DE TEWERKSTELLING VAN STUDENTEN (2015) Studentenarbeid zit nog steeds in de lift en is een inherent onderdeel van het studentenleven geworden, zowel tijdens de zomervakantie als gedurende het academiejaar. Voor wie er nog niet mee vertrouwd is of er graag iets meer over weet, zetten wij de toepasselijke regels op een rij. 1. Wie mag als jobstudent werken en wie niet? Wel: •
•
Niet: • • • • •
iedere jongere van 15 jaar of ouder die niet meer is onderworpen aan de voltijdse leerplicht (16 jaar zijn of de leeftijd van 15 jaar hebben op voorwaarde dat op die leeftijd de eerste twee jaar secundair onderwijs zijn gevolgd) en die nog onderwijs volgt (middelbaar-, kunst-, technisch-, hoger-, universitair onderwijs) studenten ouder dan 15 jaar in het deeltijds onderwijs, op voorwaarde dat zij niet verbonden zijn met een deeltijdse arbeidsovereenkomst/deeltijdse stageovereenkomst/industriële leerlingenovereenkomst of middenstandsovereenkomst én die niet genieten van een overbruggingsuitkering, én enkel werken als student tijdens de schoolvakanties.
de minderjarige studenten die hun voltijdse leerplicht niet beëindigd hebben en dus jonger zijn dan 16 (of 15) jaar studenten die naast het deeltijds onderwijs, nog verbonden zijn door een deeltijdse stage- of arbeidsovereenkomst, dan wel een industriële leerlingenovereenkomst of middenstandsovereenkomst of die overbruggingsuitkeringen ontvangen studenten die sedert meer dan 12 maanden ononderbroken bij dezelfde werkgever werken studenten die in een avondschool zijn ingeschreven of onderwijs met beperkt leerplan volgen studenten die als stage onbezoldigde arbeid verrichten die deel uitmaakt van hun studieprogramma.
2. Welke administratieve formaliteiten dienen vervuld te worden? De overeenkomst voor studenten is een overeenkomst voor bepaalde duur van maximum 12 maanden die voor iedere student afzonderlijk schriftelijk moet worden vastgesteld uiterlijk op het tijdstip waarop hij in dienst treedt, en die een aantal specifieke vermeldingen dient te bevatten (o.m. de datum van het begin en het einde van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, de plaats van de uitvoering van de overeenkomst, de arbeidsduur per dag en per week, eventueel proefbeding van minimum 7 en maximum 14 dagen,…). Als lid van Sodiro kan u een model van studentenovereenkomst op eenvoudig verzoek bekomen. Vooraleer de student in dienst treedt, dient u als werkgever ook de indienst- en uitdiensttreding elektronisch aan te geven, samen met het aantal dagen waarop u de student zal tewerkstellen, zoals bepaald in de studentenovereenkomst(Dimona-aangifte). De dimona gebeurt per kalenderkwartaal. U kan dit aantal dagen achteraf nog wijzigen als de student uiteindelijk niet het geplande aantal gewerkt heeft. Dit kan tot uiterlijk de laatste dag van de vervaltermijn voor de trimestriële Dmfa-aangifte waarin die dagen vallen. Op zijn eerste werkdag dient de student een afschrift van het arbeidsreglement te ontvangen, waarvoor hij tekent voor ontvangst. Sodiro vzw - Ovenstraat 37 - 8800 Roeselare
1/5.
Vermits de studentenovereenkomst een sociaal document is, bent u als werkgever verplicht om deze gedurende 5 jaar te bewaren op de plaats waar deze student wordt tewerkgesteld. Vergeet evenmin een arbeidsongevallenverzekering af te sluiten. Hebt u reeds personeel in dienst, ga dan bij uw verzekeraar na of u de polis al dan niet dient uit te breiden. 3. Welk loon dient een student te ontvangen? Het loon van een student mag in principe niet minder bedragen dan het minimumloon dat, rekening houdend met het werk dat hij doet, vastgesteld is binnen de sector. Let wel, in sommige sectoren is er voor studentenarbeid een afzonderlijke loonschaal voorzien. Bij tewerkstelling in sectoren die geen lonen voorzien hebben, moet voor een tewerkstelling van minstens 1 maand het gemiddelde minimummaandinkomen zoals vastgesteld door de Nationale Arbeidsraad, gerespecteerd worden. 4. Arbeidsduur? Behoudens enkele uitzonderingen (waaronder de situatie waarin het loon van de student is vrijgesteld van de normale sociale zekerheidsbijdragen cfr. punt 6), mag de wekelijkse arbeidsduur niet beneden 1/3 van de arbeidsduur toepasselijk in de sector liggen. Bovendien mag elke arbeidsperiode in de regel niet minder dan 3 uur bedragen. 5. Hoe een studentenovereenkomst beëindigen? Hoewel het om een contract voor bepaalde tijd gaat dat afloopt op een bepaalde datum, beschikken zowel werkgever als student over de mogelijkheid om de overeenkomst vervroegd te beëindigen, mits ze een opzeggingstermijn van respectievelijk 3 kalenderdagen of 1 kalenderdag naleven indien de studentenovereenkomst minder dan 1 maand bedraagt. Voor overeenkomsten van minstens 1 maand moet u een opzeggingstermijn van 7 kalenderdagen respecteren, en de student 3 kalenderdagen. De opzeggingstermijn dient betekend te worden volgens de normale procedurevoorwaarden en gaat in de maandag volgend op de week waarin de opzegging werd betekend. 6. Welke RSZ-bijdragen zijn verschuldigd? In principe is de tewerkstelling van studenten aan normale sociale zekerheidsbijdragen onderworpen. Niettemin worden sommige studenten uitgesloten van de normale sociale zekerheidsbijdragen, mits voldaan is aan bepaalde strikte voorwaarden. Daar waar er tot en met 2011 twee solidariteitsbijdragen bestonden, één voor studentenarbeid tijdens de zomermaanden en één voor de studentenarbeid tijdens de rest van het jaar, wordt deze vanaf 1 januari 2012 herleid tot één solidariteitsbijdrage. Deze solidariteitsbijdrage bestaat uit een werkgevers- en een werknemersbijdrage: de patronale bijdrage bedraagt 5,43%, terwijl de werknemersbijdrage 2,71% bedraagt (samen 8,14%), mits volgende voorwaarden cumulatief vervuld zijn: De student wordt tewerkgesteld op basis van een studentenovereenkomst; De tewerkstelling wordt beperkt tot maximum 50 arbeidsdagen per kalenderjaar (bij één of meerdere werkgevers) De student werd niet bij dezelfde werkgever tewerkgesteld in de loop van het voorafgaande schooljaar, tenzij in het kader van een studentencontract en uitsluitend tijdens de niet-verplichte aanwezigheidsperiodes in de onderwijsinstelling (op woensdagnamiddag, tijdens het weekend, ’s avonds of tijdens vakanties – dit geldt ook voor de maand september)
Sodiro vzw - Ovenstraat 37 - 8800 Roeselare
2/5.
6.1. Hoe de arbeidsdagen rekenen? Onder het begrip “arbeidsdag” vallen niet enkel de dagen waarop effectief arbeid wordt verricht (ongeacht het aantal uren per dag), maar ook de dagen waarop niet gewerkt wordt, doch waarvoor u wel loon bent verschuldigd (betaalde feestdagen, klein verlet, dagen gewaarborgd loon,…) De dagen die na de overeenkomst vallen, worden niet meegeteld om de 50 arbeidsdagen te bereiken (feestdagen die binnen een periode van 14/30 dagen vallen na de beëindiging van de overeenkomst). Elke begonnen arbeidsdag geldt bovendien als één volledige arbeidsdag voor de berekening van de 50-dagengrens, ongeacht het aantal uren dat de student die dag heeft gepresteerd. 6.2. Wat zijn de gevolgen bij overschrijding van de 50 dagen-grens? Indien de overschrijding van de 50-dagengrens bij dezelfde werkgever plaatsvindt, zijn de student en de werkgever in principe voor de volledige periode van tewerkstelling bij deze werkgever onderworpen aan de gewone RSZ-bijdragen. Let wel, volgens een interpretatie van de RSZ zullen de gewone bijdragen alleen verschuldigd zijn voor de dagen van overschrijding (dus vanaf de 51ste dag), indien de werkgever van bij het begin een correcte aangifte uitvoert. Dit betekent dat de werkgever concreet de eerste 50 dagen als ‘studentenprestaties’ dient aan te geven en de volgende dagen als prestaties van een ‘gewone werknemer’. Dus pas indien geen correcte aangifte is gebeurd, zijn de normale sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd vanaf de eerste werkdag. Werkt de student bij meerdere werkgevers en wordt het maximum toegelaten aantal arbeidsdagen in de loop van het kalenderjaar overschreden, dan zijn de gewone RSZ-bijdragen verschuldigd vanaf de 51ste dag, indien de werkgever bij wie de overschrijding plaatsvindt vanaf de 51ste dag een correcte aangifte heeft gedaan in de Dmfa. Concreet dient tot en met de 50ste dag een aangifte te gebeuren met solidariteitsbijdrage en het surplus met gewone RSZbijdragen. Gebeurt er geen juiste aangifte, dan zijn alle dagen gepresteerd bij deze werkgever volledig RSZ onderworpen. 6.3. Hoe kan het aantal gewerkte dagen als student door de werkgever gecontroleerd worden? De werkgever vraagt bij de student een attest op dat de student zelf vanuit de website www.studentatwork.be kan aanmaken en waarop het aantal dagen waarop gewerkt kan worden met de solidariteitsbijdrage vermeld staat Via de code vermeld op het attest kan de werkgever bovendien zelf op de website www.studentatwork.be het actuele saldo aan dagen met solidariteitsbijdrage verifiëren Bij het uitvoeren van dimona wordt een waarschuwing gegeven indien de teller overschreden wordt en wordt – in geval van dimona via de beveiligde toepassing - , het aantal dagen van overschrijding meegedeeld. 6.4. Wat na het einde van de studies? Aan het standpunt van de RSZ in verband met de mogelijkheid van studentenarbeid na de voltooiing van de studies wijzigt niets. Dit betekent dat een jongere in de zomervakantie volgend op de voltooiing van zijn studies tewerkgesteld kan worden met toepassing van de solidariteitsbijdrage (redenering: de student kan na de zomervakantie alsnog een andere studie aanvatten). Wanneer deze student bij diezelfde werkgever nadien vast in dienst treedt (in hetzelfde kwartaal of vanaf oktober), zal er echter een rechtzetting moeten gebeuren indien deze jongere wordt aangeworven voor dezelfde functie als de functie die hij tijdens zijn studentenjob uitoefende. De RSZ gaat er immers in deze situatie van uit dat de studentenjob een vermomde proefperiode was voor de latere overeenkomst van onbepaalde duur.
Sodiro vzw - Ovenstraat 37 - 8800 Roeselare
3/5.
Als werkgever dient u hier bijgevolg rekening mee te houden indien u overweegt om een jongere eerst te werk te stellen met een studentenovereenkomst met toepassing van de solidariteitsbijdrage om deze nadien (al dan niet aansluitend) definitief in dienst te nemen.
7. Fiscale situatie van de student en zijn ouders? 7.1. Dient bedrijfsvoorheffing te worden ingehouden? De werkgever is niet verplicht bedrijfsvoorheffing in te houden op het loon, indien de normale sociale zekerheidsbijdragen niet van toepassing zijn. Studenten kunnen genieten van een belastingvrije som van € 7.380, wanneer hun globaal belastbare nettoinkomsten niet hoger liggen dan € 26.360 per jaar. Voor de andere studenten is de belastingvrije som gelijk aan € 7.090. Als zijn gezamenlijk belastbaar netto-inkomen deze belastingvrije som niet overschrijdt, is de student met andere woorden geen belastingen verschuldigd.
7.2. Is de jobstudent nog ten laste van zijn ouders? Om nog fiscaal ten laste van zijn ouders te kunnen zijn, mag de student op jaarbasis maximaal volgende bedragen verdienen:
Inkomsten 2015 Bruto belastbaar (aanslagjaar 2016) (jaarbedrag in Euro) Student 3.900,00 Student van wie de 5.625,00 vader of moeder alleenstaand is Gehandicapte student 7.150,00 van wie de vader of moeder alleenstaand is
Netto belastbaar (jaarbedrag in Euro) 3.120,00 4.500,00
5.720,00
Voor inkomsten op basis van een studentenovereenkomst wordt het bruto belastbaar bedrag met € 2.600 verhoogd. De eerste € 2.600 bruto belastbaar die de student verdient, worden m.a.w. niet in aanmerking genomen voor de berekening van de grensbedragen vermeld in de tabel hierboven. Bemerk dat er bij de beoordeling of de grens van de toegelaten bestaansmiddelen is overschreden, geen rekening moet worden gehouden met sommige inkomsten zoals kinderbijslag, studiebeurzen en de eerste schijf van € 3.120 aan onderhoudsgeld. Ouders die een loon toekennen aan hun kind en dit loon als bedrijfskost van een eenmanszaak aftrekken, kunnen dit kind niet meer aangeven als persoon ten laste, ongeacht de hoogte van het loon.
Sodiro vzw - Ovenstraat 37 - 8800 Roeselare
4/5.
8. Wat zijn de gevolgen voor de kinderbijslag? T.e.m. 31/08 van het jaar waarin iemand 18 jaar wordt, geldt een onvoorwaardelijk recht op kinderbijslag, ook in geval van tewerkstelling (werknemer) of andere winstgevende activiteit (zelfstandige of statutair). Vanaf september van het jaar waarop de student 18 wordt, gelden volgende principes: Tijdens het derde kwartaal (zomervakantie) gelden geen beperkingen, ongeacht het statuut van de student (werknemer of zelfstandige) en ongeacht het type arbeidsovereenkomst; Tijdens het eerste, tweede en vierde kwartaal mag de student maximaal 240 uren per kwartaal werken, ongeacht zijn statuut (werknemer of zelfstandige) en ongeacht het type arbeidsovereenkomst. Bij een overschrijding verliest men de kinderbijslag voor het desbetreffende kwartaal; Na het einde van de studies mag de student maximaal 240 uren werken gedurende de maanden juli tot en met september (derde kwartaal). Bij overschrijding, gaat het recht op kinderbijslag verloren. Men moet zich ook tijdig laten inschrijven als werkzoekende; Indien men recht heeft op een werkloosheidsuitkering of inschakelingsuitkering (voorheen wachtuitkering), is er geen recht op kinderbijslag.
Sodiro vzw - Ovenstraat 37 - 8800 Roeselare
5/5.