Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
Achtergrond onderzoek & respons Van 26 maart tot en met zondag 8 april 2012 is aan de leden van het Brabantpanel een vragenlijst voorgelegd met als thema ‘Vervolgonderzoek financieel-economische crisis1’. Van de 2.386 genodigden vulden 1.257 de vragenlijst in (53%), hiervan zijn 6 records later verwijderd omdat maar een klein gedeelte van de vragenlijst was ingevuld. Het onderzoek was een vervolg op drie eerdere, vrijwel identieke Brabantpanelonderzoeken naar de gevolgen van de kredietcrisis. Deze vonden plaats in juni 2009, december 2009 en in april 2011. Met dit derde vervolgonderzoek wilden we achterhalen of de gevolgen die de panelleden destijds van de crisis ondervonden zijn toegenomen, gelijk zijn gebleven, of zijn afgenomen. Doordat de vragenlijsten vrijwel identiek zijn, kunnen we de resultaten goed met die van de vorige onderzoeken vergelijken. Toch is er wel een verschil tussen de onderzoeken: in 2008 werden we geconfronteerd met een kredietcrisis en ging het in eerste instantie vooral om banken met problemen. Inmiddels is er echter sprake van een bredere crisis die ook betrekking heeft op de euro en de financiële posities van Europese landen. Ook leidt de crisis tot dreigende - bezuinigingen bij de overheid. We spreken in dit onderzoek daarom over financieel-economische crisis of kortweg crisis. In dit document staan de belangrijkste resultaten van het vierde onderzoek naar de gevolgen in vergelijking tot de eerdere onderzoeken. De verdeling van de respons over geslacht, leeftijd en regio was voor de twee eerste metingen nagenoeg hetzelfde. De respons van deze vierde meting bevat relatief iets meer panelleden van 65 plus dan de meting in 2011, waar juist een lager aantal 65 plussers in voorkwam. Omdat we de situatie van de panelleden willen beschrijven is de verdeling van de respons niet representatief gemaakt voor Brabant en dus niet gewogen. In onderstaande tabellen is de verdeling naar achtergrondvariabelen te lezen.
Verdeling geslacht
Aantal
%
Verdeling regio
Aantal
%
Vrouw
464
37%
West-Brabant
267
21%
Man
778
62%
Midden-Brabant
272
22%
9
1%
Noordoost-Brabant
345
28%
1251
100%
Zuidoost-Brabant
359
29%
Totaal
1243
100%
Onbekend Totaal Verdeling leeftijd
Aantal
%
16-29 jaar
42
30-39 jaar
115
9%
40-49 jaar
215
17%
50-64 jaar
539
44%
65+
320
26%
1231
100%
Totaal
3%
De uitgebreide resultaten van het onderzoek zijn hieronder beschreven. 1
Voorheen spraken we in deze onderzoeken van kredietcrisis.
1
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
1. Gevolgen kredietcrisis merkbaar op het werk? In juni 2009 merkte bijna een vijfde van de respondenten (19%) de gevolgen van de kredietcrisis op zijn of haar werk. In december was er niet veel veranderd: 16% zei de gevolgen op het werk te merken. In 2011 gaf 22% aan de gevolgen op het werk te merken en nu, in 2012, geeft bijna een kwart (24%)dit aan. Het aandeel panelleden dat de gevolgen van de crisis merkt op het gebied van werk is dus gestegen. In de branches industrie en openbaar bestuur, overheid en overheidsdiensten wordt relatief vaker aangegeven dat de gevolgen merkbaar zijn op het werk. 100%
80%
60%
40%
20%
19%
16%
22%
24%
0% Meting 1 (juni 2009)
Meting 2 (december 2009)
Meting 3 (april 2011)
Meting 4 (april 2012)
Merkt gevolgen op het werk
Ontslag, faillissement of tijdelijk contract niet verlengd Vijftien panelleden gaven in juni 2009 aan zonder werk te zitten vanwege de crisis (1,7%). In december 2009 waren dit er zeventien (2,2%). In een aantal gevallen ging het om dezelfde panelleden die in het eerste onderzoek ook al aangaven zonder werk te zitten; zij hadden in de tussentijd dus nog geen nieuwe baan kunnen vinden. Anderhalf jaar later, in 2011, gaven 60 van de 1.376 panelleden zonder werk te zitten (4,3%). Nu, in 2012, geven 76 van de 1.251 panelleden dit aan. Dit is 6,1%. We zien dus een duidelijke stijging door de jaren heen. In de branches automatisering, bouwnijverheid en cultuur wordt relatief vaker aangegeven dat de gevolgen merkbaar zijn op het werk. 25%
20%
15%
10% 6,1% 4,3%
5% 1,7%
2,2%
0% Meting 1 (juni 2009)
Meting 2 (december 2009)
Meting 3 (april 2011)
Meting 4 (april 2012)
Zit door de crisis zonder werk
2
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
Gevolgen in de organisatie Aan de panelleden die werkzaam zijn in loondienst en de gevolgen op het werk merken maar niet zijn ontslagen, vroegen we welke gevolgen dit dan zijn. In de grafiek zijn de verschillen ten opzichte van de eerste drie metingen uiteen gezet. De meest voorkomende gevolgen voor panelleden zijn het niet verlengen van tijdelijke contracten (7,4%), het feit dat er minder te doen is (6,2%) en vacaturestops (6,0%). Ook afnemende investeringen komen relatief vaak voor (5,2%). Ten opzichte van 2011 zien we dat het aantal waargenomen ontslagen weer iets afneemt. Gevolgen op het werk 7,4%
Tijdelijke contracten zijn niet verlengd
6,2%
Er is minder te doen
6,0%
Er is een vacaturestop afgekondigd
5,2%
Er wordt minder geïnvesteerd
3,3%
Secundaire arbeidsvoorwaarden zijn versoberd
3,2%
Er zijn meer mensen ontslagen dan gebruikelijk
1,5%
Eindejaarsuitkering en/of bonussen zijn verlaagd of afgeschaft
1,4%
Er zijn delen van het bedrijf verkocht of afgestoten
1,0%
Salarissen van medewerkers zijn gekort
0,9%
Medewerkers moeten verplicht ATV dagen inleveren
0,6%
Medewerkers zijn deeltijd moeten gaan werken
0,0% Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
Meting 2 (december 2009)
2,0%
4,0%
Meting 1 (juni 2009)
3
6,0%
8,0%
10,0%
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
We vroegen de panelleden of de gevolgen op het werk ook direct voor hen persoonlijk merkbaar zijn. De meest voorkomende gevolgen zijn dat er minder te doen is (4%) en versoberde secundaire arbeidsvoorwaarden (2,8%). Het aandeel panelleden waarvoor er minder te doen is lijkt te zijn toegenomen ten opzichte van de jaren ervoor. Persoonlijke gevolgen op het werk
4,0%
Minder te doen 2,8%
Secundaire arbeidsvoorwaarden versoberd 1,4%
Eindejaarsuitkering en/of bonussen verlaagd of afgeschaft zijn 0,6%
Salaris gekort 0,6%
Verplicht ATV dagen ingeleverd 0,3%
Deeltijd werken 0,0% Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
Meting 2 (december 2009)
2,0%
4,0%
6,0%
8,0%
10,0%
Meting 1 (juni 2009)
Gevolgen voor zelfstandig ondernemers Net als in 2009 en in 2011 is er ook nu een aantal zelfstandig ondernemers dat de gevolgen van de kredietcrisis merkt in zijn of haar bedrijf. Van de 95 panelleden met een eigen onderneming geven er 52 aan de gevolgen van de crisis te merken op het gebied van werk (55%). Eén van hen gaf aan failliet te zijn gegaan door de crisis (vorige keer waren dit er drie). Van de panelleden die aangeven dat zij de gevolgen merken voor hun eigen bedrijf, zegt 60% dat de omzet is teruggelopen. Dit zijn er een stuk minder dan in 2011, toen gaf 75% dit nog aan. Dat er minder werk te doen is wordt verrassend genoeg juist weer iets vaker aangegeven dan 2011 (toen 53%, nu 60%). Kijken we vanaf 2009 dan lijkt dit aandeel echter redelijk stabiel. Gevolgen ondernemers
60% Gevolgen voor ondernemers De omzet is teruggelopen
60%
Er is minder werk te doen
0% Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
20%
Meting 2 (december 2009)
40%
60%
80%
Meting 1 (juni 2009)
4
100%
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
Van de ondernemers die aangaven de gevolgen te merken heeft 60% vanwege de crisis maatregelen moeten nemen (in 2011 was dit 80%). Er wordt met name minder geïnvesteerd (36%), maar wel een stuk meer dan in 2011 (toen gaf 69% dit aan als maatregel). In een aantal bedrijven is een vacaturestop afgekondigd (14%) en zijn tijdelijke contracten van medewerkers niet verlengd (10%). Dit is ongeveer gelijk gebleven in vergelijking tot het jaar hiervoor. Andere gevolgen van de crisis voor ondernemers zijn (antwoorden op open vraag): •
betalingsgedrag slecht tot zeer slecht
•
personeelscontract niet verlengen
•
daling omzet en slechter betaalgedrag
•
rekeningen worden later/niet betaald.
opdrachtgevers
•
twijfel bij klanten over mogelijke
•
Klanten durven niet te investeren
•
meer trouble, wanbetalers
•
wijzigingen in het pgb
opdrachten
Eén van de ondernemers gaf aan dat het uitermate goed gaat met zijn of haar bedrijf.
Toekomstbeeld Ook dit keer hebben we de panelleden gevraagd naar hun verwachting van de toekomst van hun eigen bedrijf en/of de organisatie waar ze werken. Het lijkt erop dat het negatieve gevoel weer afneemt ten opzichte van voorgaande metingen. 50% 40%
36%
30% 20%
33%
26% 22% 18%
19%
19%
19%
Meting 2 (december 2009)
Meting 3 (april 2011)
Meting 4 (april 2012)
10% 0% Meting 1 (juni 2009)
Panelleden die (zeer) negatief zijn over de toekomst van het bedrijf waar ze werken Panelleden die (zeer) negatief zijn over de toekomst van hun eigen bedrijf
Gevolgen in directe omgeving Het aandeel panelleden dat de gevolgen van de crisis merkt bij mensen in hun directe omgeving op het gebied van werk (42%) is licht gestegen ten opzichte van 2011 (36%). In juni 2009 was dit 49%, in december 2009 was dit 39%. We zien het volgende: • • •
Bijna een derde van alle panelleden (31%) kent iemand die door de kredietcrisis zonder werk is komen te zitten (in 2011 was dit 25%) 21% van de panelleden kent mensen die minder te doen hebben op het werk. (in 2011 was dit 18%) 13% van de panelleden kent mensen die minder zijn gaan verdienen of waarvan de uitkering verlaagd is (in 2011 was dit 10%)
5
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
2. Gevolgen kredietcrisis merkbaar op financieel gebied? In juni 2009 merkte 28% van de panelleden de gevolgen van de kredietcrisis op financieel gebied. In december 2009 leek daar niet veel verandering in te zijn gekomen: 26% zei de gevolgen op financieel gebied te merken. In april 2011 zagen we een enorme toename: 43% geeft aan financiële gevolgen van de crisis te ondervinden. Nu, in 2012, zet deze stijging door: 46% geeft aan gevolgen te ondervinden. 100%
80%
60% 46%
43% 40% 28%
26%
20%
0% Meting 1 (juni 2009)
Meting 2 (december 2009)
Meting 3 (april 2011)
Meting 4 (april 2012)
Merkt gevolgen financieel
Het meest voorkomende gevolg is dat de stijging van het inkomen achterblijft bij de stijging van kosten voor het levensonderhoud (31%). Daarnaast geeft 20% aan jogere uitgaven te hebben door bezuinigingen van de overheid. Deze vragen zijn nieuw en er is dus geen vergelijking meet eerdere metingen mogelijk.
Gevolgen financieel 31%
De stijging van mijn inkomsten blijft achter bij de stijging van de kosten voor levensonderhoud 20%
Ik heb hogere uitgaven door bezuinigingen van de overheid 12%
Ik ben minder gaan verdienen/mijn uitkering is verlaagd
11%
Mijn beleggingsvermogen is gekrompen 0% Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
10%
20%
Meting 2 (december 2009)
30% Meting 1 (juni 2009)
6
40%
50%
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
Ongeveer hetzelfde aandeel panelleden als vorig jaar geeft aan moeite te hebben met rondkomen (16% nu, in 2011 was dit 18%. In 2009 was dit maar 7%). Een nieuwe vraag ging over lenen: 4% van de panelleden is door de crisis genoodzaakt (meer) geld te lenen om rond te komen. Financiële gevolgen in directe omgeving Bijna een derde (32%) van de panelleden kent mensen in hun directe omgeving die financiële gevolgen van de kredietcrisis ervaren. In 2011 was dit nog een kwart (26%). • • • • •
9% van de respondenten kent iemand waarvan het beleggingsvermogen door de crisis gekrompen is (in 2011 was dit 7%, in december 2009 9% en in juni 2009 was dit nog ruim 14%). 16% kent mensen waarvan het pensioen niet geïndexeerd is (in 2011 was dit 11%, in december 2009 8% in juni 2009 10%). Het aandeel panelleden dat mensen in zijn of haar directe omgeving heeft die door de kredietcrisis moeite hebben met rondkomen was in juni en december 2009 8%, in 2011 11%, en is nu opgelopen naar 13%. 17% kent iemand die minder is gaan verdienen of waarvan de uitkering verlaagd is. In 2011 was dit nog 14%. We zien hier geen verschil met december 2009. 16% kent mensen die hogere uitgaven hebben door bezuinigingen van de overheid (nieuwe vraag).
3. Gevolgen kredietcrisis merkbaar op de woonsituatie? In 2009 merkten zo’n 5% à 6% van de panelleden de gevolgen van de crisis op het gebied van wonen. In 2011 was dit flink toegenomen tot 1%. Nu in 2012 is dit aandeel nog hetzelfde: 11% merkt de gevolgen. 100%
80%
60%
40%
20% 6%
5%
11%
11%
0% Meting 1 (juni 2009)
Meting 2 (december 2009)
Meting 3 (april 2011)
Meting 4 (april 2012)
Merkt gevolgen op het gebied van wonen
Het aandeel respondenten dat de gevolgen van de kredietcrisis op het gebied van wonen merkt is wel nog steeds flink kleiner dan op het gebied van werk of financiën. De gevolgen zitten voornamelijk in het feit dat de panelleden hun huis niet verkocht krijgen (3%, net als in 2011), maar ook hier gaat het om een relatief klein aandeel van het totaal. Nog eens 3% heeft verhuisplannen op de lange baan geschoven vanwege de crisis. Sommigen zijn bang om een huis te kopen (2%) of hebben moeite met het rond krijgen van hun hypotheek (2%). We zien geen verschillen ten opzichte van 2011.
7
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
Gevolgen in directe omgeving Ook voor de directe omgeving zijn de gevolgen van de kredietcrisis voor de woonsituatie minder aanwezig dan op het gebied van werk en financiën. We zagen nauwelijks verschil tussen de eerste twee metingen in 2009 (11% en 10%). In 2011 kende 15% mensen in de directe omgeving die problemen hebben op het gebied van wonen, een significante stijging ten opzichte van 2009. Nu in 2011 lijkt hier geen verandering in te zitten: 16% kent mensen met problemen op het gebied van wonen. • • • • • •
14% van de respondenten kennen mensen die hun huis niet verkocht krijgen. (in 2011 was dit 12%, in december 2009 8%, in juni 2009 10%). Wederom 6% kent mensen die bang zijn om nu een huis te kopen, we zien hier geen verschillen met vorige metingen. Het aantal respondenten dat mensen kent die moeite hebben met het rond krijgen van hun hypotheek is gelijk gebleven ten opzicht van 2011 (7%). Het is wel gestegen ten opzichte van 2009 (toen was het 3%). Gedwongen verhuizingen kwamen de eerste twee metingen nagenoeg niet voor in de directe omgeving van de panelleden. In 2011 was dit 3%, nu is dat 4%. 6% kent mensen die hun verhuisplannen hebben uitgesteld (nieuwe vraag) 5% kent mensen die hun huis niet te koop durven te zetten (nieuwe vraag)
4. Maatregelen vanwege kredietcrisis Uit de resultaten blijkt dat nog altijd een flink deel van de respondenten, bijna de helft, nadelige financiële gevolgen ondervindt van de kredietcrisis. We hebben net als in de vorige metingen de panelleden gevraagd of zij vanwege de kredietcrisis financiële maatregelen hebben genomen of deze van plan zijn te gaan nemen.
Sparen/beleggen Het aandeel van de respondenten dat door de crisis minder is gaan sparen of beleggen was in 2011t.o.v 2009 flink gestegen van 22% naar 34%. We zien in 2012 weinig verandering: 31% zegt door de crisis minder te sparen of te beleggen dan voorheen.
Uitgavenpatroon We hebben de panelleden deze keer ook gevraagd of zij vanwege de kredietcrisis hun uitgavenpatroon veranderd hebben vanwege de crisis. In onderstaande grafiek zijn resultaten van de vier metingen met elkaar vergeleken. Het aandeel panelleden dat bezuinigt vanwege de crisis is ten opzichte van 2011 en 2009 verder toegenomen. Het meest wordt bezuinigt op zaken als uit eten gaan en drankjes op het terras (56%), maar ook zijn er relatief veel panelleden die minder geld uitgeven aan kleding, boeken en cd’s (53%). Op medische zorg en vakanties wordt het minst bezuinigt (rond de 15% bezuinigt hierop).
8
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012 56%
Geeft minder geld uit aan zaken als uit eten gaan, drankjes op het terras Geeft minder geld uit aan zaken als kleding, boeken en cd’s Heeft grote uitgaven uitgesteld Bezuinigt op dagelijkse boodschappen Gaat minder vaak met de auto Heeft zijn/haar vakantie afgelast Gaat in Nederland op vakantie in plaats van het buitenland Bezuinigt op culturele uitstapjes Bespaart op medische zorg Geeft minder geld uit aan lidmaatschap van verenigingen Geeft minder geld aan goede doelen Geeft minder geld uit aan inkopen voor de feestdagen* Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
Meting 2 (december 2009)
Meting 1 (juni 2009)
53% 43% 36% 44% 15% 17% 48% 13% 33% 44% 44%
0%
20%
40%
60%
80%
Bezuinigingen ten gevolge van de crisis
* In juni 2009 was deze stelling niet in de vragenlijst opgenomen.
Hoe denken de panelleden over… We hebben de panelleden wederom een aantal stellingen voorgelegd over hypothetische zaken. Hoe denken de respondenten over het veranderen van baan? En over verhuizen in deze tijd? Zijn ze kritischer naar banken gaan kijken door de crisis? Het aandeel panelleden dat door de crisis minder snel van baan zal veranderen (39%) en het aandeel dat minder snel zal verhuizen (49%) is wederom toegenomen. De groep die kritischer naar banken is gaan kijken is juist iets kleiner geworden, maar is nog steeds groot (76%). 65% heeft door de crisis minder vertrouwen gekregen in de overheid (nieuwe vraag).
39%
door de crisis zal ik minder snel van baan veranderen 49%
door de crisis zal ik minder snel gaan verhuizen 76%
door de crisis ben ik kritischer naar banken gaan kijken 65%
door de crisis heb ik minder vertrouwen in de overheid
Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
Meting 2 (december 2009)
0% 20% Meting 1 (juni 2009)
9
40% 60% 80% Is men door de crisis anders over dingen gaan denken?
100%
100%
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
5. De toekomst Eigen toekomst Het aandeel panelleden dat zich veel tot redelijk wat zorgen maakt over de eigen toekomst is wederom groter geworden. Panelleden maken zich het meeste zorgen over hun financiële situatie (38%) en hun pensioenopbouw (36%). Bijna een derde (31%) maakt zich zorgen over de waarde van hun huis en ruim een kwart (28%) is bang dat hij of zij de komende tijd spaargeld moet gaan aanbreken of moet gaan lenen om rond te komen. Ondanks dat de groep dit zich zorgen maakt gestegen is, is er nog steeds ook een grote groep die zich geen zorgen maakt. 12%
Dat u uw baan kwijt raakt door de crisis
38%
Dat uw financiële situatie slechter wordt door de crisis Dat u de komende tijd spaargeld aan moet spreken of moet gaan lenen om rond te kunnen komen
28% 6%
Dat u door de crisis gedwongen moet verhuizen
17%
Dat u door de crisis uw huis niet verkocht krijgt Dat u door de crisis minder pensioen opbouwt of krijgt (als u nu of binnenkort met pensioen gaat) Dat de waarde van huizen daalt en dus ook de waarde van uw eigen huis Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
Meting 2 (december 2009)
36% 31%
0% 10% Meting 1 (juni 2009)
20%
30%
40%
Wie maakt zich veel-redelijk wat zorgen?
Toekomst Nederland en Brabant De panelleden lijken zich dus iets meer zorgen te maken over hun eigen toekomst dan in 2011. De zorgen over de nabije toekomst van de economie van Brabant en Nederland zijn flink toegenomen en weer gestegen tot het niveau van medio 2009: ongeveer de helft van de panelleden denkt dat het de komende zes maanden (veel) slechter zal gaan met de economie van Brabant en Nederland (zie grafiek op de volgende pagina).
10
50%
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
100% 80% 60%
54%
40%
53%
20%
26%
23%
24%
24%
Meting 2 (december 2009)
Meting 3 (april 2011)
0% Meting 1 (juni 2009)
Meting 4 (april 2012)
Verwacht dat het de komende 6 maanden (veel) slechter met de Brabantse economie zal gaan Verwacht dat het de komende 6 maanden (veel) slechter met de Nederlandse economie zal gaan
In een aantal verdiepende stellingen zijn we wat verder op de verwachting over de toekomst ingegaan (deze vragen zijn nieuw gesteld in 2012). Vrijwel alle panelleden (93%) verwachten dat we over een jaar nog altijd met Euro’s zullen betalen. Ongeveer een kwart (24%) denkt dat we het ergste van de crisis achter de rug hebben. 41% is het echter oneens met deze stelling. Bijna drie kwart (73%) denkt dat de crisis nog tot grote politieke en/of sociale spanningen gaat leiden in Nederland en bijna een derde (31%) is door de crisis somber over de eigen toekomst gestemd.
Over een jaar betalen we in Nederland nog steeds met Euro’s
93%
Het ergste van de crisis hebben we achter de rug
24%
De crisis gaat in Nederland nog leiden tot grote politieke en/of sociale spanningen
73%
De crisis maakt me somber over mijn eigen toekomst 0% Percentage (helemaal) mee eens
31% 20%
11
40%
60%
80%
100%
Resultaten Brabantpanel-onderzoek Economische crisis – april 2012
6. Gemeentelijke bezuinigingen In 2011 vroegen we panelleden naar de toen op hand zijnde gemeentelijke bezuinigingen. We vroegen de panelleden op welke twee thema’s hun gemeente volgens het niet mag bezuinigen. Het belangrijkst vonden de respondenten toen welzijn en zorg: 50% van de panelleden gaf aan dat hier niet op bezuinigd mag worden. Ook in 2012 is dit het meest genoemde thema (53%). Armoede beleid/werk en inkomen heeft openbare orde en veiligheid van de tweede plaats gestoten (48% noemt dit thema in 2012). Op de derde plaats komt openbare orde en veiligheid met 41%. Onderwerpen die bijna niet genoemd worden zijn ook dit keer weer openbaar groen, sport, volkshuisvesting en stadsvernieuwing, en kunts en cultuur.
53%
Welzijn en zorg
48%
Armoedebeleid/werk en inkomen
41%
Openbare orde en veiligheid 19%
Wegenonderhoud en openbare ruimte
11%
Kunst en cultuur Volkshuisvesting en stadsvernieuwing
6%
Sport
6% 4%
Openbaar groen
2%
Weet ik niet/geen mening 0% Meting 4 (april 2012)
Meting 3 (april 2011)
20%
40%
60%
80%
100%
Waar mogen gemeenten niet op bezuinigen?
Wilt u ook uw mening geven over actuele sociale en maatschappelijke onderwerpen? Word dan lid van het Brabantpanel via www.brabantpanel.nl. Wanneer u zich (kosteloos) inschrijft als lid van het Brabantpanel ontvangt u 6 tot 8 keer per jaar via e-mail een uitnodiging voor het invullen van een vragenlijst. U maakt iedere keer dat u meedoet kans op een cadeaubon ter waarde van 25 euro. Meer informatie? Kijk voor meer informatie over het Brabantpanel op www.brabantpanel.nl of neem contact op met Karin du Long of Eva Stultjens, beiden werkzaam bij het PON via (013) 535 15 35 of
[email protected] Het Brabantpanel is een initiatief van het PON, kennis in uitvoering.
12