs aanvult. Tijd dat een vraag wordt aangeboden: 180 seconden. Een opgave ziet er zo uit: Welke figuur vult deze reeks op de meest logische manier aan?
e
Het juiste antwoord is A (het 1 figuur van boven). Verdeel elk vierkant (in gedachten) in negen vakken. Kijk nu van links naar rechts. Van het ene vierkant naar het volgende. Dit verandert er: - De driehoek verschuift drie plaatsen, met de klok mee. - De zeshoek verschuift twee plaatsen, tegen de klok in.
© PiCompany 2009
Achtergronden bij het instrument| Detector Ability
Subtest
M a t r ix e n In deze test wordt in elke opgave een matrix gegeven, met daarin acht afbeeldingen. In deze acht afbeeldingen vindt een regelmatige verandering plaats, zowel horizontaal als verticaal. De kandidaat dient de matrix aan te vullen met een negende figuur, die zowel horizontaal als verticaal logisch uit de overige figuren volgt. De kandidaat heeft daarbij de keuze uit vier antwoorden. Tijd dat een vraag wordt aangeboden: 180 seconden. Een opgave ziet er zo uit: Welke figuur vult deze matrix (rechtsonder) op de meest logische manier aan?
Het juiste antwoord is B (het 2e figuur van boven, de pijl die naar rechts wijst).
In de eerste en tweede rij komt een pijl voor die: naar links, rechts en beneden wijst. In de laatste rij staat nog geen pijl naar rechts.
© PiCompany 2009
Achtergronden bij het instrument| Detector Ability
Subtest
C ijf e r re e k s e n In deze test wordt in elke opgave een reeks cijfers gegeven. De cijfers volgen elkaar op logische wijze op. De testkandidaat moet uit de vier antwoorden die twee cijfers te kiezen, die de logische reeks op de juiste manier aanvullen. Tijd dat een vraag wordt aangeboden: 180 seconden. Een opgave ziet er zo uit: Welk cijfer vult deze reeks op de meest logische manier aan?
Het juiste antwoord is C (getal ‘32). De cijfers worden steeds vermenigvuldigd met 2 (x2). Het laatste cijfer (16) moet dus ook worden vermenigvuldigd met 2. 16 x 2 = 32.
© PiCompany 2009
Achtergronden bij het instrument| Detector Ability
Subtest
D ia g ra m m e n In de opgaven van deze test worden drie begrippen gegeven. Deze begrippen staan voor verzamelingen. Men moet bepalen in hoeverre de drie verzamelingen elkaar overlappen of juist los van elkaar staan. In de antwoorden wordt, door de drie cirkels, het verband tussen de drie begrippen weergegeven. Zowel de relatieve grootte van de cirkels als de volgorde van de gegeven woorden zijn hierbij niet van belang. Men moet het antwoord kiezen waarbij de cirkels het verband tussen de drie begrippen op de beste manier uitbeelden. Tijd dat een vraag wordt aangeboden: 100 seconden. Een opgave ziet er zo uit: Welke figuur geeft de relatie tussen deze drie begrippen het beste weer?
e
Het juiste antwoord is C (3 antwoord van boven). Een rat en een muis zijn allebei knaagdieren. Rat en muis vallen dan ook allebei binnen de grote cirkel die staat voor knaagdieren.
© PiCompany 2009
Achtergronden bij het instrument| Detector Ability