1
DER ROSENKAVALIER RICHARD STRAUSS – 5 t/m 30 september 2015
3
DER ROSENKAVALIER
BLIJVENDE HERINNERING? KOOP HET LUXE SOUVENIRBOEK VAN DER ROSENKAVELIER
—
Een originele bijdrage van Gavin Plumley Brieven van Strauss en Hofmannsthal Teksten van Jens Peter Jacobsen, Sigmund Freud, Jeanette Winterson Het libretto in het Duits en Nederlands
Richard Strauss 1864-1949 Komödie für Musik in drei Aufzügen, op. 59 Libretto Hugo von Hofmannsthal Wereldpremière 26 januari 1911 Königliches Opernhaus, Dresden Première 5 september 2015 Volgende voorstellingen 9, 13*, 16, 19, 24, 27*, 30 september 2015 18.30/*13.30 uur Nationale Opera & Ballet De voorstelling duurt ca. 4 uur en 15 minuten, inclusief 2 pauzes De opera wordt in het Duits gezongen, Nederlands en Engels boventiteld. Boventitels op basis van de vertaling van Thomas Graftdijk
Muzikale leiding Marc Albrecht Regie Jan Philipp Gloger Decor Ben Baur Kostuums Karin Jud Licht Bernd Purkrabek Dramaturgie Sophie Becker Klaus Bertisch Nederlands Philharmonisch Orkest Koor van De Nationale Opera Instudering Ching-Lien Wu Kinderkoor De Kickers van Muziekschool Waterland Instudering Lorenzo Papolo Inleidingen Kasper van Kooten Plaats Nationale Opera & Ballet, foyer, tweede balkon, 17.45/*12.45 uur Toegang Gratis op vertoon van een plaatsbewijs voor de betreffende voorstelling. Met steun van de Vereniging Vrienden van De Nationale Opera
4
5
ROLVERDELING
PRODUCTIETEAM
Die Feldmarschallin FÜrstin Werdenberg Camilla Nylund Der Baron Ochs auf Lerchenau Peter Rose Octavian Paula Murrihy Herr von Faninal Martin Gantner Sophie Hanna-Elisabeth Müller Jungfer Marianne Leitmetzerin Irmgard Vilsmaier Valzacchi Michael Laurenz Annina Kai Rüütel Ein Polizeikommissar Scott Wilde Haushofmeister der Feldmarschallin Mark Omvlee Haushofmeister bei Faninal Morschi Franz Ein Notar Alexander Vassiliev Ein Wirt Robert Wörle Ein Sänger Yosep Kang Drei adelige Waisen Dana Ilia Inez Hafkamp Marieke Reuten Eine Modistin Tomoko Makuuchi Ein Tierhändler Richard Prada
Vier Lakaien Jeroen de Vaal Bas Kuijlenburg John van Halteren Nicolas Clemens Vier Kellner Cato Fordham Harry Teeuwen Richard Meijer Hans Pieter Herman Hausknecht Peter Arink Leopold Frank Lunenburg
Assistent dirigent Aldert Vermeulen Repetitoren Rupert Dussmann Jan-Paul Grijpink Assistent regisseur Meisje Barbara Hummel Christian Krumm Avondregie Meisje Barbara Hummel Stagiair regie Iris Spanbroek Taalcoach Miriam Kaltenbrunner Taalcoach Koor Cora Schmeiser Voorstellingsleiders Joost Schoenmakers Kirsten Visser Saskia Waaijer Repetitiecoördinator Joep Winters Assistent decor Julia Berndt Assistent kostuums Felina Levits Assistent kostuumproductie Hanne Oosterveer Eerste toneelmeester Wim Kuijper Eerste belichter Co van Diepen Eerste rekwisiteur Niko Groot Eerste kleder Krystyna Peda
Eerste grimeur Vincent van den Dungen Titelregie Ruud Rockx Bediening boventiteling Johan Lippens Productievoorbereider Mark van Trigt Productieleiding Edgar Lamaker Decors, kostuums, rekwisieten, pruiken, grime, belichting, geluids- en toneeltechniek vervaardigd en verzorgd door de Techniek van Nationale Opera & Ballet
6
7
HET VERHAAL
THE STORY
De verarmde, op leeftijd rakende Baron Ochs auf Lerchenau denkt door een huwelijk met Sophie, dochter van de nouveau riche Faninal, zijn financiële positie te verbeteren. Volgens de traditie heeft Ochs voor het officiële aanzoek een bruidsjonker nodig, die de bruid een zilveren roos aanbiedt, een ‘Rosenkavalier’. Zijn nicht, de Feldmarschallin Fürstin Werdenberg, zal een geschikte kandidaat noemen. Als hij haar opzoekt, verstoort hij haar rendezvous met de jonge graaf Octavian, die zich in allerijl als een dienstmeisje vermomt. Ochs is zo’n rokkenjager, dat hij ook deze ‘Mariandl’, de verklede Octavian dus, meteen wil versieren. Om Ochs een poets te bakken, beveelt de Marschallin haar minnaar Octavian aan als ‘Rosenkavalier’. Octavian maakt zich als Mariandl uit de voeten. Als de Feldmarschallin even later alleen is, wordt ze zich bewust van het voortschrijden van de jaren en beseft ze dat haar jeugdige minnaar haar vroeg of laat voor een jongere vrouw verlaten zal. Bij het overhandigen van de zilveren roos worden Octavian en Sophie verliefd op elkaar. Sophie is vastbesloten de bruiloft met de baron af te zeggen, omdat hij zich misdraagt. In de korte ontmoeting met Octavian wordt haar duidelijk wat echte liefde is. Ochs wordt echter ingelicht over de jonge verliefden. Ruw wordt Sophie door haar vader terechtgewezen. Hij wil zijn kans om tot de hoge adel toe te treden, niet kwijtraken. In een handgemeen
tussen Octavian en Ochs raakt Ochs gewond. Octavian vindt de intrigante Annina bereid om te helpen door Ochs een brief te geven, waarin ‘Mariandl’ erin toestemt hem te ontmoeten. Tevreden meent de Baron haar al bijna veroverd te hebben. Octavian treft voorbereidingen om Ochs in de val te lokken. Als Ochs overtuigd is dat hij Mariandl eindelijk tussen de lakens kan krijgen, denkt hij geestverschijningen te zien. Overmand door schrik, roept hij om politie. Door hun komst ontstaat een hachelijke situatie. Om niet betrapt te worden als verleider van een minderjarige, doet Ochs het voorkomen alsof Mariandl zijn verloofde is. Faninal wordt erbij gehaald en ontkent dat Mariandl zijn dochter is. Zo wordt de leugen van de Baron ontmaskerd en daarmee is het huwelijk tussen Ochs en Sophie van de baan. Tot slot verschijnt de Marschallin en verklaart dat alles slechts een maskerade is geweest. Ochs ruimt het veld. Sophie vreest dat ook zij enkel bespeeld is. De Marschallin brengt het stel echter weer samen en ziet af van haar jeugdige minnaar.
The ageing and financially strapped Baron Ochs auf Lerchenau believes a marriage to Sophie, the daughter of the nouveau riche Faninal, will improve his position. Tradition requires Ochs to send an envoy with the official proposal of marriage, a young squire who will present the bride-to-be with a silver rose. His cousin, the Feldmarschallin Fürstin Werdenberg, shall recommend a suitable candidate as ‘Rosenkavalier’. Ochs’s visit interrupts her amorous rendezvous with the young nobleman Octavian, who hastily disguises himself as a chambermaid. Ochs, who fancies himself a ladies’ man, wastes no time in flirting with this ‘Mariandl’. To play a joke on the old goat, the Marschallin recommends her lover Octavian as his ‘knight of the rose’. Octavian/Mariandl slips away. Later, alone in her chamber, the Marschallin sadly muses on the march of time, and realizes that her lover will, sooner or later, leave her for a younger woman. At the presentation of the silver rose, Octavian and Sophie fall in love at once. Sophie is determined to call off her wedding to Ochs, having witnessed his boorish manners. This brief encounter with Octavian has taught her what true love is. Ochs gets wind of the young lovers’ plans, and Sophie’s father chastises her, fearful of missing his chance to join the ranks of the nobility. A ruckus ensues, during which Octavian injures Baron Ochs. Octavian enlists the help of the intriguer Annina to
lure Ochs to a tryst with ‘Mariandl’. The self-satisfied Baron believes he is on the way to making another conquest. Octavian prepares the trap for Ochs. Just as he thinks he is about to bed ‘Mariandl’, Ochs is startled by what he takes for ghostley apparitions. Terrified, he calls for the police, but has worked himself into a pickle: so as not to be caught in a compromising situation with a minor, he claims that Mariandl is his fiancée. Faninal is brought in and denies that the girl is his daughter. Ochs’s ruse is exposed, and his marriage to Sophie is called off. Finally the Marschallin enters, revealing the masquerade for what it is. Ochs slinks off, defeated. Sophie too fears that she has been no more than a pawn, but the Marschallin brings the couple together and releases her young lover to follow his heart.
8
9
ARTISTIEK TEAM EN CAST
MARC ALBRECHT (muzikale leiding), chef-dirigent van De Nationale Opera en het Nederlands Philharmonisch Orkest|Nederlands Kamerorkest, staat bekend om zijn excellente interpretaties van werken van Wagner, Strauss en hedendaagse muziek. In de afgelopen jaren leidde hij onder meer Der fliegende Holländer (Bayreuth, Londen), Lulu (Salzburger Festspiele), Die Frau ohne Schatten (Milaan) en Die Soldaten (Zürich). Als gastdirigent gaf hij concerten met de Berliner Philharmoniker, het Cleveland Orchestra, NHK Symphony Orchestra (Tokio), Orchestra dell’Accademia Nazionale di Santa Cecilia (Rome) en het Koninklijk Concertgebouworkest. Van 2006 tot 2011 was hij artistiek leider en chef-dirigent van het Orchestre Philharmonique de Strasbourg. Bij De Nationale Opera dirigeerde Albrecht recent onder meer Die Frau ohne Schatten, Elektra, Die Meistersinger von Nürnberg, Die Zauberflöte, Gurre-Lieder en Macbeth. In 2014 werd de cd-uitgave van de DNO-productie Der Schatzgräber met het Nederlands Philharmonisch Orkest onder zijn leiding onderscheiden met een Edison. Later in seizoen 2015-2016 dirigeert Marc Albrecht bij De Nationale Opera Hänsel und Gretel en Don Giovanni. De Duitse regisseur JAN PHILIPP GLOGER (regie) studeerde toegepaste theaterwetenschappen aan de Universiteit van Giessen en regie aan de Hogeschool voor de Kunsten in Zürich. Sinds 2007 regisseert
hij theaterstukken in onder meer Berlijn, Dresden, Hamburg en München. Tevens was hij van 2011 tot 2013 als vaste theaterregisseur verbonden aan het Staatstheater Mainz. Verder was het werk van Jan Philipp Gloger te zien op diverse festivals zoals de Ruhrtriennale, de Stückemarkt Heidelberg en de Ruhrfestspiele Recklinghausen. Hij ontving de publieksprijs van de Mülheimer Theatertage en de regieprijs tijdens de Bayerische Theatertage. Als operaregisseur debuteerde hij in 2010 met Mozarts Le nozze di Figaro bij Theater Augsburg. Hierna volgden Alcina, Simon Boccanegra (Semperoper Dresden), Der fliegende Holländer (Bayreuther Festspiele), Idomeneo (Oper Frankfurt), Faust en La verità in cimento (Oper Zürich). In 2016 zal in het Aalto Musiktheater Essen Il barbiere di Siviglia in première gaan in zijn regie. DNO-debuut BEN BAUR (decor) werkt sinds 2007 als freelance decorontwerper voor zowel theater- als operaproducties. Na zijn studie decor- en kostuumontwerp aan de Hogeschool voor de Kunsten in Berlijn werkte hij als assistent in theaters en operahuizen in o.a. Berlijn en Keulen, evenals bij de Bayreuther Festspiele. Als freelancer werkte hij met regisseurs als Patrick Schlösser, Jim Lucassen, Jetske Mijnssen en Jan Philipp Gloger. Ben Baur was te gast in theaters in Berlijn, Klagenfurt, München, Saarbrücken, Kassel, Essen, Bochum, Frankfurt en het Burgtheater Wien, de Staatsoper Stutt-
gart, Staatsoper Hamburg en Opernhaus Zürich. Zijn decorontwerp voor Alcina (Semperoper Dresden) in regie van Jan Philipp Gloger werd door critici in Opernwelt genomineerd voor de prijs voor decorontwerp van het jaar. In 2014 debuteerde hij als regisseur met Lucia di Lammermoor in Saarbrücken. Toekomst: o.a. producties in Göttingen (Elektra), Nancy (Luigi Rossi’s Orfeo), Essen (Il barbiere di Siviglia) en bij Royal Opera House Covent Garden. DNO-debuut. KARIN JUD (kostuums) studeerde modeontwerp aan de hogeschool in Basel, waarna ze tot 2007 als kostuumassistent verbonden was aan de schouwburg en het operahuis van haar geboortestad Zürich. Hier werkte ze met regisseurs als Jan Bosse, Barbara Frey, Jürgen Gosch, Rudi Häusermann, Moshe Leiser / Patrice Caurier en Jürgen Flimm. Als freelance kostuumontwerper was ze betrokken bij theater- en operaproducties in theaters in Augsburg, München, Hannover, Graz, Mainz, Hamburg, Wenen en Berlijn. Sinds 2007 is zij vaste kostuumontwerper bij de producties van Jan Philipp Gloger, zoals Idomeneo (Oper Frankfurt), Faust, La verità in cimento (Opernhaus Zürich), Alcina en Simon Boccanegra (Semperoper Dresden). Een hoogtepunt was de wereldpremière van Philipp Löhles Das Ding in zijn regie. Daarnaast werkte Karin Jud met regisseurs als Ingo Berk, Meret Matter, Jan Stephan Schmieding en Barbara-David Brüesch. DNO-debuut
De Oosterijkse BERND PURKRABEK (licht) studeerde fotografie in Graz en lichtontwerp in München. Hij werkte regelmatig met regisseurs als Pierre Audi, Christof Loy, Jan Philipp Gloger, Florentine Klepper, Marianne Clément en Claus Guth. Bernd Purkrabek was te gast bij vele theaters, zoals Theater an der Wien, Wiener Staatsoper, Vlaamse Opera, Opernhaus Zürich, Deutsche Oper Berlin, Kungliga Operan Stockholm, Oper Frankfurt, Grand Théâtre de Genève, Den Norske Opera. Tevens was zijn werk te zien tijdens festivals zoals de Wiener Festwochen, het Holland Festival en Glyndebourne. Toekomst: o.a. Franz Schrekers Der ferne Klang (Graz), Rossini’s Armida (Gent) en Peter Grimes in regie van Christof Loy (Theater an der Wien). DNO-productie: Les vêpres siciliennes SOPHIE BECKER (dramaturgie) studeerde dramaturgie aan de Theateracademie in München. Zij was tussen 2000 en 2008 als dramaturg achtereenvolgens verbonden aan Theater Aachen, Semperoper Dresden en Bayerische Staatsoper München. Ze werkte in München bij festvals als Spielart en Dance, tevens werkte ze als dramaturg bij de Bayreuther Festspiele en de Osterfestspiele Salzburg. Sophie Becker is docent aan de Bayerische Theaterakademie in München. DNO-debuut KLAUS BERTISCH (dramaturgie) werkte van 1979 tot 1987 bij Oper Frankfurt, ver-
10
volgens voor Siemens Kultur Programm (München), en daarnaast voor operahuizen en festivals in Duitsland, België, Frankrijk en Oostenrijk. Als regisseur realiseerde hij onder meer geënsceneerde recitals. In het Amsterdamse Concertgebouw regisseerde Klaus Bertisch Die lustige Witwe en De spelers. Hij was docent bij Opera Studio Nederland en aan de Universiteit van Amsterdam. Met regisseur Willy Decker werkte hij als dramaturg in Dresden, Barcelona en bij de Salzburger Festspiele, met Dale Duesing in Berlijn, met Pierre Audi in Amsterdam, Brussel, Salzburg, Madrid, bij de Ruhrtriennale en in Parijs, met Floris Visser in Moskou. Hij is sinds 1990 dramaturg bij DNO. CHING-LIEN WU (instudering Koor) studeerde in Taipei en aan het Conservatoire National Supérieur de Musique in Lyon. Ching-Lien Wu was achtereenvolgens Koordirigent bij de Opéra de Nantes, het Théâtre du Capitole de Toulouse en bij de Opéra National du Rhin in Straatsburg. Ze was als koordirigent te gast bij de operahuizen van Montpellier, Rouen en Shanghai. In haar geboorteland was Ching-Lien Wu verantwoordelijk voor de instudering van verschillende operaproducties. Tussen 2001 en 2014 was zij koordirigent aan het Grand Théâtre de Genève. Sinds 1 september 2014 is ze artistiek leider van het Koor van De Nationale Opera. Voor Verdi’s Requiem, dat het Koor in september ten gehore brengt in Het Concertgebouw Am-
11
sterdam o.l.v. Marc Albrecht, deed zij de instudering. DNO-producties: L’amour des trois oranges, Faust, Lohengrin, La bohème, Il viaggio a Reims, Macbeth en Benvenuto Cellini LORENZO PAPOLO (instudering kinderkoor) voltooide met eervolle vermelding zijn studie directie aan het Utrechts Conservatorium. Inmiddels is hij sinds 2009 als koordirigent verbonden aan Muziekschool Waterland. Daar is hij de vaste dirigent van kinderkoor De Kickers en jeugdkoor Classic Frogs waarmee hij onder andere succesvol aan verscheidene producties van Nationale Opera & Ballet heeft samengewerkt. Met beide koren won hij zowel nationaal als internationaal diverse prijzen. Zo behaalde hij in 2013 met beide koren de Zilveren Medaille op het International Choir and Music Festival in Bratislava. Naast het kinder- en het jeugdkoor, dirigeert Lorenzo Papolo buiten Muziekschool Waterland nog vier andere koren. DNO-producties: Der Rosenkavalier, Parsifal, Ringetje en La bohème CAMILLA NYLUND (Die Feldmarschallin) studeerde onder meer aan het Mozarteum in Salzburg. De Finse sopraan heeft in vele Strauss- en Wagneropera’s gezongen. Op haar repertoire staan o.a. de titelrollen Salome (Wiener Staatsoper, Toulouse, Valencia, Dresden, Berlijn, Philadelphia, Tokio), Rusalka (ROH Covent Garden, Barcelona, Genève, Salzburger Festspiele) en Arabella
(Bayerische Staatsoper, Oper Frankfurt, Vlaamse Opera, Wiener Staatsoper). Met Sir Simon Rattle maakte ze een tournee door Japan met Fidelio. Recentelijk zong ze o.a. Die Feldmarschallin (Luxemburg), titelrol Ariadne auf Naxos (Frankfurt) en Sieglinde Die Walküre (Wiener Staatsoper). Toekomst: Elektra (Dresden), titelrol Salome (Wiener Staatsoper, Tokio). DNO-producties: Così fan tutte, Elektra en Don Carlo PETER ROSE (Baron Ochs) studeerde aan de Universiteit van East Anglia en bij Ellis Keeler aan de Guildhall School of Music and Drama. Het uitgebreide repertoire van de Britse bas omvat Bottom A Midsummer Night’s Dream (Barcelona, Chicago, Aixen-Provence, Parijs, Londen, Rome, Metropolitan Opera New York, Glyndebourne), Baron Ochs (Wenen, München, MET New York, Berlijn, Tokio, La Scala Milaan, ROH Covent Garden, Baden Baden, Hamburg), La Roche Capriccio (MET New York, Parijs, Londen, Chicago) en Gurnemanz Parsifal (Wenen, Hamburg, Tokio). Recent vertolkte hij de rol van Osmin Die Entführung aus dem Serail (München). Binnenkort zal hij te horen zijn als Daland Der fliegende Holländer (München, Berlijn, Bayreuth, Madrid) en Ochs (Parijs, Wenen). DNO-producties: Luisa Miller, L’Italiana in Algeri, Jevgeni Onjegin, Macbeth en Die Zauberflöte
PAULA MURRIHY (Octavian) studeerde aan het DIT Conservatory of Music & Drama in Dublin en het New England Conservatory, waar ze een John Moriarty Presidential Scholarship en Presser Award ontving. Ze trad wereldwijd in diverse rollen op, o.m. in ROH Covent Garden, Bologna’s Teatro Comunale, Santa Fe Opera en Opera Theatre of St. Louis. De laatste jaren was de Ierse mezzosopraan veel te zien bij Oper Frankfurt, o.a. als Dorabella Così fan tutte, Medoro Orlando Furioso, titelrol Orontea en Octavian. Andere recente en toekomstige engagementen: Ascanio in Berlioz’ Benvenuto Cellini (English National Opera), titelrol Dido and Aeneas (Los Angeles Opera), Hänsel Hänsel und Gretel, Xenofobia Radamisto en Tebaldo Don Carlo (Frankfurt). DNO-debuut MARTIN GANTNER (Herr von Faninal) studeerde aan de Staatliche Hochschule für Musik in Karlsruhe bij professor Kern. Hij was jarenlang als ensemblelid verbonden aan de Bayerische Staatsoper, waar hij o.a. Papageno Die Zauberflöte en Figaro Il barbiere di Siviglia vertolkte. De Duitse bariton trad op in La Scala Milaan, Semperoper Dresden, Theater Basel, Los Angeles Opera en Wiener Staatsoper. Op zijn repertoire staan naast Herr von Faninal Der Rosenkavalier (o.a. Keulen, München, Parijs, Zürich, Dresden), ook Musiklehrer Ariadne auf Naxos (Zürich, Parijs, München) en Beckmesser Die Meistersinger von Nürnberg
12
(o.a. MET New York, Zürich, Leipzig, Tokio). Recente en toekomstige engagementen: Gunther Götterdämmerung (Sevilla), Don Pizarro Fidelio (Zürich, Wenen) en Beckmesser (San Francisco). DNO-debuut HANNA-ELISABETH MÜLLER (Sophie) studeerde onder Rudolf Piernay aan de Hochschule für Musik in haar geboortestad Mannheim en volgde masterclasses bij o.a. Dietrich Fischer-Dieskau, Julia Varady, Edith Wiens en Elly Ameling. De sopraan won verschillende prijzen, recent werd ze door Opernwelt uitgeroepen tot Jonge Zanger van het Jaar 2014. Datzelfde jaar brak zij door tijdens de Salzburger Osterfestspiele als Zdenka Arabella o.l.v. Christian Thielemann. Sinds 2012 maakt Hanna-Elisabeth Müller deel uit van het ensemble van de Bayerische Staatsoper waar ze naast o.m. Infantin Donna Carla Der Zwerg ook verscheidende grote Mozart-rollen zong. Verder was ze onder meer te horen als Zdenka Arabella (Salzburg, Dresden, München), Euridice Orfeo ed Euridice en Pamina Die Zauberflöte en debuteerde ze recent bij La Scala Milaan (concert). Toekomst: Marzelline Fidelio, Sophie Werther, Gretel Hänsel und Gretel en Sophie Der Rosenkavalier (Bayerische Staatsoper). Bij DNO maakt ze haar roldebuut in Der Rosenkavalier. DNO-debuut De Duitse sopraan IRMGARD VILSMAIER
13
(Marianne Leitmetzerin) was verbonden aan de Operastudio van de Bayerische Staatsoper te München en het Tiroler Landestheater te Innsbruck. Haar operarepertoire bevat onder meer rollen in Wagners Die Walküre, Tristan und Isolde, Götterdämmerung, Parsifal en Tannhäuser. Verder vertolkte zij rollen als Gertrud Hänsel und Gretel (Glyndebourne, München, Parijs, Dresden), Ghita Der Zwerg (München), Marianne Leitmetzerin (München, Dresden, Washington, Baden-Baden), Herodias Salome (Wenen), Goneril Lear, Fata Morgana L’amour des trois oranges en Santuzza Cavalleria rusticana. Irmgard Vilsmaier werkte o.a. samen met de dirigenten Christian Thielemann, Hartmut Haenchen, Zubin Mehta, Robin Ticciati, Kent Nagano, Seiji Ozawa en Sir Simon Rattle. Toekomst: Der Rosenkavalier (Parijs), Siegfried en Götterdämmerung (Seoul). DNO-producties: Die Walküre en Götterdämmerung MICHAEL LAURENZ (Valzacchi) begon zijn muzikale carrière als trompettist; zo was hij eerste trompettist van de Berliner Symphoniker. Na een opleiding aan de Internationale Opernstudio van het operahuis van Zürich, maakt de Duitse tenor sinds 2010 deel uit van het ensemble van hetzelfde huis. Hier zong hij o.m. de rol van Arbace Idomeneo, Basilio Le nozze di Figaro, Dr. Cajus Falstaff, Tanzmeister Ariadne auf Naxos, Iwan De neus, Pedrillo
Die Entführung aus dem Serail en David Die Meistersinger von Nürnberg. Gastoptredens brachten hem naar de Bregenzer Festspiele, Salzburger Festspiele, Opéra national de Paris, Bayerische Staatsoper München en Staatsoper Berlin. Michael Laurenz werkte met dirigenten als Nikolaus Harnoncourt, Ádám Fischer, Zubin Mehta, Carlo Rizzi, Marc Minkowski, Daniele Gatti en Pierre Boulez. DNO-debuut De Estse mezzosopraan KAI RÜÜTEL (Annina) studeerde aan de Georg Ots Music School in Tallinn, het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en volgde de masteropleiding aan de Dutch National Opera Academy. In 2009 trad Kai Rüütel toe tot het Jette Parker Young Artists Programme van ROH Covent Garden en maakte haar debuut in Dialogues des Carmélites. Recent zong zij o.a. Meg Page Falstaff, La Marchesa Melibea Il viaggio a Reims (ROH Covent Garden), Hänsel Hänsel und Gretel (Scottish Opera), Sonjetka Lady Macbeth van Mtsensk, Nefertiti Akhnaten (Vlaamse Opera), Kate Julian Owen Wingrave (Toulouse) en Siegrune Die Walküre (Barcelona). Kai Rüütel zal binnenkort haar debuut maken bij de Dallas Opera en terugkeren bij ROH Covent Garden in een nieuwe productie. DNO-productie: De speler SCOTT WILDE (Ein Polizeikommissar) studeerde aan de Juilliard School in New
York. Hij debuteerde bij de Baltimore Opera, waarna engagementen volgden in San Francisco, New York City Opera, Washington en St. Louis. Zijn Europese debuut maakte de Amerikaanse bas als Il commendatore Don Giovanni in Dublin. Recent zong hij onder andere 1. Handwerksbursche Wozzeck (Madrid, Parijs), Daland Der fliegende Holländer (Scottish Opera), Trulove The Rake’s Progress (Staatsoper Berlin, Parijs), 1. Soldat Salome (ROH Covent Garden), Jason in Liebermanns Medea (wereldpremière in Bern), König Marke Tristan und Isolde (Tours), Don Estoban Der Zwerg (Concertgebouw Amsterdam), Sergeant Lady Macbeth van Mtsensk (Madrid), Reinmar Tannhäuser (Genève), Arkel Pelléas et Mélisande en Sarastro Die Zauberflöte (Welsh National Opera Cardiff). Toekomst: Gershom Sholem in de wereldpremière van Tabachniks Benjamin, dernière nuit (Lyon). DNO-debuut MARK OMVLEE (Haushofmeister der Feldmarschallin) studeerde af aan het Conservatorium van Amsterdam. Hij zong direct na zijn studie diverse rollen bij Holland Opera. In 2006 debuteerde hij bij Opera Zuid in de titelrol van Mavra; als lid van het solistenensemble vertolkte hij vervolgens tenorrollen in onder andere Le nozze di Figaro, Der Rosenkavalier, Barbe-bleue en Die Zauberflöte. Zijn Mime Das Rheingold werd zo goed ontvangen dat hij gevraagd werd mee te doen aan de Wagner Acade-
14
mie van het Internationaal Vocalisten Concours. Mark Omvlee debuteerde onlangs in Aken in een van de hoofdrollen in de nieuwe opera Brokeback Mountain, in Frankrijk als Monostatos Die Zauberflöte en tijdens de ZaterdagMatinee in het Concertgebouw in Stravinsky’s De nachtegaal. Later dit seizoen is hij bij DNO te horen in Dialogues des Carmélites. DNO-productie: Reimsreisje MORSCHI FRANZ (Haushofmeister bei Faninal) studeerde aan het Conservatorium Maastricht bij Mya Besselink. Na zijn studie zong hij in vele opera’s, operettes en concerten binnen en buiten Nederland en zong hij rollen als Turiddu Cavalleria rusticana, Riccardo Un ballo in maschera, Don José Carmen, Don Quichotte Der Mann von La Mancha, Calaf Turandot, Babylas Monsieur Choufleuri en Caramello Eine Nacht in Venedig. In 2013 werd Morschi Franz uitgekozen om deel te nemen aan de Wagner Academie. Hij werkte er met Siegfried Jerusalem, Wolfgang Brendel, Dunja Vejzović en Nadine Secunde. DNO-producties: De legende van de onzichtbare stad Kitesj en het meisje Fevronja, Die Meistersinger von Nürnberg, De speler, Lohengrin, Ringetje en La bohème ALEXANDER VASSILIEV (Ein Notar) studeerde aan het Tsjaikovski Conservatorium in Moskou bij Jevgeni Nesterenko. Vervolgens werd hij geëngageerd door de operahuizen van München, Freiburg
15
en Keulen. Hij vertolkte recentelijk rollen als Boswachter Het sluwe vosje, titelrol in Enescu’s Oedipe, Gurnemanz Parsifal, Filippo II Don Carlo, Fasolt Das Rheingold en Gremin Jevgeni Onjegin. De Russische bas maakte zijn opwachting bij onder meer ROH Covent Garden, Opéra national de Paris, Grand Théâtre de Genève, Glyndebourne en La Scala Milaan. Afgelopen seizoen zong Alexander Vassiliev rollen in Rachmaninov Troika bij De Munt in Brussel. DNO-producties: Les Troyens, Het sluwe vosje, Lady Macbeth van Mtsensk, Die Frau ohne Schatten en L’amour des trois oranges (2005, 2013) ROBERT WÖRLE (Ein Wirt) begon zijn carrière als ensemblelid van het Staatstheater Stuttgart. De Duitse tenor zong o.m. rollen in Lulu (Athene, Lyon, Milaan, Parijs, München, Genève, Barcelona, Wiener Festwochen), Mahagonny (Deutsche Oper Berlin, Essen, Los Angeles Opera, München, Keulen), Salome (Dresden), Ulisse (Kopenhagen, Keulen) en Der Rosenkavalier (concerttournee met het Cleveland Orchestra o.l.v. Franz Welser-Möst, ROH Covent Garden, Glyndebourne). Tevens staan op zijn repertoire rollen in Hänsel und Gretel, Die Soldaten, Das Rheingold, Der Zwerg en wereldpremières van Der Richter und sein Henker en Faustus, the Last Night. Robert Wörle was te gast bij de Staatsoper Berlin, bij operahuizen in onder meer Dresden, Hamburg, München, Madrid, Wenen, Milaan en Londen, en op de festivals van
Bregenz, Salzburg en de Ruhrtriennale. DNO-debuut YOSEP KANG (Ein Sänger), lange tijd verbonden aan het ensemble van de Deutsche Oper Berlin, staat steeds meer in de aandacht van de Europese operahuizen. Bij de Wiener Staatsoper debuteerde de Koreaanse tenor in 2014 als Rodolfo La bohème, waarna hij er terugkeerde voor de titelrol Les contes d’Hoffmann. Recent o.m.: Arnold Guillaume Tell (München), Rodolfo (Dresden), Il duca di Mantova Rigoletto (Leipzig, en voor zijn Italiaanse debuut in Rome), Tebaldo I Capuleti ed i Montecchi (Festspielhaus Baden-Baden) en Alfredo La traviata (Düsseldorf). Toekomst: Guillaume Tell (Warschau), Rigoletto (München, Wenen), La bohème (Sydney), La traviata (Dresden) en Lucia di Lammermoor (Berlijn). DNO-productie: Macbeth Sopraan DANA ILIA (Adelige Waise) studeerde in Belgrado aan het Mokranjac Muziekgymnasium, daarna in Salzburg, Wenen en vervolgens aan het Amsterdamse Sweelinck Conservatorium; ze volgde masterclasses van Cristina Deutekom en Jekaterina Joffel, aan de Opera Studio Nederland en de Jekerstudio in Maastricht. Ze wordt momenteel gecoacht door Gemma Visser en Kirsten Schötteldreier. Haar repertoire vermeldt titelrollen Rusalka, Alceste, L’incoronazione di Poppea, Manon Lescaut, Tosca, Luisa Miller en Micaëla
Carmen, Euridice L’Orfeo, Nedda Pagliacci, La Contessa di Almaviva Le nozze di Figaro, Elvira Don Giovanni, Erste Dame Die Zauberflöte, Liù Turandot, Mařenka Prodaná nevěsta, Tatjana Jevgeni Onjegin, Desdemona Otello en Sieglinde Die Walküre. DNO-producties: Die Fledermaus, Die Frau ohne Schatten, De neus, Madama Butterfly, Tannhäuser, Ringetje en De speler INEZ HAFKAMP (Adelige Waise) studeerde aan het Koninklijk Conservatorium te Den Haag. Momenteel werkt ze met Brian Masuda. Inez Hafkamp verleende haar medewerking aan een groot aantal oratoriumwerken zoals Bachs passies, Saint-Saëns’ Oratorio de Noël, Rossini’s Petite messe solennelle, Händels Messiah, Pergolesi’s Stabat Mater, en Vivaldi’s Gloria en Magnificat. Verder was zij te horen in Orfeo ed Euridice (Nederland, Zwitserland) en in Parsifal bij de Vlaamse Opera. Met het Nederlands Blazers Ensemble zong zij De Stijl van Louis Andriessen. Inez Hafkamp is verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. DNO-producties: Die Frau ohne Schatten (1996, 2008), Life with an Idiot, ROSA, a Horse Drama, Die Meistersinger von Nürnberg, Alice in Wonderland, Kát’a Kabanová, Der Rosenkavalier, Idomeneo, Parsifal, Der Schatzgräber en Lohengrin (2001, 2014) MARIEKE REUTEN (Adelige Waise) studeerde aan het Koninklijk Conservatorium
16
te Den Haag bij Wout Oosterkamp, daarna bij Gerda van Zelm en Thea van der Putten. Zij volgde masterclasses bij Gemma Visser en Uwe Hergenröder. Marieke Reuten zong in King Arthur (The Guildhall School of Music and Drama Londen) onder leiding van Ton Koopman, in twee geënsceneerde oratoria van Händel (Bozzolo Ensemble) tijdens een optreden in Duitsland en ze soleerde in Iphigénie en Aulide (Toneelgroep Hollandia, muziek Cornelis de Bondt). Ze gaf liedrecitals met werken van Schumann, Strauss, Brahms, Wagner, Copland en Berlioz. Als solist trad zij op in Suor Angelica als La Zia Principessa en in Little Sweep als Miss Baggot. Ook zingt Marieke Reuten regelmatig in oratoria en werkt ze met moderne componisten. Ze is verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. DNO-producties: Der Rosenkavalier, Parsifal, Der Schatzgräber, Die Meistersinger von Nürnberg en De speler TOMOKO MAKUUCHI (Eine Modistin) studeerde onder meer bij Henny Diemer aan het Utrechts Conservatorium en was daarna verbonden aan Opera Studio Nederland. Bij het Parijse Théâtre du Châtelet was de Japanse sopraan understudy van Nathalie Dessay, Rebecca Evans en Barbara Bonney. Haar repertoire vermeldt rollen in Iphigénie en Aulide (met het Radio Kamerorkest), Milhauds L’homme et son désir (tournee Orchestre national de Lille) en Concubine in The Night Banquet (Parijs, New York, Berlijn, Perth). Ze debuteerde
17
aan het Parijse Théâtre des ChampsÉlysées. Tomoko Makuuchi is verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. DNO-producties: Rêves d’un Marco Polo, Het sluwe vosje, Writing to Vermeer, Die Frau ohne Schatten, Ercole amante, Parsifal en Lohengrin RICHARD PRADA (Ein Tierhändler) begon zijn muzikale studie in Brazilië en vervolgde deze aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij Meinard Kraak. De tenor zong in ensembles als Fala Musica, Bozzolo en Cappella Figuralis. Als solist treedt Richard Prada op in binnen- en buitenland. In het oratoriumvak omvat zijn repertoire Bachs Johannes- en Matthäus-Passion, het Requiem van Mozart, de Petite messe solennelle van Rossini en Messiah van Händel. Op operagebied vertolkte hij rollen als Tamino Die Zauberflöte, Ferrando Così fan tutte en Nemorino L’elisir d’amore. Richard Prada is verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. DNO-producties: Die Fledermaus, Billy Budd, Jevgeni Onjegin, De nachtegaal en andere fabels, La traviata, L’étoile en La bohème JEROEN DE VAAL (Lakai) studeerde aan het Utrechts Conservatorium en wordt momenteel gecoacht door Margreet Honig, Valentin Jar en Paul Triepels. De Nederlandse tenor debuteerde bij de Vlaamse Opera in Salome en zong daar ook rollen in Die Zauberflöte, Die lustige Witwe (ook
Opera Zuid), Prova d’orchestra en Falstaff. Verder zong hij Die sieben Todsünden, Don Curzio Le nozze di Figaro, Scaramuccio Ariadne auf Naxos (Lyon), Hänschen Frühlingserwachen (Brussel, Straatsburg), Camille Die lustige Witwe (Opera Zuid), Carlo Der Turm (Luxemburg), Shon Wilmu Katibu di Shon (Nederlandse Reisopera) en Pastore/Spirito/Eco L’Orfeo (Wenen, Lyon, München). DNO-producties: Samson, Capriccio, L’Orfeo, Il ritorno d’Ulisse in patria, Adam in ballingschap, Die Soldaten, Billy Budd, Parsifal, Die Meistersinger von Nürnberg en Il viaggio a Reims BAS KUIJLENBURG (Lakai) studeerde schoolmuziek en solozang aan het Utrechts Conservatorium bij Eugénie Ditewig en Meinard Kraak. Na zijn examen in 1992 vervolgde hij zijn lessen bij Pieter van den Berg. Al snel bouwde hij een uitgebreid concert- en oratoriumrepertoire op. Hij speelde in kindervoorstellingen van Buffo Operamakers en in het internationale YO!-festival. Ook was hij Kajafas in Joop van den Endes Nederlandse versie van Jesus Christ Superstar en Abendwind in Lotte de Beers versie van Offenbachs operette Häuptling Abendwind. Bij DNO treedt hij regelmatig op als freelancer in het Koor en in ensemblerollen. Bas Kuijlenburg zong tevens Agamemnon Iphigénie en Aulide, Pietro La muette de Portici, Raimbaud Le Comte Ory en Silvio Pagliacci. Momenteel werkt hij aan de rol van Conte di Luna Il
trovatore met Opera Armida. DNO-producties: Tea (tevens in Tokio), Die Soldaten, Don Carlo, Ringetje en De speler De Nederlandse tenor JOHN VAN HALTEREN (Lakai) studeerde aan de Universiteit van Amsterdam enige tijd theater- en muziekwetenschappen naast een studie klassieke zang aan het Constantijn Huygens Conservatorium te Zwolle. Hij was te zien en te horen op het Festival Oude Muziek Utrecht, het Dollard Festival te Groningen, het Festival te Watou in België, het Euriade Festival in Aken en het Festival van Vlaanderen (Bachs Passionen). John van Halteren concerteerde in België, Duitsland en Spanje. Ook zong hij oratoria en liederen in onder meer het Concertgebouw Amsterdam. Sinds 1996 is hij vast verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. Recent werkte hij solistisch mee aan de cd (en live-opname) bij het boek Altijd piano, muziek in het leven van Hella Haasse van Haasses oudste dochter Ellen van Lelyveld. DNO-producties: Die Meistersinger von Nürnberg, Peter Grimes, Alice in Wonderland, Madama Butterfly, Rêves d’un Marco Polo, De neus, Die Gezeichneten, Hercules, Ercole amante, Roméo et Juliette, Armide en De speler NICOLAS CLEMENS (Lakai) begon op zijn zesde met viool, vier jaar later gevolgd door zang. Later stapte hij over op altviool. Tijdens de zomervakanties deed hij mee aan de jeugdoperaproducties van Muziek-
18
theater Transparant te Antwerpen: spelend leren toneel en zang. Hier zong hij zijn eerste solorollen onder leiding van Nicolas Achten. Na de zangstudie bij Connie de Jongh aan Codarts Rotterdam en enkele jaren altvioolles bij Anne Huser, volgde hij lessen bij Margreet Honig en Maarten Koningsberger. Nicolas zong bij De Nederlandse Reisopera, Het Groot Omroepkoor en het Laurens Collegium Rotterdam. Bij DNO treedt hij sinds 2012 regelmatig op als freelancer in het Koor. DNO-debuut De Britse tenor CATO FORDHAM (Kellner) studeerde aan het Northern College of Music in Manchester na te hebben gewerkt als cowboy in Colombia. Na zijn studie werd hij lid van het Monteverdi Choir and Orchestra in zijn geboortestad Londen onder leiding van Sir John Eliot Gardiner. Naast zijn werk als koorzanger vertolkte hij operarollen als Tamino Die Zauberflöte, Ferrando Così fan tutte en Jeník Prodaná nevěsta. Op het concertpodium zong hij onder meer Händels Messiah en Bachs Hohe Messe, Haydns Die Schöpfung, Die Jahreszeiten en Elijah. Cato Fordham is een ervaren liedzanger. Hij is sinds 2002 verbonden aan het Koor van de Nationale Opera. DNO-producties: Der Rosenkavalier (2004, 2011), Die Fledermaus, De legende van de onzichtbare stad Kitesj en het meisje Fevronja, Der Schatzgräber en L’amour des trois oranges
19
HARRY TEEUWEN (Kellner) studeerde aan het Sweelinck Conservatorium Amsterdam bij Kevin Smith en in Duitsland bij Hans Günter Grimm. Daarna volgde hij lessen bij David Wilson-Johnson en Peter Harrison. Hij debuteerde bij Opera Zuid in L’étoile (regie Christopher Alden) en zong bij de Vlaamse Opera in Antwerpen en Gent. Harry Teeuwen was te gast bij de ZaterdagMatinee in het Amsterdamse Concertgebouw in Die Liebe der Danae en in La fanciulla del West, als solist in Die sieben Todsünden en bij het Vlaams Radio Orkest in Gounods Faust. Hij is verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. DNO-producties: Peter Grimes, Béatrice et Bénédict, Alice in Wonderland, Dialogues des Carmélites, Madama Butterfly, Der Rosenkavalier, De neus, Rigoletto, Pagliacci, L’amour des trois oranges, Alcina, Lady Macbeth van Mtsensk, Capriccio, Hercules, Tristan und Isolde, Die Frau ohne Schatten, Armide, La Juive, La fanciulla del West, Billy Budd, L’étoile, Lohengrin (2001, 2014) en La bohème (2003, 2014) RICHARD MEIJER (Kellner) volgde zijn zangopleiding aan het Conservatorium van Maastricht. In het Stadttheater Aachen zong hij, naast musicalrollen, operarollen als Monterone Rigoletto en Ottokar Der Freischütz. Hij trad op in oratoria en liedrecitals in binnen- en buitenland, en maakte televisie- en radio-opnamen met onder anderen André Rieu. Hij dirigeert het nieuwe popkoor 2Enjoy en produceert
kindervoorstellingen met de stichting Fabulijn. Hij werkte samen met dirigenten als Elio Boncompagni, Ed Spanjaard, Marcus Bosch, Marc Minkowski, Jaap van Zweden en Sir Simon Rattle. Hij is sinds 2010 vast verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. DNO-producties: L’amour des trois oranges, Billy Budd, Der Rosenkavalier, De nachtegaal en andere fabels en Arabella HANS PIETER HERMAN (Kellner) studeerde aan het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam en de Northwestern University in Chicago. De Nederlandse bariton vertolkte rollen als Marcello La bohème, Pooh Bah The Mikado, Dr. Miracle Les contes d’Hoffmann, Il Conte di Almaviva Le nozze di Figaro, Papageno Die Zauberflöte, Le directeur Les mamelles de Tirésias, Alidor in Nicolo’s Cendrillon (o.l.v. Richard Bonynge) en HaushofmeisterAriadne auf Naxos (o.l.v. Christoph von Dohnányi). Naast operarepertoire zingt hij ook regelmatig liedrecitals en oratoria. Hans Pieter Herman trad op tijdens festivals in Chicago, Oxford, Lucca en Moskou, en in de woestijn van Qatar in Michiel Borstlaps Ibn Sina. Bij DNO treedt hij regelmatig op als freelancer in het Koor. DNO-debuut PETER ARINK (Hausknecht) studeerde bij Udo Reinemann aan het Utrechts Conservatorium. Aansluitend werd hij lid van het ensemble van de Opera Studio Nederland. In 1993 maakte hij zijn debuut als Papage-
no Die Zauberflöte (Festival d’Auvers). Hij zong in Salome (Straatsburg, Mulhouse, Lissabon) en vertolkte Schaunard La bohème, Moralés Carmen (Brussel, Lissabon, München, Keulen), Der Graf Reigen en Fiorello Il barbiere di Siviglia (Nederlandse Reisopera), Bartley Riders to the Sea (Festival Zeeuws-Vlaanderen), Collatinus The Rape of Lucretia (Opera Studio Nederland), Horemhab Akhnaten (Rotterdam Festival), Malatesta Don Pasquale (Opera Euregio), Lothario Mignon (Gelders Opera Operette Gezelschap) en Donner Rheingold (Koblenz, Duisburg). Peter Arink is verbonden aan het Koor van De Nationale Opera. DNO-producties: Tea, Die Soldaten, Don Carlo, Daphne, Die Frau ohne Schatten, La traviata, La Juive, La fanciulla del West, Les Troyens, Fidelio, Jevgeni Onjegin, De legende van de onzichtbare stad Kitesj en het meisje Fevronja, Iphigénie en Tauride, Der Schatzgräber, De speler, Lohengrin, La bohème, Macbeth en Lulu
20
NEDERLANDS PHILHARMONISCH ORKEST
Het Nederlands Philharmonisch Orkest is samen met het Nederlands Kamerorkest de vaste orkestpartner van De Nationale Opera en wordt internationaal gerekend tot de beste operaorkesten. Het Nederlands Philharmonisch Orkest verzorgt in Het Concertgebouw een veelzijdige concertprogrammering en speelt daarnaast in andere Nederlandse concertzalen en op buitenlandse podia en festivals. Het orkest verbindt artistieke excellentie met gastvrijheid voor een breed publiek en neemt in een omvangrijk programma voor educatie en talentontwikkeling verantwoordelijkheid voor de toekomst van klassieke muziek en opera. Marc Albrecht is sinds 2011 chef-dirigent van het Nederlands Philharmonisch Orkest|Nederlands Kamerorkest en van De Nationale Opera. Onder zijn leiding boekte het orkest recent groot succes in onder meer Arabella van Richard Strauss, Schönbergs Gurre-Lieder en Wagners Lohengrin. Voor de opname van de DNO-productie Der Schatzgräber ontving het Nederlands Philharmonisch Orkest onder leiding van Albrecht in 2014 een Edison. In seizoen 2015-2016 speelt het Nederlands Philharmonisch Orkest bij De Nationale Opera ook Il trovatore, Hänsel und Gretel, Chovansjtsjina en Roméo et Juliette.
21
KOOR VAN DE NATIONALE OPERA
Het Koor van de Nationale Opera is een beroepskoor waarvan de leden zich ook regelmatig solistisch laten horen. Behalve in het meer gangbare repertoire heeft het koor een aantal wereldpremières helpen realiseren. Het werd geprezen voor zijn aandeel in Schönbergs Moses und Aron (Amsterdam, Salzburg) en ontving daarvoor in 1996 de Prix d’Amis van de Vrienden van De Nationale Opera. Recente mijlpalen waren Saint François d’Assise (ook uitgevoerd bij de BBC Proms), Lady Macbeth van Mtsensk, Ercole amante, Boris Godoenov, La Juive, Les Troyens, Jevgeni Onjegin, Parsifal, Guillaume Tell, De legende van de onzichtbare stad Kitesj en het meisje Fevronja (Opera Award 2012 voor beste productie) en Faust en concerten van Der fliegende Holländer in Rotterdam, Parijs en Dortmund. Sinds 1 september 2014 is Ching-Lien Wu artistiek leider van het Koor van De Nationale Opera. Het Koor was in seizoen 14-15 zeer succesvol in Gurre-Lieder, L’étoile, Lohengrin, La bohème, Il viaggio a Reims, Die Zauberflöte, Macbeth en Benvenuto Cellini. In september zal het koor Verdi’s Requiem ten gehore brengen in Het Concertgebouw Amsterdam o.l.v. Marc Albrecht.
KINDERKOOR DE KICKERS
Kinderkoor De Kickers van Muziekschool Waterland is een van de betere kinderkoren van Nederland. Het treedt regelmatig op in binnen- en buitenland en neemt deel aan festivals. De kinderen zingen naast klassiek getint internationaal repertoire, ook eigentijdse werken van Nederlandse componisten. Het koor wordt begeleid door Tsarina Marinkova. In 2013 zong het koor op het Nationaal Opera Festival in La bohème. Bijzonder was de medewerking aan de opera Ça ira, There is Hope van Roger Waters. Met onder meer de Achtste symfonie van Mahler en Otello was het koor te gast op het Gergiev Festival. Voor het eerst hebben ook de meisjes van De Kickers afgelopen jaar meegezongen in de Matthäus Passion, waaronder die voor en met de schooljeugd in Amsterdam (Matthäus Zo, Matthäus Go). Traditiegetrouw zingen de koorkinderen in 2015 in Notenkraker en Muizenkoning van Het Nationale Ballet. Het selectiekinderkoor van Muziekschool Waterland is het vaste kinderkoor van Nationale Opera & Ballet. DNO-producties: onder andere Het sluwe vosje, Der Rosenkavalier, Billy Budd, Parsifal, Ringetje en La bohème
Emma van Baren Dorian Bellamy Larissa van den Bosch Valérie Brak Mariam Fakhri Micha Fluit Steven Fluit Cecile de Haas Tess Hali Simon Heerze Romy Helm Lot Jonk Oortman Gerlings Munira Nirhoe Marre Schumacher Claudia Veltman
22
23
NEDERLANDS PHILHARMONISCH ORKEST
Viool 1 Olga Martinova (concertmeeester) Saskia Viersen Robert Lis Sergey Arseniev Tessa Badenhoop Armand Gouder de Beauregard Anuschka Franken Hike Graafland Derk Lottman Marina Malkin Paul Reijn Henrik Svahnström Philip Dingenen Marijke van Kooten Christaan Lascae Catharina Ungvari Viool 2 David Peralta Alegre Mintje van Lier Heleen Veder Cynthia Briggs Karina Korevaar Mikail Makhtin Jos Schutjens Joanna Trzcionkowska Vanessa Damanet Sandra van Eggelen-Karres Irene Nas Lotte Reeskamp Monica Vitali Ingrid van Dingstee
Coleman Willis Altviool Janos Konrad Laura van der Stoep Odile Torenbeek Marjolein de Waart Suzanne Dijkstra Nicholas Durrant Avi Malkin Stephanie Steiner Margrietha Isings Merel van Schie Maarten Jansen Arwen van der Burg Cello Marc Vossen David Bordeleau Douw Fonda Jan Bastiaan Neven Atie Aarts Mariet van DijkSerpenti Nitzan Laster Carin Nelson Rik Otto Anjali Tanna Contrabas Luis Cabrera Martin João Seara Julien Beijer Sorin Orcinschi Peter Rikkers Marco Behtash
KOOR VAN DE NATIONALE OPERA
Dobril Popdimitrov Risto Vuolanne Fluit Hanspeter Spannring Ellen Vergunst Margreet Niks Hobo Toon Durville Rob Bouwmeester Anita Janssen Klarinet Rick Huls Leon Bosch Harrie Troquet Peter Cranen Fagot Remko Edelaar Dymphna van Dooremaal Jaap de Vries Hoorn Wouter Brouwer/ Sergei Dovgaliouk Miek Laforce Stef Jongbloed Fred Molenaar Trompet Ad Welleman Jeroen Botma Marc Speetjens
Trombone Harrie de Lange Gerard Peters Wim Hendriks Tuba David Kutz Pauken Theun van Nieuwburg Slagwerk Nando Russo Hay Beurskens (ook Bühne) Paul Lemaire Martin Baai Barry Jurjus Rob van der Sterren Harp Sandrine Chatron Miriam Overlach Celesta Jonathan Waleson
BANDA Viool 1 Vadim Tsibulevsky (concertmeester)
Viool 2 Maria Kouznetsova Altviool Maaike-Merel van Baarzel Cello Sebastian Koloski Contrabas David Murray Fluit Leon Berendse/ 5 sep Carla Meijers Liset Pennings Hobo Hans Meijer/ 5 sep Marjolein Koning Klarinet Pierre Woudenberg Koen Cuijpers Herman Draaisma/ 5 sep Monique Schippers Fagot Margreet Bongers/ 5 sep Hajime Konoe Susan Brinkhof/ 5 sep Annet Karsten
Hoorn Fokke van Heel Jose Sogorb Trompet Gertjan Loot/ 5 sep Hans van Loenen Harmonium Gerrit Hommerson Piano Kimball Huigens
Sopranen Ineke Berends Bernadette Bouthoorn Jeanneke van Buul Maria van Dongen Iris Giel Fang Fang Kong Oleksandra Lenyshyn Tomoko Makuuchi Vesna Miletic Mariëtte Oelderik Janine Scheepers Alten Anneleen Bijnen Inez Hafkamp Myra Kroese Mary de Reus Marieke Reuten Leonie van Rheden Floor van der Sluis Petra Stoute Tenoren Harrie Buijs Wim Jan van Deuveren Frank Engel Ruud Fiselier Cato Fordham John van Halteren Willem Korteling Frank Nieuwenkamp Richard Prada François Soons Jeroen de Vaal Bert Visser
Bassen Ronald Aijtink Peter Arink Nicolas Clemens Leo Geers Jeroen van Glabbeek Hans Pieter Herman Sander Heutinck Wouter Klein Bas Kuijlenburg Richard Meijer Matthijs Mesdag Wojtek Okraska Ian Spencer René Steur Harry Teeuwen
24
25
FIGURATIE
NATIONALE OPERA & BALLET
CENTRALE AFDELINGEN
Raad van Toezicht Voorzitter Jean-François van Boxmeer Else Bos Victor Halberstadt Sir Peter Jonas Barbara Leach Jos Nijhuis Bernadette Langius Pieter Maarten Feenstra Shula Rijxman Corinne Vigreux
De Nationale Opera
De Techniek Frans Huneker, directeur
Directie Algemeen directeur Els van der Plas Directeur De Nationale Opera Pierre Audi Directeur Het Nationale Ballet Ted Brandsen Adjunct-directeur Frans Huneker
Zakelijke leiding Tanja Mlaker
Dick Addens Rodrigo Alves Azevedo Pepijn Blatter Maryen van Castro Nicolas Franciscus Cobi Gerritse Willem Gomes Sabine van der Helm Paul C. Holterman Marion KuipersVerbuijs Valērija Kuzmiča Judy Lijdsman Michal Mészáros Nat Miller Bruno Morais Henning Noack Ana Portela Irene Rametta Yonatan Stakenburg Lida Straathof Jaimy Stregels Ilija Surla Marleen van Uden Nico Weggemans Sue Ann Yeoh
honden Jyukon Marley Mazzel begeleiders honden Harrie Bergmans Dave van Boxtel Bart Joosten Niklas Watkowska
Directeur Pierre Audi Chef-dirigent Marc Albrecht Artistieke zaken Jesús Iglesias Noriega, hoofd Dramaturgie Klaus Bertisch
Muziekbibliotheek Ed Versteeg, hoofd Koor Artistiek leider Ching-Lien Wu Zakelijk leider Jannie Fransman Jubileumjaar De Nationale Opera Liesbeth Kruyt, projectleider
Decoratelier Rolf Hauser, hoofd Onderhoud theatertechniek Dirk Bakker, hoofd Toneel- en belichtingsdienst Hugo van Uum, hoofd Huub Huikeshoven, hoofd a.i. Toneeldienst AVC-dienst Hans-Willem de Haan, hoofd Rekwisietendienst Erik de Haan, hoofd Facilitaire Dienst Martin Haars, hoofd/projectmanager ICT en Informatisering Wim Turksma, hoofd Kostuums, kap en grime Robby Duiveman, directeur Planning Dein Schmidt, manager
Kap- en grimeafdeling Alexander Kinds, hoofd Productie- en voorstellingsleiding Bram de Ronde, hoofd Marketing, Communicatie en Verkoop Sandra Eikelenboom, hoofd Educatie en Participatie Mechteld van Gestel, hoofd Fondsenwerving en Relatiebeheer Eline Danker, hoofd Financiën Sandra Post-van Leeuwen, financieel manager Personeel en Organisatie Edmée Stoffele, hoofd Horeca en Publieksbegeleiding Bas Schotsman, hoofd
26
STEUN DE NATIONALE OPERA
27
DE NATIONALE OPERA DANKT
SUBSIDIËNTEN
De Nationale Opera brengt al decennia bijzondere muziektheatervoorstellingen van het allerhoogste niveau. Met grote gedrevenheid en artistieke durf werken we aan producties waarin we traditie en vernieuwing samensmeden. Dat bezorgt ons al vele jaren nationale en internationale faam.
We zijn artistiek en zakelijk kerngezond en om dat te blijven, hebben we uw steun nodig. Natuurlijk door onze voorstellingen te blijven bezoeken, maar – indien mogelijk – ook door middel van een financiële bijdrage. Met uw steun kunnen wij spraakmakende producties van het allerhoogste niveau blijven maken. Voorstellingen die u verrassen, raken en inspireren! Meer weten? Voor meer informatie over de mogelijkheden, fiscale aspecten en/of het opvragen van de brochure kunt u contact opnemen met Christine Philips via
[email protected] of 020 551 8947, of kijken op operaballet.nl/operadonateurs.
SPONSOREN
OPERA & BALLET LOUNGE LEDEN ABN AMRO AkzoNobel De Nederlandsche Bank KPMG Loyens & Loeff Shell The Boston Consulting Group
PARTICULIEREN Alle OperaDonateurs en de Vrienden van DNO
VRIENDEN VAN DE NATIONALE OPERA
COLOFON
Word Vriend van De Nationale Opera en steun De Nationale Opera! De Vereniging biedt u operafilmavonden, operareizen en de exclusieve mogelijkheid tot het bijwonen van repetities. Er is een speciaal Vrienden abonnement en u krijgt vijfmaal per seizoen het Vriendenbulletin. Elk najaar verschijnt een fraai Fotojaarboek van het voorafgaande DNO-seizoen.
Redactie Emma Becker Bijdragen Emma Becker (biografieën) Klaus Bertisch (het verhaal) Jonathan Reeder (vertaling) Productie Sander van der Duin Basisontwerp Lesley Moore Opmaak Tuijtel/ Sander van der Duin Beeld Petrovsky&Ramone Druk en afwerking Tuijtel Hardinxveld-Giessendam Uitgever Nationale Opera & Ballet Postadres Postbus 16822 1001 RH Amsterdam Bezoekadres Amstel 3, Amsterdam T kassa 020 625 5455 kassa&operaballet.nl T kantoor 020 551 8117
[email protected]
Aanmelding of meer informatie:
[email protected] of 020 551 8282 (dinsdag 14.00-16.00 uur, woensdag 11.00-13.30 uur). Fidelio, Jonge Vrienden van De Nationale Opera Jonge mensen t/m 29 jaar kunnen lid worden van Fidelio, Jonge Vrienden van DNO. Voor deze leden worden speciale activiteiten georganiseerd, terwijl ook alle activiteiten en voordelen van de Vereniging Vrienden van De Nationale Opera voor hen openstaan. Voor meer informatie:
[email protected], of kijk op fidelio-opera.nl.
Opera op het witte doek Samengesteld en gepresenteerd door Paul Korenhof Richard Strauss Der Rosenkavalier Woensdag 2 september 2015 19.00 uur Filmzaal Stadhuis Verdi Il travatore Woensdag 7 oktober 2015 19.00 uur Filmzaal Stadhuis
operaballet.nl © Copyright 2015 Nationale Opera & Ballet
28
NATIONALE OPERA & BALLET AGENDA Ballet —
HANS VAN MANEN LIVE Hans van Manen Onovertroffen meesterschap 12 september – 4 oktober 2015 Opera —
IL TROVATORE
Giuseppe Verdi Spanning, liefde en bedrog 8 oktober – 1 november 2015 Ballet —
GISELLE
Marius Petipa Na internationaal succes eindelijk weer te zien in Nederland 13 oktober – 15 november 2015 Opera —
OPERA GALA 50 jaar vernieuwing 6 november 2015 Opera —
DIALOGUES DES CARMÉLITES
Francis Poulenc Meest succesvolle DNO-productie terug in Nederland 7 – 29 november 2015
Opera —
LES MAMELLES DE TIRÉSIAS
Francis Poulenc / Benjamin Britten Poulencs eerste opera 25 - 29 november 2015 Opera —
HÄNSEL UND GRETEL Engelbert Humperdinck Aangenaam griezelen 3-29 december 2015 Ballet —
NOTENKRAKER EN MUIZENKONING
Wayne Eagling en Toer van Schayk Heerlijk sprookjesballet 11 december – 1 januari 2016