Radiotherapie
Deel 8. B ijwerkingen van de bestraling van prostaatkanker
In dit deel kunt u meer lezen over de mogelijke bijwerkingen van de bestraling.
Mogelijke bijwerkingen tijdens of enkele weken na de bestraling Mogelijke bijwerkingen van de bestraling kunnen zich geleidelijk aan, meestal vanaf de tweede tot derde bestralingsweek, voordoen. Bespreekt u de bijwerkingen tijdens de therapiecontroles. Als dat nodig is, schrijft de radiotherapeut-oncoloog u medicatie voor. Onderstaande bijwerkingen kunnen zich voordoen:
Patiënteninformatie vll 070/1102
• blaasklachten Bij de bestraling van de prostaat krijgt een klein deel van uw blaas en een gedeelte van uw plasbuis bijna dezelfde stralendosis als de prostaat, waardoor u blaasklachten kunt krijgen.
Deel 8
1
Deel 8. Bijwerkingen van de bestraling van prostaatkanker
Dit kan zich uiten in: - vaker moeten plassen (ook ’s nachts) - minder goed kunnen ophouden van de urine - minder goed kunnen uitplassen. Deze klachten kunnen gepaard gaan met pijnklachten, blaas krampen en een branderig gevoel. • darmklachten Uw prostaat en het onderste deel van de endeldarm liggen tegen elkaar aan. Een klein gedeelte van uw endeldarm krijgt bijna dezelfde dosis als uw prostaat. Dit kan leiden tot irritatie van het darmweefsel. Door deze irritatie kunt u last krijgen van een onregelmatige stoelgang, dunnere ontlasting, meer aandrang, slijmverlies en soms iets bloedverlies. • vermoeidheid Vermoeidheid is een algemene en vaker gehoorde klacht tijdens de bestraling. Naast voldoende rust is het ook van belang dat u voldoende ontspanning heeft. Probeert u tijdens de bestraling uw conditie en dagritme zo goed mogelijk vast te houden. • huidklachten Het gedeelte van de huid dat bestraald wordt, kan geïrriteerd raken. De huidreactie treedt vooral op ter hoogte van de bilspleet. Voor de behandeling van deze huidklachten krijgt u advies van uw radiotherapeut-oncoloog of van de medewerker Patiëntenservice.
Wanneer verdwijnen de bijwerkingen De eerste twee weken na uw bestraling kunnen de bijwerkingen eventueel nog toenemen, daarna nemen de klachten geleidelijk aan af. Over het algemeen zijn de meeste klachten na twee maanden volledig verdwenen. Bij een kleine groep mannen kunnen
Deel 8
2
Radiotherapie
de klachten aanhouden of na tijdelijk verdwijnen weer terugkeren (zie ook hieronder ‘late gevolgen van de bestraling’). Neemt u, als de klachten langer aanhouden dan verwacht of als u zich ongerust maakt over uw klachten, telefonisch contact op met Patiëntenservice. U kunt de medewerkers Patiëntenservice op werkdagen tussen 8.15 - 16.45 uur bereiken via telefoonnummer (050) 361 93 65.
Bijhouden (scoren) van de bijwerkingen Aansluitend aan deel 8 ‘Bijwerkingen’ vindt u zogenaamde toxiciteitformulieren. Een toxiciteitformulier is een formulier waarop u vragen worden gesteld over mogelijke bijwerkingen van uw bestraling. U levert de ingevulde formulieren wekelijks in bij de medewerkers Patiëntenservice. Tijdens de controles bespreekt de radiotherapeut-oncoloog aan de hand van dit formulier met u de bijwerkingen die u mogelijk ondervindt van de bestraling.
Late gevolgen van de bestraling Onderstaande bijwerkingen van de bestraling kunnen aanhouden en mogelijk blijvend van aard zijn. Bespreekt u deze klachten bij uw bezoek aan de radiotherapeut-oncoloog. Vaak zijn er oplossingen of behandelingen mogelijk. • blaasklachten Na de bestraling kunt u plasklachten houden. Deze klachten kunnen zich uiten in het minder goed kunnen ophouden van de plas, het vaker moeten plassen (ook ’s nachts) en het moeten plassen van kleine hoeveelheden.
Deel 8
3
Deel 8. Bijwerkingen van de bestraling van prostaatkanker
• darmklachten Het deel van de darm dat tijdens de bestraling is meebestraald, kan blijvend geïrriteerd raken. Dit kan leiden tot een veranderd ontlastingpatroon waarbij bloed- en/of slijmverlies en snelle hevige aandrang kunnen optreden. • psychische problemen De diagnose prostaatkanker en de behandeling daarvan kan angst, onzekerheid en verdriet tot gevolg hebben. Op zich zijn dit natuurlijke reacties. Soms kan het echter nodig zijn psychosociale begeleiding in te schakelen. Met de hulp van een maatschappelijk werker, medisch psycholoog of geestelijk verzorger kunt u mogelijk weer grip krijgen op uw eigen situatie. • vermoeidheid Vermoeidheid na de behandeling van kanker is een vaker voor komende klacht van patiënten. Het is een complex probleem waar niet zo eenvoudig een oplossing voor te vinden is.
Seksualiteit Bestraling (eventueel in combinatie met hormoontherapie) voor prostaatkanker kan veranderingen voor uw seksualiteit tot gevolg hebben, zoals: • Het verlangen naar seks neemt af of verdwijnt. • De zaadlozing ontbreekt. • Het orgasme en de beleving daarvan verandert, is eventueel tijdelijk wat pijnlijk of wordt minder. • Erecties kunnen van mindere kwaliteit zijn of verdwijnen na de bestraling. Als deze veranderingen optreden, bespreekt u dit dan met uw radiotherapeut-oncoloog of uroloog.
Deel 8
4
Radiotherapie
Vragen Als u na het lezen van deze informatie vragen heeft, kunt u die altijd stellen. U kunt de medewerkers Patiëntenservice op werkdagen tussen 8.15 – 16.45 uur bereiken via telefoonnummer (050) 361 93 65.
Deel 8
5