DOSSIER KLIMAAT
De temperatuur meten in de Gentse Kanaalzone Interview met Patrick Mertens Patrick Mertens is provinciaal secretaris in Oost-Vlaanderen voor ABVV Metaal. Vanuit zijn bureau aan de Vrijdagmarkt in Gent volgt hij al jaren het wel en wee van een aantal grote bedrijven in de Gentse kanaalzone. Daaronder ArcelorMittal, de grootste uitstoter van broeikasgassen in België. Een vakbondssecretaris waakt vooral over de welvaart en het welzijn van de werknemers. Maar Patrick heeft een bredere belangstelling die hem ook doet kijken naar wat er gebeurt met de industrie in tijden van globalisering en klimaatcrisis. Tijd dus voor een babbel over broeikasgassen, windmolens en de concurrentie met China. A&M: Hoe gaan de grote bedrijven in het Gentse havengebied, zoals ArcelorMittal, Volvo Trucks of Volvo Cars om met klimaat en energie? Patrick Mertens: “Voor de Gentse kanaalzone heeft Volvo Trucks een belangrijke voortrekkersrol gespeeld. Het bedrijf begon als eerste in de Gentse kanaalzone te streven naar een klimaatneutrale fabriek. Sinds de periode 2006-2007 is alle verbruikte
20
am magazine jaargang 2015 nr 3
energie “groen”. De vestiging maakte werk van energiebesparing en energie-efficiëntie. Het nieuwe logistieke centrum is een passiefgebouw. Van andere gebouwen werd het dak vernieuwd. Er werden lichtstraten ingebouwd die zorgen voor rechtstreeks daglicht. Ook de rest van de verlichting werd onder handen genomen om zo weinig mogelijk elektriciteit te verbruiken. Tegelijk werden zonnepanelen geplaatst op het dak.
Een ander deel van de nodige elektriciteit komt van windmolens die opgesteld staan op het bedrijfsterrein. De ontbrekende hoeveelheid stroom wordt afgenomen van waterkrachtcentrales in de vallei van de Rhône. De bedrijfsgebouwen worden verwarmd met pellets. De anderen bedrijven in het havengebied hebben dat voorbeeld gevolgd. En ook het Gentse havenbedrijf is door het verhaal van Volvo Trucks meer
aandacht gaan besteden aan de mogelijkheden op het vlak van energie. Bij ArcelorMittal zijn er twee kanten aan het verhaal. Aan de ene kant heeft de vestiging in Gent (AM-Gent) belangrijke stappen vooruit gezet. Eerst op het vlak van de klassieke milieuthema’s zoals luchtverontreiniging, afvalwaterzuivering, afval en bodemsanering. De cokesfabriek werd gerenoveerd tot een van de meest moderne installaties ter wereld. Energiebesparing is een recenter aandachtspunt. De Gentse site stoot jaarlijks ongeveer 9 miljoen ton CO2 uit en neemt daarmee een kleine 8 procent van de totale Belgische CO2- uitstoot voor zijn rekening. Dus die aandacht is hard nodig. Daarom werd in 2010 een nieuwe elektriciteitscentrale in gebruik genomen op het bedrijfsterrein van AM-Gent. Electrabel investeerde 300 miljoen euro in de centrale waarin de hoogoven- en convectorgassen van AM-Gent l verbrand worden. ArcelorMittal stak 90 miljoen euro in een installatie om convectorgas (afkomstig van de ontgassing van vloeibaar staal) te recupereren. Dat gas werd voordien afgefakkeld. Nu gebruikt AM-Gent een eerste deel van het convectorgas zelf, ter vervanging van aardgas. Het tweede deel gaat - samen met het hoogovengas - naar de nieuwe centrale. De convectorgasrecuperatie zorgt voor een jaarlijkse CO2reductie van 150.000 ton. Recent kondigde het bedrijf aan dat het nog een stap verder wil zetten. ArcelorMittal gaat 80 miljoen euro investeren in een installatie om een deel van de CO in de gassen om te zetten tot ethanol. Hiervoor brengt men de CO in gelijkaardige omstandigheden dan op de bodem van de diepzee, waardoor bepaalde microben hun werk kunnen doen. Voorheen werden alle hoogovengassen, dus ook de CO, naar een elektriciteitscentrale gestuurd, waardoor bij verbranding van de CO koolstofdioxide (CO2) vrij kwam in de atmosfeer. Dat project moet zorgen voor een vermindering van de CO2-uitstoot met 120.000 ton. De verschillende projecten vertegenwoordigen samen maar een klein deel van de totale emissies, maar het zijn toch stappen in de goede richting. AM-Gent wil ook windmolens bouwen op zijn bedrijfs-
In het Gentse havengebied wordt geïnvesteerd in klimaat- en energiemaatregelen. Het is van cruciaal belang dat de vakbonden ook actief betrokken worden en op zoek gaan naar nieuwe wegen voor de aanwezige industrieën.
© Havenbedrijf Gent - Tom D’haenens
terrein. In de praktijk is er dus wel wat in beweging en doet het bedrijf belangrijke investeringen. Men beseft dat men op het vlak van duurzaamheid en energie vooruitgang moet boeken om te blijven bestaan. De andere kant van het verhaal is de manier waarop het bedrijf inspeelt op het Europese handelssysteem voor emissierechten voor de uitstoot van broeikasgassen (ETS) (zie kaderstuk op p. 24). Het bedrijf stelt veel in het werk om zoveel mogelijk rechten binnen te halen. Men volgt dit dossier op de voet en gaat lobbyen bij politici. De argumenten die men inroept, zijn de tewerkstelling en de oneerlijke concurrentie ten opzichte van producenten in landen zoals China. ArcelorMittal stelt dat ETS geen concurrentieproblemen veroorzaakt tussen bedrijven binnen Europa, maar wel met concurrenten van buiten de Europese Unie. Dit verhaal is technisch moeilijk te controleren, maar we mogen er niet zomaar aan voorbij gaan. Hoewel ArcelorMittal de grootste staalproducent ter wereld is, heeft het maar 10% van de wereldstaalproductie in handen. Er zijn nog heel wat concurrenten op veel plaatsen in de wereld.”
De bedrijfsvestigingen in de Gentse kanaalzone maken vaak deel uit van grote groepen (zie kader p. 22). Wat is bijvoorbeeld de positie van de Gentse vestiging van ArcelorMittal binnen de groep? “AM-Gent is samen met de vestigingen in Duinkerken en Bremen één van de meest geavanceerde fabrieken van de groep. En dat op een heel aantal domeinen: automatisering, energie, investeringen, … Het geïntegreerd karakter van de vestiging is daarbij belangrijk: alle grondstoffen kunnen worden aangevoerd via schepen. De Gentse vestiging probeert doelbewust de beste van de klas te zijn op alle domeinen. Ook het management van AM-Gent heeft een goede reputatie binnen de groep. Dat is zeker een troef voor het voortbestaan van de vestiging. Maar het is niet altijd eenvoudig om daar als vakbond mee om te gaan: er is veel druk op het personeel om zo efficiënt mogelijk te zijn, om met zo weinig mogelijk mensen zoveel mogelijk te produceren. In het begin van de
“Energiebesparing is bij ArcelorMittal een recent aandachtspunt. De Gentse site stoot jaarlijks ongeveer 9 miljoen ton CO2 uit en neemt daarmee een kleine 8 procent van de totale Belgische CO2- uitstoot voor zijn rekening. Dus die aandacht is dus hard nodig.” >> Lees verder op p. 23
am magazine jaargang 2015 nr 3
21
DOSSIER KLIMAAT
ArcelorMittal (AM) ArcelorMittal (AM) is veruit de grootste staalproducent van de wereld. De groep produceerde in 2014 91,1 miljoen ton staal. Europa neemt 39,3 miljoen ton voor zijn rekening, verdeeld over 15 productievestigingen. De Gentse vestiging produceert jaarlijks ongeveer 5 miljoen ton staal, die o.a. naar de autonijverheid gaat. AM-Gent (ook gekend onder de oude naam “Sidmar”) had in 2014 4.642 voltijdse werknemers in dienst. De vestiging geeft © Eric Verstraeten bovendien dagelijks werk aan 1.100 contractanten en zorgt voor een belangrijke indirecte tewerkstelling. De vestiging investeert jaarlijks gemiddeld 90 miljoen euro, waarvan ongeveer 15% naar milieugerelateerde projecten gaat. Sinds een tiental jaar gaat er meer en meer aandacht naar investeringen in energiebesparing.
Volvo Trucks De Gentse vestiging van Volvo Trucks produceert meer dan 35.000 trucks per jaar. Ze is daarmee de grootste assemblagefabriek van Volvo Trucks in Europa. Ze maakt deel uit van de Volvo Groep. Die heeft zijn hoofdkantoor in Göteborg (Zweden) en heeft productiefaciliteiten in 18 landen. De totale groep biedt werk aan ongeveer 100.000 mensen, waarvan bijna 3.500 personen in België. De groep produceert cks Tru © Copyright Volvo trucks, bussen en machines voor de bouwsector (incl. wegenbouw en mijnbouw). De Gentse vestiging gaat er prat op dat ze de eerste CO2-neutrale onderneming was in België. De fabriek investeerde o.a. in de bouw van windturbines en in een nieuw verwarmingssysteem op basis van biomassa.
Volvo Cars Volvo Cars maakt sinds 2010 deel uit van de Chinese holding Zhejiang Geely, al is het hoofdkwartier nog steeds in Göteborg. De groep produceert personenwagens in productievestigingen in Zweden, België (Gent), China en Maleisië. In 2014 stelde de groep wereldwijd 22.300 mensen tewerk, waarvan ongeveer 4.000 in Gent.
22
am magazine jaargang 2015 nr 3
jaren negentig maakte de vestiging per personeelslid iets meer dan 3 ton staal per jaar. Nu gaan we in de richting van 5 ton, al was er een sterke terugval tijdens de crisis. Het antwoord op de crisis was het actieplan 2009, waardoor een duizendtal jobs verloren ging. Naast het streven naar efficiëntieverbetering in de productieprocessen werd in het recente verleden steeds meer aan outsourcing gedaan en werd ook beroep gedaan op interim. In een verder verleden gebeurde dat niet, vooral dan om veiligheidsredenen. Al lijkt men - merkwaardig genoeg - nu toch terug te komen op het verhaal van uitbesteding en interim.” Welke vrijheid heeft men op het vlak van innovatie en investeringen? Maakt dat een verschil op klimaatvlak? “Dankzij haar goede reputatie kan de Gentse vestiging rekenen op de goodwill op van de groep. AM-Gent krijgt geregeld investeringsbudgetten voor projecten, bijvoorbeeld op het vlak van klimaat en milieu. Al ging het moeilijk tijdens de economische crisis. Toen werden de investeringsprojecten in de koelkast gestoken. Die crisis leidde trouwens ook tot sociale spanningen binnen het bedrijf. In de toen afgesloten CAO’s probeerde het management de totale loonlast te verlagen door geen brugpensioen meer toe te staan. Dat viel de werknemers en de vakbond zwaar. Werken in een staalfabriek was altijd al zwaar, ongezond en gevaarlijk, zelfs nog steeds met dodelijke ongevallen. Het gaat immers om continue-arbeid in een zevendagensysteem. De mogelijkheden om te innoveren zijn beperkt, toch als je binnen het bestaande productieprocédé blijft. Het standaardprocédé vergt nu eenmaal koolstof, en dat zorgt onvermijdelijk voor CO2-emissies. Wat je dan nog kan doen is zoeken naar nuttige toepassingen of naar opvang van de uitstoot. Dat eerste gebeurt dus ook in de recente projecten met hoogoven- en convectorgassen. Daarnaast heeft men een experiment opgezet met een heel ander productieproces. Men heeft een kleine elektrische
oven uitgetest die schroot moest omsmelten. Jammer genoeg is dat experiment mislukt. Zowel technisch als economisch liep het mis. Economisch smeten een hoge schrootprijs en de economische crisis roet in het eten. Verder is de hoeveelheid schroot beperkt, wat het lastig maakt om grote elektrische installaties - die moeten zorgen voor schaalvoordelen - succesvol uit te baten. En tenslotte, ook elektrische ovens vragen zeer grote hoeveelheden energie. Ook dan blijft de uitdaging bestaan om die energie op een milieu- en klimaatvriendelijke manier op te wekken.”
Bij ArcelorMittal worden de werknemers en de vakbonden bijzonder goed geïnformeerd over wat er gebeurt qua Europese regelgeving. Daarmee is niet gezegd dat de informatie altijd volledig is. Want de Europese regelgeving wordt doorgaans gezien als een bedreiging. ArcelorMittal heeft meerdere lobbyisten in Brussel die met milieu en klimaat bezig zijn en de politici aflopen. De bedrijfsleiding verwacht van de vakbonden dat ze mee de beleidsmakers waarschuwen voor de gevaren die volgens de bedrijfsleiding uitgaan van de regelgeving, bijvoorbeeld op het vlak van tewerkstelling.
Hoe ervaar je de rol van de overheid op het vlak van klimaat- en energiebeleid? “Het overheidsbeleid is van groot belang. Het moet de zaken in gang zetten. En als één bedrijf overstag gaat, zijn er altijd anderen die volgen. Vooral Europa is belangrijk. Goede Europese regelgeving maakt dat die grote bedrijven binnen Europa niet met zware problemen van concurrentieverstoring zitten. Je ziet trouwens dat de oude bedrijven - die ArcelorMittal her en der in Oost-Europa overnam - stap voor stap gemoderniseerd worden. Toch bestaat bij een aantal bedrijven de tendens om Europese regelgeving af te remmen, ze gebruiken hiervoor het argument dat het een zware uitdaging is om te concurreren met bedrijven in andere continenten.”
Niet elk bedrijf reageert op dezelfde manier. Er is bijvoorbeeld een groot verschil in bedrijfscultuur tussen de Volvobedrijven en AM-Gent. Bij AM-Gent is er veel meer sprake van de klassieke tegenstelling tussen werkgevers en werknemers. En dat komt van de twee kanten. Het is een machtsstrijd op een beleefde manier. Bij ArcelorMittal is het altijd marchanderen over toegevingen. Je hebt er steevast het gevoel dat de winst van de ene het verlies is van de andere. Bij Volvo is er natuurlijk ook een tegenstelling tussen arbeid en kapitaal, maar toch is er een andere sfeer en zijn de mogelijkheden tot dialoog veel ruimer. De directie zegt nooit bij het begin van onderhandelingen wat het eindresultaat moet zijn. Er wordt open kaart gespeeld,
“Goede Europese regelgeving maakt dat die grote bedrijven binnen Europa niet met zware problemen van concurrentieverstoring zitten.” In welke mate worden de werknemers geïnformeerd en betrokken door de bedrijven? “Werknemers begrijpen meer en meer dat aandacht voor energie, klimaat en milieu belangrijk is voor het voortbestaan van hun bedrijf. Eigenlijk houdt de evolutie van de mentaliteit bij de werknemers min of meer gelijke tred met die van bazen zelf. Je zou kunnen zeggen dat het gaat om een breder proces van maatschappelijke bewustwording.
waardoor de onderhandelingen vertrekken vanuit een soort begrip voor elkaars zorgen en problemen. Dat biedt de vakbonden een betere kans om in te spelen op de bedrijfsstrategie en zo de eigen punten te maken. Er ontstaat meer ruimte om strategisch te denken en om naar creatieve oplossingen te zoeken. En dat geeft ook meer resultaat. Zo heeft Volvo Cars recent twee fabrieken geinsourced, meer bepaald die van Johnson Controls in Assenede en van >> Lees verder op p. 25
am magazine jaargang 2015 nr 3
23
DOSSIER KLIMAAT
ETS - het Europese systeem voor emissiehandel Het Europese systeem voor emissiehandel (European Union Emissions Trading System, kortweg EU ETS) is het eerste grote systeem voor het verhandelen van uitstootrechten van broeikasgassen in de wereld, en is ook de grootste. Het trad in 2005 in werking om de opwarming van de aarde tegen te gaan. In 2013 vielen meer dan 11.000 fabrieken, elektriciteitscentrales en andere installaties met een netto warmteoverschot van 20 MW onder het systeem. Deze bevonden zich in de 28 lidstaten van de Europese Unie en in IJsland, Noorwegen en Liechtenstein. De installaties samen zorgen voor ongeveer de helft van de CO2-emissies en 40% van de totale broeikasgasemissies van de EU. Het systeem is een ‘cap and trade’ systeem. Een maximumuitstoot van broeikasgassen die kunnen worden uitgestoten wordt bepaald. Dan worden de rechten om uit te stoten geveild of gratis toegewezen. Vervolgens kunnen bedrijven deze rechten verhandelen. Installaties moeten zelf hun CO2-emmissies meten en rapporteren. Wanneer een bedrijf meer uitstoot dan het rechten heeft, moeten er rechten bijgekocht worden. Omgekeerd kan een bedrijf zijn rechten verkopen wanneer het minder uitstoot. Dit zorgt er in theorie voor dat zonder al te veel overheidsinterventie, de goedkoopste methode tot het terugdringen van broeikasgasemissies wordt gevonden. In de praktijk kent het systeem echter zeer veel problemen. Door de economische crisis ontstond er een gigantisch overschot op de markt van meer dan 2 miljard rechten (gelijk aan 2 miljard ton CO2) onder meer daardoor is de prijs voor een ton CO2 veel te laag. De marktprijs schommelt rond de 7 euro/ton CO2 terwijl die initieel meer dan 25 euro/ton bedroeg. Daarenboven is een nog veel hogere prijs nodig (+/- 50 euro/ton) om bv. steenkool uit de markt te prijzen. De Europese lidstaten en de EU hebben veel toegiften gedaan aan de energie-intensieve sectoren om ‘carbon leakage’ te vermijden. Met dit begrip wil men het risico omschrijven dat bedrijven wegtrekken uit Europa en hun vervuilende installaties elders plaatsen. Rapporten van de Europese Commissie geven aan dat er tot nu toe geen ‘carbon leakage’ heeft plaatsgevonden. Ondertussen hebben de Europese instellingen een voorstel uitgewerkt om de emissiehandel te hervormen. De belangrijkste maatregel die voorgesteld wordt is een marktstabiliteitsreserve. Die moet ervoor zorgen dat het grote overschot aan rechten aangepakt wordt1. In Vlaanderen vallen momenteel 220 broeikasgas-installaties onder het EU ETS, die samen goed zijn voor 40 % voor de Vlaamse CO2-uitstoot. Tussen 2005 en 2014 is de uitstoot van deze bedrijven gedaald met amper 6,04%. De belangrijkste daling werd gerealiseerd in de elektriciteitssector. Dit gebeurde omdat deze sector minder gratis rechten kreeg dan ze nodig had, waardoor er een stimulans was om emissies te reduceren. Vanaf 2013 moet de elektriciteitssector alle rechten aankopen op de markt. Andere sectoren zoals de chemie verhoogden hun emissies, of realiseerden slechts beperkte reducties zoals in de staalsector. Zowel de chemie en vooral de staalsector ontvingen ruimschoots meer gratis rechten dan ze nodig hadden. 1 http://ec.europa.eu/clima/policies/ets/reform/index_en.htm
24
am magazine jaargang 2015 nr 3
DSV Logistics in Gent. Dat gaf ons als vakbond meer mogelijkheden om mensen een haalbare job te geven naar gelang hun leeftijd en hun gezondheid. Dat was nodig. Als gevolg van de crisis verdween bij Volvo Trucks immers de bouw van de lichte vrachtwagen. En dat was nu juist het bedrijfsonderdeel waar oudere werknemers een wat minder belastende job hadden.” Wat moeten vakbonden doen om sterker te staan op het vlak van industrieel beleid, energie en klimaat? “Sociale thema’s - zoals aandacht voor loon- en arbeidsvoorwaarden - staan voorop. Toch moeten vakbonden mee zoeken naar nieuwe wegen voor de industrie. Twintig jaar geleden was dat taboe. Maar nu beseffen we dat het geen zoden aan de dijk brengt om alleen te kijken naar loon- en arbeidsvoorwaarden. Het onderhandelen over herstructureringen - en het verzachten van de gevolgen daarvan via sociale enveloppes - heeft de afgelopen twintig à dertig jaar te veel de aandacht opgeslokt van de vakbond. We moeten uit het defensief, en we moeten terug onze rol van maatschappelijke avant garde opnemen. Maar zonder onze sociale kerntaak uit het oog te verliezen. ABVV metaal zet daarom al een jaar of zes in op een andere weg. De bedreigingen worden groter. Denk maar aan klimaatverandering. En er zijn veel ontwikkelingen bezig. Een bedrijf als Umicore
© Volvo Trucks
“Volvo Cars heeft recent twee fabrieken geinsourced. Dat gaf ons als vakbond meer mogelijkheden om mensen een haalbare job te geven naar gelang hun leeftijd en hun gezondheid.” bewijst dat het anders kan; het evolueerde in een aantal jaren van de vuilste van de klas naar de opkuiser. Dat verplicht ons als vakbond om mee te zoeken naar nieuwe wegen. Elektrische wagens, hernieuwbare energie, anders omgaan met schaarser wordende metalen,… Voorlopig blijft het vooral bij studeren en praten over de vraag hoe we kunnen komen tot een toekomstgerichte industrie. We lieten bijvoorbeeld een studie uitvoeren door duurzaamheidsspecialist Bernard Mazijn. Al werken we ook aan een mentaliteitswijziging. We maakten van duurzaamheid een congresthema. En dat was toch een belangrijke stap vooruit. Zonder draagvlak krijg je geen congresresoluties gestemd. Maar goed, er mag nog wat meer beweging komen in de centrale.
“We moeten terug onze rol van maatschappelijke avant garde opnemen. Maar zonder onze sociale kerntaak uit het oog te verliezen.”
Mee praten over al die onderwerpen, dat is een zware boterham. Het is dus belangrijk om genoeg kritische massa bijeen te krijgen. Daarom werken we aan verbreding, binnen en buiten de centrale, binnen en buiten het ABVV. We zien wel wat in versterkte samenwerking met andere centrales, met andere vakbonden, met academici,... We hebben behoefte aan een instantie waar we ervaring en kennis bijeen kunnen brengen op technisch, sociaal en economisch vlak. Zelf hebben we geen rechtstreeks vat op investeringen in een duurzame industrie. Dus moeten we een strategie hebben om daarrond te lobbyen. Industrieel beleid, een rechtvaardige maatschappij, transitie, .. daar moeten we naar toe. Maar goed, zo gemakkelijk ligt dat nu ook weer niet. De lange traditie die we hebben brengt starheid met zich mee. En het is ook een verhaal van gelijk oversteken. Al willen we als ABVV Metaal wel een duw geven om anderen mee te krijgen.” Interview: Pieter Verbeek, studiedienst Vlaams ABVV
“De Gentse vestiging van Volvo Trucks gaat er prat op dat ze de eerste CO2-neutrale onderneming was in België. De fabriek investeerde onder andere in een nieuw verwarmingssysteem op basis van biomassa.”
am magazine jaargang 2015 nr 3
25