Den Dolder, 2011-2015
Beleidsplan meer- en hoogbegaafde kinderen bijgesteld november 2013
1
"...Wijsheid is te weten dat uiteindelijk de kinderen zelf de weg naar de toekomst in handen hebben..."
____________________ 1
www.wijswijzer.nl
2 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Voorwoord Vanuit het gericht observeren van onze leerlingen en het blijvend willen verbeteren van de kwaliteit van ons onderwijs heeft de school ingezet om beleid te maken op meer- en hoogbegaafde kinderen om ook deze kinderen beter passend onderwijs te bieden.
3 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Algemeen Visie van de school Bij onze onderwijskundige visie staan drie aspecten centraal: Relatie samen sta je sterk, mensen waarderen je en willen met jou samenwerken om iets te bereiken. Competentie je kunt het, je krijgt door succeservaringen geloof en plezier in eigen kunnen. Autonomie onafhankelijkheid, je kunt zelf iets ondernemen zonder dat je steeds een ander nodig hebt. In ons onderwijs staan structuur in combinatie met ruimte voor het individuele kind centraal. We werken in jaarklassen en we gaan uit van gedifferentieerd methodisch gericht onderwijs, met aandacht voor het bevorderen van een zelfstandige werkhouding. Dit heeft te maken met ons streven naar een zo volledig mogelijke ontplooiing van ieder kind, waarbij we inspelen op tempo- en niveauverschillen tussen leerlingen voor zover inpasbaar binnen onze school. Naast de structuur in ons onderwijs, leggen we doorlopende leerlijnen uit en maken afspraken die door de hele school lopen. We volgen de leerlingen nauwlettend van groep 1 t/m groep 8. Door het ontwikkelen van een beleidsplan voor meer- en hoogbegaafde leerlingen en dit beleidsplan te vertalen naar de werkvloer kunnen wij deze groep kinderen in de toekomst beter voorzien in hun specifieke onderwijsbehoeften. Onze specifieke visie op onderwijs aan meer- en hoogbegaafden beleid sluit aan bij onze onderwijskundige visie. Hierbij staat het belangrijkste uitgangspunt ‘kwaliteit voor ieder kind’ en ‘accepteren van verschillen tussen leerlingen’ centraal. De grondpijlers voor deze onderwijsvisie zijn; • het bevorderen van de relatie tussen de leerlingen onderling, de leerlingen en leerkrachten en ouders • het bevorderen van competenties en autonomie van de leerlingen • het bieden van onderwijs aan meer- en hoogbegaafde leerlingen
4 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Doel Doelgroep Dit beleid is bedoeld voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. We spreken van meer- en hoogbegaafde leerlingen als de leerling op school uitzonderlijke prestaties levert of in staat moet worden geacht om uitzonderlijke prestaties te leveren. Door te kiezen voor zowel de meer- als hoogbegaafde leerlingen heeft ons beleidsplan betrekking op ongeveer 15 procent van de leerlingen van De Kameleon. Zouden wij ons beperken tot de hoogbegaafde leerlingen dan heeft ons beleidsplan ‘slechts’ betrekking op zo’n 2,5 procent. Hoogbegaafd
Meerbegaafd
-
Ongeveer 2,5 procent van totale aantal leerlingen op school
-
ongeveer 15 procent van totale aantal leerlingen per school
-
Inspanning van de leerkracht heeft betrekking op zo’n één a twee leerlingen per groep
-
inspanning van de leerkracht richt zich op zo’n vier a vijf leerlingen per groep
-
Meer isolatie van het hoogbegaafde kind en integratie is relatief klein
-
mogelijkheid tot werken in niveaugroepje en werkt sociale integratie in de hand
Uitblinkers in één vakgebied -
Het niveaugroepje wordt dan meestal met zo’n één a twee leerlingen uitgebreid (bijv. beste rekenaars voegen zich voor dit vakgebied toe aan dit niveaugroepje).
-
Voordeel is dat er op deze wijze meer tegemoet gekomen wordt aan de leerbehoefte van kinderen
Deze leerlingen • behalen hoge scores (A scores) op (alle) leervakken of bewezen hoog IQ (bij onderpresteerders) • hebben een vroege ontwikkeling • hebben een hoog werktempo • hebben weinig behoefte aan instructie • hebben weinig behoefte aan herhalings- en oefenstof • hebben een brede algemene kennis en interesse/ creatief/ origineel • hebben een hoge mate van zelfstandigheid, doorzettingsvermogen en concentratie • kunnen goed (causale) verbanden leggen • kunnen makkelijk problemen analyseren (zie bijlage 1.1 eigenschappen van het meer- en hoogbegaafde schoolkind) (zie bijlage 1.2 eigenschappen van onderpresteerders)
5 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Leerkrachten zijn op de hoogte • van het feit dat er van elke 100 leerlingen er gemiddeld 10 begaafd (IQ tussen de 120 en 130) en 2 tot 3 hoogbegaafd (IQ hoger dan 130) zijn • van het feit dat men bij kleuters nog niet van hoogbegaafdheid spreekt, maar van een ontwikkelingsvoorsprong. Kleuters ontwikkelen zich sprongsgewijs en hoogbegaafdheid is pas vanaf een jaar of 8 betrouwbaar vast te stellen • van de kenmerken en specifieke leereigenschappen van meer- en hoogbegaafde leerlingen • van de kenmerken en specifieke leereigenschappen van meer- en hoogbegaafde onderpresteerders Leerkrachten zijn op de hoogte van het feit dat bepaalde groepen (hoog)begaafde leerlingen moeilijk te herkennen zijn • onderpresteerders (omdat hun prestaties achterblijven bij wat op basis van hun capaciteiten verwacht mag worden) • meisjes -omdat zij minder competitiegericht, minder succes georiënteerd en meegaander zijn dan jongensmeisjes zijn geneigd intrinsieke gedragsproblemen te ontwikkelen (hoofdpijn, buikpijn) die weinig zeggen over het werkelijke probleem (weinig uitdaging) • leerlingen met een handicap, leer- of gedragsprobleem (omdat de (hoog)begaafdheid en de handicap/het leer- of gedragsprobleem elkaar compenseren kan het zijn dat één van beide of zelfs beide niet worden opgemerkt) • leerlingen met een andere culturele achtergrond (omdat zij opgroeien met bijvoorbeeld een andere taal of andere waarden/normen en zij daardoor minder aansluiting vinden bij het onderwijs dat gebaseerd is op de cultuur van de Nederlandse middenklasse) • leerkrachten weten en erkennen dat kinderen zich op school en thuis verschillend kunnen gedragen en niet altijd in beide situaties (hoog)begaafd gedrag tentoonspreiden
6 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Procedure voor signalering (onderzoek, resultaten en beslissen over vervolgtraject) De signaleringsfase kan op verschillende manieren plaatsvinden • door de leerling zelf • door de ouders • door de eigen leerkracht • door een andere leerkracht • door een medeleerling • door anderen binnen de school • door anderen buiten de school Bij aanmelding van een nieuwe leerling wordt er door de ouders een vragenlijst ingevuld waarin ook gevraagd wordt naar een eventuele voorsprong in de ontwikkeling van de leerling. Tevens vindt er een intakegesprek met ouders en IB’er plaats. De leerkracht meldt de leerling aan bij de intern begeleider en de leerkracht bespreekt de te nemen stappen met de intern begeleider. De IB’er stelt het zorgteam op de hoogte. Op onze school kiezen wij ervoor om met het Digitale Handelingsprotocol voor Hoogbegaafden2 van E. van Gerven en S. Drent te werken. Dit is een interactief instrument dat de leerkracht (IB en ouders) ondersteunt bij de begeleiding van meer- en hoogbegaafde leerlingen. Voor de praktijk gaat het er veelal om of er aanpassingen nodig zijn in het leerstofaanbod en begeleiding van de leerling. Het Digitaal Handelingsprotocol geeft antwoord op deze vragen. Het Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid De leerkracht en ouders vullen de signaleringslijst in in het Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid en beschrijven in 5 à 10 regels hun algemene indruk van het kind. •
Bij vermoedens van mogelijke meerbegaafdheid en/of onvoldoende of tegenstrijdige gegevens dan gaan we verder met de procedure voor diagnostiek in dit geval wordt er een vervolgtraject gestart en in overleg met de leerkracht, ouders, IB’er en kind doorgesproken en vastgesteld
•
Indien niet meerbegaafd; het traject stopt hier de leerkracht en de intern begeleider bespreken dit en communiceren dit met de ouders
2
Digitaal Handelingsprotocol Hoogbegaafdheid (DHH) van Eleonoor van Gerven en Sylvia Drent 7
Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Procedure voor diagnostiek volgens het DHH (onderzoek, resultaten en beslissen over vervolgtraject) In deze fase wordt er verder onderzoek gedaan naar het werkgedrag, de sociaal- emotionele ontwikkeling, de begaafdheid en de schoolvorderingen. I.
II. III.
Verzamelen van gegevens a. Zowel ouders als de leerkracht vullen de uitgebreide vragenlijst in (DHH). b. Doortoetsen vormt bij het verder onderzoeken een verplicht onderdeel van het diagnostisch proces. c. Vanaf groep 5 vult de leerling zelf ook een vragenlijst in. Al deze gegevens worden door de leerkracht en IB‘er ingevoerd in het DHH. Hiervoor is toestemming van de ouders nodig. Hieruit komt een voorlopige conclusie. De leerkracht en IB’er bespreken dit met de ouders. Naar aanleiding van dit gesprek komt er een definitieve conclusie en zal het eindverslag worden geschreven door de leerkracht/IB’er.
Externe deskundigheid wordt ingeschakeld bij (na inzet digitaal handelingsprotocol hoogbegaafdheid): • het vermoeden dat er naast (hoog)begaafdheid sprake is van leerproblemen • er naast mogelijke (hoog)begaafdheid sprake is van gedragsproblemen • er een verschil van inzicht bestaat tussen de school en ouders Als er een extern onderzoek(en) plaatsvindt op advies van de school zijn de kosten hiervan voor de school. In het geval dat de ouders zelf extern onderzoek wensen, maar de school hiervan geen meerwaarde ziet, zijn de kosten voor de ouders. In beide gevallen wordt er zorgvuldig en serieus met de adviezen voortvloeiend uit het onderzoek omgegaan.
8 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Procedure voor Leerlingbegeleiding Er zijn meerdere keuzes om te komen tot een juiste leerlingbegeleiding. Compacten en verrijken Leerlingen die hoge scores behalen op de methode- en niet-methodegebonden toetsen, niet genoeg uitdaging vinden in de reguliere stof, weinig behoefte hebben aan instructie, oefen- en herhalingsstof komen in aanmerking voor het compacten en verrijken van de leerstof (SLO routeboekje voor rekenen én routeboekje voor taal). Dit geldt expliciet ook voor leerlingen in groep 2. Een groot deel van de oefen- en herhalingsstof wordt dan geschrapt. Belangrijk is dat er wel gelet wordt op: • aanreiken van belangrijke stappen in het leerproces • belangrijke leerstrategieën en werkwijzen • activiteiten op tempo • automatisering • introductie van een nieuw thema. De kinderen krijgen dus naast hun gewone (‘gecompacte’) leerstof ook verrijkingsstof. Dit zijn daadwerkelijk moeilijkere en uitdagender oefeningen speciaal ontwikkeld voor de meer- en hoogbegaafde leerlingen (Levelwerk). Naast de materialen van Levelwerk, beschikken wij ook over diverse andere verrijkingsmaterialen (Zie bijlage 1.4 aanbod van verrijkingsmaterialen) Takenoverzicht Schoolniveau Signalering en diagnostiek 1.Bij hoge scores op methode gebonden- en CITO toetsen gedurende langere periodecompacten en verrijken (Levelwerk). 2. Het inzetten van het digitaal handelingsprotocol hoogbegaafdheid (DHH) opstarten als er vermoedens zijn van onderpresteren.
Wie
Leerkracht na overleg met IB
IB, groepslkr. , ouders en kind.
Bouwniveau Signalering en diagnostiek I. Tijdens bouwvergaderingen wordt item ‘zorg’ altijd geagendeerd en worden ook ‘deze’ leerlingen besproken. II. Leerkracht brengt zelf leerling(en) ter sprake. III.Voor de collega’s in de bouw is duidelijk welke benadering bij elk kind past (strategieën, sociaal/emotioneel).
Wie
Boco3 Communiceert dit met de IB Lkr. Lkr.
Leerkracht niveau Signalering en diagnostiek A. Kinderen die compacten/verrijken of werken met uitdagender opdrachten/materialen krijgen minimaal één keer per week instructie/ feedback aan de instructietafel. B. Groepsleerkracht bekijkt samen met IB de groepsplannen en overzichten. C. Tijdens bouwvergaderingen wordt item ‘zorg’ altijd geagendeerd en worden ook ‘deze’ leerlingen
Wie
Groepslkr. en lln.
Lkr. en IB
Boco’s en groepslkr.
9 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
besproken. D. Leerkracht en IB communiceren het aangepaste programma naar ouders/verzorgers, leerling en stellen bij vermoedens van mogelijke hoogbegaafdheid route DHH voor (DHH). E. Het inzetten van het digitaal handelingsprotocol hoogbegaafdheid.
Schoolniveau Leerlingbegeleiding Uitvoering 1.Plan van handelen wordt vastgelegd in groepsplan in Parnassys. 2. De groepsleerkracht vermeldt op het rapport als kinderen compacten / verrijken of werken met uitdagender materialen. 3.Leerling bewaart zelf werk in portfolio. 4.Leerling werkt één keer per week op het leerplein vanuit de groepsoverstijgende visie. 5.Het leerplein4 is bedoeld voor: -meer / hoogbegaafde leerlingen. De leerlingen werken compact methodisch en werken daarnaast met materialen van Levelwerk. De uitblinkers in één vakgebied werken in dat vakgebied methodisch volgens de SLO
Wie
Bouwniveau
Groepsleerkracht
Leerlingbegeleiding Uitvoering I. Inventariseren behoefte scholing.
Groepsleerkracht
Leerling (en leerkrachten) Leerpleinleerkracht / stagiaires
Werkgroep bestaande uit leerkrachten en leerlingen. (materialen aanvullen/ controleren).
Wie
Boco’s
Leerkracht niveau Leerlingbegeleiding Uitvoering A. De groepsleerkracht brengt de leerling(en) die eventueel in aanmerking komt voor het leerplein in de bouwvergadering in. B. De groepsleerkracht overlegt met IB en communiceert uitkomst daarna met zowel de leerling als de ouders. C. Bij vermoedens van hoogbegaafdheid wordt de route DHH gevolgd groepslkr. en ouders vullen beiden de signaleringslijst in. D. De groepsleerkracht zorgt na elk blok voor een evaluatie m.b.t. Levelwerk in de klas. De leerpleinlkr. zorgt er na elk blok voor dat een evaluatie in ParnasSys komt. E. De groepslkr zorgt ervoor dat de overige administratie goed wordt vastgelegdgroepsplan en evt.
groepslkr., IB, lln, ouders
Lkr. en IB
Wie
groepslkr en IB
groepslkr, IB,
groepslkr, IB, ouders, lln.
groepslkr., leerpleinlkr.
groepslkr.
10 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
route en daarnaast met Levelwerk. 6. Deskundigheidsbevordering team.
Schoolniveau
Klankbordgroep, MT en directie
Wie
Evaluatie 1. Minimaal 4x per jaar komt de klankbordgroep bijeen. 2. Jaarlijks vindt er bijstelling van het beleidsplan plaats evalueren, aanpassen, borgen. 3. Op jaarvergadering wordt evaluatie Leerplein en beleidsplan geagendeerd.
DHH- en maakt een aparte vermelding op het rapport (v/h werk dat het kind maakt en hoe de resultaten/inzet zijn). E.Leerpleinleerkracht helpt de leerling met de opzet bij het maken van een portfolio. F. Leerpleinleerkracht draagt zorg voor evaluatie met lln. en houdt IB goed op de hoogte van de vorderingen. De groepsleerkracht houdt ouders op de hoogte van de evaluatie.
Bouwniveau
Wie
Evaluatie Klankbordgroep Klankbordgroep
I. Boco’s zorgen ervoor dat het Leerplein op bouwvergaderingen (min. 3x per jr.) besproken wordt. II. Bouwcoördinatoren koppelen bevindingen terug naar MT.
Leerkracht niveau
Leerpleinlkr
Leerpleinlkr, IB
Wie
Evaluatie Boco’s
A. Groepsleerkracht koppelt bevindingen terug naar de bouwvergaderingen, IB’er en ouders/lln.
Groepslkr.
Boco’s en MT
MT / Directie
________________________________________ 3 4
Boco= bouwcoördinator www.wijswijzer.nl
11 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Vervroegde doorstroming Vaak wordt ‘versnelling/vervroegde doorstroming’ geassocieerd met ‘een groep overslaan’. Er zijn echter ook andere vormen van versnelling/vervroegde doorstroming mogelijk. De Kameleon wil de mogelijkheid om tot versnelling te besluiten open laten, dat wil zeggen: te allen tijde wordt per individu gekeken in overleg met alle betrokkenen (ouders, kind, directie, leerkracht en IB ‘er) of versnelling wenselijk is. Hierbij heeft De Kameleon de voorkeur om twee schooljaren te comprimeren tot één schooljaar in plaats van één schooljaar ineens over te slaan (geldt voor de groepen 1 t/m 8). Wel blijkt uit onderzoeken dat vooral voor de zeer begaafde leerlingen een versnelling/vervroegde doorstroming alleen niet voldoende is en dat een aangepast programma noodzakelijk blijft! Leerplein Het leerplein op schoolniveau is bedoeld voor meer- en hoogbegaafde kinderen die zich niet voldoende uitgedaagd voelen, in die mate dat er een vorm van verveling optreedt. Het compacten/verrijken - hetgeen plaatsvindt in de eigen groep - geeft deze leerlingen niet voldoende uitdaging meer. Vanuit onze visie op onderwijs vinden wij het belangrijk dat kinderen van en met elkaar leren en dat leren ook groepsdoorbrekend plaatsvindt. Bijvoorbeeld: onderlinge samenwerking tussen twee (of meer) leeftijdsgroepen. Pedagogische handelingssuggesties Het sociaal- emotionele welbevinden van meer- en hoogbegaafde leerlingen wordt op verschillende manieren bewaakt. I. II. III. IV.
Via het LVS (PRAVOO) Het DHH geeft pedagogische handelingssuggesties aan ouders en leerkracht. De leerkracht besteedt hier in de groep zorg en aandacht aan. Wanneer blijkt dat er meer zorg nodig is, wordt bekeken of de leerling een verwijzing naar een schoolpsycholoog of school maatschappelijk werkster noodzakelijk is. Dit gebeurt in overleg met leerkracht, IB, ouders en directie.
12 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon
Uitvoering, verslaglegging en evaluatie De leerpleinleerkracht is verantwoordelijk voor de verslaglegging in Parnassys. De groepsleerkracht is verantwoordelijk voor de evaluatie van het reken- en taalwerk op papier na elk blok. Voor de verslaglegging in het DHH zijn zowel de groepsleerkracht als de IB verantwoordelijk. Wij streven ernaar dat op groepsniveau leerlingen in een groep ontwikkelingsgelijken gezet worden. Evaluatie met de ouders • op de korte termijn 6-8 weken • op lange termijn 4-6 maanden Evaluatie met de leerling • op de korte termijn wekelijks • op lange termijn 4-6 maanden Tijdens de evaluaties worden de doelstellingen (vanuit het groepshandelingsplan) besproken. Tevens wordt er gekeken wat de positieve punten en knelpunten waren bij het maken van de aanpassingen van het leerstofaanbod als bij de aanpassingen ten aanzien van de pedagogische aanpak.
13 Beleidsplan meer- en hoogbegaafdheid basisschool De Kameleon