Federaal Agentschap voor Kinderbijslag
DEMOGRAFISCHE STATISTIEKEN EERSTE HALFJAAR 2014
HALFJAARLIJKSE STATISTIEKEN NR 149
Verantwoordelijk uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen, zich wenden tot het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED), Departement Ondersteuning - Research en Financiën Trierstraat 70 - 1000 Brussel Website www.famifed.be Bijkomende exemplaren kunnen op verzoek bekomen worden Deze inlichtingen mogen gereproduceerd worden mits vermelding van de bron Dit document is louter informatief en mag niet beschouwd worden als een rechtsgeldig document.
INHOUDSOPGAVE Pagina's I. BEGRIPSBEPALINGEN
1
II. SAMENVATTENDE TABEL
9
III. STELSEL VAN DE WERKNEMERS
13
IV. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
45
V. BETALINGEN DOOR FAMIFED VOOR REKENING VAN DERDEN V.A - GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN (art. 101, al.3, 2°-4°, KBW)
53
V.B - LEERKRACHTEN V.B.1. - Tijdelijke leerkrachten (art. 101, al. 3, 7°, KBW) en vaste leerkrachten (art. 101, al. 3, 8°, KBW): totaal van de 3 Gemeenschappen
63
V.B.2. - Tijdelijke leerkrachten (art. 101, al. 3, 7°, KBW) in de Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschap
70
V.B.3. - Vaste leerkrachten (art. 101, al. 3, 8°, KBW) in de Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschap
77
V.C - PERSONEEL VAN OVERHEIDSINSTELLINGEN (art. 101, al.4, KBW)
85
V.D - OORLOGSLACHTOFFERS (Buiten het toepassingsveld van de KBW)
92
VI. BETALINGEN TEN LASTE VAN HET GLOBAAL BEHEER
99
CATEGORIEËN VAN BEHARTENSWAARDIGE PERSONEN (huispersoneel, grensarbeiders,…) (art. 102, KBW) VII. DOCUMENTATIE VII.A - BAREMA'S VII.A.1. - Kinderbijslag voor werknemers van kracht op 1 december 2012 VII.A.2. - Gewaarborgde Gezinsbijslag van kracht op 1 december 2012 VII.B - INDEXCIJFER VAN DE CONSUMPTIEPRIJZEN
107 110 112
BEGRIPSBEPALINGEN
BEGRIPSBEPALINGEN
1
STELSEL VAN WERKNEMERS Aangesloten werkgevers Werkgevers die verzekeringsplichtig zijn volgens de Kinderbijslagwet, moeten zich aansluiten bij een kinderbijslagfonds. Is verzekeringsplichtig, al wie - hetzij in een industriële, een handels-, een landbouw of een andere onderneming, hetzij in de uitoefening van een beroep, hetzij op een andere manier - één of meer personen tewerkstelt, zonder onderscheid naar leeftijd of geslacht.
Verzekeringsplichtige werknemers Vallen onder de kinderbijslagregeling voor werknemers:
- werknemers die verzekeringsplichtig zijn t.a.v. de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) voor de sector van de kinderbijslag; - werknemers die niet verzekeringsplichtig zijn t.a.v. de sociale zekerheid, maar wel ten opzichte van de kinderbijslagregeling voor werknemers en voor wie hoofdelijke bijdragen verschuldigd zijn.
Hoofdelijke bijdragen Elke werkgever die personeel in dienst heeft dat niet verzekeringsplichtig is t.a.v. de sociale zekerheid, maar wel t.a.v. de kinderbijslagregeling, moet voor die werknemers bijdragen betalen aan het kinderbijslagfonds waarbij hij aangesloten is. Die bijdragen worden niet berekend op het loon, maar op het aantal gewerkte dagen. Sinds 1 januari 1999 is dit systeem enkel nog van toepassing op het personeel dat al in dienst was vóór die datum. De werknemers die na die datum aangeworven werden door de betrokken werkgevers (NMBS, universiteiten, ...), zijn verzekeringsplichtig t.a.v. de sociale zekerheid.
Nationale verdeling De kinderbijslag gefinancierd door de socialezekerheidsbijdragen van de werkgevers die verzekeringsplichtig zijn ten aanzien van de sociale zekerheid en de hoofdelijke bijdragen van de werkgevers die niet onder de sociale zekerheid vallen. Het gaat zowel om de kinderbijslag uitgekeerd in het werknemersstelsel als om de kinderbijslag uitbetaald in het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag (zie hierna): twee verschillende stelsels met eenzelfde financiering.
GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Residuair stelsel van kinderbijslag voor gezinnen die in geen enkel ander stelsel recht hebben op kinderbijslag en van wie het inkomen bepaalde plafonds niet overschrijdt. De inkomsten van dit stelsel komen van de Nationale Verdeling (zie hiervoor). Het zijn dus de bijdragen voor het werknemersstelsel die het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag financieren.
30.06.2014
BEGRIPSBEPALINGEN
2
BETALING DOOR DE RKW VOOR DERDEN Buiten zijn taken in het werknemersstelsel en het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag, betaalt FAMIFED ook de kinderbijslag voor de werknemers van overheidsinstellingen. Het gaat om: o
o
Gewezen ambtenaren van de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten en sommige overheidsinstellingen (art. 101, 3, 2 -4 , KBW) o
o
Artikel 101, 3de lid, 2 tot 4 , van de Kinderbijslagwet belast FAMIFED met de uitbetaling van de kinderbijslag, het kraamgeld en de adoptiepremie, onder dezelfde voorwaarden als de kinderbijslagfondsen: 1) aan de zieke of gepensioneerde gewezen ambtenaren van de Staat, de Gemeenschappen of de Gewesten, Belgacom, De Post, Biac, Belgocontrol en de overheidsinstellingen die zich bij FAMIFED hebben aangesloten;
2) aan de wezen die recht hebben op kinderbijslag ten laste van de Staat, de Gemeenschappen of de Gewesten, de autonome overheidsbedrijven en de overheidsinstellingen bedoeld onder 1; 3) aan de kinderen die recht geven op kinderbijslag uit hoofde van een weduwe van een gewezen ambtenaar die een overlevingspensioen geniet wegens de beroepsactiviteit van de overleden echtgenoot, indien verschuldigd door de Staat, de Gemeenschappen of de Gewesten, de autonome overheidsbedrijven of de overheidsinstellingen bedoeld onder 1, conform art. 56quater. Ook de gewezen ambtenaren, hun weduwen en de wezen van ambtenaren van sommige autonome overheidsbedrijven, die vroeger deel uitmaakten van de Staatsadministraties, worden door FAMIFED onder dezelfde voorwaarden uitbetaald.
De uitgekeerde kinderbijslag krijgt FAMIFED terugbetaald door de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de autonome overheidsbedrijven of overheidsinstellingen bedoeld onder 1, conform artikel 111 van de Kinderbijslagwet.
Tijdelijke leerkrachten (art. 101, al. 3, 7o, KBW) o
Artikel 101, 3de lid, 7 , van de Kinderbijslagwet belast FAMIFED vanaf 1 april 1990 met de betaling van de kinderbijslag, het kraamgeld en de adoptiepremie, onder dezelfde voorwaarden als de kinderbijslagfondsen, aan de tijdelijke leerkrachten en het tijdelijke personeel van het onderwijs, ingericht of gesubsidieerd door de Gemeenschappen. De Gemeenschappen betalen de kinderbijslag voor de eerste drie kwartalen terug aan FAMIFED. Het vierde kwartaal is ten laste van de Nationale Verdeling (de tijdelijke leerkrachten worden beschouwd als al dan niet vergoede werklozen in de loop van de maand augustus, de referentiemaand voor de betalingen van het vierde kwartaal volgens de trimestrialiseringsregels).
Vaste leerkrachten (art. 101, al. 3, 8o, KBW) o
Artikel 101, 3de lid, 8 , van de Kinderbijslagwet verruimt de bevoegdheid van FAMIFED tot de betaling van de gezinsuitkeringen aan alle categorieën vast personeel van de onderwijsinstellingen, ingericht of gesubsidieerd door de Gemeenschappen. Sinds september 1993 betaalt FAMIFED kinderbijslag aan de leerkrachten van de Vlaamse Gemeenschap. Sinds 1 mei 1995 is FAMIFED ook bevoegd voor de betaling van kinderbijslag aan de vaste leerkrachten van de Franse en de Duitstalige Gemeenschap en dat ten laste van die gemeenschappen.
30.06.2014
BEGRIPSBEPALINGEN
3
Personeel van overheidsinstellingen (art. 101, 4, KBW) Artikel 101, 4de lid, van de Kinderbijslagwet machtigt FAMIFED om de kinderbijslag te betalen aan het vast personeel van de werkgevers uit de openbare sector. De instellingen storten de betaalde uitkeringen terug aan FAMIFED. Sinds 1 april 2007 zijn de overheidsinstellingen, die zelf de kinderbijslag betalen aan hun vast personeel, verplicht om hun dossiers te integreren in het 'Kadaster van de kinderbijslag', dat beheerd wordt door FAMIFED 1. De werkgevers die deze verplichting niet nakomen, moeten vanaf 1 oktober 2008 hun kinderbijslagdossiers overdragen aan de Rijksdienst, die dan bevoegd zal zijn voor het betalen van de kinderbijslag aan de betrokken werknemers2.
Oorlogsslachtoffers Buiten het toepassingsveld van de Kinderbijslagwet, is FAMIFED belast met het betalen van de kinderbijslag voor de invaliden en de wezen van de oorlog van 1940-1945 en de slachtoffers van bepaalde feiten die zich voordeden in Congo, Rwanda en Burundi. De kinderbijslag wordt teruggestort door de FOD Sociale Zekerheid of door de FOD Financiën.
BETALINGEN TEN LASTE VAN HET GLOBAAL BEHEER Volgens artikel 102 van de Kinderbijslagwet keert FAMIFED kinderbijslag uit aan sommige categorieën van behartigenswaardige personen die geen aanspraak kunnen maken op kinderbijslag op een andere basis: huispersoneel, grensarbeiders, gezinnen van verdwenen kinderen, ... Het is de koning die deze categorieën vastlegt op voorstel van het Beheerscomité van de RKW. Vóór 1 januari 1997 werden deze uitkeringen gefinancierd door het Reservefonds van FAMIFED. Sindsdien neemt het globaal beheer de financiering op zich. Onder "globaal beheer" verstaat men het geheel aan inkomsten van de sociale zekerheid, buiten de eigen inkomsten van de verschillende sectoren. Het gaat om het financieringssysteem ingevoerd door de wet van 30 maart 1994 en van kracht sinds 1 januari 1995. Volgens dat systeem worden de inkomsten van de sociale zekerheid niet langer op voorhand vastgelegd voor alle sectoren, maar jaarlijks herverdeeld volgens de behoeften van elke sector. Het globaal beheer financiert grotendeels alle gezinsuitkeringen die niet betaald worden voor de rekening van derde overheidsinstellingen. Een klein gedeelte wordt gefinancierd door hoofdelijke bijdragen.
1 2
Programmawet van 20 juli 2006, Belgisch Staatsblad van 28 juli 2006. Programmawet van 27 april 2007, Belgisch Staatsblad van 08 mei 2007.
30.06.2014
BEGRIPSBEPALINGEN
4
ALGEMENE BEGRIPPEN Enkele begrippen die gelden voor alle bovengenoemde stelsels en gezinsuitkeringen:
Rechthebbenden op kinderbijslag De rechthebbende is de persoon die het recht op kinderbijslag opent. Eenzelfde rechthebbende kan die hoedanigheid hebben voor kinderen uit verschillende bijslagtrekkende gezinnen.
Er bestaan verschillende categorieën van rechthebbenden: - Met relatie tot arbeid: a) de actieve werknemer; b) de gelijkgestelde werknemer: bepaalde situaties worden "gelijkgesteld" met arbeidsprestaties: staking, legerdienst, jaarlijkse vakantie, niet-gepresteerde dagen waarvoor een loon betaald wordt, ...; c) de werknemer getroffen door ziekte of ongeval; d) de gepensioneerde werknemer; e) de werkloze werknemer; f) de werknemer in loopbaanonderbreking; g) de wees van een werknemer; h) de weduwe van een actieve of gelijkgestelde werknemer; i) de gedetineerde; j) de verlaten echtgeno(o)t(e). - Zonder relatie tot arbeid: a) de persoon met een handicap (voor zijn kinderen); b) de student, de leerling, de werkzoekende (voor zijn kinderen); c) de persoon met een handicap (voor zichzelf).
Bijslagtrekkende gezinnen De bijslagtrekkende gezinnen zijn die gezinnen waaraan de kinderbijslag effectief wordt uitbetaald. De kinderbijslag wordt betaald aan de persoon die het kind opvoedt. Dat is normalerwijs de moeder of de natuurlijke persoon of rechtspersoon die haar rol vervult. De kinderbijslag kan uitgekeerd worden aan het kind zelf als het gehuwd is, ontvoogd is, de leeftijd van 16 jaar bereikt heeft en gedomicilieerd is op een ander adres dan zijn ouders, of als het zelf bijslagtrekkende is.
30.06.2014
BEGRIPSBEPALINGEN
5
Kinderbijslagschalen Alle rechtgevende kinderen ontvangen een basisbedrag (artikel 40, KBW), dat varieert naargelang de rang. Aan dat basisbedrag kan een sociale toeslag toegevoegd worden indien de rechthebbende werkloos, gepensioneerd of invalide is en de voorwaarden vervult om beschouwd te worden als rechthebbende met personen ten laste. De eenoudergezinnen, waarbij de beroeps- of vervangingsinkomens een bepaalde grens niet overstijgen, ontvangen eveneens een toeslag voor eenoudergezinnen (zie pagina 6). Dit geldt zowel voor diegenen die enkel een basisbijslag ontvangen, als voor diegenen die een sociale toeslag verkrijgen, Er bestaat bovendien een specifiek bedrag voor bepaalde weeskinderen: de verhoogde wezenbijslag. Onder "Gewone schaal" verstaat men het basisbedrag zonder enige sociale toeslag. In deze gewone schaal zijn evenwel de rechtgevenden op een toeslag voor eenoudergezinnen (die een basisbijslag ontvangen, maar geen sociale toeslag) inbegrepen, alsook de kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening die een bijkomende bijslag ontvangen voor hun handicap (zie pagina 7). Als er aan het basisbedrag een sociale toeslag wordt toegevoegd of als het de specifieke bijslag voor wezen betreft, spreekt men van "Verhoogde schaal".
Gewone schaal De gewone schaal wordt toegekend aan: -
kinderen van actieve werknemers en van tijdelijke werklozen; wezen waarvan de overlevende ouder hertrouwd is of een feitelijk gezin vormt; kinderen van volledige werklozen, tijdens de eerste zes maanden werkloosheid; kinderen van arbeidsongeschikten, tijdens de eerste zes maanden arbeidsongeschiktheid; kinderen van gepensioneerden, volledig werklozen vanaf de zevende maand werkloosheid, invaliden en arbeidsongeschikten vanaf de zevende maand arbeidsongeschiktheid als het gezinsinkomen van het gezin waar de kinderen worden opgevoed, het toegelaten plafond (afhankelijk van de gezinssituatie) overschrijdt.
Verhoogde schalen Er bestaan drie categorieën van verhoogde schalen: 1) de verhoogde schalen van artikel 50bis, KBW: voor wezen waarvan de overlevende ouder niet hertrouwd is of geen feitelijk gezin vormt; 2) de verhoogde schalen van artikel 50ter, KBW: voor kinderen van invaliden of arbeidsongeschikte werknemers vanaf de zevende maand van de arbeidsongeschiktheid als het gezinsinkomen van het gezin waar de kinderen worden opgevoed, het toegelaten plafond (afhankelijk van de gezinssituatie) niet overschrijdt; 3) de verhoogde schalen van artikel 42bis, KBW: voor kinderen van gepensioneerden of volledig werklozen vanaf de zevende maand werkloosheid als het gezinsinkomen van het gezin waar de kinderen worden opgevoed, het toegelaten plafond (afhankelijk van de gezinssituatie) niet overschrijdt. Sinds 1 januari 2007, wordt in geval van werkhervatting en op voorwaarde dat de inkomsten het toegelaten plafond niet overschrijden, het recht op de verhoogde schaal voor de duur van 8 kwartalen gehandhaafd.
Rechtgevenden op een verhoogde schaal kunnen ook een supplement voor eenoudergezinnen ontvangen vanaf de derde rang (zie pagina 6). In onze statistieken worden zij niet afzonderlijk weergegeven en worden ze geïntegreerd in de effectieven van de verhoogde schalen. Hetzelfde geldt voor de kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening die een bijkomende bijslag ontvangen voor hun handicap (zie pagina 7).
30.06.2014
BEGRIPSBEPALINGEN
6
Toeslag voor eenoudergezin Sinds 1 mei 2007, genieten de eenoudergezinnen van wie de inkomsten de toegelaten plafonds niet overschrijden, van een toeslag per rechtgevend kind. Dit supplement wordt echter slechts vanaf het derde kind toegekend aan de gezinnen welke reeds verhoogde schalen ontvangen. Vanaf 1 oktober 2008 hebben meer eenoudergezinnen recht op een toeslag op de kinderbijslag. Niet alleen werd de toegelaten inkomensgrens opgetrokken. Ook het bedrag van de eenoudertoeslag voor het eerste en tweede kind werd verhoogd.
Rechtgevende kinderen Het kind waarvoor kinderbijslag uitgekeerd wordt, wordt het rechtgevend kind genoemd. Iedere werknemer heeft recht op kinderbijslag voor: 1) de eigen kinderen, de eigen kinderen van zijn echtgenote en de gemeenschappelijke kinderen; 2) de kinderen die door hem of zijn echtgenote geadopteerd zijn of gewettigd door adoptie of van wie hij of zijn echtgenote de pleegvoogd is; 3) de kleinkinderen of achterkleinkinderen, neven en nichten die minstens drie maanden deel uitmaken van zijn gezin; 4) de broers of zussen die deel uitmaken van het gezin, op voorwaarde dat zij geen kinderbijslag genieten in de zelfstandigenregeling of volgens een Belgische of buitenlandse bepaling; 5) de broers of zussen die geen deel uitmaken van het gezin en nog geen kinderbijslag genieten volgens een Belgische of buitenlandse bepaling; 6) de kinderen van de persoon met wie hij een feitelijk gezin vormt en de kinderen van de ex-echtgenoot die deel uitmaken van het gezin; de kinderen van de persoon met wie hij wettelijk samenwoont of samenwoonde, en geen feitelijk gezin meer vormt, op voorwaarde dat die kinderen tot zijn gezin behoren; 7) de kinderen die in zijn gezin geplaatst zijn ten laste of door bemiddeling van een openbare overheid; 8) de kinderen die deel uitmaken van het gezin en over wie hijzelf, zijn echtgenote of de persoon met wie hij een feitelijk gezin vormt het ouderlijke gezag heeft door een vonnis van de jeugdrechtbank.
De Minister van Sociale Zaken kan in (categorieën van) behartigenswaardige gevallen stellen dat een werknemer recht heeft op kinderbijslag voor kinderen die deel uitmaken van zijn gezin. Sinds 16 juli 2007 kan, in bepaalde gevallen, de afwijking toegekend worden op eenvoudige vraag of automatisch door het kinderbijslagfonds. Er is in principe geen kinderbijslag verschuldigd voor kinderen opgevoed buiten het Rijk. Maar in toepassing van Europese verordeningen, bilaterale overeenkomsten of afwijkingen kan toch kinderbijslag worden uitbetaald onder welbepaalde voorwaarden.
Studenten Kinderen van 18 tot en met 24 jaar die verder dagonderwijs volgen, stage lopen of een eindverhandeling schrijven.
Werkzoekenden Kinderen van 18 tot en met 24 jaar die ingeschreven zijn als werkzoekende en hun studies of leertijd beëindigd hebben.
Leerjongens/-meisjes Kinderen van 18 tot en met 24 jaar die een leerovereenkomst of leerverbintenis hebben gesloten, die erkend is en gecontroleerd wordt door een bevoegde overheid.
30.06.2014
BEGRIPSBEPALINGEN
7
Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening (art. 47, KBW) In het oude systeem dat nog steeds van kracht is gaat het om kinderen met een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minimum 66% die tot de leeftijd van 21 jaar op één van de bijkomende bijslagen voorzien in artikel 47, KBW aanspraak maken. De erkenning van de aandoening wordt toegekend door de medische dienst van de FOD Sociale Zekerheid.
De bijkomende bijslag is afhankelijk van de zelfredzaamheidsgraad van het kind die bepaald wordt door een schaal van 0 tot 9 punten in functie van 6 functionele categorieën. De bijkomende bijslag is progressief vanaf 0 punten, 4 punten en 7 punten. Vanaf 1 mei 2003 is er een nieuwe regeling van kracht voor de kinderen die geboren zijn na 1 januari 1996. Vanaf 1 januari 2007 is deze regeling uitgebreid tot de kinderen die vanaf 1 januari 1993 geboren zijn. Vanaf 1 mei 2009 is deze nieuwe regeling ook van toepassing op kinderen geboren voor 1 januari 1993 bij een nieuwe aanvraag, een herziening van de handicap en bij een nieuwe evaluatie. De bijkomende bijslag wordt toegekend in functie van de gevolgen van de aandoening gemeten volgens drie pijlers: de lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid (pijler 1), de activiteit en de participatie van het kind (pijler 2) en de gevolgen voor de familiale omgeving (pijler 3). De evaluatie gebeurt op een schaal van 0 tot 36 punten. Het kind moet voor de 1e pijler minstens 4 punten hebben ofwel minstens 6 punten voor de drie pijlers samen. De bijkomende bijslag is progressief vanaf 4, 6, 9, 12, 15, 18 en meer dan 20 punten. Bij de 6 tot 8 en de 9 tot 11 punten is de bijkomende bijslag aanzienlijk lager indien het minimum van 4 punten niet behaald wordt in pijler 1. De bijkomende bijslag ten gunste van het rechtgevend kind met een aandoening is niet langer verschuldigd als het rechtgevend kind een activiteit uitoefent waardoor het verzekeringsplichtig wordt t.a.v. een van de sociale zekerheidsregelingen, behalve als het tewerkgesteld is in een beschutte werkplaats of een leerovereenkomst gesloten heeft.
Gehandicapte kinderen ouder dan 25 jaar De personen met een handicap die geboren zijn vóór 1 juli 1966 en erkend zijn als volledig arbeidsongeschikt of tewerkgesteld zijn in een beschutte werkplaats ontvangen de gewone schaal.
Geplaatste kinderen (art. 70 en 70ter, KBW) De kinderbijslag verschuldigd ten behoeve van een kind dat door bemiddeling of ten laste van een openbare overheid geplaatst is in een instelling, wordt betaald ten belope van:
2/3 aan de instelling of aan de plaatsingsoverheid, in toepassing van de regelgeving met betrekking tot de jeugdbescherming;
1/3 aan de persoon die de bijslagtrekkende was vóór de plaatsing.
Als de plaatsing een maatregel inzake jeugdbescherming is, beslist de jeugdrechter of de overheid over het overige derde. Ze kunnen aan dat derde een andere bestemming geven, bijvoorbeeld een storting op een spaarrekening of een uitbetaling aan een bijzondere voogd. Wanneer een kind bij een particulier geplaatst is, wordt de kinderbijslag in haar geheel betaald aan het opvanggezin. Sinds 1 januari 2003, wordt ook een forfaitaire bijslag betaald aan de persoon die het kind opvoedde vóór de plaatsing, zolang die nauw contact onderhoudt met het kind.
Jaarlijkse bijslag Sinds het schooljaar 2006-2007 wordt voor kinderen van 6 tot 17 jaar een jaarlijkse bijslag betaald. Deze maatregel werd uitgebreid voor de jongeren van 18 tot 24 jaar in 2008 en voor de kinderen van 0 tot 5 jaar in 2009. De kinderen van minder dan 1 jaar moeten geboren zijn vóór 1 juli om van een bijslag te kunnen genieten. De bijslag wordt gestort in de maand augustus tezamen met verschuldigde kinderbijslag voor de maand juli.
30.06.2014
SAMENVATTENDE TABEL
SAMENVATTENDE TABEL
9
VERDELING VAN DE RECHTHEBBENDEN, DE BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN DE RECHTGEVENDE KINDEREN VOLGENS HET STELSEL TOESTAND OP 30 JUNI 2014 RECHTHEBBENDEN WERKNEMERS waarvan Kinderbijslagfondsen FAMIFED
1.155.969 993.136 162.833
GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG VOOR REKENING VAN DERDEN waarvan Gewezen ambtenaren van de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten of van sommige autonome openbare instellingen en bedrijven (art. 101, al. 3, 2°-4°, KBW) Vlaamse Gemeenschap Tijdelijke leerkrachten (art. 101, al. 3, 7°, KBW) Vaste leerkrachten (art. 101, al. 3, 8°, KBW) Franstalige Gemeenschap Tijdelijke leerkrachten (art. 101, al. 3, 7°, KBW) Vaste leerkrachten (art. 101, al. 3, 8°, KBW) Duitstalige Gemeenschap Tijdelijke leerkrachten (art. 101, al. 3, 7°, KBW) Vaste leerkrachten (art. 101, al. 3, 8°, KBW) Personeel van overheidsinstellingen (art. 101, al. 4, KBW) Oorlogsslachtoffers (buiten de KBW)
RECHTGEVENDE KINDEREN
1.198.380 1.029.115 169.265
2.063.025 1.772.032 290.993
7.991
8.037
17.253
112.540
114.953
200.127
10.785
11.105
15.100
6.235 35.530
6.318 36.074
11.384 66.800
5.405 25.813
5.523 26.416
9.580 47.196
154 397
160 400
304 760
28.118
28.849
48.886
103
108
117
TEN LASTE VAN HET GLOBAAL BEHEER (art. 102, KBW) TOTAAL waarvan Kinderbijslagfondsen FAMIFED
BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN
1.373
1.386
1.277.873 993.136 284.737
1.772
1.322.756 1.029.115 293.641
2.282.177 1.772.032 510.145
30.06.2014
SAMENVATTENDE TABEL
10
AANTAL BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN BIJ FAMIFED EN DE KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL VAN DE STELSELS
1.772.032
BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN
1.029.115
510.145
293.641
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED
30.06.2014
SAMENVATTENDE TABEL
11
290.993
AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN EN RECHTGEVENDEN BIJ FAMIFED VERDELING PER STELSEL
BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN
WERKNEMERS
VOOR REKENING VAN DERDEN
GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
1.772
1.386
17.253
8.037
114.953
169.265
200.127
RECHTGEVENDE KINDEREN
GLOBAAL BEHEER
30.06.2014
WERKNEMERS
III. STELSEL VAN WERKNEMERS Tabellen A. Aangesloten werkgevers 1. Aantal aangeslotenen, ingeschreven op de laatste dag van het semester 2. Aantal aangeslotenen die werknemers tewerkstellen die niet onder de sociale zekerheid ressorteren
Pagina's 14 14
B. Werknemers die niet verzekeringsplichtig zijn ten aanzien van de sociale zekerheid 1. Werknemers in dienst op de laatste dag van het semester 2. Aantal maandelijkse forfaitaire hoofdelijke bijdragen in de loop van het semester
C. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
14 14
15
D. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling per categorie van het recht en volgens het aantal kinderen in het gezin 1. Totaal van het stelsel 2. Totaal van de kinderbijslagfondsen 3. FAMIFED (NMBS inbegrepen)
17 19 20
E. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep 1. Totaal van het stelsel 2. Totaal van de kinderbijslagfondsen 3. FAMIFED (NMBS inbegrepen)
F. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang (14 tabellen: 1 tabel per categorie + totalen)
21 23 25
26 tot 39
G. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW) 1. Oud systeem (Verdeling volgens de zelfredzaamheid) 2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) van kracht sedert 1 mei 2003 3. Totaal van de twee systemen
40 40 40
H. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2012
41 41
I. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
42 42
J. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW) 2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW) Grafieken - Aantal bijslagtrekkende gezinnen en rechtgevende kinderen bij FAMIFED en de kinderbijslagfondsen in het stelsel van de werknemers - Het percentage bijslagtrekkenden per categorie - Vergelijking van FAMIFED en de kinderbijslagfondsen met de Nationale Verdeling - Het percentage rechtgevende kinderen per schaal - Vergelijking van FAMIFED en de kinderbijslagfondsen met de Nationale Verdeling - Het percentage rechtgevende kinderen per leeftijdsgroep - Vergelijking van FAMIFED en de kinderbijslagfondsen met de Nationale Verdeling
43 43 16 18 22 24
Opmerkingen 1. Sommige werknemers die niet verzekeringsplichtig zijn t.a.v. de sociale zekerheid zijn dat wel t.a.v. de Kinderbijslagwet voor werknemers. Hun werkgever moet voor hen zogenaamde "hoofdelijke" bijdragen betalen aan het kinderbijslagfonds waarbij hij aangesloten is. Sinds 1 januari 1999 is dit systeem enkel nog van toepassing voor het personeel dat reeds in dienst was vóór die datum. De werknemers die na die datum aangeworven zijn door de betrokken werkgevers (voornamelijk de NMBS en de universiteiten) zijn verzekeringsplichtig t.a.v. de sociale zekerheid. 2. De kinderbijslag in het werknemersstelsel wordt gefinancierd door de "Nationale Verdeling", zijnde het geheel aan socialezekerheidsbijdragen van de werkgevers die verzekeringsplichtig zijn t.a.v. de sociale zekerheid en de hoofdelijke bijdragen van de werkgevers die niet onder de sociale zekerheid vallen. 3. In de cijfers van FAMIFED zitten ook die van de NMBS dat aangesloten is bij FAMIFED. 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
14
A. AANGESLOTEN WERKGEVERS (1ste semester 2014) A 1. AANTAL AANGESLOTENEN, INGESCHREVEN OP DE LAATSTE DAG VAN HET SEMESTER TOTAAL STELSEL
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
190.397
190.397
43.377
A 2. AANTAL AANGESLOTENEN DIE WERKNEMERS TEWERKSTELLEN DIE NIET ONDER DE SOCIALE ZEKERHEID, MAAR ONDER DE KINDERBIJSLAGWET VOOR WERKNEMERS RESSORTEREN TOTAAL STELSEL
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
12
8
4
B. WERKNEMERS DIE NIET VERZEKERINGSPLICHTIG ZIJN TEN AANZIEN VAN DE SOCIALE ZEKERHEID (1ste semester 2014) Nog niet beschikbaar
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
15
C. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN
AANTAL KINDEREN
TOTAAL STELSEL
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
1
522.083
442.983
79.100
2
436.290
382.519
53.771
3
144.068
123.736
20.332
4
38.956
32.307
6.649
5
9.914
7.993
1.921
6
3.018
2.377
641
7
990
759
231
8
372
273
99
9
154
107
47
10
65
46
19
11
33
21
12
12
8
7
1
13
11
4
7
14
1
1
-
15
2
1
1
16
2
2
-
17 en +
2
-
2
TOTAAL
1.155.969
993.136
162.833
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
16
AANTAL BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN BIJ FAMIFED EN DE KINDERBIJSLAGFONDSEN IN HET STELSEL VAN DE WERKNEMERS 1.772.032 BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN
1.029.115
290.993 169.265
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
17
D. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN 1° TOTAAL VAN HET STELSEL GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL
ARTIKEL 40, KBW AANTAL KINDEREN
Arbeidsprestaties en tijdelijke werklozen
Wezen
ARTIKEL 42bis, KBW TOTAAL GEWONE SCHAAL
Volledig werklozen van minder dan 6 maanden
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden
Gepensioneerden
Invaliden
Toeslag art. Gepensio42bis neerden werklozen art. 42bis (1)
TOTAAL TOESLAG ARTIKEL VERARTIKEL 50bis, KBW HOOGDE 50ter, KBW SCHAAL (2) wezen
Totaal schaal 42bis
ALGEMEEN TOTAAL
1
393.395
15.927
12.112
35.090
6.374
20.285
483.183
47.458
3.376
50.834
31.083
15.398
97.315
580.498
2
345.116
1.414
7.035
19.584
1.217
10.211
384.577
27.768
976
28.744
16.290
5.640
50.674
435.251
3
100.047
320
2.489
7.054
266
3.252
113.428
13.246
328
13.574
7.442
1.424
22.440
135.868
4
21.990
62
737
2.169
76
952
25.986
5.361
118
5.479
3.082
333
8.894
34.880
5
4.404
15
180
590
14
245
5.448
1.741
34
1.775
1.044
84
2.903
8.351
6
1.108
2
51
205
6
75
1.447
538
18
556
352
12
920
2.367
7
285
-
24
55
3
22
389
193
10
203
114
4
321
710
8
112
-
9
23
-
6
150
65
-
65
44
4
113
263
9
42
2
4
14
-
2
64
31
1
32
19
-
51
115
10
21
-
4
4
-
-
29
5
-
5
6
-
11
40
11
12
-
-
1
-
1
14
4
-
4
4
-
8
22
12
3
-
-
-
-
-
3
1
-
1
1
-
2
5
13
3
-
-
1
-
-
4
2
-
2
1
-
3
7
14
-
-
-
-
-
-
-
1
-
1
2
-
3
3
15
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
16
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
17 en +
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
TOTAAL
866.538
17.742
22.645
64.790
7.956
35.051
1.014.722
96.414
4.861
101.275
59.484
22.899
183.658
1.198.380
(1) Toeslag art. 42bis voor werklozen, ex-werklozen, ex-gewaarborgde (2) Toeslag art. 50ter voor invaliden, ex-invaliden
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
18
HET PERCENTAGE BIJSLAGTREKKENDEN PER CATEGORIE VERGELIJKING VAN FAMIFED EN DE KINDERBIJSLAGFONDSEN MET DE NATIONALE VERDELING FAMIFED
NATIONALE VERDELING
Arbeidsprestaties en tijdelijke werkloosheid (art. 40)
Wezen (art. 40)
Gepensioneerden (art. 40)
Invaliden (art. 40)
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden (art. 42bis)
Invaliden (art. 50ter)
1,91%
2,72%
1,78%
4,96%
10,92% Gepensioneerden (art. 42bis)
3,98%
0,41%
0,59%
0,38%
8,05%
6,71%
2,92%
3,84%
2,77%
0,66%
1,36%
16,18%
Volledig werklozen Volledig werklozen van minder dan 6 van meer dan 6 maanden maanden (art. 40) (art. 40)
0,55%
5,41%
4,51%
1,89%
3,10%
1,69%
1,48%
1,57%
1,47%
10,88%
48,85%
72,31%
76,17%
KINDERBIJSLAGFONDSEN
Wezen (art. 50bis)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
19
D. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN 2° TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL
ARTIKEL 40, KBW AANTAL KINDEREN
Arbeidsprestaties en tijdelijke werklozen
Wezen
ARTIKEL 42bis, KBW TOTAAL GEWONE SCHAAL
Volledig werklozen van minder dan 6 maanden
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden
Gepensioneerden
Invaliden
Toeslag art. Gepensio42bis neerden werklozen art. 42bis (1)
TOTAAL TOESLAG ARTIKEL VERARTIKEL 50bis, KBW HOOGDE 50ter, KBW SCHAAL (2) wezen
Totaal schaal 42bis
ALGEMEEN TOTAAL
1
353.025
13.568
9.350
25.290
4.598
16.150
421.981
34.362
2.693
37.055
21.650
12.155
70.860
492.841
2
314.656
1.197
5.437
14.215
813
8.656
344.974
19.755
762
20.517
11.296
4.643
36.456
381.430
3
90.945
258
1.865
4.864
183
2.709
100.824
9.309
268
9.577
5.017
1.157
15.751
116.575
4
19.835
50
556
1.455
49
766
22.711
3.806
87
3.893
2.001
261
6.155
28.866
5
3.972
13
129
372
9
186
4.681
1.229
29
1.258
687
67
2.012
6.693
6
999
2
29
125
3
61
1.219
371
15
386
227
9
622
1.841
7
257
-
22
32
2
18
331
134
7
141
68
4
213
544
8
96
-
6
15
-
4
121
41
-
41
30
3
74
195
9
38
2
3
6
-
-
49
19
1
20
10
-
30
79
10
19
-
3
2
-
-
24
-
-
-
3
-
3
27
11
8
-
-
1
-
1
10
2
-
2
2
-
4
14
12
3
-
-
-
-
-
3
1
-
1
-
-
1
4
13
2
-
-
1
-
-
3
1
-
1
-
-
1
4
14
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
2
-
2
2
15
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
16
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
17 en +
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
TOTAAL
783.855
15.090
17.400
46.378
5.657
28.551
896.931
69.030
3.862
72.892
40.993
18.299
132.184
1.029.115
(1) Toeslag art. 42bis voor werklozen, ex-werklozen, ex-gewaarborgde (2) Toeslag art. 50ter voor invaliden, ex-invaliden
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
20
D. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN 3° FAMIFED (NMBS inbegrepen) GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL
ARTIKEL 40, KBW AANTAL KINDEREN
Arbeidsprestaties en tijdelijke werklozen
Wezen
ARTIKEL 42bis, KBW TOTAAL GEWONE SCHAAL
Volledig werklozen van minder dan 6 maanden
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden
Gepensioneerden
Invaliden
Toeslag art. Gepensio42bis neerden werklozen art. 42bis (1)
TOTAAL TOESLAG ARTIKEL VERARTIKEL 50bis, KBW HOOGDE 50ter, KBW SCHAAL (2) wezen
Totaal schaal 42bis
ALGEMEEN TOTAAL
1
40.370
2.359
2.762
9.800
1.776
4.135
61.202
13.096
683
13.779
9.433
3.243
26.455
87.657
2
30.460
217
1.598
5.369
404
1.555
39.603
8.013
214
8.227
4.994
997
14.218
53.821
3
9.102
62
624
2.190
83
543
12.604
3.937
60
3.997
2.425
267
6.689
19.293
4
2.155
12
181
714
27
186
3.275
1.555
31
1.586
1.081
72
2.739
6.014
5
432
2
51
218
5
59
767
512
5
517
357
17
891
1.658
6
109
-
22
80
3
14
228
167
3
170
125
3
298
526
7
28
-
2
23
1
4
58
59
3
62
46
-
108
166
8
16
-
3
8
-
2
29
24
-
24
14
1
39
68
9
4
-
1
8
-
2
15
12
-
12
9
-
21
36
10
2
-
1
2
-
-
5
5
-
5
3
-
8
13
11
4
-
-
-
-
-
4
2
-
2
2
-
4
8
12
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
1
-
1
1
13
1
-
-
-
-
-
1
1
-
1
1
-
2
3
14
-
-
-
-
-
-
-
1
-
1
-
-
1
1
15
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
16
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
17 en +
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
TOTAAL
82.683
2.652
5.245
18.412
2.299
6.500
117.791
27.384
999
28.383
18.491
4.600
51.474
169.265
(1) Toeslag art. 42bis voor werklozen, ex-werklozen, ex-gewaarborgde (2) Toeslag art. 50ter voor invaliden, ex-invaliden
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
21
E. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP 1° TOTAAL VAN HET STELSEL GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL
ARTIKEL 40, KBW LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
Arbeidsprestaties en tijdelijke werklozen
Wezen
ARTIKEL 42bis, KBW TOTAAL GEWONE SCHAAL
Volledig werklozen van minder dan 6 maanden
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden
Gepensioneerden
Invaliden
Toeslag art. Gepensio42bis neerden werklozen art. 42bis (1)
TOESLAG ARTIKEL 50ter, KBW (2)
Totaal schaal 42bis
ARTIKEL TOTAAL VERHOOGDE 50bis, KBW SCHAAL wezen
ALGEMEEN TOTAAL
0-2 jaar
219.601
72
7.742
17.568
187
5.284
250.454
26.386
180
26.566
10.271
300
37.137
287.591
3-5 jaar
226.984
225
6.878
17.750
267
5.483
257.587
28.090
260
28.350
11.415
1.086
40.851
298.438
6-11 jaar
416.383
1.414
10.577
30.747
1.017
13.864
474.002
49.893
915
50.808
28.151
5.122
84.081
558.083
12-15 jaar
255.461
2.009
5.693
17.799
1.293
11.450
293.705
30.639
1.247
31.886
22.870
6.926
61.682
355.387
16-17 jaar
124.835
1.310
2.593
8.401
1.076
6.296
144.511
14.954
994
15.948
12.708
4.911
33.567
178.078
18-20 jaar
156.504
1.814
2.974
10.038
2.077
8.421
181.828
18.130
1.755
19.885
14.343
8.046
42.274
224.102
studenten
140.374
1.431
2.525
8.276
1.784
6.644
161.034
15.021
1.431
16.452
11.240
6.544
34.236
195.270
leerlingen
1.661
38
49
181
35
158
2.122
350
22
372
327
149
848
2.970
werkzoekenden
10.781
258
310
1.240
188
1.085
13.862
1.940
201
2.141
1.797
963
4.901
18.763
gehandicapten
3.688
87
90
341
70
534
4.810
819
101
920
979
390
2.289
7.099
21-24 jaar
104.092
1.213
1.659
6.686
2.593
5.075
121.318
10.313
1.790
12.103
7.369
6.443
25.915
147.233
studenten
86.992
950
1.356
5.336
2.125
3.963
100.722
8.418
1.448
9.866
5.853
5.177
20.896
121.618
leerlingen
610
13
13
67
21
60
784
109
14
123
115
68
306
1.090
16.490
250
290
1.283
447
1.052
19.812
1.786
328
2.114
1.401
1.198
4.713
24.525
werkzoekenden +25 jaar
222 TOTAAL
1.504.082
12.011 20.068
3 38.119
46 109.035
1.527 10.037
304 56.177
14.113 1.737.518
178.405
7.141
185.546
107.127
32.834
325.507
14.113 2.063.025
(1) Toeslag art. 42bis voor werklozen, ex-werklozen, ex-gewaarborgde (2) Toeslag art. 50ter voor invaliden, ex-invaliden
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
22
HET PERCENTAGE RECHTGEVENDE KINDEREN PER SCHAAL VERGELIJKING VAN FAMIFED EN DE KINDERBIJSLAGFONDSEN MET DE NATIONALE VERDELING
1,49%
2,21%
1,59%
4,12% 7,48%
5,19%
11,73%
8,99%
18,22%
86,91%
84,22% 67,84%
KINDERBIJSLAGFONDSEN GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL (art. 42 bis)
FAMIFED
NATIONALE VERDELING
VERHOOGDE SCHAAL INVALIDEN (art.50 ter)
VERHOOGDE SCHAAL WEZEN (art.50 bis)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
23
E. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP 2° TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL
ARTIKEL 40, KBW LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
Arbeidsprestaties en tijdelijke werklozen
Wezen
ARTIKEL 42bis, KBW
Volledig werklozen van minder dan 6 maanden
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden
TOTAAL GEWONE SCHAAL Gepensioneerden
Invaliden
Toeslag art. Gepensio42bis neerden werklozen art. 42bis (1)
TOESLAG ARTIKEL 50ter, KBW (2)
Totaal schaal 42bis
ARTIKEL TOTAAL VERHOOGDE 50bis, KBW SCHAAL wezen
ALGEMEEN TOTAAL
0-2 jaar
195.718
58
5.726
11.623
89
4.376
217.590
18.127
124
18.251
6.585
231
25.067
242.657
3-5 jaar
203.695
180
5.141
12.167
147
4.390
225.720
19.519
179
19.698
7.404
872
27.974
253.694
6-11 jaar
376.639
1.185
8.073
21.663
576
11.225
419.361
35.318
644
35.962
19.021
4.040
59.023
478.384
12-15 jaar
232.879
1.637
4.396
12.769
829
9.344
261.854
21.866
964
22.830
15.428
5.466
43.724
305.578
16-17 jaar
114.325
1.075
2.041
6.121
730
5.168
129.460
10.782
803
11.585
8.862
3.901
24.348
153.808
18-20 jaar
143.865
1.507
2.376
7.487
1.388
6.938
163.561
13.371
1.424
14.795
10.194
6.459
31.448
195.009
studenten
128.766
1.189
2.007
6.172
1.187
5.572
144.893
10.984
1.164
12.148
7.993
5.264
25.405
170.298
leerlingen
1.507
28
35
114
18
118
1.820
242
16
258
206
97
561
2.381
werkzoekenden
10.234
229
266
954
140
913
12.736
1.532
168
1.700
1.362
815
3.877
16.613
gehandicapten
3.358
61
68
247
43
335
4.112
613
76
689
633
283
1.605
5.717
21-24 jaar
96.278 studenten leerlingen
werkzoekenden +25 jaar
1.365
5.313
1.923
4.420
110.343
7.895
1.524
9.419
5.486
5.428
20.333
130.676
804
1.089
4.148
1.530
3.396
90.790
6.306
1.217
7.523
4.263
4.311
16.097
106.887
492
9
10
42
13
41
607
72
10
82
59
41
182
789
15.963
231
266
1.123
380
983
18.946
1.517
297
1.814
1.164
1.076
4.054
23.000
216 TOTAAL
1.044
79.823
1.363.615
10.345 17.031
3 29.121
41 77.184
1.364 7.046
257 46.118
12.226 1.540.115
126.878
5.662
132.540
72.980
26.397
231.917
12.226 1.772.032
(1) Toeslag art. 42bis voor werklozen, ex-werklozen, ex-gewaarborgde (2) Toeslag art. 50ter voor invaliden, ex-invaliden
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
24
18,38% 15,69%
18,00%
25,86%
25,46%
25,92%
27,05%
27,39%
27,00%
28,41%
Aantal rechtgevenden in %
28,01%
30,82%
HET PERCENTAGE RECHTGEVENDE KINDEREN PER LEEFTIJDSGROEP VERGELIJKING VAN FAMIFED EN DE KINDERBIJSLAGFONDSEN MET DE NATIONALE VERDELING
0,68% 0,65%
0,69% 0-5 jaar
6-11 jaar
12-17 jaar
18-24 jaar
+25 jaar
Leeftijdsgroepen KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED
NATIONALE VERDELING
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
25
E. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP 3° FAMIFED (NMBS inbegrepen) GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL
ARTIKEL 40, KBW LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
Arbeidsprestaties en tijdelijke werklozen
Wezen
ARTIKEL 42bis, KBW TOTAAL GEWONE SCHAAL
Volledig werklozen van minder dan 6 maanden
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden
Gepensioneerden
Invaliden
Toeslag art. Gepensio42bis neerden werklozen art. 42bis (1)
TOESLAG ARTIKEL 50ter, KBW (2)
Totaal schaal 42bis
ARTIKEL TOTAAL VERHOOGDE 50bis, KBW SCHAAL wezen
ALGEMEEN TOTAAL
0-2 jaar
23.883
14
2.016
5.945
98
908
32.864
8.259
56
8.315
3.686
69
12.070
44.934
3-5 jaar
23.289
45
1.737
5.583
120
1.093
31.867
8.571
81
8.652
4.011
214
12.877
44.744
6-11 jaar
39.744
229
2.504
9.084
441
2.639
54.641
14.575
271
14.846
9.130
1.082
25.058
79.699
12-15 jaar
22.582
372
1.297
5.030
464
2.106
31.851
8.773
283
9.056
7.442
1.460
17.958
49.809
16-17 jaar
10.510
235
552
2.280
346
1.128
15.051
4.172
191
4.363
3.846
1.010
9.219
24.270
18-20 jaar
12.639
307
598
2.551
689
1.483
18.267
4.759
331
5.090
4.149
1.587
10.826
29.093
studenten
11.608
242
518
2.104
597
1.072
16.141
4.037
267
4.304
3.247
1.280
8.831
24.972
leerlingen
154
10
14
67
17
40
302
108
6
114
121
52
287
589
werkzoekenden
547
29
44
286
48
172
1.126
408
33
441
435
148
1.024
2.150
gehandicapten
330
26
22
94
27
199
698
206
25
231
346
107
684
1.382
21-24 jaar
7.814 studenten
169
294
1.373
670
655
10.975
2.418
266
2.684
1.883
1.015
5.582
16.557
7.169
146
267
1.188
595
567
9.932
2.112
231
2.343
1.590
866
4.799
14.731
leerlingen
118
4
3
25
8
19
177
37
4
41
56
27
124
301
werkzoekenden
527
19
24
160
67
69
866
269
31
300
237
122
659
1.525
+25 jaar
6 TOTAAL
140.467
1.666 3.037
8.998
5 31.851
163 2.991
47 10.059
1.887 197.403
51.527
1.479
53.006
34.147
6.437
93.590
1.887 290.993
(1) Toeslag art. 42bis voor werklozen, ex-werklozen, ex-gewaarborgde (2) Toeslag art. 50ter voor invaliden, ex-invaliden
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
26
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG ALGEMEEN TOTAAL LEEFTIJDSGROEP
TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 268.336 199.876 76.473 23.788 11.259 579.732 266.203 186.283 66.023 17.582 6.194 542.285 294.529 170.570 41.493 7.403 1.381 515.376 295.884 61.896 6.102 483 56 364.421 13.844 234 27 8 14.113 1.138.796 618.859 190.118 49.264 18.890 2.015.927
2.792 2.067 960 294 184 6.297 7.818 5.073 2.071 601 235 15.798 10.675 5.537 1.542 262 73 18.089 5.534 1.223 146 11 6.914
26.819 13.900 4.719 1.168 492 47.098
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL 271.128 201.943 77.433 24.082 11.443 586.029 274.021 191.356 68.094 18.183 6.429 558.083 305.204 176.107 43.035 7.665 1.454 533.465 301.418 63.119 6.248 494 56 371.335 13.844 234 27 8 14.113 1.165.615 632.759 194.837 50.432 19.382 2.063.025
gehand.(*) 230.058 170.971 61.969 19.504 8.834 491.336 229.623 161.139 55.177 14.679 5.059 465.677 252.564 148.896 35.689 6.381 1.203 444.733 258.710 55.486 5.426 450 53 320.125 11.993 202 24 7 12.226 982.948 536.694 158.285 41.021 15.149 1.734.097
2.246 1.675 721 229 144 5.015 6.337 4.099 1.615 467 189 12.707 8.608 4.547 1.217 218 63 14.653 4.394 1.030 126 10 5.560
21.585 11.351 3.679 924 396 37.935
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 232.304 172.646 62.690 19.733 8.978 496.351 235.960 165.238 56.792 15.146 5.248 478.384 261.172 153.443 36.906 6.599 1.266 459.386 263.104 56.516 5.552 460 53 325.685 11.993 202 24 7 12.226 1.004.533 548.045 161.964 41.945 15.545 1.772.032
gehand.(*) 38.278 28.905 14.504 4.284 2.425 88.396 36.580 25.144 10.846 2.903 1.135 76.608 41.965 21.674 5.804 1.022 178 70.643 37.174 6.410 676 33 3 44.296 1.851 32 3 1 1.887 155.848 82.165 31.833 8.243 3.741 281.830
546 392 239 65 40 1.282 1.481 974 456 134 46 3.091 2.067 990 325 44 10 3.436 1.140 193 20 1 1.354
5.234 2.549 1.040 244 96 9.163
TOTAAL 38.824 29.297 14.743 4.349 2.465 89.678 38.061 26.118 11.302 3.037 1.181 79.699 44.032 22.664 6.129 1.066 188 74.079 38.314 6.603 696 34 3 45.650 1.851 32 3 1 1.887 161.082 84.714 32.873 8.487 3.837 290.993
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
27
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE BIJSLAG LEEFTIJDSGROEP
Artikel 40, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 211.509 157.803 53.187 14.346 5.610 442.455 202.691 143.725 46.511 10.720 3.116 406.763 208.450 127.280 29.041 4.617 735 370.123 205.014 47.151 4.482 324 31 257.002 220 2 222 827.884 475.961 133.221 30.007 9.492 1.476.565
1.925 1.427 534 160 84 4.130 4.815 3.198 1.190 315 102 9.620 5.921 3.261 835 121 35 10.173 2.752 745 92 5 3.594
15.413 8.631 2.651 601 221 27.517
Arbeidsprestaties en tijdelijke werklozen TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
TOTAAL 213.434 159.230 53.721 14.506 5.694 446.585 207.506 146.923 47.701 11.035 3.218 416.383 214.371 130.541 29.876 4.738 770 380.296 207.766 47.896 4.574 329 31 260.596 220 2 222 843.297 484.592 135.872 30.608 9.713 1.504.082
gehand.(*) 189.460 141.546 46.716 12.934 5.077 395.733 183.155 130.392 41.741 9.802 2.853 367.943 189.553 116.847 26.584 4.263 684 337.931 188.493 43.850 4.189 312 30 236.874 214 2 216 750.875 432.637 119.230 27.311 8.644 1.338.697
1.721 1.265 475 141 78 3.680 4.343 2.901 1.070 289 93 8.696 5.372 2.987 766 115 33 9.273 2.489 687 89 4 3.269
13.925 7.840 2.400 549 204 24.918
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 191.181 142.811 47.191 13.075 5.155 399.413 187.498 133.293 42.811 10.091 2.946 376.639 194.925 119.834 27.350 4.378 717 347.204 190.982 44.537 4.278 316 30 240.143 214 2 216 764.800 440.477 121.630 27.860 8.848 1.363.615
gehand.(*) 22.049 16.257 6.471 1.412 533 46.722 19.536 13.333 4.770 918 263 38.820 18.897 10.433 2.457 354 51 32.192 16.521 3.301 293 12 1 20.128 6 6 77.009 43.324 13.991 2.696 848 137.868
204 162 59 19 6 450 472 297 120 26 9 924 549 274 69 6 2 900 263 58 3 1 325
1.488 791 251 52 17 2.599
TOTAAL 22.253 16.419 6.530 1.431 539 47.172 20.008 13.630 4.890 944 272 39.744 19.446 10.707 2.526 360 53 33.092 16.784 3.359 296 13 1 20.453 6 6 78.497 44.115 14.242 2.748 865 140.467
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
28
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE BIJSLAG LEEFTIJDSGROEP
Artikel 40, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 145 81 41 13 8 288 723 406 157 45 20 1.351 1.993 901 231 39 12 3.176 2.558 342 43 2 2.945 11.792 188 23 8 12.011 17.211 1.918 495 107 40 19.771
4 3 1 1 9 34 21 6 1 1 63 77 47 16 2 1 143 73 9 82
188 80 23 4 2 297
Wezen TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
TOTAAL 149 84 42 14 8 297 757 427 163 46 21 1.414 2.070 948 247 41 13 3.319 2.631 351 43 2 3.027 11.792 188 23 8 12.011 17.399 1.998 518 111 42 20.068
gehand.(*) 117 67 29 13 7 233 618 342 115 39 19 1.133 1.639 735 177 34 12 2.597 2.160 293 39 2 2.494 10.157 161 20 7 10.345 14.691 1.598 380 95 38 16.802
3 2 5 25 19 6 1 1 52 67 37 9 1 1 115 50 7 57
145 65 15 2 2 229
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 120 69 29 13 7 238 643 361 121 40 20 1.185 1.706 772 186 35 13 2.712 2.210 300 39 2 2.551 10.157 161 20 7 10.345 14.836 1.663 395 97 40 17.031
gehand.(*) 28 14 12 1 55 105 64 42 6 1 218 354 166 54 5 579 398 49 4 451 1.635 27 3 1 1.666 2.520 320 115 12 2 2.969
1 1 1 1 4 9 2 11 10 10 7 1 28 23 2 25
43 15 8 2 68
TOTAAL 29 15 13 1 1 59 114 66 42 6 1 229 364 176 61 6 607 421 51 4 476 1.635 27 3 1 1.666 2.563 335 123 14 2 3.037
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
29
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE BIJSLAG LEEFTIJDSGROEP
Artikel 40, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 7.274 4.436 1.881 585 300 14.476 5.292 3.217 1.218 379 178 10.284 4.868 2.368 649 114 22 8.021 3.771 690 73 10 1 4.545 3 3 21.208 10.711 3.821 1.088 501 37.329
62 44 26 6 6 144 159 88 30 12 4 293 166 69 26 2 2 265 72 13 3 88
459 214 85 20 12 790
Volledig werklozen van minder dan 6 maanden TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
TOTAAL 7.336 4.480 1.907 591 306 14.620 5.451 3.305 1.248 391 182 10.577 5.034 2.437 675 116 24 8.286 3.843 703 76 10 1 4.633 3 3 21.667 10.925 3.906 1.108 513 38.119
gehand.(*) 5.476 3.322 1.306 441 217 10.762 4.069 2.436 909 285 146 7.845 3.769 1.851 500 98 18 6.236 3.048 560 59 8 3.675 3 3 16.365 8.169 2.774 832 381 28.521
49 31 17 4 4 105 128 66 22 10 2 228 130 49 18 2 2 201 55 8 3 66
362 154 60 16 8 600
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 5.525 3.353 1.323 445 221 10.867 4.197 2.502 931 295 148 8.073 3.899 1.900 518 100 20 6.437 3.103 568 62 8 3.741 3 3 16.727 8.323 2.834 848 389 29.121
gehand.(*) 1.798 1.114 575 144 83 3.714 1.223 781 309 94 32 2.439 1.099 517 149 16 4 1.785 723 130 14 2 1 870 4.843 2.542 1.047 256 120 8.808
13 13 9 2 2 39 31 22 8 2 2 65 36 20 8 64 17 5 22
97 60 25 4 4 190
TOTAAL 1.811 1.127 584 146 85 3.753 1.254 803 317 96 34 2.504 1.135 537 157 16 4 1.849 740 135 14 2 1 892 4.940 2.602 1.072 260 124 8.998
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
30
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE BIJSLAG LEEFTIJDSGROEP
Artikel 40, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 15.972 10.998 5.284 1.725 953 34.932 15.076 9.378 3.747 1.123 455 29.779 15.306 7.541 1.976 370 64 25.257 13.933 2.221 225 16 2 16.397 46 46 60.333 30.138 11.232 3.234 1.474 106.411
174 117 68 18 9 386 506 303 108 36 15 968 608 244 72 13 6 943 264 60 3 327
1.552 724 251 67 30 2.624
Volledig werklozen van meer dan 6 maanden TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
TOTAAL 16.146 11.115 5.352 1.743 962 35.318 15.582 9.681 3.855 1.159 470 30.747 15.914 7.785 2.048 383 70 26.200 14.197 2.281 228 16 2 16.724 46 46 61.885 30.862 11.483 3.301 1.504 109.035
gehand.(*) 11.038 7.497 3.229 1.154 615 23.533 10.821 6.679 2.464 765 286 21.015 11.053 5.449 1.400 276 47 18.225 10.652 1.729 169 12 2 12.564 41 41 43.605 21.354 7.262 2.207 950 75.378
119 86 33 12 7 257 343 204 69 20 12 648 430 176 44 11 4 665 187 46 3 236
1.079 512 149 43 23 1.806
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 11.157 7.583 3.262 1.166 622 23.790 11.164 6.883 2.533 785 298 21.663 11.483 5.625 1.444 287 51 18.890 10.839 1.775 172 12 2 12.800 41 41 44.684 21.866 7.411 2.250 973 77.184
gehand.(*) 4.934 3.501 2.055 571 338 11.399 4.255 2.699 1.283 358 169 8.764 4.253 2.092 576 94 17 7.032 3.281 492 56 4 3.833 5 5 16.728 8.784 3.970 1.027 524 31.033
55 31 35 6 2 129 163 99 39 16 3 320 178 68 28 2 2 278 77 14 91
473 212 102 24 7 818
TOTAAL 4.989 3.532 2.090 577 340 11.528 4.418 2.798 1.322 374 172 9.084 4.431 2.160 604 96 19 7.310 3.358 506 56 4 3.924 5 5 17.201 8.996 4.072 1.051 531 31.851
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
31
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE BIJSLAG LEEFTIJDSGROEP
Artikel 40, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 213 111 75 27 17 443 533 277 122 43 7 982 1.489 601 148 19 7 2.264 4.014 548 41 3 1 4.607 1.491 33 3 1.527 7.740 1.570 389 92 32 9.823
6 2 3 11 16 12 2 4 1 35 71 26 6 2 105 48 13 2 63
141 53 10 6 4 214
Gepensioneerden TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
TOTAAL 219 113 75 27 20 454 549 289 124 47 8 1.017 1.560 627 154 21 7 2.369 4.062 561 43 3 1 4.670 1.491 33 3 1.527 7.881 1.623 399 98 36 10.037
gehand.(*) 120 59 32 12 5 228 304 149 69 26 7 555 964 405 106 15 6 1.496 2.844 396 30 3 1 3.274 1.330 31 3 1.364 5.562 1.040 240 56 19 6.917
5 1 2 8 12 4 4 1 21 39 19 3 2 63 31 5 1 37
87 29 4 6 3 129
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 125 60 32 12 7 236 316 153 69 30 8 576 1.003 424 109 17 6 1.559 2.875 401 31 3 1 3.311 1.330 31 3 1.364 5.649 1.069 244 62 22 7.046
gehand.(*) 93 52 43 15 12 215 229 128 53 17 427 525 196 42 4 1 768 1.170 152 11 1.333 161 2 163 2.178 530 149 36 13 2.906
1 1 1 3 4 8 2 14 32 7 3 42 17 8 1 26
54 24 6 1 85
TOTAAL 94 53 43 15 13 218 233 136 55 17 441 557 203 45 4 1 810 1.187 160 12 1.359 161 2 163 2.232 554 155 36 14 2.991
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
32
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE BIJSLAG LEEFTIJDSGROEP
Artikel 40, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 4.383 3.460 1.673 614 284 10.414 6.131 4.366 1.737 542 207 12.983 9.968 5.107 1.241 226 50 16.592 11.040 1.765 169 11 12.985 292 11 1 304 31.814 14.709 4.821 1.393 541 53.278
159 92 85 8 9 353 462 258 126 24 11 881 734 302 102 10 6 1.154 444 59 7 1 511
1.799 711 320 43 26 2.899
Invaliden TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
TOTAAL 4.542 3.552 1.758 622 293 10.767 6.593 4.624 1.863 566 218 13.864 10.702 5.409 1.343 236 56 17.746 11.484 1.824 176 12 13.496 292 11 1 304 33.613 15.420 5.141 1.436 567 56.177
gehand.(*) 3.719 2.863 1.329 491 217 8.619 5.133 3.633 1.366 447 171 10.750 8.218 4.313 1.030 192 40 13.793 9.333 1.553 144 11 11.041 248 8 1 257 26.651 12.370 3.870 1.141 428 44.460
65 39 33 4 6 147 233 159 58 15 10 475 444 206 55 8 6 719 267 45 4 1 317
1.009 449 150 28 22 1.658
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 3.784 2.902 1.362 495 223 8.766 5.366 3.792 1.424 462 181 11.225 8.662 4.519 1.085 200 46 14.512 9.600 1.598 148 12 11.358 248 8 1 257 27.660 12.819 4.020 1.169 450 46.118
gehand.(*) 664 597 344 123 67 1.795 998 733 371 95 36 2.233 1.750 794 211 34 10 2.799 1.707 212 25 1.944 44 3 47 5.163 2.339 951 252 113 8.818
94 53 52 4 3 206 229 99 68 9 1 406 290 96 47 2 435 177 14 3 194
790 262 170 15 4 1.241
TOTAAL 758 650 396 127 70 2.001 1.227 832 439 104 37 2.639 2.040 890 258 36 10 3.234 1.884 226 28 2.138 44 3 47 5.953 2.601 1.121 267 117 10.059
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
33
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE BIJSLAG LEEFTIJDSGROEP
Artikel 40, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*) 239.496 176.889 62.141 17.310 7.172 503.008 230.446 161.369 53.492 12.852 3.983 462.142 242.074 143.798 33.286 5.385 890 425.433 240.330 52.717 5.033 366 35 298.481 13.844 234 27 8 14.113 966.190 535.007 153.979 35.921 12.080 1.703.177
2.330 1.685 714 193 111 5.033 5.992 3.880 1.462 392 134 11.860 7.577 3.949 1.057 150 50 12.783 3.653 899 107 6 4.665
19.552 10.413 3.340 741 295 34.341
Totaal van de gewone schaal TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
TOTAAL 241.826 178.574 62.855 17.503 7.283 508.041 236.438 165.249 54.954 13.244 4.117 474.002 249.651 147.747 34.343 5.535 940 438.216 243.983 53.616 5.140 372 35 303.146 13.844 234 27 8 14.113 985.742 545.420 157.319 36.662 12.375 1.737.518
gehand.(*) 209.930 155.354 52.641 15.045 6.138 439.108 204.100 143.631 46.664 11.364 3.482 409.241 215.196 129.600 29.797 4.878 807 380.278 216.530 48.381 4.630 348 33 269.922 11.993 202 24 7 12.226 857.749 477.168 133.756 31.642 10.460 1.510.775
1.962 1.424 558 161 97 4.202 5.084 3.353 1.225 339 119 10.120 6.482 3.474 895 139 46 11.036 3.079 798 100 5 3.982
16.607 9.049 2.778 644 262 29.340
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL 211.892 156.778 53.199 15.206 6.235 443.310 209.184 146.984 47.889 11.703 3.601 419.361 221.678 133.074 30.692 5.017 853 391.314 219.609 49.179 4.730 353 33 273.904 11.993 202 24 7 12.226 874.356 486.217 136.534 32.286 10.722 1.540.115
gehand.(*) 29.566 21.535 9.500 2.265 1.034 63.900 26.346 17.738 6.828 1.488 501 52.901 26.878 14.198 3.489 507 83 45.155 23.800 4.336 403 18 2 28.559 1.851 32 3 1 1.887 108.441 57.839 20.223 4.279 1.620 192.402
368 261 156 32 14 831 908 527 237 53 15 1.740 1.095 475 162 11 4 1.747 574 101 7 1 683
2.945 1.364 562 97 33 5.001
TOTAAL 29.934 21.796 9.656 2.297 1.048 64.731 27.254 18.265 7.065 1.541 516 54.641 27.973 14.673 3.651 518 87 46.902 24.374 4.437 410 19 2 29.242 1.851 32 3 1 1.887 111.386 59.203 20.785 4.376 1.653 197.403
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
34
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG VERHOOGDE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
Artikel 42bis, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*)
Werklozen, ex-werklozen, ex-gewaarborgde
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL
gehand.(*)
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
gehand.(*)
TOTAAL
20.684 16.315 9.883 4.294 2.573 53.749 21.706 14.956 7.351 2.752 1.254 48.019 24.893 13.136 4.199 1.044 258 43.530 22.945 4.111 499 62 13 27.630
269 218 141 56 43 727 912 565 269 87 41 1.874 1.154 647 199 54 9 2.063 670 128 12 3 813
20.953 16.533 10.024 4.350 2.616 54.476 22.618 15.521 7.620 2.839 1.295 49.893 26.047 13.783 4.398 1.098 267 45.593 23.615 4.239 511 65 13 28.443
14.558 11.209 6.573 3.040 1.769 37.149 15.482 10.549 5.098 1.988 900 34.017 17.614 9.508 3.069 793 205 31.189 17.098 3.129 364 50 12 20.653
184 149 95 41 28 497 657 377 180 60 27 1.301 825 452 135 39 8 1.459 508 93 9 3 613
14.742 11.358 6.668 3.081 1.797 37.646 16.139 10.926 5.278 2.048 927 35.318 18.439 9.960 3.204 832 213 32.648 17.606 3.222 373 53 12 21.266
6.126 5.106 3.310 1.254 804 16.600 6.224 4.407 2.253 764 354 14.002 7.279 3.628 1.130 251 53 12.341 5.847 982 135 12 1 6.977
85 69 46 15 15 230 255 188 89 27 14 573 329 195 64 15 1 604 162 35 3 200
6.211 5.175 3.356 1.269 819 16.830 6.479 4.595 2.342 791 368 14.575 7.608 3.823 1.194 266 54 12.945 6.009 1.017 138 12 1 7.177
90.228 48.518 21.932 8.152 4.098 172.928
3.005 1.558 621 200 93 5.477
93.233 50.076 22.553 8.352 4.191 178.405
64.752 34.395 15.104 5.871 2.886 123.008
2.174 1.071 419 143 63 3.870
66.926 35.466 15.523 6.014 2.949 126.878
25.476 14.123 6.828 2.281 1.212 49.920
831 487 202 57 30 1.607
26.307 14.610 7.030 2.338 1.242 51.527
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
35
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG VERHOOGDE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
Artikel 42bis, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*)
Gepensioneerden
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL
gehand.(*)
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
gehand.(*)
TOTAAL
162 104 79 36 47 428 354 251 155 71 34 865 1.179 619 219 73 25 2.115 2.924 455 63 4 3.446
3 4 3 1 1 12 28 11 5 3 3 50 77 40 7 2 126 81 12 5 1 99
165 108 82 37 48 440 382 262 160 74 37 915 1.256 659 226 73 27 2.241 3.005 467 68 5 3.545
113 77 49 24 31 294 237 181 109 52 30 609 914 481 180 63 25 1.663 2.430 389 51 4 2.874
2 4 2 1 9 18 7 4 3 3 35 65 31 6 2 104 57 11 5 1 74
115 81 51 24 32 303 255 188 113 55 33 644 979 512 186 63 27 1.767 2.487 400 56 5 2.948
49 27 30 12 16 134 117 70 46 19 4 256 265 138 39 10 452 494 66 12 572
1 1 1 3 10 4 1 15 12 9 1 22 24 1 25
50 27 31 13 16 137 127 74 47 19 4 271 277 147 40 10 474 518 67 12 597
4.619 1.429 516 184 106 6.854
189 67 20 5 6 287
4.808 1.496 536 189 112 7.141
3.694 1.128 389 143 86 5.440
142 53 17 4 6 222
3.836 1.181 406 147 92 5.662
925 301 127 41 20 1.414
47 14 3 1 65
972 315 130 42 20 1.479
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
36
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG VERHOOGDE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
Artikel 42bis, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*)
Totaal van de schaal 42bis
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL
gehand.(*)
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
gehand.(*)
TOTAAL
20.846 16.419 9.962 4.330 2.620 54.177 22.060 15.207 7.506 2.823 1.288 48.884 26.072 13.755 4.418 1.117 283 45.645 25.869 4.566 562 66 13 31.076
272 222 144 57 44 739 940 576 274 90 44 1.924 1.231 687 206 54 11 2.189 751 140 17 4 912
21.118 16.641 10.106 4.387 2.664 54.916 23.000 15.783 7.780 2.913 1.332 50.808 27.303 14.442 4.624 1.171 294 47.834 26.620 4.706 579 70 13 31.988
14.671 11.286 6.622 3.064 1.800 37.443 15.719 10.730 5.207 2.040 930 34.626 18.528 9.989 3.249 856 230 32.852 19.528 3.518 415 54 12 23.527
186 153 97 41 29 506 675 384 184 63 30 1.336 890 483 141 39 10 1.563 565 104 14 4 687
14.857 11.439 6.719 3.105 1.829 37.949 16.394 11.114 5.391 2.103 960 35.962 19.418 10.472 3.390 895 240 34.415 20.093 3.622 429 58 12 24.214
6.175 5.133 3.340 1.266 820 16.734 6.341 4.477 2.299 783 358 14.258 7.544 3.766 1.169 261 53 12.793 6.341 1.048 147 12 1 7.549
86 69 47 16 15 233 265 192 90 27 14 588 341 204 65 15 1 626 186 36 3 225
6.261 5.202 3.387 1.282 835 16.967 6.606 4.669 2.389 810 372 14.846 7.885 3.970 1.234 276 54 13.419 6.527 1.084 150 12 1 7.774
94.847 49.947 22.448 8.336 4.204 179.782
3.194 1.625 641 205 99 5.764
98.041 51.572 23.089 8.541 4.303 185.546
68.446 35.523 15.493 6.014 2.972 128.448
2.316 1.124 436 147 69 4.092
70.762 36.647 15.929 6.161 3.041 132.540
26.401 14.424 6.955 2.322 1.232 51.334
878 501 205 58 30 1.672
27.279 14.925 7.160 2.380 1.262 53.006
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
37
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG VERHOOGDE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
Artikel 50ter, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*)
Invaliden, ex-invaliden
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL
gehand.(*)
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
gehand.(*)
TOTAAL
7.204 6.212 4.237 2.088 1.438 21.179 10.967 8.278 4.496 1.747 861 26.349 19.137 9.918 3.060 742 185 33.042 17.447 2.920 341 41 8 20.757
179 157 100 43 28 507 759 562 318 108 55 1.802 1.474 755 245 51 11 2.536 794 145 15 1 955
7.383 6.369 4.337 2.131 1.466 21.686 11.726 8.840 4.814 1.855 916 28.151 20.611 10.673 3.305 793 196 35.578 18.241 3.065 356 42 8 21.712
4.805 4.049 2.613 1.350 877 13.694 7.608 5.650 2.910 1.159 602 17.929 13.099 6.850 2.065 516 143 22.673 12.607 2.175 237 38 8 15.065
91 96 65 26 17 295 483 321 190 60 38 1.092 943 480 155 33 6 1.617 508 97 9 1 615
4.896 4.145 2.678 1.376 894 13.989 8.091 5.971 3.100 1.219 640 19.021 14.042 7.330 2.220 549 149 24.290 13.115 2.272 246 39 8 15.680
2.399 2.163 1.624 738 561 7.485 3.359 2.628 1.586 588 259 8.420 6.038 3.068 995 226 42 10.369 4.840 745 104 3 5.692
88 61 35 17 11 212 276 241 128 48 17 710 531 275 90 18 5 919 286 48 6 340
2.487 2.224 1.659 755 572 7.697 3.635 2.869 1.714 636 276 9.130 6.569 3.343 1.085 244 47 11.288 5.126 793 110 3 6.032
54.755 27.328 12.134 4.618 2.492 101.327
3.206 1.619 678 203 94 5.800
57.961 28.947 12.812 4.821 2.586 107.127
38.119 18.724 7.825 3.063 1.630 69.361
2.025 994 419 120 61 3.619
40.144 19.718 8.244 3.183 1.691 72.980
16.636 8.604 4.309 1.555 862 31.966
1.181 625 259 83 33 2.181
17.817 9.229 4.568 1.638 895 34.147
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
38
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG VERHOOGDE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
Artikel 50bis, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*)
Wezen
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL
gehand.(*)
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
gehand.(*)
TOTAAL
790 356 133 60 29 1.368 2.730 1.429 529 160 62 4.910 7.246 3.099 729 159 23 11.256 12.238 1.693 166 10 14.107
11 3 2 1 1 18 127 55 17 11 2 212 393 146 34 7 1 581 336 39 7 382
801 359 135 61 30 1.386 2.857 1.484 546 171 64 5.122 7.639 3.245 763 166 24 11.837 12.574 1.732 173 10 14.489
652 282 93 45 19 1.091 2.196 1.128 396 116 45 3.881 5.741 2.457 578 131 23 8.930 10.045 1.412 144 10 11.611
7 2 1 1 1 12 95 41 16 5 2 159 293 110 26 7 1 437 242 31 3 276
659 284 94 46 20 1.103 2.291 1.169 412 121 47 4.040 6.034 2.567 604 138 24 9.367 10.287 1.443 147 10 11.887
138 74 40 15 10 277 534 301 133 44 17 1.029 1.505 642 151 28 2.326 2.193 281 22 2.496
4 1 1 6 32 14 1 6 53 100 36 8 144 94 8 4 106
142 75 41 15 10 283 566 315 134 50 17 1.082 1.605 678 159 28 2.470 2.287 289 26 2.602
23.004 6.577 1.557 389 114 31.641
867 243 60 19 4 1.193
23.871 6.820 1.617 408 118 32.834
18.634 5.279 1.211 302 87 25.513
637 184 46 13 4 884
19.271 5.463 1.257 315 91 26.397
4.370 1.298 346 87 27 6.128
230 59 14 6 309
4.600 1.357 360 93 27 6.437
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
39
F. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG VERHOOGDE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
Artikels 42bis, 50ter en 50bis, KBW TOTAAL STELSEL
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
gehand.(*)
Totaal van alle verhoogde schalen
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN TOTAAL
gehand.(*)
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
gehand.(*)
TOTAAL
28.840 22.987 14.332 6.478 4.087 76.724 35.757 24.914 12.531 4.730 2.211 80.143 52.455 26.772 8.207 2.018 491 89.943 55.554 9.179 1.069 117 21 65.940
462 382 246 101 73 1.264 1.826 1.193 609 209 101 3.938 3.098 1.588 485 112 23 5.306 1.881 324 39 5 2.249
29.302 23.369 14.578 6.579 4.160 77.988 37.583 26.107 13.140 4.939 2.312 84.081 55.553 28.360 8.692 2.130 514 95.249 57.435 9.503 1.108 122 21 68.189
20.128 15.617 9.328 4.459 2.696 52.228 25.523 17.508 8.513 3.315 1.577 56.436 37.368 19.296 5.892 1.503 396 64.455 42.180 7.105 796 102 20 50.203
284 251 163 68 47 813 1.253 746 390 128 70 2.587 2.126 1.073 322 79 17 3.617 1.315 232 26 5 1.578
20.412 15.868 9.491 4.527 2.743 53.041 26.776 18.254 8.903 3.443 1.647 59.023 39.494 20.369 6.214 1.582 413 68.072 43.495 7.337 822 107 20 51.781
8.712 7.370 5.004 2.019 1.391 24.496 10.234 7.406 4.018 1.415 634 23.707 15.087 7.476 2.315 515 95 25.488 13.374 2.074 273 15 1 15.737
178 131 83 33 26 451 573 447 219 81 31 1.351 972 515 163 33 6 1.689 566 92 13 671
8.890 7.501 5.087 2.052 1.417 24.947 10.807 7.853 4.237 1.496 665 25.058 16.059 7.991 2.478 548 101 27.177 13.940 2.166 286 15 1 16.408
172.606 83.852 36.139 13.343 6.810 312.750
7.267 3.487 1.379 427 197 12.757
179.873 87.339 37.518 13.770 7.007 325.507
125.199 59.526 24.529 9.379 4.689 223.322
4.978 2.302 901 280 134 8.595
130.177 61.828 25.430 9.659 4.823 231.917
47.407 24.326 11.610 3.964 2.121 89.428
2.289 1.185 478 147 63 4.162
49.696 25.511 12.088 4.111 2.184 93.590
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
40
G. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG G 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS ZELFREDZAAMHEID) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD
TOTAAL STELSEL
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
0-3 punten
115
69
46
4-6 punten
144
122
22
7-9 punten
173
138
35
TOTAAL
432
329
103
G 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING
TOTAAL STELSEL
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
46
38
8
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
19.612
16.183
3.429
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
1.810
1.438
372
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
5.762
4.731
1.031
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
5.281
3.906
1.375
12-14 punten over de 3 pijlers
6.079
4.868
1.211
15-17 punten over de 3 pijlers
3.182
2.522
660
18-20 punten over de 3 pijlers
2.131
1.725
406
+ 20 punten over de 3 pijlers
2.763
2.195
568
TOTAAL
46.666
37.606
9.060
TOTAAL
47.098
37.935
9.163
G 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
41
H. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD
EERSTE SEMESTER 2014 GEBOORTERANG
TOTAAL STELSEL
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
Eerste geboorten
23.661
20.033
3.628
Volgende geboorten
25.485
21.019
4.466
49.146
41.052
8.094
TOTAAL STELSEL
TOTAAL KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
Eerste geboorten
49.080
41.987
7.093
Volgende geboorten
50.438
41.747
8.691
99.518
83.734
15.784
TOTAAL
JAAR 2013 GEBOORTERANG
TOTAAL
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
42
I. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD I 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
TOTAAL STELSEL
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL STELSEL
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
Eerste rang
67
59
8
194
168
26
Volgende rangen
22
19
3
48
42
6
89
78
11
242
210
32
ADOPTIERANG
TOTAAL
I 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
TOTAAL STELSEL
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL STELSEL
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
Minder dan 1 jaar
16
15
1
48
44
4
1 jaar
18
15
3
56
48
8
2 jaar
13
13
-
31
27
4
3-5 jaar
22
19
3
47
42
5
6-11 jaar
7
6
1
31
25
6
12-17 jaar
9
7
2
19
17
2
18-24 jaar
4
3
1
10
7
3
89
78
11
242
210
32
LEEFTIJDSGROEP
TOTAAL
30.06.2014
STELSEL VAN DE WERKNEMERS
43
J. GEPLAATSTE KINDEREN J 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW) AANTAL GEPLAATSTE KINDEREN
TOTAAL STELSEL
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
15.367
11.866
3.501
J 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) 1
1
AANTAL GEPLAATSTE KINDEREN
TOTAAL STELSEL
KINDERBIJSLAGFONDSEN
FAMIFED (NMBS inbegrepen)
TOTAAL
2.979
2.460
519
Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
IV. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Tabellen
Pagina's
A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
48
B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
48
C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep
49
D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang
50
E. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2013
51 51
F. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
51 51
G. Geplaatste kinderen Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW)
51
Grafieken - Aantal bijslagtrekkende gezinnen volgens het aantal kinderen - Aantal rechtgevende kinderen volgens leeftijd
46 47
Opmerkingen 1. Het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag werd ingevoerd in 1971 voor die gezinnen die geen recht hebben op kinderbijslag in een ander stelsel. De kinderen moeten ten laste zijn van een natuurlijk persoon die in België verblijft en van wie het inkomen het toegelaten plafond niet overschrijdt. 2. Alle aanvragen om gewaarborgde gezinsbijslag worden behandeld door FAMIFED. FAMIFED voert ook alle betalingen uit. 3. Het stelsel haalt zijn inkomsten uit de Nationale Verdeling (cf. het werknemersstelsel). Het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag wordt dus gefinancierd door de bijdragen van het werknemersstelsel. Tot 1980 was dit stelsel ten laste van de Staat. 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
30.06.2014
STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
46
AANTAL BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN Gezinnen met meer dan 5 kinderen 186 2%
Gezinnen met 1 kind 3.302 41%
Gezinnen met 3 kinderen 1.381 17%
Gezinnen met 2 kinderen 2.202 27%
30.06.2014
STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
47
AANTAL RECHTGEVENDE KINDEREN VOLGENS LEEFTIJD
16-17 jaar 1.227 7%
21-24 jaar 439 3% 18-20 jaar 1.078 6%
12-15 jaar 2.606 15%
0-2 jaar 3.796 22%
3-5 jaar 3.110 18% 6-11 jaar 4.997 29%
30.06.2014
STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
48
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
FAMIFED
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
3.247 2.202 1.380 682 287 119 41 17 4 12 7.991
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
FAMIFED
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
3.302 2.202 1.381 677 289 113 42 16 5 10 8.037
30.06.2014
STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
49
C. RECHTGEVENDE KINDEREN AANTAL RECHTGEVENDEN PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
FAMIFED
0-2 jaar
3.796
3-5 jaar
3.110
6-11 jaar
4.997
12-15 jaar
2.606
16-17 jaar
1.227
18-20 jaar
1.078 studenten
963
leerlingen
26
werkzoekenden
89
21-24 jaar
439 studenten
396
leerlingen
7
werkzoekenden TOTAAL
36 17.253
30.06.2014
STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
50
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG
LEEFTIJDSGROEP
RANG
0-5 jaar
1ste 2de 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 3de 4de 5de en +
6-11 jaar
TOTAAL 1ste 2de 3de 4de 5de en +
12-17 jaar
TOTAAL 1ste 2de 3de 4de 5de en +
18-24 jaar
TOTAAL 1ste 2de 3de 4de 5de en +
TOTAAL
TOTAAL
FAMIFED 2.390 1.929 1.467 625 495 6.906 1.961 1.433 963 390 250 4.997 1.941 1.208 508 127 49 3.833 1.196 270 47 4 1.517 7.488 4.840 2.985 1.146 794 17.253
30.06.2014
STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
51
E. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD GEBOORTERANG
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
228 533 761
567 1.154 1.721
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
-
-
-
-
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
-
-
-
-
Eerste geboorte Volgende geboorten TOTAAL
F. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD F 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN ADOPTIERANG Eerste rang Volgende rangen TOTAAL
F 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJDSGROEP Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
G. GEPLAATSTE KINDEREN GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING Aantal geplaatste kinderen
62
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN (art. 101, al. 3, 2°-4°, KBW)
V. BETALINGEN DOOR FAMIFED VOOR REKENING VAN DERDEN V.A. GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN (art. 101, al. 3, 2°-4°) Tabellen
Pagina's
A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
54
B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling per categorie van het recht en volgens het aantal kinderen in het gezin
55
C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep
56
D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang
57
E. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW) 1. Oud systeem (Verdeling volgens zelfredzaamheid) 2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) van kracht sedert 1 mei 2003
60 60 60
3. Totaal van de twee systemen
F. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2013
61 61
G. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
61 61
H. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW) 2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW)
61 61
Opmerkingen 1. Volgens artikel 101, 3de lid, 2°-4°, KBW is FAMIFED belast met de uitbetaling van de kinderbijslag aan de gewezen ambtenaren van de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, sommige autonome overheidsinstellingen (o.a. Belgacom, De Post, Biac en Belgocontrol) en de overheidsinstellingen aangesloten bij FAMIFED op basis van artikel 101, 4de lid, KBW (cf. p. 86-91). Het betreft dus de zieke of gepensioneerde gewezen ambtenaren van die overheden of instellingen. Ook de wezen van gewezen ambtenaren vallen hieronder, evenals de rechtgevende kinderen van wie de rechthebbende een weduwe van een gewezen ambtenaar is en een overlevingspensioen ontvangt wegens de beroepsactiviteit van die overleden ambtenaar. 2. De kinderbijslag wordt aan die gezinnen betaald onder dezelfde voorwaarden als in het werknemersstelsel. 3. De kinderbijslag wordt terugbetaald aan FAMIFED door de Staat, de Gemeenschappen, de Gewesten, de autonome overheidsinstellingen en de overheidsinstellingen bedoeld onder 1, in toepassing van artikel 111, KBW. 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
54
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN
AANTAL KINDEREN
TOTAAL
1
7.564
2
2.389
3
648
4
147
5
20
6
8
7
5
8
1
9
-
10
1
11
-
12 en +
2
TOTAAL
10.785
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
55
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL ARTIKEL 42bis, KBW
ARTIKEL 40, KBW AANTAL KINDEREN
ARTIKEL 50ter, KBW ARTIKEL 50bis, KBW TOTAAL VERHOOGDE SCHAAL
TOTAAL GEWONE SCHAAL Wezen
Gepensioneerden
Invaliden
Gepensioneerden
Invaliden
ALGEMEEN TOTAAL
Wezen
1
1.610
3.632
311
5.553
283
549
1.668
2.500
8.053
2
138
1.024
173
1.335
85
240
656
981
2.316
3
29
249
51
329
23
80
157
260
589
4
5
53
12
70
8
16
21
45
115
5
-
9
3
12
-
7
1
8
20
6
1
-
3
4
-
-
1
1
5
7
-
3
-
3
-
1
-
1
4
8
-
-
-
-
1
-
-
1
1
9
-
-
-
-
-
-
-
-
-
10
-
-
-
-
1
-
-
1
1
11
-
-
-
-
-
-
-
-
-
12
-
-
1
1
-
-
-
-
1
13
-
-
-
-
-
-
-
-
-
14
-
-
-
-
-
-
-
-
-
15
-
-
-
-
-
-
-
-
-
16
-
-
-
-
-
-
-
-
-
17 en +
-
-
-
-
-
-
-
-
-
TOTAAL
1.783
4.970
554
7.307
401
893
2.504
3.798
11.105
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
56
C. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP GEWONE SCHAAL
VERHOOGDE SCHAAL
ARTIKEL 40, KBW
ARTIKEL 42bis, KBW ARTIKEL 50ter, KBW ARTIKEL 50bis, KBW
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
TOTAAL VERHOOGDE SCHAAL
TOTAAL GEWONE SCHAAL Wezen
Gepensioneerden
Invaliden
Gepensioneerden
Invaliden
ALGEMEEN TOTAAL
Wezen
0-2 jaar
3
233
51
287
17
52
21
90
377
3-5 jaar
11
211
53
275
28
91
61
180
455
6-11 jaar
116
755
190
1.061
87
272
372
731
1.792
12-15 jaar
179
960
192
1.331
95
297
606
998
2.329
16-17 jaar
109
758
119
986
100
188
486
774
1.760
18-20 jaar
169
1.523
171
1.863
119
272
965
1.356
3.219
studenten
145
1.389
148
1.682
105
244
881
1.230
2.912
leerlingen
8
18
3
29
2
2
14
18
47
werkzoekenden
7
63
13
83
7
16
41
64
147
gehandicapten
9
53
7
69
5
10
29
44
113
21-24 jaar
173 studenten leerlingen
werkzoekenden +25 jaar TOTAAL
1.953
122
2.248
126
203
1.035
1.364
3.612
155
1.821
118
2.094
114
178
952
1.244
3.338
3
18
-
21
3
5
12
20
41
15
114
4
133
9
20
71
100
233
1.239 1.999
312 6.705
5 903
1.556 9.607
572
1.375
3.546
5.493
1.556 15.100
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
57
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG ALGEMEEN TOTAAL LEEFTIJDSGROEP
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
TOTAAL VAN DE GEWONE SCHALEN gehand.(*) TOTAAL 253 1 254 168 5 173 99 1 100 22 1 23 12 12 554 8 562 485 26 511 339 14 353 149 5 154 29 2 31 10 2 12 1.012 49 1.061 1.287 61 1.348 690 25 715 211 3 214 28 1 29 10 1 11 2.226 91 2.317 3.408 60 3.468 564 8 572 62 1 63 6 6 2 2 4.042 69 4.111 1.525 1.525 26 26 4 4 1 1 1.556 1.556 6.958 148 7.106 1.787 52 1.839 525 10 535 86 4 90 34 3 37 9.390 217 9.607
TOTAAL VAN DE VERHOOGDE SCHALEN gehand.(*) TOTAAL 115 3 118 93 93 40 1 41 12 12 6 6 266 4 270 326 20 346 244 10 254 96 5 101 20 1 21 9 9 695 36 731 981 37 1.018 560 15 575 146 4 150 23 23 6 6 1.716 56 1.772 2.253 36 2.289 387 4 391 36 1 37 1 1 2 2 2.677 43 2.720
3.675 1.284 318 56 21 5.354
96 29 11 1 2 139
3.771 1.313 329 57 23 5.493
ALGEMEEN TOTAAL gehand.(*) 368 4 261 5 139 2 34 1 18 820 12 811 46 583 24 245 10 49 3 19 2 1.707 85 2.268 98 1.250 40 357 7 51 1 16 1 3.942 147 5.661 96 951 12 98 2 7 2 2 6.719 112 1.525 26 4 1 1.556 10.633 244 3.071 81 843 21 142 5 55 5 14.744 356
TOTAAL 372 266 141 35 18 832 857 607 255 52 21 1.792 2.366 1.290 364 52 17 4.089 5.757 963 100 7 4 6.831 1.525 26 4 1 1.556 10.877 3.152 864 147 60 15.100
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
58
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG GEWONE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
Artikel 40, KBW GEPENSIONEERDEN gehand.(*) 209 1 129 4 75 1 15 1 9 437 7 353 19 233 9 110 3 21 1 5 1 722 33 976 45 510 15 143 2 23 1 2 1 1.654 64 2.896 45 473 7 51 1 3 3.423 53 303 7 2 312 4.737 110 1.352 35 381 7 62 3 16 2 6.548 157
TOTAAL 210 133 76 16 9 444 372 242 113 22 6 755 1.021 525 145 24 3 1.718 2.941 480 52 3 3.476 303 7 2 312 4.847 1.387 388 65 18 6.705
Gepensioneerden, invaliden, wezen
40 36 18 7 2 103 82 62 22 7 4 177 155 97 35 2 8 297 229 48 5 2 2 286 5 5 511 243 80 18 16 868
INVALIDEN gehand.(*) 1 1 5 5 1 1 1 13 8 6 14 7 7
20 12 1 1 1 35
TOTAAL 40 37 18 7 2 104 87 67 23 8 5 190 163 103 35 2 8 311 236 48 5 2 2 293 5 5 531 255 81 19 17 903
4 3 6 1 14 50 44 17 1 1 113 156 83 33 3 275 283 43 6 1 333 1.217 19 2 1 1.239 1.710 192 64 6 2 1.974
WEZEN gehand.(*) 2 1 3 8 4 1 13 8 1 9
18 5 2 25
TOTAAL 4 3 6 1 14 52 44 18 1 1 116 164 87 34 3 288 291 44 6 1 342 1.217 19 2 1 1.239 1.728 197 66 6 2 1.999
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
59
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG VERHOOGDE SCHAAL LEEFTIJDSGROEP
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
Artikel 42bis, 50ter en 50 bis, KBW GEPENSIONEERDEN gehand.(*) 14 1 13 10 5 2 44 1 31 2 27 1 14 2 4 6 82 5 117 8 50 4 12 1 1 2 182 13 215 4 25 1 240 5
377 115 36 10 10 548
15 6 3 24
TOTAAL 15 13 10 5 2 45 33 28 16 4 6 87 125 54 13 1 2 195 219 26 245
61 51 19 7 4 142 123 87 34 6 3 253 267 136 45 10 3 461 388 70 7 465
392 121 39 10 10 572
839 344 105 23 10 1.321
Gepensioneerden, invaliden, wezen INVALIDEN gehand.(*) 1 1 10 6 2 1 19 17 6 1 24 10 10
37 12 4 1 54
TOTAAL 61 51 20 7 4 143 133 93 36 7 3 272 284 142 46 10 3 485 398 70 7 475
40 29 11 80 172 130 48 10 360 597 374 89 12 1 1.073 1.650 292 29 1 1.972
876 356 109 24 10 1.375
2.459 825 177 23 1 3.485
WEZEN gehand.(*) 2 2 8 3 1 12 12 5 2 19 22 3 1 2 28
44 11 4 2 61
TOTAAL 42 29 11 82 180 133 49 10 372 609 379 91 12 1 1.092 1.672 295 30 1 2 2.000
2.503 836 181 23 3 3.546
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
60
E. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG E 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS ZELFREDZAAMHEID) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD 0-3 punten
1
4-6 punten
2
7-9 punten
-
TOTAAL
3
E 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
1
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
104
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
15
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
46
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
46
12-14 punten over de 3 pijlers
55
15-17 punten over de 3 pijlers
34
18-20 punten over de 3 pijlers
26
+ 20 punten over de 3 pijlers
26 TOTAAL
353
TOTAAL
356
E 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN
30.06.2014
GEWEZEN AMBTENAREN VAN DE STAAT, DE GEMEENSCHAPPEN EN DE GEWESTEN
61
F. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD GEBOORTERANG
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
35 27 62
61 46 107
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
TOTAAL
-
2 1 3
LEEFTIJDSGROEP
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
-
1 2 3
Eerste geboorte Volgende geboorten TOTAAL
G. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD G 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN ADOPTIERANG Eerste rang Volgende rangen
G 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP
Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
H. GEPLAATSTE KINDEREN H 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW) Aantal geplaatste kinderen
605
H 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) 1 Aantal geplaatste kinderen
91
¹ Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
LEERKRACHTEN (art. 101, al. 3, 7°-8°, KBW)
V. BETALINGEN DOOR FAMIFED VOOR REKENING VAN DERDEN V.B. LEERKRACHTEN V.B.1. Tijdelijke leerkrachten en vaste leerkrachten (Totaal van de 3 Gemeenschappen) Tabellen A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang E. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
Pagina's 64 64 65 66
1. Oud systeem (Verdeling volgens zelfredzaamheid) 2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening ) van kracht sedert 1 mei 2003 3. Totaal van de twee systemen
67 67 67
F. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2013
68 68
G. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
68 68
H. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW) 2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW)
69 69
Opmerkingen 1. Volgens artikel 101, 3de lid, 7° en 8°, KBW is FAMIFED belast met de uitbetaling van de kinderbijslag aan de tijdelijke en vaste leerkrachten en het tijdelijk en vast personeel van het onderwijs, ingericht of gesubsidieerd door de Gemeenschappen. 2. De kinderbijslag wordt aan die gezinnen betaald onder dezelfde voorwaarden als in het werknemersstelsel. 3. Voor de vaste leerkrachten betalen de Gemeenschappen de kinderbijslag volledig terug aan FAMIFED (voor de vier kwartalen) 4. Voor de tijdelijke leerkrachten betalen de Gemeenschappen de kinderbijslag voor de eerste drie kwartalen terug aan FAMIFED. Het vierde kwartaal is ten laste van de Nationale Verdeling (de tijdelijke leerkrachten worden beschouwd als al dan niet vergoede werklozen in de loop van de maand augustus, de referentiemaand voor de betalingen van het vierde kwartaal volgens de trimestrialiseringsregels). 5. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
30.06.2014
TIJDELIJKE EN VASTE LEERKRACHTEN (Totaal van de 3 Gemeenschappen)
64
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
4.855 4.899 1.640 341 39 12 6 1 1 11.794
22.921 27.285 9.334 1.872 247 59 10 4 3 5 61.740
27.776 32.184 10.974 2.213 286 71 16 4 4 6 73.534
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
5.121 4.932 1.582 316 35 9 5 1 12.001
24.415 27.439 9.044 1.718 212 44 14 1 2 1 62.890
29.536 32.371 10.626 2.034 247 53 19 1 3 1 74.891
30.06.2014
TIJDELIJKE EN VASTE LEERKRACHTEN (Totaal van de 3 Gemeenschappen)
65
C. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
0-2 jaar
5.010
11.194
16.204
3-5 jaar
4.073
13.742
17.815
6-11 jaar
5.759
28.576
34.335
12-15 jaar
2.772
19.873
22.645
16-17 jaar
1.181
10.570
11.751
18-20 jaar
1.527
16.492
18.019
studenten
1.440
15.847
17.287
leerlingen
12
83
95
werkzoekenden
43
246
289
gehandicapten
32
316
348
21-24 jaar
946
14.306
studenten
877
13.610
14.487
leerlingen
3
145
148
66
551
617
werkzoekenden + 25 jaar
TOTAAL
15.252
21.268
3 114.756
3 136.024
30.06.2014
TIJDELIJKE EN VASTE LEERKRACHTEN (Totaal van de 3 Gemeenschappen)
66
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG LEEFTIJDSGROEP
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN gehand.(*) TOTAAL 4.681 44 4.725 3.098 27 3.125 1.028 12 1.040 164 1 165 28 28 8.999 84 9.083 2.846 64 2.910 1.945 36 1.981 689 14 703 126 5 131 33 1 34 5.639 120 5.759 2.056 60 2.116 1.321 32 1.353 403 5 408 65 65 11 11 3.856 97 3.953 1.837 20 1.857 532 9 541 67 3 70 5 5 2.441 32 2.473 11.420 188 11.608 6.896 104 7.000 2.187 34 2.221 360 6 366 72 1 73 20.935 333 21.268
VASTE LEERKRACHTEN gehand.(*) 10.468 85 9.852 89 3.613 34 646 7 141 1 24.720 216 12.777 228 10.446 185 3.953 70 751 14 148 4 28.075 501 14.319 301 11.354 205 3.616 49 519 13 65 2 29.873 570 22.779 211 6.897 87 770 13 38 1 2 30.486 312 3 3 60.346 825 38.549 566 11.952 166 1.954 35 356 7 113.157 1.599
TOTAAL 10.553 9.941 3.647 653 142 24.936 13.005 10.631 4.023 765 152 28.576 14.620 11.559 3.665 532 67 30.443 22.990 6.984 783 39 2 30.798 3 3 61.171 39.115 12.118 1.989 363 114.756
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN TOTAAL gehand.(*) TOTAAL 15.149 129 15.278 12.950 116 13.066 4.641 46 4.687 810 8 818 169 1 170 33.719 300 34.019 15.623 292 15.915 12.391 221 12.612 4.642 84 4.726 877 19 896 181 5 186 33.714 621 34.335 16.375 361 16.736 12.675 237 12.912 4.019 54 4.073 584 13 597 76 2 78 33.729 667 34.396 24.616 231 24.847 7.429 96 7.525 837 16 853 43 1 44 2 2 32.927 344 33.271 3 3 3 3 71.766 1.013 72.779 45.445 670 46.115 14.139 200 14.339 2.314 41 2.355 428 8 436 134.092 1.932 136.024
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
TIJDELIJKE EN VASTE LEERKRACHTEN (Totaal van de 3 Gemeenschappen)
67
E. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG E 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS ZELFREDZAAMHEID) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
0-3 punten
3
7
10
4-6 punten
1
10
11
7-9 punten
-
12
12
TOTAAL
4
29
33
E 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
-
1
1
146
622
768
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
4
31
35
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
54
243
297
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
29
106
135
12-14 punten over de 3 pijlers
39
230
269
15-17 punten over de 3 pijlers
34
144
178
18-20 punten over de 3 pijlers
12
86
98
+ 20 punten over de 3 pijlers
11
107
118
TOTAAL
329
1.570
1.899
TOTAAL
333
1.599
1.932
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
E 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN
30.06.2014
TIJDELIJKE EN VASTE LEERKRACHTEN (Totaal van de 3 Gemeenschappen)
68
F. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EERSTE SEMESTER 2014 GEBOORTERANG
JAAR 2013
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
Eerste geboorten
625
703
1.328
1.196
1.484
2.680
Volgende geboorten
511
964
1.475
870
1.810
2.680
1.136
1.667
2.803
2.066
3.294
5.360
TOTAAL
G. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD G 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN EERSTE SEMESTER 2014 ADOPTIERANG
Eerste rang
Volgende rangen TOTAAL
JAAR 2013
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
3 2 5
5 3 8
8 5 13
3 1 4
12 13 25
15 14 29
G 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP EERSTE SEMESTER 2014 LEEFTIJDSGROEP Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN 1 1 2 1 5
VASTE LEERKRACHTEN 3 1 3 1 8
JAAR 2013 TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN 1 4 1 5 2 13
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN 3 1 4
VASTE LEERKRACHTEN 9 8 3 1 1 1 2 25
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN 9 11 3 1 2 1 2 29
30.06.2014
TIJDELIJKE EN VASTE LEERKRACHTEN (Totaal van de 3 Gemeenschappen)
69
H. GEPLAATSTE KINDEREN H 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW)
Aantal geplaatste kinderen
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
12
110
122
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN
VASTE LEERKRACHTEN
TIJDELIJKE + VASTE LEERKRACHTEN
23
148
171
H 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) 1
Aantal geplaatste kinderen 1
Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
V. BETALINGEN DOOR FAMIFED VOOR REKENING VAN DERDEN V.B. LEERKRACHTEN V.B.2. Tijdelijke leerkrachten in de Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschap (art. 101, al. 3, 7°, KBW) Tabellen A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
Pagina's 71
B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
71
C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep
72
D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang
73
E. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW) 1. Oud systeem (Verdeling volgens zelfredzaamheid) 2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) van kracht sedert 1 mei 2003 3. Totaal van de twee systemen
74 74 74
F. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2013
75 75
G. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
75 75
H. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW) 2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW) Opmerkingen 1. Volgens artikel 101, 3de lid, 7°, KBW is de FAMIFED belast met de uitbetaling van de kinderbijslag aan de tijdelijke leerkrachten en het tijdelijk personeel van het onderwijs, ingericht of de Gemeenschappen. 2. De kinderbijslag wordt aan die gezinnen betaald onder dezelfde voorwaarden als in het werknemersstelsel. 3. De Gemeenschappen betalen de kinderbijslag voor de eerste drie kwartalen terug aan de FAMIFED. Het vierde kwartaal is ten laste van de Nationale Verdeling (de tijdelijke leerkrachten beschouwd als al dan niet vergoede werklozen in de loop van de maand augustus, de referentiemaand voor de betalingen van het vierde kwartaal volgens de trimestrialiseringsregels). 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
76 76
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
71
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
2.427 2.717 889 176 18 2 4 1 1 6.235
2.383 2.105 725 161 20 9 2 5.405
45 77 26 4 1 1 154
4.855 4.899 1.640 341 39 12 6 1 1 11.794
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
2.531 2.734 861 170 16 2 3 1 6.318
2.536 2.121 698 142 18 6 2 5.523
54 77 23 4 1 1 160
5.121 4.932 1.582 316 35 9 5 1 12.001
30.06.2014
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
72
C. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP
VLAAMSE GEMEENSCHAP
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
0-2 jaar
2.849
2.099
62
5.010
3-5 jaar
2.290
1.721
62
4.073
6-11 jaar
3.075
2.605
79
5.759
12-15 jaar
1.352
1.381
39
2.772
16-17 jaar
614
550
17
1.181
18-20 jaar
741
755
31
1.527
studenten
710
701
29
1.440
leerlingen
4
8
-
12
werkzoekenden
13
29
1
43
gehandicapten
14
17
1
32
21-24 jaar
463
469
946
studenten
440
424
13
877
leerlingen
2
1
-
3
21
44
1
66
werkzoekenden + 25 jaar
TOTAAL
14
11.384
9.580
304
21.268
30.06.2014
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
73
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG LEEFTIJDSGROEP
RANG
1ste 2de 0-5 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 6-11 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de + 25 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de TOTAAL 3de 4de 5de en + TOTAAL
VLAAMSE GEMEENSCHAP gehand.(*) TOTAAL 2.653 26 2.679 1.800 16 1.816 545 3 548 81 81 15 15 5.094 45 5.139 1.501 31 1.532 1.038 22 1.060 383 12 395 70 3 73 14 1 15 3.006 69 3.075 1.020 27 1.047 654 17 671 202 5 207 37 37 4 4 1.917 49 1.966 868 11 879 282 3 285 39 39 1 1 1.190 14 1.204 6.042 95 6.137 3.774 58 3.832 1.169 20 1.189 189 3 192 33 1 34 11.207 177 11.384
FRANSE GEMEENSCHAP gehand.(*) TOTAAL 1.975 18 1.993 1.249 11 1.260 465 9 474 80 1 81 12 12 3.781 39 3.820 1.308 31 1.339 879 13 892 298 2 300 55 2 57 17 17 2.557 48 2.605 1.009 28 1.037 649 15 664 196 196 27 27 7 7 1.888 43 1.931 939 9 948 240 5 245 25 3 28 3 3 1.207 17 1.224 5.231 86 5.317 3.017 44 3.061 984 14 998 165 3 168 36 36 9.433 147 9.580
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP gehand.(*) TOTAAL 53 53 49 49 18 18 3 3 1 1 124 124 37 2 39 28 1 29 8 8 1 1 2 2 76 3 79 27 5 32 18 18 5 5 1 1 51 5 56 30 30 10 1 11 3 3 1 1 44 1 45 147 7 154 105 2 107 34 34 6 6 3 3 295 9 304
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN gehand.(*) TOTAAL 4.681 44 4.725 3.098 27 3.125 1.028 12 1.040 164 1 165 28 28 8.999 84 9.083 2.846 64 2.910 1.945 36 1.981 689 14 703 126 5 131 33 1 34 5.639 120 5.759 2.056 60 2.116 1.321 32 1.353 403 5 408 65 65 11 11 3.856 97 3.953 1.837 20 1.857 532 9 541 67 3 70 5 5 2.441 32 2.473 11.420 188 11.608 6.896 104 7.000 2.187 34 2.221 360 6 366 72 1 73 20.935 333 21.268
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
74
E. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG E 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS ZELFREDZAAMHEID) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
0-3 punten
-
3
-
3
4-6 punten
1
-
-
1
7-9 punten
-
-
-
-
TOTAAL
1
3
-
4
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
-
-
-
-
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
89
51
6
146
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
1
3
-
4
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
28
24
2
54
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
12
17
-
29
12-14 punten over de 3 pijlers
20
19
-
39
15-17 punten over de 3 pijlers
15
18
1
34
18-20 punten over de 3 pijlers
6
6
-
12
+ 20 punten over de 3 pijlers
5
6
-
11
176
144
9
329
177
147
9
333
E 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
TOTAAL
E 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN TOTAAL
30.06.2014
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
75
F. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EERSTE SEMESTER 2014 GEBOORTERANG Eerste geboorten Volgende geboorten TOTAAL
JAAR 2013
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
360 306 666
258 201 459
7 4 11
625 511 1.136
650 507 1.157
536 353 889
10 10 20
1.196 870 2.066
G. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD G 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN EERSTE SEMESTER 2014 ADOPTIERANG Eerste rang Volgende rangen TOTAAL
JAAR 2013
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
1 1
2 2 4
-
3 2 5
-
3 1 4
-
3 1 4
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP -
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN 3 1 4
G 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP EERSTE SEMESTER 2014 LEEFTIJDSGROEP Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
VLAAMSE GEMEENSCHAP 1 1
FRANSE GEMEENSCHAP 1 1 2 4
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP -
JAAR 2013 TOTAAL GEMEENSCHAPPEN 1 1 2 1 5
VLAAMSE GEMEENSCHAP -
FRANSE GEMEENSCHAP 3 1 4
30.06.2014
TIJDELIJKE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
76
H. GEPLAATSTE KINDEREN H 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW)
Aantal geplaatste kinderen
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
11
1
-
12
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
18
5
-
23
H 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) 1
Aantal geplaatste kinderen 1
Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
V. BETALINGEN DOOR FAMIFED VOOR REKENING VAN DERDEN V.B.LEERKRACHTEN V.B.3. Vaste leerkrachten in de Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschap (art. 101, al. 3, 8°, KBW)
Tabellen A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang E. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW) 1. Oud systeem (Verdeling volgens zelfredzaamheid) 2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) van kracht sedert 1 mei 2003 3. Totaal van de twee systemen
Pagina's 78 78 79 80 81 81 81
F. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2013
82 82
G. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
82 82
H. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW) 2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW) Opmerkingen 1. Volgens artikel 101, 3de lid, 8°, KBW is FAMIFED belast met de uitbetaling van de kinderbijslag aan de vaste leerkrachten en het vast personeel van het onderwijs, ingericht of gesubsidieerd door de Gemeenschappen. 2. De kinderbijslag wordt aan die gezinnen betaald onder dezelfde voorwaarden als in het werknemersstelsel. 3. De Gemeenschappen betalen de kinderbijslag terug aan FAMIFED. 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
83 83
VASTE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
78
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
12.392 16.429 5.540 1.002 124 29 3 4 2 5 35.530
10.405 10.661 3.726 861 123 29 7 1 25.813
124 195 68 9 1 397
22.921 27.285 9.334 1.872 247 59 10 4 3 5 61.740
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
13.087 16.514 5.396 937 108 22 7 1 1 1 36.074
11.199 10.731 3.581 772 104 21 7 1 26.416
129 194 67 9 1 400
24.415 27.439 9.044 1.718 212 44 14 1 2 1 62.890
30.06.2014
VASTE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
79
C. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP
VLAAMSE GEMEENSCHAP
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
0-2 jaar
7.069
4.079
46
11.194
3-5 jaar
8.659
5.021
62
13.742
6-11 jaar
16.770
11.616
190
28.576
12-15 jaar
11.013
8.715
145
19.873
16-17 jaar
6.000
4.480
90
10.570
18-20 jaar
9.467
6.919
106
16.492
studenten
9.144
6.604
99
15.847
leerlingen
30
53
-
83
werkzoekenden
97
147
2
246
gehandicapten
196
115
5
316
21-24 jaar
7.820
6.365
14.306
studenten
7.597
5.895
118
13.610
leerlingen
56
89
-
145
167
381
3
551
werkzoekenden + 25 jaar
2 TOTAAL
121
66.800
1 47.196
760
3 114.756
30.06.2014
VASTE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
80
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG LEEFTIJDSGROEP
RANG
1ste 2de 3de 0-5 jaar 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 3de 6-11 jaar 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 12-17 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 18-24 jaar 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 3de + 25 jaar 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 3de TOTAAL 4de 5de en + TOTAAL
VLAAMSE GEMEENSCHAP gehand.(*) TOTAAL 6.733 43 6.776 6.285 59 6.344 2.174 18 2.192 334 3 337 79 79 15.605 123 15.728 7.684 145 7.829 6.132 101 6.233 2.182 33 2.215 411 11 422 68 3 71 16.477 293 16.770 7.779 178 7.957 6.496 123 6.619 2.074 28 2.102 286 11 297 36 2 38 16.671 342 17.013 12.551 126 12.677 4.053 58 4.111 469 9 478 19 1 20 1 1 17.093 194 17.287 2 2 2 2 34.749 492 35.241 22.966 341 23.307 6.899 88 6.987 1.050 26 1.076 184 5 189 65.848 952 66.800
FRANSE GEMEENSCHAP gehand.(*) TOTAAL 3.696 42 3.738 3.522 29 3.551 1.420 15 1.435 309 4 313 62 1 63 9.009 91 9.100 5.026 83 5.109 4.237 80 4.317 1.735 37 1.772 336 3 339 78 1 79 11.412 204 11.616 6.425 120 6.545 4.761 81 4.842 1.526 20 1.546 231 2 233 29 29 12.972 223 13.195 10.062 81 10.143 2.797 28 2.825 293 4 297 18 18 1 1 13.171 113 13.284 1 1 1 1 25.210 326 25.536 15.317 218 15.535 4.974 76 5.050 894 9 903 170 2 172 46.565 631 47.196
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP gehand.(*) TOTAAL 39 39 45 1 46 19 1 20 3 3 106 2 108 67 67 77 4 81 36 36 4 4 2 2 186 4 190 115 3 118 97 1 98 16 1 17 2 2 230 5 235 166 4 170 47 1 48 8 8 1 1 222 5 227 387 7 394 266 7 273 79 2 81 10 10 2 2 744 16 760
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN gehand.(*) TOTAAL 10.468 85 10.553 9.852 89 9.941 3.613 34 3.647 646 7 653 141 1 142 24.720 216 24.936 12.777 228 13.005 10.446 185 10.631 3.953 70 4.023 751 14 765 148 4 152 28.075 501 28.576 14.319 301 14.620 11.354 205 11.559 3.616 49 3.665 519 13 532 65 2 67 29.873 570 30.443 22.779 211 22.990 6.897 87 6.984 770 13 783 38 1 39 2 2 30.486 312 30.798 3 3 3 3 60.346 825 61.171 38.549 566 39.115 11.952 166 12.118 1.954 35 1.989 356 7 363 113.157 1.599 114.756
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
VASTE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
81
E. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG E 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS ZELFREDZAAMHEID) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
0-3 punten
3
4
-
7
4-6 punten
8
2
-
10
7-9 punten
5
7
-
12
TOTAAL
16
13
-
29
E 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
1
-
-
1
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
431
184
7
622
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
15
16
-
31
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
133
107
3
243
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
51
54
1
106
12-14 punten over de 3 pijlers
132
97
1
230
15-17 punten over de 3 pijlers
72
71
1
144
18-20 punten over de 3 pijlers
46
39
1
86
+ 20 punten over de 3 pijlers
55
50
2
107
936
618
16
1.570
952
631
16
1.599
TOTAAL
E 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN TOTAAL
30.06.2014
VASTE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
82
F. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EERSTE SEMESTER 2014 GEBOORTERANG Eerste geboorten Volgende geboorten TOTAAL
JAAR 2013
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
449 615 1.064
250 343 593
4 6 10
703 964 1.667
976 1.127 2.103
505 671 1.176
3 12 15
1.484 1.810 3.294
G. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD G 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN EERSTE SEMESTER 2014 ADOPTIERANG Eerste rang Volgende rangen TOTAAL
JAAR 2013
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
1 1 2
4 2 6
-
5 3 8
7 6 13
5 7 12
-
12 13 25
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN 3 1 3 1 8
VLAAMSE GEMEENSCHAP 2 4 3 1 1 2 13
FRANSE GEMEENSCHAP 7 4 1 12
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP -
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN 9 8 3 1 1 1 2 25
G 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP EERSTE SEMESTER 2014 LEEFTIJDSGROEP Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
VLAAMSE GEMEENSCHAP 2 2
FRANSE GEMEENSCHAP 1 1 3 1 6
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP -
JAAR 2013
30.06.2014
VASTE LEERKRACHTEN IN DE VLAAMSE, FRANSE EN DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
83
H. GEPLAATSTE KINDEREN H 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW)
Aantal geplaatste kinderen
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
83
26
1
110
VLAAMSE GEMEENSCHAP
FRANSE GEMEENSCHAP
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP
TOTAAL GEMEENSCHAPPEN
118
30
-
148
H 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW)
Aantal geplaatste kinderen 1
1
Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
OVERHEIDSINSTELLINGEN (art. 101, al. 4, KBW)
V. BETALINGEN DOOR FAMIFED VOOR REKENING VAN DERDEN V.C. PERSONEEL VAN OVERHEIDSINSTELLINGEN (art. 101, al. 4, KBW)
Tabellen A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang E. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
Pagina's 86 86 87 88
1. Oud systeem (Verdeling volgens zelfredzaamheid)
89
2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) van kracht sedert 1 mei 2003
89
3. Totaal van de twee systemen
89
F. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014
90
- Jaar 2013
90
G. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013)
90
2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
90
H. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW)
90
2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW)
90
Opmerkingen 1. Volgens artikel 101, 4de lid, KBW is FAMIFED belast met de uitbetaling van de kinderbijslag aan het personeel van de werkgevers van de openbare sector. De bedoelde overheidsinstellingen staan in tabel A, p. 86-91. In deze tabel zijn geen gegevens opgenomen over het personeel van de "Centra voor Leerlingenbegeleiding" van de Vlaamse Gemeenschap, deze zijn opgenomen in de tabellen over de leerkrachten van de Vlaamse Gemeenschap (zie ook p.70 - 76). 2. De kinderbijslag wordt aan die gezinnen betaald onder dezelfde voorwaarden als in het werknemersstelsel. 3. De betrokken overheidsinstellingen betalen de kinderbijslag terug aan FAMIFED. 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
30.06.2014
PERSONEEL VAN OVERHEIDSINSTELLINGEN
86
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TOTAAL
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
12.584 11.257 3.487 668 89 28 3 1 1 28.118
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TOTAAL
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
13.604 11.250 3.320 587 63 21 3 1 28.849
30.06.2014
PERSONEEL VAN OVERHEIDSINSTELLINGEN
87
C. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
TOTAAL
0-2 jaar
4.722
3-5 jaar
5.448
6-11 jaar
12.320
12-15 jaar
9.109
16-17 jaar
4.998
18-20 jaar
6.993 studenten
6.527
leerlingen
50
werkzoekenden
226
gehandicapten
190
21-24 jaar
5.258 studenten
4.904
leerlingen
56
werkzoekenden
298
+ 25 jaar
38 TOTAAL
48.886
30.06.2014
PERSONEEL VAN OVERHEIDSINSTELLINGEN
88
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG LEEFTIJDSGROEP
RANG
0-5 jaar
1ste 2de 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 3de 4de 5de en +
6-11 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
12-17 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
18-24 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
+ 25 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
TOTAAL TOTAAL
4.536 3.794 1.468 220 39 10.057 5.703 4.483 1.512 276 56 12.030 7.481 4.842 1.251 154 21 13.749 9.616 2.219 214 12 1 12.062 36 2 38 27.372 15.340 4.445 662 117 47.936
TOTAAL gehand.(*) 50 43 14 4 2 113 150 96 37 5 2 290 204 128 22 3 1 358 142 44 3 189
546 311 76 12 5 950
TOTAAL 4.586 3.837 1.482 224 41 10.170 5.853 4.579 1.549 281 58 12.320 7.685 4.970 1.273 157 22 14.107 9.758 2.263 217 12 1 12.251 36 2 38 27.918 15.651 4.521 674 122 48.886
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
PERSONEEL VAN OVERHEIDSINSTELLINGEN
89
E. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG E 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS ZELFREDZAAMHEID) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD 0-3 punten
7
4-6 punten
6
7-9 punten
9
TOTAAL
22
E 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
-
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
352
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
22
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
136
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
80
12-14 punten over de 3 pijlers
149
15-17 punten over de 3 pijlers
85
18-20 punten over de 3 pijlers
41
+ 20 punten over de 3 pijlers
63 TOTAAL
928
TOTAAL
950
E 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN
30.06.2014
PERSONEEL VAN OVERHEIDSINSTELLINGEN
90
F. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD GEBOORTERANG
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
568 434
581 570
1.002
1.151
Eerste geboorte Volgende geboorten TOTAAL
G. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD G 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN RANG Eerste rang Volgende rangen TOTAAL
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
6 1 7
4 1 5
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
2 1 3 1 7
1 2 2 5
G 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJDSGROEP Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
H. GEPLAATSTE KINDEREN H 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW) Aantal geplaatste kinderen
125
H 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) 1 Aantal geplaatste kinderen
45
¹ Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
OORLOGSSLACHTOFFERS (BUITEN KBW)
V. BETALINGEN DOOR FAMIFED VOOR REKENING VAN DERDEN V.D. OORLOGSSLACHTOFFERS (BUITEN KBW)
Tabellen
Pagina's
A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
93
B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
93
C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep
94
D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang
95
E. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW) 1. Oud systeem (Verdeling volgens zelfredzaamheid) 2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) van kracht sedert 1 mei 2003 3. Totaal van de twee systemen
96 96 96
F. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2013
97 97
G. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
97 97
H. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW) 2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW)
97 97
Opmerkingen 1. Buiten het toepassingsveld van de Kinderbijslagwet, betaalt FAMIFED, voor rekening van de FOD Financiën, de kinderbijslag voor oorlogswezen, groot-oorlogsinvaliden, wezen uit de vredestijd, gevolg van de gebeurtenissen in Congo en kinderen van het gewezen beroepspersoneel in Afrika. Voor rekening van de FOD Sociale Zekerheid, betaalt FAMIFED ook de kinderbijslag voor de burgerlijke invaliden en de wezen van burgerslachtoffers van de oorlog 1940 - 1945. 2. De kinderbijslag wordt aan die gezinnen betaald onder dezelfde voorwaarden als in het werknemersstelsel. 3. De FOD Financiën en de FOD Sociale Zekerheid betalen de kinderbijslag terug aan FAMIFED. 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
30.06.2014
OORLOGSSLACHTOFFERS
93
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TOTAAL
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
95 4 3 1 -
103
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TOTAAL
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
103 3 1 1 108
30.06.2014
OORLOGSSLACHTOFFERS
94
C. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
TOTAAL
0-2 jaar
0
3-5 jaar
1
6-11 jaar
3
12-15 jaar
5
16-17 jaar
4
18-20 jaar
5
studenten
5
leerlingen
-
werkzoekenden
-
gehandicapten
-
21-24 jaar
5
studenten
5
leerlingen
-
werkzoekenden
-
+ 25 jaar
94
TOTAAL
117
30.06.2014
OORLOGSSLACHTOFFERS
95
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG
LEEFTIJDSGROEP
RANG
0-5 jaar
1ste 2de 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 3de 4de 5de en +
6-11 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
12-17 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
18-24 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
+ 25 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
TOTAAL TOTAAL
TOTAAL gehand.(*) 1 1 1 1 1 3 4 3 2 9 9 1 10 94 94 108 5 2 1 1 117
-
-
TOTAAL 1 1 1 1 1 3 4 3 2 9 9 1 10 94 94 108 5 2 1 1 117
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
OORLOGSSLACHTOFFERS
96
E. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG E 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS ZELFREDZAAMHEID) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD 0-3 punten
-
4-6 punten
-
7-9 punten
-
TOTAAL
-
E 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
-
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
-
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
-
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
-
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
-
12-14 punten over de 3 pijlers
-
18-20 punten over de 3 pijlers
-
+ 20 punten over de 3 pijlers
-
TOTAAL
-
TOTAAL
-
E 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN
30.06.2014
OORLOGSSLACHTOFFERS
97
F. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD GEBOORTERANG
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
-
-
-
-
-
-
Eerste geboorte Volgende geboorten TOTAAL
G. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD G 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN RANG
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
-
-
-
-
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Eerste rang Volgende rangen TOTAAL
G 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJDSGROEP Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
H. GEPLAATSTE KINDEREN H 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW) Aantal geplaatste kinderen
3
H 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) 1 Aantal geplaatste kinderen
-
¹ Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
ARTIKEL 102, KBW
VI. BETALINGEN TEN LASTE VAN HET GLOBAAL BEHEER CATEGORIEEN VAN BEHARTENSWAARDIGE PERSONEN (huispersoneel, grensarbeiders, …) (art. 102, KBW)
Tabellen
Pagina's
A. Rechthebbenden op kinderbijslag: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
100
B. Bijslagtrekkende gezinnen: verdeling volgens het aantal kinderen in het gezin
100
C. Rechtgevende kinderen: verdeling per categorie van het recht en per leeftijdsgroep
101
D. Rechtgevenden volgens leeftijdsgroep en rang
102
E. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW) 1. Oud systeem (Verdeling volgens zelfredzaamheid) 2. Nieuw systeem (Verdeling volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) van kracht sedert 1 mei 2003 3. Totaal van de twee systemen
103 103 103
F. Kraamgeld: aantal geboorten die aanleiding hebben gegeven tot de toekenning van een kraamgeld - Eerste semester 2014 - Jaar 2013
104 104
G. Adoptiepremies: aantal kinderen waarvoor een adoptiepremie werd betaald 1. Verdeling volgens de rang in het onthaalgezin (1ste semester 2014 en jaar 2013) 2. Verdeling per leeftijdsgroep (1ste semester 2014 en jaar 2013)
104 104
H. Geplaatste kinderen 1. Geplaatste kinderen in een instelling (art. 70, KBW) 2. Geplaatste kinderen bij een particulier (art. 70ter, KBW)
104 104
Opmerkingen 1. Volgens artikel 102, KBW betaalt FAMIFED kinderbijslag voor sommige "behartigenswaardige gevallen" die geen recht hebben op kinderbijslag op een andere basis. Het is de Koning die deze categorieën vastlegt op voorstel van het Beheerscomité van FAMIFED. Het gaat onder meer om huispersoneel, grensarbeiders, gezinnen van verdwenen kinderen,… 2. De kinderbijslag wordt aan die gezinnen betaald onder dezelfde voorwaarden als in het werknemersstelsel. 3. De kinderbijslag wordt rechtstreeks ondergebracht bij het "globaal beheer". De uitgaven in kwestie worden dus geïntegreerd in de algemene rekening van de sociale zekerheid. Vóór 1997 was die kinderbijslag ten laste van het Reservefonds van FAMIFED. 4. Voor de overige begrippen, zie het deel "Algemene begrippen", p. 1 - 7.
30.06.2014
CATEGORIEEN VAN BEHARTENSWAARDIGE PERSONEN (huispersoneel, grensarbeiders, ...)
100
A. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL RECHTHEBBENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TOTAAL
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
1.016 318 36 3 1.373
B. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL BIJSLAGTREKKENDEN VOLGENS HET AANTAL KINDEREN IN HET GEZIN AANTAL KINDEREN
TOTAAL
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + TOTAAL
1.040 309 34 3 1.386
30.06.2014
CATEGORIEEN VAN BEHARTENSWAARDIGE PERSONEN (huispersoneel, grensarbeiders, ...)
101
C. RECHTGEVENDE KINDEREN VERDELING PER CATEGORIE VAN HET RECHT EN PER LEEFTIJDSGROEP
LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDEN
TOTAAL
0-2 jaar
26
3-5 jaar
54
6-11 jaar
109
12-15 jaar
76
16-17 jaar
43
18-20 jaar
795 studenten
762
leerlingen
7
werkzoekenden
18
gehandicapten
8
21-24 jaar
661 studenten
638
leerlingen
7
werkzoekenden
16
+ 25 jaar
8 TOTAAL
1.772
30.06.2014
CATEGORIEEN VAN BEHARTENSWAARDIGE PERSONEN (huispersoneel, grensarbeiders, ...)
102
D. RECHTGEVENDEN VOLGENS LEEFTIJDSGROEP EN RANG
LEEFTIJDSGROEP
RANG
0-5 jaar
1ste 2de 3de 4de 5de en + TOTAAL 1ste 2de 3de 4de 5de en +
6-11 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
12-17 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
18-24 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
+ 25 jaar TOTAAL
1ste 2de 3de 4de 5de en +
TOTAAL TOTAAL
51 18 7 1 77 87 15 5 1 108 91 18 10 119 1.137 293 18 1 1.449 8 8 1.374 344 40 3 1.761
TOTAAL gehand.(*) 1 1 1 3 1 1 5 2 7
7 3 1 11
TOTAAL 52 19 8 1 80 88 15 5 1 109 91 18 10 119 1.142 295 18 1 1.456 8 8 1.381 347 41 3 1.772
(*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, KBW)
30.06.2014
CATEGORIEEN VAN BEHARTENSWAARDIGE PERSONEN (huispersoneel, grensarbeiders, ...)
103
E. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG E 1. OUD SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD) ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD 0-3 punten
-
4-6 punten
-
7-9 punten
-
TOTAAL
-
E 2. NIEUW SYSTEEM (VERDELING VOLGENS DE ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING) ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers
-
6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
5
6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
1
9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler
1
9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler
2
12-14 punten over de 3 pijlers
1
15-17 punten over de 3 pijlers
-
18-20 punten over de 3 pijlers
-
+ 20 punten over de 3 pijlers
1 TOTAAL
11
TOTAAL
11
E 3. TOTAAL VAN DE TWEE SYSTEMEN
30.06.2014
CATEGORIEEN VAN BEHARTENSWAARDIGE PERSONEN (huispersoneel, grensarbeiders, ...)
104
F. KRAAMGELD AANTAL GEBOORTEN DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD GEBOORTERANG
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
124 133 257
259 226 485
Eerste geboorte Volgende geboorten TOTAAL
G. ADOPTIEPREMIES AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD G 1. VERDELING VOLGENS DE RANG IN HET ONTHAALGEZIN RANG
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
6 6
11 11
EERSTE SEMESTER 2014
JAAR 2013
3 3 6
2 1 7 1 11
Eerste rang Volgende rangen TOTAAL
G 2. VERDELING PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJDSGROEP Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3-5 jaar 6-11 jaar 12-17 jaar 18-24 jaar TOTAAL
H. GEPLAATSTE KINDEREN H 1. GEPLAATSTE KINDEREN IN EEN INSTELLING (art. 70, KBW) Aantal geplaatste kinderen
4
H 2. GEPLAATSTE KINDEREN BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) 1 Aantal geplaatste kinderen
1
¹ Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving.
30.06.2014
DOCUMENTATIE
VIII. DOCUMENTATIE Titels
Pagina's
A. Barema's 1. Kinderbijslag voor werknemers van kracht op 1 december 2012 I. II. III. IV. V. VI. VII.
Basiskinderbijslagen Supplementen Kraamgeld Adoptiepremie Jaarlijkse bijslag Grensbedragen voor de inkomsten of sociale uitkeringen Hoofdelijke bijdragen
107 107 108 109 109 109 109
2. Gewaarborgde gezinsbijslag van kracht op 1 december 2012 I. II. III. IV.
Kinderen die niet voor een volledige maand kinderbijslag genieten in een andere regeling Kinderen die al voor een volledige maand in een andere regeling kinderbijslag genieten Kraamgeld Grensbedrag van de bestaansmiddelen per kwartaal
B. Indexcijfers van de consumptieprijzen
110 111 111 111
112
30.06.2014
BAREMA'S
107 EURO/MAAND
A.1. KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS VAN KRACHT OP 1 DECEMBER 2012 SCHAAL TEGEN SPILINDEX 119,62 (BASIS 2004 = 100) Aanpassing : 1) Afschaffing van de overgangsmaatregelen voor de leeftijdstoeslagen op 31 juli 2013 2) Aanpassing van de bedragen van de jaarlijkse toeslag op 30 juni 2013
I. BASISKINDERBIJSLAGEN 1. GEWONE KINDERBIJSLAG(1) 1ste kind…………………………………………………………………..……………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 90,28 2de kind………………………………………………………………………………………………………...………………………………………………………...……………………………………………………………………………………………………………… 167,05 3de kind en elk der volgende……………………………………………………………………………………….……………………………………………….………………..………….…………………………………………………………………………….. 249,41
2. WEZEN(2) per weeskind…………………………………………………...…………....….……………………………………………………………………………….…………………………………………………………………………………………… 346,82
3. FORFAITAIRE KINDERBIJSLAG VOOR KINDEREN GEPLAATST BIJ EEN PARTICULIER (art. 70ter, KBW) per geplaatst kind……………………………………………………………………….……………………………………………..…………………………………………………………………………………………………………………60,58
II. SUPPLEMENTEN 1. SUPPLEMENT VOOR EENOUDERGEZINNEN MET DE GEWONE SCHAAL(3) 1ste kind………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 45,96 2de kind…………………………………………………………….…………………………………………………………………………...….……..…………………………………………………………………………………………………..28,49 3de kind en elk der volgende……………………………………………………..……………...…………………………………………….………………..………….…………………………………………………………………….22,97 2. SUPPLEMENTEN VOOR KINDEREN VAN INVALIDE WERKNEMERS (art. 50ter, KBW)(4) 1ste kind…………………………………………………………….……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 98,88 2de kind……………………………………………………………...……………………………………………………………………...….……..………………………………………………………………………………………………….. 28,49 3de kind en elk der volgende - eenoudergezin……………………………………………………………….………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 22,97 - ander gezin………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………….. 5,00
3. SUPPLEMENTEN VOOR KINDEREN VAN WERKLOZEN VAN MEER DAN ZES MAANDEN EN VAN GEPENSIONEERDEN (art. 42bis, KBW)(4) 1ste kind…………………………………………………………………….……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 45,96 2de kind…………………………………………………………………….………………………………………………………………...….……..………………………………………………………………………………………………….. 28,49 3de kind en elk der volgende - eenoudergezin………………...……………………………………………………..…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 22,97 - ander gezin……………………………………………………….………………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………….. 5,00 (1) Sinds 1 oktober 2006, geldt dit ook voor alle gehandicapten die vóór 1 juli 1966 geboren zijn. (2) Het weeskind waarvan de overlevende ouder hertrouwd is of een huishouden heeft gevormd, geniet de gewone kinderbijslag. (3) Het supplement wordt toegekend als de beroeps- of vervangingsinkomsten van het eenoudergezin dat de gewone bijslag geniet een grensbedrag niet overschrijdt (cfr. punt VI in het barema). (4) De sociale toeslagen art. 42bis KBW en art. 50ter KBW, worden toegekend als inzake kinderlast, gezinsinkomen en beroepsactiviteit een aantal voorwaarden vervuld zijn. Indien aan deze voorwaarden niet is voldaan, wordt de kinderbijslag aan de gewone schaal uitbetaald. Onder bepaalde voorwaarden, kan de verhoogde schaal verder betaald worden in geval van werkhervatting door ex-invaliden, ex-werklozen of ex-rechthebbenden op de gewaarborgde gezinsbijslag.
30.06.2014
BAREMA'S
108 EURO/MAAND
4. BIJKOMENDE BIJSLAG VOOR KINDEREN VAN MINDER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING (Bijslag per kind) a) Oud systeem (volgens de zelfredzaamheidsgraad) 0 - 3 punten : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 406,16 4 - 6 punten : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 444,59 7 - 9 punten : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 475,27
b) Nieuw systeem (volgens de ernst van de gevolgen van de aandoening) (1) minstens 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de drie pijlers : ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 79,17 6 - 8 punten over de drie pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler : …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 105,44 6 - 8 punten over de drie pijlers en ten minste 4 punten in de 1ste pijler : …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 406,16 9 - 11 punten over de drie pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler : ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 246,05 9 - 11 punten in de drie pijlers en ten minste 4 punten in de 1ste pijler : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 406,16 12 - 14 punten over de drie pijlers : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 406,16 15 - 17 punten over de drie pijlers : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 461,83 18 - 20 punten over de drie pijlers : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 494,81 + 20 punten over de drie pijlers : ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 527,80
5. LEEFTIJDSBIJSLAGEN a) Eerste kind van de gewone schaal (dat geen supplement voor eenoudergezinnen of sociale toeslag ontvangt en dat niet door een aandoening getroffen is) 15,73 Kind van 6 tot en met 11 jaar……………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. 23,95 Kind van 12 tot en met 17 jaar…………………….…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. 27,60 Kind van 18 tot en met 24 jaar…………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………………………….. b) Andere kinderen (dus inclusief alle kinderen die een supplement voor eenoudergezinnen of een sociale toeslag ontvangen en alle kinderen met een aandoening) Kind van 6 tot en met 11 jaar……………………………………...……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. 31,36 47,92 Kind van 12 tot en met 17 jaar…………………………………………………………………………...………………………………………………………………………………………………………………………….. 60,93 Kind van 18 tot en met 24 jaar…………………………………………………….…………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. c) Gehandicapten die vóór 1 juli 1966 geboren zijn
Kinderen van 1ste rang die geen supplement voor eenoudergezinnen ontvangen………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 52,89 60,93 Andere kinderen…………………………………………………………………….…………………………………………………………………………………………………………………………………………..
III. KRAAMGELD
EN EURO 1ste geboorte ……………………………….……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 1.223,11 2de geboorte en elk der volgende ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 920,25 elk kind uit een meerlingenzwangerschap ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. 1.223,11
Het kraamgeld kan worden aangevraagd vanaf de zesde maand zwangerschap en de uitbetaling ervan kan bekomen worden twee maanden vóór de vermoedelijke bevallingsdatum. (1) Dit systeem is sinds 1 mei 2009 uitgebreid tot de kinderen met een aandoening geboren vóór 1993 en jonger dan 21 jaar. De oude regeling blijft van kracht als overgangsmaatregel.
30.06.2014
BAREMA'S
109 IN EURO
IV. ADOPTIEPREMIE per geadopteerd kind……………………………………………………………………………….……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 1.223,11
V. JAARLIJKSE BIJSLAG(1) (aan spilindex 119,62 geldig vanaf juli 2013) a) KINDEREN ZONDER EEN TOESLAG Kind van 0 tot en met 5 jaar……………………………………...…………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………. 22,00 Kind van 6 tot en met 11 jaar………………………………………..…………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………. 50,00 Kind van 12 tot en met 17 jaar……………………………….……………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………………………. 70,00 Kind van 18 tot en met 24 jaar……………………………………..……………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………………………. 95,00
b) KINDEREN MET EEN TOESLAG(2) Kind van 0 tot en met 5 jaar……………………………..…………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………………. 27,60 Kind van 6 tot en met 11 jaar………………………………..……………………………………………………………………………….…………………………………………………………………………………………………………………. 58,59 Kind van 12 tot en met 17 jaar……………………………….…………………………………………………………………………………...……………………………………………………………………………………………………………………. 82,02 Kind van 18 tot en met 24 jaar………………………………...………………………………………………………………………………...……………………………………………………………………………………………………………………. 110,42
VI. GRENSBEDRAGEN VOOR DE INKOMSTEN OF SOCIALE UITKERINGEN 1. GRENSBEDRAG VOOR HET RECHTGEVEND KIND Bedrag van het loon of de sociale uitkering op maandbasis waarboven de betrokken rechtgevenden niet langer recht hebben op kinderbijslag………………………………………………………………………….. 520,08 Zijn betrokken : - de jongere met een leerovereenkomst; - de werkzoekende die een winstgevende activiteit uitoefent of een sociale uitkering ontvangt; - de rechtgevende die niet langer onderworpen is aan de leerplicht en één van de types van secundair onderwijs met beperkt leerplan volgt die georganiseerd worden volgens de door de gemeenschappen bepaalde normen en daarnaast een winstgevende activiteit uitoefent of een sociale uitkering ontvangt; - de student die een bezoldigde stage verricht waarvan het volbrengen een voorwaarde is tot het verkrijgen van een wettelijk gereglementeerd diploma, getuigschrift of brevet.
2. GRENSBEDRAG VOOR HET GEZIN Totaal bruto maandbedrag van de vervangingsinkomsten en de inkomsten uit werk (toegelaten activiteit en/of activiteit van de echtgenoot of partner) waarboven geen toeslag verleend wordt voor een rechthebbende die invalide is, gepensioneerd, langer dan 6 maanden werkloos, werkhervatter is of voor een eenoudergezin (cf. p. 1, II. 1-2-3.), als: - de rechthebbende of de bijslagtrekkende alleen woont met de kinderen…………………………………..…………………………………………………………………………………………………………………………………. 2.230,74 - de rechthebbende zijn echtgenoot samenwonen met de kinderen…………………………………………………………………………………………………………………………… 2.306,94 Kind geborenentussen 1.01.1981 of enpartner 31.12.1984…………………………………………………………………………..………………………………………………………
VII. HOOFDELIJKE BIJDRAGEN (Vanaf 01/01/2013) Bedrag per dag…………………………………………...………………………..………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. 8,14 Bedrag per maand……………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. 171,07 (1) Alleen kinderen met recht op kinderbijslag in juli 2012 ontvangen dit bedrag. Een kind dat bijvoorbeeld pas zes jaar wordt in september en op 1 juli recht heeft op kinderbijslag, heeft wel al recht op de vermelde jaarlijkse bijslag voor 6-11 jarigen. (2) De kinderen die recht geven op een sociale toeslag, de eenoudertoeslag, verhoogde wezenbijslag of de toeslag voor kinderen met een aandoening krijgen het verhoogde bedrag
30.06.2014
BAREMA'S
110
A.2. GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG VAN KRACHT OP 1 DECEMBER 2012 SCHAAL TEGEN SPILINDEX 119,62 Aanpassing : Wijziging van de bedragen van de jaarlijkse toeslag op 30 juni 2013
I. KINDEREN DIE NIET VOOR EEN VOLLEDIGE MAAND KINDERBIJSLAG GENIETEN IN EEN ANDERE REGELING 1. BASISKINDERBIJSLAGEN
EURO/MAAND
(1)
1ste kind………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………… 90,28 2de kind…………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………… 167,05 3de kind en elk der volgende…………………………………………………………….………………..………….……………………………………………………………………………………………………………...………………………………………………………………………… 249,41
2. SOCIALE SUPPLEMENTEN(2)
1ste kind………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………… 45,96 2de kind………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 28,49 3de kind en elk der volgende - eenoudergezin(3)………………………………………………………………………………...………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 22,97 - ander gezin………………………………………………………………………………………………...………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 5,00
3. WEZEN
per weeskind………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..……… 346,82
4. LEEFTIJDSBIJSLAG
Kind van 6 tot en met 11 jaar…………………………………………………………………………………………………………...………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 31,36 Kind van 12 tot en met 17 jaar…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………...……………………………………………… 47,92 Kind van 18 tot en met 24 jaar…………………………………………………………………………………………………...……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 60,93
5. BIJZONDERE BIJSLAG VOOR KINDEREN GEPLAATST IN EEN INSTELLING
per geplaatst kind……………………………………………………..………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………… 60,58
6. JAARLIJKSE BIJSLAG* (aan spilindex 119,62 geldig vanaf juli 2013)
EURO/JAAR
Kind van 0 tot en met 5 jaar………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 27,60 Kind van 6 tot en met 11 jaar………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 58,59 Kind van 12 tot en met 17 jaar………………………………………………………………………………………………...………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 82,02 Kind van 18 tot en met 24 jaar………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………...………………………………………………… 110,42 (1) Als bepaalde voorwaarden van de wet tot instelling van de gewaarborgde gezinsbijslag niet vervuld zijn, keert FAMIFED de basiskinderbijslag uit als voorschot. (2) Een sociaal supplement wordt bij het basisbedrag gevoegd als alle voorwaarden vervuld zijn. (3) De toeslag wordt toegekend als de bijslagtrekkende alleen woont met de kinderen. * Alleen kinderen met recht op kinderbijslag in juli 2013 ontvangen dit bedrag. Een kind dat bijvoorbeeld pas zes jaar wordt in september en op 1 juli recht heeft op kinderbijslag, heeft wel al recht op de vermelde jaarlijkse bijslag voor 6-11 jarigen. De kinderen die recht geven op een sociale toeslag, de eenoudertoeslag, verhoogde wezenbijslag of de toeslag voor kinderen met een aandoening krijgen het verhoogde bedrag.
30.06.2014
BAREMA'S II. KINDEREN DIE AL VOOR EEN VOLLEDIGE MAAND KINDERBIJSLAG IN EEN ANDERE REGELING GENIETEN
111 EURO/MAAND
De bedragen aan gewaarborgde gezinsbijslag gestort voor een kind dat reeds voor een volledige maand kinderbijslag geniet in een andere regeling, zijn dezelfde als de bedragen toegekend in de regeling van de kinderbijslag voor zelfstandigen.
1. KINDERBIJSLAG
1ste kind…………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 84,43 2de kind……………………………..…………………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………………… 167,05 3de kind en elk der volgende………………………………………..…………………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………… 249,41
2. LEEFTIJDSBIJSLAG In de eerste rang
Kind van 6 tot en met 11 jaar…………………………………..…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 31,36 Kind van 12 tot en met 17 jaar…………………………………..………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 47,92 Kind van 18 tot en met 24 jaar…………………………………..………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 52,89
In de andere rangen
Kind van 6 tot en met 11 jaar………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 31,36 Kind van 12 tot en met 17 jaar……………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 47,92 Kind van 18 tot en met 24 jaar……………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 60,93
3. BIJZONDERE BIJSLAG VOOR KINDEREN GEPLAATST IN EEN INSTELLING per geplaatst kind………………………………………………………………………………………………………………………………………..………………………………………………………………………………………………………………… 84,43
4. JAARLIJKSE BIJSLAG* (aan spilindex 119,62 geldig vanaf juli 2013) Kind van 0 tot en met 5 jaar………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Kind van 6 tot en met 11 jaar………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Kind van 12 tot en met 17 jaar………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Kind van 18 tot en met 24 jaar……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….
III. KRAAMGELD
EURO/JAAR 22,00 50,00 70,00 95,00
IN EURO
1ste geboorte en meerlingen geboorten……………………………………………………………………………………………………………………..……………………………………………………………………………………………………………. 1.223,11 2de geboorte en elk der volgende…………………………………………………………………………...….……..……………………………………………………..………………………………………………………………………………….. 920,25
IV. GRENSBEDRAG VAN DE BESTAANSMIDDELEN PER KWARTAAL De grensbedragen per kwartaal van de bestaansmiddelen waarmee rekening wordt gehouden voor de toekenning van de gewaarborgde gezinsbijslag belopen:
1 kind……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………………………………………….…………………………………………………………………………………………………………… 4.062,82 2 kinderen………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………………………………………….…… 4.875,38 3 kinderen………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………………………………………….…… 5.687,95 4 kinderen………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………………………………………….…………………………………………………………………………………………………… 6.500,51 5 kinderen……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………………………………………….……………………………………………………………………………………………………… 7.313,08 6 kinderen……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………………………………………….……………………………………………………………………………………………………………… 8.125,64 Elk volgend kind…………………………………………………………………………………………………………………………………………………….………………………………………….……………………………………………………………………………………………………………… + 20%
* Alleen kinderen met recht op kinderbijslag in juli 2013 ontvangen dit bedrag. Een kind dat bijvoorbeeld pas zes jaar wordt in september en op 1 juli recht heeft op kinderbijslag, heeft wel al recht op de vermelde jaarlijkse bijslag voor 6-11 jarigen. De kinderen die recht geven op een sociale toeslag, de eenoudertoeslag, verhoogde wezenbijslag of de toeslag voor kinderen met een aandoening krijgen het verhoogde bedrag.
31.12.2013
112
B. INDEXCIJFERS VAN DE CONSUMPTIEPRIJZEN Ter uitvoering van de reglementering die de sociale uitkeringen koppelt aan de index van de consumptieprijzen, wordt de gezinsbijslag verhoogd de 1ste dag van de 1ste maand nadat het gemiddelde van vier maandindexen (gezondheidsindex) de spilindex die de verhoging van de gezinsbijslag uitlokt, overschreden heeft. De spilindexen (basis 2004 = 100) welke in de toekomst vatbaar zijn voor een wijziging van de bijslag: 122,01 en 124,45. De indexcijfers van de consumptieprijzen vastgesteld door de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie in de jaren 2013 en 2014:
INDEXCIJFER DER CONSUMPTIEPRIJZEN 2013
2004 = 100
Gezondheidsindex (*)
Gezondheidsindex laatste 4 maanden
2004 = 100
Gezondheidsindex (*)
Gezondheidsindex laatste 4 maanden
januari
121,63
120,00
120,54
123,01
121,49
121,22
februari
122,02
120,27
120,36
123,21
121,68
121,39
maart
122,19
120,50
120,21
123,28
121,72
121,54
april
122,14
120,49
120,32
122,90
121,30
121,55
mei
122,32
120,81
120,52
122,77
121,12
121,46
juni
122,53
121,01
120,70
122,87
121,18
121,33
juli
122,66
121,06
120,84
123,07
121,33
121,23
augustus
122,58
120,89
120,94
122,61
120,91
121,14
september
122,65
120,81
120,94
122,51
120,84
121,07
oktober
122,56
120,99
120,94
122,67
121,11
121,05
november
122,64
121,12
120,95
122,51
121,11
120,99
december
122,84
121,27
121,05
0,00
0,00
90,77
Maand
Basis
2014 Basis
(*) Het Koninklijk Besluit van 24 december 1993 genomen in uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen vervangt de index der consumptieprijzen door de "gezondheidsindex" vanaf 1 januari 1994. bron: Het Belgisch Staatsblad
30.06.2014