Gabrielle Dorren en Garrelt Verhoeven
De twee gezichten van Claes Braau (circa 1636-1707). Een katholieke drukker en boekverkoper in Haarlem* Een Haarlemse 'schuilvink' In het begin van deze eeuw verscheen i n het Tijdschrift voor boek- en bibliotheekwezen een artikel van de h a n d v a n C . P . Burger, de toenmalige bibliothecaris v a n de A m s t e r d a m s e U n i v e r s i teitsbibliotheek, over een katholieke boekdrukker. E e n aantal n i e u w verworven uitgaven had zijn aandacht opgewekt vanwege de h e r k e n n i n g van een gravure i n é é n van de boekjes, gedrukt i n A n t w e r p e n d o o r Jacobus W o o n s i n 1676 en te koop bij Nicolaes B r a a u , boekverkoper i n H a a r l e m . O p zoek naar andere afdrukken v a n dezelfde houtsnede stuitte B u r g e r op meer uitgaven van B r a a u , m a a r er was iets vreemds aan de h a n d : hij was zowel i n H a a r l e m als L e u v e n actief en i n beide steden bovendien op hetzelfde adres (de K o r t e Begijnestraat) woonachtig. R a a d p l e g i n g van de naslagwerken maakte de v e r w a r r i n g alleen m a a r groter. Behalve i n H a a r l e m en L e u v e n , z o u B r a a u eveneens tezelfdertijd gewerkt hebben i n A n t w e r p e n i n de K o r t e Begijnestraat! 1
B u r g e r besloot daarop zoveel mogelijk uitgaven v a n B r a a u bij elkaar te zoeken o m zijn werkelijke woonplaats te k u n n e n vaststellen. H i j schreef een b r i e f aan J . W . E n s c h e d é te Overveen, met de v r a a g of deze meer uitgaven v a n B r a a u kende. E n s c h e d é reageerde met de opgaaf van een aantal titels, waarvan een deel i n zijn bezit was. B u r g e r v o n d uiteindelijk negentien verschillende boekjes uit de periode 1676-1703 en k w a m op basis van de adressen tot de conclusie dat hij te doen h a d met een H a a r l e m s e d r u k k e r en boekverkoper, die i n de impressa van een aantal v a n zijn uitgaven zijn woonplaats H a a r l e m had vervangen door hetzij L e u v e n of A n t w e r p e n . I n een bedankbriefje aan E n s c h e d é schrijft B u r g e r over B r a a u : H e t is een curieuze uitgever o m zijn s c h u i l v i n k spelen met de plaatsen v a n uitgaaf [...] hij speelt geregeld met L o v e n e n A n t w e r p e n , e n geeft voor beide steden k a l m zijn H a a r l e m s c h e adres.' H i j vraagt zich d a n ook af: 2
3
Wat m a g de reden geweest zijn voor dit g e h e i m z i n n i g wegmoffelen v a n de werkelijke plaats van uitgaaf? Z o u er i n d e r d a a d n o g gevaar voor vervolging van deze katholieke uitgaven geweest zijn? O f was het katholieke p u b l i e k meer geneigd boeken te koopen die i n A n t w e r p e n o f L e u v e n verschenen waren, d a n H a a r l e m s c h e ?
1
E e n typisch H a a r l e m s verschijnsel was het i n elk geval niet. B u r g e r trof i n het bijeenzoeken van Braau's uitgaven ook andere 'Antwerpse' d r u k k e n met een overduidelijk A m s t e r d a m s ('inde Calverstraat') of L e i d s ('in de K o o r n - B r u g s t e e g ' ) adres. N i e t t e m i n werden de N o o r d nederlandse ondernemers die achter de boekjes schuilgingen i n de naslagwerken m e e r m a l e n * 1 2
3
*
P.G. Hoftijzer, H . W . deKooker, L . Noordegraaf, H . F . K . van N i e r o p e n M . de Niet danken wij voor het kritisch lezen en b e c o m m e n t a r i ë r e n van een eerdere versie van dit artikel. C . P . Burger, ' E e n katholieke drukker en uitgever te H a a r l e m i n de 17e eeuw', Tijdschrift voor boek- en bibliotheekwezen 3 (1905) 193-197. In het Apparaat Enschedé op de zaal Z K W van de Amsterdamse Universiteitsbibliotheek troffen wij een fiche met het oorspronkelijk dankbriefje van Burger aan Enschedé, waaruit kan worden opgemaakt dat hij deze eerder het verzoek om een opgave van Braau-drukken had gedaan. D e briefkaart heeft een poststempel van 14 december 1904 en is de dag tevoren uit A m s t e r d a m verstuurd. Geciteerd naar de genoemde briefkaart van Burger i n het Apparaat Enschedé. Burger, ' E e n katholieke drukker', 196.
235
De twee gezichten van Claes Braau
als echte zuiderlingen opgevat, wat af en toe tot kolderieke adresseringen leidde. Burger eindigt zijn verhaal met een oproep aan de Vlaamse boekenkenner 'die de uitgaven zijner vaderstad grondiger kent [...] en tusschen werkelijke en gefingeerde Antwerpsche uitgaven weet te onderscheiden.' Het was aan geen dovemansoor gericht. In hetzelfde nummer treffen we een 'Naschrift' door V. A. Dela Montagne. Naar het oordeel van deze Antwerpenaar werden de meeste, zo niet alle uitgaven van katholieke boekverkopers in Holland van een valse plaatsaanduiding voorzien. Soms leende men de naam van een Vlaamse collega of veranderde men de naam van de woonplaats, waarna steevast het werkelijke adres van de drukker of boekverkoper volgde. Dela Montagne komt tot de conclusie dat 'de overheid die met het opsporen van verboden boeken belast was, met zeer weinig tevreden was en oogluikend de overtredingen verschoonde'. Latere onderzoekers verklaarden het verschijnsel van de valse adressen eveneens op basis van de situatie in Noord-Nederland, alhoewel het accent in de loop der jaren werd verlegd. In de eerste plaats volgde men de redenering van Dela Montagne dat het de ondernemers te doen was om het ontlopen van het verbod op de publicatie van katholieke lectuur. Daarnaast benadrukte de vermelding van een zuidelijke plaats van uitgave de katholieke signatuur van de werken, hetgeen de verkoop bij het katholieke publiek zou kunnen bevorderen. Enkele jaren geleden heeft Theo Clemens de vraag opgeworpen of de valse adressen misschien bedoeld waren als bescherming van de handel in katholiek drukwerk van de Noordelijke naar de Zuidelijke Nederlanden. De import van boeken uit Noord-Nederland was daar gedurende bepaalde perioden immers verboden, ter bescherming van de katholieke leer. Clemens stelt overigens dat er in ieder geval twee circuits kunnen worden onderscheiden: één van Noordnederlandse en één van Zuidnederlandse drukkers en boekverkopers. Beide circuits bedienden hoofdzakelijk een regionaal publiek. Of er sprake is geweest van serieuze export of import tussen Zuid en Noord blijft onduidelijk; concrete aanwijzingen voor een dergelijke Noord-Zuid handel ontbreken vooralsnog. Maar op een ander niveau is volgens Clemens wel degelijk sprake van een uitwisseling van teksten tussen Noord en Zuid. Na de oorspronkelijke uitgave van bepaalde katholieke teksten in Noord-Nederland volgde vaak zeer snel een Zuidnederlandse herdruk. Van daadwerkelijke export was misschien geen sprake, maar wèl van wederzijdse beïnvloeding. Toekomstig onderzoek zal moeten uitwijzen in hoeverre de verschillende genoemde verklaringen voor de valse plaatsaanduidingen houdbaar zijn. Daarbij is het van belang de totale hoeveelheid katholiek drukwerk dat in Noord-Nederland in de 17e eeuw werd uitgegeven, nader te ordenen. Zo kan het van betekenis zijn in welke taal de boeken verschenen of voor welk (deel van het katholieke) publiek de werken bestemd waren. Bovendien verschilde de religieuze, politieke en economische situatie van plaats tot plaats en dit had uiteraard een 5
6
7
8
9
10
11
5 6
Burger, ' E e n katholieke drukker', 196. V . A . D e l a Montagne, 'Naschrift', Tijdschrift voor boek- en bibliotheekwezen 3 (1905) 198-200.
7 8
Dela Montagne, 'Naschrift', 197. L . P . Leuven, De boekhandel in Amsterdam, gedreven door katholieken (Epe 1951) 13-17 en 50-51. V g l . T h . Clemens, 'The trade i n catholic books from the Northern to the Southern Netherlands, 1650-1795', in: LeMagasin del'Univers. The Dutch Republic as the centre of the European book trade. Papers presented at the International C o l l o q u i u m , held at Wassenaar, 5-7 J u l y 1990. C . Berkvens-Stevelinck, H . Bots, P . G . Hoftijzer en O . S . Lankhorst (red.). (Leiden 1992) 85-94, met name 90.
9 Clemens, 'The trade i n catholic books', 90-91. 10 Ibidem, 90. 11 Ibidem, 91-93. 236
De twee gezichten van Claes Braau
A f b . 1.
P l a t t e g r o n d v a n H a a r l e m . K o p e r g r a v u r e v a n P i e t e r W i l s , 1646, G A H a a r l e m ( k o p i e u i t G .
v a n H e r w i j n e n , C . v a n de K i e f t (red.), Historische stedenatlas van Nederland: Haarlem ( D e l f t 1982)). H i e r op is a a n g e g e v e n : A . D e K o r t e B e g i j n e s t r a a t ; B . ' D e H o e k ' o p B a k e n e s ; C . D e S i n t J o z e f s t a t i e ; D . H e t begijnhof.
weerslag op het functioneren van het boekbedrijf. Het gebruik van een valse plaatsaanduiding zou daarom in de ene plaats verklaard kunnen worden uit de aanwezigheid van een controlerende overheid, terwijl in een andere plaats heel andere factoren beslissend geweest kunnen zijn. Bovenal is het van belang om de rol van de uitgevers van de boeken te belichten. Welke katholieke boeken gaven zij uit? Welke plaats namen die boeken in binnen het totale fonds? Op welk publiek richtten zij zich en hoe bereikten de boeken hun lezers? Het zijn a a r enkele van de vele vragen waarop een antwoord moet worden gevonden voordat een genuanceerd beeld kan worden gegeven van zowel de produktie als de verspreiding en consumptie van het katholieke drukwerk. In het onderstaande zullen wij nader ingaan op de katholieke drukker en boekverkoper Claes Braau en zijn boekbedrijf, om op die manier ondermeer bij te dragen aan een oplossing van bovenstaande problematiek. In de eerste plaats zal aandacht worden besteed aan de katholieken binnen de Haarlemse samenleving in de 17e eeuw en de familie-achtergrond van Braau. Vervolgens zullen we nader ingaan op zijn activiteiten binnen de Haarlemse boekhandel. Wat kunnen we anno 1994 achterhalen over het fonds van Braau; vormen de katholieke uitgaven waar Burger op heeft gewezen het belangrijkste aandeel of bewoog de m
237
De twee gezichten van Claes Braau
Haarlemmer zich ook op andere terreinen? Richtte Braau zich met zijn fonds op een lokaal publiek van katholieken of waren zijn uitgaven bedoeld voor kopers elders in de Republiek of zelfs daarbuiten? En wat was de houding van de Haarlemse overheid ten opzichte van Braau? Behalve een verklaring voor diens gebruik van valse plaatsaanduidingen, hopen wij op deze wijze ook een beeld te geven van de plaats en het functioneren van deze katholieke ondernemer binnen de Haarlemse samenleving.
Haarlem en de katholieken
Haarlems katholieke signatuur kwam pas in het gedrang toen de stad na het Spaans beleg aansluiting zocht bij de in 1576 tot stand gekomen Pacificatie van Gent: onderwerping aan de Staten van Holland bleek de enige toegangsmogelijkheid te zijn, al was Willem van Oranje wel bereid te bemiddelen in de godsdienstkwestie tussen de gematigde stad en het opstandige gewest. De religievrede die de Satisfactie van Veere (1577) had moeten brengen bleek voor Haarlem van korte duur. Volgens afspraak was de Bakenesserkerk aan de gereformeerden in gebruik gegeven, maar de katholieken konden niet ongehinderd diensten in de Sint Bavo bijwonen: herhaaldelijk vielen er soldaten of geuzenlegertjes binnen, waarbij de 'Haarlemse Noon' (29 mei 1578) als gewelddadig dieptepunt bekend is geworden. Datzelfde jaar nog kwam de Grote kerk of Sint Bavo in handen van de gereformeerden. De religievrede kwam formeel in april 1581 tot een einde, toen de Staten van Holland Haarlem in navolging van de andere steden in het gewest een verbod oplegden op de openbare uitoefening van elke andere dan de gereformeerde godsdienst. De goederen van geestelijke instellingen vervielen aan de stad en kloosters werden ontmanteld. Het katholieke geloof kon slechts in het verborgene worden beleden. Aanvankelijk leefde het stadsbestuur de Hollandse plakkaten tegen 'paapse vergaderingen' streng na, terwijl de in besloten kring toegediende sacramenten ongemoeid werden gelaten. Het bisdom Haarlem bestond weliswaar officieel niet meer sinds 1579, maar de Hollandse Zending stond vanaf 1583 garant voor een hiërarchische organisatiestructuur van katholieken. Deze katholieke missie werd georganiseerd vanuit Delft door vicaris Sasbout Vosmeer en vanuit Haarlem door vicaris Willem Coopal (bij afwezigheid van bisschop Govert van Mierlo, die bij de Haarlemse Noon op de vlucht was geslagen). De belangen van het vroegere bisdom werden nu waar mogelijk door het kapittel behartigd. De magistraat bleef het Haarlemse kapittel nauwlettend in de gaten houden en sprak tegen de eerste en tweede vicaris verbanningen uit; in Coopals geval bleef het bij woorden, maar zijn opvolger Albert Eggius (vanaf 1599) werd daadwerkelijk uit Holland en West-Friesland verbannen vanwege diens compromisloze houding jegens de overheid. In 1602 werd Vosmeer door de paus gewijd als apostolisch vicaris over het gehele missiegebied in de Noordelijke Nederlanden. In hetzelfde jaar werd in Keulen een internaat gesticht voor priesterstudenten uit het Haarlemse bisdom. De betrekkingen tussen de apostolisch vicaris en het Haarlemse kapittel verliepen 12
13
14
12 Voor een korte beschrijving van deze gebeurtenissen: G . H . K u r t z , Beknopte geschiedenis van Haarlem (Haarlem 1942) 18-20; J . J . Temminck, Haarlem vroeger en nu ( H a a r l e m 1971) 31-33. M e e r uitgebreid komt dit aan de orde bij J . Spaans, Haarlem na de Reformatie. Stedelijke cultuur en kerkelijk leven, 1577-1620 (Den H a a g 1989) 49-74. 13 L . J . Rogier, Geschiedenis van het Katholicisme in Noord-Nederland in de 16de en 17de eeuw (le dr. 1947; 5 dln; Amsterdam/Brussel 1964). Zie ook zijn bijdrage ' D e Protestantisering van het Noorden', hoofdstuk X I i n de Algemene Geschiedenis der Nederlanden V (Utrecht 1952) 334-338. 14 Spaans, Haarlem na de Reformatie, 77. 238
D e twee gezichten v a n C l a e s B r a a u
. 1 ' H K I M i M < Kt
„ G E EST E LYC K E
A f b . 2. G e g r a v e e r d e t i t e l p a g i n a v a n F e l i x C a m p , Christelycke 167401
en geestelycke handt (1674), fonds
(Universiteitsbibliotheek
nr
Amsterdam,
1079 J 4).
tot
A N T W E R P E N f c;r
Nistaor Braaü v a a k s t r o e f ; h e t k a p i t t e l v e r z e t t e z i c h t e g e n a l te d i r e c t e b e m o e i e n i s v a n d e p a u s e l i j k o f f i c i e r met Haarlemse aangelegenheden,
o o k al was deze d a a r uit hoofde v a n zijn functie geheel
t o e g e r e c h t i g d . V o s m e e r s o p v o l g e r P h i l i p p u s R o v e n i u s s l o o t i n 1616 e e n o v e r e e n k o m s t
met
h e t k a p i t t e l , d a t s i n d s E g g i u s ' d o o d i n 1610 g e l e i d w e r d d o o r S i j b r a n d S i x t i u s . H e t k a p i t t e l e r k e n d e h i e r i n R o v e n i u s als wettige o v e r h e i d v o o r alle b i s d o m m e n , m a a r b e h i e l d het b e n o e m i n g s r e c h t v a n pastoors e n k a p e l a a n s i n het b i s d o m H a a r l e m .
1 5
O o k o p stedelijk n i v e a u bleef een katholieke organisatie bestaan, zij het met de nodige aanpassingen. A a n v a n k e l i j k w e r d e n priesters bij katholieke families u i t g e n o d i g d o m i n h u i s e l i j k e k r i n g e e n d i e n s t te l e i d e n . D a a r n a a s t
bestonden
er diverse g e m e e n s c h a p p e n
van
v r o u w e n d i e a l s l e k e n e e n g e e s t e l i j k l e v e n t r a c h t t e n te l e i d e n , z o a l s d e k l o p p e n v e r g a d e r i n g ° P B a k e n e s , ' D e H o e k ' , d i e i n h e t b e g i n v a n d e 17e e e u w m a a r l i e f s t 2 0 0 l e d e n t e l d e . B i j h e t m s t a n d h o u d e n v a n het k a t h o l i e k g e l o o f h e b b e n d e z e v r o u w e n e e n z e e r b e l a n g r i j k e r o l gespeeld.
1 6
A l snel w a r e n priesters niet langer afhankelijk v a n de gastvrijheid der welgestelde
b u r g e r s o m te k u n n e n f u n c t i o n e r e n , m a a r k r e g e n z i j m i n o f m e e r w e e r e e n e i g e n s t e k d o o r de v o r m i n g v a n staties d i e d o o r d e m a g i s t r a a t w e r d e n g e d o o g d . Z o o n t s t o n d i n 1620 b e h a l v e de seculiere statie S i n t B e r n a r d u s ( D e H o e k ) o o k de d o m i n i c a a n s e S i n t D o m i n i c u s ( i n b r o u w e r i j ' D r i e K l a v e r e n ' a a n h e t S p a a r n e ) e n i n 1614 d e f r a n c i s c a a n s e ' D e v i e r H e e m s k i n d e r e n ' 1 5
Rogier, Geschiedenis van het Katholicisme, III, 553-554. 16 Over deze kloppen: Spaans, Haarlem na de Reformatie, 18, 77-79, 93-97, 113, 122, 125, 150, 157, 195-198, 203-204; E . Theissing, Over klopjes en kwezels (Utrecht/Nijmegen 1935); C . J . Gonnet, ' D e 'Vergaderinghe van de maegden in den Hoeck', Bijdragen voor de geschiedenis van het Bisdom van Haarlem 42 (1926) 34-57.
239
De twee gezichten van Claes Braau
(genoemd naar de gevelsteen van het pand in de Helmbrekerssteeg, waar de statie was gevestigd). Andere seculiere staties waren Sint Jozef (Begijnhof) en Sint Bavo (Achterstraat). Zolang het katholiek geloof niet al te openbaar beleden werd en er geen politieke aspiraties aan vastzaten die er een gezagsondermijnende beweging van konden maken, zag het stadsbestuur weinig reden om in te grijpen. Door de acceptatie van het katholicisme als een vorm van persoonlijke geloofsbeleving, bleek het zelfs mogelijk om als katholiek een magistraatsfunctie te bekleden, zolang men zich tenminste in het openbaar ook met de publieke, gereformeerde kerk begaan toonde. Vanaf 1622 liet de magistraat officieel katholieke priesters toe in de stad. Volgens apostolisch vicaris Rovenius waren dat jaar in Haarlem achttien of negentien seculieren, één dominicaan, één franciscaan en één jezuïet als priester actief. Aan het eind van de eeuw telde de stad maar liefst tien staties. 17
18
19
Het is moeilijk te schatten hoeveel katholieken er in de 17e eeuw in Haarlem woonden. Rond 1620 was slechts een minderheid van de stadsbevolking kerkelijk meelevend te noemen: de gereformeerden maakten zo'n 20% van de bevolking uit, de doopsgezinden ongeveer 14%, de katholieken hoogstens 12,5%, de lutheranen ongeveer 1% en de walen waarschijnlijk niet meer dan dat. Toch was volgens F. van Hoeck nog de helft van de Haarlemse bevolking in 1628 het katholicisme toegedaan. In 1635 werden er in de stad en de omliggende dorpen zo'n 8000 communicanten geteld. Joke Spaans stelt voor bij dit getal nog 4000 kinderen op te tellen, waarmee men op 12000 katholieken komt ofwel 17% van de bevolking. Men bedenke dat naar verhouding het aantal katholieken in de stad lager was dan op het omringende platteland, met als gevolg dat dit percentage voor Haarlem alléén ongetwijfeld wat lager zou uitvallen. In 1652 zou ongeveer 13 % van de Haarlemse stadsbevolking katholiek zijn geweest en J. A. de Kok geeft voor 1656 een percentage van 20. Volgens De Kok daalde het aantal katholieken in de Republiek tussen 1656 en 1726 van 47 naar 34% (voor Haarlem een keldering van 20 naar 16%); L.J. Rogiers maximale schatting van ruim 30% katholieke Haarlemmers in 1701 komt hier bepaald niet mee overeen. 20
21
22
23
24
Van tijd tot tijd klonk de roep om ordemaatregelen tegen de 'paapse stoutigheden', meestal op instigatie van de kerkeraad. De Staten-Generaal hadden plakkaten tegen de pausgezinden afgevaardigd in 1622, 1629, 1641 en 1655. De Staten van Holland kwamen in 1651 met een plakkaat. Deze werden door de Haarlemse magistraat doorgaans slechts nageleefd als er gevaar voor de openbare orde bestond of als er een gebrek aan loyaliteit met het stadsbestuur viel 17 M e e r informatie over deze staties is te vinden in de inleiding die P . M . Verhoofstad schreef i n inventarisband 15, Archief van het bisdom van Haarlem Gemeente-archief H a a r l e m ( G A H ) ( H a a r l e m 1959). O o k enige aandacht voor de staties bij F. A l l a n , Geschiedenis en beschryving van Haarlem van de vroegste tyden tot op onze dagen (5 dln; H a a r lem 1874-1888) III, 630-635. 18 19 20 21 22 23
Rogier, Geschiedenis, I V , 753. Relatio van Petrus Codde uit 1701. Rogier, Geschiedenis I V , 756. Spaans, Haarlem na de Reformatie, 104. F. van Hoeck, Schets van de geschiedenis der Jezuïeten in Nederland (Nijmegen 1940) 43-44. Spaans, Haarlem na de Reformatie, 254, noot 139. J . A . de K o k , Nederland op de breuklijn Rome-Reformatie. Numerieke aspecten van protestantisering en katholieke herleving in de Noordelijke Nederlanden 1580-1880 (Assen 1964) 203, 246-247. 24 Rogier, Geschiedenis, I V , 758 noemt het m a x i m u m getal van 10.000 katholieken. I n het vierde kwart van de 17e eeuw is het Haarlemse bevolkingscijfer afgenomen: rond 1675 wordt het inwonertal op 37.000 geschat en i n 1707 op 32.500. Uitgaande van tenminste 33.000 i n 1701 betekent Rogiers getal r u i m 30%. Voor de bevolkingscijfers: A . M . van der Woude, ' H e t Noorderkwartier: een regionaal historisch onderzoek i n de demografische en economische geschiedenis van westelijk Nederland van de late middeleeuwen tot het begin van de negentiende eeuw', AAG Bijdragen 16 (1972) I, 108-189; dezelfde auteur i n Algemene Geschiedenis der Nederlanden V ( H a a r l e m 1980), 'Demografische ontwikkeling van de Noordelijke Nederlanden 1500-1800', met name 137-138.
240
De twee gezichten van Claes Braau
te constateren. Bij bijeenkomsten die buiten de staties plaats hadden werd weieens van overheidswege ingegrepen. Zo maakte schout Cornelis van Teylingen bijvoorbeeld melding van een door hem verstoorde paapse kerstbijeenkomst in brouwerij 'De Boogh' in 1639. Het recognitiestelsel, waarbij katholieken bepaalde overtredingen van de plakkaten konden afkopen, heeft volgens Rogier in Haarlem nauwelijks voet aan de grond gekregen. Toch blijkt er in ieder geval in het laatste kwart van de 17e eeuw een recognitie bestaan te hebben in de vorm van een jaarlijkse collecte onder katholieken. Uitwassen zoals die zich in verscheidene Hollandse steden hebben voorgedaan, lijken in Haarlem echter uitzondering te zijn geweest. In 1660 waren schout Schatter en zijn dienaar, substituutschout Calantius, duidelijk over de schreef gegaan: zij bleken tegen forse betaling vrijstellingen van het verbod op paapse vergaderingen te verstrekken. Toen dit de burgemeesters ter ore kwam, gelastten zij onmiddellijk de twee bakkers die zich bij de benoeming van de substituutschout als borgen hadden gemeld elk de ƒ600,- borg gestand te doen. Schatter moest ƒ200,- afdragen aan de stadssecretaris. Het geld kwam ten goede aan het kinderhuis. De burgemeesters eisten opening van zaken en wilden weten bij hoeveel paapse vergaderingen de schout gedurende zijn ambtsperiode op deze wijze had geïntervenieerd. Schatter betoonde zich weinig mededeelzaam. Van de priesters hoefden de burgemeesters evenmin medewerking te verwachten: geen van hen gaf onomwonden antwoord op de vraag of zij de schout ooit hadden betaald, en zo ja, hoeveel. Kennelijk vonden ze de dreiging van een beknotting van hun vrijheden, die zij dus tegen betaling konden uitbreiden, te groot om open kaart te spelen. 25
26
27
28
29
In 1652 werd er geklaagd dat de katholieke gemeenschap niet naar evenredigheid bijdroeg aan de ondersteuning van armen; in tegenstelling tot de andere geloofsrichtingen had zij immers geen eigen diakonie. Zeven jaar later stichtte pastoor Augustijn Bloemert een broodkantoor in de Lange Veerstraat voor de bedeling van katholieke armen. Een mooi initiatief, maar lang niet toereikend; in 1690 bedeelde deze instelling 40 mensen. De regenten van het aalmoezeniershuis bleven klagen over het grote beslag dat de 'pausgezinden' op hun middelen legden. De burgemeesters ontboden daarop in 1700 de 'voornaamsten van de roomse religie', onder wie Pieter Braems, pastoor van de statie Sint Anna, die echter niet kwam opdagen. De heren die wèl gekomen waren gaven te kennen dat de groep arme katholieken te omvangrijk was om alleen door geloofsgenoten onderhouden te worden; het invorderen van de jaarlijkse recognitie kostte al moeite genoeg. Bovendien betrof het volgens hen voornamelijk mensen die nog maar kort in Haarlem woonden en sinds enkele jaren op 'de fabriek' waren afgekomen. Waar deze welgestelde katholieken verklaarden het op zichzelf 30
31
32
2 5
G A H , M e m o r i a a l van burgemeesters, 27 j a n . 1640, rood 218, f. 136. 26 Rogier, AGNV, 342; Rogier, Geschiedenis, II, 356. 27 Getuige het i n G A H berustende kohier: '7e rekening van mr. Dammas Guldewagen wegens de penningen, gecollecteerd onder de roomsgezinden'. Het betreft hier de periode oktober 1677 tot 1 februari 1679. O o k i n M e moriaal van Burgemeesters, 17 j u n i 1700, rood 247, f. 86 wordt van jaarlijkse recognitie gerept. 28 G A H , M e m o r i a a l van burgemeesters, 13 j u l i 1660, rood 226, f. 163v; 21 j u l i , f. 168v; 23 j u l i , f. 169v; 23 aug. f. 180. 29 G A H , M e m o r i a a l van burgemeesters, rood 226, 26 en 27 aug 1660, f. 182. H e t betreft 6 seculiere priesters, te weten: J a n Verwer, Pieter Pietersz., Barend Cornelisz. de J o n g , Laurens Hasse, V i n c e n t Palesteijn en een Van der Weyde. Spaans, Haarlem na de Reformatie, 183: het kapittel beheerde wel fondsen voor armen, maar het is onduidelijk of die voor bisdom- of stadsarmen waren bedoeld. V a n bedeling i n de tweede helft der 17e eeuw lijkt geen sprake. K u r t z , Beknopte geschiedenis, 21; Spaans, Haarlem na de Reformatie, 269 noot 114. G A H , M e m o r i a a l van burgemeesters, rood 247, 17 j u n i 1700, f. 86. De katholieke aanwezigen waren D i r k R a m p , m r Johan Groenhout, m r Jacob Bosschert en J o h a n van C a m p e n . 3
0
3 1
3 2
241
De twee gezichten van Claes Braau
A f b . 3.
^chlfimcOteftrlijrUc
WYN
\
T i t e l p a g i n a v a n De kleynegeestelijcke wyn-
-
persse (1682), m e t d a a r o p het v o o r B r a a u ' s u i t g a -
1'bKSSE >
ven k e n m e r k e n d e ' k r o o n - i n - k r a n s ' - v i g n e t , fonds
Ofckort Begrijp jïMrjfif'en /
n r 168201 ( C o l l e c t i e T h o m a a s s e , U t r e c h t , W R T ^
p:im
45-369).
t:\txi
©juthitn / en Sfl.wcn tan 'i toot a « hwett Acrri-brofdcifch»j> b * Be Vijf wonden enit)tKtt
C
H
K
I
s
r,
Cmanmtier Koorde ban hm P J S T
F R A N C I S C U S ,
iHct ren behiwrt ban Chriftus cn Mariï ober D'onbancKbaecfteta» / ent* Btrge ti.igt
Ü« tipittChrifti. ï>oc östmen 't uiüe mtfgfiffnrt
ftnn
in p?ofïitefsj(fttotaUeaeii8l ar::. St.
F R A N C 1 S C
Tot L o t i %
I'S,,
:
niet onredelijk te vinden om de reeds lang in Haarlem wonende geloofsgenoten te ondersteunen, gaven ze te kennen aan de nieuwkomers geen boodschap te hebben. Dit is een belangrijk punt, omdat hiermee impliciet werd gezegd dat de solidariteit in de eerste plaats naar stadsgenoten uitging, met andere woorden: al waren de heren het katholiek geloof toegedaan, bovenal waren zij welgestelde Haarlemmers en wensten zij niet met vreemde armoedzaaiers geassocieerd te worden. In het maatschappelijk verkeer hoefden confessionele verschillen geen rol te spelen, zolang men maar een eerzaam burger was. Het was mogelijk een zeer gerespecteerd Haarlemmer te zijn en tegelijkertijd als katholiek bekend te staan. Claes Braau is daar een treffend voorbeeld van.
De familie Braau Claes Andriesz. Braau, zoals zijn volledige naam luidt, bleek niet eenvoudig te traceren. Zijn naam kwam in de katholieke noch in de gereformeerde doopboeken voor en het is niet met zekerheid te zeggen wie zijn ouders waren. Over zijn jeugd en leertijd weten we evenmin iets. Toch heeft het speurwerk genoeg interessante gegevens opgeleverd om een beeld van deze man te krijgen. De familie Braau heeft in de 15e en 16e eeuw een bescheiden rol in het Haarlemse stadsbe33
24-2
De twee gezichten van Claes Braau
stuur gespeeld: Jan en Pieter Braeuwe waren respectievelijk schepen in 1401 en burgemeester in 1459 en Andries Jansz. Brauw bracht het in 1574 tot schepen. Deze Andries bezat behalve een mouterij met huis aan het Spaarne ook een huis aan de Oude Gracht, een kamer op het Klein Heiligland en samen met zijn broer Claes Jansz. tweederde huis in de Koningstraat. Na Andries komt de naam Braau niet meer voor in het 'Herenboek', waarin de leden der vroedschap en magistraat staan vermeld. De familienaam duikt weer op in 1627, toen de weduwe van Jan Brau voor de notaris een attestatie liet passeren. Het spoor loopt vervolgens naar Claes Jansz. Braau (een zoon van genoemde Jan?) die drie dochters naliet: Guurtje, Cornelia en Wijntje. Guurtje trouwde met Theunis Gijsberts Bennebroek, die mogelijk brouwer was, Cornelia met de blokmaker A n dries Pietersz. en de jongste zus bleef ongehuwd. Er is veel voor te zeggen dat 'onze' Claes Braau de zoon was van Andries Pietersz. en Cornelia Claes Braau: zijn volledige naam was immers Claes Andriesz. Braau en het is goed mogelijk dat hij als volwassene zijn moeders naam heeft toegevoegd omwille van het cachet of om de naam niet te laten uitsterven. Opvallend is verder, dat hij zijn twee oudste kinderen Andries en Cornelia heeft genoemd. De relevante genealogische gegevens hebben we in een eenvoudige stamboom bijeengebracht. 34
35
Cornelia
Wijntje
Andries Pietersz.
Johanna Bennebroek
Claes Andriesz.
Dubbelt van Egeren
Trijntje Arents
Andries
Cornelia
Pieter
Margaretha
Jannetje Andries
Jannetje
Jannetje
Waarschijnlijk heeft Claes Andriesz. reeds als kind zijn ouders verloren; in 1640 verkochten de beide gehuwde zusters Guurtje en Cornelia gezamenlijk twee huizen op het Klein Heiligland, vier jaar later verkocht Guurtje samen met de inmiddels 'mondige' Wijntje een huis ° P de Ossenmarkt. In de tweede akte wordt Cornelia niet meer vermeld als dochter van Claes Jansz. Braau en we kunnen dus aannemen dat ze in de periode 1640-1644 is gestorven. Van haar echtgenoot Andries Pietersz. wordt voor het laatst melding gemaakt in 1643, als 36
33 We zijn i n ons onderzoek vele spellingsvarianten tegengekomen (Claes, Claas, Nicolaes, Niclaes; Braau, Braauw, Braeu, Brau, Brauw, Braeuw, Braeuwe, Brael, Braem). We hebben de spelling aangehouden v a n j . A . Gruys en C . de Wolf Thesaurus 1473-1800. Nederlandse boekdrukkers en boekverkopers. M e t plaatsen en jaren van werkzaamheid (Nieuwkoop 1989). 34 Behalve van het Herenboek I ( G A H ) is gebruik gemaakt van de transportregisters ( G A H ) . 35 G A H , Notarieel A r c h i e f (Not.) 128, f. 176v. 36 G A H , Respectievelijk Transportregisters 76.60, f. 161v-162, en 76.63, f. 263.
243
De twee gezichten van Claes Braau
37
hij zijn zwager Theunis Gijsberts Bennebroek een volmacht verleent. Net zo min als Cornelia is Andries in de begraafregisters terug te vinden. Zoals gezegd ontbreekt helaas ook de naam van Claes Andriesz. in de doopboeken. In een notariële akte uit 1649 komt een 19jarige met dezelfde naam voor: deze Claes Andriesz. moet dus in 1630 of einde 1629 zijn geboren. Als Cornelia Claes Braau uiterlijk in 1644 overleed, dan kunnen we aannemen dat Claes Andriesz. Braau ergens in de periode 1629-1644 geboren moet zijn. In het weeshuisarchief komt hij niet voor; mogelijk leefde zijn vader wat langer of had hij de leeftijd om als leerjongen bij iemand in te trekken. Misschien ook werd hij door zijn tante Guurtje opgevangen; vast staat dat hij in zijn verdere leven nauwe banden met de Bennebroek-tak bleef onderhouden. Dit moge onder meer blijken uit de doopoverzichten. Op 29 augustus 1666 trad hij voor schepenen in het huwelijk met de Haarlemse Trijntje Arents. Een dag later trouwden zij voor de kerk, en wel in de statie Sint Jozef bij het begijnhof. In de begij nenkerk huisde sinds 1590 de Waalse gemeente en de hofbewoonsters ontvingen compensatie in de vorm van een pensioen tot aan hun dood. De begijnen slaagden er na verloop van tijd echter in zoveel belendende percelen aan te kopen, dat er een nieuw hof aan de Lange Poort gevormd kon worden. In de periode 1664-1690 meldden zich 60 leden aan en werden er meer dan 60 novicen geprofest. In de grootste kamer van één van de woningen was een kapel ingericht, gewijd aan de Heilige Begga. Omdat deze al gauw te weinig ruimte bleek te bieden, kocht de toenmalige pastoor Josephus Cousebant in 1669 een huis op het Goudsmidspleintje aan. De kerk die hij hierin vestigde werd gewijd aan Jozef en Maria Magdalena. In deze statie lieten Claes Andriesz. Braau en Trijntje Arents vervolgens hun kinderen dopen, met uitzondering van de eerste twee, die zo zwak waren dat ze thuis werden gedoopt en kort daarop inderdaad stierven. Van de overige vier kinderen heeft slechts één de volwassenheid bereikt: Margaretha, die maar liefst 83 jaar is geworden (1670-1753). Om de overzichtelijkheid van de stamboom niet te schaden, zijn de kinderen van Johanna Bennebroek en Dubbelt van Egeren er niet in opgenomen. Dubbelt (ook: Tibout) van Egeren (ook: Aigre) staat in 1653 in het knechtsboek van het chirurgijnsgilde vermeld en mocht zich in 1658 chirurgijn noemen. In een tijdsspanne van zestien jaar (1658-1674) kregen Jo38
39
40
41
42
37 38 39 40 41
G A H , Not. 173, f. 243. G A H , Not. 180, f. 525, 10 december 1649. G A H , D T B en R K statie St. Jozef. P. M . Verhoofstad, Archief van het bisdom van Haarlem ( G A H ) . K i n d e r e n van Claes Andriesz. Braau en Trijntje Arents: Andries, binnenshuis gedoopt 20-3 1667 Getuige: Jannetje Andries. K o r t geleefd. Cornelia, binnenshuis gedoopt 4-4 1668 Getuige: Albertus van Hogewey. K o r t geleefd. Pieter, gedoopt 6-4 1669 Getuige: Guurtje Claes Braau. Begraven 17-10 1675 öf 30-8 1679 (zie jongste Jannetje). Margaretha, gedoopt 20-8 1670
Getuige: Jannetje Bennebroek. Begraven 25-10 1753. Jannetje, gedoopt 31-7 1673 Getuigen: Wijntje Claes B r a a u en Albertus van Hogewey. Begraven 14-12 1673. Jannetje, gedoopt 22-7 1675 Getuigen: Wijntje Claes Braau en Albertus van Hogewey. Begraven 17-10 1675 öf 30-8 1679 (zie Pieter). Gegevens ontleend aan D T B St. Jozefstatie en grafregister Grote K e r k ( G A H ) . 42 G A H , Archief collegium medicum, nr 2: knecht i n 1653 bij m r Jasper de Busscher. In 1658 zelf gildebroeder met een leerknecht i n dienst. O o k in 1662 had hij iemand i n dienst en i n 1675 3, onder wie zijn (katholieke) schoonzoon S i m o n van Granate. 244
De twee gezichten van Claes Braau
hanna en hij dertien kinderen, van wie er tenminste zeven kort na de geboorte zijn gestorven; in 1718 waren er nog vier in leven. De kinderen werden net als die van Braau binnen de statie van Sint Jozef gedoopt. Opvallend zijn de namen der doopgetuigen: Theunis Gijsbertsz. Bennebroek (6 achtereenvolgende keren, waarschijnlijk steeds vroeg overleden kinderen), Guurtje Claes (4x), Wijntje Claes (5x) en Claes Braau (2x). Behalve bij twee van Van Egerens kinderen trad Braau nog als getuige op bij de doop van twee van hun kleinkinderen, te weten Gertrudis van Granate in 1680 en Franciscus Appelmans in 1697. V i a de vrouwelijke lijn had de familie Van EgerenBennebroek zich met deze twee goed-katholieke families weten te verbinden. Gegeven de verbondenheid met de statie van Sint Jozef woonde het gezin Braau dus gedurende de eerste huwelijksjaren in de omgeving van het begijnhof, al is er geen adres bekend. Daarna bleef het gezin in elk geval in de Sint Jozef'parochie' wonen: Claes Braau kocht in 1670 een woonen bedrijfspand in de Korte Begijnestraat. Dit straatje, dat de Lange Begijnestraat met de Bakenessergracht verbindt, behoorde tot de betere buurten van Haarlem. Braau was toen sinds driejaar lid van het boekverkopers- en drukkersgilde. In 1714, als Braau al zeven jaar dood is, is het pand nog in bezit van zijn dochter Margaretha. Het moet ter hoogte van brouwerij 'De Kandelaar' hebben gelegen; het achtererf van de oostelijke buurman grensde namelijk aan het perceel van de brouwerij. 43
44
Een blik in het verpondingsregister, waarin de huurwaarden van alle Haarlemse panden zijn opgenomen, leert ons dat de bewoners van de Korte Begijnestraat tot de beter gesitueerden gehoord zullen hebben. Braau had voor zijn woning ƒ 1000,- betaald. Ook het belastingkohier van de 100e penning werpt eniglichtop zijn materiële positie: in 1693 werd hij aangeslagen voor ƒ 33-1-12 en met ingang van 1700 betaalde hij ƒ 34-10. Dit betekent dat zijn vermogen op ruim drieduizend gulden werd geschat. O m enig idee te krijgen: in het kohier van 1698 staan 1419 belastingplichtigen vermeld, die hoogstens 20% van de stadsbevolking vertegenwoordigen. Binnen deze selecte groep is meer dan de helft voor lagere bedragen aangeslagen dan Braau en 544 personen moeten juist meer betalen. De categorie van verschuldigde bedragen van ƒ 31,- tot en met ƒ 40,- deelt Braau met de resterende 115 Haarlemmers. 45
46
Kijken we nog naar het grafregister van de Sint Bavo, dan zien we dat Claes Braau een graf voor zijn gezin had aangeschaft in het middenschip, temidden van notarissen, oudburgemeesters en predikanten. Op 10 november 1694 volgde Trijntje Arents haar kinderen m het graf; volgens het register werd zij onder een half uur klokgelui begraven en betaalde Braau daarvoor ƒ 6 , - extra naast de gewone kosten van ƒ 4,-. Dertien jaar later, op 19 oktober 1707, werd hij zelf op eendere wijze begraven. Tot slot enkele zijdelingse opmerkingen om de veronderstelling dat hij enig aanzien moet hebben gehad extra kracht bij te zetten. In de twee notariële akten waarin Braau als getuige fungeert, wordt zijn naam voorafgegaan door de afkorting 'sr.' die voor 'sinjeur' staat. Een dergelijke aanspreekvorm geeft aan dat hij in hoge achting werd gehouden. Het betreft hier 47
48
« 4
4
4
5
4
6
4
7
4
8
G A H , Transportregister 76, f. 44, 25 feb. 1670. G A H , Transportregister 76, f. 94 verso. G A H , Verpondingskohier 1650. De woningen i n de Korte Begijnestraat hebben een gemiddelde aanslag van circa ƒ 1 0 , - . Het Haarlemse inwonertal bedroeg i n 1698 33.000 a 37.000. Als we aannemen dat de meeste belastingbetalers hoofd van een huishouden waren en ze om die reden met 5 (4,7 a 5,2) vermenigvuldigen, dan komt de uitkomst overeen met 20% van het aantal Haarlemse inwoners. G A H , Grafregister Grote K e r k , 13de graf van de 22e tafel in het middengedeelte (nr 298). G A H , Not. 399, f. 173 en Not. 402, f. 24.
24.5
D e twee gezichten v a n Claes B r a a u
de j a r e n 1687 en 1692, toen zijn bestuurlijke l o o p b a a n b i n n e n het gilde n o g moest beginnen, zoals we n o g zullen zien. H e t feit dat hij deze functies bekleedde, zegt op zichzelf natuurlijk ook iets. D e genoemde n o t a r i ë l e akten zijn inhoudelijk niet zo interessant, m a a r het is i n dit verb a n d wel a a r d i g o m te vermelden dat de belanghebbenden katholieken waren, onder wie leden van de gegoede families V a n D i j k , Hogewey, C a m e i j en Steffora. G e z i e n de status v a n deze mensen moet B r a a u niet alleen het katholiek geloof, m a a r ook een vergelijkbare maatschappelijke positie met h e n gemeen hebben gehad; de akten laten dus vooral iets doorschem e r e n van het sociale circuit w a a r i n B r a a u z o u hebben verkeerd. D a t hij ook specifiek als katholiek aanzien moet hebben gehad, wordt gesuggereerd door een vijfde optreden als doopgetuige: voor een 17-jarige d i t m a a l , Petrus W i l l e m s z . de B r u i n , die voorheen doopsgezind was. M e n z o u verwachten dat er bij de doop v a n een bekeerling bewust naar een standvastige en overtuigde katholiek werd u i t g e z i e n .
49
Claes Braau en de Haarlemse boekhandel in de 17e eeuw A a n de vooravond van de G o u d e n E e u w kende H a a r l e m reeds een bloeiend cultureel en econ o m i s c h leven, en dat k w a m niet i n de laatste plaats tot u i t i n g i n een florerende boekhandel.
5 0
H e t lijdt geen enkele twijfel dat deze vroegtijdige o p l e v i n g voornamelijk te danken was
aan de Zuidnederlandse i n b r e n g i n het H a a r l e m s e boekbedrijf, dat profiteerde v a n het kapitaal, de vakkennis en de arbeidskracht die met de overwegend V l a a m s e i m m i g r a n t e n naar H a a r l e m waren g e k o m e n .
51
H e t waren met name de ondernemers G i l l i s (I) R o o m a n en Pas-
schier (I) van Wesbusch die een belangrijke r o l speelden. D e G e n t e n a a r R o o m a n volgde A n 52
tonis K e t e l op als stadsdrukker en z o u deze functie lange tijd blijven v e r v u l l e n . L a n g e tijd was R o o m a n de enige boekdrukker i n H a a r l e m . L a t e r voegde de boekverkoper V a n Wesbusch zich bij h e m . I n zijn opdracht verschenen talloze belangrijke literaire werken (onder anderen van K a r e i van M a n d e r ) , alsmede doopsgezinde Bijbels, testamenten en liedboeken. In het kielzog van deze ' V l a a m s e reuzen' volgden vele grote en kleinere ondernemers. M e e r en meer vaklieden vestigden z i c h i n de Spaarnestad, onder wie verscheidene belangwekkende ondernemers als D a n i ë l de Keyser, Pieter A r e n t s z . en D a v i d Wachtendonck, die i n de Spaarnestad een gunstig economisch k l i m a a t troffen, met een groeiende afzetmarkt en een tolerant stadsbestuur dat de verschijning van 'verboden' lectuur oogluikend toestond. Reeds v r o e g i n de 17e eeuw vormde H a a r l e m daardoor een produktie- en distributiec e n t r u m voor illegale remonstrantse en vooral doopsgezinde lectuur.
49 G A H , D T B St. Jozefstatie, 5 okt. 1678. Ouders: W i l h e l m u s Francisci (de Bruin) en M a r i a van Nes. 50 Toch was de aandacht voor de Haarlemse boekhandel i n het verleden gering. Zie R A . Tiele, ' D e Haarlemsche Boekdrukkers en Boekverkoopers i n de 15e-18e eeuw', Nieuwsblad voor den Boekhandel (18-5-1865) 95-96. O o k de beide werken van Ledeboer geven slechts summiere informatie over de Haarlemse boekdrukkers en boekverkopers: A . M . Ledeboer, De Boekdrukkers, boekverkoopers en uitgevers in Noord-Nederland sedert de uitvinding van de boekdrukkunst tot den aanvang der negentiende eeuw (Deventer 1872) en Idem, Alfabetische lijst der boekdrukkers, boekverkoop en uitgevers in Noord-Nederland sedert de uitvinding van de boekdrukkunst tot den aanvang der 19de eeuw (Utrecht 1876).
51 J . G . C . A . Briels, Zuidnederlandse boekdrukkers en boekverkopers in de Republiek der Verenigde Nederlanden omstreeks 1570 1630; een bijdrage tot de kennis van de geschiedenis van het boek. Met een bijlage bw- en bibliografische aantekeningen bet Zuid-en Noordnederlandse boekdrukkers, uitgevers, boekverkopers, lettergieters etc., en andere documenten. M e t een voorr van H . de la Fontaine Verwey (Nieuwkoop 1974) met name 73-83. 52 Zie over Gillis R o o m a n de bijdrage i n H . J . Laceulle-van de Kerk, De Haarlemse drukkers en boekverkopers van 1540 tot 1600 (Den H a a g 1951) 87-138. 246
D e twee gezichten van Claes B r a a u
Afb. 4. Kopergravure bij De kleyne geestelijcke wyn-persse (1682), fonds nr 168201 (Collectie Thomaasse, Utrecht, W R T 45-369).
Eerder d a n i n de meeste andere H o l l a n d s e steden werd i n H a a r l e m i n 1616 een afzonderlijk boekdrukkers- en boekverkopersgilde opgericht. D a a r m e e scheidden de vaklieden v a n het boekbedrijf zich af van het Sint-Lucasgilde, het kunstenaarsgilde w a a r i n oorspronkelijk ook de drukkers en boekverkopers een plaats hadden gekregen. D e gildekeur die bij de opr i c h t i n g i n 1616 werd opgemaakt is bewaard gebleven, evenals de lijst van gildebroeders en (drukkers- en binders-) knechten die vanaf dat j a a r werd bijgehouden. Belangrijke ondernemers als V i n c e n t (I) Casteleyn, A d r i a e n (I) R o m a n (zoon van de genoemde G i l l i s (I) R o o man), D a n i ë l de Keyser en Pieter A r e n t s z . , behoorden tot de eerste leden van het g i l d e . 53
In de loop van de eeuw n a m het aantal boekdrukkers en boekverkopers i n H a a r l e m gestaag toe. D e belangrijkste boekhandelsfamilie was ongetwijfeld de familie Casteleyn. Stamvader V i n c e n t (I) C a s t e l e y n bouwde een bloeiend bedrijf op dat door zijn zonen z o u o r d e n voortgezet, zowel b i n n e n H a a r l e m als daarbuiten. D e hele eeuw werd het H a a r l e m se boekbedrijf door de Casteleynen gedomineerd, met als belangrijkste vertegenwoordiger A b r a h a m Casteleyn. H i j was niet alleen stadsdrukker, m a a r voerde tevens een omvangrijke boekwinkel op de G r o t e M a r k t en was de oprichter van de befaamde Oprechte Haerlemsche Courant. w
5 3
V a n het Haarlemse boekdrukkers- en boekverkopersgilde bevindt zich i n G A H een 'Register van namen der overlieden, gildebroeders en leerjongens 1616-1795' (Gildenarchieven 11) en over dezelfde periode het ' K a s boek' (Gildenarchieven 12).
247
D e twee gezichten van Claes B r a a u
M a a r er waren uiteraard veel meer ondernemers die h u n b r o o d verdienden i n de H a a r lemse boekhandel. E é n v a n de belangrijkste ondernemers i n de tweede helft van de eeuw was Claes B r a a u . H o e w e l hij v a n geboorte een H a a r l e m m e r was, heeft hij zijn leertijd niet i n de Spaarnestad vervuld. I n de lijst v a n leerjongens i n het archief van het boekverkopersgilde ontbreekt zijn n a a m . H e t is niet onwaarschijnlijk dat hij bij ontstentenis van een geschikte katholieke meester i n H a a r l e m , zijn leertijd o m die reden volbracht bij een ondernemer i n een andere H o l l a n d s e stad. A l s z o d a n i g z o u bij voorbeeld de A m s t e r d a m m e r J o a c h i m van M e t e l e n (vader van F r e d e r i k v a n M e t e l e n , die tezelfdertijd als Claes B r a a u actief was en met h e m samenwerkte) i n a a n m e r k i n g k o m e n . H e t is zelfs niet ondenkbaar dat B r a a u voor zijn leerjaren zuidwaarts is getrokken o m bijvoorbeeld bij een Antwerpse d r u k k e r of boekverkoper i n de leer te gaan. V a n een dergelijke verbintenis is tot op heden echter niets gebleken. I n 1667 werd B r a a u ingeschreven als l i d v a n het H a a r l e m s e drukkers- en boekverkopersgilde en we mogen er van uitgaan dat hij vanaf dat j a a r ook daadwerkelijk actief was als boekdrukker. Enkele j a r e n later (1670) kocht hij een p a n d i n de K o r t e Begijnestraat, waar hij zijn drukkerij en b o e k w i n k e l vestigde. D e vroegst gedateerde uitgaven van B r a a u stammen uit de periode r o n d 1670. Reeds i n 1672 krijgt hij voor het eerst een leerling-binder i n dienst, W i l l e m van G r i e k e n , waaruit k a n worden afgeleid dat hij toen reeds enige e r v a r i n g als boekverkoper h a d opgedaan. I n de loop van zijn c a r r i è r e volgden nog tenminste acht leerjongens, vrijwel allemaal aangesteld als b i n d e r s k n e c h t .
54
Waarschijnlijk heeft B r a a u i n 1674 een deel v a n het typografisch materiaal verworven dat voordien i n gebruik was i n de werkplaats van Isaac van Wesbusch. N a diens overlijden werd op 27 augustus 1674 de drukkerij (onder andere twee drukpersen met toebehoren en letter55
materiaal) g e v e i l d . I n Braau's uitgaven van n a dat j a a r treffen we regelmatig kapitalen en 56
ornamenten aan, die eerder i n bezit waren van V a n W e s b u s c h . G e z i e n de tot dusver achterhaalde produktie van de drukkerij is moeilijk i n te schatten of B r a a u over é é n of meer drukpersen beschikte. E e n inventaris van zijn drukkerij is helaas niet bewaard gebleven en evenm i n k o n d e n wij iets achterhalen over een eventuele verkoop v a n zijn drukkerij, waaruit mogelijk gegevens omtrent de o m v a n g daarvan z o u d e n k u n n e n w o r d e n afgeleid.
57
I n de nadagen van zijn loopbaan h a d B r a a u enige keren zitting i n het bestuur van het H a a r l e m s e boekdrukkers- en boekverkopersgilde. I n de j a r e n 1694-1695 was hij voor het eerst ' v i n d e r ' (bestuurslid) en hij vervulde die functie eveneens i n de j a r e n f 700-1701 en 1706-1707; i n de j a r e n 1702-1703 was hij zelfs 'deken' van het gilde. Ongetwijfeld moeten we B r a a u i n die j a r e n zien als een vooraanstaand en gerespecteerd ondernemer b i n n e n de 54 In de lijst van leerjongens staan vermeld: 1672 W i l l e m van Grieken (binder), 1681 D i r k Barlo en Claes Coijen (binder & drukker), 1683 Stoffel Jansz. van Paenderen en Albertus de Gruijter, 1687 Jacobus van de Graeff (binder) 1693 J a n Endenburgh, 1701 J a n V i s , 1705 Ferdinandus A p p e l m a n . 55 In de Oprechte Haerlemsche Courant van 4 augustus 1674 staat te lezen: 'Tot H a e r l e m , sal op M a e n d a g den 27 Augusti 1674 verkocht werden de Druckery van Isaac van Wesbusch zalig:, bestaende in 2 Druck-Persen, veelderhande Soorten van Letteren, en het geene verder tot de Druckery is behorende, ten Huyse van de Overledene i n de Korte Zyl-straet, i n de Groote Druckery; alwaer de Proeven te bekomen zijn.' 56 Braau verzorgde bijvoorbeeld een herdruk van Kinckhuijsens De grond der meet-konst (1684) in opdracht van J a n Gerritsz. Geldorp, een uitgave die eerder was gedrukt door Isaac van Wesbusch (voor H a n s Passchiers van Wesbusch, 1660). Verscheidene ornamenten en kapitalen i n Braau's uitgave zijn gelijk aan die i n V a n Wesbusch' uitgave. Deze materialen werden ook voor andere uitgaven i n het fonds van Braau afgedrukt, maar een systematisch onderzoek naar het typografisch materiaal was in dit kader met mogelijk. 57 In de Oprechte Haerlemsche Courant werd regelmatig melding gemaakt van aankomende veilingen van drukkenjof winkelinventarissen. We hebben daarom de jaargangen 1707 (na Braau's overlijden) en 1708 doorzocht op een eventuele aankondiging van een veiling van zijn drukkerij of winkel, maar dat leverde niets op.
248
D e twee gezichten van Claes B r a a u
stedelijke boekhandel. B r a a u overleed i n 1707, waarmee i n ieder geval een eind k w a m aan de drukkerswerkzaamheden van het boekbedrijf. M o g e l i j k werd de boekwinkel nog enige tijd voortgezet door B r a a u ' s dochter M a r g a r e t h a .
Het boekbedrijf van Claes Braau V a n a f omstreeks 1670 was B r a a u actief als d r u k k e r en boekverkoper. Laatstgenoemde aand u i d i n g omvatte i n de 17e eeuw ook de bezigheden van een hedendaagse uitgever, en de boekverkoper was bovendien vaak tevens boekbinder. O m een beeld te geven van de diverse werkzaamheden van de H a a r l e m m e r wordt i n het onderstaande achtereenvolgens aandacht besteed aan de b o e k w i n k e l van Claes B r a a u en aan zijn drukkerij en uitgeverij (aan de h a n d van de fondsreconstructie). 'In 't Schrijffboeck' D e H a a r l e m s e katholieken v o r m d e n - zoals we eerder hebben laten zien - een omvangrijk deel van de stadsbevolking en daarmee een aantrekkelijke p o t e n t i ë l e afzetmarkt voor katholieke lectuur. B r a a u v o o r z a g i n een behoefte met de produktie van kerkboeken en andere devotionalia, bestemd voor de dagelijkse katholieke praktijk. H o e w e l hij als producent ook werkte voor collega-boekverkopers, lijkt het erop dat hij zich als boekverkoper beperkte tot de stedelijke markt. Braau's b o e k w i n k e l met het u i t h a n g b o r d ' I n 't Schrijffboeck', was gevestigd i n de K o r t e Begijnestraat. D e aanwezigheid van de twee grootste staties maakte de o m g e v i n g van deze straat tot H a a r l e m s katholieke buurt bij uitstek; het huis van B r a a u bevond zich niet alleen onder de rook v a n de belangrijke Sint-Jozefstatie, m a a r bovendien op steenworp afstand van ' D e Hoek', waar de kloppen actief werkten aan het levend houden en verbreiden van het katholieke geloof. D e situering van zijn w i n k e l is een aanwijzing dat B r a a u zich met zijn fonds richtte op zijn katholieke stadgenoten. I n de volgende paragraaf zullen we nader ingaan op de aard en samenstelling van zijn fonds i n relatie tot het beoogde publiek. H e t ligt voor de h a n d dat T n 't Schrijffboeck' behalve Braau's eigen uitgaven ook die van andere boekdrukkers werden verkocht. Helaas zijn er nauwelijks b r o n n e n bewaard gebleven die ons zouden k u n n e n informeren over dit deel van het aanbod. H a n d e l i n boeken vond rn deze periode normaliter plaats middels r u i l h a n d e l . N a a r alle waarschijnlijkheid zal B r a a u zich daartoe voornamelijk hebben gewend tot katholieke collega's als Frederik van M e t e l e n Johannes Stichter i n A m s t e r d a m , of Frans de Does i n L e i d e n ; ook als producent werkte bij met deze geloofsgenoten samen, zoals i n het vervolg zal blijken. O p deze manier k o n hij e n diversiteit aan 'catholica' bieden aan zijn plaatselijke klandizie. e
n
e
Daarnaast maakten ook werken van niet-religieuze aard deel uit van het winkelaanbod. Z o adverteerde de A m s t e r d a m s e uitgever Pieter S c e p é r u s i n de Amsterdamsche Courant v a n 20 november 1694 voor zijn uitgave van een Frans schoolboekje van Pierre M a r i n , dat mede l e
5 8
bekomen was bij B r a a u i n H a a r l e m . I n de Oprechte Haerlemsche Courant k o m e n we Braau's
naam enkele m a l e n tegen, wanneer catalogi van te houden boekveilingen i n A m s t e r d a m o f L e i d e n bij h e m verkrijgbaar z i j n .
59
V o o r a l s n o g zijn geen aanwijzingen gevonden dat B r a a u
P^kj^èlfals veilinghouder optrad. 5
8
L H . van Eeghen, De Amsterdamse boekhandel, 1680-1725 (5 dln; Amsterdam 1960-1978) III, 237. 249
De twee gezichten van Claes Braau
Het fonds van Claes Braau circa 1670-1707
In totaal hebben wij zo'n 90 verschillende drukken kunnen achterhalen, maar ongetwijfeld heeft Braau meer werken uitgegeven. De valse plaatsaanduidingen hebben ertoe geleid dat veel uitgaven moeilijk zijn terug te vinden. Bovendien is het gezien de aard van het fonds waarschijnlijk dat een aantal werken de tand des tijds niet heeft doorstaan. Veel van Braau's uitgaven waren - zoals in het onderstaande zal blijken - bedoeld voor dagelijks gebruik, waardoor de overlevering vaak gebrekkig is. Zo hebben we bijvoorbeeld slechts één almanak van Braau kunnen vinden, terwijl het voor de hand ligt dat hij deze boekjes jaarlijks aan zijn klanten aanbood. (Zie ook de 'Verantwoording' bij de fondsreconstructie). In de inleiding is al even aandacht besteed aan het katholieke karakter van de uitgaven van Braau die Burger onder ogen had gekregen. Het is daarom zinvol het fonds te verdelen in katholieke en niet-katholieke uitgaven, zodat het aandeel van de geestelijke lectuur in het totale fonds kan worden bepaald. Daarnaast hebben we de uitgaven voor zover mogelijk verdeeld naar bibliografisch formaat. In onderstaande staafdiagram zijn de resultaten weergegeven. 60
Het fonds van Claes Braau verdeeld in katholiek en nietkafholiek drukwerk, gerangschikt naar bibliografisch formaat.
35
T
lo
2o
4o
8o
12o
16o
Uit het diagram blijkt duidelijk dat de katholieke werken veruit in de meerderheid zijn: deze maken ongeveer 75% uit van de tot dusver achterhaalde drukken. Bovendien is het opmer59 In de Oprechte Haerlemsche lourant van 18 april 1679 adverteert de weduwe van J o a c h i m van Metelen voor een veiling van theologische boeken op 24 april, waarvan de catalogi o.a. bij Braau te verkrijgen zijn. Enkele jaren daarvoor (18 november 1677) adverteerde A d r i a e n van Gaasbeeck i n A m s t e r d a m eveneens voor een veiling waarvan de catalogi bij Braau verkrijgbaar waren. O o k voor een veiling in Leiden (adv. 11 september 1674) bij Johannes van Gelder, waren de catalogi bij Braau verkrijgbaar. 60 In het vervolg van deze paragraaf zal de almanak nader aan de orde komen.
250
D e twee gezichten van C l a e s B r a a u
kelijk dat het gros van de katholieke uitgaven is gedrukt i n 8 ° en 12°-formaat, terwijl het nietkatholieke deel van het fonds hoofdzakelijk i n andere formaten werd g e p r o d u c e e r d . 61
H e t niet-katholieke fonds van B r a a u k a n worden beschouwd als d r u k w e r k i n enge z i n . H i j was een ondernemer, die met het d r u k k e n van boeken zichzelf en zijn gezin moest zien te onderhouden. D e pers(en) moest(en) dus blijven draaien en o m dat te bewerkstelligen was B r a a u behalve als katholiek uitgever ook actief als ' b r o o d d r u k k e r ' (waarmee niet gezegd w i l zijn dat zijn 'katholieke' activiteiten als niet-commercieel moeten worden bestempeld). I n opdracht van collega-boekverkopers verzorgde hij de p r o d u k t i e van enkele niet-religieuze boeken. Daarnaast gaf hij ook gelegenheidsdrukwerk uit: dichtwerken ter gelegenheid v a n huwelijk of overlijden van stadgenoten, nieuwjaarsverzen voor een gilde of rederijkerskamer en sporadisch ook wel een plakkaat i n opdracht v a n de H a a r l e m s e overheid. I n 1684 drukte hij voor zijn stadgenoot J a n G e r r i t s z . G e l d o r p diens uitgave van De grond der meet-konst v a n G e r a r d K i n c k h u y s e n en verzorgde hij naar alle waarschijnlijkheid ook diens Verklaringe ende gebruyck van den altijdt-duerenden maen-wyser. E e r d e r i n de eeuw h a d Isaac van Wesbusch een d r u k v a n dezelfde werken verzorgd voor H a n s Passchiers van Wesbusch. D e vele kopergravures met meetkundige voorstellingen waren waarschijnlijk tegelijk met het kopijrecht i n bezit van G e l d o r p gekomen en werden door B r a a u o p n i e u w afgedrukt. 62
63
6
I n datzelfde j a a r drukte hij ook de Eerste nieuw iaers-gifi * voor het glazemakers-gilde i n H a a r l e m . U i t de laatste j a r e n van de eeuw is meer gelegenheidsdrukwerk van B r a a u overgeleverd, waaronder nieuwjaarsverzen v a n de rederijkerskamer D e W i j n g a a r t r a n c k e n ('Liefde boven a l ' ) en verscheidene 'lijk-dichten' en huwelijksdichten voor H a a r l e m s e n o t a b e l e n . 6 5
66
E e n curieuze plaats b i n n e n het niet-katholieke deel van het fonds wordt ingenomen door een ongedateerde uitgave van het gedicht Dool-hoff van de dichter die zich H . A . Hoejewilt placht te noemen. A c h t e r dit pseudoniem g i n g de doopsgezinde (!) rederijker H e n d r i c k A l bertsz. uit D e R i j p s c h u i l . D e z e Waterlander werd beschouwd als é é n der vooraanstaande dichters van zijn tijd; hij overleed i n 1667. B u r g e r was deze vreemde eend i n de katholieke bijt ook niet ontgaan. H i j wijdde een afzonderlijk artikel aan dit curieuze dichtwerk dat behalve o m de i n h o u d ook o m de typografische v o r m g e v i n g opmerkelijk is (zie A f b . 2 ) . D e verzen zijn zowel h o r i z o n t a a l als verticaal gezet i n de v o r m v a n een doolhof, dat al lezend kan worden betreden (en waarvan vele wegen uiteraard doodlopen). B u r g e r oppert - gezien het feit dat A l b e r t s z . i n 1667 overleed en B r a a u i n dat j a a r l i d werd van het gilde - dat het zou gaan o m het laatste werk van de dichter en 'tegelijk [...] een eerste proefstuk van de tech67
68
61 Nadrukkelijk moet worden vermeld dat het hier uitsluitend om (de n u bekende) verschillende drukken gaat en zeker niet om absolute produktiecijfers. O v e r de oplagen van de werken is namelijk niets bekend en bovendien is de omvang van de boeken evenmin verdisconteerd. D e figuur is alleen bedoeld om het verschil tussen katholiek en niet-katholiek drukwerk binnen het fonds van Braau op basis van het bibliografisch formaat te illustreren. 2 Fondsreconstructie, nr 168402. 63 Fondsreconstructie, nr 168403. Fondsreconstructie, nr 168401. Fondsreconstructie, nrs 169501, 169902, 170210. 66 Fondsreconstructie, nrs 169506, 169507, 169601. Albertsz. behoorde tot de zogenaamde Waterlanders van D e R i j p en wordt beschouwd als één der meest vooraanstaande dichters. H i j overleed i n 1667. Zie Piet Visser, Van offer tot opera. Doopsgezinden en kunst in de zeventiende eeuw. Tentoonstelling ter herdenking van de 350 jaar geleden tot stand gekomen vereniging van Vlaamse, Friese en Hoogduitse doopsgezinden te Amsterdam (Amsterdam 1989) 33-34 en Idem, Broeders in de geest. De doopsgezinde bijdragen van Dienck en Jan Philipsz. Schabaelje tot de Nederlandse stichtelijke literatuur in de zeventiende eeuw (Deventer 1988) 59, 78, 234-235. C . P . Burger, 'Dool-hoff, Tijdschrift voor boek- en bibliotheekwezen 4 (1906) 152-158. 6
6
4
6
5
6 7
6
8
251
D e twee gezichten van Claes B r a a u
69
nische vaardigheid van den d r u k k e r ' : de gildeproef die iedere boekdrukker moest afleggen o m l i d te k u n n e n worden van het gilde. Burgers v e r k l a r i n g k a n echter niet worden gehandhaafd. Zoals hierboven al is aangegeven h a d B r a a u met enige regelmaat leerjongens i n dienst en wel als bindersknechten. A l l e e n de gildemeesters die z e l f d e bindersproef h a d d e n afgelegd voor h u n toetreding tot het gilde, mochten vervolgens bindersknechten i n dienst nemen, zo70
als beschreven staat i n de gildekeur van het H a a r l e m s e boekverkopersgilde. B r a a u was weliswaar actief als drukker, m a a r stond blijkbaar ingeschreven als boekbinder en heeft dus waarschijnlijk helemaal geen drukkersproef afgelegd. L a t e r i n zijn c a r r i è r e (rond 1690) gaf B r a a u n o g een doopsgezind liedboekje uit, de Geur van geestelijcke specerijen van Frans H o e f n a g e l .
71
I n 1702 was B r a a u de uitgever v a n de St. Nierop. schrijf-almanach op het j a a r 1702, 'berek e n d ' door Pieter R e m b r a n d t s z . van N i e r o p en uitgegeven door de eveneens katholieke A m sterdamse boekdrukker Johannes Stichter (het 'St.' i n de titel verwijst naar zijn naam). Waarschijnlijk was Stichter ook de d r u k k e r van het almanakje, met u i t z o n d e r i n g v a n het zogenaamde 'bijwerk': achter de eigenlijke a l m a n a k (de kalender) meegebonden werkjes van é é n katern. H e t betrof onder andere kroniekjes, prognosticaties, werkjes ter l e r i n g en vermaak en praktische informatie (poortklokken, afvaartstijden v a n veer- en trekschuiten, etcetera). K o p e r s van een a l m a n a k k o n d e n deze naar eigen behoefte van bijwerk laten voorzien. H o e w e l B r a a u waarschijnlijk niet de d r u k k e r was v a n de eigenlijke almanak, is veel van het bijwerk wel uit zijn drukkerij a f k o m s t i g .
72
We mogen ervan uitgaan dat deze ene
overgeleverde almanak niet de enige was die B r a a u heeft uitgegeven. D e betreffende a l m a n a k was blijkens het stempelopdruk op de perkamenten b a n d bestemd voor de 'schouts-dienaer'. D e z e h a d de i n h o u d van het bijwerk d a n ook enigszins afgestemd op zijn stedelijke functie. Behalve de gebruikelijke kalender treffen we i n zijn boekje ondermeer De ed: gestrenge heeren van de Kryghs-raet en de De heeren XXXII
73
raden der stad Haerlem.
U i t de nadagen van Braau's l o o p b a a n dateert het Reglement en ordonnantie van de schippers en beurt-luyden, een aanplakbiljet dat werd gedrukt i n opdracht v a n de H a a r l e m s e o v e r h e i d .
74
Vermoedelijk heeft B r a a u veel meer v a n dergelijk efemeer d r u k w e r k geproduceerd, waarvoor geldt: hoe groter de oplaag, hoe kleiner het aantal overgeleverde exemplaren. De katholieke uitgaven V r i j w e l zonder u i t z o n d e r i n g zijn de boeken van katholieke signatuur v o o r z i e n van een valse plaatsaanduiding i n het impressum. H e t is deze categorie die bepalend was voor het bedrijf van B r a a u . Vele van deze uitgaven k u n n e n we rekenen tot het devotionele drukwerk, waar i n de 17e eeuw veel v r a a g n a a r was onder de verschillende religieuze groeperingen. D e laatste j a r e n is meer aandacht besteed aan de katholieke lectuur, met name door de Utrechtse 69 Burger, 'Dool-hoff', 158. 70 'Item, sullen die voorsz. Gilde-broeders elckanders A m b a c h t ende Neeringe wel indifferent mogen doen ende exerceeren, ende alsulcke Waren elcx verkoopen ende uytbruycken, als hem desen Gilde ende Neeringe aengaende vry staen sal, welverstaende dat een Boeck-drucker (de Proeve van 't Boeckbinden niet gedaen hebbende), niet sal vermogen Boeckbindersknecht te stellen, voor al eer die selfde by de Vinders daer toe gequalificeert bevonden is'. Geciteerd naar Briels, Zuidnederlandse boekdrukkers, Bijlage X I , 573. 71 Visser, Broeders in de geest, I, 271 en II, 124 (noot 324). 72 Fondsreconstructie, nr 170202. 73 Fondsreconstructie, nrs 170205 en 170206. 74 Fondsreconstructie, nr 170209. Mogelijk bieden de stadsrekeningen in het G A H meer duidelijkheid over Braau's werkzaamheden voor de stedelijke overheid.
252
D e twee gezichten van Claes B r a a u
75
kerkhistoricus C l e m e n s . H i j verrichtte onderzoek naar katholieke kerkboeken i n de periode 1680-1840. I n de j a r e n dat B r a a u actief was, zagen veel Noordnederlandse h e r d r u k k e n van de oorspronkelijk i n het z u i d e n verschenen werken het licht, voorzien van de bekende valse adressen. O o k i n het fonds van B r a a u treffen we dergelijke kerkboeken, die bedoeld waren voor dagelijks gebruik i n de katholieke praktijk. Tweemaal (in 1695 en 1707) verzorgde B r a a u een uitgave van de keer op keer herdrukte Christelyke onderwysingen en gebeden. Verder treffen we vele andere bekende katholieke auteurs, zoals de Utrechtse pastoor en theoloog A b r a h a m van der M a t (pseudoniem van A b r a h a m van B r i e n e n ) , wiens verschillende Meditatiën veelvuldig door B r a a u werden uitgegeven. O o k de boeken van B o n a , R o u c o u r t , H u y g h e n s , D e S m i d t en Nakatenus, zijn r u i m i n het fonds vertegenwoordigd. H u n werken werden stelselmatig herdrukt door Noordnederlandse katholieke boekdrukkers i n A m s t e r dam, R o t t e r d a m , U t r e c h t en L e i d e n . 76
77
78
A n d e r e werken waren bedoeld voor het katholieke onderwijs v a n j e u g d i g kerkvolk. B r a a u verzorgde een gecombineerde h e r d r u k van Heylige-daeghs schole van J o a n Fonck en H e y m a n Jacobi's Sondaeghs schole, welke vrijwel zonder u i t z o n d e r i n g gezamenlijk werden uitgegev e n . Evenals de eerder genoemde kerkboeken genoten ook deze schoolboekjes een grote Populariteit, zoals blijkt uit de vele h e r d r u k k e n die van de boekjes verschenen. Beide werken waren bedoeld voor gebruik i n het catechismusonderricht. I n zijn w i n k e l b o o d B r a a u ook andersoortige schoolboekjes te koop aan, zoals we reeds zagen. 79
80
M a a r het waren niet alleen nationale 'bestsellers' die B r a a u zijn H a a r l e m s e k l a n d i z i e voorschotelde; het lijkt erop dat hij met sommige titels uit zijn fonds een specifiek H a a r l e m s Publiek voor ogen had. Z o gaf hij twee m a a l (in 1680 en 1690) een herdruk uit van de Vloeyende Jonteyne van Nicolaes van M o n t m o r e n c y , een kerkboekje met gebeden voor maagden of klopp e n . V o r m d e n de H a a r l e m s e 'maagden van D e n H o e k ' de beoogde doelgroep van dit werkje? Hetzelfde kan m e n zich afvragen bij de verschillende uitgaven van Sermoenen van J a n de G r o o t , die priester was van de statie waartoe ook de 'maagden' behoorden, en ook De eg der suyverheyt van d'Hollantse maegden van W i l h e m Schoenius (1685) , lijkt bij uitstek geschikt te zijn voor een publiek van H a a r l e m s e k l o p p e n (zie A f b . 3 ) . 81
w
82
83
Veel van de genoemde werken speelden een belangrijke r o l b i n n e n de godsdienstigheid van zowel hoger als lager op de sociale ladder gesitueerde katholieken; het 'gebruikskarakter' a l t dan ook duidelijk van de werken af te lezen, waarbij moet worden aangetekend dat op basis van de overgeleverde exemplaren een enigszins vertekend beeld ontstaat. Boeken die een wellicht vermogende katholiek of katholieke instelling indertijd liet b i n d e n i n bijvoorbeeld het harde haaieleer, hebben een b e d u i d e n d grotere kans op overlevering d a n hetzelfde v
7
5 T h . H . J . Clemens, ' D e uitgavegeschiedenis van het kerkboek de Christelyke onderwysingen en gebeden ende implicaties ervan voor de geschiedenis van de vroomheid i n de Nederlanden (1685-1894), in: Archief voor de Geschiedenis van de Katholieke Kerk in Nederland 27 (1985) 215-253 en Idem, De godsdienstigheid in de Nederlanden in de spiegel van de katholieke kerkboeken 1680-1840 (2 dln; T i l b u r g 1988).
7
6 Fondsreconstructie, nrs 169502 en 170701. NNBW, I V , 302-303. Zie fondsreconstructie. 9 Fondsreconstructie, nrs 000007 en 000009. Zie over deze beide uitgaven P. Polman, ' H e y m a n Jacobsz. en zijn 'Sondaechs-schole" Archief voor de geschiedenis van de Katholieke Kerk in Nederland 7 (1965) 162-190. Ibidem. Zie hierover Clemens, De godsdienstigheid in de Nederlanden, I, 71.
1 1
7
7
8
8
8
0
1
8
2
8
3
Fondsreconstructie, nr 168502. Dat de Weg der suyverheyt van d'Hollantse maegden van W i l h e m Schoenius ook inderdaad i n het bezit is geweest van de doelgroep, blijkt ondermeer uit een aantekening in het Amsterdamse exemplaar: 'Bidt voor u meede suster J o a n n a M a r i a van Beest den 5 maij 1710'.
253
D e twee gezichten van Claes B r a a u
A f b . 5.
Gegraveerde titelpagina van Johannes
B o n a , Den leydtsman ten hemel (1671), fonds 167101
(Collectie Thomaasse,
Utrecht,
nr
WRT
49-247).
werk i n een goedkopere uitvoering (in perkamenten b a n d of zelfs zonder band, met een eenv o u d i g papieren omslag). D a t B r a a u z i c h richtte op de verschillende sociale lagen b i n n e n de katholieke gemeenschap moge blijken uit de wisselende 'presentatie' van de werken. H i j verzorgde uitgaven van uiteenlopende o m v a n g en typografie, al d a n niet g e ï l l u s t r e e r d met houtsneden of kopergravures. Z o werden de eerder genoemde zondagsschoolboekjes van Fonck en J a c o b i voorzien van houtsneden van Christoffel van S i c h e m II. Deze illustraties waren oorspronkelijk bedoeld voor 'T Schat der zielen, i n 1648 uitgegeven door de A m s t e r d a m s e boekdrukker Pieter Jacobsz. Paedts. D o o r hergebruik van de houtblokken was B r a a u i n staat deze werken op 84
een goedkope m a n i e r van illustraties te v o o r z i e n . A l s broodletter gebruikte B r a a u zowel gothische als romeinse lettertypen, waaruit k a n worden afgeleid dat hij respectievelijk een m i n d e r en meer geschoold publiek wilde bedienen. Behalve een relatief goedkope u i t v o e r i n g kregen de uitgaven van B r a a u ook een katholiek stempel, dat over de religieuze i n h o u d niets aan duidelijkheid te wensen liet. Z o werden de uitgaven vaak versierd met ornamenten met een katholieke symboliek (bijvoorbeeld een kroon-in-krans vignet of kleine houtsneden met het I H S - m o n o g r a m ) . B o v e n d i e n werden de werken steevast voorzien van een 'approbatie' (goedkeuring van de katholieke kerkmees-
84 Zie F.W. H . Hollstein, Dutch and Flemish etchings, engravings and woodcuts ca. 1450-1700 (Amsterdam 1949) X X V I I , 51-53. 254
D e twee gezichten van Claes B r a a u
85
ters; zonder deze toestemming mocht m e n niet tot publiceren overgaan) . O o k de aanwezigheid van een privilege i n enkele door B r a a u uitgegeven werken duidt op een bewust verkozen katholieke signatuur. Privileges waren i n de Noordnederlandse boekhandel bedoeld als een bescherming tegen nadruk door andere ondernemers. D e bij B r a a u aangetroffen p r i vileges waren van toepassing op Z u i d - N e d e r l a n d en dus niet als beschermingsmaatregel bedoeld, m a a r als een onderstreping van het katholieke k a r a k t e r .
86
D e approbaties i n Braau's
werken waren eveneens meestal van Zuidnederlandse oorsprong, m a a r i n sommige gevallen treffen we een toestemming van een censor voor een Noordnederlandse uitgave. H e t is des te opmerkelijker dat i n die gevallen toch de valse plaatsaanduidingen werden gehandhaafd.
87
H e t gebruik v a n A n t w e r p e n , L e u v e n of een andere zuidelijke stad als zogenaamde plaats van uitgave, maakt naar onze m e n i n g deel uit v a n de bewust verkozen katholieke u i t v o e r i n g van de boekjes. E r is geen enkele reden o m aan te nemen dat de mystificaties bedoeld waren o m hetzij de lezer hetzij het stadsbestuur op het verkeerde been te zetten. Integendeel. I n het geval van B r a a u is bovendien opmerkelijk dat hij zich i n H a a r l e m en i n zijn nietreligieuze d r u k w e r k afficheert als 'Claes Bra
O p 10 oktober 1682 lieten de drie ondernemers voor de H a a r l e m s e notaris V a n C a m p e n vastleggen dat zij met elkaar waren overeengekomen: o m i n compagnie te drucken het boeck genaemt de drie deelen van A l p h o n s e R o d r i q u e s ende dat n a de copije van J a c o b u s M o e n s tot A n t w e r p e n , i n 't welcke sij comparanten sullen dragen egale portien, lasten ende onkosten en verder wat hier i n mochte comen voor te vallen ende dat tot een getalle van yder vijff hondert exemplaren compleet, sijnde te samen 1500. 8
89
5
Zie Clemens, De godsdienstigheid, 26-28. *> Vergelijk Clemens, De godsdienstigheid, 25. Fondsreconstructie, nr 169302: in de Sermoenen van Jan de Groot (1693) is een approbatie uit datzelfde jaar van de Haarlemse kanunnik Theodorus Groenhout opgenomen. Antwerpen wordt als plaats vermeld. Leuven, De boekhandel in Amsterdam, 24-25. 9 De tekst van de notariële akte is weergegeven in Kleerkooper en Van Stockum II, 1386-1387. Vergelijk Leuven, De boekhandel in Amsterdam, 25, 62 en 64.
8
8
7
8
8
8
255
D e twee gezichten van Claes B r a a u
H e t betreft R o d r i g u e s ' Oefeninge der volmaecktheyt ende christelycker deugden, dat i n 1683 verscheen, waarschijnlijk met verschillende titelpagina's voor de verschillende uitgevers.
90
Dat
de afhandeling van de compagnie i n de n o t a r i ë l e akte tot i n detail werd vastgelegd, levert voor de hedendaagse onderzoeker interessante gegevens op. D e drie comparanten waren ieder voor é é n deel v a n het d r u k w e r k verantwoordelijk, waarbij B r a a u het derde (laatste) deel voor zijn rekening n a m .
9 1
Vervolgens moesten de 1500 exemplaren compleet worden
bijeengebracht ten huize van V a n M e t e l e n i n A m s t e r d a m , w a a r n a ieder zoveel exemplaren k o n afnemen als hij wilde voor 4 gulden per stuk (op straffe van een boete wanneer de betal i n g i n gebreke bleef). J a a r l i j k s moesten de comparanten bijeenkomen o m de f i n a n c i ë n (afhankelijk v a n de verkoop) o n d e r l i n g te regelen. M a a r de compagnie hield n o g meer i n . M e n sprak af dat de boeken ' i n h o o r n [perkament] gebonden' moesten worden en verkocht voor 5 gulden en 10 stuivers zonder sloten en 6 gulden m è t sloten. Ten slotte w e r d vastgesteld dat geen der comparanten m é é r d a n de afgesproken 500 exemplaren mocht produceren. M i d d e l s het aangaan v a n een dergelijke compagnie met vakbroeders was B r a a u i n staat duurdere uitgaven te financieren. H e t is d a n ook niet verwonderlijk dat verscheidene o m vangrijke produkties uit B r a a u ' s fonds ook de n a m e n van F r e d e r i k van M e t e l e n en J o h a n n e s Stichter dragen. Waarschijnlijk werden er i n die gevallen titel-uitgaven (dezelfde d r u k met een verschillend adres op de titelpagina) geproduceerd. Z o verscheen i n 1687 B r u n n e r s Korte legende ofte beschryvinge van de levens ende martyrie der heyligen, w a a r v a n zowel exemplaren m è t als zonder de n a a m v a n B r a a u bekend z i j n .
92
I n beide varianten treffen we echter een op-
dracht aan de A m s t e r d a m s e aartspriester en begijnenpastoor D a v i d van der M y e , gebroederlijk ondertekend door de drie ondernemers. D e enige tot dusver achterhaalde katholieke folio-uitgave van B r a a u , de Biblia sacra 93
(1690) , betreft eveneens een samenwerkingsverband met de A m s t e r d a m m e r s . O o k ditm a a l zullen de participanten ieder een deel van het d r u k w e r k voor h u n r e k e n i n g hebben gen o m e n . Z o k o n d e n de hoge kosten van deze omvangrijke produktie worden gedeeld en k o n B r a a u zonder al te groot financieel risico een dergelijk d u u r boek aan welgestelde katholieken b i n n e n zijn k l a n t e n k r i n g aanbieden. M a a r niet alleen i n het geval van omvangrijke, kapitaalintensieve produkties werd er samengewerkt. Tijdens het bibliografisch onderzoek viel op dat veel werken die werden gedrukt door B r a a u i n hetzelfde j a a r ook verschenen met de n a m e n van andere N o o r d n e d e r landse katholieke ondernemers. B o v e n d i e n werd i n enkele b i b l i o g r a f i e ë n m e l d i n g gemaakt van een typografisch ornament (het zogenaamde 'kroon-in-krans-vignet, zie illustratie) op de titelpagina, dat ook de titelpagina's van vele Braau-uitgaven siert. D a t is bijvoorbeeld het geval bij het eerder genoemde kerkboekje Christelyke onderwysingen ende gebeden, waarvan de publikatiegeschiedenis is nagegaan door C l e m e n s .
94
Afgaande op
de titelpagina werd de negende d r u k van dit werk i n 1695 i n Brussel door E . H . F r i c x voor B r a a u gedrukt. Z o n d e r twijfel was het B r a a u zélf die het boekje drukte, m a a r i n hetzelfde j a a r verscheen ook een uitgave van de negende d r u k voor de Utrechtse katholieke boekverkoper A . vanden E y n d e n (eveneens met de n a a m v a n F r i c x i n het impressum). O p de titelpagin a prijkt het bekende kroon-in-krans v i g n e t ! 90 91 92 93 94
95
Hetzelfde is aan de h a n d bij de tiende d r u k
Fondsreconstructie, n r 168305. Fondsreconstructie, nr 168305. Fondsreconstructie, nr 168701. Fondsreconstructie, nr 169001. Clemens, ' D e uitgavegeschiedenis van het kerkboek', 215-253.
256
D e twee gezichten van Claes B r a a u
die opnieuw op n a a m van F r i c x werd gedrukt voor B r a a u en V a n d e n E y n d e n . Was het B r a a u die van beide d r u k k e n zowel uitgaven verzorgde met zijn eigen n a a m i n het i m p r e s s u m als die van zijn Utrechtse collega? E e n vergelijking v a n het zetsel van de uitgaven z o u i n dit geval uitkomst k u n n e n bieden, m a a r was vanwege de verblijfplaats van de zeldzame overgeleverde exemplaren vooralsnog niet m o g e l i j k .
96
E e n m a a l attent op de mogelijkheid k w a m e n verscheidene andere uitgaven i n aanmerking. E e n vergelijking van Braau's uitgave van V a n Brienens Meditatiën
tot de H. Communie
(1669) met de uitgave van de Leidse d r u k k e r en boekverkoper Frans de Does, wees uit dat hier inderdaad sprake is van twee identieke d r u k k e n , waarbij alleen de n a a m van de boekverkoper i n het i m p r e s s u m is aangepast. O p grond van het gebruikte typografisch materiaal moet worden geconcludeerd dat beide uitgaven afkomstig zijn uit Braau's drukkerij. H e t zelfde k a n gezegd worden van de Dagelijcksche meditatiën (1683); behalve zijn eigen editie druk9 7
te B r a a u ook een oplaag voor de A m s t e r d a m s e boekverkoper F r e d e r i k van M e t e l e n en m o 98
gelijk ook voor Johannes S t i c h t e r . M e t beide A m s t e r d a m m e r s werkte B r a a u tezelfdertijd in de v o r m v a n een compagnie samen. 95 D i t geldt ook voor W i l h e l m u s Nakatenus' verscheen, beide met het kroon-in-krans In de meeste gevallen biedt de toepassing titeluitgaven te kunnen achterhalen. Zie 9
6
9
7
Hemels palm-hof, dat i n 1697 zowel voor Braau als voor Frans de Does vignet op de titelpagina (fonds nrs 169701 en 169702). van de STCN-vingerafdruk voldoende mogelijkheden om eventuele ook de verantwoording bij de fondreconstructie.
Fondsreconstructie, nr 168303. 98 Fondsreconstructie, nr 168304.
257
D e twee gezichten van Claes B r a a u
I n dit kader was het niet mogelijk o m alle uitgaven die misschien als titeluitgave door B r a a u zijn geproduceerd te onderzoeken. We hebben ons moeten beperken tot enkele steekproeven. H o e w e l aan het e i n d van de 17e eeuw verscheidene katholieke boekdrukkers actief waren, is het waarschijnlijk dat het fonds v a n B r a a u n o g met een aantal 'nieuwe' d r u k k e n moet worden uitgebreid. B o v e n d i e n is niet ondenkbaar dat collega's als F r e d e r i k van M e t e len en Johannes Stichter op h u n beurt titeluitgaven van h u n eigen d r u k w e r k e n voor Claes B r a a u produceerden. Voorbeelden daarvan hebben we echter n o g niet aangetroffen.
Een katholieke ondernemer in Haarlem W a n n e e r we de werkzaamheden van B r a a u overzien, d a n k o m e n daarbij duidelijk twee gezichten van de ondernemer n a a r voren. In de eerste plaats uiteraard het katholieke, dat tot u i t i n g komt i n de vele devotionele uitgaven, gericht op een gelovig publiek. D a t het hier ten dele een lokaal publiek betreft, is i n dit onderzoek duidelijk geworden. D e v r a a g rest o f Braau's uitgaven ook bestemd waren voor een Z u i d n e d e r l a n d s publiek; concrete aanwijzingen hiervoor o n t b r e k e n . " B r a a u geeft de werken een nadrukkelijk katholiek stempel; met name door te suggereren dat de boekjes i n een Zuidnederlandse plaats werden gedrukt voor of door 'Nicolaes B r a a u ' , m a a r ook de afgedrukte approbaties, privileges en ornamenten onderstrepen het katholieke karakter. H e t maakt allemaal onderdeel uit van de uitgeversstrategie waarmee hij trachtte het katholieke publiek i n H a a r l e m aan z i c h te b i n d e n . D a t B r a a u zich bij uitstek richtte op die categorie kopers blijkt evenzeer uit het feit dat zijn boekwinkel was gelegen i n de belangrijkste katholieke b u u r t van H a a r l e m . B r a a u voorzag de katholieke lezers i n H a a r l e m van kerkboeken en andere geestelijke lectuur, die blijkens de vele h e r d u k k e n grote populariteit genoten bij het katholieke publiek. Naast deze algemene 'religieuze bestsellers' bracht B r a a u ook werken uit die specifiek gericht lijken te zijn op een H a a r l e m s publiek v a n kloppen. M a a r behalve het omvangrijke religieuze uitgeversfonds treffen we ook een aantal nietkatholieke werken aan. Z i j bepalen het tweede gezicht van B r a a u : dat v a n de H a a r l e m s e 'brooddrukker'. H o e w e l Braau's aandacht vooral naar eerstgenoemde categorie zal zijn uitgegaan, was hij een ondernemer, die zich omwille van de commercie ook bezighield met het d r u k k e n van gelegenheidsdrukwerk voor plaatselijke personen en instellingen of d r u k w e r k i n opdracht van H a a r l e m s e collega-boekverkopers. We moeten bovendien niet vergeten dat veel van het dagelijkse d r u k w e r k als doop- en begraafbiljetten, plakkaten en andere efemera, niet of nauwelijks bewaard is gebleven. H e t is d a a r o m onmogelijk n a te gaan i n hoeverre de produktie daarvan van belang was voor de verschillende ondernemers. H e t opdrachtdrukwerk b i n n e n het fonds van B r a a u k a n i n werkelijkheid een b e d u i d e n d groter deel hebben uitgemaakt van de bedrijfsvoering. Zowel met zijn drukkerij als zijn uitgeverij en b o e k w i n k e l n a m B r a a u b i n n e n het H a a r lemse boekbedrijf een zeer aanzienlijke plaats i n , met name i n de j a r e n r o n d de eeuwwisseling. N a een b e n o e m i n g als v i n d e r van het boekverkopersgilde volgde zelfs een aanstelling
99 E e n mogelijke aanwijzing voor het bestaan van dergelijke export: blijkens een contemporaine aantekening op de titelpagina van Felix Camps Geestelycke Trompet (fonds n r 168602) behoorde dit boekje tot de bibliotheek van een minderbroederklooster i n Antwerpen. Later kwam het terecht i n de bibliotheek van het Weertse minderbroederklooster, welke boekerij thans deel uitmaakt van de Collectie Thomaasse. 258
De twee gezichten van Claes Braau
als deken, wat als tekenend mag worden opgevat voor het respect en aanzien dat hij bij zijn vakbroeders genoot. Braau's werkzaamheden voltrokken zich echter niet uitsluitend binnen het Haarlemse circuit. Net zoals zijn doopsgezinde collega's dat in de 'dageraad van de Gouden Eeuw' reeds hadden gedaan, zocht ook Braau nadrukkelijk de samenwerking met katholieke vakgenoten elders in de Republiek. Met tal van katholieke drukkers en boekverkopers - vooral de A m sterdammers Johannes Stichter en Frederik van Metelen - onderhield Braau intensieve contacten. Behalve voor zichzelf, drukte Braau regelmatig 'titeluitgaven' van zijn uitgaven voor vakbroeders en om de uitgave van omvangrijkere produkties te kunnen financieren ging hij met genoemde Stichter en Van Metelen enkele malen een compagnie aan, waarbij nauwgezette afspraken werden gemaakt over produktie, uitvoering, prijs en verkoop van het betreffende werk. 100
Claes Braau heeft kunnen profiteren van het tolerante klimaat, dat kenmerkend was voor de Haarlemse samenleving in de 17e eeuw. Binnen de plaatselijke boekhandel kon zowel de ondernemer als de katholieke uitgever zich ontplooien, zonder dat het gereformeerde stadsbestuur tegen deze officieel verboden lectuur optrad. Zo eenvoudig als het voor ons is om de twee gezichten van Braau te achterhalen, moet dat ook voor zijn tijdgenoten zijn geweest. De valse plaatsaanduidingen die in het begin van deze eeuw de aandacht trokken van de Amsterdamse bibliothecaris Burger, waren dan ook niet bedoeld tot misleiding van het stadsbestuur. Ze maakten veeleer deel uit van de strategie van de uitgever, welke er op gericht was het aanzienlijke potentieel aan katholieke kopers in Haarlem voor zijn uitgaven te winnen. De valse adressen in de boeken waren nu eens niet bedoeld om de herkomst ervan te verhullen, maar juist om hun katholieke aard te onderstrepen.
100 N a afronding van dit artikel hebben we met een nieuwe kant van Braau kennisgemaakt: hij blijkt i n de periode 1674-1703 lid te zijn geweest van de Haarlemse rederijkerskamer De Wijngaartrancken, ook bekend onder haar zinspreuk 'Liefde boven al'. D e nieuwjaarsverzen van de kameristen R i c h a r d Brakenburg, A d r i a a n van H o u ten en Nicolaas Verbeek, die we hierboven als gelegenheidsdrukwerk omschreven, heeft Braau dus als kamerbroeder uitgegeven (fondsreconstructie nrs 169501, 169504, 169902 en 170210). Binnen D e Wijngaartrancken heeft hij verschillende functies bekleed: Braau werd viermaal hoofd (keizer en prins, vooral erebaantjes), zesmaal bestuurslid (raad en vinder) en tweemaal was hij als factor met de leiding over de literaire activiteiten belast. D i t nieuwe aspect zullen we uiteraard betrekken i n de voortzetting van ons onderzoek.
259
D e twee gezichten van Claes B r a a u
Bijlage Het fonds van Claes Braau Een checklist van zijn uitgaven (circa 1670-1707)
I Verantwoording O m een goed beeld te verkrijgen van het boekbedrijf van Claes Braau, is een gedegen reconstructie van diens fonds onontbeerlijk. In onderhavige 'checklist' van Braau's uitgaven hebben wij getracht een zo volledig mogelijke lijst samen te stellen op basis van de beschikbare bibliografische naslagwerken en onderzoek in bibliotheken. Daar moet echter bij worden vermeld dat de specifieke problemen die optreden in verband met de vele valse plaatsaanduidingen in de impressa ertoe hebben geleid dat de gebruikelijke 'kanalen' onvoldoende mogelijkheden bieden voor een representatieve reconstructie van Braau's uitgeverij. Veel katholieke uitgaven zijn vanwege hun religieuze inhoud in gespecialiseerde collecties terechtgekomen, zoals bibliotheken van kloosters, seminaries of andere katholieke instellingen. Het was niet mogelijk om in al deze bibliotheken op zoek te gaan naar Braau-uitgaven, maar we hebben wèl gezocht in de zogenaamde Collectie Thomaasse in Utrecht. Daarin is het voormalige boekenbezit van de franciscaner kloosters Alverna, Venray en Weert bijeengebracht alsmede de studiebibliotheken van de voormalige katholieke opleidingsinstituten Dijnselburg en Rijsenburg. In de Collectie Thomaasse troffen we een groot aantal Braau-drukken, maar het is niet onwaarschijnlijk dat andere bibliotheken nog onbekende Braau-titels of-drukken bevatten. Daarbij moet met name worden gedacht aan de grote, vooralsnog nauwelijks ontsloten Jezuïeten-collectie in Maastricht en de bibliotheek van het Ruusbroec-Genootschap in Antwerpen. Hetzelfde geldt in mindere mate ook voor particuliere collecties. Tijdens het onderzoek werd duidelijk dat Braau niet alleen met een valse plaatsaanduiding boeken drukte voor zijn eigen bedrijf, maar dat hij tevens (titel-) uitgaven verzorgde voor katholieke collega's elders in de Republiek (met name Frederik van Metelen en Johannes Stichter in Amsterdam). Door toepassing van de STCN-vingerafdruk kunnen titeluitgaven gemakkelijk als zodanig worden herkend door vergelijking met de uitgave met Braau's naam in het impressum (de vingerafdruk is in die gevallen immers hetzelfde). Hiermee is eens te meer duidelijk dat het opnemen van de vingerafdruk in een standaardbeschrijving geen bibliografisch hobbyisme is, maar dat het concrete resultaten kan opleveren voor boekhistorisch onderzoek. Het was in dit kader echter onmogelijk om alle mogelijke Braaudrukken met in het impressum de naam van een katholieke collega te controleren. Bovendien is het heel waarschijnlijk dat van sommige werken wel de titeluitgave, maar niet de oorspronkelijke Braau-editie is overgeleverd. Het achterhalen van deze categorie vergt een typografisch onderzoek, waarbij het in de 'mogelijke Braau-drukken' gebruikte typografisch materiaal (illustraties, drukkersmerken, ornamenten, lettermateriaal, etc.) wordt getoetst aan het reeds bekende materiaal uit Braau's drukkerij. Het aantal uitgaven dat voor een dergelijk onderzoek in aanmerking komt alle drukken van katholieke werken met de naam van een andere drukker/boekverkoper in het impressum, daterend uit de periode 1670-1707 - is echter zeer groot. Een dergelijk veelomvattend en tijdrovend onderzoek is thans ondoenlijk, maar zal eenvoudig uitvoerbaar zijn na voltooiing van het S T C N project. De hier gepresenteerde lijst van uitgaven zal in de komende tijd worden uitgebreid en uitgewerkt als onderdeel van de Bibliografie van Haarlem 1600-1700 , waaraan thans door mij [GV] wordt gewerkt in het kader van een dissertatie-onderzoek naar de Haarlemse boekcultuur in de Gouden Eeuw. Ik zou het om die reden zeer op prijs stellen wanneer particuliere of institutionele bezitters van ontbrekende of anderszins belangwekkende Braau-uitgaven zich kenbaar zouden willen maken zodat de fondsreconstructie van Braau's uitgeverij kan worden gecompleteerd (adres: G . Verhoeven, Vakgroep Nederlands R U L , Postbus 9515, 2300 R A Leiden, tel. 071-272122).
260
D e twee gezichten van Claes B r a a u
Uitgangspunt voor de fondsreconstructie was een zogenaamde 'download' van Braau-uitgaven uit de S T C N {Short Title Catalogue Netherlands). In dat bibliografische bestand is reeds het (17e-eeuwse) bezit verwerkt van zowel de Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenhage als de Universiteitsbibliotheek in A m sterdam (en momenteel wordt gewerkt in de Leidse Universiteitsbibliotheek). Dit leverde ongeveer 40 verschillende drukken op. Deze door STCN-medewerkers vervaardigde beschrijvingen zijn te herkennen aan de vindplaatsen van de betreffende drukken ( U B A en K B H ) . Deze lijst is vervolgens uitgebreid middels bibliografisch onderzoek in de grote bibliotheken ( K B H , U B A , U B L , U B U ) , de rijke collectie van de Stadsbibliotheek Haarlem en de genoemde Collectie Thomaasse in Utrecht. Daarnaast werd gebruik gemaakt van de zogenaamde apparaten Enschedé en Van Stockum (aanwezig op de zaal Z K W van de Amsterdamse Universiteitsbibliotheek) en van bibliografieën en catalogi, welke hieronder zijn vermeld. Het gehanteerde beschrijvingsmodel is gebaseerd op dat van de S T C N , zoals beschreven in de Handleiding voor de medewerkers aan de STCN (tweede herziene druk, 's-Gravenhage 1988), waarbij de Engelstalige afkortingen in onderhavige lijst zijn vertaald in het Nederlands. Voor een verantwoording van de toegepaste beschrijvingsregels verwijzen we naar de genoemde STCN-handleiding; afwijkingen van de STCN-regels zijn hieronder aangegeven. De standaardbeschrijving bevat de volgende onderdelen: 1 • hoofdwoord [vet] 2. korte titel 3. auteursvermelding [curs.] 4. vermelding van uitgave [curs.] 5. impressum 6. collatie 7. annotatie [curs.]
(Handleiding STCN, (Handleiding STCN, (Handleiding STCN, (Handleiding STCN, (Handleiding STCN, (Handleiding STCN, (Handleiding STCN,
par. par. par. par. par. par. par.
14-35) 36-40) 41) 42-45) 46-55) 56) 57)
Het onderscheid tussen 'incorporates' en 'contains' zoals dat bij de S T C N wordt gemaakt, is achterwege gebleven. In beide gevallen is gekozen voor de term 'bevat' (resp. 'onderdeel van'), wanneer er sprake is van onderdelen onder een gemeenschappelijke titel die redelijkerwijs ook apart kunnen voorkomen (in de regel wanneer er een afzonderlijke titelpagina is). In de annotatie is aangegeven op welke plaats in het complete werk de delen beginnen. Deze (onder)delen zijn ook afzonderlijk in de fondslijst opgenomen, met verwijzing naar het hoofdwerk. In geval van twijfel zijn de delen apart vermeld. C o l latie en vingerafdruk van het hoofdwerk hebben steeds betrekking op het complete werk (inclusief de ook afzonderlijk vermelde werken). 8. vingerafdruk (VA) (Handleiding STCN, par. 83-87) 9 bibliografische verwijzing (LIT.) De verkorte aanduidingen verwijzen naar bibliografieën en catalogi die zijn opgenomen in de lijst van geraadpleegde werken (par. II). 1 0
vindplaatsen ( E X X . )
Met behulp van afkortingen is aangegeven waar zich exemplaren van de betreffende druk bevinden. De met een asterisk (*) gemarkeerde exemplaren zijn in het onderzoek betrokken en gecontroleerd °P mogelijke afwijkingen van andere exemplaren. Wanneer het betreffende werk deel uitmaakt van een convoluut, is dat tussen haakjes achter de vindplaats aangegeven. Voor de volledigheid is al het bijwerk dat is meegebonden achter Braau's almanak (nr. 170202) afzonderlijk opgenomen in de fondslijst, ook wanneer Braau daarvan niet (of niet zeker) de drukker is (het betreft de nrs. 170203, 170204 en 170208). Bovendien zijn ook enkele twijfelachtige Braau-drukken vooralsnog in de lijst opgenomen. Beide categorieën zijn gemarkeerd door rechte haakjes om het hoofdwoord ([...]).
261
De twee gezichten van Claes Braau
Informatie over aangetroffen illustraties, typografie en andere nadere gegevens over de uitgaven zijn in dit kader achterwege gelaten. Braau-uitgaven die wel uit secundaire literatuur bekend zijn, maar waarvan geen exemplaar door ons is geraadpleegd, zijn zo veel mogelijk beschreven naar de S T C N norm, ondanks het feit dat het STCN-model is bedoeld voor beschrijvingen op basis van autopsie. De uitgaven waarvan het jaar van uitgave bekend is, zijn gerangschikt in een chronologische lijst en de ongedateerde uitgaven in een afzonderlijke lijst.
II Fondsreconstructie Bona, Johannes (167102) Den kortsten wegh tot Godt. Leuven [= Haarlem], N . Braau, [1671], 12°: L - O P . Onderdeel 1669 van: J. Bona, Den leydtsman ten hemel, z.j. [ = 167101]. Brienen, Abraham van (166901) Meditatiën tot de H . Communie, op alle gebode V A . : 000012 - b l L 6 eg : b2 P3 ijn$ feest-dagen des iaers. Door Abraham van der Mat [ps. LIT.: B C N I 13562 van Abraham van Brienen]. Antwerpen [ = HaarE X X . : * U B A 2760 H 43 (conv.); A B R G ; lem], v. N . Braau, [1669]. 8°: * A - T . Andere uitga- * U B U C T W R T 49-247 (conv.). ve van 166902. 1674 V A . : 000008 - al *2 $T : a2 *5 rdig - bl A n : b2 T5 $ge Camp, Felix (167401) LIT.: B C N I 12576 E X X . : " U B A 1078 D 34; A B R G ; * U B U C T W R T Christelycke en geestelycke handt. Door V. V. C. 54-138 (conv.). f = Felix Camp]. Antwerpen [= Haarlem], v. N . Braau, 1674. 8 ° : * A - V X * . V A . : 167408 - a l *3 $u : a2 *5 en - bl A K : *b2 Brienen, Abraham van (166902) X e Meditatiën tot de H . Communie, op alle gebode feest-dagen des iaers. Door Abraham van der Mat [ps. L I T . : Burger(1905), p. 195; B C N I 13147; Goyens, van Abraham van Brienen]. Antwerpen [ = Haar- p. 379. lem], v. [Leiden] F. de Does, [1669]. 8 ° : * A - T . E X X . : * U B A 1079 J 4; * S B H 283 F 29; A B R G ; Titel-uitgave van 166901. * U B U C T W R T 59-458. VA. : 000008 - a l *2 $T : a2 *5 rdig - bl A n : b2 1675 T5 $ge E X X . : " U B U C T W R T 54-130 (conv.). Bona, Johannes (167501) 1671 Testament ofte bereydinge tot der doodt. Leuven [= Haarlem], Braau, 1675. LIT.: B C N I 13322 Bona, Johannes (167101) Den leydtsman ten hemel, inhoudende 't mergh E X X . : A B R G ; U B U C T W R T 49-247. van de lessen der H . oudtvaderen en vermaerde philosophen. Door Johannes Bona. Vert. uit het La- Seneca (167502) tijn. Verb. uitg. 6e dr. Loven [= Haarlem], dr. N . Seneca 's eerste rey in Hyppolitus, gezongen ter Braau, (A5v: 1671). 12°: A - O P . Bevat: (t.p. bruiloft van Sr. Cornelis de Graet, en Juffr. C a Llr) J. Bona, Den kortsten wegh tot Godt, z.j. f = tharina Guldewagen. Haerlem, C . Braau, 1675. 4°: A [B] . 167102]. V A . : 167504 - *bl = b2 A3 lie V A . : 000012 - b l A2 s$me : b2 P3 ijn$ LIT. : Ekama 265 LIT. : B C N I 12786 E X X . : * U B L 1197 B 37 (conv.); G A H 23 A 11. E X X . : * U B A 2760 H 43 (conv.); A B R G ; O B C ; * U B U C T W R T 49-247 (conv.). Gedateerde uitgaven:
1 2
8
8
8
8
1 2
8
6
4
262
6
8
6
De twee gezichten van Claes Braau
1676
1680
Brienen, Abraham van (167601) Montmorency, Nicolaes van (168001) Meditatiën tot de heylige communie, op alle de Vloeyende fonteyne der liefde vol aller lieffelijcsondagen des jaers. Door Abraham van der Matt [ps. ker oeffeningen ende devote gebeden. Door Nicovan Abraham van Brienen]. 2e verb. dr. Antwerpen, laes van Montmorencygrave van Stegers. [Vert. door A. dr. J . Woons, Haerlem, bvk. N . Braau, 1676. 8 ° : * van Meerbeeck]. Loven [= Haarlem], N . Braau, A-2N . 1680. 12°: A - 2 B . VA. : 167608 - a l ,3 v : a2 *5 t. - bl A ,$ : b2 2 M 5 V A . : 168012 - b l A 2 estel : b2 2B7 ick$do en,gev LIT.: B C N I 13927; Clemens (1988), dl. II, nr. 599U T . : Burger (1905), p. 193; B C N I 13466 010; E X X . : * U B A 1071 J 16; A B R G ; * U B U C T A L V E X X . : * U B A O K 67-45; * U B U C T A L V 69-82; 69-161. A B R G (2 exx.); H B N . 8
8
12
Poirters, Adriaan (167602) Mysterie van den godts-dienst der H . misse. Haerlem, v. N . Brau, 1676. 12°: [ A ] B - D E . V A . : 167612 - b l B k : b2 E3 $d LIT.: B C N I 13522. E X X . : * U B A 1066 G 5.
Roucourt, J. (168002) Aenleydinge tot het oprecht geloove. Door J.R.P. [ = J. Roucourt] 10e dr. Loven [= Haarlem], N . Braau, 1680. 12°: A - F G H - L M . Bevat: (tp. Dlr) J.R.P., Aenleydinge tot een christelijcke hoope, 1680. [ = 168002] (tp. Hlr) G.H.S.T.D., Aenleydinge tot de waerachtige Liefde Godts, 1680 1677 [ = 168002]. V A . : 168012 - bl A2 rge : b2 C7 en$ LIT.: Catalogus 1913, nr. 138; B C N I 13942. Bona, Johannes (167701) E X X . : * S B H 130 C 28 (conv.); M B J . Regels en beginselen van het christelyck leven. Door Joannes Bona. Vert. uit het Latijn in het Nederlands. Loven [= Haarlem], dr. N . Braau, [1677]. Roucourt, J . (168003) 12°: JC A - N . Aenleydinge tot een christelijcke hoope. Door VA.: 000012 - b l A 2 oren : b2 N7 Lae J.R.P. [ = J. Roucourt] 10e dr. Loven [= HaarU T . : Burger (1905), p. 195; B C N I 13561. lem], N . Braau, 1680. Onderdeel van: J. Roucourt, E X X . : * U B A 2760 H 43 (conv.); * U B A 2500 G 32 Aenleydinge tot hei oprecht geloove, 1680. [ = 168004]. (conv.); A B R G ; * U B U C T W R T 49-247 (conv.). 12°: D - F G . VA.: 168012 - b l D2 de$ : b2 G4 n$be Kempis, Thomas a (167702) LIT.: B C N I 13943 [gegr. tp.] De naervolginghe Christi. Door Tomas a E X X . : * S B H 130 C 28 (conv.); M B J . Kempis. Gered, doorHeribertusRosweidus. Loven [ = Haarlem], v. N . Braau, 1677. 16°: A - 2 K . Huyghens, G. (168004) V A . : 167716 - b l A 2 t$o : b2 2K5 en$ Aenleydinge tot de waerachtige liefde godts. Door LIT.: Burger(1905), p. 195; B C N I 13648; DeBacG.H.BVK. T.D. [= G. Huyghens] 10e dr. Loven ker 2406; Audenaert 0271. [= Haarlem], N . Braau, 1680. Onderdeel van: J. E X X . : " U B U C T A L V 76A-60; U B U C T A L V Roucourt, Aenleydinge tot het oprecht geloove, 1680 [ = 76A-120; U B U C T A L V 76A-66; U B U C T W R T 168004]. 12°: H - L M . 53-88. VA.: 168012 - b l H 2 nde$ : b2 M 4 $Lied LIT.: B C N I 13910. Kleine (167703) E X X . : * S B H 130 C 28 (conv.); M B J . De kleyne geestelycke wynpersse. Antwerpen [ = Haarlem], v. N . Braau, [1677]. Roucourt, J . (168005) LIT.: B C N I 13655; Van Buijtenen, p. 104; Aenleydinge tot de deught van penitentie. Door EXX.: LBJ. J.R.P. [ = f - Roucourt] 7edr. Haerlem, C. Braau, [c. 1680]. 12°: A - D ' E . V A . : 000012 - b l A2 en : b2 E3 yt$d LIT.: B C N I 13945 E X X . : * S B H 130 C 28 (conv.); M B J . 12
1
1 2
6
1 2
6
1 2
6
1 2
1 2
6
8
1 2
2
6
6
263
D e twee gezichten v a n Claes B r a a u
Aanleiding (168006) Aenleydinge tot de zalige vreese godts. lOedr. L o ven [= Haarlem], N . Braau, 1680. 12°: A ( A 1 1 12 blanco). V A . : 168012 - b l A 2 t$af : b2 A 7 oet$ E X X . : * S B H 130 C 28 (conv.). 12
Haarlem], N. Braau, 1683 [ = 168302]. V A . : 168308 - a l ,2 $or : a2 »5 er$ - b l A , : b2 2S5 dew LIT.: B C N I 14277. E X X . : * U B A 1079 E 7; * U B U C T A L V 68-140.
Smidt, Franciscus de (168304) Dagelijcksche meditatiën voor het geheel iaer. Door Franciscus de Smidt. 7e Verb. dr. Antwerpen [ = Haarlem, C . Braau?], v.J. Stichter, 1683.8°: * A - 2 S . Brienen, Abraham van (168101) Meditatiën tot de H . communie. Door Abraham Titeluitgave van de uitgave Antwerpen [ = Haarlem], N. van der Mat [ps. van Abraham van Brienen]. Loven [ =Braau, 1683 [ = 168302]? LIT.: Van Buijtenen, p. 103. Haarlem], N . Braau, 1681. 8 ° : JC, * A - T . V A . : 168108 - a l *2 e : a2 *5 en - b l A $ : b2 T 4 OPM.: Van deze uitgave hebben we geen exemplaar seyt$ in handen gehad, maar op basis van de beschrijving in Van Buijtenen is het vermoeden gerechtLIT.: Burger (1905), p. 193; B C N I 13979. vaardigd dat het ook in dit geval gaat om een titeE X X . : * S B H 130 C 31; * U B A , O K 91-110. luitgave, gedrukt door Braau voor Johannes Stichter in Amsterdam. 1682 1681
8
8
8
8
Rodrigues, Alphonso (168305) Oeffeninge der volmaecktheyt. Door Alphonsus Rodrigues. Vert. door P. Iacobus Susius (dl. 1 en 3) en P. Marcus van den Tympel (dl. 2). Laatste verb. uitg. Antwerpen [ = Haarlem/Amsterdam], v. [F. van M e telen,] J . Stichter [en C . Braau], 1683. dl. 1: 8 ° : a A - 2 X Y . dl. 2: 8 ° : * A - 2 T 2 V . 1683 dl. 2: 8 ° : TI A - 2 N 2 0 . VA: 1168308 - a l a3 e$e : a2 a5 es - b l A $ : b2 Nieuwe (168301) 2Y3 eer 2168308 - al = a2 *2 des - bl A t - b2 Het Nieuwe Testament ons salighmaeckers Jesu 2V3 riere 3168308 - *al = a2 Godt $yv - b l A Christi. Antwerpen, M . Cnobbaert, [Haarlem], se : b2 2 0 2 dt$u$li v. N . Braau, 1683. 8 ° : * A - 2 F 2 G . LIT.: Flament, p. 86. V A . : 168308 - *al «3 ed : a2 . 5 ell - bl A : b2 2G3 E X X : " U B U C T , A L V 67-99, 100 en 101; U B A . nver O P M . : Dit driedelige werk gaf Braau uit in comLIT.: Poortman I, p. 237; B C N I 14282. pagnie met zijn Amsterdamse, katholieke collega's EXX.: OBC. Johannes Stichter en Frederik van Metelen (meer over deze compagnie in het artikel). Gezien de geSmidt, Franciscus de (168302) Dagelijcksche meditatiën voor het geheel iaer. Door bruikte initialen drukte Braau waarschijnlijk deel Franciscus de Smidt. 7e Verb. dr. Antwerpen [= Haar-3 (zie o.a. A i r , initiaal H ) , met uitzondering van lem], dr. N . Braau, 1683. 8 ° : * A-2S . Andere uiig. het voorwerk. Er zijn waarschijnlijk verschillende titeluitgaven gemaakt voor de verschillende boekvan 168303. V A . : 168308 - al *2 $or : a2 *5 er$ - b l A , : b2 verkopers, zoals dat ook het geval was bij de gezamenlijke uitgave van Brunners Korte legende (nr. 2S5 dew 168701). Het door ons geraadpleegde exemplaar LIT.: B C N I 14278. in de Collectie Thomaasse heeft uitsluitend StichE X X . : * U B A 1821 J 9; D B R . ters naam in het impressum. Kleine (168201) Dekleyne geestelijck wyn-persse. Loven [ = Haarlem], v. N . Brauw dr., 1682. 12°: A - E F (F6 blanco). V A . : 168212 - b l A 3 (ge : b2 F4 rE X X . : * U B U C T , W R T 45-369. 1 2
6
8
8
4
2
8
8
8
4
8
4
8
2
4
8
Smidt, Franciscus de (168303) Dagelijcksche meditatiën voor het geheel iaer. Door 1684 Franciscus de Smidt. 7e Verb. dr. Antwerpen [= Haarlem, dr. N . Braau], v. F. van Metelen, 1683. 8 ° : Eerste (168401) * A-2S . Titeluitgave van de uitgave Antwerpen [ = Eerste nieuw iaers-gift, aen deken, vinders, en ge8
264
De twee gezichten van Claes Braau
m e e n e g i l d e - b r o e d e r s v a n 't g l a s e - m a k e r s g i l d t ,
U B U C T A L V 69-142; A B R G .
b i n n e n H a e r l e m . [ H a a r l e m ] , dr. C . B r a a u , 1684. plano.
1686
U T . : C a t a l o g u s 1913, n r . 139.
Nieuwe Kinckhuysen, Gerard
(168601)
(168402)
H e t N i e u w e Testament ons salighmaeckers Jesv
D e g r o n d t d e r m e e t - k o n s t , ofte E e n k o r t e v e r k l a -
C h r i s t i , mitsgaders: d'epistelen u y t het o u d e Testa-
ringe d e r k e e g e l - s n e e d e n . Door Gerard
Kinckhuysen.
m e n t . Verb. H. van den Leemputte. A n t w e r p e n , J .
H a e r l e m , bvk. J . G e l d o r p (col.: dr. N . B r a a u ) , 1684.
W o o n s , [ H a a r l e m ] , v. N . B r a a u , 1686. 8 ° : * 2 *
4
8
4°: A - M .
A-3G
V A . : 168404 - b l A 2 w : *b2 M 2 - r o
V A . : 168608 - a l *2 E : a2 2*2 g u s t u - b l A e n :
E X X . : S B H 8 9 D 20(2); K B H , 455 J 58(2); U B A
b2 3 H 2 vanve, z
721 G 19; U B A 1163 G 14; * U B L 541 E 2 5 .
LIT.: B C N I 14642; B u r g e r (1906), p. 157;
8
4
3H .
E X X . : U B A (niet aangetroffen); U B U C T W R T 1-
Kinckhuysen, Gerard
168403
34; O B C ; A M P M ; A B R G ;
V e r k l a r i n g e ende g e b r u y c k v a n d e n a l t i j d t - d u e r e n den maen-wyser: M e t een aenhangh:
vervatten-
Camp, Felix
(168602)
de eenige n u t t e e n d e v e r m a k e l i j c k e q u e s t i e n , de
Geestelycke trompet.
s c h a d u w e d e r s o n a e n g a e n d e . Door Gerard Kinck-
Camp]. L o v e n [= H a a r l e m ] , v. N . B r a a u dr., 1686.
4
2
Verz. door F. F. C. ]=
huysen. [ H a a r l e m , C . B r a a u ? ] , 1684. 4 ° : A - G H .
12°: A - K
V A . : 168404 - b l A 2 elt : *b2 H , $ E
V A . : 168612 - b l A 2 a # D : b 2 K 7 eyl
E X X . : * U B L 2361 F 50; U B A 721 G 19; U B A 1163
E X X . : " U B U C T W R T 45-284.
1 2
Felix
(K12 ontbreekt, blanco?).
G 14. ° P M . : H o e w e l een n a a m van d r u k k e r o f boekver-
1687
k o p e r o n t b r e e k t o p de t i t e l p a g i n a , m o g e n w e gez i e n het j a a r v a n uitgave e n het g e b r u i k t e t y p o g r a -
Brunner, A.
fische m a t e r i a a l e r v a n u i t g a a n d a t B r a a u o o k d i t
K o r t e l e g e n d e ofte b e s c h r y v i n g e v a n de levens e n -
(168701)
w e r k v a n K i n c k h u y s e n d r u k t e ( v o o r z i j n stadge-
de m a r t y r i e d e r H e y l i g e n v o o r 't geheele jaer. [Door
noot J . G e l d o r p ) .
A. Brunner] Vert. door V.V.A.
Antwerpen [= Haar-
l e m / A m s t e r d a m ] , N . B r a e u w , J . S t i c h t e r e n F. v a n M e t e l e n , 1687. 2 d l n .
1685
d l . I: 1 2 ° : *
Brienen, Abraham van
(168501)
1 2
*
dl. II: 12°: A - T
6
1 2
A-V
1 2
,
(Tll-12 blanco).
M e d i t a t i ë n tot de h e y l i g e c o m m u n i e op alle de s o n -
V A . : 1168712 - a l » 3 ( e n : a2 *4 rte - b l A s : b 2
d a g e n des j a e r s . Door Abraham van der Matt [ps. van
V 6 n e 2168712 - b l A n $ : b 2 * T 5 e r $ a l $
Abraham van Brienen]. 3e Verb. d r . A n t w e r p e n , dr. J .
LIT.: B C N I 14674 ; F l a m e n t , p . 127; V a n B u i j t e -
W o o n s , H a e r l e m , bvk. N . B r a a u , 1685. 8 ° : *
8
A-2N».
n e n , p. 117. E X X . : * S B H 130 C 27 (met B r a a u o p de t.p.); * U B A
V A . : 168508 - a l *3 n u : *a2 *4 e n - b l A o : b 2
1066 G 20 ( z o n d e r B r a a u o p de tp); U B U C T A L V
2N5
319-320 (deel I ontbreekt); D B R ; A B R G ; U B U C T
n
,$ge
U T . : B C N I 14433; K r u i t w a g e n 261; B u r g e r (1905),
W R T ; U B U C T A L V 90-36 ( z o n d e r t.p.; deel I I
P- 193.
ontbreekt).
E X X . : * U B A 1071 F 18 (conv.); U B U C T A L V 6 9 -
O P M . : B r a a u gaf dit w e r k u i t i n s a m e n w e r k i n g m e t
26; U B U C T A L V 163-880 (?); D B R ; A B R G .
z i j n A m s t e r d a m s e collega's F r e d e r i k v a n M e t e l e n
Schoenius, Wilhem
(168502)
p a g n i e v o o r e e n n o t a r i s vastgelegd, zoals d a t o o k
D e weg der suyverheyt van d'Hollantse maegden.
het geval was i n 1683 m e t de u i t g a v e v a n de Oeffe-
Door Wilhem Schoenius. A n t w e r p e n [= H a a r l e m ] ,
ninge der volmaecktheyt v a n R o d r i g u e s ( = nr. 168305).
e n J o h a n n e s Stichter. W a a r s c h i j n l i j k was deze c o m -
v
8
- N . B r a e u , 1685. 8 ° : A - V .
V
A . : 168508 - b l A 2 $ d e : b 2 V 5 l e $ d i
1690
U T . : B C N I 14514 K r u i t w a g e n 327; B u r g e r (1905), P- 195;
Biblia
E X X . : * U B L 737 E 1; * U B A 1071 J 17; M B J ;
B i b l i a s a c r a . [ A n t w e r p e n ] , v. J . S t i c h t e r , A m s t e r -
(169001)
265
4
D e twee gezichten v a n Claes B r a a u
dam, N . Braeuw, Haarlem, 1690. 2 ° . VA.: 169002 - al = a2 *3 in - *bl A w : b2 T2 ng.$ LIT.: B C N I 15014; Poortman, I, pp. 129, 133, 239; Kruitwagen 40. E X X . : * S B H 163 A 5; U B U C T Rijs 004-110. Groot, Jan de (169002) Vyf avond-sermoenen, waer van elk twee oeffeningen behelst, over het lyden van onsen saeligmaeker. DoorJ.D. G. [ = Jan de Groot]. Antwerpen [ = Haarlem], v. N . Braau, [1690]. 12°: A - D E . VA.: 169012 - b l A 2 t. : b2 E4 is. LIT.: (niet in B C N I ) . E X X . : * K B H 537 H 48 (conv.); * U B A O K 8024(conv.). 1 2
1692 Nieuwe (169201) Het nieuwe testament. Loven [= Haarlem], dr. N . Braau, 1692. 8 ° : * A - 2 B [2B8 ontbreekt]. VA.: 169208 - *al *3 edu : a2 ag - bl A a : b2 20$to LIT.: B C N I 15177; Poortman, I, pp. 131, 239; Burger (1905), p. 195; 8
8
E X X . : * S B H 162 B 4; * U B U C T W R T 1-118.
6
1693
Groot, Jan de (169301) Het collegieboek. Door J. D.G. [= Jan de Groot]. Antwerpen [= Haarlem], dr. N . Braau, 1693. 12°: A-K L . VA.: 169312 - b l A 3 d'o : b2 L 3 e$P Groot, Jan de (169003) LIT.: B C N I 15201; Catalogus 1913, nr. 140; Zeven sermoenen over de zeven vraagen van het gebed des Heere. DoorJ. D G. [ = Jan de Groot]. Ant- E X X . : * S B H 130 C 16 (conv.); * U B A 764 G 10; * U B U C T RIJS 86-167 (conv.). werpen [= Haarlem], v. N . Braau, 1690. 12°: A G (G12 blanco). Groot, Jan de (169302) VA.: 169012 - b l A2 og : b2 G7 u$z De sermoenen [...] rakende: 'tgeloof. Door Jan de LIT.: (niet in B C N I ) . Groot. Antwerpen [= Haarlem], dr. N . Braau, E X X . : * K B H 537 H 48 (conv.); * U B A O K 80-24 1693. 12°: » A ( - A l ) B - I ' K , c h i 2 A - F 2 G , (conv.); U B U 307. G . 19 (conv.). 2chi' 2 A - 2 H (*1 blanco). Bevat: J. de Groot, De sermoenen [...] rakende't Onze Vader, 1693 [ = Brienen, Abraham van (169004) 169303]; en ld, De sermoenen [...] rakende de tien geboMeditatiën tot de H . communie, op alle geboden feest-dagen des jaers. Door Abraham van der Mat [ps. den, 1693 [= 169304]. van Abraham van Brienen]. Loven [= Haarlem], N . VA.: 169312 - al »3 n$ : a2 *7 wo - lbl A 2 $P : Braau , 1690. 8 ° : * A - S . lb2 K 3 stig - 2bl A2 at$ : 2b2 G2 eug - 3bl 2A2 hien : 3b2 2H7 ,$gy VA.: 169008-al *2 e : a2 *5 nw - bl A v : b2 S5 alle LIT.: Burger (1905), p. 195; Flament, p. 107. LIT.: B C N I 14948; Kruitwagen 263; Burger(1905), E X X . : * S B H 130 C 16 (conv.); * U B A 346 K 26; p. 193. * U B U C T RIJS 86-167 (conv.). E X X . : ' U B A 1071 F 18 (conv.); U B U C T W R T 54129 (conv.); A B R G ; U B U C T A L V . Groot, Jan de (169303) De sermoenen [...] rakende 't Onze Vader en de Montmorency, Nicolaes van (169005) Engelse groetenisse. DoorJan de Groot. Antwerpen Vloeyende fonteyne der liefde, vol aller lieffelijcker oeffeningen ende devote gebeden. Door Nico- [= Haarlem], dr. N . Braau, 1693. 12°: chi 2Alaes van Montmorency grave van Stegers. [Vert. doorFA. 2 G . Onderdeel van: J. deGroot, De sermoenen, 1693 van Meerbeeck.] Loven [= Haarlem], N . Braau, /= 169302]. VA.: 169312 - b l A2 at$ : b2 G2 eug 1690. 12°: A - 2 B . LIT.: Burger (1905), p. 195; Flament, p. 107. VA.: 169012 - b l A2 't$ : b2 2B7 ck$doo LIT.: B C N I 14996; Kruitwagen 3131 (conv.); Bur- E X X . : * S B H 130 C 16 (conv.); * U B A 346 K 26; " U B U C T RIJS 86-167 (conv.). ger (1905), p. 195; Clemens (1988), dl. II, nr. 1 2
6
1 2
1 2
1 2
2
4
2
1 2
4
12
8
8
2
1 2
4
12
599-020. E X X . : * U B A 1047 H 19; * U B U 306 H 22; U G ; A B R G ; N A ; S B M (Collectie Beyart); U B M R ; U B M (Warmond).
Groot, Jan de (169304) De sermoenen [...] rakende de tien geboden. Door Jan de Groot. Antwerpen [= Haarlem][, dr. N . Braau, 1693. 12°: 2chi> 2 A - 2 H (*1 blanco). Onderdeel van: J. de Groot, De sermoenen, 1693 [ = 169302]. 12
266
De twee gezichten van Claes Braau
V A . : 169312 - b l 2 A 2 h i e n : b 2 2 H 7 , $ g y
LIT.: S c h e u r l e e r , p. 186, k o l . 2;
U T . : B u r g e r (1905), p. 195; F l a m e n t , p. 107.
E X X . : " K B H 503 A 32.
E X X . : " S B H 130 C 16 (conv.); " U B A 3 4 6 K 26; * U B U C T R I J S 86-167 (conv.).
Houten, Adriaan van
(169505)
C l a r i s s i m i s a t q u e s a p i e n t i s s i m i s scholae c o n s t i t u 1694
endae I V v i r i s . Door Adrianus
Houtenius A.
Filius. 4
( C o l . : H a a r l e m , dr. C . B r a a u , 1695). 2 ° : [ A ] . GeTreuvé, Simon Michel
(169401)
D e n geestelycken z i e l - b e s t i e r d e r . [Door Simon Michel Treuvé].
Vert. uit het Frans. 3e dr. B r u s s e l [ = 6
6
H a a r l e m ] , N . B r a a u dr., 1694. 1 2 ° : * A - 2 L ( 2 L 4 ,
dichten op de dood van Mary
Stuart.
V A . : 169502 - b l b a a n d i j n - b 2 K o n i n g r S c h o u LIT.: K n u t t e l 14089a. E X X . : " K B H , p a m f l e t 14089a.
5, 6 b l a n c o ) . V A . : 169412 - a l »2 a n $ : a2 *3 d e $ l
Lyk-digten
U T . : B C N I 15366.
L y k - d i g t e n over M a c h t e l d R o b o l , o p d e n 4 m e y
E X X . : " U B U C T A L V 69-97.
(169506)
1689, e n J o h a n n a v a n d e r M e e r , o p d e n 5 d e c e m b e r 1694 o v e r l e d e n e h u y s v r o u w e n v a n C o r n e l i s
1695
6
B o o n . H a a e l e m [!], dr. C . B r a a u , 1695. 4 ° : A . V A . : 169504 - b l = b 2 A 2 St
Brakenburg, Richard
(169501)
N i e u w - j a e r s d a n k - d i g t , opgeoffert, a e n d ' E : E : hee-
LIT.: B o u m a n 5 8 0 . E X X . : " K B H 583 F 74.
r e n b u r g e r m e e s t e r e n en k o n s t l i e v e n d e b u r g e r y d e r loffelijker stad H a e r l e m . (Door Richard
Brakenburg). 4
H a e r l e m , dr. C . B r a a u , 1695. 2 ° : A .
Zurck, Eduard van
(169507)
Ter bruyloft v a n de heer en mr. A d r i a n u s v a n
V A . : 169502 - b l = b 2 A 2 n H
S c h u y l e n b u r g , [...] m e t j u f f r o u C o r n e l i a Soetens,
EXX.: * K B H 503 A 49.
i n d e n echt v e r g a d e r t d e n 26 j u l y , 1695. ardvanZurck.
E r c k e l , J . C . v a n , en I. Walvis
(169502)
C h r i s t e l y k e o n d e r w y s i n g e n e n d e g e b e d e n [...] r a -
DoorEdu4
H a a r l e m , C . B r a a u , [1695]. 4 ° : A .
VA.: 000004 - " b l
= b2 A 2 m e
E X X . : " U B L 1197 B 31 (conv.).
k e n d e de v o o r n a e m s t e v e r b i n t e n i s s e n d e r geloov
i g e n . 9everm. dr. B r u s s e l , E . H . F r i c x , [ H a a r l e m ] , 8
4
8
1696
4
N . B r a a u , 1695. 1 2 ° : * 2 * A - 3 B ' . V A . : 169512 - a l » 3 b i d : a2 2*2 nstel - b l A h :
Haarlemse
b2 3 B 2 s$'t$was,
H a a r l e m s e v r e u g d e - t o o r t s e n , o n t s t o o k e n ter b r u i -
(169601)
U T . : C l e m e n s (1985); C l e m e n s (1988), d l . I I , n r .
lofte v a n de h e e r Isaac v a n H o o v e n , e n m e j u f f r o u w
083-090;
A n n a v a n d e r V e g t . H a a r l e m , dr. C . B r a a u , 1696.
E X X . : " U B A 1202 H 9; A B O K S ;
UBUCOKB;
6
4°: [A] . V A . : 169604 - b l d o g t's : b 2 h e y l lee
E r c k e l , J . C . v a n , en I. W a l v i s
(169503)
E X X . : U B A (niet
aangetroffen).
C h r i s t e l y k e o n d e r w y s i n g e n e n d e g e b e d e n [...] r a k e n d e de v o o r n a e m s t e v e r b i n t e n i s s e n d e r g e l o o -
H o r a t i u s Flaccus, Q u i n t u s
v
O p e r u m pars p r i m a ( - a l t e r a ) . Door Q. Horatius Flac-
i g e n . 9e verm. dr. B r u s s e l , E . H . F r i c x [ = H a a r -
(169602)
l e m , C . B r a a u ? ] , [ U t r e c h t ] , v. A . v a n d e n E y n d e n ,
cus. Comm. E. vanZurck.
1695.
s. ap. e u n d e m e n W . a K e s s e l , [1696]. 8 ° : * - 2 * 3 *
L
'T.
:
xx.: U B U C T
8
chi
4
V-2R
8
4
(2R7,8 blanco).
V A . : 0 0 0 0 0 8 - a l »2 , q : a2 3 . 2 e n q u ê t e - b l A b
(!988), d l . I I , n r . 083-100. £
H a r l e m i , extyp. N . B r a a u , 8
C l e m e n s (1985), p p . 2 2 4 e n 2 3 9 . C l e m e n s
A-T
: b2 2 R 5 rarin
ALV.
L I T . : B u r g e r (1905), p. 195. Houten, Adriaan van
(169504)
EXX.: H M M
113 F 18.
Eerstendag van't jaar, opgedraagen a a n d e e d : gr: a c
h t b : h e e r e n regeerders e n borgers der stad H a e r -
l e m , d o o r d e [...] W y n g a a r d - r a n k e n . [Door Adriaan vanHouten]. V
6
H a e r l e m , dr. C . B r a a u , 1695. 2 ° : A .
A . : 169502 - b l A 2 t h : b 2 A 3 ee
Nieuw
(169603)
H e t n i e u w e t e s t a m e n t . Uitg. door H. Henricus van den Leemputte. A n t w e r p e n , H . V e r d u s s e n , v. N . B r a a u , H a a r l e m , 1696. 8 ° : * 8 , A - 3 G
8
3H
8
(3H1
2(>7
De twee gezichten van Claes Braau
1699
+ 2.2 + 2.). V A . : 169608 - a l . 2 E : *a2 *4 n $ - b l A N : b 2 3H2
Makeblyde, Lodewijk
$van$ve
(169901)
D e n schat d e r g h e b e d e n . [DoorL.
E X X . : ' U B U C T , W R T 3-49.
Makeblyde].
Ant-
w e r p e n [= H a a r l e m ] , v. N . B r a a u , 1699. 1 2 ° . L I T . : C l e m e n s (1988), d l . I I , n r . 5 8 6 - 0 6 0 .
1697
EXX.: R P P P .
Nakatenus, Wilhelmus
(169701)
H e m e l s p a l m - h o f ofte g r o o t g e t y d e - b o e k . Wilhelmus Nakatenus].
[Door
A n t w e r p e n [= H a a r l e m ? ] ,
Verbeek, Nicolaes
(169902)
Nieuwe-jaars gesangh, gesongen o p d e n eersten
v. N . B r a a u , 1697. 8 ° .
d a g h v a n ' t j a a r , 1699. Door Nicolaes Verbeek. H a a r -
L I T . : C l e m e n s (1988), d l . I I , n r . 618-020.
l e m , dr. C . B r a a u , 1699. 4 ° : 7tl A * [ B ] .
EXX.: A C B .
V A . : 169904 - b l = *b2 A m
1
L I T . : E k a m a 3 0 9 (1699).
Nakatenus, Wilhelmus
(169702)
H e m e l s p a l m - h o f ofte g r o o t g e t y d e - b o e k . Wilhelmus Nakatenus].
E X X . : ' K B H 5 4 9 D 54 (conv.).
[Door 1701
A n t w e r p e n [= H a a r l e m ? ] ,
[ L e i d e n ] v. F. d e D o e s , 1697. 8 ° . L I T . : C l e m e n s (1988), d l . I I , n r . 618-030.
Drexelius, Hieremias
EXX.: U B U C T
D e s o n n e - b l o e m e , ofte o v e r e e n k o m i n g e v a n d e n
RIJS.
(170101)
O P M . : C l e m e n s vermeldt i n zijn bibliografie dat op
m e n s c h e l i j c k e n w i l l e m e t d e n g o d d e l i j c k e n . Door
de t i t e l p a g i n a h e t v a n B r a a u b e k e n d e k r o o n - i n -
Hieremias Drexelius.
k r a n s - v i g n e t staat, wat doet v e r m o e d e n d a t d i t een
L o v e n [= H a a r l e m ] , dr. N . B r a a w , 1701. 1 2 ° : TCI 8
TC2 A - 2 A
1 2
Vert. doorP. Franciscus de Smidt. 6
t i t e l - u i t g a v e is v a n b o v e n s t a a n d e u i t g a v e v o o r (en
,
d o o r ) B r a a u g e d r u k t . W e h e b b e n n o g geen e x e m -
V A . : 170112 - a l , 2 n s c : a2 *4 l i j - b l A s : b 2 2 B 3
2 B (B5-6 blanco).
plaren v a n beide uitgaven i n handen gehad o m dit
e$van$> L I T . : C l e m e n s (1985), p. 223 ( n o o t 3 4 ) .
v e r m o e d e n te staven.
E X X : U B U C T A L V 68-81; U B U C T R I J S 84-139a.
Poirters, Adriaan
(169703)
M y s t e r i e v a n d e n godts-dienst d e r H . misse. H a e r l e m , v. N . B r a u , 1697. 1 2 ° : A - D
1 2
Hoefnagel, Pieter
(170102)
Z e d i g e b e d e n k i n g e n over het b i t t e r l y d e n onzes
6
E .
V A . : 169712 - b l B r : b 2 E 3 e n
h e e r e n . H a a r l e m , C . B r a a u , 1701. 8 ° .
L I T . : B C N I 15608; R o m b a u t s , p. 2 7 9 .
L I T . : N D S , p . 47.
E X X . : ' S B H 280 G 14. 1702 1698
Brienen, Abraham van Godeau, Anthony
(169801)
M e d i t a t i ë n o v e r ' t a l l e r h e i l i g s t e s a c r a m e n t des a l -
(170201)
M e d i t a t i ë n tot de H . C o m m u n i e . A n t w e r p e n , dr. H . V e r d u s s e n , v. N . B r a a u , H a a r l e m , 1702. 8 ° : 8
8
taers. Door Antony Godeau. Vert. uit het Frans. 3e dr.
.8 A - Z
A n t w e r p e n [= H a a r l e m ] , dr. N . B r a a u , 1698. 1 2 ° :
V A . : 170208 - a l . 3 n u : a2 . 5 m e n - b l A o : b 2
A-P
1 2
2N5
.
2A-2N .
$gev
V A . : 169812 - b l A 2 u n n : b 2 P 7 i g $ i
LIT.: B C N I
LIT.: B C N I
E X X . : ' U B A 553 F 27; M B J .
15680.
16125.
E X X . : * S B H 130 C 2 9 ; * U B A 1045 J 3 3 .
Nierop, Pieter Rembrantsz. van Nakatenus, Wilhelmus
(169802)
H e m e l s p a l m - h o f ofte g r o o t g e t y d e - b o e k . Wilhelmus Nakatenus].
[Door
A n t w e r p e n [= H a a r l e m ? ] ,
o p 't i a e r o n s h e e r e n , 1702. H a e r l e m , N . B r a e u w , 8
8
[1702]. 1 6 ° : [ A ] B - D . Bevat: Den onvervalsten Itali-
o. N . B r a a u , 1698. 8 ° .
aense waersegger [...]
L I T . : C l e m e n s (1988), d l . I I , n r . 618-060.
170203];
EXX.:
] = 170204]; De heeren XXXII
LBAK.
Haarlem,
268
(170202)
St. N i e r o p . s c h r i j f - a l m a n a c h , n a d e n n i e u w e n - s t i j l
Kort
1702. [Haarlem?],
Kronyckxken.
dr. C. Braauw,
[Haarlem,
1702 [ = 1702?]
raden der stad Haerlem.
[1702?]
[ = 170205];
De
De twee gezichten van Claes Braau
ed: gestrenge heeren van de Kryghs-raet. Haerlem, dr. almanach C. [...] 1702. Haerlem, Braeuw, [1702] Braau, 1702 [ = 170206]; Holbolge mercurius. Haer- ] = 170202]. lem, C. Braau, [1702?] [ = 170207]; Van de doodt en E X X . : U B A 601 H 27 (conv.). sijnrijcxgebiet. I.K. Kramer[c. 1702?][ = 170208]. E X X . : U B A 601 H 27 (conv.). Reglement (170209) O P M . : Voor de volledigheid hebben we in het onReglement en ordonnantie van de schippers en derstaande alle afzonderlijke bijwerkjes van de albeurt-luyden. Haerlem, dr. C. Braau, [1702]. plamanak beschreven, ook wanneer geen drukker of no. Uitgevaardigd door de burgemeesters van Haarlem, boekverkoper in het impressum is vermeld of wan23-10-1702. neer de naam van een andere drukker of boekverE X X . : * K B H , Plakkaten-verzameling F 224, nr. 37. koper dan Braau wordt genoemd. Laatstgenoemde werken kunnen uiteraard niet tot het fonds van Verbeek, Nicolaes (170210) Braau worden gerekend, in de eerstgenoemde geNederlands begin, op, en voortgank, gesongen op vallen is Braau mogelijk de drukker geweest. Beiden eersten dagh van 't jaar 1702. Haarlem, dr. de C. Braau, 1702. 4 ° : A . categorieën zijn gemarkeerd door rechte haken V A . : 170204 - *bl A t$z : b2 A 2 I ° m het hoofdwoord. E X X . : * K B H 549 D 54 (conv.). [Onvervalste] (170203) Den onvervalsten Italiaense waersegger [...] 1702. 1703 [Haarlem?], 1702. Onderdeel van: St. Nierop. schrijfalmanach [...] 1702. Haerlem, Braeuw, [1702] Espen, Z . B . van (170301) [ = 170202]. Motivum juris pro capitulo cathedrali Harlemensi. E X X . : U B A 601 H 27 (conv.). [Door Z.B. van Espen]. Harlemi, typ. N . Braaw, 1703. 4 ° . [Kort] (170204) V A . : 170304 - b l B i : b2 C 2 m$ Kort Kronyckxken. [Haarlem, 1702?]. Onderdeel U T . : Knuttel 15106; Kruitwagen, 569.; Burger an: St. Nierop. schrijf-almanach [...] 1702. Haerlem, (1905), p. 195. Braeuw, [1702] [ = 170202]. E X X . : " K B H , K n 15106; " S B H 1 B 40; * U B U C T E X X . : U B A 601 H 27 (conv.). RIJS 141-38; * U B U C T RIJS 140-122 (conv.); * U B U C O K B 322 C 1 (conv.). Heren (170205) De heeren X X X I I raden der stad Haerlem. HaarEspen, Z . B . van (170302) !em, dr. C . Braauw, [1702]. Onderdeel van: St. Nie- Refutatio responsi ad libellum, cui titulus, M o t i rop. schrijf-almanach [...[ 1702. Haerlem, Braeuw, vum juris pro capitulo cathedrali Harlemensi. [1702] [ = 170202/. Harlemi, typ. N . Braaw, 1703. 4 ° : A - K . E X X . : U B A 601 H 27 (conv.). V A . : 170304 - b l A 2 eret : b2 K 2 eon LIT.: Kruitwagen, 570 [vgl. 569]; Burger (1905), Edel (170206) p. 195. De ed: gestrenge heeren van de Kryghs-raet. HaerE X X . : * S B H 1 B 41; * U B U C T RIJS 140-122 (conv.); m , dr. C. Braau, 1702. Onderdeel van: St. Nierop. ' U B U C O K B 322 C 1 (conv.). brijf-almanach[...] 1702. Haerlem, Braeuw, [1702] [ = 170202]. Espen, Z . B . van (170303) E X X . : U B A 601 H 27 (conv.). Motivum juris of regts-Bewys voor het Bisschoppelyk Capittel van Haarlem. [DoorZ. B. van Espen]. Vert. uit het Latijn Door P.H.Pr. Haarlem, dr. N . Holbolge (170207) Braaw, 1703. Holbolge mercurius. Haerlem, C . Braau, [1702?]. Onderdeel van: St. Nierop. schrijf-almanach].. f1702. LIT.: Burger (1906), p. 157; E X X . : * K B H , pamflet 15106. Haerlem, Braeuw, [1702] ] = 170202]. E X X . : U B A 601 H 27 (conv.). Nakatenus, Wilhelmus (170304) [Dood] (170208) Hemels palm-hof ofte groot getyde-boek. [Door Wilhelmus Nakatenus] Antwerpen [= Haarlem?], de doodt en sijn rijcx gebiet. [Haarlem?], I. K . Kramer [1702?]. Onderdeel van: St. Nierop. schrijf- v. N . Braau, 1703. 8 ° . 5
v
4
l e
sc
a
n
269
De twee gezichten van Claes Braau
LIT.: C l e m e n s (1988), d l . I I , n r . 618-080.
Ongedateerde uitgaven:
EXX.: K B H . Albertsz., H e n d r i k 1705
drik Albertsz]. Libellus
(170501)
H a e r l e m , p r . C . B r a a u , [z.j.]. p l a n o .
LIT.: B u r g e r (1905), p. 195; B u r g e r (1906); C a t a l o -
Libellus supplex sanctissimo d o m i n o Nostro d e -
gus 1913, nr. 137;
m e n t i X I . H a r l e m i , typ. N . B r a u w , 1705. 4 ° : A -
E X X . : * S B H 2 A 13.
B
2
(000001)
D o o l - h o f f . Door H.A. Hoe je wilt [ = Ps. van Hen-
8
C .
V A . : 170504 - b l A 2 i c $ 5 : b 2 C 5 t.
Brienen, Abraham van
LIT.: K r u i t w a g e n 571.
M e d i t a t i ë n v a n d e t e g e n w o o r d i g h e y d t G o d t s . Door
E X X . : * K B H 557 E 19 (conv.); U B U C T R I J S 140-
Abraham van der Matt [ps. van Abraham van Brienen].
122 (conv.); U B U C O K B 3 2 2 C 1 (conv.).
5e Verb. dr. L o v e n [= H a a r l e m ] , dr. N . B r a a u ,
(000002)
8
[1685-1707], 8 ° : A - S . 1706
V A . : 0 0 0 0 0 8 - b l A 3 i n $ e : b 2 S 5 iet$ LIT.: K r u i t w a g e n 3 2 0 ; B u r g e r (1905), p. 194;
M e r l o Horstius, J .
(170601)
L u s t - h o f d e r z i e l e n . [Door J. Merlo Horstius]. uit het Frans door Adrianus
Vert.
E X X . : " U B A 1 0 7 1 J 2 3 ( c o n v . ) ; " U B U C T A L V 69178 (conv.); " U B U C T W R T 54-128 (conv.).
van Loo. A n t w e r p e n [ =
H a a r l e m ] , v. N . B r a a u , 1706.
Brienen, Abraham van
LIT.: C l e m e n s (1988), d l . I I , n r . 592-010. ( V g l .
M e d i t a t i ë n tot de H e y l i g e c o m m u n i e . Door Abra-
592-020).
ham van der Matt [ps. van Abraham
EXX.: A C A .
Verb. dr. L o v e n [= H a a r l e m ] , v. N . B r a a u dr., [1685-1707], 8 ° : A - 2 E 1707
8
(000003) van Brienen]. 5e
2F* ( F 4 blanco).
V A . : 0 0 0 0 0 8 - b l A 2 M : b 2 2 F 2 )$sij E X X . : * U B U C T W R T 54-138 (conv.).
E r c k e l , J . C . v a n , en I. Walvis
(170701)
C h r i s t e l y k e o n d e r w y s i n g e n e n d e g e b e d e n [...] r a -
Brienen, Abraham van
k e n d e de v o o r n a e m s t e v e r b i n t e n i s s e n d e r geloo-
M e d i t a t i ë n tot de H e y l i g e c o m m u n i e . Door Abra-
v i g e n . [Door J. C. van Erckel en I. Walvis].
ham van der Matt [ps. van Abraham
10e dr.
B r u s s e l , E . H . F r i c x , [ H a a r l e m ] , v. N . B r a a u , 1707.
(000004) van Brienen]. 5e
verb. dr. [ H a a r l e m , N . B r a a u ] , L e y d e n , F. de D o e s ,
LIT.: C l e m e n s (1985), p p . 2 2 4 e n 2 3 9 ; C l e m e n s
[1685-1707]. 8 ° : A - 2 E
(1988), d l . I I , n r . 083-140.
V A . : 0 0 0 0 0 8 - b l A 2 M : b 2 2 F 2 )$sij
EXX.: A C A .
EXX.:
" U B U C T
8
2F* ( F 4 blanco).
W R T
54-130
(conv.);
" U B U C O K B 319 G 4 4 . E r c k e l , J . C . v a n , en I. Walvis
(170702)
C h r i s t e l y k e o n d e r w y s i n g e n e n d e g e b e d e n [...] r a -
Brienen, Abraham van
k e n d e de v o o r n a e m s t e v e r b i n t e n i s s e n d e r geloo-
M e d i t a t i ë n i n d e n advent. Door Abraham van der Matt
v i g e n . [Door J. C. van Erckel en I. Walvis].
[ps. van Abraham van Brienen]. 5e verb. dr. L o v e n [ =
10e dr.
(000005)
B r u s s e l , E . H . F r i c x , [= H a a r l e m , N . B r a a u ? ] v.
H a a r l e m ] , dr. C . B r a a u , [1685-1707]. 8 ° : A - G .
T h . v a n d e n E y n d e n , 1707.
V A . : 0 0 0 0 0 8 - b l A 3 a & z : b 2 G 5 ghte
LIT.: C l e m e n s (1985), p p . 2 2 4 e n 2 3 9 . C l e m e n s
L I T . : K r u i t w a g e n , 321; B u r g e r (1905), p. 194;
(1988), d l . I I , n r . 083-150.
E X X . : * U B A 1 0 7 1 J 2 3 ( c o n v . ) ; " U B U C T A L V 69-
EXX.:
178 (conv.); " U B U C T W R T 54-128 (conv.).
BOKBH.
8
Evangeliën
(000006)
E u a n g e l i ë n e n d e epistelen. H a e r l e m , dr. C . B r a a u , [z.j.]. 8 ° . LIT.: B u r g e r (1905), p. 195. Fonck, J o a n
(000007)
H e y l i g e - d a e g h s schole, i n h o u d e n d e s c h o o n e u y t l e g g i n g e o p de e u a n g e l i ë n v a n de h e y l i g e d a g e n . 270
De twee gezichten van Claes Braau
DoorJoan
Fonck. Verb. ed. L o v e n [= H a a r l e m ] , v. 8
N . B r a a u , [4e k w a r t 17e e e u w ] . 1 2 ° : A - P .
V A . : 000018 - b l A 3 ehe : b 2 3 R 4 l v e r g o l E X X . : * U B A 1083 H 2;
V A . : 000012 - b l A 2 e$ve : b2 P 5 $te$z LIT.: P o l m a n , p. 175 e.v.
Brienen, A b r a h a m van
E X X . : " U B A O K 82-52 (conv.).
M e d i t a t i ë n v a n de t e g e n w o o r d i g h e y d t godts. Door
(000013)
Abraham van der Matt [ps. van Abraham van Brienen], Geur
(000008)
6e Verb. dr. L o v e n [= H a a r l e m ] , dr. N . B r a a u , [z.j.]. 8
G e u r v a n geestelijcke s p e c e r y e n , u y t g e b r e y t i n
8°: A-S .
eenige stichtelijcke r y m - w e r c k e n . H a a r l e m , dr. C .
V A . : 0 0 0 0 0 8 - b l A 3 k t $ i : b 2 S5 n i e t
B r a a w , [c. 1690].
E X X . : * U B U C T A L V 69-188 (conv.).
8
8°: A - L . VA.: 000008 - b l A 2 ie$h : b2 L 5 e $ H e UT.:
B u r g e r (1905), p.
195; N D S , p p .
Brienen, A b r a h a m van
(000014)
43-44;
M e d i t a t i ë n in den advendt. D o o r A b r a h a m van
S c h e u r l e e r , p. 88, k o l . 2; V i s s e r ( 1 9 8 8 ) , d l . I, p. 271
d e r M a t t [ps. v a n A b r a h a m v a n B r i e n e n ] . L a a t -
en d l . I I , p. 124 ( n o o t 324); M E , d l . I I , p. 511.
ste v e r b . dr. L o v e n [= H a a r l e m ] , dr. N . B r a a w ,
E X X . : " S B H 86 D 17; " U B A ( B D G ) O K 65-1367.
8
[z.j.]. 8 ° : A - G . V A . : 0 0 0 0 0 8 - b l A 2 k $ n a : b 2 G 5 ght
Jacobi, H e y m a n
(000009)
E X X . : * U B U C T A L V 69-188 (conv.).
S o n d a e g h s schole, ofte, V y t l e g g i n g e o p de e u a n g e l i ë n v a n d e s o n d a g e n . Door Heyman Jacobsz.
Verb.
Poirters, A d r i a a n
(000015)
uitg. L o v e n [= H a a r l e m ] , v. N . B r a a u , [4e k w a r t
[gegr. tp.] M y s t e r i e v a n d e n g o d t s - d i e n s t d e r H .
17e e e u w ] ,
Misse.
12°: ,s
A
_ a
[Haarlem, C . Braau?]. 12°: A - C
Z
V A . : 0 0 0 0 0 8 - a l »2 a l k : a2 *5 w a - b l A d : b 2
co). Titelpagina ontbreekt.
Z5 $on
V A . : 000012 - b l B p : b 2 C t
U T . : V g l . B C N I 7215, 17311, 17718.
E X X . : * U B U C T W R T 56-543.
1 2
6
[D] (D3-6blan-
E X X . : * U B A O K 82-52 (conv.) Nakatenus, W i l h e l m u s M o l i n a , Christianus Den
oprechten
schrifturelijcken
(000010) Roomsch-
c a t h o l y c k e n m o n d t - s t o p p e r . Door C. Molina
. 12e
verm,. dr. L o v e n [= H a a r l e m ] , N . B r a a u , [tussen 2
Wilhelmus Nakatenus].
[Door
A n t w e r p e n [= H a a r l e m ? ] ,
v. N . B r a a u , [z.j.]. 8 ° . LIT.: C l e m e n s (1988), d l . I I , 617-010 EXX.: N T B I ; U B N .
1691 e n 1700]. 12°: A - Q J
(000016)
H e m e l s p a l m - h o f ofte g r o o t getyde-boek.
(Qll-12 blanco).
O P M . : D e z e uitgave w o r d t d o o r C l e m e n s gedateerd
V A . : 000012 - b l A 2 e K : b 2 0 6 e n e g
op 1716 ( o p b a s i s v a n de k a l e n d e r ) , m a a r dat m o e t
LIT.: B u r g e r (1906), p. 157;
o n j u i s t z i j n ; B r a a u o v e r l e e d reeds i n 1707. M o g e -
E X X . : " K B H 3116 G 35.
lijk k a n op basis v a n een t y p o g r a f i s c h e v e r g e l i j k i n g m e t andere uitgaven een d a t e r i n g w o r d e n gegeven.
Rozen-hoedje
(000011)
H e t r o o s e n - h o e t j e n v a n de passie, v a n o n s e n heer
e J e s u s C h r i s t u s gebenedydt. L o v e n [ = H a a r l e m ] ,
dr. N . B r a a u , [4e k w a r t 17e e e u w ] . 8
8°: A . V A . : 0 0 0 0 0 8 - b l A 2 en$e : b2 A 5 ten LIT.: B C N I 18673. E X X . : * T J B A 1821 J 14 (conv.). Sales, Franciscus de
(000012)
O n d e r - w y s , o f a e n l e y d i n g h tot een g o d t v r u c h t i g h leven. Door Franciscus de Sales. Vert. uit het Frans en ve
rm.
uitg. door W. V.P. van L. et al. 4e dr. L o v e n
[= H a a r l e m ] , dr. N . B r a a u , [4e k w a r t 17e e e u w ] . 0
! 8 : A - 3 R 6 ( A l ontbreekt, blanco?).
271
De twee gezichten van Claes Braau
III L i j s t v a n gebruikte b i b l i o g r a f i e ë n , catalogi, etcetera. A u d e n a e r t , W . , Thomas a Kempis De Imitatione Ckristi en andere werken. Een short-title catalogus van de 17de en 18de-eeuwse drukken in de bibliotheken van Nederlandstalig
België. M e t e e n i n l e i d i n g d o o r M . L a m b e -
rigts ( L e u v e n 1985). B C N I , Bibliotheca
Catholica Neerlandica Impressa 1500-1727
( ' s - G r a v e n h a g e 1954).
B o u m a n , J . , Nederlandse gelegenheidsgedichten voor 1700 in de Koninklijke
Bibliotheek te 's-Gravenhage. C a t a l o -
gus v a n g e d r u k t e g e d i c h t e n o p g e d e n k w a a r d i g e g e b e u r t e n i s s e n i n het l e v e n v a n p a r t i c u l i e r e p e r s o nen ('s-Gravenhage Burger 1905,
boek en bibliotheekwezen Burger 1906,
1982).
C . P . , ' E e n k a t h o l i e k e d r u k k e r e n u i t g e v e r te H a a r l e m i n de 17e eeuw', Tijdschrift voor 3 (1905), 193-196.
C . P . , ' D o o l - h o f f ' , Tijdschrift
voor boek en bibliotheekwezen
4 (1906), 152-158.
B u i j t e n e n , M . v a n , Catalogus van de boeken en handschriften van deJezuïetenstatie
te Leeuwarden
(Leeuwarden
1941). Catalogus 1913, Catalogus der tentoonstelling van boek- en prentkunst binnen Haarlem in vroeger eeuwen [gehouden van] 1 Augustus - 15 October 1913 in het Frans Hals Museum
( H a a r l e m 1913).
C l e m e n s 1985, T h . , ' D e u i t g a v e g e s c h i e d e n i s v a n het k e r k b o e k d e C h r i s t e l y k e o n d e r w y s i n g e n e n geb e d e n e n de i m p l i c a t i e s e r v a n v o o r de g e s c h i e d e n i s v a n de v r o o m h e i d i n de N e d e r l a n d e n (16851894)', Archief voor de Geschiedenis van de Katholieke Kerk in Nederland 27 (1985), 215-253. C l e m e n s 1988,T. H . J . , De godsdienstigheid
in de Nederlanden in de spiegel van de katholieke kerkboeken 1680-
1840 (2 d l n ; T i l b u r g 1988). D e B a c k e r , A . , Essai bibliographique sur le livre De imitatione Christi ( L i è g e 1864, h e r d r . A m s t e r d a m 1966). E k a m a , C , Catalogus van boeken, pamfletten, enz. over de geschiedenis van Haarlem,
van de omstreken, vaneenige
voorname inwoners en van het huis van Brederode ( H a a r l e m 1874). F l a m e n t , A . J . , Catalogus Librorum patris Beggynagij in alma ciuitate Aemstelredamensi.
Ivssv B . H . K l ö n n e
E i v s d e m B e g g y n a g i j R e c t o r i s ( A m s t e r d a m 1891). Goyens, P . J . , ' M e d e d e e l i n g e n n o p e n s " D e h a n d d e r k l o o s t e r l i n g e n " (A).', Ons Geestelijk Erf 4 (1930) 373-381. NDS,
Naamlyst der doopsgezinde Schryveren en schriften ( A m s t e r d a m , J a n H a r t o g ) 1745. (ex. U n i v e r s i t e i t s -
b i b l i o t h e e k L e i d e n 605 G 6). P o l m a n , P , ' H e y m a n J a c o b s z . e n z i j n " S o n d a e c h s - s c h o l e " ', Archief voor de Geschiedenis van de Katholieke Kerk in Nederland 7 (1965) 162-190. P o o r t m a n , W . C . , Bijbel en prent (2 d l n ; ' s - G r a v e n h a g e 1986). R o m b a u t s , E . , Leven en werken van Pater Adrianus didactisch-moraliserende V i s s e r 1988,
Letterkunde in de XVIIe
Poirters s.j.
(1605-1674).
eeuw in Zuid-Nederland
Bijdrage tot de studie der
( G e n t z.j.).
R , Broeders in de geest. De doopsgezinde bijdragen van Dierick en jan Philipsz.
Schabaelje tot de
Nederlandse stichtelijke literatuur in de zeventiende eeuw (2 d l n ; D e v e n t e r 1988). V i s s e r 1989, P , Van offer tot opera. Doopsgezinden en kunst in de zeventiende eeuw. T e n t o o n s t e l l i n g ter h e r d e n k i n g v a n de 3 5 0 j a a r g e l e d e n tot s t a n d g e k o m e n v e r e n i g i n g v a n V l a a m s e , F r i e s e e n H o o g d u i t s e d o o p s g e z i n d e n te A m s t e r d a m ( A m s t e r d a m 1989).
I V L i j s t v a n afkortingen ABOKS
A m e r s f o o r t , B i b l i o t h e e k v a n het O u d - K a t h o l i e k S e m i n a r i e
A M P M
Antwerpen, M u s e u m Plantijn Moretus
ABRG
A n t w e r p e n , B i b l i o t h e e k v a n het R u u s b r o e c - G e n o o t s c h a p
ACA
A m s t e r d a m , C o l l e c t i e A . A l d e w e r e l t (part. collectie)
ACB
A c h e l , C i s t e r c i ë n z e r a b d i j St. B e r n a r d u s
BOKBH
B i b l i o t h e e k v a n het ( O u d - K a t h o l i e k ) B i s d o m v a n H a a r l e m
DBR
D e u r s e n , B i b l i o t h e e k v a n het R e g u l a r i s s e n k l o o s t e r
GAH
Gemeente Archief H a a r l e m
272
D e twee gezichten van Claes B r a a u
HBN HMM KBH LBAK LBJ MBJ NA NTBI OBC RPPP SBA SBH SBM UBA UBADG UBL UBN U B M (Warmond) UBMR UBU UBUCT UBUCOKB UG
Heeswijk, Bibliotheek van de Norbertijnenabdij 's-Gravenhage, Museum Meermanno-Westreenianum/ Museum van het Boek Koninklijke Bibliotheek 's-Gravenhage Leuven, Bibliotheek Abdij Keizersberg Leeuwarden, Bibliotheek van de Jezuïetenstatie Maastricht, Bibliotheek van het Jezuïetencollege Nijmegen, Albertinum Nijmegen, Titus Brandsma Instituut Oosterhout, Bibliotheek van het klooster St. Catharinadal. Rotterdam, Petrus en Paulusparochie: Het Paradijs Stads Bibliotheek Antwerpen Stads Bibliotheek Haarlem Stads Bibliotheek Maastricht Universiteits Bibliotheek Amsterdam Idem, Bibliotheek van de Doopsgezinde Gemeente Universiteits Bibliotheek Leiden Universiteits Bibliotheek Nijmegen Universiteits Bibliotheek Maastricht, collectie voormalig Grootseminarie Warmond Uden, Brigittinessenabdij M a r i a Refugié Universiteits Bibliotheek Utrecht Idem, Collectie Thomaasse Idem, Centrale Oud-Katholieke Bibliotheek Utrecht, Gertrudisparochie
273