De werkzame ingrediënten van LEF
De werkzame ingrediënten van LEF
Verantwoording
In het voorjaar van 2009 namen LEF future center en Dijksterhuis & van Baaren het initiatief om binnen LEF onderzoek te doen naar de effecten van het werken binnen LEF. Er is experimenteel onderzoek uitgevoerd binnen de ruimtes van LEF met 90 proefpersonen. Dit is daarvan het verslag. LEF Robert Verheule Cees Plug Dijksterhuis & van Baaren Ap Dijksterhuis Rick van Baaren Rene Huijsman Jorn Horstman Jacob Wiebenga Marianne Karstens Contactgegevens: Parkweg 27 6994 CM De Steeg Tel.: 026 - 495 26 28 Email:
[email protected]
Pagina 4 van 36
Inhoudsopgave
Verantwoording
4
Inhoudsopgave
5
Samenvatting
6
Inleiding
7
Vooronderzoek
8
Methode Overview en participanten Procedure en materiaal
9 9 9
Resultaten 1. Basale mindset metingen 2. Concrete gedragsmaten
11 11 11
Conclusies en aanbevelingen
13
Bijlage: Literatuuronderzoek Definitie en doel Opbouw
14 15 15
Future centers Fysieke omgeving en creativiteit
16 16
Onbewuste processen Ziendoen Doelgericht gedrag
20 20 21
Stemming en gedrag Benaderings- en Vermijdingsmotivatie Affect
23 23 23
‘Atmospherics’ Een dag op de savanne Ontwerp principes Korreltje zout
25 30 31 33
Referenties
34
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 35 van 40 36
Samenvatting
In samenwerking met LEF future center is onderzocht wat de psychologische effecten zijn van het werken in de experimentele ruimtes van LEF. Na vooronderzoek onder facilitatoren waarbij gekeken werd naar de doelen van groepen die in LEF bijeenkomen, werden de relevante psychologische processen gecentreerd rond drie peilers: 1) openheid en coöperativiteit, 2) creativiteit, en 3) focus, concentratie en productiviteit. Deze processen werden onderzocht in vier verschillende experimentele ruimtes. Twee van de ruimtes waren de door de facilitatoren meest gebruikte ruimtes (huiskamer en werkplaats), twee anderen werden toegevoegd naar aanleiding van literatuuronderzoek (een voornamelijk blauwe en een voornamelijk rode ruimte). Prestaties van proefpersonen in deze ruimtes werden vergeleken met prestaties in een normale kantoorruimte die fungeerde als controleconditie. De resultaten laten zien dat werken binnen LEF resultaat oplevert. De openheid en coöperativiteit wordt vergroot, en dit geldt voor alle onderzochte experimentele ruimtes. Met specifieke ruimtes (de werkplaats en de blauwe ruimte) kan een beter onderling vertrouwen worden bewerkstelligd. Een meer abstracte mindset kan gecreëerd worden door mensen in een blauwe ruimte of de huiskamer te laten werken. Met name de effecten van de blauwe ruimte op creativiteit zijn spectaculair. Tenslotte blijken concentratie en productiviteit verhoogd te kunnen worden door mensen in de werkplaats of de rode ruimte te laten werken.
Pagina 6 van 36
Inleiding
“Het is inspirerend” en “je wordt aangezet anders te denken”.
om de benodigde psychologische processen te bevorderen.
Dat zijn woorden die bezoekers van LEF future center, onder-
Zo kan men in een huiskamersfeer werken om rust en ver-
deel van Rijkswaterstaat, in hun mond nemen wanneer ze
trouwen te bewerkstelligen, en kan men in een vrij zakelijke
het gebouw voor het eerst bezoeken. LEF heeft als doel om
werkplaats werken om geconcentreerd en productief te
met behulp van workshops onder leiding van facilitatoren in
werken. Er zijn verschillende ruimtes gemaakt die als doel
het belang van de samenleving grensverleggende doorbra-
hebben om creativiteit te bevorderen, zoals een variant van
ken te forceren, innovaties te initiëren en met oplossingen
de werkplaats die mensen activeert en nastreeft mensen
voor vraagstukken te komen. Het gebouw bestaat uit meer-
“out-of-te-box” te laten denken.
dere unieke ruimtes en faciliteiten die geavanceerde features bevatten. Met behulp van (wand)projecties, kleur, beeld, geluid, inrichting en catering zijn er specifieke sferen op te roepen die passen bij het proces waarin men zich bevindt. Dat de ruimte waarin we ons bevinden invloed op ons heeft is een understatement. Verklaren hoe de fysieke omgeving ons gedrag beïnvloedt is echter een complex probleem en de beantwoording behoeft een multidisciplinaire benadering. Binnen verschillende wetenschappelijke disciplines is hier onderzoek naar gedaan. Naast de voor de hand liggende disciplines zoals architectuur en ergonomie wordt er ook onderzoek gedaan binnen de gezondheidszorg (e.g. ziekenhuizen en psychiatrie), consumentenpsychologie (e.g. winkelomgevingen) arbeids- en organisatiepsychologie en bedrijfskunde (e.g. bedrijven en organisaties). Binnen de arbeids- en organisatiepsychologie wordt de fysieke omgeving gezien als een variabele die het gebruik van human resources kan faciliteren. Werknemers zijn immers duur en de fysieke omgeving beïnvloedt in hoeverre ze hun werk uit kunnen en willen voeren. Volgens de psycholoog Roger Barker stelt de omgeving ons in staat om bepaalde gedragspatronen uit te voeren, ondersteunt het bepaalde activiteiten en weerhoudt het ons juist van andere. De filosofie achter LEF sluit hier bij aan. Groepen komen in LEF bij elkaar om onder leiding van facilitatoren te leren, vooruitgang te boeken, en soms concrete problemen op te lossen. Voor dit doel zijn vijf verschillende omgevingen gecreëerd (ieder weer met drie meer gedetailleerde varianten)
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 7 van 36
Vooronderzoek
We zijn dit project begonnen met een kort onderzoek
ben we gekozen voor een blauwe ruimte en een rode ruimte.
onder facilitatoren. Er werd ze gevraagd welke ruimtes ze
Kleuren hebben vaak een zeer direct effect op psycholo-
het vaakst gebruikten en met welk (psychologisch) doel.
gische processen. Blauw geeft een “approach-signaal” af.
De grote meerderheid van de facilitatoren hebben gerea-
Mensen worden rustig, nemen een open houding aan, en zijn
geerd. De doelen van de facilitatoren (en daarmee ook de
creatiever. Rood geeft een “avoidance-signaal” af. Mensen
deelnemende groepen) konden worden geclassificeerd in
worden geconcentreerd, analytisch, en productief.
drie bredere categorieën die de peilers vormden onder ons verdere onderzoek: 1) Openheid en coöperativiteit. Voor veel processen is openheid een voorwaarde. Sommige groepen maken van LEF gebruik met als doel concrete problemen op te lossen. Soms is het ook belangrijk om wederzijds vertrouwen te bewerkstelligen of te “repareren”. 2) Creativiteit. Dit behoeft eigenlijk geen uitleg. Een creatieve, “out-of-the-box” houding is voor veel groepen die in LEF werken zeer belangrijk. 3) Focus, concentratie en productiviteit. Dit is binnen LEF vaak geen doel op zich, maar een belangrijke fase in veel verschillende processen. Voor de implementatie van een creatieve oplossing is vaak ook een fase nodig waarbij focus en gericht denken belangrijk zijn. Deze drie peilers komen terug in de metingen in het experiment, zowel in de basale mindset maten (self-disclosure meet peiler 1, en de Navon-taak meet peilers 2 en 3), als in de meer concrete gedragsmaten. Het bepalen van de ruimtes om te onderzoeken vergde een belangrijke afweging. Er is natuurlijk een controleconditie nodig, en we hebben hier voor een normale, nogal saaie kantoorruimte gekozen. De keuze voor de experimentele ruimtes kwam voort uit een compromis: We hebben de twee ruimtes gekozen die het vaakst door facilitatoren worden gebruikt en twee ruimtes waarvan we veel verwachtten op basis van literatuuronderzoek. De twee ruimtes die veel gebruikt worden zijn de “huiskamer met haard” en de “werkplaats creatie”. Op basis van ons literatuuronderzoek (voor meer details, zie de bijlage) heb-
Pagina 8 van 36
Methode
hun partner in het onderhandelingsproces (zie later). Dit werd
Overview en participanten
gedaan met behulp van een 7-puntsschaal (“Helemaal niet waar” – “Helemaal waar”). Een overall score op self-disclosure
In dit experiment participeerden 90 proefpersonen
werd berekend door het gemiddelde op deze drie items.
(waarvan 53% mannen en 47% vrouwen) met een gemiddelde leeftijd van 38.7 jaar (SD = 11.0). De parti-
Navon-taak. Deze taak geeft aan in hoeverre mensen abstract
cipanten doorliepen allemaal twee keer de testbatterij
en globaal denken, en – het omgekeerde – in hoeverre men-
in twee van de vijf verschillende ruimtes. Elke ruimte
sen juist heel concreet en gedetailleerd denken. Let men op
werd derhalve door 36 proefpersonen doorlopen.
het bos als geheel, of op individuele bomen? Deze taak is buitengewoon belangrijk gebleken in psychologisch onderzoek. Scores op deze taak hangen samen met verschillend gedrag.
Procedure en materiaal
Zo leidt globaal denken tot meer creativiteit, en gedetailleerd denken tot meer concreet oplossend vermogen en producti-
Manipulatie: Ruimtes
viteit. Proefpersonen kregen 50 samengestelde letters te zien,
In het experiment werd gebruik gemaakt van vijf verschillende
grote letters samengesteld uit kleine letters (bijvoorbeeld een
ruimtes in LEF future center, waarbij gelet is op de doelen
grote ‘H’ opgebouwd uit kleine ‘X’-jes). Tijdens een van de
van groepen die van LEF gebruik maken. Ten eerste zijn twee
sessies moesten proefpersonen zo snel mogelijk op de grote
ruimtes gebruikt die veel door facilitatoren worden ingezet, de
letter te drukken die wordt gevormd door de kleine letters. In
“huiskamer-setting” en de “werkplaats-setting”. Ten tweede
de andere moesten proefpersonen zo snel mogelijk op de let-
zijn twee ruimtes ingericht op basis van ons eigen literatuuron-
ter te drukken waaruit de grote letter is opgebouwd.
derzoek. Om creativiteit te bevorderen is een ruimte gebruikt met veel blauw licht, voor gericht werken juist een ruimte
2. Concrete gedragsmetingen
gedomineerd door rood licht. De vijfde ruimte diende als
Pasta/namen taak. Deze taak meet creativiteit en meer spe-
controle conditie en was een sobere, wat saaie vergaderruimte
cifiek “out of the box” denken, maar ook productiviteit. Deze
elders in het gebouw. Het experiment werd afgenomen met
taak werd geïntroduceerd als zijnde een taalvaardigheidstaak
behulp van laptops die in de desbetreffende ruimtes waren
en proefpersonen werd gevraagd om nieuwe namen voor
geplaatst.
pasta’s te verzinnen. In de instructies werden vijf voorbeelden van pastanamen gegeven die allen eindigden op de letter ‘i’.
Metingen:
Hierna kregen ze één minuut om zoveel mogelijk nieuwe pas-
1. Basale mindset metingen
tanamen op te schrijven. Met deze taak kan men twee dingen
Self-disclosure. Voor veel psychologische processen die
tegelijk meten. Het aantal woorden dat mensen verzinnen is
in LEF worden gefaciliteerd (groepsgewijs een probleem
een afspiegeling van hoe productief men is. De crux is echter
aanpakken, sluimerende conflicten oplossen) is een open
dat creativiteit ertoe leidt dat mensen afwijken van de voor-
en coöperatieve houding nodig waarbij participanten eerlijk
beelden (namen verzinnen die niet op een ‘i’ eindigen), dus het
zeggen wat ze denken en voelen. Om deze reden hebben we
aantal originele oplossingen wordt apart bekeken.
een self-disclosure meting gebruikt. De proefpersonen gaven aan in hoeverre ze 1) informatie en feiten onthulden, 2) in
Remote Associates Test. De proefpersonen werd gevraagd
hoeverre ze emoties toonden en 3) gedachten onthulden aan
aan een 10-item Remote Associates Test (RAT) te werken.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 9 van 40
Deze test wordt vaak gebruikt om creativiteit te meten. Het
Hiervoor maakte de computer zogenaamd een draadloze
gaat dan met name of creativiteit die nodig is om een concreet
verbinding met een andere computer. De participanten werd
probleem op te lossen. Elke RAT bevatte drie woorden die iets
verteld dat ze van de (eventueel) gewonnen €10,- een deel x
gemeen hebben. De participanten werd gevraagd een vierde
aan de andere participant mochten geven. Dit bedrag werd
woord te vinden die gerelateerd kan worden aan alle drie
vervolgens verdrievoudigd en verzonden naar de partner.
woorden. Zo is bijvoorbeeld het woord ‘bruin’ gerelateerd aan
Deze zou vervolgens informatie krijgen over welk deel de
de drie woorden ‘bonen’, ‘brood’ en ‘vis’. In totaal beant-
participant heeft afgedragen en mocht vervolgens het bedrag
woordde iedere participant 20 items.
splitsen. In werkelijkheid bestond deze partner niet. Het bedrag x is een meting van het vertrouwen dat de participant
Negotiation. Zoals de naam al zegt meet deze taak hoe effectief mensen onderhandelen. Participanten werden ingedeeld naar één van twee rollen (koper vs. verkoper). Daarna werden koppels toegewezen, die elkaar niet kenden, om te onderhandelen over de koop of verkoop van 50 koelkasten [cf. 4]. Men moest onderhandelen over vier onderwerpen, wel te weten: prijs, garantie, leveringstijd en betalingstermijn. Ieder onderwerp had vijf keuze opties. Elke onderhandelaar ontving een schema met informatie over zijn of haar winst, maar niet over dat van de andere onderhandelaar. De taak is integratief, in die zin dat het meest waardevolle onderwerp voor de koper (i.e. betalingstermijn) weinig waardevol is voor de verkoper en het minst waardevolle onderwerp voor de koper (i.e. prijs) het meest waardevol is voor de verkoper. Als de koppels grote concessies maken met betrekking tot minder belangrijke onderwerpen dan is de gezamenlijke winst groter dan wanneer men kiest voor de minder optimale fifty-fifty split. Wanneer participanten deze taak voor de tweede keer uitvoerden moest men onderhandelen over arbeidsvoorwaarden: loon, loonstijging, vakantiedagen en zorgverzekering. Ook wisselde men nu van rol, kopers werden de vakbond (= verkoper) en verkopers werden het management (= koper). Ze kregen tien minuten de tijd om tot een overeenkomst te komen. Tevens werd hen verteld dat wanneer ze de taak zouden winnen van hun onderhandelingspartner ze €10 konden winnen. Trust game. Zoals de naam al zegt gaat het hier om het meten van vertrouwen. Tegen de participanten werd gezegd dat ze een taak gingen uitvoeren met iemand in een andere ruimte.
Pagina 10 van 36
heeft in de partner.
Resultaten
Navon-taak. Ook deze taak laat mooie effecten zien. Er is Bij elke meting hebben we twee analyses gedaan.
geen algemeen effect van LEF, maar dat was ook niet verwacht
In de eerste analyse werden de vier experimentele
aangezien sommige ruimtes juist tot globaal denken zouden
ruimtes gezamenlijk vergeleken met de normale
moeten leiden, terwijl anderen juist tot gedetailleerd denken
kantoorruimte. Op deze manier kan een algemeen
zouden moeten bevorderen. Figuur 2 maakt duidelijk dat de
effect van het werken binnen LEF bekeken worden.
blauwe ruimte en de huiskamer mensen globaler laten denken.
In een tweede analyses hebben we alle ruimtes apart
Het eerste is in overeenstemming met de literatuur, het tweede
geanalyseerd, zodat bepaald kan worden hoe effectief
met de ideeën achter LEF. De werkplaats leidt juist tot gedetail-
de verschillende ruimtes zijn
leerder denken.
Globaal denken 120
1. Basale mindset metingen
100 80
Self-disclosure. Zoals Figuur 1 duidelijk maakt hadden de ruimtes van LEF een duidelijk positief effect op self-disclosure. Het effect was groot en statistisch betrouwbaar. Van welke
60 40 20 0 -20
ruimte binnen LEF men gebruikte maakte niet zoveel uit. In
-40
alle ruimtes was men opener dan in de kantoorruimte. Deze
-60
resultaten zijn buitengewoon bemoedigend. Alleen al het
Kantoor
LEF
Blauw
Huiskamer
Werkplaats
Rood
Figuur 2: Globaal denken
binnenbrengen van mensen bij LEF zorgt voor een opener en coöperatiever houding. Het is ook goed om te weten dat de
2. Concrete gedragsmaten
effecten van LEF op openheid het sterkst waren voor mensen die tijdens hun eerste sessie in het kantoor zaten. Mensen die
Pasta/namen taak. Ten eerste hebben we naar het aantal
tijdens de tweede sessie (dus nadat ze al een sessie binnen een
woorden gekeken, een maat voor focus en productiviteit.
LEF-ruimte hadden gedaan) in het kantoor zaten waren bijna
Figuur 3 laat opnieuw effecten zien die men op basis van de
net zo open als mensen in de LEF-ruimtes. Dit betekent dat het
ideeën achter LEF en de wetenschappelijke literatuur zou
positieve effect van LEF na afloop dus nog doorwerkt, ook als
voorspellen. De werkplaats en de rode ruimte leiden tot een
men daarna weer een normale kantoorruimte betrekt.
toename in productiviteit. Overigens hing productiviteit ook samen met opleiding en leeftijd. Hoger opgeleiden en jonge-
Self-disclosure
ren waren productiever dan lager opgeleiden en ouderen.
8 7 6 5 4 3 2 1 0 Kantoor
LEF
Blauw
Huiskamer
Werkplaats
Rood
Figuur 1: Self-disclosure
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 11 van 36
dan in de eerste, wat betekent dat wanneer mensen al enige
Productiviteit
tijd binnen zijn, dit positieve effecten heeft. Ook hingen de
9,5
scores samen met leeftijd. Naarmate men jonger was scoorde
9
men beter.
8,5 Aantal woorden
8
Productiviteit
Trust game. Hoeveel vertrouwen heeft men in degene met wie men samenwerkt? Zeer bemoedigend is dat de LEF ruimtes
7,5 9,5
hier beter scoorden dan de kantoorruimte. Dit is in overeen-
97
Kantoor
LEF
Blauw
Huiskamer Werkplaats
Rood
stemming met het effect dat LEF leidt tot meer self-disclosure.
8,5
Figuur 3: Productiviteit
Aantal woorden
8
Het verschil wordt vooral veroorzaakt door de blauwe ruimte
Ten tweede hebben we naar het aantal woorden gekeken dat
en de werkplaats, waar men veel beter scoorde dan in de an-
afwijkt van de voorbeelden. Dit is in psychologisch onderzoek
dere condities. Van de huiskamer zou dit effect ook verwacht
een 7 gekende maakt voor creativiteit en “out of the box-den-
kunnen worden, dit is echter niet het geval. De effecten in de
7,5
Kantoor
LEF
Blauw
Huiskamer Werkplaats
Rood
ken”. De gemiddelden staan in Figuur 4. LEF heeft een positief Creativiteit effect op creativiteit, maar het verschil met de kantoorruimte
blauwe ruimte en in de werkplaats werden mede beïnvloed
wordt bijna geheel verklaard door de spectaculaire effecten
was. De werkplaats had positieve effecten in beide sessies,
5
4,5
4
door de sessie, dat wil zeggen, door hoe lang men al bezig
van 3,5 de blauwe ruimte. Ook dit is in overeenstemming met de
de blauwe ruimte echter alleen in de tweede sessie, waar een
3 wetenschappelijke literatuur.
grote toename van vertrouwen werd gevonden.
2,5
Creatieve woorden
2
Creativiteit
1,5
Vertrouwen
51
7
4,5 0,5 40 3,5
6
Kantoor
LEF
Blauw
Huiskamer Werkplaats
5
Rood
3
4
2,5
Creatieve woorden
2 1,5
Vertrouwen
3 2
1
1
0,5 0
0
Kantoor
LEF
Blauw
Huiskamer Werkplaats
Rood
Kantoor
LEF
Blauw
Huiskamer
Werkplaats
Rood
Figuur 4: Creativiteit
Figuur 5: Vertrouwen
Remote Associates Test. Deze test liet geen verschillen tussen
Samenvattend kan geconcludeerd worden dat de resultaten
condities zien. Heel verrassend is dit niet. Uit veel wetenschap-
zeer bruikbaar en interessant zijn. De positieve effecten van
pelijk onderzoek blijkt dat de test erg ongevoelig is en dat er veel
LEF op, 1) openheid en coöperativiteit, 2) creativiteit, en 3)
proefpersonen nodig zijn om significante verschillen te vinden.
focus en productiviteit, zijn aangetoond.
Negotiation. Ook deze test was niet echt gevoelig voor omstandigheden, al lijkt dat te komen doordat mensen in alle condities erg hoog scoorden, wat betekent dat men zeer coöperatief was. In de tweede sessie was men coöperatiever
Pagina 12 van 36
Conclusies en aanbevelingen
invloed van kleur. Het verdient aanbeveling om buiten de LEF werkt! Werken binnen LEF maakt mensen opener
huidige ruimtes ook gebruik te maken van eenvoudig te ma-
en coöperatiever, en met verschillende ruimtes kan
nipuleren effecten van kleur. Met name het grote effect van de
onderling vertrouwen worden vergroot. Ook kunnen
blauwe ruimte op creativiteit is heel bemoedigend.
creativiteit en productiviteit verhoogd worden. De gevonden effecten zijn grotendeels in overeenstemming
De resultaten geven aanleiding voor verder onderzoek dat zich
met de filosofie achter LEF en met de wetenschap-
zou kunnen richten op twee onderwerpen:
pelijke literatuur.
1. Het testen van meer ruimtes, zowel bestaande ruimtes als nieuwe experimenten met kleur. Zo zou een groene ruimte weleens tot nog meer vertrouwen kunnen leiden. Meer in
Om mensen globaler te laten denken kan men mensen in de
het algemeen is het goed denkbaar dat we een fijnere ana-
huiskamer of een voornamelijk blauwe ruimte laten werken.
lyse kunnen maken van de effecten van de ruimtes. Dit kan
Om mensen juist gedetailleerder te laten denken is het goed
leiden tot een simpel “handboek” voor facilitatoren waarbij
de werkplaats of een voornamelijk rode ruimte te gebruiken.
voor elk beoogd psychologisch proces een geschikte ruimte
Mensen worden creatiever in de blauwe ruimte, en productie-
kan worden geadviseerd. Op basis van het huidige onder-
ver in de rode ruimte en de werkplaats. Openheid en coöpera-
zoek kan dit ook al enigszins, maar het zou uiteraard nog erg
tiviteit worden verhoogd in alle onderzochte ruimtes van LEF.
onvolledig zijn. De resultaten van het huidige onderzoek –
Het gebruik van de verschillende ruimtes voor verschillende
dat laat zien dat de effecten van de ruimtes goed meetbaar
doelen volgt logisch uit de resultaten en de hier bovenstaande
zijn - maken echter wel duidelijk dat het maken van zo’n
twee korte alinea’s. Bij de interpretatie van de effecten dient
handboek zeer realistisch is.
echter het volgende in ogenschouw te worden genomen: 2. In vervolgonderzoek zouden mensen langer binnen LEF 1. De proefpersonen werkten per sessie ongeveer 25 mi-
kunnen werken om zo de effecten van een echte sessie
nuten in LEF. In werkelijkheid zijn sessies binnen LEF veel
beter te benaderen. Blijven de effecten hetzelfde? Worden
langer, en het is aannemelijk dat de effecten op gedrag in
ze nog een stuk sterker? En blijven de effecten van LEF
werkelijkheid nog groter zijn dan in het onderzoek.
evident na enkele uren, of treedt er gewenning op? Dit zijn vragen die beantwoord kunnen worden in een setting
2. Mensen werken binnen LEF onder begeleiding van facilitatoren die de effecten van de ruimtes nog kunnen (en zullen)
die nog wat meer lijkt op de wijze waarop klanten van LEF gebruik maken.
versterken. Ook om deze reden kunnen we aannemen dat de werkelijke effecten binnen LEF nog groter zijn dan in het onderzoek. Op basis van het onderzoek kan een aantal aanbevelingen worden gedaan (behalve het obligate “Ga zo door!”): De sfeer van de verschillende ruimtes binnen LEF hebben duidelijk invloed, maar deze invloed is minder direct dan de
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 13 van 36
Bijlage: Literatuuronderzoek
Burolandschaft of open office, een ontwerpbenadering die vaste Bitner (1992) [1] - “… there is a surprising lack of
muren en opstellingen vervangt door verplaatsbare schermen,
empirical research or theoretically based frameworks
bloembakken en aanpasbaar meubilair om communicatie-
addressing the role of physical surroundings in (con-
stromen te bevorderen. De omgeving zou zo meer responsief
sumption) settings. Managers continually plan, build,
worden voor veranderingen en het bevordert communicatie. Nu
and change an organization’s physical surroundings in
tegenwoordig het werk minder tijd en plaats gebonden is, maar
an attempt to control its influence on patrons, without
tegelijkertijd complexer, creatiever en kennisintensiever wordt
really knowing the impact of a specific design or
is de werkomgeving weer aan het veranderen. Organisaties zijn
atmospheric change on its users.”
steeds meer afhankelijk van innovaties, waardoor ze ‘innovation laboratories’ oprichten. Binnen de arbeids- en organisatiepsychologie en bedrijfskunde wordt er hoofdzakelijk gekeken naar
Zoals bovenstaande uitspraak illustreert is de relatie tussen
de invloed van de werkomgeving op productiviteit, prestatie,
fysieke omgeving en psychologische processen complex.
werktevredenheid, welzijn en stress. Het fysieke ontwerp van de
Een van de eerste studies uit 1933 toonde al de complexiteit
omgeving zal het gedrag slechts ten dele beïnvloeden, het kan
aan van hoe de omgeving ons beïnvloedt. De onderzoekers
het ontstaan van bepaalde activiteiten wel aannemelijker maken
wilden kijken hoe ze de productiviteit van de werknemers van
zoals teamwork en samenwerking.
de Hawthorne fabriek van de Amerikaanse Western Electric Company konden verhogen. Maar wat ze ook deden, zoals het
Binnen de gezondheidszorg werd er traditioneel gekeken naar
veranderen van de verlichting, schoonmaken van werkplekken
de invloed van de omgeving op haar functionaliteit voor de
en vloeren, veranderen van de beloningsstructuur, aanbieden
zorg. Tegenwoordig wordt meer gekeken naar hoe een om-
van meer pauzes en het anders inrichten van de werkplaats, de
geving het genezingsproces psychologisch kan ondersteunen
productiviteit nam eigenlijk altijd (tijdelijk) toe. Ten einde raad
ofwel ‘healing environments’ [2]. De fysieke omgeving kan een
werd gesuggereerd dat het effect ontstond door de interesse
verschil maken in hoe snel een patiënt herstelt van acute of
dat in de werknemers werd getoond door de onderzoekers.
chronische aandoeningen. Daarbij wordt vooral gekeken naar
Tegenwoordig is dit de klassieke anekdote om het begrip reac-
stress, postoperatief herstel, gebruik van medicatie of de duur
tiviteit te verduidelijken, waarbij proefpersonen hun gemeten
van de opname.
gedrag veranderen als reactie op dat het gemeten wordt. Ook tegenwoordig nog wordt de data soms opnieuw geanalyseerd
Pas in 1973 naar aanleiding van een artikel van Phillip Kotler
en blijken er ook andere verklaringen te zijn voor de gevonden
werd er begonnen met het doen van systematisch onderzoek
effecten, zoals seizoenstemperatuur en leereffecten. Dit laat
naar de individuele effecten van ‘atmospherics’ op consu-
nog maar eens zien hoe ingewikkeld de relatie is.
mentengedrag. Hij definieerde de term atmospherics als de bewuste controle over en structurering van omgevingsvari-
In die tijd bestonden werkplekken vaak nog uit lange rijen identie-
abelen. Het idee is dat deze atmospherics consumenten in
ke bureaus of lange tafels waaraan werknemers steeds dezelfde
de juiste stemming kunnen brengen om ze zo te verleiden
handeling uitvoerden, gebaseerd op ideeën van ingenieurs als
tot aankopen. Onderzoek heeft zich daarbij vooral gericht op
Frederick Taylor en populair gemaakt door Henry Ford. Een grote
winkelomgevingen en gedrag, zoals uitgaven en tijd dat men
verandering met betrekking tot werkplekken vond rond 1959
in de winkel is. Ze worden vaak gezien als perifere stimuli die
plaats. Eberhard en Wolfgang Schnelle ontwikkelden destijds het
een consument onbewust beïnvloeden.
Pagina 14 van 26
Definitie en doel
Opbouw
Een relevante opdeling van de fysieke omgeving is naar
In het eerstvolgende deel zullen we nader ingaan op de weten-
architectonische kenmerken (e.g. permanente kenmerken
schappelijke onderbouwingen die gebruikt zijn bij het opzetten
als grootte en plaats van ramen en deuren), interieur design
of verbeteren van andere future centers. Daarna kijken we hoe
kenmerken (e.g. minder permanente elementen zoals
de omgeving onbewust invloed op ons gedrag kan hebben.
kleuren en meubels) en sfeer kenmerken (e.g. licht, geluid,
We kijken hoe het kan dat we soms mensen onbewust mensen
temperatuur en geur). In de meeste gevallen worden mensen
imiteren, waarom we netter gaan eten als we een schoon-
passief blootgesteld aan elementen uit de fysieke omgeving
maaklucht ruiken en waarom we stiller gaan praten als we in
ofwel stimulus objecten. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld
een bibliotheek zijn. Hierna gaan we dieper in op de individuele
interactionele objecten, zoals computers of mensen. Deze
effecten van omgevingsstimuli, zoals kleuren en verlichting.
stimulus objecten kunnen een directe fysiologische reactie
Aangezien dit onderzoek zich vooral heeft gericht op de effecten
teweeg brengen of kunnen doormiddel van psychologische
die deze omgevingsstimuli heeft op onze stemming schetsen
reacties hun effect bewerkstelligen. Dit laatste proces kan
we eerst een kader hoe stemming onbewust invloed heeft op
cognitief en emotioneel van aard zijn. Zo kun je blootge-
ons gedrag en welke effecten dit teweeg brengt. Zo zou je ver-
steld worden aan een koude kamer waardoor je begint te
wachten dat een goede stemming altijd beter is, maar wanneer
trillen, maar het kan er ook voor zorgen dat je concentratie
je stemming te positief is ben je minder kritisch en makkelijker
verbetert en je beter presteert op een specifieke taak. Soms
over te halen met slechte argumenten. Hierna kijken we naar
zijn fysiologische en psychologische reacties sterk aan elkaar
de specifieke effecten van muziek, lawaai, geuren, kleuren, ver-
gerelateerd. Voor dit verslag definiëren we de fysieke omge-
lichting, temperatuur, vloeren, wanden, meubels, accessoires en
vingsstimuli als volgt:
inrichting. Niemand heeft precies dezelfde associaties met kleuren, muziek of meubels, waardoor een ruimte op ieder persoon
Fysieke omgevingsstimuli zijn een deel van de werkomgeving
een ander invloed heeft. Toch lijken er vanuit de evolutionaire
en kunnen ingedeeld worden naar sfeer, architectonische
psychologie aanwijzingen te komen dat sommige effecten van
of interieur design kenmerken, zijn pure stimulus objecten
fysieke omgevingsstimuli wel te generaliseren zijn. Het laatste
(i.e. niet interactionele) en beïnvloeden ons gedrag (hoofd-
staartje van de inleiding wordt hier aan gewijd.
zakelijk) door de mediërende werking van psychologische processen. Het doel van dit onderzoek is om te kijken welke effecten verschillende fysieke omgevingsstimuli hebben op psychologische processen en zo ons gedrag. Met betrekking tot LEF future center zijn we vooral geïnteresseerd in de invloeden op specifieke psychologische processen, zoals creatief denken. Hier is nog weinig onderzoek naar gedaan, maar uit onderzoek dat gedaan is binnen bovengenoemde onderzoeksvelden kunnen we wel vermoedens afleiden en mogelijk gevonden effecten verklaren.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 15 van 36
Future centers
De fysieke omgeving is een centraal begrip bij future centers: Het eerste future center werd bedacht door Leif
het biedt een fysieke, virtuele en mentale omgeving. Ook
Edvinsson, hij ontwikkelde voor een Zweedse
al heten het future centers, de omgeving hoeft niet perse
verzekeringsmaatschappij in 1997 Skandia. Sinds
futuristisch te zijn. In deze ruimtes worden denken en doen
die tijd zijn er verschillende publieke en commerciële
gecombineerd om tot het gewenste eindresultaat te komen.
future centers gebouwd. Future centers worden over
Ze worden beschouwd als ‘innovation spaces’ ofwel ruimtes
het algemeen beschreven als faciliterende werkom-
binnen een organisatie om creativiteit en innovatie te onder-
gevingen die op een proactieve, collaborerende en
steunen. Ondanks de interesse van bedrijven, organisaties en
systematische manier een organisatie voorbereiden
overheden in future centers is er vanuit de wetenschap weinig
op de toekomst. Ze worden gebruikt om kennis te
bekend over hoe een fysieke omgeving deze processen kan
creëren en toe te passen, voor de ontwikkeling van
beïnvloeden. Uit de literatuur is wel bekend dat de omgeving
innovaties en om verschillende groepen bij elkaar te
veel invloed heeft op het welzijn en de stemming van mensen
brengen. Ze kunnen grofweg gecategoriseerd worden
en een goede stemming heeft positieve invloed op creativiteit
naar bedrijfsgeoriënteerde future centers; publieke
en innovaties (Zie Stemming & gedrag). Ook zijn er aanwijzin-
future centers – ontwikkeld door een publieke organi-
gen dat een goede ‘fit’ tussen de omgeving en het creatieve
satie zoals ministeries of andere overheidsinstanties
proces een onderdeel van de succesformule is. Teresa Amabile
om toekomstige ontwikkeling op nationaal niveau te
van de Harvard Business School geeft ook aanwijzingen
kanaliseren; en regionale future centers.
welke ontwerpkenmerken een omgeving moet hebben om tot creativiteit te komen: vrijheid, uitdaging, bronnen (e.g. informatie, faciliteiten), een leider, collega’s, erkenning en
Een future center bestaat uit vele in elkaar grijpende elementen.
feedback, eenheid en samenwerking en ‘fans’ van creativiteit.
Door de interactie tussen individuen (e.g. intellect, vaardigheden,
Als barrières noemt ze tijdsdruk, evaluatie (e.g. dreigen met of
persoonlijkheid) en groepen (e.g. grootte, heterogeniteit/homo-
negativiteit), status quo (i.e. vermijden van risico’s) en politieke
geniteit) ontstaan er nieuwe en innovatieve ideeën. Maar ook
problemen (e.g. competitie). Maar specifieke literatuur over
zaken als het vakgebied (e.g. theoretisch/praktisch, reductionis-
welke elementen wanneer tot creativiteit en innovaties leiden
tisch/holistisch), taakkenmerken (e.g. simpel/complex, routine/
is niet voorhanden. Het lijkt erop dat organisaties deze ruimtes
nieuw), de organisatie van waaruit het project wordt geïnitieerd
puur ontwerpen op basis van intuïtie en instinct, hoewel dat
(e.g. cultuur, leiderschap) en de omgeving waarin de organisatie
niet slecht hoeft te zijn.
opereert (wereldwijd/lokaal, groeiende/krimpende economie) zijn van belang (zie ook figuur 1). Tenslotte kijken wij meer spe-
Fysieke omgeving en creativiteit
cifiek naar de fysieke werkomgeving (e.g. sfeer, architectuur). De fysieke ruimte is het fundament voor de gepercipieerde ruimte
Er zijn wel onderzoekers die geprobeerd hebben om de fysieke
die psychologische processen moet stimuleren. Deze gepercipi-
omgeving te koppelen aan fases in het creatieve proces. Zo stelt
eerde ruimte is de subjectieve representatie van dezelfde fysieke,
professor Tore Kristensen dat het creatieve proces uit verschil-
objectief waarneembare ruimte. Wij gaan in dit project kijken
lende, lineaire fases bestaat die elk een andere fysieke omgeving
naar de kwalitatieve eigenschappen van een ruimte (e.g. sfeer),
behoeven: voorbereidingsfase, incubatiefase, inzichtsfase en
in tegenstelling tot de kwantitatieve eigenschappen (e.g. hoeveel
de elaboratie- en evaluatiefase [3]. In de voorbereidingsfase
mensen kunnen per minuut door een draaideur).
wordt de data en informatie aangeboden voor het proces.
Pagina 16 van 36
Raamwerken worden onderling uitgewisseld en gezamenlijke
Udo-Ernst Haner van de universiteit van Stuttgart stelt echter
doelen worden gesteld, zodat iedereen op een lijn zit. De ruimte
dat we kritiek kunnen hebben op de lineairiteit van dit model,
moet daarom geschikt zijn voor het uitwisselen van informatie
alsof het creatieve proces altijd deze sequentie volgt [4]. Nobel-
alsmede het opnemen en organiseren ervan. Denk hierbij aan
prijswinnaars beschrijven hun ontdekking vaak als een romme-
flip-overs, computers en grote tafels waaraan overlegd kan wor-
lige en complexe gebeurtenis waarin ze heen en weer geslingerd
den. De incubatiefase is vooral een persoonlijke fase. Incubatie
werden tussen bovengenoemde fases. Volgens Haner moeten
kan plaatsvinden door bijvoorbeeld een andere, irrelevante taak
we een onderscheid maken tussen convergente en divergente
uit te voeren of door simpelweg even te relaxen. Onbewust gaat
processen bij creativiteit. Convergent denken kan omschreven
het proces van probleem oplossen echter gewoon door. Wan-
worden als het gericht denken aan een enkel antwoord terwijl
neer mensen in dezelfde kamer blijven kan de informatie uit de
divergent denken op meerdere punten gericht is waardoor er
voorbereidingsfase als prikkel (i.e. prime) dienen. Sommige men-
conflicterende ideeën, paradoxen, ambiguïteit en twijfel kan
sen zijn graag alleen of zoeken gezelschap. Er moet dus ruimte
ontstaan en daardoor nieuwe inzichten. In het creatieve proces
geboden worden om te overleggen of even alleen te zitten. In
is het beter om in de voorbereidingsfase en de elaboratie- en
de inzichtsfase krijgen mensen hopelijk een ‘Eureka’ moment.
evaluatiefase op een convergente, gerichte manier te denken;
Mensen moeten bij elkaar kunnen zitten en ideeën moeten ge-
divergentie wordt bruikbaarder geacht in de incubatie- en
presenteerd kunnen worden. In de elaboratie- en evaluatiefase
inzichtsfases. Daarnaast heeft Haner aandacht voor de invloed
worden de resultaten tegen het licht gehouden. Gerichte en
van de omgeving op individuen en groepswerk. Individuen
nauwkeurige analyses en evaluaties moeten hier door de ruimte
liggen aan de basis van creativiteit, maar soms is het beter om in
gestimuleerd worden. Volgens Kristensen kunnen we daarnaast
teams te werken. Een ruimte moet dus steun bieden aan groe-
vier cognitieve sub-processen van creativiteit onderscheiden die
pen en individuen alsmede aan convergentie en divergentie.
ieder sterk aan elkaar gerelateerd zijn: waardecreatie, scaffolding, verbeelding en materialisering. In de eerste fase is vooral
James Moultrie en onder andere bovenstaande collega’s
waardecreatie van belang, het stellen van doelen die aansluiten
hebben geprobeerd een raamwerk te ontwikkelen voor het
bij die van de organisatie en de leidraad vormen voor het hele
structureren van onderzoek naar innovatieve ruimtes, zoals
proces. In de incubatiefase is ‘scaffolding’ belangrijk, waarbij het
future centers (zie figuur 1) [5].
creatieve proces plaats vindt binnen een context van ruimte, instrumenten, mensen en informatie. Met andere woorden worden de cognitieve processen beïnvloed door de omgeving waarin ze plaatsvinden. Wanneer we in de inzichtsfase belanden is verbeelding belangrijk. Het is de representatie in ons hoofd van iets wat nog niet bestaat. Dit is het mediërende proces tussen bestaande kennis en kennis die geïntegreerd is tot nieuwe kennis. In de laatste fase worden de ideeën gematerialiseerd. Het is bekend dat we dingen beter kunnen herinneren wanneer we iets proberen te herinneren en we in dezelfde ruimte zijn als waar we die kennis opgedaan hebben. Het is dus zaak het premature idee meteen op te schrijven of te schetsen voordat je de ruimte verlaat en het idee weer kwijt bent.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 17 van 36
• • • • • • • •
Strategic goals Symbolic goals Efficiency Effectiveness Teamwork Customer input Cultural change Capabilities
• Intended link with innovation process • Intended creative activities • Potential users & facilitators • Available resourche & constraints • Intended events
Strategic intent
• • • • • • • •
Geographic location Scale Real vs virtual Flexibility Design values & imagery IT resources Data & information Modelling & visualisation resources • Constraints • Evolution
Proces of creation
Physical space
Evaluation
• Supporting innovation • Supporting design • Supporting creativity • Enabling teamwork • Actual users & facilitators • Actual events
Proces of use
• Archievement of strategic intent • Qualitative & quantitative evidence
Realised intent
Evaluation
Strategic & operational context Figuur 6: Transitional Framework of Innovation Spaces (Moultrie et al., 2007)
Vooral in het ontwikkelen, gebruiken, aanpassen en evalueren
de vraag naar een inspirerende plaats om mensen samen te
van LEF future center is dit een handzaam model omdat het
brengen en te zoeken naar creatieve ideeën, probleem oplos-
hele innovatieproces beschreven wordt in relatie tot de fysieke
singen en scenario planning. Aan de hand daarvan werd een
ruimte. Het laat zien hoe de strategic intent geconcretiseerd
visiedocument opgesteld met de beoogde doelen en gebruik
wordt door een fysieke ruimte. De uitkomsten van dit proces
van het future center. In het creatieproces werd gezocht naar
zijn de realised intent. Het toetsen van deze uitkomsten met
een metafoor voor de gestelde doelen (in dit geval het schip
de fysieke ruimte en de strategic intent geeft ons nieuwe
de Batavia van de VOC) en werden er kamers ontwikkeld met
kennis over hoe de fysieke ruimte heeft gewerkt. Zo ontstaat
verschillende functionaliteiten. De gebruikers van deze ruimtes
er een leerloop wat zou moeten leiden tot aanpassingen en
geloofden dat leren een proces van interactie tussen mensen is.
veranderingen.
Met betrekking tot het gebruiksproces werden ze dan ook vrij gelaten in hun laten en doen. Daarnaast bleek dat advies en/of
Remco van der Lugt en collega’s van de Universiteit van Delft
proces facilitatie gewenst was. Tenslotte worden de uitkom-
hebben dit model ter hand genomen bij een in-depth case stu-
sten geëvalueerd. Wordt de strategic intent gehaald: leiden de
dy naar het future center van de Belastingdienst genaamd ‘de
ruimtes tot inspiratie, tot interactie en informatie uitwisseling
Werf’ [6]. Het laat zien hoe het model werkt. Met betrekking
en tot innovaties. En helpen de fysieke ruimtes bij de processen
tot de strategic intent ontstond er vanuit de belastingdienst
die ze moeten ondersteunen? Wanneer mensen tijdens de lunch
Pagina 18 van 36
niet met elkaar gaan communiceren omdat iedereen aan lange
ondersteunen. Ap Dijksterhuis en Teun Meurs hebben gekeken
tafels zit moet dit veranderd worden. Door deze leerloop wordt
welk psychologisch proces ten grondslag ligt aan creativiteit en
De Werf continu veranderd en aangepast.
meer specifiek in de incubatiefase [8]. Het lijkt erop dat creatieve ideeën vaak ontstaan in een periode waarin we niet bewust
Een van de enige studies die is gedaan naar de effecten van fy-
aan het probleem denken, wanneer we het met rust laten.
sieke stimuli op creativiteit heeft is gedaan door McCoy en Evans
Vervolgens, na een periode van onbewust nadenken, dient
[7]. Ze lieten proefpersonen verschillende plaatjes zien van
het creatieve idee zich plotseling aan: ‘Eureka!’. Vaak wordt dit
klaslokalen, wachtkamers, bibliotheken, kantoren, huiskamers,
verklaard door de ‘fresh-look’: het tijdelijk aan de kant leggen
gangen, restaurants, sportfaciliteiten en winkelomgevingen.
van het probleem zorgt ervoor dat we met een nieuwe frisse blik
Vervolgens werden de foto’s aan de participanten voorgelegd
naar het probleem kijken. Volgens deze verklaring zouden onbe-
en werd hen gevraagd: “Als je een heel speciaal probleem zou
wuste processen daarbij geen rol spelen, het probleem wordt
moeten oplossen en je op veel nieuwe ideeën zou moeten ko-
opgelost doordat het bewuste even ergens anders mee bezig
men, waar zou je dan waarschijnlijk heen gaan?”. Het bleek dat
is. Maar de term incubatie suggereert meer invloed van het
complexe en gedetailleerde ruimtes (e.g. boeken, lampen, vloer-
onbewuste, een actieve bijdrage aan het creatieve proces. In de
kleden, kunst), hout op de vloer of wanden en natuur (e.g. plan-
lijn van Haner zou het bewuste brein meer convergent werken
ten, natuursteen, uitzicht) volgens de proefpersonen de potentie
terwijl het onbewuste brein meer divergent werkt en daardoor
tot creativiteit vergroten. Denk hierbij aan een oude schuur of
creatiever is. In drie experimenten laat Dijksterhuis zien dat on-
skihut. Natuur blijkt dus heel belangrijk te zijn (zie Een dag op de
bewuste processen bij creativiteit niet aan de zijlijn staan. In deze
savanne). Ze erkennen het belang van ramen. Niet alleen haalt
experimenten moesten de proefpersonen drie minuten bewust
het de natuur naar binnen, het zorgt ook voor een gevoel van
nadenken over een oplossing voor een probleem of werd hen
controle over de omgeving en autonomie. Mensen voelen zich
het probleem voorgelegd maar moesten ze daarna drie minu-
gevangen in een ruimte zonder ramen, er is geen ruimte voor
ten een andere opdracht uitvoeren. Zo konden ze niet bewust
verandering zoals de gordijnen dicht doen. Daarnaast zorgen
nadenken over een oplossing voor het probleem. In het eerste
uitzichten voor afleiding en onconventionele gedachtes. Ook
experiment moesten de proefpersonen zoveel mogelijk pasta’s
meubilair lijkt stimulerend te werken aangezien het comfort
opnoemen en werden er vijf voorbeelden gegeven die eindig-
uitstraalt, maar belangrijker nog de mogelijkheid om sociale
den met een ‘i’ (i.e. impliciete regel). Wanneer ze bewust over
interactie aan te gaan zoals samenwerking. Het is bekend dat
het probleem na hadden gedacht noemden ze meer namen die
sociale steun, aanmoedigingen en samenwerking creativiteit
eindigden met een ‘i’, terwijl de groep die onbewust over het
ondersteunen. Koude kleuren en kunstmatig gefabriceerde
probleem na had gedacht meer namen zonder ‘i’ noemden. De
materialen zoals beton en metaal hebben daarentegen een ne-
laatste groep was dus creatiever en dacht niet zozeer volgens de
gatief effect. Denk hierbij aan een saaie vergaderruimte. In een
regel dat de namen op een ‘i’ moesten eindigen. In een tweede
tweede studie lieten ze mensen collages maken van papier in
experiment moesten ze namen van steden en dorpen noemen.
een ruimte die creativiteit wel of niet zou stimuleren. Het bleek
Proefpersonen die hier onbewust over na hadden gedacht
dat mensen in de creatieve ruimte zich inderdaad interessanter,
noemden meer kleine, relatief onbekende dorpen. In het derde
ongewoner en slimmer gingen uiten in de collages.
experiment leidde onbewust nadenken tot meer creatieve en ongebruikelijke ideeën voor wat je met een baksteen kunt doen.
We hebben gezien dat het creatieve proces verschillende fases
Het lijkt er dus op dat divergent denken en onbewuste proces-
kent en dat de omgeving het creatieve proces in die fases kan
sen een belangrijke rol spelen bij creativiteit.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 19 van 36
Onbewuste processen
Ziendoen Maar onbewuste processen spelen dagelijks een belangrijke rol in ons leven. Een groot gedeelte van ons
Imitatiegedrag
gedrag is volledig onafhankelijk van bewuste proces-
Wanneer we ’s avonds gezellig met een wijntje op de bank
sen. Ook onze omgeving heeft onbewust veel invloed
zitten en we zien dat onze gesprekspartner met de benen over
op ons. Echter bij bijvoorbeeld een consument wordt
elkaar zit imiteren we vaak dit gedrag zonder er bij na te den-
vaak aan een bewuste beslisser gedacht. Wanneer we
ken. En wanneer we twee tortelduifjes in een restaurant zien
naar een winkel gaan en we een product willen kopen
zitten hebben ze vaak precies dezelfde houding. We imiteren
denken we een goede afweging te maken voordat we
onbewust hetgeen we waarnemen. Hoe werkt dat? Het zien
een beslissing nemen. Maar vaak doen we dat niet [9].
van iemand met de benen over elkaar activeert in onze her-
De Amerikaanse psycholoog Robert Cialdini spreekt
senen dezelfde representatie van het gedrag als wanneer we
in zijn boek over “klik-zoem” reacties [10]. Hij wil
het gedrag zelf uit zouden voeren. Door te doen wat anderen
daarmee zeggen dat bepaalde prikkels in de omge-
doen begrijpen we wat ze doen. Slechts de activatie van zo’n
ving direct van invloed zijn op ons gedrag. We zien
representatie is voldoende om onze spieren aan te zetten tot
een bordje in de winkel met “op=op” wat ons erop
dat gedrag. Zoals uit ons voorbeeld blijkt kan deze geactiveerd
attendeert dat we alleen nu dit koopje kunnen slaan
worden door waarneming, maar ook denken. Bijvoorbeeld
(klik), waarop we bijna automatisch het product in ons
als je denkt aan netjes zitten. De derde mogelijkheid om zo’n
karretje leggen (zoem). Vervolgens kom je thuis en
representatie te activeren is door het maken van een bewuste
vraag je jezelf af waarom je in hemelsnaam die rode
beslissing. Bijvoorbeeld als je beredeneert dat het beter is om
wijn hebt gekocht want je drinkt alleen rosé. Veel van
je zithouding even te veranderen. De eerste twee mogelijkhe-
ons gedrag is onbewust en niet slechts het resultaat
den maken duidelijk dat een groot gedeelte van ons gedrag
van goed doordachte plannen.
voortkomt uit onbewuste processen en onafhankelijk is van bewuste processen [11].
Aangenomen kan worden dat vele factoren in diverse om-
Zoals gezegd begrijpen we onze sociale partner beter wanneer
gevingen (onbewust) van invloed zijn op ons gedrag. Meer
we ze imiteren. Je zou kunnen zeggen dat imitatie ervoor zorgt
specifiek gaan we daarbij in op de onbewuste beïnvloe-
dat we op een juiste manier met elkaar omgaan. Dat imitatie
ding. Het is immers niet aannemelijk dat binnen de preset
belangrijk voor ons is blijkt uit het feit dat we mensen aardiger
huiskamer-openhaard bezoekers tijdens een groepsgesprek
vinden wanneer ze ons imiteren. Rick van Baaren heeft de ef-
bewust alles in de omgeving waarnemen en zich continu
fecten van dit imitatiegedrag op een leuke manier aangetoond
bewust bedenken zich open en informeel te gedragen. De
[12]. Serveersters in een restaurant werden geïnstrueerd om
facilitator kan hier aan het begin van het gesprek eventueel
exact de bestelling van een klant te herhalen (of juist niet).
wel op wijzen, maar wanneer de presets hun werk doen zal
Wanneer de bestelling letterlijk herhaald werd stegen de
de omgeving de participanten onbewust prikkelen. Om te
fooien, maar wanneer herhaling vermeden werd verminderde
begrijpen hoe dit proces in zijn werk gaat zullen we dieper
het bedrag van de fooien zelfs tot onder het gemiddelde van
ingaan op twee lijnen van onderzoek, die we voor het gemak
wat de serveersters normaal kregen. Andersom werkt het ook,
ziendoen en doelgericht gedrag noemen.
mensen die we aardiger vinden imiteren we meer. Dat verklaart waarom tortelduifjes vaak dezelfde houding aannemen.
Pagina 20 van 36
Geavanceerde imitatie
brutaal, beleefd, behulpzaam, coöperatief, competitief, agres-
Niet alleen het daadwerkelijke gedrag van anderen heeft via
sief, netjes, slordig, snel, langzaam etc. maken [11]. In relatie
imitatie invloed op ons gedrag, maar ook de associaties die we
tot LEF future center zou dit betekenen dat door mensen met
bij anderen hebben beïnvloeden dit. Wanneer we een man in
bepaalde doelen, stereotypen of eigenschappen te primen ze
pak in een dure auto zien stappen activeert dit een represen-
eerder gewenst gedrag, zoals creativiteit, gaan vertonen.
tatie in onze hersenen van de stereotype zakenman en zien we als het ware plotseling ook een zakenman. Ook andere
Mensen kunnen ook op een andere manier geprimed worden
representaties van het stereotype kunnen dan geactiveerd
dan alleen door woorden. Rob Holland en zijn collega’s lieten
worden, waardoor we ‘zien’ dat hij ook druk is en in dure
zien dat wanneer proefpersonen in een ruimte zaten die rook
restaurants eet.
naar een fris schoonmaakmiddel ze hun directe omgeving schoner hielden bij het eten van een beschuitje. Dus ook
De Amerikaanse onderzoeker John Bargh bedacht een slimme
omgevingsvariabelen zoals geuren kunnen ervoor zorgen dat
onderzoeksopzet om de effecten hiervan te onderzoeken [13].
bepaalde representaties geactiveerd worden en ons aanzetten
Hij vermoedde dat slechts door het aanbieden van woorden die
tot bepaald gedrag.
zo’n stereotype omschrijven een representatie geactiveerd kan
Bovenstaande toont aan dat de relatie tussen waarnemen en
worden (primen) wat vervolgens gedrag beïnvloedt. Hij stelde
gedrag erg sterk is. Onbewust wordt ons gedrag aangepast
proefpersonen bloot aan woorden die gerelateerd zijn aan
aan de omgeving waarin we ons bevinden. Bij het ontwerp van
bejaarden (e.g. bingo, grijs, oud). Bij het verlaten van het gebouw
een creatieve ruimte wordt er vaak van uitgegaan dat het een
moesten de proefpersonen een eind naar de lift lopen en de tijd
soort metafoor voor onze cognitie moet zijn; wat we waar-
die hen dit koste werd opgemeten. Het bleek dat mensen die
nemen heeft vergelijkende effecten op onze cognitie. Als de
aan woorden waren blootgesteld die gerelateerd zijn aan het
ruimte maar speels genoeg is dan zullen onze gedachten ook
stereotype bejaarde er langer over deden om bij de lift te komen
wel speels en creatief zijn. Hoewel deze aanname vaak intuïtief
dan mensen die niet aan deze woorden waren blootgesteld.
was lijkt er een kern van waarheid in te zitten.
Met andere woorden vertoonden mensen gedrag (i.e. langzaam lopen) wat overeenkwam met het geactiveerde stereotype.
Doelgericht gedrag
We kunnen nog een stapje verder gaan want naast het gedrag
We hebben net gekeken waarom we relatief simpel waarge-
kunnen ook cognitieve processen geïmiteerd worden onder
nomen gedrag nadoen. Tevens hebben we gezien dat we soms
invloed van de omgeving. Voor een experiment moesten
ook gedrag imiteren wat we niet echt zien maar afleiden uit
proefpersonen zoveel mogelijk woorden opschrijven die
onze veronderstellingen en associaties. Wat we afleiden uit
ze associeerden met professors om zo de stereotype van
bijvoorbeeld stereotypen leidt automatisch tot corresponde-
intelligentie te activeren [14]. Daarna moesten ze voor een
rend gedrag.
ogenschijnlijk ongerelateerde taak 42 algemene vragen
Naast imitatie kan ook het nastreven van doelen leiden tot
van het spel Trivial Pursuit beantwoorden. Participanten die
automatisch, onbewust gedrag. Het activeren van een doel leidt
geprimed waren met intelligentie hadden meer vragen goed
tot het zetten van een doelstelling. Het hebben van een doel-
dan andere proefpersonen. In een ander experiment werd
stelling kan vervolgens leiden tot gedrag om dat doel te halen.
aangetoond dat het denken aan voetbalhooligans juist leidt
Het zien van je baas kan bijvoorbeeld het doel tot presteren acti-
tot een slechtere prestatie. Op deze manier kun je mensen
veren waarop je zonder dat je het door hebt harder gaat werken.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 21 van 36
Een relevant onderzoek met betrekking tot LEF future center is
facilitatoren overeenkomen, komen ze ook overeen met het
een onderzoek van de Utrechtse psycholoog Henk Aarts samen
doel van de preset zoals beschreven in het moodbook. Met
met Ap Dijksterhuis [15]. Het laat zien dat een omgeving in staat
betrekking tot deze eerste aantekening is het van belang op te
is gedrag te beïnvloeden. In een eerste experiment lieten ze een
merken dat de facilitatoren weten met welk doel een preset
groep proefpersonen naar een plaatje van een bibliotheek kij-
gebruikt dient te worden en dat iedereen het daar over eens is.
ken. Ze kregen de opdracht deze goed te inspecteren en tevens werd verteld dat ze hier later een bezoek aan zouden brengen.
Ten tweede laten mensen hun gedrag beïnvloeden door
Een derde groep kreeg ook het plaatje van een bibliotheek te
hoe zij denken dat belangrijke anderen zich in zo’n specifieke
zien, maar kregen geen verdere instructies. Het bleek dat wan-
situatie gedragen. Vanuit het perspectief van de participan-
neer de proefpersonen een doel hadden (i.e. naar de omgeving
ten zou de facilitator (of chef, manager etc.) zo’n belangrijke
gaan) en een plaatje van de bibliotheek te zien kregen ze daarna
ander kunnen zijn en kan het dus van belang zijn dat deze het
sneller reageerden op woorden die met stilte te maken hadden.
gewenste gedrag communiceert. Misschien dat de bezoekers
In een tweede experiment werd aangetoond dat het tonen van
niet spontaan de associatie leggen tussen de omgeving en het
een plaatje van een bibliotheek niet alleen invloed heeft op ons
gewenste gedrag, maar dan nog kan benadrukt worden wat
denken maar ook op gedrag. Wanneer de proefpersonen woor-
het gewenste gedrag is.
den op moesten lezen bleken ze na het zien van het plaatje van de bibliotheek zachter te praten. Dat komt omdat de situatie
Ten derde blijkt dat men (gelukkig) niet veel ervaring met de si-
ons eraan herinnert wat de norm ofwel het doel in die specifieke
tuatie hoeft te hebben om zodoende te leren wat het gewens-
situatie is. Dit gebeurt onbewust en zonder intentie, met andere
te gedrag in zo’n situatie is. Men hoeft dus niet door ervaring
woorden hoeft er dus niet op gewezen te worden. In een derde
geleerd te hebben dat de werkplaats-creatie preset bedoeld
experiment moesten mensen een beschuit eten. Nadat mensen
is om creatief te denken. Wel is het zo dat hoe sterker mensen
een plaatje van een luxe restaurant gezien hadden ontdeden ze
een omgeving met gewenst gedrag associëren (bijvoorbeeld
de tafel vaker van kruimels die ongetwijfeld vallen bij het nut-
door ervaring) hoe sterker het gedrag beïnvloed wordt. Ben je
tigen van beschuit.
vaker aan de werkplaats-creatie preset bloot gesteld en heb je daar vaak creatieve ideeën opgedaan hoe sterker die associ-
Hier kunnen we drie relevante aantekeningen bij maken. Het (onbewuste) effect van de omgeving op ons gedrag is sterker wanneer blootstelling aan de omgeving doelbewust is. We zijn ontvankelijker voor de beïnvloeding door de omgeving als we gebruik maken van de omgeving zoals het bedoeld is. Als je in een bibliotheek bent om te studeren zul je stiller zijn dan wanneer je er even doorheen moet lopen om naar de andere kant van het gebouw te geraken. In de huiskamer-openhaard preset zul je opener zijn wanneer dat je doel is dan wanneer je even iemand wilt vertellen waar het op staat. Uit de vragenlijst die we hebben afgenomen bij de facilitatoren blijkt dat de vier meest gebruikte presets grofweg voor vier verschillende doelen gebruikt worden. Naast dat de beschrijvingen van de
Pagina 22 van 36
atie tussen de preset en creatief denken wordt.
Stemming en gedrag
vermijdingsmotivatie is fundamenteel aan gedrag [17]. Zo is het
Benaderings- en vermijdingsmotivatie
waar te nemen bij eencelligen tot dieren en mensen. De keuze tot het benaderen of vermijden van iets is altijd een belangrijke
Het onderzoek dat hierboven beschreven is laat dui-
adaptieve beslissing geweest in ons evolutionaire verleden. Uit
delijk zien dat de omgeving onbewust invloed op ons
onderzoek blijkt dat we de meeste, zo niet alle, stimuli uit onze
heeft. Maar aangezien dit recent cognitief psycho-
omgeving direct evalueren op een positief/negatief dimen-
logisch onderzoek is sluit de terminologie en verkla-
sie. Dit systeem wordt ook op verschillende manieren in ons
rende paradigma’s niet altijd naadloos aan bij (ouder)
lichaam gerepresenteerd, bijvoorbeeld in de reflexen vanuit het
consumenten- en omgevingspsychologisch onderzoek.
ruggenmerg en subcorticale en corticale processen.
Zoals we in de definitie als stelden kunnen psychologische reacties zowel cognitief als emotioneel van aard
Affect
zijn. De invloed van omgevingsstimuli is echter vooral binnen deze disciplines onderzocht en zij verklaren de
Zoals gezegd evalueren we alle stimuli om ons heen. De respons
effecten vaak doormiddel van de regulerende werking
op deze evaluaties kunnen we kort gezegd een affectieve reactie
van stemming, en dus niet zozeer cognities. Stemming
noemen (i.e. stemming) en dit gaat erg snel en automatisch –
wordt ook gebruikt om bijvoorbeeld intuïtie, instinct of
merk op hoe snel je gevoelens ervaart bij het woord ‘schat’ of
onbewust processen te verklaren. Zo stelde Bob Zajonc
het woord ‘ruzie’. We zien geen huis, maar we zien een mooi of
in 1980 dat stemming primair is, dat het zich voordoet
lelijk huis. Diezelfde Bob Zajonc liet proefpersonen blije of boze
voor cognitie en het cognitie ook niet nodig heeft. Dit
gezichten zien voor 4 milliseconde of voor 1 seconde. Na deze
zal hieronder nader toegelicht worden. We moeten
plaatjes liet hij ze Chinese tekens zien en moesten ze hun waar-
echter in ons achterhoofd houden dat het achterlig-
dering hiervoor uitspreken. Het bleek dat wanneer de proefper-
gende idee hetzelfde blijft: vaak zijn we ons niet bewust
sonen de gezichten niet bewust waar hadden kunnen nemen
van de effecten die een omgeving op ons gedrag heeft.
(i.e. 4ms) dit invloed had op hoe mooi ze de Chinese tekens vonden. Wanneer de gezichten wel bewust werden waargenomen corrigeerden mensen voor hun gevoelens. Deze subtiele
Simpel gezegd wordt er vaak uitgegaan van een stimulus-
gevoelens activeren representaties in onze hersenen. Wanneer
organisme-respons (SOR) model, waarbij de elementen van een
deze plezierig zijn raken we gemotiveerd deze gevoelens te
ruimte leiden tot een evaluatie en vervolgens tot een response.
reproduceren. Als de representaties onplezierig zijn motiveert
Hoewel gedrag op vele manieren tot stand kan komen wordt
dit ons om deze gevoelens te vermijden. Wanneer je een keer je
het benaderings- en vermijdingsparadigma vaak gebruikt als
vingers hebt gebrand aan het gasfornuis zullen er, wanneer je la-
verklarend model voor gedrag [16]. Benaderingsmotivatie kan
ter weer bij het fornuis in de buurt komt, negatieve gevoelens en
opgeroepen worden door iets positiefs dat op dat moment niet
representaties opgeroepen worden die proberen te vermijden
aanwezig is of door het willen houden van iets positiefs dat op
dat je weer je vingers brand.
dat moment aanwezig is. Op dezelfde manier kan vermijdingsgedrag opgeroepen worden door het op afstand willen houden
Gedrag als functie van stemming is hierbij het resultaat van een
van iets negatiefs of afstand willen nemen van iets negatiefs
associatief proces. Als je als kind altijd roze medicijnen hebt ge-
dat aanwezig is. Dit brengt een psychologische respons in
slikt, en zo dus roze met ziekte hebt geleerd te associëren, is het
beweging wat zich al dan niet omzet in gedrag. Benaderings- en
niet verstandig om als je ouder bent je kamer roze te schilderen.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 23 van 36
Als je dat wel doet kan het zo zijn dat je altijd een onplezierig
Mensen met een goed humeur denken meer op een abstract
gevoel in die kamer hebt, een vermijdingsmotivatie, maar je
niveau (i.e. dier, verkiezingen, mening) terwijl mensen met een
hoeft niet te weten waarom. Maar gedrag kan ook voortko-
minder goede stemming op een specifieker niveau denken
men uit een cognitief associatief proces. Als je een schilderij
(i.e. de hamster van mijn zus, de verkiezing van Obama, voor
van de zee ziet kan dit je eraan herinneren en aanzetten tot het
euthanasie zijn). Wanneer we informatie verwerken en we in
boeken van de vakantie. Maar het kan ook positieve gevoelens
een goede stemming zijn gebruiken we vaak standaard regeltjes
oproepen. De relatie tussen deze twee associatieve processen is
(i.e. heuristieken), maar wanneer we in een minder goede stem-
complex. Daarnaast heeft niemand precies dezelfde associaties
ming zijn verwerken we de informatie dieper. Goede argumen-
met kleuren, muziek of meubels, waardoor een ruimte op ieder
tatie is daarom vooral van belang wanneer we in een minder
persoon een ander invloed heeft. Zo associeert de een rood
goede stemming zijn, terwijl de hoeveelheid argumenten, ook
vooral met gevaar en een ander met liefde en gezelligheid. Ieder
al zijn ze niet erg goed, belangrijker is wanneer we in een goede
persoon heeft individuele ‘place memories’, wat invloed zou
stemming verkeren. Kortom als we in een goede stemming zijn
moeten hebben op de inrichting van een ruimte. Het is zaak te
maken we verwerken we informatie oppervlakkiger; we gebrui-
achterhalen welke omgevingsstimuli de sleutel zijn tot een suc-
ken standaard regels, maken snel beslissingen en vermijden
cesvolle ruimte.
veeleisende denkprocessen. Voordeel hiervan is dat we vaak ruimdenkender, creatiever, constructiever en flexibeler zijn. In
Onderzoek naar de invloed van winkelomgeving op ons gedrag
een negatieve stemming leidt juist tot systematische, nauw-
beschrijft vaak de resultaten in termen van positief of negatief
keurige en intensieve informatieverwerking. Dit komt overeen
affect. Onderzoek naar de affectieve reacties op omgevingssti-
met convergent en divergent denken dat we eerder beschreven.
muli hebben zich vooral gericht op positief affect. Achterliggen-
Bovenstaande bevindingen zijn logisch te verklaren als we affect
de gedachte is vaak dat mensen altijd positief affect na zouden
zien als een hulpmiddel om beslissingen te nemen; mood-as-
streven. Ondanks dat we misschien positief affect nastreven is
information. Als verschillende situaties verschillende stemmin-
het toch belangrijk te realiseren dat positief en negatief affect
gen oproept kun je stemming gebruiken als een snelle en valide
verschillende effecten op het repertoire heeft. Een negatieve
indicator van je situatie. Wanneer je in een slechte stemming
stemming hoeft bijvoorbeeld niet altijd nadelige gevolgen te
bent, wat vaak wil zeggen dat je in een problematische situatie
hebben op de prestaties. De Duitse onderzoekers Herbert Bless
verkeert, zet dit aan tot een meer systematische verwerking van
en Klaus Fiedler stellen dat een goed humeur leidt tot de energie
je omgeving. Wanneer het business as usual is kun je gewoon
en het zelfvertrouwen om spontaan, zelfgekozen, risicovol
vertrouwen op bestaande, oude kennis (i.e. kennisgedreven, top
gedrag te vertonen (i.e. assimilatie) [18]. Dit heeft verschillende
down), maar wanneer de situatie problematisch is vertrouwen
effecten op ons gedrag. Een minder goede stemming leidt tot
we liever op de informatie die aanwezig is (i.e. informatie gedre-
gewoon, norm conformerend gedrag dat bepaald wordt door
ven, bottom up).
externe en sociale regels (i.e. accommodatie). Blije mensen vertonen bijvoorbeeld meer onbeleefd gedrag en zijn minder
Nu we hebben gezien dat stemming een regulerende werking
terughoudend, maar tegelijkertijd nemen ze dezelfde com-
op ons gedrag heeft kunnen we kijken welke invloed de verschil-
municatie waar als beleefder dan mensen in een minder goede
lende atmospherics op onze stemming en gedrag heeft.
stemming. Tevens produceren ze meer ongewone associaties en in onderhandelingen nemen ze meer risico’s, ze houden zich met andere woorden minder strikt aan regels en strategieën.
Pagina 24 van 36
‘Atmospherics’
Muziek
blijer en prikkelender dan lage, lage toonhoogtes verdrietiger
Muziek en geluiden worden in onze maatschappij vaak toege-
dan hoge, luider als levendiger en zachter als rustgevender.
past in bijvoorbeeld films, therapie en marketing. Dit vaak met het idee dat het emoties oproept en gedrag kan initiëren of
Slimmer door Mozart
beïnvloeden. Patrik Juslin en Daniel Västfjäll stellen dat muziek
In een door het gezaghebbende Nature gepubliceerd artikel
op verschillende manieren invloed op ons kan hebben [19].
werd aangetoond dat door het luisteren naar Mozart het IQ van
In dit geval gaan we in op twee onbewuste processen, omdat
ruimtelijk redeneren tijdelijk met 8 of 9 punten steeg. Dit heeft
deelnemers tijdens sessies van LEF in de meeste gevallen niet
tot absurde overheidsuitgaven geleid voor cd’s met klassieke
bewust luisteren naar muziek.
muziek voor ouders van jonge kinderen! Twee Canadese onder-
Ten eerste heeft muziek onbewust invloed op ons door een
zoekers zijn met dit vraagstuk aan de slag gegaan [20]. Ze lieten
proces waarbij we (door herhaling) een stuk muziek gaan as-
personen naar zowel Mozart en Albinonini luisteren en opnieuw
sociëren met bepaalde positieve en negatieve herinneringen.
vonden ze dit effect. Maar ze hadden ook gekeken naar de mate
Daarom is het elke keer zo fijn om het nummer van jou en je
van psychologische en fysieke activatie of emotie door de mu-
partner te horen. Dit proces is onbewust, bewuste aandacht
ziek (i.e. arousal) en of het een positieve of negatieve stemming
hindert dit zelfs. Het verklaart waarom we soms muziek mooi
opriep. Het bleek dat Mozart zowel op arousal als stemming
vinden terwijl het slecht is of we blij worden van droevige
hoger scoorde wat tijdelijk tot een goed gevoel leidt en daardoor
muziek. Het effect van muziek is in dit geval dus erg persoonlijk
tot betere prestaties op de ruimtelijke redeneertaak. In een later
(i.e. verschillende luisteraars hebben verschillende histories). Het
onderzoek toonden ze dit effect op meerdere terreinen aan,
gaat in dit geval niet om de muziek zelf, maar om waarmee de
zoals creativiteit en bij andere culturen. Tevens hoeft het geen
muziek geassocieerd wordt.
klassieke muziek te zijn, bekende muziek werkt nog beter.
Maar soms luisteren we naar een nummer dat we nog nooit
Muziek in de winkelomgeving
eerder gehoord hebben en roept het toch associaties op. De
Enkele studies hebben gekeken naar de invloed van muziek op
luisteraar neemt de expressie van de muziek waar en imiteert
commerciële bedrijven, zoals restaurants en winkels [21]. Het
deze expressie in zijn hoofd. Dit kan er voor zorgen dat we
goede gevoel dat door Mozart opgeroepen wordt leidt niet al-
onbewust onze spieren aansturen of gehaast voelen. Misschien
leen tot betere prestaties, relevant voor werksituaties, maar ook
luister je in de file wel eens naar muziek en realiseer je dat je
tot benaderingsmotivatie wat relevant is voor deze bedrijven.
met een vertrokken gezicht aan het meezingen bent, waarop je
Wanneer dat goede gevoel door muziek opgeroepen wordt
verschrikt om je heen kijkt of andere filerijders je hebben gezien.
blijken bezoekers van een bank namelijk vaker een gesprek aan
Dit kan verklaard worden doordat muziek patronen bevat die
te willen gaan met de bankmedewerker. Ook in een restaurant
lijken op die van spraak. Onze hersenen reageren daarop door
gaan mensen vaker een gesprekje aan wanneer de muziek tot
ze te imiteren om te begrijpen wat de muziek ‘zegt’, net zoals we
een goede stemming leidt en willen ze er ook vaker terugkomen.
gedrag imiteren om te begrijpen wat een ander doet. Onbewust
Mensen zijn ook bereid langer op iemand te wachten wanneer
kunnen we dan met ons gezicht gaan trekken of meezingen.
er muziek afgespeeld wordt. Muziek lijkt dus benaderingsgedrag
Het leuke van muziek is dat het veel meer kan dan de menselijke
te stimuleren.
stem in termen van snelheid, intensiteit en klanken. Snellere muziek wordt als blijer gezien, ritme werd gezien als serieuzer
Ook kan muziek klanten onbewust primen (i.e. blootstellen aan
dan vlakke muziek, muziek met een hoge pitch wordt gezien als
een stimulus) wanneer de muziek past bij een bepaald product
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 25 van 36
of omgeving. Wanneer een winkelier geen klassieke maar top
Lawaai
40 muziek ten gehore brengt wordt er minder wijn verkocht.
Muziek kan natuurlijk erg mooi zijn, maar kunnen we, net als
En wanneer dezelfde winkelier Franse muziek draait worden er
bijvoorbeeld pratende mensen of een blazende airconditi-
meer Franse wijnen verkocht en bij Duitse muziek meer Duitse
oning, erg irritant vinden [22]. We hebben het daarbij over
wijnen. Door langzame muziek winkelen mensen langzamer
zachte omgevingsgeluiden, zoals spraak, van rond de 65dB.
(en geven daardoor meer uit). Tevens wordt er dan langzamer
De verstorende effecten van lawaai zijn onbewust, we kunnen
gegeten (en wordt er meer geld gespendeerd aan alcoholische
ze niet controleren, maar kunnen verstrekkende gevolgen
versnaperingen). Wanneer de klanten menen dat een bepaalde
hebben. Van de ongelukken bij de Britse luchtmacht wordt
muzieksoort bij bijvoorbeeld een restaurant hoort heeft dat
15% veroorzaakt door afleiding. Daarnaast is het de meest
positieve bedrijfsresultaten tot gevolg, zoals meer consump-
genoemde bron van ergernis op de werkvloer. Achtergrond
tie, grotere uitgaven, positievere respons op de atmosfeer
geluiden zijn het meest storend wanneer ze vaak en snel
en klanten die langer blijven. De fit tussen de muziek en het
veranderen in pitch en frequentie.
product of de omgeving is vooral belangrijk wanneer mensen erg geïnvolveerd zijn. Het is dus belangrijker wanneer men een
Vaak hebben we een verkeerd beeld van hoe we lawaai aan
autosalon staat dan in snackbar. Luide muziek leidt ook tot
moeten pakken. Een toename van de intensiteit heeft amper
sneller winkelen en het aantal verkochte artikelen per minuut
een verstorend effect. Iemand vragen zachter te praten helpt
nam toe. De gehele verkoop bleef echter gelijk. Het is zelfs zo dat
dus niet. Het verstorende effect kan teniet gedaan worden door
de atmosfeer anders waargenomen wordt onder invloed van
‘acoustic masking’, zodat we verschillende geluidsstromen niet
verschillende muziekstijlen.
meer kunnen onderscheiden. Afleiding komt dus meer voor in een ruimte met weinig weerkaatsing van geluid (i.e. je houdt de
Ook lijkt muziek puur cognitieve effecten teweeg te brengen.
pieken en dalen). Een kind zal zich beter kunnen concentreren
Wanneer naar bekende muziek geluisterd wordt, wordt men
op wat de juf zegt wanneer iedereen fluistert dan wanneer
minder geprikkeld door de omgeving. Hierdoor winkelt men
twee kinderen met elkaar fluisteren. Soms is het dus goed
korter, maar denkt men dat men langer gewinkeld heeft of
achtergrond geluid toe te voegen. Een tweede manier is door
denkt men dat men langer in de rij heeft gestaan. Misschien
geluidsstromen duidelijk te onderscheiden. Een belangrijke
komt dat doordat we de nummers herinneren die we gehoord
waarschuwing voor een piloot kan beter op een andere manier
hebben en zo het gevoel hebben alsof we al lang in de rij staan.
aangeboden worden dan de normale vluchtinformatie.
Wanneer je dus mensen langer in een winkel wilt houden dan aanvankelijk hun bedoeling was is het beter onbekende muziek
Taken waarbij men iets moet onthouden blijken erg gevoelig
te draaien.
te zijn voor achtergrond geluid. Wanneer men taken aangeboden krijgt waarbij men de betekenis moet bepalen is ook,
Muziek wordt ook vaak gebruikt om te ontspannen, bijvoor-
maar minder, gevoelig voor afleiding , maar slechts wanneer
beeld bij therapieën. Voorkeur, bekendheid en ervaring met de
het achtergrond geluid ook betekenis heeft (vs. niet relevante
muziek blijkt vaak nog belangrijker te zijn om tot ontspanning
spraak of geen spraak). Taken die gebaseerd zijn op strakke
te komen dan het soort muziek an sich, zoals relaxte muziek.
regels worden niet beïnvloed door lawaai.
Ontspannen op de harde muziek van Metallica is dus mogelijk voor sommige mensen.
Over het algemeen denkt men dat men minder ontvankelijk is voor geluid dan men daadwerkelijk is, waarbij vrouwen sneller
Pagina 26 van 36
toegeven dat ze er gevoelig voor zijn. Verder blijkt dat intel-
positiever ervaren. Voor gedrag lijkt het belangrijk te zijn dat
lectuelen minder gevoelig zijn voor afleiding, maar wanneer ze
de geur bij het product past, dat er een fit is. In een onderzoek
op hun toppen werken juist meer. Tenslotte worden introverte
werden proefpersonen blootgesteld aan een chocolade- of
mensen meer afgeleid door lawaai dan extraverte mensen.
bloemengeur. Wanneer de geur paste bij het product waaraan men werd blootgesteld, dus snoep of bloemen, genereerden
Maar geluid is niet altijd irrelevant en lastig. Wanneer je op
de participanten meer zelfreferentie, trokken meer conclusies
een smal weggetje fiets en je hoort al rammelend een grote
en vertoonden zoekgedrag naar verscheidenheid. De onder-
vrachtwagen aankomen dan ga je aan de kant. En het geluid
zoekers verklaarden dit door te stellen dat de proefpersonen
op de beursvloer was voor handelaren altijd een voorspeller
de perifere (i.e. divergente, creatieve) route gebruikten bij het
van veranderende marktcondities. Irrelevant geluid kunnen
verwerken van de informatie. Herinnert u zich nog dat mensen
dus onbewust bepaalde associaties activeren waar we naar
in een goede stemming minder analyserend zijn? In een expe-
handelen.
riment kocht 90% van de vrouwen de nylon kousen met een sinaasappelgeur en slechts 10% de kousen zonder geur. De
In de gezondheidszorg blijkt dat het verwijderen van omge-
vrouwen dachten dat de kousen met een aangenaam geurtje
vingslawaai positieve effecten heeft, maar het toevoegen van
van hogere kwaliteit waren, ze gebruikten heuristieken. En
afleidende, positieve geluiden zoals muziek ambigue resulta-
recentelijk bleek dat 22 van de 35 proefpersonen Nike schoe-
ten oplevert. Het toevoegen van oceaan geluiden leidde tot
nen mooier vonden in een geurende paskamer dan in een
meer slaap, maar muziek tijdens bloeddonatie kon rekenen op
paskamer zonder geur. Binnen de gezondheidszorg bleek dat
een hele goede of hele slechte evaluatie van de omgeving.
het verspreiden van een sinaasappellucht in de wachtkamer van een tandarts (alleen bij vrouwen) tot een betere stemming
Geuren
leidde alsook minder spanning en meer rust.
Onderzoek naar geuren heeft zich vooral gericht op omgevings- of sfeergeuren en dus niet van een specifieke bron [23].
Geuren moeten niet alleen passen bij het product maar ook
Daarbij is vooral gekeken naar hoe plezierig, prikkelend en
bij de muziek. Wanneer prikkelende muziek afgespeeld wordt
intens een geur is. De relatie tussen geur en stemming zou
in combinatie met prikkelende geuren (e.g. grapefruit) of rust-
komen door het limbisch systeem in onze hersenen. Dit is een
gevende muziek met rustgevende geuren (i.e. lavendel) zijn
groep structuren die zowel verantwoordelijk is voor emoties
consumenten meer tevreden met de winkelervaring, vertonen
als het verwerken van geurinformatie, dus door sommige
ze meer benaderingsgedrag en impuls aankopen.
onderzoekers wordt gesuggereerd dat er een sterke band tussen beide is. We kunnen geuren ook maar moeilijk benoemen,
Hoe kan het dat geuren ons gedrag beïnvloeden? Opnieuw
maar hebben wel sterke benaderings- of vermijdingsneigin-
wordt een verklaring gezocht in het effect dat geuren hebben
gen bij bepaalde geuren wat blijkt uit de universele aversie
op onze stemming. Een andere verklaring is dat geuren cog-
voor de geur van verrotting. Los van deze extreme situaties
nitieve processen beïnvloeden. In een onderzoek uitgevoerd
blijkt dat het niet uitmaakt of een geur als neutraal of plezierig
in een casino in Las Vegas bleek dat geur invloed heeft op
ervaren wordt en hoe sterk de geur is. Wanneer er in een win-
hoeveel geld mensen in de gokkasten gooiden. Gesuggereerd
kelruimte überhaupt een geur was verspreid dachten mensen,
werd dat de geuren nostalgische herinneringen en associaties
net als bij muziek, minder lang in een winkel te zijn geweest
opwekten, waardoor hun stemming positiever werd.
dan dat ze daadwerkelijk waren en tevens werd de winkel als
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 27 van 36
Kleuren
pen verschillende gebruiksmogelijkheden voor een baksteen
Kleuren hebben mensen altijd geïntrigeerd en het speelt dan
op moesten noemen, kwamen ze op evenveel ideeën maar
ook een belangrijke rol bij cognitie en gedrag. Al rond de jaren
bleken de personen in de blauwe groep meer creativiteit te
’70 deed men onderzoek naar de fysiologische effecten van
tonen en op meer creatieve gebruiksmogelijkheden te komen.
kleuren. Het bleek dat rode kleuren inherent prikkelend en
De kleuren beïnvloedden dus de kwaliteit van de antwoorden.
stimulerend zijn voor onze hersenen – bloeddruk en hartslag
Maar ook binnen andere domeinen werd dit effect aange-
namen toe en de participanten knipperden vaker men hun
toond. Wanneer proefpersonen een speelgoedauto moesten
ogen. Blauw heeft daarentegen een rustgevend effect. Maar
construeren van verschillende onderdelen, dan werd de auto
ook de geleerde associaties met bijvoorbeeld andere mensen,
creatiever wanneer de onderdelen blauw gekleurd waren
plaatsen of objecten zijn belangrijk bij kleuren. Recentelijk heb-
en werd de auto praktischer wanneer de onderdelen rood
ben twee Canadese onderzoekers de invloed van kleuren op de
gekleurd waren. (Dit in tegenstelling tot het onderzoek van
prestatie van proefpersonen op taken, zoals creatief denken en
McCoy en Evans)
nauwkeurigheid, onderzocht [24]. Ze stelden dat kleuren ons
Tenslotte toonden de onderzoekers aan dat we ons niet
hoofdzakelijk beïnvloeden door aangeleerde associaties, zo
bewust zijn van de invloed van kleuren. Ze vertelden de proef-
kan bijvoorbeeld de kleur rood een sterke associatie met gevaar
personen dat ze een nauwkeurige of creatieve taak moesten
oproepen en zo onbewust ons gedrag beïnvloeden. Ook in de
uitvoeren en dat ze zelf mochten bepalen of ze een blauwe of
hedendaagse taalmetaforen komt dit terug. Denk bijvoorbeeld
rode achtergrondkleur wilden hebben. In beide gevallen kozen
aan zwart geld, groen zien of de prins op het witte paard. De
de proefpersonen voor de blauwe kleur, terwijl rood voor de
onderzoekers stelden dat rood vaak geassocieerd wordt met
nauwkeurige taak beter zou zijn geweest.
gevaar, fouten en gehoorzaamheid. Blauw daarentegen wordt vaak geassocieerd met openheid, rust en vrede. De risicovolle
Op basis van dit experiment kunnen we stellen dat afhankelijk
kleur rood zou daarom vermijdingsmotivatie oproepen terwijl
van de taak die uitgevoerd moet worden kunnen verschillende
de uitnodigende kleur blauw benaderingsmotivatie oproept.
kleuren voordelig zijn. Wanneer een taak nauwkeurigheid
Rood en blauw kunnen ook andere associaties oproepen, zoals
en gerichte aandacht behoeft (e.g. tot een beslissing komen)
rood met passie en kracht en blauw met vreedzaam en kalm.
dan kan rood (of een andere kleur die vermijdingsmotivatie
Naast dat kleuren dus verschillende associaties op kan roepen
oproept) gepast zijn. Wanneer een taak echter creativiteit,
zouden ze ook binnen verschillende culturen andere associaties
openheid en inbeeldingsvermogen vergt (e.g. brainstormses-
oproepen. In Frankrijk is groen bijvoorbeeld de kleur van afgunst
sie, kennismakingsronde) dan kan blauw (of een andere kleur
en jaloezie, terwijl dat in Duitsland geel is. Blauw en rood bevin-
die benaderingsmotivatie oproept) geschikt zijn.
den zich elk aan een uiteinde van de visuele gevoeligheidscurve,
In onderzoek naar de invloed van winkelomgevingen is
respectievelijk 400nm en 700nm.
wederom veel aandacht geschonken aan de kleuren rood (en geel) en blauw (en groen). Consumenten worden onbewust
In een experiment moesten de proefpersonen woorden
aangetrokken door rode kleuren, maar ze vinden zo’n omge-
onthouden. Beide groepen konden evenveel woorden
ving onplezierig, negatief, gespannen en minder attractief dan
onthouden, maar de personen in die de woorden op een rood
winkels met koele kleuren. Beide kleuren werken wel even
beeldscherm zagen maakten aanzienlijk minder fouten dan de
prikkelend. Doordat met een blauwe omgeving plezieriger
personen die de woorden op een blauw beeldscherm hadden
vond, en men daardoor in een positievere stemming was,
gezien. Zij wilden dit immers vermijden. Wanneer beide groe-
deed men daarin meer (virtuele) aankopen. Ook stelde men de
Pagina 28 van 36
aankoop minder vaak uit en de geneigdheid te winkelen en te
van helderheid en duidelijkheid, met als toevoeging dat direct
speuren (i.e. benaderingsmotivatie) was groter.
licht vanaf het plafond ook werkt [26].
Verlichting
Verlichting kan uiteraard door priming en verschillende herin-
Slaap- en gewichtstoornissen komen in Scandinavische lan-
neringen van invloed op ons zijn. En net zoals we bij muziek
den, waar het ’s winters lang donker is en ’s zomers lang licht is,
hebben gezien zijn er onderzoekers die zeggen dat arousal in
vaak voor. Dit wordt toegeschreven aan het effect dat licht op
combinatie met de stemming van belang is. Onderzoek naar
ons heeft. Ogen worden niet alleen gebruikt om te kijken, ze
verlichting probeert de effecten vooral te verklaren door het
staan ook in verbinding met zenuwen die andere processen in
verband tussen verlichting en stemming. Deze stemming beïn-
ons lichaam reguleren. De biologische klok is de belangrijkste
vloedt vervolgens ons gedrag. We raken in een positieve stem-
waarbij cortisol (stresshormoon) en melatonine (slaaphor-
ming wanneer we de kleur en sterkte van het licht prettig vinden
moon) een rol spelen bij het alert blijven of slaperig worden.
waardoor we beter kunnen presteren. En aangezien bekendheid
Daarbij zijn we vooral gevoelig voor kleuren uit het blauwe
tot een positievere stemming leidt hebben lichtcondities waar-
spectrum. Cortisol zorgt er bijvoorbeeld voor dat we meer
aan men vaak is blootgesteld een grote invloed op ons gedrag.
bloedsuikers in ons bloed krijgen, en zo meer energie, wat ons
Maar welke kleuren en welke sterkte precies tot een positieve
afweersysteem stimuleert. Op de werkvloer, waar we gemid-
stemming leidt is vooralsnog niet duidelijk en de resultaten zijn
deld 40-200 keer minder daglicht dan buiten ontvangen, kan
dan ook tegenstrijdig. Het lijkt erop dat vooral de associaties die
zo het natuurlijke dagritme nagebootst worden. ’s Ochtends
we met licht hebben bepalend zijn voor onze stemming. Warme
kan activiteit opgewekt worden door koelere kleuren (i.e.
verlichting lijkt daarbij meestal een positieve invloed te hebben
blauwe spectrum) te gebruiken met een hoge sterkte (i.e. 1000
op stemming. Tevens zijn er verschillen tussen mannen en vrou-
lux), wat vervolgens tot de lunch afneemt naar 500 lux in com-
wen. Vrouwen lijken sterker te reageren op hele koele of lichte
binatie met warmere kleuren (i.e. rode spectrum). Na de lunch
kleuren, waarbij vrouwen een negatievere stemming kregen bij
gebruikt men weer koelere kleuren en een hoge lichtsterkte
lichtere kleuren terwijl bij warme kleuren de stemming neutraal
om activiteit weer te stimuleren. Wanneer de lichtintensiteit
was. Mannen reageerden op een tegenovergestelde manier. Een
op de werkvloer met 300-2000 lux toeneemt, neemt de pro-
neutrale of positieve stemming zou leiden tot het nemen van
ductiviteit met 20% toe [25].
ondoordachte of heuristische beslissingen. Een negatieve stemming zou leiden tot goed doordachte beslissingen. Ook werden
Bij de inrichting van een ruimte wordt vaak amper rekening
er verschillend gevonden tussen 25 en 65 jarigen.
gehouden met de verlichting ervan. Soort licht (kunstmatig vs. natuurlijk), kleur, temperatuur, sterkte, soort lamp (e.g. LED), stijl
De fysiologische en psychologische effecten van kleuren lijken
van de lamp (e.g. direct vs. indirect), vorm en de textuur van de
nogal tegenstrijdig te zijn. Fysiologisch gezien leidt blauw tot
ruimte, objecten in de ruimte, en algemene verlichting door de
meer alertheid, maar psychologisch gezien hebben gedimde,
verschillende verlichtingsbronnen. Dit is allemaal van invloed
warme kleuren invloed op een positieve stemming en zo onze
op hoe een ruimte waargenomen en ervaren wordt. Indirect
prestaties. De fysiologische effecten zouden gebaseerd kunnen
licht via het plafond met een lage sterkte (320 lux) roept een
zijn op evolutionaire ontwikkelingen (i.e. overdag presteren),
plezierige, relaxte en private sfeer op. Voor het scheppen van
terwijl de psychologische effecten meer op associaties geba-
ruimtelijkheid en orde is indirect licht via de muur met een ho-
seerd zijn (i.e. de donkere dagen rond kerst met kaarsjes is altijd
gere sterkte (500 lux) geschikt. Dit is ook geschikt voor een sfeer
zo gezellig).
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 29 van 36
Binnen de gezondheidspsychologie is veel onderzoek gedaan
hun effecten te verklaren. Zo wordt gesteld dat er ook ontwer-
naar de invloed van daglicht op patiënten. Het staat onomsto-
pen van elementen zijn die op ieder persoon dezelfde invloed
telijk vast dat daglicht een positief effect kan hebben op het
hebben omdat ze ingebakken zitten in onze oude hersenen
herstel, maar niet noodzakelijk voor alle patiënten. Zo is de mor-
[28]. Natuurlijke objecten en vormen zijn vaak een bron van
taliteit hoger in donkere kamers en ervaren mensen in een lichte
inspiratie geweest voor ontwerpen. Recent onderzoek laat zien
kamer minder stress, minder pijn, nemen ze minder medicatie
dat deze op de natuur gebaseerde vormen waardevol zijn voor
en worden eerder ontslagen.
ons emotionele en cognitieve functioneren. Onze hersenen zijn zo geëvolueerd om op een geschikte manier te reageren op
Luchtomgeving
gevaren of kansen die aanwezig waren in de natuurlijke om-
Vooral vanuit de arbeids- en organisatiepsychologie is onder-
geving van onze voorouders. De reacties zijn snel, automatisch
zoek gedaan naar de luchtomgeving. Uit verschillende bereke-
en onbewust, waardoor we een omgeving believen of niet en
ningen blijkt dat het verbeteren van deze omgeving kostenef-
wat vervolgens leidt tot benaderings- of vermijdingsgedrag. We
fectief is wanneer gezondheids- en productiviteitsvoordelen
moesten zo snel reageren omdat verspilling van tijd en energie
meegenomen worden in de berekening [27]. Onderzoek met
onze overlevingskansen verminderde. De amygdala lijkt hierbij
betrekking tot de temperatuur toont aan dat de prestatie op
een belangrijke rol te spelen door het uitscheiden van het stres-
kantoorwerkzaamheden vermindert wanneer de temperatuur
shormoon cortisol en ons autonome zenuwstelsel activeert.
boven de 23-24 graden Celsius komt. De productiviteit neemt toe tot een graad of 21-22 en heeft vrijwel geen effect op de
Roger Ulrich, grondlegger van dit model, publiceerde in Science
prestatie tussen 21 en 24 graden. De productiviteit bij 15 en 30
een artikel over hoe het patiënten verging die een galblaas
graden is ongeveer 90% van de maximale productiviteit, dus
operatie hadden ondergaan. De helft van de patiënten keek uit
temperatuur kan vrij veel invloed hebben op ons gedrag als we
op een boom en de andere helft op een muur. Patiënten met
ons realiseren dat we dan 10% onder ons kunnen functioneren.
het uitzicht op de boom herstelden eerder, hadden minder klachten en hadden minder pijnstillers en zorg nodig. Natuur-
Gerelateerd hieraan is er ook onderzoek gedaan naar ventilatie,
lijke omgevingen zorgen ervoor dat ons cortisol niveau daalt
de intentionele toevoer van buitenlucht in een gebouw. Het
en we goed kunnen rusten. Hij verklaart dit doordat we een
blijkt dat buitenlucht tot 45L/s-persoon een voordelig effect
groot deel van onze evolutie in een natuurlijke omgeving, meer
op prestaties heeft. Het toevoeren van meer buitenlucht zal
specifiek een savanne, hebben doorgebracht. Een omgeving
hierna per liter een minder groot effect op prestaties hebben.
die op zo’n natuurlijke omgeving lijkt is minder bedreigend.
Tot 10L/s-persoon neemt de prestatie 2%-3.5% toen, tussen
Andere aanwijzingen vinden we bijvoorbeeld in de afkeer die we
de 10-20L/s-persoon met 1%-2% en tussen de 20-40L/s-per-
hebben tegen het met de rug naar een deur zitten en in het feit
soon met 0.5%-1%. Tussen de 6.6-15L/s-persoon nemen de
dat de meeste mensen boven slapen. Het geeft ons gevoelens
prestaties significant toe. Prestatie is vaak gemeten voor typisch
van veiligheid. We vinden het fijn om in ruimtes te zitten waarin
kantoorwerk maar ook bijvoorbeeld creatief denken.
het plafond lager en het licht iets gedempt is, omdat het ons een veilige schuilplaats biedt. Verder houden we van uitzicht, zodat
Een dag op de savanne
we alles goed in de gaten kunnen houden. Patronen op vloeren en muren moeten niet te complex worden, aankomend gevaar
Met betrekking tot vloeren, wanden, meubilair en accessoires heeft vooral de evolutionaire psychologie zich opgeworpen om
Pagina 30 van 36
zou dan minder goed te zien zijn.
Wanneer we een ruimte in ons opnemen kunnen we twee
op wielen die meteen als scheidingswand dienst doet. Tenslotte
dingen doen. We kunnen ten eerste actief met de omgeving
gebruiken we vaak metaforen om ons op een economische en
bezig gaan, zoals op onderzoek uitgaan, of we kunnen van een
efficiënte manier uit te drukken. Via een simpele referentie van
afstand proberen de ruimte te begrijpen. De eerste benadering
het product naar iets anders kunnen we veel informatie aan het
is gerelateerd aan processen zoals creatief denken en brainstor-
product toevoegen. De voorovergebogen stand van een Senseo
men, terwijl de tweede benadering gerelateerd is aan probleem
kan opgevat worden als een nederige, dienstdoende butler.
oplossen. Een complexe en mysterieuze ruimte zorgt ervoor dat we onderzoekend te werk gaan. Denk daarbij aan vreemde
In de wereld om ons heen worden we overspoeld met infor-
objecten aan de muur, architectonische grapjes, foto’s, video’s,
matie en het is daarom dat we makkelijk relaties waarnemen.
blinde hoeken, afbuigende gangen of een object waar niet bij
Onze zintuigen moeten orde in de chaos scheppen; het tweede
te komen is, of goed te zien is letterlijk in de spotlights zetten.
principe noemt Hekkert daarom eenheid in verscheidenheid.
De tweede houding die we kunnen aannemen is die waarin
Sommige onderzoekers stellen dat het luisteren naar muziek
we proberen de omgeving proberen te begrijpen wanneer
niets anders is dan het waarnemen van regelmatigheden, zoals
deze coherent en leesbaar is. Denk hierbij aan openheid of juist
ritmes en patronen. We vinden het plezierig als we verbanden
geborgenheid. Deze gevoelens kunnen opgewekt worden door
kunnen leggen en het werkt belonend als we ze vinden, zoals
een open ruimte te creëren met een hoog plafond, vergezich-
bij puzzels. Daarom kan het ook zijn dat alleen mensen met een
ten, een verhoging, veel licht, een balkon etc. Gevoelens van
getraind oor, die de relaties en verbanden gemakkelijk kunnen
geborgenheid kunnen opgewekt worden door een laag plafond,
vinden, een muziekstuk mooi vinden. Misschien is dat stuk
een kleine ruimte zonder ruiten en dikke, geluidloze muren. On-
muziek wel te nieuw voor mensen met een ongetraind oor, wat
derzoek hierna is tot op heden nog vrij tentatief. Deze evolutio-
samenhangt met het derde principe.
naire benadering kan lang niet al onze reacties op de omgeving verklaren, maar we kunnen het wel in ons achterhoofd houden.
Het derde principe, most advanced, yet acceptable (MAYA), sluit hierbij aan. De voorkeur-voor-protoype theorie is uitgebreid
Ontwerp principes
getest en hieruit blijkt dat we de meest gemiddelde voorbeeld uit een categorie, bijvoorbeeld PDA’s, het meest prefereren.
Paul Hekkert, professor industrieel ontwerpen aan de TU Delft,
Vaak zijn we hier vaak aan blootgesteld en daardoor bekend
verklaart aan de hand van vier overkoepelende, evolutionair
mee. Wanneer we bijvoorbeeld het gemiddelde nemen van tien
gegronde principes wat we mooi vinden en die volgens hem
gezichten wordt dit gezicht meer gewaardeerd dan de andere
houdbaar zijn voor al onze zintuigen (i.e. cross modaal) [29].
gezichten. Aan de andere kant zijn mensen altijd aangetrokken
Ten eerste het principe van het maximum effect voor minimale
geweest door nieuwe, onbekende dingen om verzadiging en
kosten. We willen zo efficiënt mogelijk werken, sneller en met
verveling te vermijden. Vooral voor kinderen is dit ontdekkings-
minder inspanning. Zo vinden we bijvoorbeeld een visueel pa-
gedrag een belangrijk proces bij het opgroeien. Het blijkt dat we
troon mooi als het simpel is en toch veel informatie bevat, zoals
producten waarderen die nog genoeg typische eigenschappen
een karikatuur. Om dezelfde reden waarderen we conjunctieve
hebben maar toch een beetje vernieuwend zijn. Een iPhone zou
ambiguïteit, maar niet disjunctieve ambiguïteit. Een voorbeeld
10 jaar geleden geen succes zijn geworden omdat deze destijds
van disjunctieve ambiguïteit is het bekende plaatje waar je zo-
te vernieuwend zou zijn geweest. Het verklaart ook waarom
wel een eend als een konijn in kunt zien, maar niet beide tegelijk.
een remix van een bekend nummer vaak zo hoog in de hitlijsten
Een voorbeeld van conjunctieve ambiguïteit is een boekenkast
eindigt, zoals “A little less conversation” van Junkie XL.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 31 van 36
Ten vierde is congruentie tussen de zintuiglijke waarnemingen
gelijkvormig zijn met de figuur zelf. Het bekendste voorbeeld is
van belang. We prefereren een omgeving die eenduidig is, zowel
een varen. Golven, vlammen en wolken kunnen gedupliceerd
in bedoeling, affect als intensiteit, en geen verschillende bood-
worden door fractalen. Een fractaal patroon op de muur of vloer
schappen afgeeft. We raken in de war van een luxe restaurant met
stimuleert creativiteit en mentale activiteit.
luide muziek of een theepot zonder oor (i.e. vorm volgt functie). Het is daarom belangrijk dat alle zintuiglijke boodschappen
De kleuren op de wanden en vloeren hebben een sterk effect op
congruent zijn met de bedoelde overall ervaring. Wil je verrassing
hoe een ruimte gepercipieerd wordt. Een muur met donkere,
creëren, dan is het juist wel een goed idee om hier vanaf te wijken.
warme kleuren lijkt dichterbij, terwijl een muur met lichte, koe-
Bijvoorbeeld door een stoel te ontwerpen die er hard uitziet, maar
lere kleuren verder weg lijkt. Dit kan ook toegepast worden op
wanneer je er op gaat zitten zacht aanvoelt.
vloeren en plafonds. Zo kan dus een sfeer opgeroepen worden
Verrassingeffecten zijn makkelijk te creëren door de hieronder
van geborgenheid of openheid, waarin we situaties proberen
genoemde fysieke stimuli. Maar wat het effect van verrassing pre-
te begrijpen en probleem oplossend denken. Ook kan een sfeer
cies is op creativiteit is onbekend. Is het goed om mensen uit hun
opgeroepen worden van mysterie, waarin we op onderzoek
‘comfort zone’ te halen waardoor ze misschien in een mindere
uitgaan.
stemming geraken, of is het juist goed om, zoals uit het onderzoek van McCoy en Evans blijkt, mensen te prikkelen met complexe en
Met wanden en vloeren kunnen ook contrast effecten opge-
verrassende omgevingen (zie ook Nadler & Luckner, 1991).
roepen worden. Een meubelstuk in een donkere, warme kleur lijkt groter in een licht gekleurde kamer. Daarnaast zorgt een
Vloeren en wanden
textuur op de muur ervoor dat door het schaduwspel iedere
Vloeren en vloerbedekking helpen duidelijk te maken waarvoor
kleur donkerder lijkt. Gladde glanzende of reflecterende muren
een ruimte bedoeld is, wat looppaden zijn en geven de aard van
doen een kamer groter lijken. We verwachten donkere kleuren
de ruimte weer. De kleur en de textuur van de vloerbedekking
op de grond, medium kleuren op de muur en lichte kleuren op
moet overeenkomen met het doel van de ruimte. Vloerbedek-
het plafond. Wanneer hier van afgeweken wordt kan dit een
king in een winkel straalt warmte af en ook dat er artikelen uit
verrassingseffect teweeg brengen, maar ook stress [30].
het hogere prijssegment verkocht worden. Vanuit een evolutionair perspectief kunnen we zeggen dat complexe en nieuwe
Meubels, accessoires en inrichting
patronen ons prikkelen, maar over het algemeen prefereren we
De vorm van meubels en accessoires in de omgeving kan ver-
simpele patronen. In een complexe omgeving is het moeilijker
schillende psychologische reacties oproepen bij de bezoekers,
om gevaar op te merken. Tevens hebben we liever kleine patro-
zoals cognitieve en gevoelsmatige reacties [31]. Ontwerpers
nen dan grote patronen die veel inspectie vereisen.
kiezen vaak bepaalde vormen om mensen aan te moedigen op een bepaalde manier over het product te laten denken. Net als
De evolutionaire benadering stelt dat we het beste natuurlijke
vloeren en wanden moet het overeenkomen met het doel van
elementen kunnen integreren in ruimtes. Zo kunnen we echte
de ruimte. Als het goed is wekt de vorm dus bepaalde verwach-
planten plaatsen of de natuur imiteren (e.g. bloemornamenten,
tingen op over de eigenschappen van het product, leggen we
natuurposters). Een tweede manier is om de mathematische
bepaalde associaties of herinneren we ons dingen. Een teddy-
verbanden die in de natuur voorkomen te imiteren. Een fractal,
beer wordt ontworpen van zachte materialen om het knuffel-
soms ook fractaal genoemd, is een meetkundige figuur die
baar over te laten komen en een auto met leren bekleding moet
zelfgelijkend is, d.w.z. opgebouwd is uit delen die min of meer
luxe overkomen.
Pagina 32 van 36
Gestalt psychologen stellen dat we een product als geheel waar-
brengen), toegankelijkheid (e.g. het stimuleren van staan of zitten)
nemen. Dus een auto wordt als een auto waargenomen in plaats
en visueel contact (e.g. zitten aan één ronde tafel of in groepjes
van als een verzameling onderdelen, zoals banden, koplampen en
aan lange tafels). Dit kan echter ook betekenen dat mensen hun
een stuur. Als de vorm diepere verwerking behoeft dan wordt ook
privacy en comfort verliezen, terwijl we dat soms nodig hebben in
gekeken naar de individuele onderdelen. Consumenten proberen
een creatief proces.
te begrijpen wat een product is door te kijken naar de gelijkenis van een object met productcategorieën en
Korreltje zout
voorbeelden. Zo wekte Porsche verbazing met de Cayenne SUV, een sportwagen op een onderstel van een SUV. Het MAYA prin-
Uit bovenstaande blijkt duidelijk dat atmospherics invloed heb-
cipe stelde dat we het als consument waarderen wanneer we een
ben op consumentengedrag. Maar wat gebeurd er bijvoorbeeld
product niet meteen kunnen categoriseren, het net iets anders
als we muziek erg mooi vinden (i.e. positieve stemming), maar
en verrassend is, maar wanneer het te moeilijk is wekt het alleen
dezelfde muziek staat te luid (i.e. te veel prikkels)? Niet alleen op
maar frustratie op.
micro schaal moet onze kennis nog verder uitgewerkt worden maar ook op macro schaal. Want wat gebeurd er als we naar har-
Daarnaast is contrast van invloed op hoe we een meubelstuk of
de muziek luisteren (i.e. veel prikkels) in een kamer met gedimde
accessoire verwerken. Een object dat contrasteert met de omge-
verlichting (i.e. weinig prikkels) of warme verlichting (i.e. positieve
ving roept ook aandacht op omdat het ons verrast, zoals wanneer
stemming). Onderzoek heeft de effecten van stimuli in de om-
het erg groot is, rijk aan detail, het contrasteert met de omgeving
geving tot op heden geïsoleerd waardoor we niet weten welke
als het op een vreemde locatie staat.
elementen de meeste invloed op ons hebben. Ten tweede is er
Daarnaast kunnen we gewoon verliefd worden op het ontwerp
weinig onderzoek gedaan naar segmentatie. We weten bijvoor-
van een product, we krijgen er positieve gevoelens bij. Wanneer
beeld dat vrouwen eerder toegeven gevoelig te zijn voor lawaai
er in de literatuur gesproken wordt over meubels en accessoires
en intellectuelen daar in eerste instantie minder gevoelig voor zijn.
dan gaat het meestal om de esthetiek. Refereerde het woord
Maar wanneer we door een winkelstraat lopen zien we duidelijk
in de Griekse oudheid nog naar de sensorische waarneming,
verschillen tussen winkels voor heren, dames en jongeren. Het lijkt
tegenwoordig denken we eerder aan sensorische voldoening. Iets
er dus op dat managers nog steeds hun winkelomgeving continu
moet er mooi uit zien, lekker ruiken of goed smaken. Esthetische
veranderen om invloed uit te oefenen op de klanten zonder pre-
reacties worden gevormd op basis van de intrinsieke elementen
cies te weten welke invloed deze veranderingen hebben.
van een product die zorgen voor betrokkenheid en aandacht. Een goed ontwerp zorgt ervoor dat het meer positieve dan negatieve reacties oproept. Tenslotte heeft de allocatie van meubels en accessoires invloed op hoe we ons in een omgeving gedragen en of en met wie we interacties aangaan. Zo blijkt uit onderzoek dat creativiteit face-to-face communicatie behoeft en dat ook de frequenties van de interacties een bepalende factor is. Mogelijkheden hiertoe kunnen ingebouwd worden, zoals (gepercipieerde) nabijheid (e.g. mensen in een grote/volgepropte of kleine/open ruimte onder-
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 33 van 36
Referenties
1. Bitner, M.J., Servicescapes: The Impact of Physical Surroundings on Customers and Employees. The Journal of Marketing, 1992. 56(2): p. 5771. 2. Dijkstra, K., M. Pieterse, and A. Pruyn, Physical Environmental Stimuli That Turn Healthcare Facilities Into Healing Environments Through Psychologically Mediated Effects: Systematic Review. Journal of Advanced Nursing, 2006. 56(2): p. 166-181. 3. Kristensen, T., The Physical Context of Creativity. Creativity and Innovation Management, 2004. 13(2): p. 89-96. 4. Haber, U.-E., Spaces for Creativity and Innovation in Two Established Organizations. Creativity and Innovation Management, 2005. 14(3): p. 288-298. 5. Moultrie, J., et al., Innovation Spaces: Towards a Framework for Understanding the Role of the Physical Environment in Innovation. Creativity and Innovation Management, 2007. 16(1): p. 53-65. 6. Van der Lugt, R., et al., Future Center ‘The Shipyard’: Learning form Plannung, Developing, Using and Refining a Creative Facility. Creativity and Innovation Management, 2007. 16(1): p. 66-79. 7. McCoy, J.M. and G.W. Evans, The Potential Role of the Physical Environment in Fostering Creativity. Creativity Research Journal, 2002. 14(3/4): p. 409-426. 8. Dijksterhuis, A. and T. Meurs, Where Creativity Resides: The Generative Power of Unconscious Thought. Consciousness and Cognition, 2006. 15(11): p. 135-146. 9. Dijksterhuis, A., et al., The Unconscious Consumer: Effects of Environment on Consumer Behavior. Journal of Consumer Psychology, 2005. 153(3): p. 193-202. 10. Cialdini, R.B., Influence: Science and Practice. 5th ed. 2008: Allyn & Bacon. 11. Dijksterhuis, A., Het Slimme Onbewuste: Denken met Gevoel. 2007, Amsterdam: Bert Bakker. 12. van Baaren, R.B., et al., Mimicry for Money: Behavioral Consequences of Imitation. Journal of Experimental Social Psychology, 2003. 39(4): p. 393-398. 13. Bargh, J.A., M. Chen, and L. Burrows, Automaticity of Social Behavior: Direct Effects of Trait Construct and Stereotype Activation on Action. Journal of Personality and Social Psychology, 1996. 71(2): p. 230-244. 14. Dijksterhuis, A. and A. Van Knippenberg, The Relation Between Perception and Behavior, or How to Win a Game of Trivial Pursuit. Journal of Personality and Social Psychology, 1998. 74(4): p. 865-877. 15. Aarts, H. and A. Dijksterhuis, The Silence of the Library: Environment, Situational Norm, and Social Behavior. Journal of Personality and Social Psychology, 2003. 84(1): p. 18-28.
Pagina 34 van 36
16. Turley, L.W. and R.E. Milliman, Atmospheric Effects on Shopping Behavior: A Review of the Experimental Evidence. Journal of Business Research, 2000. 49(2): p. 193-211. 17. Elliot, A.J., The Hierarchical Model of Approach-Avoidance Motivation. Motivation and Emotion, 2006. 30(2): p. 111-116. 18. Bless, H. and K. Fiedler, Mood and the regulation of information processing and behavior, in Affect in Social Thinking and Behavior, J.P. Forgas, Editor. 2006, Psychology Press. p. 65-84. 19. Juslin, P.N. and D. Västfjäll, Emotional Responses to Music: The Need to Consider Underlying Mechanisms. Behavioral and Brain Sciences, 2008. 31(5): p. 559-575. 20. Schellenberg, E.G., et al., Exposure to Music and Cognitive Performance: Tests of Children and Adults. Psychology of Music, 2007. 35(1): p. 5-19. 21. Wilson, S., The Effect of Music on Perceived Atmosphere and Purchase Intentions in a Restaurant. Psychology of Music, 2003. 31(1): p. 93-112. 22. Beaman, C.P., Auditory Distraction from Low-Intensity Noise: A Review of the Consequences for Learning and Workplace Environment. Applied Cognitive Psychology, 2005. 19(8): p. 1041-1064. 23. Peck, J. and T.L. Childers, Effects of Sensory Factors on Consumer Behavior: If It Tastes, Smells, Sounds, and Feels like a Duck, Then It Must Be a... in Handbook of Consumer Psychology, C.P. Haugtvedt, P.M. Herr, and F.R. Kardes, Editors. 2007, Psychology Press. p. 193-221. 24. Mehta, R. and R. Zhu, Blue or Red? Exploring the Effect of Color on Cognitive Task Performances. Science, 2009. 323(5918): p. 1226-1229. 25. Bommel, W.J.M.v., Non-visual Biological Effect of Lighting and the Practical Meaning for Lighting for Work. Applied Ergonomics, 2006. 37(4): p. 461-466. 26. Durak, A., et al., Impact of Lighting Arrangements and Illuminances on Different Impressions of a Room. Building and Environment, 2007. 42(10): p. 3476-3482. 27. Seppanen, O.A.F., W. Some Quantitative Relations between Indoor Environmental Quality and Work Performance or Health. in Proceedings of 9th International Conference on Indoor Air Quality and Climate. 2005. Beijing. 28. Joye, Y., Architectural Lessons From Environmental Psychology: The Case of Biophilic Architecture. Review of General Psychology, 2007. 11(4): p. 305-328. 29. Hekkert, P., Design Aesthetics: Principles of Pleasure in Design. Psychology Science, 2006. 48(2): p. 157-172. 30. Augustin, S., Place Advantage: Applied Psychology for Interior Architecture. 2009: John Wiley and Sons Ltd. 31. Bloch, P.H., Seeking the Ideal Form: Product Design and Consumer Response. Journal of Marketing, 1995. 59(3): p. 16-29.
De werkzame ingrediënten van lEF
Pagina 35 van 36
LEF future center Griffioenlaan 2, Utrecht 088-7971900 www.rws.nl/lef
[email protected]