Decanenbulletin juni 2013
Rugzakje vraagt om extra voorbereiding • Wat betekent het nieuwe wetsvoorstel? • Vanuit verschillende opleidingen afstuderen • Studentendecanen: functiebeperkingen en taalniveau vragen extra aandacht
In dit nummer:
Nieuw wetsvoorstel:
Zorgvuldige studiekeuze en andere toelatingseisen De juiste student op de juiste plaats. En daardoor minder studie-uitval, en studenten die sneller afstuderen. Dat beoogt het nieuwe wetsvoorstel ‘Kwaliteit in verscheidenheid’, dat nu bij de Tweede Kamer ligt. Hoe wil de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dat bereiken? Betere match
Inhoud Hans van de Wetering: Zwaluwstaarten Nieuw wetsvoorstel: Zorgvuldige studiekeuze en andere toelatingseisen
Het wetsvoorstel omvat een pakket aan maatregelen en een duidelijk andere koers. Met als belangrijk doel: een betere match tussen student en de gekozen opleiding. Aspirant-studenten moeten vooral zorgvuldiger hun studiekeuze bepalen, met daardoor minder kans op studie-uitval. Tegelijk mogen hogescholen strenger worden. Bijvoorbeeld met de mogelijkheid van een negatief bindend studieadvies na
2
het 2e of 3e studiejaar. Ondertussen moeten hogescholen waar nodig de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding verbeteren. En over hun opleidingen meer objectieve informatie geven. Bijvoorbeeld over het arbeidsmarktperspectief. Ook hun opleidingsaanbod moeten zij goed tegen het licht houden: waar zijn bredere opleidingen passend en welke specialistische opleidingen vraagt de markt?
3
4 Aankomende studenten spelen het keuzespel tijdens Open dag
Belangrijk voor vwo’ers en havisten t7PPSWXPFSTNFUFFOWPPSLFVSWPPS een praktijkgerichte opleiding worden 3-jarige trajecten ingevoerd. t,JF[FOWPPSFFOKBSJHF"TTPDJBUF degree is ook mogelijk. t"VUPNBUJTDIUPFMBUJOHTSFDIUNFU een bachelor naar een master wordt afgeschaft. Ook voor een master is een bewuste keuze noodzakelijk. t"VUPNBUJTDIFUPFMBUJOHNFUFFO hbo-propedeuse tot het wo is niet meer mogelijk.
Loting verdwijnt op termijn
Maatregelen uit het wetsvoorstel
De selectie aan de poort is tweeledig. Instellingen kunnen de deelname aan studiekeuzeactiviteiten, met bijbehorend positief of negatief advies, verplichten. Daarnaast mogen populaire opleidingen een numerus fixus instellen. Maar ook opleidingen die specifieke vaardigheden of aanleg vereisen, of die kleinschalig of intensief zijn, mogen selecteren aan de poort. Omdat het nieuwe beleid een optimale afstemming tussen student en opleiding voorstaat, passen lotingen daar niet bij. Die zullen daarom over circa vijf jaar verdwijnen.
t
Niet definitief Een besluit is nog niet genomen, dus aanpassingen zijn nog mogelijk. Maar aan het nu voorliggende pakket maatregelen is al wel een lange periode van overleg vooraf gegaan. Voorop zal blijven staan dat de instroom en doorstroom voor het hoger onderwijs verbetert, rekening houdend met de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.
Vóór 1 mei inschrijven Voor aspirant-studenten is het goed om nu al bewust te zijn van deze veranderingen. Want als het voorstel wordt goedgekeurd, zal het studieklimaat strenger worden. Omdat op termijn de centrale loting bij opleidingen met een numerus fixus verdwijnt, zal het voor velen ook rechtvaardiger voelen. Vroeg oriënteren wordt noodzaak, want aanmeldingen moeten vóór 1 mei binnen zijn om toelatingsrecht te hebben. Wie na 1 mei aanmeldt, is wel toelaatbaar, maar het toelatingsrecht wordt dan een gunst. Bovendien hebben tijdige aanmelders recht op studiekeuzeactiviteiten. Daarnaast komen er meer selectiemogelijkheden aan de poort en worden de toelatingseisen voor mbo’ers en voor de Pabo strenger. Vwo’ers kunnen straks kiezen voor 3-jarige trajecten. En (2-jarige) Associate degrees, met een eigen programma en afstudeerfase, worden definitief verankerd in het hoger onderwijs.
Wat doet Avans Hogeschool? Om verkeerde studiekeuzes en studie-uitval te voorkomen, voerde Avans Hogeschool enkele jaren geleden al de eerste intakegesprekken in. Na een pilotjaar vonden die voor studiejaar 2012-2013 al bij de helft van alle opleidingen plaats. Voor studiejaar 2013-2014 zijn er bij nagenoeg alle opleidingen intakegesprekken. Deze intakes kwamen naast al bestaande mogelijkheden als proefstuderen, meeloopdagen of het bezoeken van een student op stage. In de komende periode wil Avans Hogeschool graag afstemmen met het vo over de begeleiding van studenten die straks na 1 mei hun keuze heroverwegen. Goede afspraken over samenwerking en begeleiding zijn voor deze leerlingen belangrijk.
t t t t
t
7FSWSPFHJOHBBONFMEEBUVNOBBSNFJ WBOBGJOTUSPPNJOTUVEJFKBBS 2014-2015). JFVXFUPFMBUJOHTFJTFOWPPSNCPFST"VUPNBUJTDIUPFMBUJOHTSFDIUUPUICP / zal alleen gelden binnen verwante sector. /JFVXFUPFMBUJOHTFJTFO1BCP/BBTUEFSFLFOFOUBBMUPFUT LPNFOFSPPL toetsen voor kernvakken als aardrijkskunde en geschiedenis. .FFSFOCFUFSFTFMFDUJFNPHFMJKLIFEFOBBOEFQPPSU 0NIFUWPPSWXPFSTBBOUSFLLFMJKLUFNBLFOWPPSIFUNFFSQSBLUJKLHFSJDIUF hbo te kiezen, komen er voor hen 3-jarige trajecten. Deze zullen per opleiding verschillend zijn, met in principe een studielast van 3 x 80 studiepunten. %FmOJUJFWFJOWPFSJOHWBO"TTPDJBUFEFHSFFT
Aanmeldingen t t t t
&MLFBBONFMEFSIFFGUSFDIUPQJOTDISJKWJOH UFO[JKFSTQSBLFJTWBOFFOOVNFrus fixus. %FBBONFMEFSIFFGUSFDIUPQEFFMOBNFBBOBMMFTUVEJFLFV[FBDUJWJUFJUFO FFMOBNFBBOTUVEJFLFV[FBDUJWJUFJUFOLBOWFSQMJDIUXPSEFO % #JKBBONFMEJOHOBNFJJTFSHFFOSFDIUPQJOTDISJKWJOHFOPQEFFMOBNFBBO studiekeuzeactiviteiten. Studiekeuzeactiviteiten kunnen wel verplicht worden.
Numerus fixus Een populaire opleiding mag een numerus fixus instellen om de kwaliteit of het arbeidsperspectief hoog te houden. Dat betekent decentrale selectie met minimaal twee kwalitatieve criteria, passend bij de kerncompetenties van de opleiding. Alle aanmelders mogen deelnemen aan deze decentrale selectie. Over 4 tot 5 jaar vervalt de gewogen loting en daarmee verdwijnen ook de volgende voorrangsgroepen: t (FNJEEFMEFJOEDJKGFS t .JOJTUFSTQMBBUTFO"OUJMMFO t &FSEFSUPFHFMBUFOTUVEFOUFOEJFEF[FNPHFMJKLIFJEOJFUCFOVUIFCCFO Elke aanmelder heeft een Bewijs van Toelating nodig van DUO/CBAP om de aanmelding te kunnen omzetten naar een inschrijving. Als alle plaatsen bij een fixus-opleiding in oktober zijn bezet, is februari-instroom niet meer mogelijk. Het devies is dus: kies bewust!
Belangrijke data Maatregel Geplande inwerkingtreding t Uitbreiding bindend studieadvies na het 2e of 3e jaar 2013-2014 t "TTPDJBUFEFHSFFEFmOJUJFGJOWPFSFO t #FUFSFEPPSTUSPNJOHNCPFSTOBBSICP t *OTDISJKWFOWPPSNFJ WBOBG
4
Meiden in bèta-techniek
6
Tijdens de verbouwing gaat het onderwijs door
7
Internationalisering verrijkt
8
Schrijfcentrum helpt bij taalproblemen
9
Perspectief: beroeps- en arbeidsperspectieven van de opleidingen MWD en SPH Duizenden vragen voor studentendecanaat ‘Zorg voor een veilige omgeving’
Decanenbulletin 5
Het nieuwe wetsvoorstel ‘Kwaliteit in verscheidenheid’ wil de juiste student op de juiste plaats.
Meiden in bèta-techniek Iets meer dan de helft van de instromende hbo’ers is een meisje. Bij de technische opleidingen ligt dat percentage aanmerkelijk lager. Ook al hebben veel meiden een technisch profiel. Vooroordelen blijken hierbij een rol te spelen. Avans Hogeschool organiseert activiteiten voor meisjes om deze weg te nemen.
10
De cijfers Het aandeel van meisjes bij de instroom in het hbo ligt landelijk al enige jaren rond de 53%. Bij het technisch hoger beroepsonderwijs steeg de instroom van 15,7% in 2008 naar 18,7% in 2012 (bron: VHTO). Bij Avans Hogeschool ligt dit percentage rond de 17%. Dat is laag vergeleken bij het aantal meisjes dat in het voortgezet onderwijs een technisch profiel kiest. In havo-4 heeft 30% van de meisjes een N-profiel, in vwo-4 is dat zelfs 51%. Toch leidt een techniekprofiel lang niet altijd tot de keuze voor een technische vervolgopleiding. Meiden blijken met een techniekprofiel zoveel mogelijk ‘opties open te willen houden’. Ook als hun ambitie niet per se bij bèta-techniek ligt.
12 14
Vooroordelen Meisjes hebben veel vooroordelen over een toekomst in de techniek. Het is een mannenwereld, je moet
zwaar en vies werk doen, het is te ingewikkeld of je bent de hele dag aan het rekenen. Dat is het beeld dat bij hen leeft. Techniek en ICT zien zij meestal niet als mogelijkheid om ‘met mensen te werken’ of ‘iets bij te dragen aan de maatschappij’. Dat is jammer, want techniek en ICT lenen zich daar juist prima voor. In de ons omringende landen zijn bèta-technische opleidingen veel populairder bij meisjes. Waarschijnlijk gaat er in Nederland op keuzemomenten dus veel vrouwelijk technisch talent verloren. Onwenselijk en zonde, want er is een grote vraag naar bèta-technische beroepsbeoefenaars.
Wel tijdelijk aanpassen, dezelfde onderwijskwaliteit
Tijdens de verbouwing gaat het onderwijs door
meisjes bij de technische opleidingen te verhogen naar 20% in 2014. Dat gebeurt op verschillende manieren: t . FUTQFDJmFLFWPPSMJDIUJOHTBDUJWJteiten voor meisjes. Niet-stereotype techniekopleidingen en opleidingen op het snijvlak van techniek, ICT, zorg, economie en management krijgen hier ruim aandacht. Aansprekend zijn maatschappelijke thema’s als duurzaam bouwen in ontwikkelingslanden of groene energieopwekking. Maar ook mensgerichte vakgebieden zoals Gezondheidszorg Technologie. t %PPSNFJTKFTEJFUXJKGFMFOJO contact te brengen met vrouwelijke studentes en rolmodellen uit het beroepenveld. Bijvoorbeeld via het ‘meisjes aan zet’ programma en de speeddates van de VHTO*. Bovendien organiseren we jaarlijks in april een Meiden Techniekdag (voor studiekiezers) en doen we mee aan de landelijke Girlsday° (10-15 jaar).
Diverse, vooral technische en ICT-opleidingen van Avans Hogeschool in Breda hebben hun thuisbasis aan de Lovensdijkstraat 61 en 63. Twee verouderde gebouwen. Daarom start deze zomer een ingrijpende verbouwing. Het eindresultaat zal modern, open en transparant zijn. Groei maakt verbouwing noodzakelijk Toen enkele jaren geleden het compleet vernieuwde gebouw aan de Hogeschoollaan in Breda werd opgeleverd, werd verwacht dat de gebouwen aan de Lovensdijkstraat niet lang meer nodig zouden zijn. Hoe anders kan het lopen. Beide gebouwen zijn nu onmisbaar om de groei van studentenaantallen op te vangen. “Dat betekent wel dat nu een ingrijpende verbouwing nodig is”, zegt Ton Vissers, projectleider van de renovatie. “De gebouwen zijn verouderd en voldoen op termijn niet langer aan de eisen die Avans Hogeschool aan onderwijslocaties en eigentijds onderwijs stelt. Daarom gaan we in fases verbouwen, tweeënhalf jaar lang.”
Hoe kun je een goede studiekeuze maken als je vooroordelen hebt? Dat is de onderliggende boodschap van dit beleid. Avans Hogeschool hoopt dat door meer uitleg en het delen van ervaringen meer meiden beseffen dat een opleiding in Techniek of ICT het best bij hen past.
Eigentijds
* zie www.vhto.nl, activiteiten/ onderwijs/vo ° zie www.girlsday.nl
Nu nog staat aan de Lovensdijkstraat een verzameling aan grote en kleine gebouwen. Na de verbouwing staan er drie moderne gebouwen in een parkachtige omgeving. Vissers: “Onze studenten krijgen door de renovatie een up-to-date leeromgeving, die voldoet aan de eisen van deze tijd. Er komen open studie- en werkruimtes
Twijfel wegnemen Twee jaar geleden heeft Avans Hogeschool daarom genderbeleid uitgewerkt, specifiek voor de bètatechniek. Uitgaande van bestaande socioculturele aspecten tussen mannen en vrouwen is het doel de instroom van
met veel werkplekken, die toch het gevoel geven van kleinschaligheid. Hier kunnen studenten in groepjes samenwerken en hun kennis delen.” Opvallend aan de buitenkant worden de nieuwe glazen gevels van Lovensdijkstraat 61. Achter de grote glazen pui met daarop gestileerde bomen gaat straks het nieuwe atrium schuil. En buiten wordt het parkachtig. Mooi voor onze studenten, zeker in de zomer, maar ook voor de buurt een aanwinst.”
Laboratorium van 1000 m² Niet zichtbaar aan de buitenkant, maar zeker bijzonder wordt het laboratorium. Met een oppervlakte van maar liefst 1000 m², gaan hier studenten van vele opleidingen samenwerken. Natuurlijk maken de opleidingen Chemie, Chemische Technologie en Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek gebruik van dit grote lab. Maar ook opleidingen als Forensisch Laboratoriumonderzoek, Werktuigbouwkunde, Elektrotechniek of Mechatronica. “Bouwkundig een heel speciaal laboratorium.”, zegt Vissers. “Want de ruimte komt in het souter-
15
Afstuderen zonder opleidingsgrenzen
16
Student aan het woord: Lennart Stout is promostudent
Decanenbulletin 7
Hoe kun je een goede studiekeuze maken als je vooroordelen hebt?
Perspectief
18
Opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD) Voor wie?
Avans Compleet
19
Evenementenkalender
20
6
rain, maar er is toch daglicht gerealiseerd. Er komt een soort binnentuin met een trapopgang naar boven, waardoor er daglicht naar binnen valt.”
Verbouwing in fases
Organisatorisch is de verbouwing een flinke klus. Bijna 3.000 studenten krijgen aan de Lovensdijkstraat les en er werken circa 360 medewerkers. Door in fases te verbouwen kunnen de lessen gewoon doorgaan. Daarvoor worden er extra noodlokalen geplaatst. Dat betekent dat studenten soms tijdelijk wat moeten aanpassen, maar tegelijk blijft de kwaliteit van het onderwijs gewaarborgd. Bij het nabijgelegen Radius College huren we een jaar lang laboratoria. Ook kwalitatief goed practicumonderwijs is daarmee tijdens de bouwperiode verzekerd. Vissers: “Voor Avans Hogeschool is een goede samenwerking met en aansluiting op het mbo belangrijk. Daar sluit deze oplossing met het Radius College ook prima op aan.” Eind 2015 is de laatste fase voltooid en zijn ook op deze locatie de onderwijsfaciliteiten optimaal.
6
Geen rugzakje in het hbo
4
Studenten MWD zijn behulpzaam en gericht op mensen. Ze hebben oog voor de kwaliteiten en beperkingen
van mensen. Houden ervan een probleem te analyseren en daarvoor oplossingen te zoeken. Coördineren en regisseren, zowel zelfstandig als in teamverband gaat hen gemakkelijk af.
Mogelijke beroepen Een MWD’er informeert en adviseert bij persoonlijke en relationele problemen. Helpt mensen hun leven weer op de rit te krijgen. Psychosociaal of bij materiële kwesties. Vaak in één-op-één contacten. Bijvoorbeeld als algemeen maatschappelijk werker of reclasseringswerker. Ze kunnen werken in de verslavings-, jeugd- of geestelijke gezondheidszorg. Of bij justitiële instellingen, internaten of het algemeen maatschappelijk werk.
Studieverloop Studenten bij Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, Sociaal Pedagogische Hulpverlening en Culturele en Maatschappelijke Vorming (CMV) starten met een stevige brede basis in kennis, houding en vaardigheden. In deze fase ontdekken studenten of ze geschikt zijn voor het vak. Bij de opleiding in Breda duurt deze oriëntatie een half jaar. In ’s-Hertogenbosch het volledige propedeusejaar. Daarna kiezen ze voor de opleiding van hun keuze. Praktijkgerichte groepsopdrachten en nieuwe ontwikkelingen, maar ook het trainen van zelfstandigheid en gevoel voor verantwoordelijkheid krijgen veel aandacht. Persoonlijke en beroepsmatige ontwikkeling zijn gedurende de hele opleiding belangrijke thema’s. Voor afronding van de propedeuse zijn minimaal 52 van de 60 studiepunten nodig.
Toekomstperspectief Afgestudeerden kunnen werken bij non-profit én commerciële organisaties. Vaak werken ze bij een organisatie op het gebied van maatschappelijk werk. De kansen op werk zijn sterk afhankelijk van de huidige economische ontwikkelingen, maar over het algemeen goed.
Opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) Voor wie?
Kan bijvoorbeeld met de post-hbo opleiding Management en Leidinggeven in de non-profitsector. Of de universitaire studies Psychologie of Sociale Wetenschappen.
Studenten SPH zijn geïnteresseerd in mensen en culturen en hun leefwereld. Ze zijn meelevend, hebben lef en zijn doelgericht bij de aanpak van problemen. In crisissituaties houden ze het hoofd koel. Ze leggen gemakkelijk contact en kunnen mensen motiveren en stimuleren. Werken doen ze even gemakkelijk zelfstandig als in teamverband.
Toelatingseisen
Mogelijke beroepen
t %JQMPNBIBWP WXPPGNCP t %JQMPNBWBOWFSXBOUFNCP opleiding maakt een verkort traject mogelijk (het eerste jaar start dan met een speciale mbo-klas).
Een SPH’er helpt mensen die dat niet alleen kunnen, hun leven zo zelfstandig mogelijk in te richten. Ze begeleiden en ondersteunen, uitgaande van de eigen kracht van mensen. Bij iemand thuis of in een instelling. Vaak bij problemen door beperkingen, psychische stoornissen of ziekte. Dat varieert van woonvoorzieningen tot
Doorstuderen
Locatie Breda en ’s-Hertogenbosch (locatie: Hervenplein).
Verschillen MWD en SPH - MWD: mensen helpen hun leven op de rit te krijgen, vaak in één-op-één contacten. - MWD: een probleem analyseren en een oplossing zoeken. - MWD: mensen op weg helpen door te wijzen op nieuwe wegen of het bieden van handvatten.
100
Welke beroeps- en arbeidsperspectieven heb je als je voor een ngen opleiding kiest? In deze rubriek staan dit keer de opleidingen Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD)) en Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) centraal.
- SPH: mensen bijstaan en begeleiden bij hun dagelijkse bezigheden, in hun eigen leefwereld. - SPH: mensen die dat niet alleen kunnen, begeleiden en ondersteunen zodat zij hun leven zo zelfstandig mogelijk in kunnen richten. - SPH: soms mensen tijdelijk hulp bieden, vaker begeleiden ze meer structureel een groep.
Leerlingen die een opleiding binnen de sector Welzijn overwegen, kunnen ook kiezen voor de opleiding CMV: Culturele en Maatschappelijke Vorming. Zie ww w.avans.nl.
verslavingskliniek en van jeugdhulpverlening tot een huis van bewaring. Ze werken als groepsleider, pedagogisch werker of persoonlijk begeleider. Of als woonbegeleider, maatschappelijk ondernemer of activiteitenbegeleider.
po heden: de post-hbo opleiding Management en Leidinggeven in de non-profitsec Of een master in non-profitsector. Pedagogiek, O Organization Studies of Human Reso Resource Studies. Een universitaire studie Psychologie of Wete Sociale Wetenschappen kan ook.
Studieverloop
Toelatingseisen Toelatings
Studenten bij MWD, SPH en Culturele en Maatschappelijke Vorming (CMV) starten met een stevige brede basis in kennis, houding en vaardigheden. Een oriëntatieperiode waar studenten ontdekken of ze geschikt zijn voor het vak. Bij de opleiding in ’s-Hertogenbosch is dat het propedeusejaar. In Breda gaat het om het eerste half jaar. Daarna kiezen ze voor de opleiding van hun keuze. Ieders persoonlijke en professionele ontwikkeling vormt de rode draad. Maar ook het trainen van zelfstandigheid en gevoel voor verantwoordelijkheid zijn heel belangrijk. Net als praktijkgerichte groepsopdrachten, stage en nieuwe ontwikkelingen. Voor afronding van de propedeuse zijn minimaal 52 van de 60 studiepunten nodig.
t %JQMPNBIBWP WXPPGNCP %JQMPNB I %JQMPNBWBOWFSXBOUFNCP t %JQMPNB W een verkort traject opleiding maakt m mogelijk (het (h eerste jaar start dan speciale mbo-klas). in een spec
Locatie
Breda en ’s-H ’s-Hertogenbosch (locatie: Hervenplein).
Toekomstperspectief SPH biedt brede mogelijkheden binnen welzijn en zorg. In zowel uitvoerende, coördinerende als leidinggevende functies. De kansen op werk worden sterk bepaald door economische ontwikkelingen, maar zijn over het algemeen goed.
Hans van de Wetering, projectleider agribusiness Helicon
Zwaluwstaarten Hans van de Wetering werkte 3,5 jaar bij Avans Technaplaza. Nu is hij projectleider agribusiness bij Helicon in Boxtel. In augustus is ‘zijn’ mbo-opleiding Green Engineering/Biobased Business gestart. ‘Een opleiding rondom duurzaamheid, nieuw van inhoud én opzet. Leerlingen werken in themablokken van tien weken. Net als op het hbo.’ Hans studeerde werktuigbouwkunde, volgde een master pedagogiek en startte daarna bij Avans Technaplaza. “Bij alle projecten die ik daar mee in gang heb gezet, kregen studenten alleen lesstof aangeboden die binnen het thema past. Dat werkte heel goed. Daarom is Green Engineering ook zo ingericht.”
wat handig is voor hun loopbaanoriëntatie. De hbo-studenten pikken iets mee van de praktische kennis van onze leerlingen. Op deze manier gaan we een soort zwaluwstaartverbinding aan met elkaar. Een nauwe samenwerking die meerwaarde biedt aan alle betrokken partijen.”
Wisselwerking Levende theorie De mbo’ers krijgen wekelijks zes uur theorielessen over het thema. “Ze werken 14 uur aan een project, waar ze dus ‘al doende’ leren. En krijgen les in Nederlands, Engels en rekenen. Lesuitval en roosterwijzigingen kennen wij niet. Is een leraar wat later, dan werken de leerlingen aan hun project. Bij Avans Hogeschool volgen ze een doorstroomtraject van twee of drie dagdelen, via Technaplaza. Bijvoorbeeld rond smart grids of biopolymeren. We kiezen bewust voor een kort programma. Dat is krachtig en geeft directe feedback, wat essentieel is voor het leerproces.”
“Omgekeerd dagen wij studenten Chemie, Elektrotechniek of Werktuigbouwkunde uit met opdrachten bij ons. We hebben bijvoorbeeld een golfkar, die rijdt op houtgas uit wilgenhout. Zij moeten uitrekenen hoe oud het hout is, hoeveel CO2 erin zit, hoe lang de golfkar erop kan
rijden en hoe duurzaam het proces is. Ook hebben we projecten met bio-smeermiddelen en -brandstoffen. Of onze botsauto op hightech zonne-energie.” Hans heeft de samenwerking zelfs ingebed in het curriculum. “Door samenwerkingsverbanden op te starten vanuit biologie, natuurkunde of maatschappijleer voorkom je dat apparatuur stilstaat. En is contact met Avans geen uitstapje meer, maar een nuttig en leerzaam project.”
Doorstroom “Met ons systeem hoef je het nut van scheikunde en natuurkunde niet uit te leggen: dat ervaren de leerlingen vanzelf. Dat geeft rust. Bij doorstroom naar het hbo is de kans op uitval klein. Mede door de extra lessen Nederlands en rekenen die we aanbieden. Wij geloven namelijk niet in een ‘quickfix’ om het kennishiaat wat op te poetsen; wij voorkomen liever dat het ontstaat.”
Doorstuderen Ook na de opleiding SPH zijn er verschillende doorstudeermogelijk-
10
Decanenbulletin 11
Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen de opleidingen MWD en SPH?
Verbinden De samenwerking biedt vele voordelen “Onze leerlingen doen kennis op voor hun thema. Gebruiken materialen die we zelf niet hebben. En maken kennis met Avans,
Colofon Uitgave: Avans Hogeschool • Teksten: Medewerkers Avans Hogeschool Eindredactie: Ankie van der Dussen, Diensteenheid Marketing, Communicatie en Studentenzaken • Ontwerp: K&K Associates Fotografie: Photo40, Fred Sonnega • Drukwerk: OBT bv, Den Haag • Oplage: 1.200 exemplaren • Datum: juni 2013 Ook studenten uit het hbo krijgen opdrachten over het wilgenhout, de brandstof voor de golfkar
2
Decanenbulletin 3
Nieuw wetsvoorstel:
Zorgvuldige studiekeuze en andere toelatingseisen De juiste student op de juiste plaats. En daardoor minder studie-uitval, en studenten die sneller afstuderen. Dat beoogt het nieuwe wetsvoorstel ‘Kwaliteit in verscheidenheid’, dat nu bij de Tweede Kamer ligt. Hoe wil de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dat bereiken? Betere match Het wetsvoorstel omvat een pakket aan maatregelen en een duidelijk andere koers. Met als belangrijk doel: een betere match tussen student en de gekozen opleiding. Aspirant-studenten moeten vooral zorgvuldiger hun studiekeuze bepalen, met daardoor minder kans op studie-uitval. Tegelijk mogen hogescholen strenger worden. Bijvoorbeeld met de mogelijkheid van een negatief bindend studieadvies na
het 2e of 3e studiejaar. Ondertussen moeten hogescholen waar nodig de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding verbeteren. En over hun opleidingen meer objectieve informatie geven. Bijvoorbeeld over het arbeidsmarktperspectief. Ook hun opleidingsaanbod moeten zij goed tegen het licht houden: waar zijn bredere opleidingen passend en welke specialistische opleidingen vraagt de markt?
Aankomende studenten spelen het keuzespel tijdens Open dag
4
Belangrijk voor vwo’ers en havisten • Voor vwo’ers met een voorkeur voor een praktijkgerichte opleiding worden 3-jarige trajecten ingevoerd. • Kiezen voor een 2-jarige Associate degree is ook mogelijk. • Automatisch toelatingsrecht met een bachelor naar een master wordt afgeschaft. Ook voor een master is een bewuste keuze noodzakelijk. • Automatische toelating met een hbo-propedeuse tot het wo is niet meer mogelijk.
Vóór 1 mei inschrijven Voor aspirant-studenten is het goed om nu al bewust te zijn van deze veranderingen. Want als het voorstel wordt goedgekeurd, zal het studieklimaat strenger worden. Omdat op termijn de centrale loting bij opleidingen met een numerus fixus verdwijnt, zal het voor velen ook rechtvaardiger voelen. Vroeg oriënteren wordt noodzaak, want aanmeldingen moeten vóór 1 mei binnen zijn om toelatingsrecht te hebben. Wie na 1 mei aanmeldt, is wel toelaatbaar, maar het toelatingsrecht wordt dan een gunst. Bovendien hebben tijdige aanmelders recht op studiekeuzeactiviteiten. Daarnaast komen er meer selectiemogelijkheden aan de poort en worden de toelatingseisen voor mbo’ers en voor de Pabo strenger. Vwo’ers kunnen straks kiezen voor 3-jarige trajecten. En (2-jarige) Associate degrees, met een eigen programma en afstudeerfase, worden definitief verankerd in het hoger onderwijs.
Loting verdwijnt op termijn
Maatregelen uit het wetsvoorstel
De selectie aan de poort is tweeledig. Instellingen kunnen de deelname aan studiekeuzeactiviteiten, met bijbehorend positief of negatief advies, verplichten. Daarnaast mogen populaire opleidingen een numerus fixus instellen. Maar ook opleidingen die specifieke vaardigheden of aanleg vereisen, of die kleinschalig of intensief zijn, mogen selecteren aan de poort. Omdat het nieuwe beleid een optimale afstemming tussen student en opleiding voorstaat, passen lotingen daar niet bij. Die zullen daarom over circa vijf jaar verdwijnen.
•
Niet definitief Een besluit is nog niet genomen, dus aanpassingen zijn nog mogelijk. Maar aan het nu voorliggende pakket maatregelen is al wel een lange periode van overleg vooraf gegaan. Voorop zal blijven staan dat de instroom en doorstroom voor het hoger onderwijs verbetert, rekening houdend met de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.
Wat doet Avans Hogeschool? Om verkeerde studiekeuzes en studie-uitval te voorkomen, voerde Avans Hogeschool enkele jaren geleden al de eerste intakegesprekken in. Na een pilotjaar vonden die voor studiejaar 2012-2013 al bij de helft van alle opleidingen plaats. Voor studiejaar 2013-2014 zijn er bij nagenoeg alle opleidingen intakegesprekken. Deze intakes kwamen naast al bestaande mogelijkheden als proefstuderen, meeloopdagen of het bezoeken van een student op stage. In de komende periode wil Avans Hogeschool graag afstemmen met het vo over de begeleiding van studenten die straks na 1 mei hun keuze heroverwegen. Goede afspraken over samenwerking en begeleiding zijn voor deze leerlingen belangrijk.
• • • •
•
Vervroeging aanmelddatum naar 1 mei (vanaf instroom in studiejaar 2014-2015). Nieuwe toelatingseisen voor mbo’ers. Automatisch toelatingsrecht tot hbo zal alleen gelden binnen verwante sector. Nieuwe toelatingseisen Pabo. Naast de reken- en taaltoets, komen er ook toetsen voor kernvakken als aardrijkskunde en geschiedenis. Meer en betere selectiemogelijkheden aan de poort. Om het voor vwo’ers aantrekkelijk te maken voor het meer praktijkgerichte hbo te kiezen, komen er voor hen 3-jarige trajecten. Deze zullen per opleiding verschillend zijn, met in principe een studielast van 3 x 80 studiepunten. Definitieve invoering van Associate degrees.
Aanmeldingen • • • •
Elke aanmelder heeft recht op inschrijving, tenzij er sprake is van een numerus fixus. De aanmelder heeft recht op deelname aan alle studiekeuzeactiviteiten. Deelname aan studiekeuzeactiviteiten kan verplicht worden. Bij aanmelding na 1 mei is er geen recht op inschrijving en op deelname aan. studiekeuzeactiviteiten. Studiekeuzeactiviteiten kunnen wel verplicht worden.
Numerus fixus Een populaire opleiding mag een numerus fixus instellen om de kwaliteit of het arbeidsperspectief hoog te houden. Dat betekent decentrale selectie met minimaal twee kwalitatieve criteria, passend bij de kerncompetenties van de opleiding. Alle aanmelders mogen deelnemen aan deze decentrale selectie. Over 4 tot 5 jaar vervalt de gewogen loting en daarmee verdwijnen ook de volgende voorrangsgroepen: • Gemiddeld eindcijfer >8. • Ministersplaatsen Antillen. • Eerder toegelaten studenten die deze mogelijkheid niet benut hebben. Elke aanmelder heeft een Bewijs van Toelating nodig van DUO/CBAP om de aanmelding te kunnen omzetten naar een inschrijving. Als alle plaatsen bij een fixus-opleiding in oktober zijn bezet, is februari-instroom niet meer mogelijk. Het devies is dus: kies bewust!
Belangrijke data Maatregel • Uitbreiding bindend studieadvies na het 2e of 3e jaar • Associate degree definitief invoeren • Betere doorstroming mbo’ers naar hbo • Inschrijven voor 1 mei
Geplande inwerkingtreding 2013-2014 2013-2014 2013-2014 vanaf 2014
Decanenbulletin 5
Meiden in bèta-techniek Iets meer dan de helft van de instromende hbo’ers is een meisje. Bij de technische opleidingen ligt dat percentage aanmerkelijk lager. Ook al hebben veel meiden een technisch profiel. Vooroordelen blijken hierbij een rol te spelen. Avans Hogeschool organiseert activiteiten voor meisjes om deze weg te nemen.
De cijfers Het aandeel van meisjes bij de instroom in het hbo ligt landelijk al enige jaren rond de 53%. Bij het technisch hoger beroepsonderwijs steeg de instroom van 15,7% in 2008 naar 18,7% in 2012 (bron: VHTO). Bij Avans Hogeschool ligt dit percentage rond de 17%. Dat is laag vergeleken bij het aantal meisjes dat in het voortgezet onderwijs een technisch profiel kiest. In havo-4 heeft 30% van de meisjes een N-profiel, in vwo-4 is dat zelfs 51%. Toch leidt een techniekprofiel lang niet altijd tot de keuze voor een technische vervolgopleiding. Meiden blijken met een techniekprofiel zoveel mogelijk ‘opties open te willen houden’. Ook als hun ambitie niet per se bij bèta-techniek ligt.
Vooroordelen Meisjes hebben veel vooroordelen over een toekomst in de techniek. Het is een mannenwereld, je moet
6
zwaar en vies werk doen, het is te ingewikkeld of je bent de hele dag aan het rekenen. Dat is het beeld dat bij hen leeft. Techniek en ICT zien zij meestal niet als mogelijkheid om ‘met mensen te werken’ of ‘iets bij te dragen aan de maatschappij’. Dat is jammer, want techniek en ICT lenen zich daar juist prima voor. In de ons omringende landen zijn bèta-technische opleidingen veel populairder bij meisjes. Waarschijnlijk gaat er in Nederland op keuzemomenten dus veel vrouwelijk technisch talent verloren. Onwenselijk en zonde, want er is een grote vraag naar bèta-technische beroepsbeoefenaars.
Twijfel wegnemen Twee jaar geleden heeft Avans Hogeschool daarom genderbeleid uitgewerkt, specifiek voor de bètatechniek. Uitgaande van bestaande socioculturele aspecten tussen mannen en vrouwen is het doel de instroom van
meisjes bij de technische opleidingen te verhogen naar 20% in 2014. Dat gebeurt op verschillende manieren: • Met specifieke voorlichtingsactiviteiten voor meisjes. Niet-stereotype techniekopleidingen en opleidingen op het snijvlak van techniek, ICT, zorg, economie en management krijgen hier ruim aandacht. Aansprekend zijn maatschappelijke thema’s als duurzaam bouwen in ontwikkelingslanden of groene energieopwekking. Maar ook mensgerichte vakgebieden zoals Gezondheidszorg Technologie. • Door meisjes die twijfelen in contact te brengen met vrouwelijke studentes en rolmodellen uit het beroepenveld. Bijvoorbeeld via het ‘meisjes aan zet’ programma en de speeddates van de VHTO*. Bovendien organiseren we jaarlijks in april een Meiden Techniekdag (voor studiekiezers) en doen we mee aan de landelijke Girlsday° (10-15 jaar). Hoe kun je een goede studiekeuze maken als je vooroordelen hebt? Dat is de onderliggende boodschap van dit beleid. Avans Hogeschool hoopt dat door meer uitleg en het delen van ervaringen meer meiden beseffen dat een opleiding in Techniek of ICT het best bij hen past.
* zie www.vhto.nl, activiteiten/ onderwijs/vo ° zie www.girlsday.nl
Wel tijdelijk aanpassen, dezelfde onderwijskwaliteit
Tijdens de verbouwing gaat het onderwijs door Diverse, vooral technische en ICT-opleidingen van Avans Hogeschool in Breda hebben hun thuisbasis aan de Lovensdijkstraat 61 en 63. Twee verouderde gebouwen. Daarom start deze zomer een ingrijpende verbouwing. Het eindresultaat zal modern, open en transparant zijn. Groei maakt verbouwing noodzakelijk Toen enkele jaren geleden het compleet vernieuwde gebouw aan de Hogeschoollaan in Breda werd opgeleverd, werd verwacht dat de gebouwen aan de Lovensdijkstraat niet lang meer nodig zouden zijn. Hoe anders kan het lopen. Beide gebouwen zijn nu onmisbaar om de groei van studentenaantallen op te vangen. “Dat betekent wel dat nu een ingrijpende verbouwing nodig is”, zegt Ton Vissers, projectleider van de renovatie. “De gebouwen zijn verouderd en voldoen op termijn niet langer aan de eisen die Avans Hogeschool aan onderwijslocaties en eigentijds onderwijs stelt. Daarom gaan we in fases verbouwen, tweeënhalf jaar lang.”
Eigentijds Nu nog staat aan de Lovensdijkstraat een verzameling aan grote en kleine gebouwen. Na de verbouwing staan er drie moderne gebouwen in een parkachtige omgeving. Vissers: “Onze studenten krijgen door de renovatie een up-to-date leeromgeving, die voldoet aan de eisen van deze tijd. Er komen open studie- en werkruimtes
met veel werkplekken, die toch het gevoel geven van kleinschaligheid. Hier kunnen studenten in groepjes samenwerken en hun kennis delen.” Opvallend aan de buitenkant worden de nieuwe glazen gevels van Lovensdijkstraat 61. Achter de grote glazen pui met daarop gestileerde bomen gaat straks het nieuwe atrium schuil. En buiten wordt het parkachtig. Mooi voor onze studenten, zeker in de zomer, maar ook voor de buurt een aanwinst.”
Laboratorium van 1000 m² Niet zichtbaar aan de buitenkant, maar zeker bijzonder wordt het laboratorium. Met een oppervlakte van maar liefst 1000 m², gaan hier studenten van vele opleidingen samenwerken. Natuurlijk maken de opleidingen Chemie, Chemische Technologie en Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek gebruik van dit grote lab. Maar ook opleidingen als Forensisch Laboratoriumonderzoek, Werktuigbouwkunde, Elektrotechniek of Mechatronica. “Bouwkundig een heel speciaal laboratorium.”, zegt Vissers. “Want de ruimte komt in het souter-
rain, maar er is toch daglicht gerealiseerd. Er komt een soort binnentuin met een trapopgang naar boven, waardoor er daglicht naar binnen valt.”
Verbouwing in fases Organisatorisch is de verbouwing een flinke klus. Bijna 3.000 studenten krijgen aan de Lovensdijkstraat les en er werken circa 360 medewerkers. Door in fases te verbouwen kunnen de lessen gewoon doorgaan. Daarvoor worden er extra noodlokalen geplaatst. Dat betekent dat studenten soms tijdelijk wat moeten aanpassen, maar tegelijk blijft de kwaliteit van het onderwijs gewaarborgd. Bij het nabijgelegen Radius College huren we een jaar lang laboratoria. Ook kwalitatief goed practicumonderwijs is daarmee tijdens de bouwperiode verzekerd. Vissers: “Voor Avans Hogeschool is een goede samenwerking met en aansluiting op het mbo belangrijk. Daar sluit deze oplossing met het Radius College ook prima op aan.” Eind 2015 is de laatste fase voltooid en zijn ook op deze locatie de onderwijsfaciliteiten optimaal.
Decanenbulletin 7
Niet alleen bij Engelstalige opleidingen
Belang taal bij HBO-rechten groot
Internationalisering verrijkt
Schrijfcentrum helpt bij taalproblemen
Globalisering is in elk vakgebied actueel. Wereldontwikkelingen beïnvloeden onze omgeving, ons gedrag en ons werk. Ook het onderwijs. Daarom is internationalisering een belangrijk onderdeel van het Meerjarenbeleid. En is het verweven in alle opleidingen van Avans Hogeschool. Collin den Braber is docent binnen de sector Welzijn en beheert de internationale contacten bij de opleidingen CMV, MWD en SPH.* “Onze studenten gaan al jaren naar het buitenland. Vaak naar niet-Europese landen. Het gaat dan om stage, een minor of afstuderen. Of projecten rondom ontwikkelingssamenwerking, armoedebestrijding, gezondheid en straatkinderen. De belangrijkste meerwaarde is de leerzame ervaring. Een periode in het buitenland doet een groot beroep op je zelfstandigheid, flexibiliteit en talent voor improvisatie. Dat verrijkt je persoonlijke ontwikkeling. Het beïnvloedt hoe je in de wereld staat en je kijk op je vak. Je leert jezelf beter kennen. Het bevordert je ontwikkeling tot professional.”
Buitenlandervaring Den Braber: “We streven naar een buitenland-ervaring voor alle studenten. Ook voor degenen die dichter bij huis blijven. Daarom bieden we een kort programma over migratie. Excursies naar Antwerpen, Berlijn of Istanbul. Lessen van buitenlandse gastdocenten. En we gebruiken binnen ons onderwijs vaak een internationale casus. Maar: lezen en horen blijft anders dan ervaren. De ware les is het buitenland beleven. Dat opent ogen en biedt nieuwe perspectieven.”
Bedrijfsleven Eef Zuurhout is docent Technische Bedrijfskunde en coördinator internationalisering bij de Academie voor Technologie en Management. “Internationalisering krijgt hier echt aandacht. Studenten gaan op
buitenlandexcursies, krijgen technisch Engels en werken aan een internationaal strategisch project.” Het onderwijs beweegt mee met de ontwikkeling in het bedrijfsleven. “Bedrijven zijn meer ketengericht gaan werken. Vaak in internationale context. Dat levert mooie kansen voor strategisch onderzoek. Een stage brengt je wel in contact met een andere cultuur, maar raakt niet de echte problematiek: de communicatie tussen twee culturen. Daarom organiseren wij gezamenlijke projecten met buitenlandse universiteiten en bedrijven.”
Internationale projecten Zuurhout: “We zoeken een Nederlands en een buitenlands bedrijf die willen samenwerken. En leggen contact met een buitenlandse universiteit. Die levert drie studenten aan het buitenlandse bedrijf. Wij plaatsen er drie bij het Nederlandse bedrijf. Deze zes studenten doen samen een strategisch onderzoek naar de twee verhalen van die bedrijven. En zoeken een oplossing voor samenwerking. Het hele traject beslaat vijf maanden, inclusief een week uitwisseling.”
Cultuurverschillen Zo’n project biedt studenten veel voordelen. “Zij werken aan echte problematiek en doen in de eigen omgeving een internationale ervaring op. En dat is nuttig, want alle afgestudeerden krijgen binnen vijf jaar te maken met internationale producten en processen. Het grootste probleem zit dan vaak in cultuurverschillen. Het is dus goed als ze daar al kaas van hebben gegeten.” * Culturele en Maatschappelijk Vorming, Maatschappelijk Werk en Dienstverlening en Sociaal Pedagogische Hulpverlening
8
Dat je met HBO-Rechten leert om alledaagse problemen juridisch tot op de bodem uit te pluizen, weten zoekende leerlingen vaak wel. Dat het een talige opleiding is beseffen ze vaak minder. Voor een jurist is taal zijn gereedschap. Meer dan bij veel andere opleidingen is er bij HBO-Rechten daarom veel aandacht voor taal. De Juridische Hogeschool (JHS) gebruikt het intake assessment om nog voor de start taal- en schrijfproblemen te signaleren. Bij serieuze taalproblemen kan die intake resulteren in het advies om coaching te vragen bij het JHS-Schrijfcentrum. Een enkele keer wordt geadviseerd om te kiezen voor een andere opleiding. “Het Schrijfcentrum is voor en door studenten”, vertelt Jantien Dhont. Zij is docente taal en communicatie bij de JHS en coördinator van het Schrijfcentrum in ’s-Hertogenbosch. In Tilburg coördineert haar collega Myran Janssen de aanvragen. “Een goede spelling is natuurlijk belangrijk”, volgens Jantien, “maar onze aandacht is vooral gericht op formuleren. Want rapporteren, argumenteren en gesprekstechnieken zijn belangrijke vakken bij HBO-Rechten. Straks moeten ze adviesbrieven, rapporten of een betoog kunnen schrijven. En daarbij helpen onze studenten van het Schrijfcentrum.” De coaches van het Schrijfcentrum zijn taalvaardige tweedejaars studenten. Zij lopen nog geen stage
en zijn dus gemakkelijk bereikbaar. Na een motivatiegesprek verzorgt het Schrijfcentrum voor hen een training. Daarna krijgen deze schrijfcoaches ook een aanstelling, zodat ze met het coachen ook wat bijverdienen. Voor de student die hulp zoekt is het centrum heel laagdrempelig. Wanneer zij een taalprobleem hebben, bijvoorbeeld om structuur in een tekst aan te brengen, leggen ze hun probleem voor bij een van de coördinatoren van het Schrijfcentrum. Zij beoordelen welke ondersteuning nodig is en sturen de vraag door naar een schrijfcoach. De coach geeft de student vervolgens tips en stelt vragen. Helpt hen zo om zelf te ontdekken waar het beter kan of anders geformuleerd moet worden. De student moet zelf ontdekken waar het probleem zit.
“Het taalniveau dat wij langs zien komen is soms best bedroevend”, volgens Jantien. “Waarschijnlijk denken instromers vooral aan strafrecht en aan voorbeelden zoals Moszkowicz. Beseffen ze niet dat het wel belangrijk is om gevoel te hebben voor taal. Het zou mooi zijn als ze zich daarvan vooraf meer bewust zijn. Dat kan voorkomen dat ze later moeten switchen.” Jantien heeft nog wel een tip voor leerlingen die taalzwak zijn, maar toch HBO-Rechten overwegen. “Lezen, lezen en nog eens lezen. Boeken, opiniebladen of kranten, dat maakt niet uit.” Wanneer ze dat niet leuk vinden of moeilijk, zegt dat veel volgens haar. “Onze coaches helpen graag. Maar in het hbo verwacht je ook een bepaald taalniveau. Je moet het dus wel in je hebben, anders is de teleurstelling na een of twee jaar extra groot.”
Decanenbulletin 9
Perspectief Opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD) Voor wie? Studenten MWD zijn behulpzaam en gericht op mensen. Ze hebben oog voor de kwaliteiten en beperkingen
van mensen. Houden ervan een probleem te analyseren en daarvoor oplossingen te zoeken. Coördineren en regisseren, zowel zelfstandig als in teamverband gaat hen gemakkelijk af.
Mogelijke beroepen Een MWD’er informeert en adviseert bij persoonlijke en relationele problemen. Helpt mensen hun leven weer op de rit te krijgen. Psychosociaal of bij materiële kwesties. Vaak in één-op-één contacten. Bijvoorbeeld als algemeen maatschappelijk werker of reclasseringswerker. Ze kunnen werken in de verslavings-, jeugd- of geestelijke gezondheidszorg. Of bij justitiële instellingen, internaten of het algemeen maatschappelijk werk.
Studieverloop Studenten bij Maatschappelijk Werk en Dienstverlening, Sociaal Pedagogische Hulpverlening en Culturele en Maatschappelijke Vorming (CMV) starten met een stevige brede basis in kennis, houding en vaardigheden. In deze fase ontdekken studenten of ze geschikt zijn voor het vak. Bij de opleiding in Breda duurt deze oriëntatie een half jaar. In ’s-Hertogenbosch het volledige propedeusejaar. Daarna kiezen ze voor de opleiding van hun keuze. Praktijkgerichte groepsopdrachten en nieuwe ontwikkelingen, maar ook het trainen van zelfstandigheid en gevoel voor verantwoordelijkheid krijgen veel aandacht. Persoonlijke en beroepsmatige ontwikkeling zijn gedurende de hele opleiding belangrijke thema’s. Voor afronding van de propedeuse zijn minimaal 52 van de 60 studiepunten nodig.
10
Toekomstperspectief Afgestudeerden kunnen werken bij non-profit én commerciële organisaties. Vaak werken ze bij een organisatie op het gebied van maatschappelijk werk. De kansen op werk zijn sterk afhankelijk van de huidige economische ontwikkelingen, maar over het algemeen goed.
Welke beroeps- en arbeidsperspectieven heb je als je voor een opleiding kiest? In deze rubriek staan dit keer de opleidingen Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD) en Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) centraal.
Opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH) Voor wie?
Kan bijvoorbeeld met de post-hbo opleiding Management en Leidinggeven in de non-profitsector. Of de universitaire studies Psychologie of Sociale Wetenschappen.
Studenten SPH zijn geïnteresseerd in mensen en culturen en hun leefwereld. Ze zijn meelevend, hebben lef en zijn doelgericht bij de aanpak van problemen. In crisissituaties houden ze het hoofd koel. Ze leggen gemakkelijk contact en kunnen mensen motiveren en stimuleren. Werken doen ze even gemakkelijk zelfstandig als in teamverband.
Toelatingseisen
Mogelijke beroepen
• Diploma havo, vwo of mbo-4 • Diploma van verwante mbo-4 opleiding maakt een verkort traject mogelijk (het eerste jaar start dan met een speciale mbo-klas).
Een SPH’er helpt mensen die dat niet alleen kunnen, hun leven zo zelfstandig mogelijk in te richten. Ze begeleiden en ondersteunen, uitgaande van de eigen kracht van mensen. Bij iemand thuis of in een instelling. Vaak bij problemen door beperkingen, psychische stoornissen of ziekte. Dat varieert van woonvoorzieningen tot
Doorstuderen
Locatie Breda en ’s-Hertogenbosch (locatie: Hervenplein).
Verschillen MWD en SPH - MWD: mensen helpen hun leven op de rit te krijgen, vaak in één-op-één contacten. - MWD: een probleem analyseren en een oplossing zoeken. - MWD: mensen op weg helpen door te wijzen op nieuwe wegen of het bieden van handvatten.
- SPH: mensen bijstaan en begeleiden bij hun dagelijkse bezigheden, in hun eigen leefwereld. - SPH: mensen die dat niet alleen kunnen, begeleiden en ondersteunen zodat zij hun leven zo zelfstandig mogelijk in kunnen richten. - SPH: soms mensen tijdelijk hulp bieden, vaker begeleiden ze meer structureel een groep.
Leerlingen die een opleiding binnen de sector Welzijn overwegen, kunnen ook kiezen voor de opleiding CMV: Culturele en Maatschappelijke Vorming. Zie ww w.avans.nl.
verslavingskliniek en van jeugdhulpverlening tot een huis van bewaring. Ze werken als groepsleider, pedagogisch werker of persoonlijk begeleider. Of als woonbegeleider, maatschappelijk ondernemer of activiteitenbegeleider.
heden: de post-hbo opleiding Management en Leidinggeven in de non-profitsector. Of een master in Pedagogiek, Organization Studies of Human Resource Studies. Een universitaire studie Psychologie of Sociale Wetenschappen kan ook.
Studieverloop
Toelatingseisen
Studenten bij MWD, SPH en Culturele en Maatschappelijke Vorming (CMV) starten met een stevige brede basis in kennis, houding en vaardigheden. Een oriëntatieperiode waar studenten ontdekken of ze geschikt zijn voor het vak. Bij de opleiding in ’s-Hertogenbosch is dat het propedeusejaar. In Breda gaat het om het eerste half jaar. Daarna kiezen ze voor de opleiding van hun keuze. Ieders persoonlijke en professionele ontwikkeling vormt de rode draad. Maar ook het trainen van zelfstandigheid en gevoel voor verantwoordelijkheid zijn heel belangrijk. Net als praktijkgerichte groepsopdrachten, stage en nieuwe ontwikkelingen. Voor afronding van de propedeuse zijn minimaal 52 van de 60 studiepunten nodig.
• Diploma havo, vwo of mbo-4 • Diploma van verwante mbo-4 opleiding maakt een verkort traject mogelijk (het eerste jaar start dan in een speciale mbo-klas).
Locatie Breda en ’s-Hertogenbosch (locatie: Hervenplein).
Toekomstperspectief SPH biedt brede mogelijkheden binnen welzijn en zorg. In zowel uitvoerende, coördinerende als leidinggevende functies. De kansen op werk worden sterk bepaald door economische ontwikkelingen, maar zijn over het algemeen goed.
Doorstuderen Ook na de opleiding SPH zijn er verschillende doorstudeermogelijk-
Decanenbulletin 11
Duizenden vragen voor studentendecanaat Over studiejaar 2011-2012 publiceerde het studentendecanaat van Avans Hogeschool een jaarverslag. Elk gesprek, elke vraag legden de studentendecanen vast in hun registratiesysteem. Die gegevens leveren boeiende informatie op. 6.951 hulpvragen Avans Hogeschool telde 28.245 studenten in het bewuste studiejaar. Dat was inclusief bijvoorbeeld deeltijdstudenten, cursisten en uitwisselingsstudenten. Plus natuurlijk de voltijdstudenten. Hiervan kwamen 6.951 unieke studenten met een hulpvraag bij een van de dertien studentendecanen, 24,6% van het totaal. Een jaar eerder zocht 23,6% van de studenten contact. Een lichte groei die mede veroorzaakt is door de onduidelijkheid rondom de langstudeermaatregel. De bijna 7.000 studenten hadden gemiddeld 2,5 keer contact. Hun vragen waren divers, maar zijn grofweg in zes hoofdonderwerpen te verdelen.
21% van de vragen gaat over deze onderwerpen. Verder heeft 13,6% van de vragen betrekking op psychische functiebeperkingen of leerstoornissen en 10,3% op fysieke omstandigheden. De studentendecanen krijgen minder vragen over studievaardigheden: 4,9%.
Opvallend en aandacht vragend Wat de studentendecanen opvalt is
de toename van studenten met een functiebeperking. Deels is dat te verklaren door de groeiende studentenpopulatie. Tegelijk groeit het aantal diagnoses. Het gevolg is een toenemende vraag naar zowel faciliteiten als maatwerk. Dat kan in individuele gevallen leiden tot schrijnende situaties, bijvoorbeeld om aan de competenties voor de stage te voldoen. Omdat het aantal studenten met een functiebeperking blijft groeien, wordt nu onderzocht of er vaste richtlijnen voor maatwerk mogelijk zijn. Ook het taalniveau blijft een punt
van zorg. Ook al is de vereiste taalbeheersing niet bij elke opleiding gelijk, presentaties en verslagen moeten wel op hbo-niveau zijn. Daarbij komt het besluit van de verplichte tweede, vreemde taal. Zeker bij dyslectische studenten zal dit problemen opleveren. In het bijzonder bij de Engelse taal, vanwege het grote aantal onregelmatigheden. De cijfers maken duidelijk dat dit om
De hulpvragen in percentages
Avans breed
12
A
B
C
D
E
F
wet-en regelgeving
psychosociale hulpvragen
studie en opleiding
psychische functiebeperkingen/ leerstoornissen
fysieke omstandigheden
studievaardigheden
28,3%
21,6%
21,3%
13,6%
10,3%
4,9%
Student altijd centraal Naast vragen over studeren met een functiebeperking of in combinatie met topsport, gaan veel vragen over studieverloop. De studentendecanen
begeleiden en ondersteunen studenten met een dreigende studievertraging of die willen switchen. Het kan gaan om financiële of persoonlijke omstandigheden, bestuurswerk of ziekte. In alle situaties is voor alle dertien studentendecanen het belang van de student het uitgangspunt. Ook als dat voor de prestatieafspraken van de hogeschool minder gunstig is.
De hoofdonderwerpen en bijbehorende hulpvragen Onderwerp
Sub onderwerp
Fysieke omstandigheden
• Chronische ziekte • Lichamelijke handicap
• Tijdelijke ziekte of kwetsuur • Zwangerschap
Psychosociale problematiek
• Angst en spanningsklachten • Assertiviteit • Concentratieproblemen • Depressieve klachten • Discriminatie • Eenzaamheid • Eetstoornis • Faalangst • Familie omstandigheden • Identiteit
• Perfectionisme • Problemen met docenten/medewerkers • Problemen met medestudenten • Relatie gezinsleden • Relatie anderen • Rouw en verlies • Trauma en geweld • Twijfels studiekeuze • Uitstelgedrag • Verslaving
Psychische functiebeperkingen/ leerstoornissen
• AD(H)D • Aan autisme verwante stoornis (ASS) • Dyscalculie
• Dyslexie • NLD • Overige beperking/stoornissen
Studievaardigheden
• Communicatieve vaardigheden • Deficiënties • Niveau studie
• Plannen en structureren • Taalvaardigheden • Wijze van studeren
Studie en opleiding
• Inschrijfproblemen • Herstarten opleiding • Informatie van opleiding • Informatie over opleiding(en) • Motivatieproblemen • Organisatieproblemen • Reisproblemen
• Stage/afstuderen • Studeerbaarheid • Studie- en beroepskeuze • Training, cursus, workshop • Twijfel studiekeuze • Volgen extra minor
Wet- en regelgeving
• Bestuurlijke activiteiten • Bezwaar en beroep • BSA • Financiële problemen • Huisvesting • Inschrijfproblemen • Klacht
• Profileringsfonds • Rechten en plichten • Studiefinanciering/DUO • Topsport • Verblijfsvergunning • Werk/uitkering
Zes hoofdonderwerpen Verreweg de meeste vragen stellen studenten over de wet- en regelgeving. Met 28.3% is dit hoofdonderwerp een logische koploper. Voor allerlei studiefinancieringsprocedures is de handtekening van een studentendecaan immers noodzakelijk. Op respectievelijk nummer twee en drie staan psychosociale problemen en vragen over studie en opleiding. Ruim
extra aandacht vraagt. Juist omdat de eindtermen van de opleiding hard zijn. Daarom worden de mogelijkheden van extra ondersteuning en andere tentamenvormen onderzocht.
Decanenbulletin 13
Hoogsensitiviteit krijgt meer aandacht
‘Zorg voor een veilige omgeving’ Begin dit jaar organiseerde Avans Hogeschool twee lezingen over hoogsensitiviteit. Het aantal deelnemers was overweldigend. Duidelijk werd dat dit onderwerp enorm leeft onder studenten én medewerkers. Kennelijk herkennen velen zich in de uitleg over hooggevoeligheid. Hoogsensitieve personen (HSP) staan iets anders in de wereld dan de meer zakelijk ingestelde medemens. Vaak zijn ze heel intuïtief en hebben ze een groot inlevingsvermogen en verantwoordelijkheidsgevoel. Ze hebben de neiging de kar te willen trekken, juist omdat ze de lat hoog leggen. Want dan kunnen ze controle houden. Dat gaat hen goed af omdat ze vaak perfectionistisch zijn, maar er ligt ook een gevaar op de loer. Want bij HSP’ers komen prikkels van buitenaf sterker binnen. Denk aan geluid, licht, grote groepen mensen of social media. Daarom hebben ze meer structuur en rustmomenten nodig. Maar als iemand steeds de kar wil trekken, de lat hoog legt en niet op tijd rustmomenten neemt, kan die persoon gemakkelijk zijn grenzen overschrijden. Dat kan voorkomen worden wanneer eerder herkend wordt dat iemand hooggevoelig is. In de praktijk weten jongeren die gevoelig zijn dat goed van zichzelf. Maar ze verbergen het, omdat ze flink willen zijn. Ze willen niet als
Een leerling met een rugzakje heeft in het hbo weinig mogelijkheden. Dat is een mythe volgens Wies Vissers, coördinator Studentenvoorzieningen en Els van Lith, studentendecaan bij Avans Hogeschool. “De werkelijkheid ligt veel genuanceerder.” “Er zijn veel mogelijkheden voor studenten met een functiebeperking, maar tegelijk moet je wel realistisch zijn’, zegt Wies. “Avans kan op verschillende manieren ondersteuning bieden. Met workshops ‘plannen en organiseren’ of ‘omgaan met dyslexie’, meer tentamentijd of een speciaal computerprogramma bij dyslexie. Dit soort begeleiding bieden we standaard aan. We flauw afgeschilderd worden. Door opmerkingen van buitenaf voelen ze zichzelf vaak onbegrepen of gekwetst. En gaan nog wat harder werken. En zo belanden ze in een vicieuze cirkel. De studenten die dit voorjaar bij de HSP-lezingen waren, lieten weten vooral opgelucht te zijn. “Eindelijk snap ik nu dat er niks mis is met mij”, verzuchtte een studente. Een docente die jarenlang met haar gevoeligheid heeft geworsteld vulde haar aan “sterker nog, je gevoeligheid is een kwaliteit. Jij kunt intuïtief werken en beeldend denken.” Studentendecaan Ineke de Schepper en docente Tineke Spapens voegen hieraan toe dat herkennen en erkennen heel belangrijk zijn. “Wij
Al jaren proberen mensen hoogsensitiviteit nationaal en internationaal onder de aandacht te brengen. Sinds kort komt het vaker op de agenda. Daarnaast doet Dr. Anna Bosman, van de Radbouduniversiteit in Nijmegen onderzoek naar HSP. Zie ook www.annabosman.eu en de site van Vereniging Hooggevoelig Nederland.
14
Geen rugzakje in het hbo hebben ook technische opleidingen die werken met buddy’s. Zij ondersteunen studenten met een vorm van autisme.” Tijdens een intake bekijken de verschillende betrokkenen wat er nodig is als ondersteuning. Al staat voorop dat het wel om hoger onderwijs gaat.
ren. En met een volwaardig hbo-diploma afstuderen. Aanpassen van het curriculum kan dus niet. Bovendien spelen de aangescherpte eisen zoals het minimum aantal studiepunten ook nog. En voor dyslectische studenten die van een vreemde taal. Het betekent voor hen vaak nog harder aanpoten. Soms moet je dan vaststellen dat het hbo de student niet gelukkig maakt. Dan moet je eerlijk benoemen dat bijvoorbeeld een stage een te groot struikelblok is. Niet gemakkelijk, maar soms wel beter.”
Wies: “Diezelfde student moet straks wel op hbo-niveau kunnen functione-
Els en Wies geven aanmelders met een functiebeperking het dringende
moeten de basisveiligheid voor studenten met HSP verzorgen ‘Er hoeft geen diagnose gesteld te worden. Wel kunnen we als docent of decaan alert zijn en op een goede manier verwijzen. Alleen al door een student of leerling te wijzen op de literatuur en sites die er over dit onderwerp zijn. Door te lezen kunnen ze meer zelfkennis en daardoor zelfvertrouwen opbouwen.” Meer informatie: Ineke de Schepper,
[email protected], 076-5250641
Op het gebied van hooggevoeligheid en hoogsensitieve personen heeft vooral Elaine Aron diverse boeken geschreven. In haar boeken staan ook testen die duidelijk maken of iemand hooggevoelig is of hoogsensitief.
Decanenbulletin 15
advies om vroeg in te schrijven. Nog vroeger dan anderen. Des te groter is de kans dat passende ondersteuning op tijd geregeld is. En wanneer ondersteuning nodig is die de school niet kan bieden zijn het GGZ, Bureau Jeugdzorg of maatschappelijk werk de aangewezen instanties om een indicatie af te geven. Els ziet als studentendecaan wat voor studenten die structuur nodig hebben, grote onrust veroorzaakt. “Er is hier minder structuur, meer lesstof, wisselende roosters en een grotere school. Tel daarbij op de gevraagde zelfstandigheid, de sociale kant en het structureren en het is duidelijk waarom het moeilijk is. Intelligentie is vaak niet het probleem. De studie op zich kunnen ze meestal prima aan, maar het competentiegericht
onderwijs op het hbo is voor een deel van deze groep lastiger.” “Wat juist deze leerlingen kan helpen ter voorbereiding is hen weerbaarder maken”, zegt Els. “Van grote rust en
regelmaat naar het hbo is een enorme stap. Laat hen al meer in projecten werken. Meer zelfstandig ook of gericht op eigen initiatief. En wees eerlijk met een advies. Al moet je een harde werker die groeit zeker belonen.”
Aanvraag zorgindicatie voor extra hulp: • Tot 18 jaar: via Bureau Jeugdzorg (zie de site: www.jeugdzorg-nb.nl). * • Na 18 jaar: via maatschappelijk werk. • Bij ADD, ADHD of stoornis autistisch spectrum: GGZ. * Vanaf 2015 loopt het eerste contact via Centrum voor Jeugd en Gezin in de eigen gemeente.
• Avans biedt standaard ondersteuning aan. • Aanpassingen in het curriculum zijn niet mogelijk. • Extra hulp kunnen bureau Jeugdzorg, GGZ of maatschappelijk werk bieden. • Grotere weerbaarheid voor de start in het hbo, kan student met rugzakje helpen.
Afstuderen zonder opleidingsgrenzen In een afstudeeratelier gezamenlijk aan een afstudeeropdracht werken is betrekkelijk nieuw. Maar wel een logische ontwikkeling. Binnen bedrijven werken verschillende disciplines ook samen. En voor studenten is kennis delen vanzelfsprekend. Opdracht voor bouwbranche Het eerste afstudeeratelier startte bij enkele technische opleidingen. Studenten van de opleidingen Architectuur, Technische Bedrijfskunde en Bouwtechniek werken hier
16
samen aan een afstudeeropdracht uit de bouwbranche. De deelnemende bedrijven en docenten begeleiden de studenten en delen alle opgedane kennis. Een volgende groep studenten borduurt voort op de kennis die eerder is vastgelegd. “Dat is ook precies wat we voor ogen hebben”, zegt docent Emil Talen: “dat onze studenten kunnen doorontwikkelen en dat bedrijven van hun bevindingen kunnen profiteren. Samen werken aan nieuwe inzichten en die kennis ook delen. Een mooie ontwikkeling, en voor de behoorlijk conservatieve bouwwereld is samenwerking nu ook noodzakelijk.”
Groei en ontwikkeling Vorig jaar werkten zo tien afstudeerders aan een opdracht van vijf bedrijven. Met het ‘Building Information Model’ moesten zij de bouwinformatie van projecten structureren. Losse onderdelen zoals constructiegegevens, het ontwerp, bouwmaterialen en elektra. Bedoeling was dat uiteindelijk alle betrokkenen via dit model de projectinformatie gemakkelijk kunnen delen. Van de architect tot de opdrachtgever en van de constructeur tot de aannemer. Emil: “Iedere student werkte hieraan vanuit zijn eigen vakgebied. In groepjes van twee werkten zij voor elk van de vijf
bedrijven een passend implementatieplan uit. En als je dan ziet welke kennis ze al werkend ontwikkelen. Fascinerend! Als docent helpen wij de studenten om te structureren, te onderzoeken en verbanden te leggen. Maar ik smul ervan om zo’n plan te zien ontstaan, om hun eigen ontwikkeling te zien groeien!”
bedrijven gebeurt, leren zij zo vanuit verschillende invalshoeken te denken en werken. En het uiteindelijke eindresultaat moet breed toepasbaar zijn. Normaal gesproken is een afstudeeropdracht gericht op de vraag van één bedrijf. Wij gaan dieper op de stof in, want in het EDI-afstudeeratelier begeleiden lectoren de studenten.”
Over opleidingen heen Binnen het afstudeeratelier van het Expertisecentrum Duurzame Innovatie (EDI) werken studenten Bedrijfseconomie samen met studenten van bijvoorbeeld Technische Bedrijfskunde of Marketing. “Multidisciplinair dus”, aldus Esther van der Ham, “deze studenten werken over de opleidingsgrenzen heen”. Esther is coördinator van het EDI. Evenals Emil vindt ze het belangrijk dat studenten op deze manier leren samenwerken. “Net zoals dat in
Onderzoek In september start bij EDI een nieuwe groep met onderzoek naar ‘kleuren in de bouw’. De verven die gebruikt worden in de bouw zijn belastend voor het milieu. Studenten gaan onderzoeken of het ook mogelijk is om natuurlijke kleurstoffen te gebruiken in producten en woonontwerpen. Bovendien onderzoeken ze de invloed van licht op de kleuren en of de lichtinwerking voorspeld en gemanipuleerd kan worden. “Dat varieert dus van een
passend marketingconcept tot de kenmerken van mogelijke basisproducten. En van de kosten van het productieproces tot de toepassing op verschillende materialen”, zegt Esther. “Bovendien is er veel aandacht voor de methode van onderzoek, omdat lectoren het onderzoek begeleiden. Ik denk dat het afstudeeratelier deze creatieve en innovatieve studenten ook beter voorbereidt op een vervolgstudie op de universiteit. Door de onderzoeksmethode ervaren ze wat het verschil is. Maar het belangrijkste is toch de integratie van vakkennis, het gezamenlijke leren.”
Decanenbulletin 17
Avans compleet vt = voltijd, dt = deeltijd, du = duaal
Student aan het woord
Breda
’s-Hertogenbosch
Tilburg
Economie en Management
Lennart Stout is promostudent
“Ik heb er blijvende vriendschappen aan overgehouden”
Accountancy vt|du|dt Accountancy Associate degree dt Bedrijfseconomie vt|dt Bedrijfskunde MER vt|dt Commerciële Economie vt|dt Communicatie vt|dt Finance and Control vt Human Resource Management vt|dt Integrale Veiligheid vt International Business and Management Studies vt • Majors: Asian Business Studies, Cross-cultural Management and Languages, International Business Studies vt Management in de Zorg dt Management in de Zorg Associate degree dt Marketing Management Associate degree dt Small Business en Retail Management vt|dt
Accountancy vt|dt Advanced Business Creation vt Bedrijfseconomie vt|dt Bedrijfskunde Logistiek Associate degree dt Bedrijfskunde MER vt|dt Bedrijfskunde MER Associate degree dt Bestuurskunde/Overheidsmanagement vt|dt Commerciële Economie vt|dt Financiële Dienstverlening Associate degree dt Human Resource Management vt|dt Human Resource Management Associate degree dt Integrale Veiligheid vt|dt International Business and Languages vt Small Business en Retail Management vt|vt/du|dt SB&RM Associate degree du
Gezondheid Fysiotherapie HBO-Verpleegkunde
vt|dt HBO-Verpleegkunde vt|du|dt
vt|dt
ICT
Lennart Stout: een trotse promo die al werkend vele contacten kon leggen.
Wat doe je zoal als ‘promo’? “Dat is heel verschillend. Natuurlijk worden promostudenten ingezet bij de Open Dagen. Ik werk dan meestal niet alleen op de dag zelf, maar help ook bij het opbouwen en afbreken. Naast de Avans voorlichtingsactiviteiten, krijg ik ook regelmatig de vraag of ik kan helpen bij bijvoorbeeld een conferentie, een symposium of congres. Je hebt er geen idee van hoe vaak dit soort kennisdelingsevenementen worden georganiseerd. Zo is er jaarlijks ook een Avans Onderwijsdag.”
Lennart Stout is vierdejaars student Bedrijfseconomie. Al vanaf het tweede jaar is hij promostudent voor Avans Hogeschool. Een leuke, veelzijdige bijbaan volgens Lennart. nares Edith Bosch. Dat zijn leuke dingen om mee te pakken.”
Dus het levert ook nieuwe contacten op? “Ja, op verschillende manieren. Toen ik nog Accountancy studeerde, heb ik bijvoorbeeld meegeholpen bij een symposium voor accountantskantoren. Kon ik mooi meteen contacten leggen. Ik hield er aardig wat visitekaartjes aan over. Maar je leert ook studenten van andere opleidingen kennen. Ik heb er zelfs leuke, blijvende vriendschappen aan overgehouden.”
De Onderwijsdag? Wat is dat? “De Onderwijsdag is voor alle docenten en medewerkers van Avans. Er zijn presentaties, workshops en lezingen waar ze van elkaar leren. Het is gewoon leuk om erbij te zijn. De innovatieve dingen die je hoort, de mensen die je ontmoet. Dat vond ik ook zo gaaf in de jubileumweek vorig jaar. Daardoor hoorde ik een deel van de lezing van drievoudig Olympisch medaillewin-
18
Je studeert nu toch Bedrijfseconomie? “Jawel, sinds begin dit jaar pas hoor. De eerste drie jaar studeerde ik Accountancy. Maar om als accountant aan de slag te kunnen, moet je na het hbo nog een tijdje verder studeren. Dat zag ik niet zitten. Ik wil na mijn afstuderen lekker aan de slag. Gelukkig kon ik zonder vertraging overstappen. Een goede
keuze. Bedrijfseconomie is breder. Dit past beter bij wat ik na mijn studie wil.”
In feite ben je als promostudent ambassadeur. Hoe voelt dat? “Dat voelt goed. Als ik aan nieuwkomers over mijn opleiding vertel, krijgen ze echt geen verkooppraatje. Ik kan eerlijk vertellen over mijn positieve ervaringen. Eerlijk gezegd ben ik wel trots dat ik straks kan zeggen dat ik een diploma heb van Avans Hogeschool.”
Een diploma en veel ervaringen rijker “Inderdaad. Breed opgeleid en met leuke werkervaring. Is het allemaal toch nog goed gekomen, na een moeizame middelbare schooltijd. Via locatie De Calvijn van scholengemeenschap De Oude Hoven in Hardinxveld-Giessendam en de vavo van het Da Vinci College ben ik bijna klaar om aan de bak te gaan. Nu nog werk vinden!”
Business IT & Management Communication & Multimedia Design Informatica Technische Informatica
vt|dt vt vt|dt vt
Communication & Multimedia Design Informatica • Majors: Innovatie en Beheer van Informatiesystemen, Software Ontwikkeling Informatica Associate degree Technische Informatica • Embedded Systems (major)
vt vt vt vt vt vt
vt Autonome Beeldende Kunst vt Vormgeving • Majors: Grafische Vormgeving, Illustratie
vt vt vt
Kunst en Vormgeving Autonome Beeldende Kunst Vormgeving • Majors: Animatie, Audiovisuele Vormgeving, Fotografie, Grafische Vormgeving, Illustratie, Ruimtelijk Ontwerp
vt
Onderwijs Leraar Basisonderwijs
vt|dt
Recht HBO-Rechten
vt HBO-Rechten
vt|dt
Techniek Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek vt|dt • Majors: Biomedisch Onderzoek, Forensisch Laboratorium Onderzoek vt Chemie vt|dt • Majors: Biobased TeCh, Chemische Productinnovatie, Forensisch Laboratorium Onderzoek vt Chemische Technologie vt|du • Majors: Biobased TeCh, Chemische Productinnovatie, Procesvoering en Procesoptimalisatie vt Elektrotechniek vt|du|dt • Smart Energy (major) vt Environmental Science for Sustainable Energy and Technology vt International Maintenance Management vt Mechatronica vt Werktuigbouwkunde vt|du|dt
Bouwkunde vt|du Chemie vt • Majors: Food and Pharma, Forensisch Chemisch Onderzoek vt Civiele Techniek vt|du Elektrotechniek vt • Majors: Embedded Systems, Industriële Automatisering vt Technische Bedrijfskunde vt Werktuigbouwkunde vt
Bouwkunde Bouwmanagement en Vastgoed Bouwtechnische Bedrijfskunde Civiele Techniek • Watermanagement (major) Gezondheidszorg Technologie Technische Bedrijfskunde
vt|du vt vt|du vt|du vt vt vt|dt
Welzijn Culturele en Maatschappelijke Vorming Maatschappelijk Werk en Dienstverlening Sociaal Pedagogische Hulpverlening
vt Culturele en Maatschappelijke Vorming vt|dt Maatschappelijk Werk en Dienstverlening vt|dt Sociaal Pedagogische Hulpverlening
vt vt|dt vt|dt
Decanenbulletin 19
Avans Hogeschool Breda, ‘s-Hertogenbosch en Tilburg
Evenementenkalender 2013/2014 Deeltijdavond woensdag 5 juni 2013 18.00-21.00 uur Open dag 2 november 2013 10.00-15.00 uur
Oriënteren Verkennen Verdiepen
Open dag 8 februari 2014 10.00-15.00 uur
Knoop doorhakken
Mbo-middag woensdag19 maart 2014 13.00-15.30 uur Open avond woensdag 2 april 2014 18.00-21.00 uur Deeltijdavond woensdag 11 juni 2014 18.00-21.00 uur
Contact Adviseurs Aansluiting Toeleverend Onderwijs • Rogier Gmelich telefoon: (076) 523 87 62 e-mail:
[email protected] • Dian Hanenbergh telefoon: (073) 629 53 46 e-mail:
[email protected] • Claudia Past - Geelen telefoon: (076) 525 04 79 e-mail:
[email protected] • Carolina van Rijsewijk telefoon: (073) 629 54 86 e-mail:
[email protected] • Patricia van Donzel telefoon: (076) 525 08 12 e-mail:
[email protected]
Heeft u een vraag over: • studiekeuze • financiële problemen en/of financiële ondersteuning • problemen in de persoonlijke sfeer • functiebeperking of chronische ziekte • studiefinanciering • topsport in combinatie met studie • studeren in het buitenland? Dan kunt u die stellen aan een van de studentendecanen van Avans Hogeschool. Zij zijn bereikbaar via de Studenten Informatie Balie (zie contactgegevens laatste kolom).
Kijk voor meer informatie over onze opleidingen op www.avans.nl of bel de
Studenten Informatie Balie: locatie Breda en Tilburg, telefoon: (076) 525 05 50 locatie ’s-Hertogenbosch, telefoon: (073) 629 52 50 of mail naar
[email protected]