Deelrapportage Asbest Gezondheidskundige risicobeoordeling POMS-site Brunssum
Unit Medische Milieukunde, GGD Zuid Limburg, Geleen, juni 2015
Seksuele Gezondheid, Infectieziekten en Milieu GGD Zuid Limburg Postbus 2022, 6160 HA Geleen T 046 – 850 66 66 . F 046 – 850 66 67 .
[email protected] . www.ggdzl.nl
GGD Zuid Limburg Medische Milieukunde GGD Zuid Limburg: vraagbaak en deskundig advies Onze omgeving is van invloed op onze gezondheid. Verontreiniging van bodem, water en lucht, geluidshinder, stankoverlast, vocht en schimmels in woningen, de eikenprocessierups en gevaarlijke stoffen zoals asbest zijn voorbeelden uit onze omgeving waar mensen ziek van kunnen worden. De unit Medische Milieukunde van de GGD Zuid Limburg wil voorkomen dat mensen gezondheidsrisico lopen of gezondheidsklachten krijgen door hun omgeving. Wij zijn een team van onafhankelijke, ervaren deskundigen dat klaar staat voor burgers, gemeenten, scholen, woningbouwverenigingen en organisaties. Heeft u vragen, maakt u zich zorgen, ondervindt u hinder of wilt u een betrouwbaar advies, dan kunt u bij ons terecht. De GGD Zuid Limburg is onderdeel van een landelijk netwerk van GGD’en; voor onze adviezen maken we gebruik van landelijk vastgestelde richtlijnen Medische Milieukunde. Daarnaast kunnen we gebruik maken van de kennis en kunde van het centrum Gezondheid en Milieu van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu). Vaak kunnen we vragen meteen beantwoorden, maar we gaan ook ter plaatse kijken om de situatie goed te beoordelen. Vervolgens geven we advies over wat er gedaan kan worden om de situatie te verbeteren. Adviezen geven we meestal gevraagd, maar soms ook ongevraagd, omdat wij de gezondheid en de leefomgeving van de Zuid-Limburgse bevolking actief in de gaten houden en veel kennis in huis hebben. De unit Medische Milieukunde is tijdens kantooruren bereikbaar via 045 – 8506609 of via
[email protected]. Meer informatie over de GGD Zuid Limburg vindt u op onze website www.ggdzl.nl.
2
GGD Zuid Limburg
Inhoudsopgave
1.
Inleiding
2.
Methode
3.
Gezondheidskundige Risicobeoordeling Asbest 3.1 Asbest in de panden 3.2 Asbest op het terrein
4.
Conclusie en adviezen 4.1 Asbest in de panden 4.2 Asbest op het terrein
Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3
Plattegrond terrein en gebouwen Uitleg Asbestbeheersplan Geraadpleegde rapporten
3
GGD Zuid Limburg 1.
Inleiding
In het voorjaar van 2014 meldden een aantal (voormalige) defensiemedewerkers van de ‘Prepositioned Organizational Material Storage’ (POMS) sites in Brunssum en Eygelshoven gezondheidsklachten. Zij laten weten dat deze klachten mogelijk verband houden met hun werkzaamheden op de POMS-sites. Zij hebben in het verleden op deze sites met gevaarlijke stoffen, zoals bijvoorbeeld chroomhoudende verf, de zogenaamde CARC-verf (chemical agent resistant coating), gewerkt. De minister van Defensie heeft naar aanleiding hiervan aan het RIVM, als onafhankelijk onderzoeksinstituut, de opdracht gegeven grondig te onderzoeken of de gemelde gezondheidsklachten veroorzaakt kunnen zijn door het werken met de diverse chemische stoffen. Daarnaast waren er ook veel vragen van huidige werknemers over de op dit moment aanwezige gezondheidsrisico’s op de sites. Het ministerie van Defensie heeft daarom de GGD Zuid Limburg, unit Medische Milieukunde, gevraagd om onderzoek te doen naar de actuele situatie op de voormalige POMS-sites in Brunssum en Eygelshoven. De GGD dient de gezondheidsrisico’s voor de huidige en toekomstige werknemers voor het gehele terrein en alle gebouwen in relatie tot de aanwezige milieuaspecten (o.a. bodemverontreiniging, grondwaterverontreiniging, asbest) in kaart te brengen. In deze deelrapportage wordt beschreven hoe de GGD de risicobeoordeling van de POMSsite in Brunssum met betrekking tot het aspect ‘Asbest’ heeft benaderd, op basis van welke gegevens de GGD haar risicobeoordeling heeft uitgevoerd en tot welke conclusie en adviezen zij is gekomen. De GGD is hierbij te werk gegaan volgens de GGD-richtlijn Medische Milieukunde ‘Gezondheidsrisico van asbest in woningen en publieke gebouwen’ in 2014 door het RIVM opgesteld.
2.
Methode
De gezondheidskundige risicobeoordeling van asbest richt zich op vier vragen: a.
b.
c.
Zijn er asbesthoudende materialen aanwezig? Wanneer er geen asbesthoudende materialen aangetroffen worden zijn gezondheidsrisico’s niet aan de orde. Zijn er asbestvezels vrijgekomen en verspreid? Inademing van asbestvezels is voor zover bekend de enige relevante blootstellingsroute. Wanneer asbestvezels worden ingeademd kunnen zij zich vanuit de luchtwegen verplaatsen naar het longweefsel, buikvlies of borstvlies. Op deze wijze kunnen asbestvezels na vele jaren gezondheidsschade veroorzaken, zoals mesothelioom of longkanker. Wanneer uit een asbestinventarisatie blijkt dat er onbeschadigd en onbewerkt hechtgebonden asbesthoudend materiaal aanwezig is, is het onwaarschijnlijk dat asbestvezels vrijkomen. Uit niet-hechtgebonden of beschadigde hechtgebonden materialen kunnen vezels gemakkelijker vrijkomen en verspreiden. Wanneer het wenselijk is om meer informatie over de verspreiding van asbestvezels te verkrijgen kunnen kleefmonsters genomen worden. Dit onderzoek wordt door een asbestonderzoeksbureau gedaan volgens de NEN 2991. In welke mate vindt blootstelling aan asbestvezels plaats? Wanneer in kleefmonsters asbestvezels worden aangetroffen, kunnen er luchtmetingen uitgevoerd worden om de actuele asbestvezelconcentratie in de lucht te bepalen (door onderzoeksbureau volgens de NEN 2991). In combinatie met de 4
GGD Zuid Limburg
d.
functie van het gebouw, de plaats van de asbesttoepassing (al dan niet toegankelijk) en de verblijfstijd in het gebouw kan zo de mate van blootstelling bepaald worden. Hoe groot is het gezondheidsrisico? Voor het beoordelen van de omvang van het gezondheidsrisico vergelijkt de GGD de gemeten asbestvezelconcentraties in de lucht met de waarden voor het Maximaal Toelaatbaar Risico (MTR), die in 2010 door de Gezondheidsraad zijn afgeleid (GGDrichtlijn, 2014).
Om na te gaan of er asbest aanwezig is op de locatie heeft de GGD alle beschikbare onderzoeksrapporten uit het verleden ontvangen. Deze rapporten zijn aangevuld met de gegevens gevraagd in het aanvullend advies van de GGD 1. In dit advies heeft de GGD aangegeven welke aanvullende gegevens nodig waren om een goede risicobeoordeling te kunnen maken. Voor de locatie Brunssum is er een risicobeoordeling gemaakt van de panden en het terrein op het te ontwikkelen NIC-gedeelte op de site (zie tekening in bijlage 1). De panden op de rest van het terrein maken geen deel uit van deze risicobeoordeling. Voor een overzicht van alle onderzoeksrapporten en gehanteerde documenten wordt verwezen naar bijlage 3.
3.
Gezondheidskundige risicobeoordeling
Er is bij de risicobeoordeling onderscheid gemaakt tussen het asbest aanwezig in de diverse panden op de locatie en het asbest dat eventueel op het terrein in de omgeving van de panden is aangetroffen. Deze aspecten zijn apart beoordeeld en in deze rapportage beschreven. 3.1
Asbest in de panden
In deze rapportage worden alleen de gebouwen op het NIC-gedeelte genoemd waarin asbest is aangetroffen en welke nog niet gesaneerd zijn. Niet-genoemde gebouwen op het NIC-gedeelte zijn wel onderzocht, maar er zijn geen asbesthoudende materialen aangetroffen. Gezondheidsrisico’s vanwege de blootstelling aan asbest zijn in deze gebouwen dan ook niet aan de orde. Zie voor de locatie van de verschillende gebouwen de tekening in bijlage 1. In de gebouwen A4, A10, A11, A12, A13, A14, X, J en V zijn hechtgebonden en onbeschadigde asbesthoudende materialen aangetroffen. Het betreft hier kitlagen en sandwichpanelen/plaatmateriaal ter plaatse van de gevels. Het is zeer onwaarschijnlijk dat hieruit asbestvezels vrijkomen. Gezondheidsrisico’s ten aanzien van deze asbesttoepassingen zijn in deze gebouwen dan ook niet aan de orde. In de gebouwen B, C, J en L zijn niet-hechtgebonden asbesthoudende materialen aangetroffen. Het gaat hierbij in alle genoemde gebouwen om diverse pakkingen geklemd tussen flenzen. Zolang de verbinding tussen de pakkingen intact blijft is de kans dat er asbestvezels vrijkomen zeer gering. De GGD acht de kans op blootstelling aan asbestvezels afkomstig van deze toepassingen en daarmee gepaard gaande gezondheidsrisico’s in de huidige situatie daarom ook niet aan de orde. 1
Totaaladvies aanvullend onderzoek, Brunssum, GGD Zuid Limburg november 2014 5
GGD Zuid Limburg In gebouw F zijn twee asbestverdachte luchtheaters aanwezig. In de gebouwen B, J, J2, V en X bestaat een redelijk vermoeden op niet-direct waarneembare aanwezigheid van asbesthoudende materialen. In de spouw, in de fundering en in de bitumen dakbedekking kunnen meerdere asbestverdachte toepassingen aanwezig zijn. Bovenstaande bevindingen zijn samenvattend weergegeven in de volgende tabel. Type asbest:
Gebouw
Niethechtgebonden Niethechtgebonden
B (in gebruik)
Risico huidig gebruik Nee
C, J, L (leeg)
Nee
Preventief: ruimtes afsluiten/markeren en niet onnodig betreden
Verdachte installatie Niet-direct waarneembaar Hechtgebonden, onbeschadigd Geen asbest
F
Nee
Saneren bij nieuw gebruik, renovatie/sloop Saneren bij sloop
B, J, J2, V, X
Nee
A4, A10, A11, A12, A13, A14, J, V en X I, P, T, Units bij A4/A10/A14/J (BPC-19, BPC-33(nr.053), BPC-11 op deur(nr.048), BPC20(nr.60), BPC-28(nr.64), BPC-11 (afwijkend model), BPC-9(nr.65), BPC-6(nr.5009), BPC-38(nr.49), BPC-38, BPC-18)
Nee
Aanvullend onderzoek bij werkzaamheden Beheersplan
Nee
Geen
3.2
Advies
Asbest op het terrein
Bij gebouw C is een enigszins verweerde hechtgebonden afsmeerlaag bij vier kanalen op het dak aangetroffen. De kans op verspreiding van asbestvezels is gering. Door weersinvloeden kan echter in de toekomst verdere verwering en daarmee verspreiding van asbestdeeltjes naar de omgeving optreden. Uit het historisch onderzoek blijkt dat in 2005 de halfverharding op het terrein tussen A04 en C (open ruimte O) op asbest is onderzocht. Er is geen asbestverdacht materiaal aangetroffen ter plaatse van deze open ruimte. Gezondheidsrisico’s vanwege de blootstelling aan asbest zijn op deze plek dan ook niet aan de orde. Op de onverharde gedeeltes (gras, struiken, bomen) en de overige halfverhardingen is geen (volledige) maaiveldinspectie uitgevoerd. Er is geen aanleiding om te veronderstellen dat er op deze gedeeltes asbest aanwezig is. Risico’s van asbest dat eventueel toch aanwezig is op de niet-onderzochte delen van het terrein worden met name relevant wanneer er intensief gebruik (bijvoorbeeld ‘groot onderhoud’) van het betreffende terrein is en stukjes asbest via bijvoorbeeld schoeisel naar ‘binnengelopen’ worden en zo zorgen voor een vezelemissie in gebouwen. Extra alertheid bij een dergelijk gebruik is dan ook aan de orde. 6
GGD Zuid Limburg 4.
Conclusie en adviezen
De GGD concludeert dat er bij het huidige gebruik van de gebouwen en het terrein geen risico’s voor de gezondheid van de gebruikers zijn ten aanzien van het aanwezige asbest. Uitgangspunt van de GGD is dat onnodige blootstelling aan een kankerverwekkende stof, zoals asbest, niet gewenst is (ook al blijven de hoeveelheden onder de normen). Om in de toekomst blootstelling aan losse asbestvezels te voorkomen, adviseert de GGD, alvorens gebouwen opnieuw in gebruik genomen worden, onderstaande preventieve maatregelen. 4.1
Asbest in de panden
De GGD adviseert, voordat gebouwen verbouwd/gesloopt of opnieuw in gebruik worden genomen, om alle niet-hechtgebonden asbesthoudende materialen en alle beschadigde/verweerde hechtgebonden materialen te saneren óf bouwkundig af te schermen. Dit om het vrijkomen van asbestvezels, hoe gering ook, in de toekomst te voorkomen. Bovendien worden met deze preventieve maatregel incidenten of onrust in de toekomst vermeden. Het betreft met name de pakkingen geklemd tussen flenzen in de gebouwen B, C, J en L. In de periode tot alle saneringen hebben plaatsgevonden, adviseert de GGD om alle ruimtes met niet-hechtgebonden materialen of beschadigde/verweerde hechtgebonden materialen af te sluiten en met stickers te markeren. Aangezien er werknemers zijn die hun onrust hebben uitgesproken over het aanwezige asbest adviseert de GGD aan de eigenaar van het gebouw om alle asbesthoudende materialen op te nemen in een asbestbeheersplan of een vergelijkbare methodiek (zie bijlage voor uitleg). Hierover dient goed gecommuniceerd te worden met de (toekomstige) gebruikers van het gebouw. De GGD adviseert een aanvullend asbestonderzoek uit te voeren indien er werkzaamheden gaan plaatsvinden die betrekking hebben op de asbestverdachte toepassingen. Middels dit aanvullend onderzoek worden de beperkingen/ vermoedens weggenomen/bevestigd dat er asbestverdachte toepassingen aanwezig zijn. Eventuele zware destructieve handelingen dienen uitgevoerd te worden door een SC 530 gecertificeerd bedrijf. De GGD adviseert om bij geplande sloop van gebouw F de asbestverdachte luchtheaters te saneren conform het advies van het onderzoeksbureau.
4.2
Asbest op het terrein
Door weersinvloeden kan verdere verwering optreden van de enigszins verweerde afsmeerlaag, die bij vier kanalen op het dak van gebouw C is aangetroffen. Daardoor kan er (opnieuw) asbesthoudend materiaal verspreid worden naar de (on)verharde omgeving rondom dit gebouw. De GGD adviseert daarom de verweerde afsmeerlaag te saneren of bouwkundig af te dekken. Bij het huidige gebruik en bij de toekomstige herinrichting van het terrein dient rekening te worden gehouden met de mogelijke aanwezigheid van asbesthoudende materialen in/op het maaiveld van de (on)verharde gedeeltes van het terrein. Wanneer asbest wordt aangetroffen dient er nader onderzoek en/of sanering conform wettelijke bepalingen plaats te vinden.
7
GGD Zuid Limburg Bijlage 1 Plattegrond terrein en gebouwen
8
GGD Zuid Limburg Bijlage 2 Uitleg Asbestbeheersplan Vanwege de aanwezigheid van asbesthoudende toepassingen in het gebouw gelden voor het gebruik van de ruimten van het gebouw een aantal strikte voorwaarden en beperkingen. Een asbestbeheersplan (of vergelijkbare aanpak) wordt opgesteld om een gebouw veilig te kunnen gebruiken gedurende de periode dat er nog asbesthoudende materialen in het gebouw aanwezig zijn, welke een eventueel risico kunnen veroorzaken. Noodzakelijk is dat iedere werknemer zich aan het plan en de afspraken houdt en dat eventuele derden op de hoogte worden gesteld van de maatregelen die in dit beheersplan beschreven worden. Het doel van een dergelijk plan is, om voor eenieder, die gebruik maakt van het gebouw of werkzaamheden in het gebouw verricht, een veilige werksituatie te creëren, waarbij duidelijk is aangegeven waar er achtergebleven asbesttoepassingen aanwezig zijn en hoe hier mee om te gaan.
9
GGD Zuid Limburg Bijlage 3 Geraadpleegde rapporten 1.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.05610.1 Kranenpool 1 te Brunssum gebouw A4. Asbestinventarisatie conform SC 540, 26-8-2014
2.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.05610.1 Kranenpool 1 te Brunssum gebouw A11. Asbestinventarisatie conform SC 540, 26-8-2014
3.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.05610.1 Kranenpool 1 te Brunssum gebouw A12. Asbestinventarisatie conform SC 540, 26-8-2014
4.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.05610.1 Kranenpool 1 te Brunssum gebouw A14. Asbestinventarisatie conform SC 540, 26-8-2014
5.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02324.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw A10. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014
6.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02325.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw A13. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014
7.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02326.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw B. Asbestinventarisatie conform SC 540, 8-10-2014
8.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02329.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw F. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014
9.
Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02330.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw I. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014
10. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02331.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw J. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 11. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02332.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw J2. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 12. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02334.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw L. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 13. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02335.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw P. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 14. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02337.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw T. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 15. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02341.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw V. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 16. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02342.1 Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw X. Asbestinventarisatie conform SC 540, 16-4-2014 17. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02345.1 Kranenpool 1 te Brunssum, Units bij A4, A10, A14 en J. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 18. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02327.1. Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw C. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014
10
GGD Zuid Limburg 19. Witteveen + Bos: Historisch onderzoek NIC-site USAG Brunssum, 27 augustus 2014 20. Search Ingenieursbureau B.V.: 24.14.02327.1. Kranenpool 1 te Brunssum, gebouw C. Asbestinventarisatie conform SC 540, 15-4-2014 21. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), GGD-richtlijn Medische Milieukunde ‘Gezondheidsrisico van asbest in woningen en publieke gebouwen, 2014
11