Delen met Plezier de volgende stap. Verkaart Development Team Beleidsplan 2010 en verder

Delen met Plezier de volgende stap

Verkaart Development Team Beleidsplan 2010 en verder

INHOUD

ALGEMEEN 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17.

Inleiding Mission statement Algemeen beleid Communicatiebeleid PR beleid Website Inkomsten Kosten 8.1 Vaste kosten 8.2 Variabele kosten Financiën Sponsoring Sportieve sponsorprojecten in Kenia Reizen Structuur van de organisatie Verantwoordelijken Administratieve centrale medewerker in Nederland Containers Bouwen in Kenia

DE PROJECTEN 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26.

Weesmeisjesinternaten Medische Zorg Gehandicapteninternaat Albinoproject Polytechnische scholing Student Loan System Jongensweeshuis New Light Tandartsenproject Homeopathie

Beleidsplan Verkaart Development Team ‘Delen met plezier, de volgende stap’

bladzijde 2 van 14

1.

Inleiding

Na een periode van bijna 20 jaar privéontwikkelingshulp in Kenia, hebben de pioniers van dit veel omvattende project het stokje overgedragen. Veel is in de afgelopen 20 jaar bereikt. Veel is geleerd over ontwikkelingswerk en de mogelijkheden in een land met geheel andere culturele achtergronden. Daarnaast hebben we kunnen vaststellen dat een land als Kenia zich op vele vlakken al lang minder ontwikkeld heeft. Als gevolg daarvan kunnen we stellen dat het land op deelgebieden tot wel 100 jaar achter loopt op onze ontwikkelingen. Met “westerse ogen” kijken naar een land als Kenia zal in de regel niet leiden tot succesvolle ontwikkelingen. Het kostte tenminste 8 jaar om te leren denken als de Kenianen. De beperkte tijd die vrijwilligers van het Verkaart Development Team (VDT) in het land doorbrengen, blijkt een hindernis om vooruitgang te boeken. Mede hierdoor zijn diverse initiatieven van ons gestrand of door ons zelf gestaakt. Voorop heeft altijd gestaan om met een ondernemende blik de uitdagingen tegemoet te treden. Indien de doelen niet werden bereikt hebben we de koers soms moeten bijstellen. De kinderschoenen van onze organisatie kunnen worden weggegooid, de pioniersfase is voorbij. Dit wil niet zeggen dat hiermee de ervaringen van de eerste fase verloren gaan. Sterker nog, dit zal de basis vormen voor het hier te formuleren beleid.

2.

Mission Statement Bij al onze initiatieven is de doelstelling geweest en zal de doelstelling zijn, om ontwikkelingen op gang te brengen die in de toekomst duurzame verbeteringen opleveren. Bij het woord ” toekomst”, denken we aan kinderen, kinderen hebben de toekomst. Maar nog specifieker denkt het VDT aan de rol van meisjes in de toekomst van Kenia. Vrouwen dragen voor een belangrijk deel de economie van het land, maar zijn ondergewaardeerd en vaak de voetveeg van de samenleving.

Om onze doelstelling te kunnen realiseren is een gezonde, open en transparante organisatie nodig om in Nederland financiële middelen bijeen te krijgen. Daartoe dient het VDT zich te profileren als een aantrekkelijke partner voor donateurs. Het VDT is een uitvoerende ontwikkelingsorganisatie. Het beleid is erop gericht om met de verkregen gelden een optimaal resultaat te behalen met de projecten in Kenia. Dit beleid wordt uitgevoerd tegen minimale kosten door vrijwilligers. Het VDT verleent op ondernemende wijze ontwikkelinghulp in Kenia, waarbij vooral gekeken wordt naar de behoeften in Kenia. In alle gevallen van ontwikkelingshulp die het VDT geeft, zal er iets worden terug verwacht van de Kenianen; „Niets voor niets.‟ Het woord “ontwikkelingssamenwerking” is dan ook meer van toepassing dan “ontwikkelingshulp”. Door te veel Westers te denken en niet te onderzoeken waar werkelijk behoefte aan is, wordt er door vele ontwikkelingsorganisaties teveel geld verkeerd besteed. Het VDT is van mening dat door het geven van geld en goederen vaak het tegenovergestelde effect bereikt wordt, van wat de gever beoogt.

3.

Algemeen Beleid

Het Verkaart Development Team is een uitvoerende organisatie. Centraal staat het op de ondernemende manier geven van ontwikkelingshulp in Kenia. Het VDT is geen fondsenwervende organisatie. Het VDT heeft als doel het verlenen van structurele ontwikkelingshulp in Kenia, waarbij wordt bijgedragen aan een betere toekomst voor Kenia. Kinderen hebben de toekomst. Vandaar dat een groot deel van de werkzaamheden van het VDT in Kenia gericht zijn op kinderen. Om kinderen verder te helpen in een land als Kenia is onderwijs het sleutelwoord. Het VDT heeft in de afgelopen twintig jaar meer dan zeventig lagere scholen gebouwd, vier internaten voor weesmeisjes waar middelbaar onderwijs wordt gegeven, tien dispensaries en twee polytechnische scholen. In deze periode werd duidelijk dat vooral de grote groep weesmeisjes in de middelbare school leeftijd erg kwetsbaar is. Vaak verguist, misbruikt, altijd teveel en ongewenst. Gedurende de aanwezigheid van het VDT in Kenia zijn er diverse groepen kinderen op het pad gekomen die de aandacht meer dan nodig hadden. Zo is het project Gehandicapteninternaat, het Albinoproject en het project Jongensinternaat New Light ontstaan.


bladzijde 3 van 14

De organisatie, die op drie medewerkers in Kenia na, geheel uit vrijwilligers bestaat, streeft ernaar een optimaal rendement te halen uit sponsorgelden. De VDT-vrijwilligers zijn deels sponsoren, en deels mensen die de organisatie een warm hart toe dragen. Doordat vrijwilligers soms ook sponsor zijn, is het formuleren van duidelijke kaders en richtlijnen uiterst belangrijk. Deze vrijwilligers hebben (begrijpelijk) de neiging het algemeen belang nog wel eens uit het oog te verliezen, daar zij vaak “opgaan” in het eigen project. Het verleden heeft geleerd dat dit tot lastige tegenstellingen kan leiden, die het bovenliggende belang geen goed doen. Hier zal dan ook steeds aandacht aan besteed worden.

4.

Communicatiebeleid

Een groeiende organisatie zoals het VDT is afhankelijk van haar vrijwilligers en haar donateurs. Heldere communicatie van het VDT naar haar vrijwilligers en naar haar sponsors is essentieel. Daar waar sponsors betrokken zijn bij de ontwikkelingen binnen het VDT en een actieve rol vertolken in hun eigen project, zijn heldere doelen en duidelijke kaders zeer belangrijk. Het VDT dient tevens duidelijk te communiceren met geïnteresseerden die voor het eerst in aanraking komen met de organisatie of met diegenen die om welke reden dan ook meer willen weten van wat het VDT nu precies doet en haar werkwijze. Alle betrokkenen worden geïnformeerd door het VDT. Openheid en transparantie zijn hierbij de sleutelwoorden voor wat betreft de werkwijze van het VDT, maar ook bijvoorbeeld over de financiële positie van het VDT, nieuwe ontwikkelingen, nieuwe doelstellingen, bijgestelde doelstellingen, behaalde successen, mislukkingen en teleurstellingen. Communicatie vindt plaats middels een website, die up-to-date wordt bijgehouden, periodiek per mail verstuurde nieuwsbrieven en eventuele voorlichtings- en discussieavonden. De mate van betrokkenheid en soort donateur vraagt daarnaast in enkele gevallen om een individuele benadering. Om aan al deze belangen professioneel tegemoet te komen, is een sluitend datasysteem een must. Alle data van een ieder die betrokken is bij het VDT, zowel in Nederland als in Kenia is opgeslagen in een flexibel softwarepakket. Ook van ieder weesmeisje in Kenia dat op een VDT internaat zit, zijn de gegevens in het pakket opgeslagen. Dit systeem dient te allen tijde up-to-date te blijven en vormt de basis van het functioneren van de organisatie.

5.

PR beleid

Essentieel voor de organisatie zijn de inkomsten. Sponsors komen en gaan. Er zijn sponsors die nadat zij hun weesmeisje(s) vier jaar hebben geholpen (een) nieuw(e) weesmeisje(s) financieel adopteren. Er zijn ook sponsors die nadat hun weesmeisje(s) het internaat verlaten kiezen om niet verder te sponsoren. Dit is een niet aflatend aandachtspunt. Het PR beleid is erop gericht om het VDT voortdurend onder de aandacht te brengen aan een zo breed mogelijk publiek. De doelstelling is om mensen en/of organisaties te interesseren voor de activiteiten. Geïnteresseerden worden gemotiveerd om mee te reizen en te ontdekken wat het VDT doet en nog belangrijker, hoe het VDT het doet. Door telkens grote groepen mee te nemen naar Kenia ontstaat een soort olievlek met een steeds groter bereik. Nieuwe ideeën en initiatieven zijn daarnaast het gevolg evenals de nieuwe contacten die hiermee worden opgedaan die ook leiden tot een continue aanwas van nieuwe vrijwilligers.

6.

Website

Voor een goede communicatie naar de donateurs, is een duidelijke, overzichtelijke website onontbeerlijk. Hierin dienen alle projecten goed gepresenteerd te zijn. Op de website zal ook duidelijk zichtbaar moeten zijn hoeveel geld er omgaat in de VDT projecten. Er zal een inzicht komen in kosten, overhead en uitgaven per project. Transparantie zal het sleutelwoord zijn. Op de website hebben alle projecten en activiteiten een zelfde uitstraling en huisstijl. De herkenning en daarmee de bekendheid worden hiermee groter.


bladzijde 4 van 14

7.

Inkomsten

Voor wat betreft de inkomsten is het VDT afhankelijk van haar donateurs. Het VDT is onder andere een aantrekkelijke partner voor haar donateurs omdat de overhead zeer gering is. We onderscheiden vier soorten donateurs: 1. De particuliere sponsor. Deze groep sponsors heeft de basis gelegd voor het succes van het VDT en bepaalt voor een groot deel de sfeer die het VDT uitstraalt. Jaarlijks gaan er tussen de 150 en 350 sponsors, geïnteresseerden, vrijwilligers et cetera op eigen kosten mee naar Kenia om met eigen ogen te zien wat het VDT doet en wat er met de verkregen gelden is bereikt. Dit zijn voor de deelnemers onvergetelijke momenten. De particuliere sponsor sponsort veelal een of meerdere weesmeisjes op de VDT internaten. 2. De zakelijke sponsor. Eigenlijk zijn er twee soorten zakelijke sponsoren.  De zakelijke sponsor die met het eigen bedrijf (delen van) bouwprojecten of weesmeisjes sponsoren en veelal meegaan met onze jaarlijkse bezoeken aan Kenia.  Grotere bedrijven; In de regel steunen grotere bedrijven in Nederland altijd wel een goed doel. Vaak ontbreekt het hierbij aan betrokkenheid van de geldgever. Voor deze groep is het essentieel om in het VDT een partner te vinden, waar men met plezier haar gift aan afdraagt. Zeer belangrijk voor deze groep donateurs is een gedegen financiële onderbouwing van de VDT projecten en een uiterst transparante verslaglegging. Bewust wordt hier het woord “partner” gebruikt. Het VDT dient te zorgen dat deze zakelijke sponsor het goede gevoel heeft door te sponsoren. Medewerkers van bedrijven kunnen met het VDT mee naar Kenia. 3. Stichtingen die zich bezig houden met fondsenwerving. Een kwaliteit van het VDT is het op zeer effectieve wijze verlenen van ontwikkelingshulp. Andere goede doelenorganisaties zamelen vaak veel geld in met allerlei acties. Van collectes tot het organiseren van gala‟s, diners, veilingen en dergelijke. Bij dit soort organisaties zijn vaak ook bekende Nederlanders betrokken. Het VDT moet als de ultieme uitvoerende organisatie, partner worden van dit soort organisaties, “de logische achterdeur”. Zo doet een ieder waar men goed in is en wordt het maximale resultaat behaald. Door het VDT te presenteren als een zeer efficiënte uitvoerende organisatie en niet als geldinzamelaar, is het VDT geen concurrent van deze stichtingen maar een aantrekkelijke partner om geld aan te doneren. 4. Scholen. Veel (bouw)projecten zijn gesponsord door scholen. Op de scholen in Nederland worden acties gehouden waarmee geld wordt ingezameld voor VDT projecten. Jaarlijks gaan er leerlingen en docenten van middelbare scholen mee naar Kenia. Voor de leerlingen zijn de bezoeken aan Kenia onvergetelijk. De giften van onze donateurs bepalen in grote mate de slagkracht van het VDT in Kenia. Het door het VDT verschuldigde schoolgeld voor de weesmeisjes is gegarandeerd door sponsors van weeskinderen die allen hun bijdrage toezeggen voor een studieperiode van 4 jaar. In de regel vallen er na die periode meerdere sponsors af, die dan hun eigen sponsordoelstelling hebben vervuld. Voor het VDT is de uitdaging groot om deze sponsors te interesseren om een nieuw weesmeisje te sponsoren. Het nog steeds groeiende aantal weeskinderen zorgt voor een groeiende behoefte aan sponsorgelden. Indien niet voldoende nieuwe sponsors gevonden worden, dan is het risico dat er op de scholen capaciteit onbenut blijft. Of dat nieuwe meisjes reeds zijn toegelaten zonder sponsor hetgeen tot ongedekte kosten leidt binnen het VDT. De uitdaging is een “vaste bodem” onder het project te leggen met een min of meer gegarandeerde inkomstenstroom. Jaarlijks organiseert het VDT een sportief evenement, genaamd “Aktie voor Kenia”, waarmee sponsorgeld bijeen wordt gebracht. Deze sportieve acties kunnen gebruikt worden om een financiële bodem te leggen onder het weesmeisjesproject. Vraag is wel of het haalbaar blijkt ieder jaar een dergelijk project te organiseren en er telkens voldoende animo voor te behouden. Een meerjarige subsidie of een meerjarige toezegging voor sponsoring door zeer substantiële donateurs uit het bedrijfsleven of door grotere fondsenwervende organisaties zou uitkomst bieden.


bladzijde 5 van 14

8.

Kosten 8.1 Vaste kosten De organisatie kent in Nederland beperkte vaste kosten, die meerjarig zijn gedekt. De kosten betreffen met name het salaris van de centrale VDT medewerker in Nederland, de administratie, porto, briefpapier e.d. Al deze kosten worden al vele jaren opgebracht door de Verkaart Groep. Andere vaste kosten zijn de salarissen van de medewerkers in Kenia, onderhoud van gebouwen en vervoerskosten. 8.2 Variabele kosten De opleiding van de weeskinderen is in principe gedurende hun schooltijd gegarandeerd gefinancierd. We praten per 2009 over een budget van circa € 325.000,00 per jaar. Kosten op middellange termijn zijn het schoolgeld van alleen door het VDT gesponsorde weesmeisjes. De verplichting tot betaling van schoolgeld gaat het VDT aan voor de schoolperiode van vier jaar. Indien er niet voldoende sponsors zijn, kan het VDT beslissen minder kinderen toe te laten op de internaten. Elk nieuw schooljaar worden nieuwe kinderen toegelaten zonder toezegging van een sponsor. Daarmee verplicht het VDT zich ten opzichte van het weesmeisje om gedurende 4 jaar haar schoolgeld te voldoen. De ervaring heeft tot nu toe geleerd dat hiervoor veelal sponsors werden gevonden. Het zou erg prettig werken als er een constante buffer is om deze onzekere situatie het hoofd te bieden.

9.

Financiën.

Donateurs zijn bewuster en kritischer geworden, steeds vaker willen zij weten hoe een organisatie als het VDT haar geld besteedt. Ook grotere donateurs, bedrijven en stichtingen waarmee het VDT zal gaan samenwerken, zullen verantwoording eisen over de activiteiten en bestedingen en zullen transparante goedgekeurde jaarrekeningen van het VDT eisen. Hiervoor is het jaarverslag het middel bij uitstek. Het jaarverslag van een maatschappelijke organisatie is per definitie een maatschappelijk jaarverslag en daaraan worden terecht eisen gesteld ten aanzien van inzichtelijkheid en toegankelijkheid. De budgetten waar het VDT mee te maken heeft, zijn inmiddels van dien aard, dat een goede financiële administratie onontbeerlijk is. Op dit punt zal nog een stap gemaakt gaan worden.

10.

Sponsorbeleid

De uitdaging van het VDT is zo veel mogelijk mensen te interesseren voor onze activiteiten in Kenia en ze daarnaast te verleiden tot sponsoring. Dit kan door een ongelabelde bijdrage. Hiermee kunnen onvoorziene kosten, uitval van sponsors, aangegane verplichtingen zonder dekking, opstartkosten e.d. gedekt worden. Deelnemers op onze reizen dragen overigens sowieso mee aan deze kosten, daar ongeveer 5% van de reissom ten goede komt aan het VDT. Een tweede vorm van sponsoring is gelabelde sponsoring. Dit betreft bijvoorbeeld het sponsoren van een weesmeisje, een schoollokaal of ander bouwwerk. Hiermee wordt men desgewenst ook verantwoordelijk voor dit object in de toekomst en beslist men mee, binnen de doelstellingen van het VDT, over dit bepaalde gesponsorde object. Als het VDT deze zorg op zich neemt dan blijft het VDT natuurlijk graag een financiële bijdrage ontvangen van de originele sponsors voor de instandhouding van het project. Een derde vorm van sponsoring is het opstarten van een geheel zelfstandige programmalijn onder de vlag van het VDT. Indien overeenstemming hierover met het VDT is bereikt, kan met inachtneming van het in dit beleidsplan geformuleerde beleid, een nieuw project gestart worden. Voor alle vormen van sponsoring geldt dat het VDT-beleid gerespecteerd dient te worden. Indien de visies na verloop van tijd uiteen lopen of de behoefte ontstaat zelfstandig, los van het VDT, door te gaan is dat altijd mogelijk. Per geval zal bekeken worden of een nieuw op te starten project zich hiervoor leent en dat het niet zal concurreren met het VDT. In goede harmonie zal het VDT bezien, hoe de projecten elkaar zoveel mogelijk kunnen blijven versterken. Een ding zal boven alles staan: het belang van (kinderen in) Kenia moet gediend blijven.


bladzijde 6 van 14

11.

Sportieve sponsorprojecten in Kenia

Sinds 2005 vindt er onder leiding van Hans en Margot Verkaart jaarlijks in oktober een sportieve uitdaging in Kenia plaats, onder de noemer “Aktie voor Kenia”. De volgende akties hebben plaatsgevonden:  2005: beklimming van de Kilimanjaro;  2006: Mombasa marathon;  2007: Kenya Biking Challenge;  2008: Driedaagse wandeltocht langs enkele VDT projecten;  2009: Kenya Cross op off road motoren; Met deze acties hebben de deelnemers veel sponsorgeld bijeengebracht voor de VDT projecten. Het effect van deze acties is tweeërlei; Er gaan steeds nieuwe deelnemers met het VDT mee, die aangekomen na de sportieve uitspatting in het hotel, de VDT projecten bezoeken. Deze deelnemers worden op deze manier betrokken bij het VDT en vervullen op hun beurt weer een ambassadeursfunctie voor de organisatie. Het tweede, rechtstreekse effect is dat de deelnemers zich laten sponsoren en zo een aanzienlijk bedrag bijeen brengen voor het VDT. Reden om de akties voor Kenia door te zetten. In 2010 zal het eerste lustrum van de Aktie voor Kenia worden gevierd waar het is begonnen: Op de Kilimanjaro. Er zal, ook voor wat betreft dit VDT onderdeel, meer landelijke bekendheid moeten worden gegeven aan deze evenementen, zodat jaarlijks meer en nieuwe deelnemers meegaan. Hiermee onderscheidt het VDT zich uitdrukkelijk van andere ontwikkelingsorganisaties.

12.

Reizen.

Zeer belangrijk voor de organisatie zijn de reizen die het VDT jaarlijks in maart en in oktober organiseert. Het VDT reserveert dan een hotel ten zuiden van Mombasa, in Diani Beach, aan het strand. Vanuit het hotel zijn de VDT projecten allemaal per auto bereikbaar. Middels deze reizen voorziet het VDT een belangrijk deel in haar bekendheid, PR, en inkomsten. Door zo veel mogelijk mensen projecten te laten zien draagt het VDT bij in de transparantie van haar organisatie, maar ook worden mensen enthousiast en betrokken bij het VDT. Na het “zien” volgt vaak sponsoring, betrokkenheid en/of uitdragen van de naamsbekendheid. Ook melden mensen, die met het VDT zijn mee geweest naar Kenia, zich regelmatig als vrijwilliger aan. Vooral gedurende de reis in oktober organiseert het VDT dagelijks bezoeken aan verschillende projecten. Ook organiseert het VDT dan een “studentsday”. Dan komen alle eerstejaars weesmeisjes van de internaten naar het hotel, waar met hulp van leerlingen van Nederlandse scholen een dag van sport, spel, zang en dans wordt gehouden. Er zijn dan tussen de 500 en 600 weesmeisjes aanwezig. De centrale medewerker van het VDT in Nederland verzorgt deze reizen. Om een Kenia-ervaring compleet te maken, wordt het bezoeken van de VDT projecten vaak gecombineerd met safari‟s, duikexcursies of andere uitstapjes. Dit regelt het VDT. Deze extra vakantiemogelijkheden zullen uitgebreider dienen te worden gecommuniceerd. Groepen tot wel 350 deelnemers zijn al met het VDT meegereisd. Een bijkomstigheid is dat aan het eind van de dag mensen elkaar ontmoeten, wat tot zeer geanimeerde gesprekken leidt en niet in de laatste plaats tot zeer vernieuwende ideeën. Het is erg goed om te zien dat op de verschillende reissites op internet, juist onze reizen heel hoog scoren en worden vermeld als de ultieme manier om een goede, diverse indruk te krijgen van Afrika.


bladzijde 7 van 14

13.

Structuur van de organisatie

De Stichting Verkaart Development Team* heeft een bestuur bestaande uit:      

Hans Verkaart – voorzitter Erik Jan van Geijn – penningmeester, financiën, communicatie & donateurs Moira van Geijn – Weesmeisjesinternaten, Medische Zorg Irene Henebiens – Gehandicapteninternaat, Medische Zorg Trudie van Aken – secretaris, Albinoproject Beasy Mbogo – Verantwoordelijke in Kenia

Het project Weesmeisjesinternaten wordt geleid door Moira van Geijn. Het project Medische Zorg wordt geleid door Irene Henebiens, Moira van Geijn en Toos van den Berg. Het project Gehandicapteninternaat wordt geleid door Irene Henebiens en Marjolijn Tiggelman. Het Albinoproject wordt geleid door Trudie van Aken en Ans Verkaart. Het tandartsenproject wordt geleid vanuit een zelfstandig opererende Stichting Dutch Dental Care, die volledig haar eigen verantwoordelijkheid draagt en zelfstandig opereert. Het project Homeopathie wordt geleid vanuit een zelfstandig opererende Stichting 4Kenia o.l.v. Marie Magré, die volledig haar eigen verantwoordelijkheid draagt en zelfstandig opereert. Marie Magré woont op haar homeopathisch opleidingsinternaat in Kenia van waaruit zij haar eigen beleid voert.

14.

Verantwoordelijkheden.

De verantwoordelijkheden binnen het VDT worden door een team van enthousiastelingen gedragen. Op drie betaalde krachten in Kenia en een administratieve kracht in Nederland na, zijn dit allemaal vrijwilligers. Eindverantwoording De eindverantwoording van het VDT ligt bij Hans Verkaart en is als zodanig voorzitter van het Verkaart Development Team. De eerste verantwoordelijkheid is het bewaken van het beleid en de daarbij behorende kaders. Hij is de smeerolie tussen de radaren en de initiator van initiatieven. Het is zijn taak om de organisatie functioneel en werkbaar te houden en mensen bij elkaar te brengen en te houden. Alle bouwactiviteiten in Kenia vallen onder zijn verantwoording evenals het jaarlijks sportieve evenement in Kenia. In Kenia In Kenia heeft het VDT drie medewerkers in vaste dienst. Alle activiteiten in Kenia vinden plaats onder leiding van Beasy Mbogo. Beasy wordt bijgestaan door Serah. Alles wat met bouw en onderhoud te maken heeft loopt via Albert. Zij vormen het hart van onze activiteiten in Kenia en zijn onmisbaar voor de organisatie. Financiën, communicatie en donateurs Deze verantwoordelijkheden vallen onder Erik Jan van Geijn. Voor wat betreft de financiën van het VDT dient er zowel in Nederland als in Kenia een duidelijk en transparant beleid gevoerd te worden. Dit is onontbeerlijk in een organisatie met de omvang van het VDT en noodzakelijk in de communicatie naar de donateurs. Op uitvoeringsniveau worden financiële zaken gedelegeerd naar de VDT medewerker in Nederland. Onder de verantwoordelijkheid voor de communicatie vallen de website en de periodiek te verschijnen nieuwsbrief. De website wordt beheerd en up-to-date gehouden door Manon van Oldenbarneveld. De nieuwsbrief wordt verzorgd door Charlotte Olthoff. Voor het optimaal bedienen van donateurs wordt een team samengesteld, dat zich vooral gaat richten op de zo gewenste gegarandeerde sponsorinkomsten van particuliere, vanuit het bedrijfsleven en fondsenwervende stichtingen. Tevens zal er gewerkt worden aan de eerder genoemde benodigde transparante verslaglegging.


bladzijde 8 van 14

Projecten De projecten worden allen geleid door zeer betrokken vrijwilligers. Verantwoordelijk voor de projecten zijn:      

Weesmeisjesinternaten: Medische Zorg: Gehandicapteninternaat: Albinoproject: Tandartsenproject: Homeopathie:

Moira van Geijn Irene Henebiens en Moira van Geijn Irene Henebiens en Marjolijn Tiggelman Trudie van Aken en Ans Verkaart Stichting Dutch Dental Care Stichting 4Kenia onder leiding van Marie Magré

In de paragrafen 18 tot en met 26 wordt het beleid per VDT project nader uiteengezet.

15.

Centrale VDT medewerker in Nederland

De administratieve centrale medewerker, programmamanager, van het VDT in Nederland vervult een spilfunctie binnen de organisatie. Er is bewust gekozen voor een betaalde kracht zodat er te allen tijde een beroep op deze persoon kan worden gedaan. Zowel door de verantwoordelijken in Nederland als ook door de VDT medewerkers in Kenia. Deze persoon werkt in opdracht van de verantwoordelijken binnen het VDT en heeft een grote mate van vrijheid om naar beste kennis en weten te handelen. Uiteraard binnen het vastgestelde beleid. De salariskosten van deze VDT medewerker worden betaald door de Verkaart Groep en drukken derhalve niet als kosten op de organisatie. Onder de werkzaamheden vallen onder andere het geheel verzorgen van de reizen naar Kenia, het inzamelen van goederen in Nederland, zorg dragen voor de opslag en verschepen van de goederen in containers naar Kenia, het verzorgen van subsidieaanvragen bij de Nederlandse overheid, het onderhouden van contacten met de Keniaanse medewerkers en het controleren van hun werkzaamheden, het doen van de betalingen in opdracht van de financieel verantwoordelijke binnen het VDT, het bijhouden van het administratieve centrale systeem van het VDT, het onderhouden van contacten met donateurs en het behandelen van telefoon en mail.

16.

Containers

Het VDT krijgt door het jaar heen van vele sympathisanten diverse goederen aangeboden die in Kenia goed gebruikt kunnen worden. Ook krijgt het VDT vele zaken aangeboden, hoe goed bedoeld dan ook, waar we in Kenia geen gebruik van kunnen maken, of die we beter in Kenia zelf kunnen kopen (wat vaak veel goedkoper is en wat de economie daar weer helpt). Containers van Nederland naar Kenia verschepen is een zeer arbeidsintensieve en relatief kostbare aangelegenheid. Niet in de laatste plaats door de belastingen die de Keniaanse overheid heft op de in te voeren goederen. Er dient dus zeer selectief goederen te worden aanvaard. De waarde van de goederen die per container verscheept worden moet dan ook aanzienlijk zijn en de kosten zeer 3 ruim overstijgen. Een m hulpgoederen in de container kost het VDT in totaal ongeveer € 250,00 . Het bestellen en verschepen van containers gaat via WEC Lines, een rederij uit Rotterdam die het VDT een warm hart toe draagt en tegen gereduceerd tarief haar diensten aanbiedt aan het VDT. Het beleid van het VDT is om één a twee containers per jaar naar Kenia te verschepen, al naar gelang er goederen aangeboden worden. Een ruwe schatting is, dat er jaarlijks voor meer dan € 200.000,00 aan hulpgoederen van Nederland naar Kenia gaat. Het hele proces in Nederland staat onder leiding van Hans Verkaart. In Kenia is Beasy verantwoordelijk.

17.

Bouwen in Kenia

Met ingang van 2010 zal alles wat met bouwen te maken heeft door het VDT in principe uitbesteed worden aan Jan Verkaart. Jan heeft met ingang van 2010 het VDT verlaten en zal zelfstandig, los van het VDT, bouwprojecten in Kenia op het gebied van ontwikkelingshulp, blijven begeleiden. Zo gaat zijn enorme ervaring op dit gebied niet verloren en kan het VDT gebruik maken van zijn opgedane kennis in de afgelopen jaren. Alle bouwactiviteiten in Kenia van het VDT worden uitgevoerd in opdracht en onder verantwoording van Hans Verkaart.


bladzijde 9 van 14

DE PROJECTEN:

18.

Weesmeisjesinternaten

Dit is verreweg het grootste project binnen het VDT. Verantwoordelijk voor dit omvangrijke project is Moira van Geijn. Er zijn vier VDT internaten: De Waa, de Mamba, de Kwale en de Kingwede. In 2010 zijn er in totaal 1.815 weeskinderen op de VDT internaten, te weten 1.667 weesmeisjes en 148 weesjongens. Alleen op de Kingwede zitten ook weesjongens. De VDT-leerlingen worden allen opgeleid voor het Nationale eindexamen, verdeeld over 4 niveaus: A, B, C en D. Het VDT beleid is erop gericht om binnen enkele jaren op de nu bestaande VDT internaten slechts de hoogste niveaus A, B en C te hebben. Het VDT is van mening dat de leerlingen op D niveau en lager beter geschoold kunnen worden op een praktische opleiding zoals een polytechnische school of een specifieke vakopleiding. Deze groep weesmeisjes is beter af met het leren van bepaalde vaardigheden die gebruikt kunnen worden om in hun levensbehoefte te voorzien. De weeskinderen zijn in 2010 als volgt verdeeld: Waa:  Klas 1: 0 weesmeisjes.  Klas 2: 0 weesmeisjes.  Klas 3: 123 weesmeisjes.  Klas 4: 0 weesmeisjes. Mamba:  Klas 1: 185 weesmeisjes.  Klas 2: 144 weesmeisjes.  Klas 3: 68 weesmeisjes.  Klas 4: 93 weesmeisjes. Kwale:  Klas 1: 186 weesmeisjes.  Klas 2: 194 weesmeisjes.  Klas 3: 97 weesmeisjes.  Klas 4: 114 weesmeisjes. Kingwede:  Klas 1: 179 weesmeisjes.  Klas 2: 149 weesmeisjes en 25 weesjongens.  Klas 3: 72 weesmeisjes en 70 weesjongens.  Klas 4: 63 weesmeisjes en 53 weesjongens. Besloten is om geen nieuwe weeskinderen aan te nemen op de Waa. De Waa zal na 2011 zelfstandig en los van het VDT gaan functioneren als meisjesinternaat. Tot en met 2011 betaalt het VDT het schoolgeld voor de VDT weesmeisjes op de Waa. Na 2011 valt de Waa buiten het VDT beleid. Met ingang van 2010 komen er geen nieuwe weesjongens bij op de Kingwede. De jongens die nu op het internaat zitten, maken gewoon hun school af en hun schoolgeld wordt door het VDT voldaan. Dat houdt in dat de Kingwede in 2013, zoals de andere internaten een internaat voor weesmeisjes wordt. De albinojongens die als gevolg van dit beleid niet op de Kingwede kunnen worden geplaatst, gaan in overleg met het Verkaart Albinoproject naar andere scholen. Dit wordt begeleid door het Verkaart Albinoproject, zodat ook deze kwetsbare groep jongens verzekerd blijft van een gedegen middelbare schoolopleiding. Beleidskernpunten voor de Mamba, Kwale en Kingwede:  Het eindexamenniveau van de drie internaten moet vanaf 2012 op de drie internaten gelijk zijn. Nu is er duidelijk verschil in niveau tussen de internaten. Met ingang van 2009 zijn weesmeisjes van hetzelfde niveau geplaatst op alle scholen. Er komt jaarlijks een onafhankelijk examen voor de leerlingen vanaf lichting 2009 op de drie internaten om zo het niveau per school te kunnen beoordelen.  Er worden uitsluitend dubbel-weesmeisjes uit geheel Kenia aangenomen op de internaten.  De weesmeisjes met een D niveau krijgen een proeftijd zich te verbeteren tot einde van het schooljaar. Van deze groep van weesmeisjes wordt elk kind individueel beoordeeld. In overleg met Beasy wordt voor ieder kind de beste oplossing gezocht.  Met ingang van 2010 worden er alleen maar weesmeisjes met A, B of C niveau geplaatst.  De eerste klassen krijgen in plaats van 50 leerlingen nu 45 leerlingen per klas. Dat houdt in dat er per school per jaar, 180 eerste klassers kunnen worden geplaatst.


bladzijde 10 van 14

 Er zijn twee soorten leraren op de internaten: Governmental teachers en BOG (board of government) teachers. De eerste groep wordt betaald door de Keniaanse overheid, de tweede groep wordt betaald door het internaat. Op de Mamba, de Kwale en de Kingwede zijn totaal 18 governmental teachers en 72 BOG teachers werkzaam. De komende jaren moeten er meer governmental teachers op de VDT internaten komen.  Voor de BOG teachers heeft het VDT een beloningssysteem ontwikkeld, waarbij er beloond wordt naar prestatie van de school.  Het VDT heeft een motto: “voor niets gaat de zon op”. De weesmeisjes dragen daarom bij aan hun schoolgeld. Een weesmeisje dient zelf zorg te dragen voor een jaarlijkse bijdrage van 3.000 Keniaanse Schilling. Dit komt overeen met ongeveer € 30,00 en is voor bijna een ieder op te brengen. Immers, als een weesmeisje niet op een VDT internaat zit, dan woont het meisje bij haar “guardian”, meestal een oom of ander familielid, die dan ook kosten heeft voor haar onderhoud. Deze eigen bijdrage draagt aanwijsbaar bij aan het commitment van het weesmeisje op het VDT internaat. Voor de allerarmsten heeft het VDT een coulanceregeling. Deze regeling wordt in overleg met Beasy toegepast. Beasy kent de achtergronden van de weesmeisjes.  Voor wat betreft weesmeisjes op de internaten die zwanger worden, langdurig ziek zijn en weesmeisjes met faalangst wordt per geval beoordeeld en bekekenwat hun mogelijkheden op een VDT internaat zijn.  Het VDT heeft een volonteerproject. Een weesmeisje kan met financiële hulp van haar sponsor voor een periode van twee jaar na voltooiing van haar school als onderwijsondersteunende kracht op een lagere school ervaring opdoen, met de gedachte dat ze dan wordt opgenomen door de betreffende lagere school. In de praktijk blijkt dat het verwachte positieve resultaat tegenvalt en dat de kosten hoog zijn. Reden om dit project te beëindigen. Per 2010 komen er dan ook geen nieuwe volonteers bij, zodat het project per 2011 stopt.  Sponsors die hun sponsormeisje na voltooiing van hun school willen laten studeren, doen dit los van het VDT. Het beleid van het VDT is om zich in allereerste instantie te richten op de grote groep weesmeisjes die grote behoefte hebben aan middelbaar onderwijs, veiligheid en bescherming in de kwetsbare levensfase na de lagere school. Onze ervaring is dat hier echt het verschil kan worden gemaakt. Vandaar dat dit het speerpunt van het beleid is.  Omdat het niveau van de drie overgebleven internaten omhoog zal gaan, ontstaat er logischerwijs behoefte aan een internaat op lager onderwijsniveau. Het VDT heeft de wens om een nieuw internaat te bouwen op ambachtsniveau, waar weesmeisjes van een lager intelligentieniveau na hun basisschool terecht kunnen en onderwezen worden om bijvoorbeeld kapster, naaister, serveerster of boekhoudster te kunnen worden. Hiervoor is veel geld nodig en onderzoekt het VDT de mogelijkheden. In het verlengde van dit initiatief ligt het opzetten van een fonds, waarbij studentes na voltooiing van deze ambachtschool gebruik kunnen maken van een microkrediet om zo hun eigen bedrijfje te starten. Zie verder onder 22. „Polytechnische scholing‟.

19.

Medische zorg

Dispensaries Waar scholen en kinderen zijn, is er behoefte aan medische zorg. Het VDT heeft 10 dispensaries gebouwd. Dit zijn eerstelijns-doktersposten die in die gebieden zijn gebouwd, waar binnen een straal van minimaal 10 kilometer geen andere medische hulpdienst aanwezig is. Meestal zijn de dispensaries gebouwd naast een door het VDT gerealiseerde basisschool. Het VDT heeft de zorg over de volgende dispensaries: M‟Kangombe, Kibandaongo, Magodzoni, Mazumalume, Mbuguni, Mwaluvanga, Mwapale en Mwangulu. Naast de dispensary van Mwangulu is een doktershuis gebouwd. Deze krijgt een andere bestemming en wordt verbouwd tot een multifunctioneel huis dat onderdak moet gaan bieden aan een tandartsenpraktijk, een laboratorium en huisvesting voor de nurse. Voorts onderzoekt het VDT de mogelijkheid van de bouw van een nieuwe dispensary in het gebied van Mlafyeni, waarbij gelet zal worden op de mogelijkheden van de overheid om die met spoed officieel te laten registreren, zodat het VDT niet jaren de kosten van de dokter en medicijnen hoeven te dragen. Alle dispensaries worden gestimuleerd om zelf commerciële activiteiten te ontwikkelen door middel van onder andere verkoop van kleding en schoenen van het VDT en kunnen eventueel een lening aangaan om andere commerciële activiteiten te ontwikkelen. Het oogmerk daarbij is het financieel zelfstandig maken van deze doktersposten, zodat zij in de toekomst het onderhoud van de gebouwen zelf kunnen dragen. Er zullen één à twee keer per jaar bijeenkomsten georganiseerd worden voor extra trainingen van de „dispensarycommittees‟, daartoe zal er een externe kracht gezocht worden. VDT-internaten Wekelijks bezoeken huisartsen de VDT internaten. Dit loopt naar behoren en zal gecontinueerd worden. Extra seksuele voorlichting zal extern worden geregeld. Beleidsplan Verkaart Development Team ‘Delen met plezier, de volgende stap’

bladzijde 11 van 14

20.

Gehandicapteninternaat

Het uitgangspunt voor dit internaat is om een leefomgeving te creëren van een niveau dat vergelijkbaar is met de andere VDT internaten. Er zijn nog vele gehandicapte kinderen die thuis leven in vaak mensonwaardige omstandigheden. Er is mogelijkheid voor groei naar 200 tot 250 gehandicapte kinderen op het internaat, maar meer kinderen op het internaat, met de beperkte middelen die er voorhanden zijn zal ook voor meer onrust zorgen. De Keniaanse overheid is bereid om maar beperkt financieel bij te dragen aan het internaat, waardoor er altijd een tekort aan geld is. Dit heeft tot gevolg dat ouders een forse bijdrage moeten betalen voor hun gehandicapte kind. Het komt dan ook vaak voor dat kinderen na de vakantie thuis blijven omdat de rekening gewoonweg niet meer betaald kan worden. Op initiatief van een VDT sponsor is er een mogelijkheid om “vriend van het VDT gehandicapteninternaat” te worden voor € 150,00 per jaar. Hiermee hoopt het VDT wat te kunnen bereiken. In 2010 wordt een verhard pad aangelegd zodat kinderen met een rolstoel mobieler zijn. Deze kosten worden door vrijwilligers betaald. Er zijn vier vakleerkrachten aangenomen , die de kinderen eenvoudige werkzaamheden leren uit te voeren op een bepaald vakgebied. Het VDT gaat in overleg met de Keniaanse overheid om de salarissen van deze vakleerkrachten door de overheid te laten betalen. Jaarlijks organiseert het VDT een ouderweekend, zodat ouders betrokken worden bij het internaat en op de hoogte blijven hoe hun gehandicapt kind leeft. Het beleid van het VDT voor wat betreft het gehandicapteninternaat, is in grote lijnen samen te vatten door te stellen dat er daar waar mogelijk is en daar waar wenselijk is, bij te dragen aan een menswaardig bestaan van deze kwetsbare groep kinderen op het internaat.

21.

Albinoproject

Met ingang van 2010 worden er op het Kingwede internaat alleen nog maar weesmeisjes aangenomen. Dat impliceert dat er ook geen albino jongens meer worden toegelaten. Nieuwe albino jongens zullen door het Verkaart Albinoproject op andere scholen worden geplaatst. Hun schoolgeld wordt dan betaald door het VDT. Zo blijft deze kwetsbare groep verzekerd van onderwijs en kunnen zij zich verder ontwikkelen. Voorts zal het VDT zich blijven inzetten om de Keniaanse bevolking bekend te maken met het lot en de moeilijke omstandigheden waarin deze kinderen , maar ook volwassenen opgroeien en moeten leven. Door voorlichting worden albino‟s bekend gemaakt met de gevaren van de zon voor hun huid, het belang van gebruik van zonnebrandcrème, zonnebrillen en bedekkende kleding. Het VDT verstrekt crèmes, zonnebrillen en bedekkende kleding aan deze kinderen en organiseert Albino Awareness bijeenkomsten, waar allerlei voorlichting wordt gegeven. Zo heeft het VDT inmiddels 150 albino‟s geregistreerd, die ze blijft volgen. In samenwerking met het lokale ziekenhuis en het Eyecentre wil het VDT de komende jaren meer aandacht gaan besteden aan de medische problemen van deze kwetsbare groep. In het district waar het VDT actief is, Oost Kenia, tussen Mombasa en Tanzania, heeft het albinoproject sinds 2007 veel bereikt. Inmiddels is er samenwerking met de Albino Society Kenia en de Albino Foundation West Africa en is het beleid om het terrein van het VDT in de komende jaren uit te breiden. Met name richting Nairobi. Hiermee zou het albinoproject het eerste VDT project zijn dat zich verder verspreidt dan Oost Kenia.


bladzijde 12 van 14

22.

Polytechnische scholing

Per 2010 hebben alleen weesmeisjes met een niveau van minimaal C-, de mogelijkheid om VDT middelbare scholen te bezoeken. Daardoor zou een grote groep met D niveau geen mogelijkheid hebben een opleiding op een VDT internaat te volgen. Om deze groep toch een kans op een betere toekomst te geven zoekt het VDT naar een oplossing in een opleiding op een ambachtschool, waardoor hun kansen op de arbeidsmarkt aanzienlijk vergroot zullen worden. Het VDT onderzoekt de mogelijkheden voor een 2-jarige vakopleiding met internaat ter bescherming van de weesmeisjes. De vakken die gedoceerd gaan worden zullen wat veelzijdiger worden: Behalve naaister en bouwvakker, kan er ook gedacht worden aan kok, kapster, elektricien, loodgieter enz. Maar ook een gerichte opleiding tot IT-er of boekhouder zou goed mogelijk zijn. Ook van deze groep weesmeisjes zal een eigen bijdrage in het schoolgeld worden gevraagd. Na de 2-jarige opleiding zal er een constructie bedacht worden, waardoor die weesmeisjes, die daar gebruik van willen maken, kunnen blijven wonen in een soort van (veilig) gemeenschapje, waarbij zij zich kunnen inzetten voor de school om “nieuwe”weesmeisjes te (helpen) opleiden en opdrachten van buitenaf uit te voeren, zowel uit de directe omgeving als uit Europa. Ook kan er gedacht worden aan een minikrediet na de opleiding voor de start van een eigen bedrijfje. Het VDT heeft momenteel één polytechnische school in Kilulu, waar zowel aan jongens als aan meisjes les wordt gegeven. De jongens worden opgeleid tot bouwvakker en de meisjes tot naaister. De opleidingskosten worden betaald door de overheid. Een polytechnische school in Kwale is in ontwikkeling. Financiering van dit project dient nog gevonden te worden.

23.

Student Loan System

In 2010 wil het VDT voor gemotiveerde en kansrijke weesmeisjes die hun opleiding op een van de VDT internaten hebben voltooid, een studiefonds oprichten. De meisjes die zich aanmelden voor deze studiebeurs zullen door Beasy worden geselecteerd. Inzet, motivatie, talent en kans van slagen op voltooiing van de opleiding zullen bepalen of een meisje in aanmerking komt. Dit fonds is ook voor de allerbeste leerlingen die examen doen en verder willen studeren. Zo richt het VDT zich ook op die groep bovengemiddeld intelligente leerlingen die het land verder kunnen helpen. Op deze manier krijgen die leerlingen de kans om echt wat te kunnen betekenen voor de maatschappij. De door de weesmeisjes te volgen vervolgopleidingen zullen door het VDT uiterst kritisch worden geselecteerd. Immers, er moet nagenoeg een garantie zijn op een baan. Nadat het meisje is afgestudeerd en een baan heeft gevonden, betaalt ze uit haar salaris de studiefinanciering plus een redelijke rente aan het fonds terug. Zo meent het VDT een beter systeem te ontwikkelen dan dat de bereidheid van de sponsor van een weesmeisje de vervolgstudie bepaalt (en betaalt). Financiering van dit fonds dient nog gezocht te worden.

24.

Jongensweeshuis New Light

Al weer vele jaren geleden is een opvangtehuis voor dakloze jongens in Mombasa onderdeel van onze organisatie geworden. Dit was niet zo zeer de ambitie van het VDT, maar de verantwoordelijke mensen voor dit tehuis verdienden de steun van het VDT. De bezieling en betrokkenheid van deze mensen gaf de doorslag dit tehuis te adopteren. Inmiddels is het tehuis flink uitgebreid en blijft het onder de hoede van Jan en Ans Verkaart. Dit project blijft onder de vlag van het VDT, alhoewel het VDT zich er inhoudelijk niet mee zal gaan bemoeien.

25.

Tandartsenproject

Het tandartsenproject is een project dat wordt uitgevoerd door de Stichting Dutch Dental Care (DDC). Het DDC is een zelfstandig, los van het VDT opererende organisatie die een aantal keren per jaar met een groep tandartsen, mondhygiënistes, assistenten en andere ondersteunende vrijwilligers, geheel op eigen kosten naar Kenia reist om tandheelkundige hulp te verlenen. Het VDT faciliteert het DDC door de reizen, het verblijf en dergelijke te organiseren. In Ukunda, op het complex waar het VDT haar kantoor houdt, waar het VDT haar magazijn heeft van hulpgoederen, waar de opslag is van Beleidsplan Verkaart Development Team ‘Delen met plezier, de volgende stap’

bladzijde 13 van 14

bouwmaterialen en waar Beasy woont, heeft het VDT ruimte beschikbaar gesteld aan het DDC voor een tandartsenpraktijk. De tandartsen verlenen o.a. tandheelkundige zorg aan de leerlingen op de VDT internaten en op de door het VDT gebouwde scholen. Ook bezoekt het DDC de verstandelijk gehandicapte kinderen op het VDT gehandicapteninternaat en behandelt het de albinokinderen. Het VDT waardeert de werkzaamheden van het DDC in Kenia zeer en heeft als doel het DDC waar mogelijk te faciliteren en de samenwerking op de prettige wijze te continueren.

26.

Homeopathie Het homeopathieproject is een project dat zelfstandig wordt uitgevoerd door de Stichting 4Kenia. In Kwale, grenzend aan het VDT weesmeisjesinternaat is met hulp van het VDT een prachtig opleidingscentrum gebouwd. De Stichting 4KENIA is in maart 2005 opgericht door Marie Magré. Haar inspirators waren Jan en Ans Verkaart. Citaat van de website van 4Kenia: “De effectieve hulp van het VDT is niet oneindig en stopt voor deze meisjes, wanneer zij hun eindexamen van de middelbare school hebben gehaald. Vanaf hier wil 4KENIA geschikte weesmeisjes in de Homeopathie opleiden.”

Jaarlijks selecteert Marie de meest geschikte meisjes die op haar academie de aangeboden driejarige opleiding kunnen volgen. De bemoeienis van het VDT voor dit project is gering. Waar nodig ondersteunt het VDT dit project en verleent Beasy in Kenia haar diensten aan Marie en haar fantastische project.


bladzijde 14 van 14

Delen met Plezier de volgende stap. Verkaart Development Team Beleidsplan 2010 en verder

Recommend Documents