Inhoud
Inleiding
11
DEEL I Media en de digitale samenleving 1
1.1 1.2
1.3
1.4
2
2.1
2.2
Een digitale cultuur Geno Spoormans
15
17
Wereldbeelden en cultuurverschillen Mythen, genres en codes 19 1.2.1 Mythen 20 1.2.2 Genres 22 1.2.3 Codes 23 Cultuur en communicatie 23 1.3.1 De orale cultuur 24 1.3.2 De schriftcultuur 24 1.3.3 De beeldcultuur 26 1.3.4 De digitale cultuur 28 De netwerkmaatschappij 31 1.4.1 De productie 32 1.4.2 De boodschap 33 1.4.3 De consumptie 34 Een veranderend medialandschap Hans van Driel
18
35
Geschiedenis van de media in vogelvlucht 36 2.1.1 Opslag, distributie en communicatie 36 2.1.2 Versnelling in tijd 37 2.1.3 Versnelling in acceptatie 38 2.1.4 De tijd vooruit 38 Patronen in de ontwikkeling van media 38 2.2.1 Acceptatie van vernieuwingen 38 2.2.2 Het ARIA-patroon 40
6 Digitale communicatie
2.3 2.4
2.5
2.6
Media beïnvloeden elkaar 45 Het veranderende mediagebruik 46 2.4.1 Wie bepaalt wat? 46 2.4.2 Informatiegroei 47 2.4.3 Mediatijdsbesteding 47 De veranderende mediagebruiker 49 2.5.1 Oraliteit 49 2.5.2 Het schrift 50 2.5.3 Digitale media 51 Een communicatiemodel 53 2.6.1 Communicatie tussen twee participanten 2.6.2 Communicatieve situaties 58 2.6.3 Communicatieve doelen 60 2.6.4 Codes 63 2.6.5 Het model voor communiceren 66
53
DEEL II Vormen van digitale communicatie 69 3
3.1 3.2 3.3
3.4
3.5
Mobiele telefonie: dromen van ideale communicatie Imar de Vries Inleiding 71 Technologie en maatschappij Media-evolutie 76 3.3.1 De telegraaf 79 3.3.2 De telefoon 79 3.3.3 De radio 80 3.3.4 De televisie 82 Mobiele telefonie 84 3.4.1 Ontwikkeling 85 3.4.2 Verwachtingen 87 3.4.3 Huidig gebruik 88 3.4.4 Keerzijden 91 Conclusie 94
73
71
Inhoud
4
4.1 4.2
4.3 4.4 5
5.1
5.2
5.3
5.4 6
6.1 6.2
6.3
Digitale communicatie en het werken in organisaties Per van der Wijst Nieuwe media en de communicatie in organisaties Virtuele teams 102 4.2.1 Virtuele teams en de praktijk 102 4.2.2 Virtuele teams: efficiënt? 104 4.2.3 Virtuele teams: sociaal? 105 4.2.4 Culturele verschillen en taal 107 Leiding geven aan virtuele teams 108 Tot besluit 110 Websiteanalyse Hans van Driel
113
Analyseren van tekens 115 5.1.1 Tekens 116 5.1.2 Website als teken 116 Actoren binnen het analyseproces 117 5.2.1 Tekensoorten 118 5.2.2 Tekens en het analyseproces 119 5.2.3 Codes 119 5.2.4 Soorten reacties 120 Drie fasen in het analyseren 122 5.3.1 Fase 1: paradigmatische analyse 122 5.3.2 Fase 2: referentiële analyse 124 5.3.3 Fase 3: pragmatische analyse 130 Afronding van de websiteanalyse 134 De beoordeling van de kwaliteit van websites Hans van Driel m.m.v. Alfons Maes Waarom een gebruikersonderzoek? 136 Methoden om websites te evalueren 137 6.2.1 Het logscript 138 6.2.2 De hardopdenkmethode 140 6.2.3 De vragenlijst 142 6.2.4 Het interview 143 6.2.5 Het groepsgesprek 144 Wie bevragen: experts of gebruikers? 145 6.3.1 Beoogde doelgroep(en) 145 6.3.2 Deskundigen 145
135
97
98
7
8 Digitale communicatie
6.4
6.5
Drie evaluatiemomenten 146 6.4.1 Informatiebehoeften van de doelgroep 146 6.4.2 Het conceptontwerp en zijn navigatiemogelijkheden 6.4.3 De website in actie 151 Het CCC-webmodel 153 6.5.1 Drie criteria 153 6.5.2 Vijf niveaus 154
DEEL III De eigen aard 7
7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8 8
8.1 8.2
8.3
147
163
Vinden van informatie Antal van den Bosch
165
Digitalisering 167 Information retrieval 168 Vectorrepresentaties van zoekopdrachten en documenten Zoeken op het world wide web 174 Vraag-antwoordsystemen 177 Oppervlakkige ontleding als een eerste benadering van ‘begrip’ 179 De nabije toekomst van zoekmachines en vraag-antwoordsystemen 185 De toekomst van het vinden van informatie 187 Digitale communicatie in gesproken taal Emiel Krahmer
191
Een kort historisch overzicht 192 Hoe werkt een spraakinterface? 196 8.2.1 Architectuur 196 8.2.2 Spraakherkenning 198 8.2.3 Taalverwerking 199 8.2.4 Dialoogmanagement 201 8.2.5 Taalgeneratie 202 8.2.6 Spraaksynthese 203 8.2.7 De uiteindelijke reactie... 205 Evaluatie van spraakinterfaces 205 8.3.1 Methoden en metrieken 205 8.3.2 On line evaluatie 207 8.3.3 Gebruikersproblemen met spraakinterfaces
209
170
Inhoud
8.4
8.5 9
9.1
9.2
9.3
9.4
Spraak en multimodale interfaces 209 8.4.1 Multimodaliteit en multimedia 209 8.4.2 Virtuele mensen 211 8.4.3 De voordelen van multimodaliteit 214 Tot besluit 216 Een multimodale kijk op informatie Alfons Maes
219
Inleiding 219 9.1.1 Modale en amodale communicatie 220 9.1.2 Multimodale communicatie 221 Multimodaliteit en betekenis 223 9.2.1 De oorsprong van menselijke communicatie 223 9.2.2 Betekenis in analoge communicatie 224 9.2.3 Analoge betekenis in taal 225 9.2.4 Embodiment: een ervaringsgerichte betekenistheorie van taal 226 Soorten multimodale representatie 227 9.3.1 Type 1: visuele markering van tekst 233 9.3.2 Type 2: visuele organisatie van blad en scherm 237 9.3.3 Type 3: visueel georganiseerde tekst 239 9.3.4 Type 4: grafische voorstellingen 241 9.3.5 Type 5: statische, analoge voorstellingen 245 9.3.6 Type 6: dynamische voorstellingen 254 Tot besluit 257 Noten
259
Literatuur Register
265 285
Over de auteurs
293
9