De tegenaanval op zwerfafval!
Educatief project ter voorkoming van zwerfafval in de wijk Dit project is in samenwerking met de studenten van de PABO van de HvA tot stand gekomen. Van: Michelle Hermarij, Manuella Grzankowska, Frank Kleijn, Miriam Lachkar, Ulku Tucutu, Chantal Drommel en Fiona Lam Onder leiding van Danielle Brouwers, Christiana Driessen en Bas Higler
Handleiding project zwerfafval Indeling: Totstandkoming van het ontwikkelen van het project Het belang van aandacht voor zwerfafval Kerndoelen en tussendoelen Opzet, structuur en organisatie De lessen: - Introductieles -
Vroeger en nu
-
Buurtonderzoek
-
Afval scheiden
-
Circuitles
-
Markt
Bijlage met werkbladen
1
Totstandkoming van het ontwikkelen van het project In samenwerking met woningbouwvereniging Rochdale en de Academie van de stad hebben studenten van de HA, richting PABO, lesmaterialen ontworpen ter bestrijding van het zwerfafval in het stadsdeel Slotervaart. Na een aantal bijeenkomsten, waarbij de discussies hoog opliepen over de oorzaken en de gevolgen van het afval, zijn de studenten aan het werk gegaan om lessen te ontwerpen om de kinderen in Slotervaart bewust te maken van zwerfafval. Door de constante terugkoppeling van de ideeën van student naar begeleider naar docent naar Rochdale zijn we tot een compleet lespakket gekomen waarmee scholen in Slotervaart aan de slag kunnen om de overlast van zwerfafval terug te dringen.
Het belang van aandacht voor zwerfafval De jeugd heeft de toekomst en daarom is het verstandig ter voorkoming van problemen de jeugd bewust te maken van de oorzaken en gevolgen van zwerfafval. Door middel van de verschillende activiteiten in dit lespakket maken de kinderen een ontwikkeling door ten aanzien van zwerfafval. De kinderen worden geconfronteerd met hun eigen belevingswereld en omgeving waarover discussie gevoerd kan worden in de klas.
Kerndoelen en tussendoelen Het voornaamste kerndoel waar met dit project naar gestreefd wordt is kerndoel 39: De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu. Mogelijke tussendoelen zijn: De leerling leert een eenvoudig onderzoek uit te voeren naar een actueel maatschappelijk verschijnsel en de uitkomsten daarvan te presenteren. Door zelf onderzoek te doen leren leerlingen een verband te leggen tussen theorie en praktijk. Bij vakken als biologie, natuurkunde en scheikunde liggen dit soort onderzoeken voor de hand, maar ook meer maatschappelijke onderwerpen lenen zich voor eigen onderzoek. Leerlingen krijgen oog voor de diversiteit van de samenleving. Problemen zoals discriminatie en intolerantie komen vaak voor in de buurt tussen verschillende groepen bewoners. Door het over het omgaan met de buurt en het omgaan met elkaar te hebben kom je wellicht dichter bij elkaar, en respecteer je elkaars gewoonten beter. Waarmee niet gezegd is dat 2
alles maar acceptabel hoeft gevonden te worden. Zwerfafval is onacceptabel. Daarover dient met elkaar gesproken te worden om zo bewustzijn voor de buurt te kweken. Verantwoording van de tussendoelen: In grote steden speelt vooral het probleem van segregatie: autochtone en allochtone Nederlanders leven vaak gescheiden van elkaar in aparte wijken. Deze segregatie is (vaak nog sterker) in het onderwijs terug te zien. Veel kleinere gemeentes hebben met name in de negentiger jaren te maken gehad met de grote behoefte aan opvang voor asielzoekers, juist in die gebieden waar veel ruimte was werden er asielzoekerscentra gebouwd. Dit leidde soms tot groot protest. Het is interessant om de ontwikkelingen en het beleid in de eigen gemeente met betrekking tot deze onderwerpen tegen het licht te houden. U kunt lokale kranten of de website van de gemeente raadplegen om hier meer over te weten te komen. Leerlingen kunnen zelf onderzoek doen in de eigen omgeving, bijvoorbeeld door elkaar en eventuele buurtbewoners te bevragen op hun tevredenheid over de buurt en de redenen waarom zij hier zijn komen wonen. Opzet, structuur en organisatie Er zijn 6 lessen/activiteiten die u schoolbreed in 1 week uit kunt voeren. Op deze manier hebt u een projectweek waarin u dagelijks 1 tot 1,5 uur inroostert voor het project “Zwerfafval”. De lessen zijn in volgorde van uitvoering achter elkaar gezet, maar kunnen ook niet-chronologisch uitgevoerd worden. Let er wel op dat u met de introductieles begint om het kind in zijn belevingswereld aan te spreken. Tevens is het voor de kinderen leuk om de lessenreeks af te sluiten met de markt, zodat ze de gemaakte werkjes kunnen presenteren aan elkaar en aan ouders. Het is handig om vooraf als leerkracht een activiteit goed door te lezen, zodat u een activiteit goed kunt voorbereiden om de les te laten slagen. De lessenreeks in optimale volgorde: Introductieles Vroeger en nu Buurtonderzoek Afval scheiden Circuitles Markt
3
Introductieles “zwerfafval” Onderbouw Verantwoording In deze les maken de kinderen kennis met zwerfafval. De kinderen bedenken van verschillende soorten afval wat ermee moet gebeuren. Ze maken kennis met soorten afval.
Beginsituatie leerlingen
Doelen leerlingen Productdoel: Aan het eind van de les kunnen de kinderen zelf bedenken wat er moet gebeuren met allerlei soorten afval. Procesdoel: Leerlingen bewustmaken van hun eigen weggooigedrag. Het bewerkstellen van gedragsverandering bij leerlingen. Het versterken van gewenst gedrag van de leerlingen, zodat een schonere, veiligere en meer leefbare woon- en leefomgeving gecreëerd wordt.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal activiteitenbeschrijving Soorten afval , zoals De les in fases : lege flessen, lege blikjes, een leeg pak Introductie: 10 minuten melk, oude schoenen, Leg de voorwerpen uit op kleding die niet meer een tafel midden in de wordt gedragen, een
4
Organisatie
Tijdsduur
Introductie: 10 minuten. Verwerking: 25 minuten. Afsluiting: 5 minuten
Regel van tevoren verschillende bakken. Voor dat u begint met de les bestudeert u eerst de achtergrond informatie. En bezoek
klas. Zet ook een aantal „afvalbakken‟ in de klas: een bak voor glas, een bak voor kleding, een bak voor oud papier, een bak voor gft-afval, een bak voor restafval en een bak voor klein chemisch afval. Zet ook een bak neer waarin de voorwerpen voor hergebruik gedaan kunnen worden. (Let erop dat u voor elke bak ook afval hebt!) Vertel de kinderen dat ze een opdracht gaan doen over afval. Laat de voorwerpen die op de tafel liggen aan de kinderen zien. Kennen ze de voorwerpen? Benoem ze samen zonder er verder over te praten. Laat ook de afvalbakken zien.
kapotte broodrooster, een snoepwikkel, een boterhamzakje, een oud boek, de krant van gisteren, gelezen tijdschriften, schillen van aardappelen, verwelkte bloemen, lege batterijen enzovoort
Bakken die als afvalbak dienst kunnen doen (prullenbak, teiltje, rieten mand, emmer enzovoort)
Verwerking: 25 minuten Leg de kinderen uit dat ze steeds een voorwerp mogen kiezen. Over dat voorwerp stelt u de volgende vragen: · Moet dit voorwerp weggegooid worden of kun je het nog gebruiken? · Waarvoor kun je het nog gebruiken? · Als het voorwerp
5
ook van tevoren de site http://www.vvav.nl.
weggegooid moet worden, in welke afvalbak moet het dan? Bespreek zo alle voorwerpen die op tafel liggen. Voorwerpen waarvan de kinderen niet precies weten wat ze ermee moeten, laat u op tafel liggen. De andere voorwerpen verdwijnen in de verschillende afvalbakken. Bespreek nu elke afvalbak afzonderlijk. Benoem wat erin zit. Welke naam heeft deze afvalbak? Hoe ziet zo‟n bak er in het echt uit? (Kijk van tevoren in uw omgeving naar de verschillende afvalbakken). Bekijk de voorwerpen die nog op tafel liggen. Weten de kinderen inmiddels wat ze met die voorwerpen aan moeten? Als dat het geval is, bespreek het voorwerp dan zoals hiervoor beschreven. Als de kinderen niet weten wat ze ermee moeten doen, kunt u de voorwerpen op tafel laten liggen. De kinderen kunnen dan aan hun ouders vragen wat er bij hen thuis met deze voorwerpen gebeurt.
6
Wellicht weten ze de volgende dag wel wat ze met het voorwerp aan moeten. U kunt de kinderen natuurlijk ook vertellen wat ze met het voorwerp zouden kunnen doen. Afsluiting: 5 minuten Laat de kinderen thuis eens kijken wat voor afval er bij hen in huis allemaal is. Waar blijft al dat afval? Wat wordt er hergebruikt? Helpen de kinderen mee met het wegbrengen van afval? Laat ze er in de klas over vertellen.
7
Introductieles “Zwerfafval” Middenbouw Verantwoording In deze les gaan de kinderen kennis maken met zwerfafval. De kinderen luisteren in deze les naar een verhaal over milieuvervuiling en maken tekeningen van een schoon en een vervuild milieu
Beginsituatie leerlingen
Doelen leerlingen Doelen. Productdoel: Aan het einde van de les zijn ze meer bewust van zwerfafval. ( van de nadelen als het op straat blijft liggen). De kinderen luisteren naar een verhaal over milieuvervuiling en maken tekeningen van een schoon en een vervuild milieu. Procesdoel: Leerlingen bewustmaken van hun eigen weggooigedrag. Het bewerkstellen van gedragsverandering bij leerlingen. Het versterken van gewenst gedrag van de leerlingen, zodat een schonere, veiligere en meer leefbare woon- en leefomgeving gecreëerd wordt.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving)
8
Inhoud en activiteitenbeschrijving De les in fases :
Leerhulp
Materiaal
Organisatie
Introductie: 5 minuten Vraag de kinderen of ze weten wat het milieu is. Laat ze vrij associëren. Weten ze ook wat er met milieuvervuiling wordt bedoeld? Leg nog niet te veel uit, maar vertel wel dat milieuvervuiling door mensen wordt veroorzaakt. Het is belangrijk dat mensen goed voor het milieu zorgen, zodat de aarde, de lucht en het water schoon blijven. Leg de kinderen uit dat u een verhaal gaat vertellen dat over het milieu gaat. Instructie: 15 minuten. Vertel het verhaal. Stel na afloop de volgende vragen: · Waar ging het verhaal over? · Kun je beschrijven hoe de omgeving er in het verhaal uitzag? · Welke problemen waren er in het verhaal? · Werden de problemen opgelost? Hoe dan? · Zou zoiets ook in het echt kunnen gebeuren? · Wat zou je daaraan kunnen doen?
Een verhaal of prentenboek over milieuvervuiling
Virginia Lee Burton, Het huisje dat verhuisde, Lemniscaat, Rotterdam 2002, ISBN 9056374486. (prentenboek) John Burningham, Ga van onze trein af! Van Holkema en Warendorf, Houten 1990, ISBN 9026911807Hilde van den Berge, Een kus van Octopus, Bakermat, Mechelen 1999, ISBN 9054611898. (een boek met verhalen, gedichten en meningen over het milieu voor en door kinderen) Michael Foreman en Sally Grindley, Peter, een kind van zee en wind, Altamira, Heemstede 1995, ISBN 9069633469. (een prentenboek over een olietanker die voor de kust verongelukt) Susan Schildkamp en Annelies Karelse, Dodo, Harlekijn, Westbroek 1995, ISBN 9063861125. (prentenboek)
Papier tekenmateriaal
9
Voor dat u begint met de les bezoek van tevoren de site http://www.vvav.nl, want dan krijgt u een beeld over zwerfafval.
Tijdsduur Introductie: 5 minuten. Instructie: 15 minuten. Verwerking: 20 minuten. Afsluiting: 10 minuten
Verwerking: 20 minuten Geef elk kind een blad tekenpapier. Vertel de kinderen dat ze het blad papier in de breedte dubbel moeten vouwen. Vertel dat de kinderen twee tekeningen gaan maken. Een op het bovenste deel van het blad en een op het onderste deel. De tekeningen gaan over het verhaal. Ze tekenen twee keer dezelfde omgeving, zoals die in het verhaal werd verteld. Maar in het bovenste deel tekenen ze een vervuilde omgeving en in het onderste deel maken ze een tekening van een schone omgeving. Het wordt dus een soort „zoek de verschillen‟. Afsluiting: 10 minuten Bekijk de tekeningen klassikaal en laat de kinderen toelichten wat ze hebben getekend.
10
Introductieles “Zwerfafval” Bovenbouw Verantwoording In deze les maken de kinderen kennis met zwerfafval. Ze zullen informatie krijgen over zwerfafval en ze zullen ook zelf onderzoek doen naar zwerfaval.
Beginsituatie leerlingen
Doelen leerlingen Doelen. Productdoel: Aan het einde van de les weten de kinderen wat zwerfaval is en zijn ze meer bewust van de nadelen van zwerfafval. Ze zullen tijdens de les de verwerking van afval onderzoeken. Procesdoel: Leerlingen bewustmaken van hun eigen weggooigedrag. Het bewerkstellen van gedragsverandering bij leerlingen. Het versterken van gewenst gedrag van de leerlingen, zodat een schonere, veiligere en meer leefbare woon- en leefomgeving gecreëerd wordt.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving)
11
Inhoud en activiteitenbeschrijving De les in fases :
Leerhulp
Materiaal
Organisatie
Internet Papier/ pen
Introductie: 5 minuten Vertel kort waar de les over gaat. Vertel dat de les over zwerfaval gaat. Dat ze vandaag informatie zullen krijgen over zwerfafval en zelf ook onderzoek zullen doen over de verwerking van zwerfaval.
Instructie: 10/ 15 minuten Geef heel kort informatie over zwerfafval, leg uit wat zwerfafval is. De informatie over zwerfafval kunt u vinden op de site http://www.vvav.nl.
Verwerking: 25 minuten Als verwerking, laat de kinderen zoveel mogelijk soorten afval benoemen. Schrijf de termen op het bord. Vertel de kinderen dat veel afval wordt verbrand of gestort. Maar er is ook veel materiaal dat hergebruikt kan worden. Kennen de kinderen afval dat hergebruikt wordt? (blik, papier, glas, gft, kleding) Vervolgens vertel aan de kinderen dat ze een website gaan bekijken over afvalverwerking. In een onderdeel voor kinderen vinden ze informatie over de verwerking van afval. Ook is er een quiz waarmee ze hun kennis over afvalverwerking kunnen testen. De kinderen zoeken op internet http://www.vvav.nl. De kinderen bekijken de website globaal. Ze
12
Tijdsduur Introductie: 5 minuten. Voor dat u begint met Instructie: 15/ 20 de les bestudeert u minuten. eerst de achtergrond informatie. En bezoek Verwerking: 25 ook van tevoren de site minuten. Afsluiting: 15 http://www.vvav.nl. minuten Tijdens het zoeken van informatie over recycling, verdeel dan de kinderen in groepjes van 3.
schrijven belangrijke informatie op een blaadje. Geef de kinderen de volgende instructie: Lees de informatie onder de knop Jeugd: Waar gaat u met mijn afval heen? Maak aantekeningen van de dingen die jou opvallen. Klik daarna op de knop Afval? En kijk bij Fabels en feiten. Schrijf op welke dingen je nog niet wist. Afsluiting: 15 minuten Bespreek de informatie die de kinderen hebben gevonden na. Welke manieren van afvalverwerking kennen ze nu? Wat wisten ze nog niet? Praat over hun bevindingen.
13
Afval “vroeger en nu” Onderbouw Verantwoording Om de kinderen bewust te maken van het feit dat afval van alle tijden is, is deze les toegevoegd aan het pakket. Het is aan te raden deze les in het begin van de projectweek in te zetten, zodat kinderen een ontwikkeling zien in afvalverwerking van vroeger naar nu.
Beginsituatie leerlingen Doelen leerlingen De kinderen spelen wel eens in de poppenhoek. Het Productdoelen ene kind speelt vaker in de poppenhoek dan het De kinderen weten wat prullenbakken zijn en dat er afval in de ander. Door met elkaar te spelen, zijn de kinderen prullenbak wordt gegooid. bezig met drama spellen. Zoals rollenspel. De kinderen kunnen aan de hand van de materialen die in de De kinderen weten wat een prullenbak is en dat zij poppenhoek staan, een situatie naspelen uit het boek. afval in de prullenbak weggooien. De kinderen leren tijdens het spelen om afspraken met elkaar te maken, leren samen te werken en samen te spelen. Leren om rekening te houden met elkaar, rollen leren verdelen, naar elkaar leren luisteren. Op elkaar inspelen Samen praten over afval.
Procesdoelen: Door te luisteren en te praten leren de kinderen hoe er vroeger in de riddertijd met afval werd om gegaan. Door te spelen ervaren zij hoe men met afval omging.
14
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal activiteitenbeschrijving Inleiding Kleding: ridderpakken, De kinderen zitten in de kring en u zwaarden, een leest een prentenboek voor over paard, ridders en prinsessen. prinsessenjurken Daarna houdt u er een kort , hoeden, kringgesprek over. Vragen die er hakken, capes, gesteld kunnen worden zijn: tiara‟s etc. Waar ging het verhaal over? Ridders en prinsessen die eten en drinken net zoals wij. Weten jullie waar zij dit eten en drinken weggooien? U vertelt dat ridders en prinsessen vroeger geen prullenbak hadden en geen Wc‟s. Maar zij gooiden hun afval op een hoge berg of in een put. Ook gingen zij plassen in een put. Zodra deze put vol was met plas en afval, gooiden zij dat op straat. Kern U vertelt aan de kinderen dat u de poppenhoek heeft verbouwd in een middeleeuwse sfeer. En dat zij een rollenspel gaan spelen n.a.v. Het prentenboek. Daarbij komt afval kort aanbod.
Om de kinderen te stimuleren, zou u ook nog een verteltafel kunnen maken. Waarbij het prentenboek en ridder poppen en prinsessen poppen op de
Organisatie
Geschilderd kasteel van karton. Rode doeken om op te hangen. Putten, afvalbergen, potten.
15
Tijdsduur Totaaltijd: 55 min
Laat de kinderen in de kring zitten en u leest een verhaal voor uit het prentenboek. Laat de platen zien aan de kinderen. Kort kringgesprek 15 min over het verhaal en over afval.
30 min Tijdens arbeid naar keuze, laat de kinderen zelf kiezen wat zij willen doen. Zorg ervoor dat elk kind in de poppenhoek heeft
Tijdens elke arbeid naar keuze, laat u een aantal kinderen in deze poppenhoek spelen. U hebt verschillende soorten kleding in de poppenhoek liggen. Ridderpakken, prinsessenjurken met bijpassende accessoires. Zwaarden, helmen, hakken, tiara‟s. Er liggen materialen in de poppenhoek zoals een pot waar er gepoept en geplast wordt. (Niet echt natuurlijk, maar doen alsof) een put waar het afval in wordt gegooid etc.
verteltafel worden neergelegd. De kinderen kunnen in het prentenboek naar de platen kijken en het verhaal na spelen door middel van de poppen. Eventueel de tafel leuk versieren, dat bij het verhaal past.
Plastic eten en drinken. Twee kasten Twee plantjes
gespeeld. Tijdens het spelen loopt u rond om te kijken hoe het gaat. Na 30 minuten opruimen en terug in de kring.
Daarna kunnen de kinderen het verhaal in de poppenhoek naspelen.
Afsluiting
In de kring mogen de 10 min kinderen hun ervaringen vertellen over wat zij hebben gespeeld in de poppenhoek
U laat alle kinderen in de kring zitten. U vraagt aan de kinderen die in de poppenhoek hebben gespeeld wat hun ervaringen waren tijdens het spelen. U kunt vragen stellen: Ik zag ridder P, die moest plassen. Waar hebt u geplast ridder? Prinses Z, u had honger en ging eten, waar gooide u het afval weg?
16
Afval “vroeger en nu” Middenbouw Verantwoording Om de kinderen bewust te maken van het feit dat afval van alle tijden is, is deze les toegevoegd aan het pakket. Het is aan te raden deze les in het begin van de projectweek in te zetten, zodat kinderen een ontwikkeling zien in afvalverwerking van vroeger naar nu.
Beginsituatie leerlingen
Doelen leerlingen
De kinderen weten dat als je afval hebt, het in de prullenbak gegooid moet worden.
Doelen. Productdoelen: De kinderen weten dat afval in de prullenbak hoort. De kinderen leren hoe men vroeger omging met afval. De kinderen leren dat er verschillende soorten containers bestaan. De kinderen ervaren hoe het is om afval te scheiden. Directe doelen: Samen praten over afval. Lange termijn doelen: Bewustwording van de afval in hun omgeving of buurt.
17
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal activiteitenbeschrijving De les in fases : Inleiding: De kinderen zitten in de kring. Ieder kind heeft een melkpak, jampot, tissuedoos of iets anders mee genomen. U neemt zelf ook een paar dingetjes mee zoals een flesje, kauwgom. U vertelt dat afval wordt gescheiden in diverse prullenbakken. U kunt kaarten maken waarop staat: „‟glasbak, groentetuin afval, papier en kartonafval, verpakkingsafval.‟‟ U legt deze vier kaarten op tafel en de kinderen bedenken samen in welke container de meegenomen producten weggegooid moeten worden. Ze leggen hun eigen product bij de juiste container.
Stel dat de kinderen geen idee weten wat zij kunnen gaan knutselen met hun product, dan geeft u de kinderen tips. Bijvoorbeeld: Pietje heeft een melkpak meegenomen. „‟Pietje, je kunt er bijvoorbeeld een varken van maken door gebruik te maken van gekleurd papier. Knippen en plakken.
Vier kaartjes maken. Televisie Filmpjes Schaar Lijm Nietmachine Gekleurd papier
Organisatie
Kern: Daarna vertelt u dat er heel lang geleden geen
18
Voorbereiden en klaar leggen van materialen. Laat de kinderen in de kring zitten en ze leggen hun meegebrachte product onder hun stoel leggen. U legt uit dat men afval scheidt in verschillende soorten containers. Deze containers hebben allemaal een naam. U legt kort uit wat voor afval in deze containers komen. Vervolgens vraagt u wie er een leeg melkpak heeft meegenomen en u vraagt in welke container het hoort. Waarom hoort dit in deze container etc. Daarna vertelt u hoe men vroeger omging met afval.
Tijdsduur
containers en prullenbakken bestonden. U vertelt hoe men met afval omging. In de Romeinse Tijd gooiden ze alles in putten/potten of zelfs op straat. Daarna krijgen de kinderen korte filmpjes te zien over afval. De kinderen kijken naar filmpjes. Bijvoorbeeld een filmpje uit de Flintstones. U laat een scène zien waarin een van de Flintstones afval weggooien. Ook kunt u een filmpje laten zien van Asterix en Obelix, waarbij u laat zien hoe zij in die tijd met afval omgingen.
Afsluiting: De kinderen pakken allemaal hun eigen meegebrachte product mee naar hun tafeltje. Met dit „‟kosteloze materiaal‟‟ gaan de kinderen een knutselwerkje maken. Zij mogen zelf verzinnen wat ze gaan maken.
19
Filmpjes bekijken. Na het filmpje gaan de kinderen uit de kring. Ze gaan knutselen met het product dat zij hebben meegenomen. Tijdens het knutselen: loop rondes en begeleid de kinderen waar nodig.
Afval “vroeger en nu” Bovenbouw Verantwoording
Om de kinderen bewust te maken van het feit dat afval van alle tijden is, is deze les toegevoegd aan het pakket. Het is aan te raden deze les in het begin van de projectweek in te zetten zodat kinderen een ontwikkeling zien in afvalverwerking van vroeger naar nu.
Beginsituatie leerlingen
De kinderen weten wat afval is. Zij hebben vaker een geschiedenisles gehad over verschillende onderwerpen maar geen geschiedenis over afval.
Doelen leerlingen
Productdoelen: De kinderen weten dat er prullenbakken en containers zijn waar je afval in kan doen. De kinderen kunnen d.m.v. een wc rol een prullenbak maken. De kinderen leren hoe men vroeger met afval omging. Lang termijndoel: Bewustwording van het afval in de omgeving of buurt.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal activiteitenbeschrijving Inleiding Als de kinderen niet Het bord De kinderen zitten in de weten hoe zij Het krijt kring. moeten beginnen Papiertje U doet een handeling voor. met de Prullenbak De kinderen raden wat u knutselopdracht, Wc rollen aan het doen is. zou u de kinderen Gekleurd papier (U doet alsof u een advies kunnen Strookjes papier papiertje oppakt en het in geven. Gekleurd karton de prullenbak gooit.) Vliegerpapier Als de kinderen hebben Tijdens het
20
Organisatie
Informatie verzamelen over hoe men vroeger om ging met afval. Hierbij kunt u denken aan de Romeinen en de mensen die in de Middeleeuwen leefden. Deze
Tijdsduur Inleiding: 15 min. Kern: 15 min. Afsluiting: 20 min.
geraden welke handeling u hebt voor gedaan, vertelt u dat wij op deze manier met afval om gaan. U vraagt aan de kinderen hoe er vroeger met afval werd om gegaan. Bestonden er vroeger prullenbakken? Sinds wanneer zijn de prullenbakken uitgevonden? Hadden de mensen vroeger allemaal een toilet?
vertellen van de geschiedenis van afval, zou u een aantal vragen aan de kinderen kunnen stellen om ze in uw verhaal te vetrekken, voordat ze afdwalen.
Crêpepapier Niet-tang Lijm Schaar .
Kern: U vertelt een stukje geschiedenis over afval. U vertelt iets over afval in de Romeinse Tijd. U vertelt onder andere over: Dat men vroeger poepte en plaste voor de deur, daardoor ontstonden er allerlei ziektes zoals tyfus, cholera en de pest. Romeinen vonden de rioleringen uit. Wat erg handig was, hierdoor
21
informatie kunt u vinden op internet of bij de bibliotheek boeken lenen over de Romeinse Tijd of de Middeleeuwen. U kunt ook ervoor kiezen om boeken te lenen over afval. In deze boeken kunt u kijken of de geschiedenis van het afval er tussen zit. De les begint in de kring. Laat alle kinderen in de kring zitten en begin met de inleiding + kern. Nadat u een gesprek met de kinderen hebt gevoerd over zwerfafval en een stukje geschiedenis heeft verteld over afval gaan de kinderen uit de kring. Als alle kinderen op hun plek zitten, wordt de knutselopdracht uitgelegd. Let op! de kinderen mogen
zelf weten „‟hoe‟ zij een prullenbak gaan maken. Maar u mag wel adviezen geven hoe ze het kunnen gaan knutselen.
kwam niets op straat terecht maar in het riool. Afsluiting: De kinderen gaan een knutselopdracht maken. Zij maken van wc-rol een prullenbak. U legt de opdracht uit. U vertelt aan de kinderen dat zij Wc rol en gekleurd papier krijgen. Ze mogen zelf bepalen hoe zij een prullenbak gaan maken. De kinderen kunnen de wc rol in twee stukken afknippen en naast elkaar opplakken. Waardoor zij twee prullenbakken hebben. Maar ze kunnen bijvoorbeeld ook ervoor kiezen om de wc rol te versieren met gekleurd papier. Van karton wordt er een deksel gemaakt en klaar zijn ze
22
Les “Buurtonderzoek” Onderbouw Verantwoording Deze lessen zijn tot stand gekomen omdat het belang van onderzoek tijdens een projectweek groot is. Het is de bedoeling dat de kinderen zelf op onderzoek uitgaan om op die manier dicht bij hun eigen wereld te blijven. Je kunt ze enorm veel vertellen over zwerfafval, maar uiteindelijk dringt het zelf ervaren in de praktijk het best door.
Beginsituatie leerlingen
Doelen leerlingen Directe doelen: - De leerlingen weten na afloop van de les wat o.a. zwerfafval is. - De leerlingen leren met een bepaalde kijk in hun buurt te kijken. - De leerlingen leren om samen te werken. Doelen op langere termijn: Mens en samenleving: kerndoel 39 De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal activiteitenbeschrijving Inleiding - 2 extra begeleiders - Afval (blikjes, Eerst gaat u met de die de kinderen in snoeppapiertjes en leerlingen in de kring zitten de gaten houden. ander verpaken een gesprek houden kingsmateriaal) over zwerfafval. U zorgt - Latex handzelf voor zwerfafval (denk schoenen voor de aan:snoeppapiertjes, leerlingen. blikjes, verpakkings- Plastic tasjes om materiaal) Dan stelt u de afval in te doen.
23
Organisatie
Tijdsduur
Inleiding In de kring houdt u een gesprek met de leerlingen over zwerfafval.
Inleiding Kringgesprek: 15 min. Totaal: 15 min.
Middenstuk De leerlingen gaan in groepjes zwerfafval verzamelen.
Middenstuk Pleinonderzoek: 15 min Kringgesprek:
stimulerende vragen aan de leerlingen over het meegenomen afval. U vraagt wat het is en waar de leerlingen het hebben zien liggen. ( In een winkel/thuis/straat etc.)
-
Gekleurde lintjes 5 verschillende kleuren, waarvan elk weer 4/5 lintjes, afhankelijk van aantal leerlingen.
Middenstuk Als tweede gedeelte van de les gaat u met de kinderen naar buiten. U deelt de klas in groepjes van ongeveer 4/5 leerlingen die elkaar kunnen herkennen door een geel/blauw/groen/rood lintje. Ieder groepje krijgt 1 plasticzak en elke leerling een paar handschoentjes. U geeft de leerlingen opdracht om zoveel mogelijk zwerfafval op het schoolplein te verzamelen. Na het opruimen van zwerfafval gaat u met de leerlingen de klas in. Iedereen gaat weer in de kring zitten en ieder kleur groepje laat zien wat zij gevonden heeft qua afval en vertelt waar dit lag op het schoolplein.
In de kring wordt er besproken wat er allemaal gevonden is.
10 min. Totaal: 25 min.
Afsluiting In de kring sluit u deze les af, door de gevonden spullen te bespreken.
Afsluiting Kringgesprek: 10 min. Totaal: 10 min.
Ook stelt u de vragen in de Totaal: 50 min kring.
Afsluiting Vervolgens gaat u de
24
kinderen vragen stellen zoals: - Vinden jullie het normaal dat andere kinderen zomaar afval op de grond gooien? - Waar moet alle troep in gegooid worden? - Staan er prullenbakken op het speelplein waar je dit kunt weggooien? - Is het bij jou in de straat ook vies en ligt er ook troep? Ook kunt u ter afsluiting de leerlingen een tekening laten maken van een nette buurt. U bespreekt hiervoor eerst met ze wat de kenmerken zijn van een nette buurt: - Prullenbakken - Geen zwerfafval op de grond.
25
Les “Buurtonderzoek” Middenbouw Verantwoording Deze lessen zijn tot stand gekomen omdat het belang van onderzoek tijdens een projectweek groot is. Het is de bedoeling dat de kinderen zelf op onderzoek uitgaan om op die manier dicht bij hun wereld te blijven. Je kunt ze enorm veel vertellen over zwerfafval, maar uiteindelijk dringt het zelf ervaren in de praktijk het best door.
Beginsituatie leerlingen
Doelen leerlingen Directe doelen: - De leerlingen weten na afloop van de les wat er onder zwerfafval verstaan wordt. - Wat de oorzaken van zwerfafval in hun buurt zijn. - Ze hebben geleerd om samen na te denken over dit probleem en er een oplossing voor te bedenken. - De leerlingen leren om samen te werken.
Doelen op langere termijn: Mens en samenleving: kerndoel 39 De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
26
De lesactiviteit Inhoud en Leerhulp activiteitenbeschrijving Inleiding - 2 extra Eerst houdt u een gesprek begeleiders die met de leerlingen over de kinderen in de zwerfafval. gaten houden. In dit deel van de les gaat u na hoeveel de kinderen zelf al over zwerfafval weten. Dit kan d.m.v. een woordweb of quiz. Hierna kunt u informatie aan hen verstrekken, d.m.v. een informatief filmpje. Wise
Materiaal
-
-
Gelinieerd A4 waarop de leerlingen de vragen kunnen beantwoorden. Pennen
Organisatie
Tijdsduur
Inleiding Klassikaal houdt u een informatief gesprek.
Inleiding Gesprek: 15 min. Info d.m.v. filmpje of anders: 15 min. Totaal: 30 min.
Middenstuk In groepjes van 4/5 gaan de leerlingen proberen de vragen te beantwoorden. Afsluiting Klassikaal worden de uitkomsten/conclusies nabesproken. Hierdoor kunnen de leerlingen kijken of de andere dezelfde uitkomsten hebben of niet.
Kids "Afvalinzameling in Amsterdam Zuidoost"
Middenstuk In het tweede deel van de les gaat u de straat op. De leerlingen bekijken hun eigen buurt en een “nettere/schonere” buurt. In groepjes van 4/5 leerlingen proberen ze de volgende vragen te beantwoorden: - Zien jullie veel prullenbakken om jullie heen? - Zijn de prullenbakken vol of kan er nog wat in? - Zijn er veel winkels in de buurt of staan er alleen
Middenstuk Buurtonderzoek: 2x30 min. Totaal: 60 min. Afsluiting Evaluatie: 10 min. Conclusie/oplossing: 15 min. Verwerking oplossing: 15 min. Totaal: 40 min.
In dezelfde groepjes als van het buurtonderzoek Totaal: 130 min gaan de leerlingen aan de slag met het bedenken van een oplossing. De oplossingen presenteren de groepjes aan elkaar.
27
veel huizen? - Zien jullie veel ouderen of juist veel kinderen? Afsluiting Na afloop van deze buurtonderzoeken gaat u weer met uw leerlingen terug naar de klas. Hier bespreekt u met de leerlingen wat ze gezien hebben. - Wat hebben zij gezien wat er anders is dan in hun buurt? - Hoe zou het komen dat daar minder zwerfafval is dan in hun eigen buurt? Doordat er een nette en wat minder nette buurt onderzocht is. Kunnen de leerlingen nu een conclusie trekken van de uitkomsten uit hun onderzoek. Waarom is er hier meer zwerfafval? Nu de leerlingen de mogelijke oorzaak(en) weten, laat u ze in dezelfde groepjes oplossingen bedenken. Deze oplossingen laat u de leerlingen aan elkaar presenteren, d.m.v. een grote A3-poster waarop ze
28
hun idee uitwerken.
29
Les “Buurtonderzoek” Bovenbouw Verantwoording Deze lessen zijn tot stand gekomen omdat het belang van onderzoek tijdens een projectweek groot is. Het is de bedoeling dat de kinderen zelf op onderzoek uitgaan om op die manier dicht bij hun wereld te blijven. Je kunt ze enorm veel vertellen over zwerfafval, maar uiteindelijk dringt het zelf ervaren in de praktijk het best door.
Beginsituatie leerlingen
Doelen leerlingen Directe doelen: - De leerlingen weten na afloop van de les wat er onder zwerfafval verstaan wordt. - Hoelang het wel niet duurt voordat verschillend zwerfafval eindelijk van de aardbol is verdwenen. - Wat de oorzaken van zwerfafval in hun buurt zijn. - Ze hebben geleerd om samen na te denken over dit probleem en er een oplossing voor te bedenken. - Ze hebben geleerd om over dit onderwerp een mening te vormen, terwijl het hen hiervoor misschien wel niets kon schelen. Doelen op langere termijn: Mens en samenleving: kerndoel 39 De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
30
De lesactiviteit Inhoud en Leerhulp activiteitenbeschrijving Inleiding Eerst houdt u een gesprek met de leerlingen over zwerfafval. In dit deel van de les gaat u na hoeveel de kinderen zelf al over zwerfafval weten. Dit kan d.m.v. een woordweb of quiz. Dan gaat u informatie aan hen verstrekken, d.m.v. een informatief filmpje. Trefdag
Materiaal
-
-
Gelinieerd A4 waarop de leerlingen de vragen kunnen beantwoorden. Pennen
zwerfafval "De Zwerfafvalman" 2007
Organisatie
Tijdsduur
Inleiding Klassikaal houdt u een informatief gesprek.
Inleiding Gesprek: 15 min. Informatie d.m.v. filmpje of anders: 25 min. Totaal: 40 min.
Middenstuk De twee scholen onderzoeken elkaars buurt. U legt contact met een school in de buurt Oud-Zuid door eerst een e-mail, brief of telefoontje te plegen, waarin u vermeldt wat uw bedoeling is. De leerlingen van de school uit de nettere buurt onderzoeken de buurt van uw school en uw leerlingen onderzoeken de nettere buurt. Het is het best als de leerlingen dit in groepjes van ongeveer 4/5 leerlingen doen. Beide scholen komen dan
Middenstuk Als tweede deel van de les gaat u de straat op. De leerlingen bekijken hun eigen buurt en een “nettere/schonere” buurt. Dit gaan de leerlingen doen door een uitwisseling met een school uit een andere “schonere” buurt. Dit zou een buurt in OudZuid kunnen zijn. Deze uitwisseling zal plaats vinden via MSN. Beide scholen maken een mailadres aan en de scholen spreken met
31
Middenstuk Buurtonderzoek: 45 min. Uitwisseling info: 40 min. Conclusie/oplossing bedenken: 15 min Totaal: 100 min Afsluiting Per discussie/stelling: 10 min. Totaal: 10 min. Totaal: 150 min
elkaar een dag en tijd af dat de leerlingen online komen op MSN en hun bevindingen uitwisselen. Gedurende deze uitwisseling gaan de leerlingen samen elkaars buurten onderzoeken d.m.v de volgende vragen: - Wonen er meer jongeren of ouderen? - Zijn er veel prullenbakken? - Zijn de prullenbakken overvol of kun je er gemakkelijk nog wat in gooien? - Hoe vaak worden de straten schoongemaakt? - Staan er veel winkels in de buurt, veel ondernemersafval?
weer samen om de uitkomsten te bespreken. Afsluiting De discussie/ probleemstelling kan het best uit 6/8 personen bestaan, van wie er 1 discussieleider is. Het is het leukst als de discussiegroep uit leerlingen van beide scholen bestaat.
Na dit buurtonderzoek zullen de scholen samen komen, de leerlingen wisselen elkaars bevindingen uit aan de hand van de verkregen informatie d.m.v. het werkblad. U en de leerkracht van de andere school zullen met de leerlingen in gesprek gaan over wat ze gezien hebben. - Wat is er anders aan de
32
nette buurt dan in hun eigen buurt? En andersom. - Hoe zou het komen dat daar minder zwerfafval is dan in hun eigen buurt? En andersom. Doordat de leerlingen een nette en wat minder nette buurt onderzocht hebben, kunnen ze nu een conclusie trekken uit de uitkomsten van hun onderzoek. Wat is de reden van het zwerfafval? Maar ook kunnen de leerlingen nu ze de mogelijke oorzaak ontdekt hebben, proberen om een oplossing te bedenken. De nette buurt komt hier te pas. Door te kijken na wat er anders is in de nette buurt kunnen er veranderingen aangebracht worden in de minder nette buurt. Afsluiting Als laatste gedeelte van de les volgt er een discussie tussen de leerlingen. Na afloop van deze les hebben de kinderen genoeg aan informatie
33
gehad en de ruimte om over dit onderwerp een mening te vormen en een oplossing voor te bedenken. U maakt eerst groepjes in de klas en geeft aan ieder groepje een andere stelling of probleem om over te discussiëren of samen een oplossing voor te vinden. Bijvoorbeeld: - “Het gooien van een snoeppapiertje, moet met honderden euro‟s beboet worden!” - “Jongeren gooien het meeste afval op straat, hoe kun je het voor jongeren “aantrekkelijk” maken om hun blikje in de prullenbak te gooien?”
34
Les “afval scheiden” Onderbouw Verantwoording Zwerfafval is al jaren een probleem. Het ziet er niet alleen smerig uit, het heeft ook nog eens veel nadelige gevolgen voor de natuur. Daarnaast trekt het veel ongedierte aan. Om het zwerfafval te verminderen is het belangrijk dat kinderen leren hoe je met afval om moet gaan. En dat proberen we door ze bewust te maken van afval en de verwerking daarvan, door ze zelf het afval te laten scheiden. Het is belangrijk om de kinderen van jongs af aan de juiste manier te leren; voorkomen is beter dan genezen.
Beginsituatie leerlingen Doelen leerlingen Productdoelen: Het is de bedoeling dat deze les wordt gegeven, nadat er op school al meer aandacht aangegeven is aan het project. Op deze - De leerlingen worden zich bewust van het feit dat er manier worden leerlingen enthousiast en zullen ze meer hun best verschillende soorten afval bestaan. gaan doen bij het zoeken naar plaatjes behorend bij het afval. - De leerlingen leren dat verschillende soorten afval, apart moet worden gesorteerd. Kerndoel(en) 39. De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal activiteitenbeschrijving Startsituatie Bij deze opdracht is het nodig dat de leerlingen al het een en ander te weten zijn gekomen over afval, speciaal over zwerfafval. Om de kinderen nog enthousiaster te
35
Organisa Tijdsduur tie Totaaltijd: 50 - 80 min
krijgen is het een idee om de plaatselijke vuilnisman te vragen om in de klas te vertellen over zijn werk en/of een bezoek te brengen aan een afvalverwerkingsbedrijf. Dit is meteen een leuke pakkende inleiding voor deze les en een bruikbare toevoeging voor het project Introductie De bedoeling bij deze introductie is dat de leerlingen besef krijgen van het feit dat er verschillende soorten afval zijn en dat het duidelijk wordt waar het verschillende afval heen moet. U kunt dit doen door eerst zelf een vuilniszak vol afval te verzamelen, passend bij oud papier, gft- en restafval. In de (ochtend)kring haalt u het afval één voor één uit de zak en sorteert u het samen met de leerlingen. U krijgt dan drie hoopjes. Als de vuilniszak leeg is, laat u de drie platen te voorschijn komen. U laat de leerlingen uitzoeken welke plaat het beste bij welk hoopje hoort.
U kunt er ook voor kiezen om nog een plekje vrij te houden voor spullen waarvan de leerlingen niet zeker weten waar het bij hoort.
In plaats van een echte vuilnisbak, kunt u ook kartonnen dozen gebruiken. Maak de leerlingen erop attent dat zolang de kartonnen dozen Als de leerlingen, dan al niet met niet al te smerig zijn, uw hulp, weten welk afval bij de je ze wel moet platen hoort, pakt u drie inleveren bij het oud vuilnisbakken. U doet samen met papier. Om de leerlingen, of u laat de leerlingen verwarring te samen, het vuil in de goede voorkomen, is een vuilnisbak doen. U kunt ervoor echte prullenbak het
-
Vuilniszak vol Klassikaal ± 20 min. afval. , in de (bijvoorbeeld: pak kring melk, envelop, klokhuis, leeg zakje snoep, snoeppapiertje(s), eierdozen, oude kranten, tijdschriften, bladeren/takken, enzovoorts) 3 platen behorend bij de afvalbaken 3 vuilnisbakken of iets wat dienst kan doen als prullenbak.
-
36
kiezen om de plaat vast te plakken aan de prullenbak, of hem ervoor te zetten. U heeft de plaat in het vervolg van de les nog wel nodig.
meest voor de hand liggend. U kunt zelf nog eigen regels toevoegen.
Als afsluiting van deze introductie neemt u de regels door met de leerlingen wat er gedaan moet worden met het vuil wat ze maken/hebben: - Alles moet in de goede bak; weet je het niet, vraag het aan een andere leerling. - Meldt het als de vuilnisbakken vol zijn en prop er niet nog meer bij, want dan valt alles op de grond.
Verwerking Omdat deze opdracht voor de leerlingen nog erg abstract is, moet u het wat meer concretiseren. Dit kunt u doen aan de hand van de twee volgende opdrachten. Opdracht 1. Het werkblad. Bij de „afvalplaten‟ ook het werkblad „Waar het hoort‟ vinden. De leerlingen kunnen de plaatjes uitknippen en bij de bij elkaar horende bij elkaar plakken op een nieuw blad.
U kunt ervoor kiezen om de leerlingen te laten kiezen wat ze doen, of u deelt de groep in tweeën en laat ze rouleren.
Werkblad „Waar het hoort‟ A4 papier Tijdschriften Reclameboekjes 3 nieuwe afvalplaten Scharen Lijm
-
Opdracht 2. Plaatjes zoeken.
37
Individuel Afhankelijk van de wijze waarop e, wel in de les gegeven wordt. een groep ± 20 - 50 min
U laat de leerlingen uit tijdschriften en reclameboekjes artikelen uitknippen, die horen bij de verschillende soorten afval. Deze laat u de leerlingen plakken op het blad met daarop links bovenin het afvalsoort.
Afronding/ reflectie Draai de bladen met daarop de plaatjes behorend bij het afval om. Vraag de leerlingen of ze een afvalproduct kunnen opnoemen en laat ze zeggen in welke bak ze dit zouden weggooien.
U kunt de leerling door de andere leerlingen laten corrigeren als het fout is, of u corrigeert hem/haar zelf.
Klassikaal ± 10 min
38
Les “afval scheiden” Middenbouw Verantwoording Zwerfafval is al jaren een probleem. Het ziet er niet alleen smerig uit, het heeft ook nog eens veel nadelige gevolgen voor de natuur. Daarnaast trekt het veel ongedierte aan. Om het zwerfafval te verminderen is het belangrijk dat kinderen leren hoe je met afval om moet gaan. En dat proberen we door ze bewust te maken van afval en de verwerking daarvan, door ze zelf het afval te laten scheiden. Het is belangrijk om de kinderen van jongs af aan de juiste manier te leren; voorkomen is beter dan genezen.
Beginsituatie leerlingen Het is de bedoeling dat deze les wordt gegeven, nadat er op school al meer aandacht aangegeven is aan het project. Op deze manier worden leerlingen enthousiast en zullen ze meer hun best gaan doen om het afval ook daadwerkelijk te gaan scheiden.
Doelen leerlingen Productdoelen: - De leerlingen leren dat er verschillende soorten afval zijn en dat je deze ook gescheiden moet weggooien. - De leerlingen leren dat afval scheiden ervoor zorgt dat dingen gerecycled worden. - De leerlingen leren na te denken over de gevolgen van (zwerf)afval. Kerndoelen: 39. De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en activiteitenbeschrijving Leerhulp Materiaal
Startsituatie Bij deze opdracht is het nodig dat de leerlingen al het een en ander te weten zijn gekomen over afval, met in het bijzonder zwerfafval. Om de kinderen nog enthousiaster te krijgen is het een idee om de plaatselijke vuilnisman te vragen om in de klas te vertellen over zijn werk en/of een bezoek te brengen
39
Organisatie
Tijdsduur Totaaltijd: 55-75 min
aan een afvalverwerkingsbedrijf. Dit is meteen een leuke pakkende inleiding voor deze les en een bruikbare toevoeging voor het project. Introductie De bedoeling bij deze introductie is dat de leerlingen besef krijgen van het feit dat er verschillende soorten afval zijn en dat het duidelijk wordt waar het verschillende afval heen moet. U kunt ‟s ochtends beginnen door te praten over de verschillende soorten afval; oud papier gft- en restafval. Een leuke introductie op dit onderwerp is de leerlingen te vragen waar zij aan denken als zij aan afval denken.
-
Schrijf de antwoorden die de kinderen geven op het bord.
Plak samen met de leerlingen de platen aan de prullenbak vast.
Omdat waarschijnlijk niet voor elke leerling duidelijk is wat gft- en restafval is, is het raadzaam om hier eerst over te praten. Daarna vraagt u de leerlingen om afval te bedenken bij de drie groepen Dit kan in groepjes en individueel. Bespreek achteraf de dingen die ze hebben bedacht. U kunt vragen welke leerlingen thuis dingen gescheiden weggooien. Vraag ook waarom zij dat doen. Er zullen ongetwijfeld kinderen in de klas zitten die thuis niets scheiden, maar vraag deze kinderen ook waarom zij denken dat het goed is om te doen. U kunt de volgende reden geven: Net zoals in de natuur is het meeste huishoudelijk afval eigenlijk geen afval! Een groot deel van de weggegooide spullen kan weer opnieuw gebruikt
40
Afvalplaten Pen en papier
Hoofdzakelijk ± 20 min. klassikaal
worden. Soms voor hetzelfde doel en soms voor een heel ander doel. Het gescheiden houden van afval was dertig jaar geleden heel normaal. De schillenboer en voddenkoopman kwamen regelmatig aan de deur. Tegenwoordig gooien we steeds meer in de vuilnisbak. Kijk of de leerlingen dingen kunnen opnoemen wat gerecycled kan worden.
Verwerking Opdracht 1: Om het wat meer te concretiseren laat u de leerlingen artikelen uit tijdschriften en reclameboekjes knippen, behorend bij de drie afvalsoorten. Laat ze deze opplakken op de plaat die daarvoor bedoeld is, namelijk de plaat met de naam linksboven.
Voor het werkblad is het handig als u een set oude speelkaarten heeft. Dan kunnen de leerlingen hierop de plaatjes plakken en zijn dus alle kaartjes even groot.
Opdracht 2. Werkblad Kwartet maken. Om het scheiden van afval leuk te houden, is er een werkblad waarbij de leerlingen een kwartet kunnen maken. Dit alles heeft natuurlijk nog steeds te maken met afval.
In plaats van een echte vuilnisbak, kunt u ook kartonnen U kunt ervoor kiezen om de leerlingen zelf te laten dozen gebruiken. kiezen wat ze willen doen, maar u kunt de groepen Maak de leerlingen ook laten rouleren. erop attent dat zolang de kartonnen Bespreek met de leerlingen dat ze vanaf nu ook alles dozen niet al te gescheiden weg moeten gooien in de klas. Als ze het smerig zijn, je ze wel niet weten kunnen ze kijken op de platen of het vragen moet inleveren bij het aan een klasgenootje. oud papier. Om verwarring te voorkomen, is een echte prullenbak het
41
-
Tijdschriften en reclameboekjes Afvalplaten Kleurpotloden /stiften Werkblad Kwartet maken Scharen Lijm
In groepjes
± 30- 50 min
meest voor de hand liggend. Afronding/ reflectie
Individueel
Een leuke afsluiting bij deze les is een quiz. Dat vinden de leerlingen leuk en hier kunt u ook nog eens mee zien of het duidelijk is geweest voor de leerlingen. U mag zelf kiezen op welke wijze u deze quiz speelt. Een leuke variatie voor de quiz: - Verdeel de klas in twee of drie „vakken‟, in a, b (en c). Kies meerkeuzevragen, bestaande uit twee of drie antwoorden (mede afhankelijk van de grootte van de klas) Laat de kinderen rennen naar het vak met het goede antwoord.
42
± 15 min
Les “Afval scheiden” Bovenbouw Verantwoording Zwerfafval is al jaren een probleem. Het ziet er niet alleen smerig uit, het heeft ook nog eens veel nadelige gevolgen voor de natuur. Daarnaast trekt het veel ongedierte aan. Om het zwerfafval te verminderen is het belangrijk dat kinderen leren hoe je met afval om moet gaan. En dat proberen we door ze bewust te maken van afval en de verwerking daarvan, door ze zelf het afval te laten scheiden. Het is belangrijk om de kinderen van jongs af aan de juiste manier te leren; voorkomen is beter dan genezen.
Beginsituatie leerlingen Doelen leerlingen Productdoelen: Het is de bedoeling dat deze les wordt gegeven, nadat er op school al meer aandacht aangegeven is aan het project. Op deze - De leerlingen leren dat er verschillende soorten afval zijn manier worden leerlingen enthousiast en zullen ze meer hun best en dat je deze ook gescheiden moet weggooien. gaan doen om het afval ook daadwerkelijk te gaan scheiden. - De leerlingen denken na over het nut van afval scheiden. - De leerlingen leren dat afval scheiden ervoor zorgt dat dingen gerecycled worden. - De leerlingen denken na over de gevolgen van (zwerf)afval - De leerlingen leren informatie verwerken in een digitaal verslag - De leerlingen oefenen met maken van een (PowerPoint)presentatie. Kerndoelen: 39. De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
43
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal Organisatie activiteitenbeschrijving Startsituatie Bij deze opdracht is het nodig dat de leerlingen al het een en ander te weten zijn gekomen over afval, en in het bijzonder zwerfafval. Om de kinderen nog enthousiaster te krijgen is het een idee om de plaatselijke vuilnisman te vragen om in de klas te vertellen over zijn werk en/of een bezoek te brengen aan een afvalverwerkingsbedrijf. Dit is meteen een leuke pakkende inleiding voor deze les en een bruikbare toevoeging voor het project. Introductie De bedoeling bij deze introductie is dat de leerlingen besef krijgen van het feit dat er verschillende soorten afval zijn en dat het duidelijk wordt waar het verschillende afval heen moet. Schrijf de antwoorden die de leerlingen geven U begint „s ochtends te op het bord.
-
Afvalplaten Pen en papier
44
Tijdsduur Totaaltijd: 55-75 min
Hoofdzakelijk ± 20 min klassikaal
praten over de verschillende soorten afval; oud papier gft- en restafval. Een leuke introductie op dit onderwerp is de leerlingen te vragen waar zij aan denken als zij aan afval denken
Het is raadzaam om samen met de leerlingen hun voorkennis te stimuleren. Op deze manier wordt het voor iedere leerling duidelijk wat gft- en restafval is. Daarna vraagt u de leerlingen om afval te bedenken bij de drie groepen. Dit kan in groepjes en individueel. Bespreek achteraf de dingen die ze hebben bedacht. U vraagt welke leerlingen thuis dingen gescheiden weggooien. Vraag ook waarom zij dat doen. Er zullen ongetwijfeld kinderen in de klas zitten die thuis niets scheiden, maar vraag deze kinderen ook waarom zij denken dat het goed is om te doen.
In plaats van een echte vuilnisbak, kunt u ook kartonnen dozen gebruiken. Maak de leerlingen erop attent dat zolang de kartonnen dozen niet al te smerig zijn, je ze wel moet inleveren bij het oud papier. Om verwarring te voorkomen, is een echte prullenbak het meest voor de hand liggend.
U kunt de volgende reden geven: Net zoals in de natuur is het
45
meeste huishoudelijk afval eigenlijk geen afval! Een groot deel van de weggegooide spullen kunnen weer opnieuw gebruikt worden. Soms voor hetzelfde doel en soms voor een heel ander doel. Het gescheiden houden van afval was dertig jaar geleden heel normaal. De schillenboer en voddenkoopman kwamen regelmatig aan de deur. Tegenwoordig gooien we steeds meer in de vuilnisbak. Kijk of de leerlingen dingen kunnen opnoemen wat gerecycled kan worden, die ze op school weggooien. Verwerking Opdracht 1: Laat de leerlingen in groepjes de bedachte antwoorden in de inleiding op de platen schrijven, onder het kopje „Dit kan er in‟. Opdracht 2. Werkblad Kwartet maken. Om het scheiden van afval leuk te houden, is er een werkblad waarbij de
Als veel leerlingen opdracht 1 willen doen, kunt u een limiet zetten aan de hoeveelheid antwoorden die ze mogen geven. Bijvoorbeeld: iedereen mag twee dingen bedenken bij elke plaat.
-
-
Afvalplaten Kleurpotloden /stiften Werkblad Kwartet maken Scharen Lijm Pen/stift
46
In groepjes
± 30- 50 min
leerlingen een kwartet kunnen maken. Dit alles heeft natuurlijk nog steeds te maken met afval. U kunt ervoor kiezen om de leerlingen zelf te laten kiezen wat ze willen doen, maar u kunt de groepen ook laten rouleren. Bespreek met de leerlingen dat ze vanaf nu ook alles gescheiden weg moeten gooien in de klas. Als ze het niet weten, kunnen ze kijken op de platen of het vragen aan een klasgenootje.
In plaats van een echte vuilnisbak, kunt u ook kartonnen dozen gebruiken. Maak de leerlingen erop attent dat zolang de kartonnen dozen niet al te smerig zijn, je ze wel moet inleveren bij het oud papier. Om verwarring te voorkomen, is een echte prullenbak het meest voor de hand liggend.
Afronding/ reflectie
Individueel
Een leuke afsluiting bij deze les is een quiz. Dat vinden de leerlingen leuk en hier kunt u ook nog eens mee zien of het duidelijk is geweest voor de leerlingen. U mag zelf kiezen op welke wijze u deze quiz speelt. Een leuke variatie voor de quiz: - Verdeel de klas in twee of drie „vakken‟, in a, b (en c). Kies meerkeuzevragen,
47
± 15 min
bestaande uit twee of drie antwoorden (mede afhankelijk van de grootte van de klas) Laat de kinderen rennen naar het vak met het goede antwoord. Daarnaast laat u de leerlingen, in groepjes, een verslag maken. Dit moet gaan over wat ze hebben geleerd over afval. Laat ze een digitaal werkstuk maken en presenteren door middel van een PowerPoint Presentatie.
48
“Circuit les” Onderbouw Verantwoording Deze les bestaat uit een circuit van vier activiteiten. Voor elke activiteit staat een half uur gepland, dit kan eventueel aangepast worden. De duur van deze circuitles bedraagt ongeveer 2 ½ uur. De leerlingen zullen in dit circuit de informatie uit de eerdere lessen verwerken in diverse opdrachten. Door samen te werken in groepjes zal een beroep gedaan worden op goede samenwerking. De leerlingen worden opgedeeld in vier groepen, de leerkracht zorgt ervoor dat er in ieder groepje leerlingen van verschillende niveaus zitten. Allereerst geeft de leerkracht een introductie over het circuit, in deze introductie worden de opdrachten per onderdeel uitgelegd. Daarna krijgen de leerlingen per groepje een opdrachtkaart, op deze kaart staat beschreven in welke volgorde zij de onderdelen van het circuit dienen uit te voeren. Beginsituatie leerlingen De leerlingen weten wat zwerfafval is. De leerlingen moeten kunnen samenspelen. De leerlingen moeten weten waar de speelattributen voor zijn. De leerlingen moeten kunnen knippen. De leerlingen moeten weten wat afval is. De leerlingen moeten weten wat er in een afvalbak zit of gaat.
Doelen leerlingen Wat ligt er op straat? Productdoel: De leerlingen worden bewust dat ze niet zomaar zwerfafval op straat kunnen gooien. Procesdoel: De leerlingen worden zich ervan bewust wat zwerfafval met het milieu doet. Rollenspel. Productdoel: De leerlingen leren hoe het zwerfafvalproces verloopt: Wie haalt het zwerfafval op? Waar gaat het zwerfafval heen? Wie doen dat? De leerlingen kunnen met speelattributen de situaties nabootsen. Procesdoel: Dagelijkse handelingen/situaties zoals het zwerfafval ophalen en waar het heen gaat naspelen. Poster maken. Productdoelen: Knippen met een schaar
49
Scheuren en plakken met verschillende soorten papier. Procesdoel: De leerlingen leren samenwerken. De leerlingen weten welk zwerfafval er in een vuilnisbak gaat. De leerlingen ontwikkelen de fijne motoriek. Tel met zwerfafval. Productdoel: De leerlingen leren de begrippen eerste, laatste en middelste. De leerlingen automatiseren 1 t/m 10 tellen. Procesdoel: De leerlingen automatiseren 1 t/m 10 tellen. Taal voor het uitdrukken of benoemen van: hoeveelheden (bijv. Dat zijn er ...) Ruimtelijke relaties (bijv. eerste, middelste en laatste) De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en activiteitenbeschrijving Leerhulp Materiaal Voorbereiding Inzetten van Voor het uitvoeren van dit circuit in de onderbouw is extra ouder of hulp nodig. Dit kan een extra leerkracht, een klassenassistent. onderwijsassistent, een stagiaire of hulp van ouders zijn. Ter voorbereiding dienen twee groepjes gemaakt te worden voor de onderdelen poster maken en rekenen met afval. Op deze tafels horen de benodigde materialen voor deze opdracht gelegd te worden. Voor het rollenspel dient een aparte bouwhoek gemaakt te worden. Wat ligt er op straat De leerlingen gaan buiten kijken wat er voor zwerfafval te vinden is, over dit zwerfafval Materialen: wordt er gepraat. - Enkele Lesinhoud vuilniszakken. Wat zit er nou allemaal in de vuilniszakken die de - Eventueel een vuilniswagen komt ophalen? In deze les gaan de prikker om het leerlingen dit onderzoeken. vuilnis op te pakken.
50
Organisatie Circuit, de klas wordt verdeeld in 4 groepen
Tijdsduur 30 min per onderdeel
Lesbeschrijving: De leerkracht gaat in kleine groepjes naar buiten met de leerlingen, de bedoeling is dat er rond gekeken wordt naar het zwerfafval wat er ligt. Vervolgens wordt er gepraat over het zwerfafval. De volgende vragen kunnen daarvoor gebruikt worden: - Wat is dat voor afval? - Wat is het of wat zou het geweest kunnen zijn? - Waarom ligt het daar? - Hoe zou het daar gekomen zijn? - Zou jij het daar weg gegooid hebben? - Wat zou jij er gedaan mee hebben? Vervolgens wordt het zwerfafval opgeraapt en in een vuilniszak gestopt. Aan het einde vertelt u aan de leerlingen dat de vuilniszak straks opgehaald wordt door de vuilniswagen. Rollenspel De leerlingen gaan het ophalen en verwerken van afval naspelen in de bouwhoek. Lesinhoud In de bouwhoek gaan de leerlingen het vervoer van het zwerfafval naspelen. Lesbeschrijving: De kleuters mogen voor dit onderdeel in de bouwhoek spelen. De leerkracht stelt gerichte vragen, de leerlingen gaan met de speelattributen het zwerfafvalproces naspelen. De vragen die gesteld kunnen worden zijn: Wie haalt het zwerfafval op? Waar gaat het zwerfafval heen? Wie doen dat? Wat gebeurt er met het zwerfafval? Etc. De leerlingen kunnen door die vragen het zwerfafval ophalen naspelen. Poster maken De leerlingen gaan in een kliko van papier, woorden en plaatjes van zwerfafval plakken. Lesinhoud De leerlingen gaan een poster maken om zwerfafval tegen te gaan natuurlijk moet er met elke bouw rekening gehouden worden en zal het maken van een poster per bouw verschillen.
-
Plastic handschoentjes om het vuilnis op te pakken.
Materialen: - Bouwblokken, Lego - Speelattributen (vuilniswagen, miniatuur kliko‟s, etc.) - Speelmat In een kleuterklas zijn er meestal wel zulk soort materialen aanwezig voor het maken van deze bouwhoek.
51
Lesbeschrijving: Tijdens dit onderdeel gaan de leerlingen een grote poster maken. De leerkracht maakt van een groot grijs velpapier een container (kliko). Op tafel liggen er genoeg tijdschriften, waar de leerlingen uit kunnen knippen. Van te voren wordt er ter herhaling besproken wat afval ook alweer is. De leerlingen knippen afvalvoorwerpen uit en plakken die op de kliko. Als de tijd om is komt het volgende groepje en doet hetzelfde. De leerkracht maakt een briefje met de volgende tekst: Opruimen Lollystokje of een prop maak geen rommel, ruim het op! Appelschillen, lege zakken doe het in de afvalbakken! In een kringgesprek wordt naar het resultaat van de poster gekeken en ook wordt het briefje klassikaal voorgelezen, een leerling wordt gevraagd om het briefje op de poster te plakken. Rekenen met afval De leerlingen gaan op werkbladen het afval tellen. Lesinhoud De leerlingen gaan met werkbladen het afval tellen. Lesbeschrijving: De leerlingen mogen voor dit onderdeel twee rekenwerkbladen maken. Er is een werkblad met stempel het goede cijfer en een werkblad met zet een spreek onder… eerste, middelste of laatste. Afsluiting De leerkracht sluit de les af in de kring. Alle onderdelen van het circuit worden kort doorgenomen met de leerlingen, wat vonden ze het leukst? De gemaakte posters worden daarbij getoond en vervolgens opgehangen in de klas.
Materialen: - groot vel grijs papier - verschillende tijdschriften - zwart papier - lijm - schaar - splitpennen
Materialen: - Stempeldoos met cijfers 1 t/m 10, rekenwerkbladen en een potlood
52
“Circuitles” Middenbouw Verantwoord Deze les bestaat uit een circuit van vier activiteiten. Voor elke activiteit staat een half uur gepland, dit kan eventueel aangepast worden. De duur van deze circuitles bedraagt ongeveer 2 ½ uur. De leerlingen zullen in dit circuit de informatie uit de eerdere lessen verwerken in diverse opdrachten. Door samen te werken in groepjes zal een beroep gedaan worden op goede samenwerking. De leerlingen worden opgedeeld in vier groepen, de leerkracht zorgt ervoor dat er in ieder groepje leerlingen van verschillende niveaus zitten. Allereerst geeft de leerkracht een introductie over het circuit, in deze introductie worden de opdrachten per onderdeel uitgelegd. Daarna krijgen de leerlingen per groepje een opdrachtkaart, op deze kaart staat beschreven in welke volgorde zij de onderdelen van het circuit dienen uit te voeren
Lesgegevens Vakgebied
Titel van de les
Wat ligt er op straat? - Taal, beeldende vorming. Rollenspel. - Drama, taal. Poster maken. - Taal, beeldende vorming. Rekenen met zwerfafval. - Rekenen Wat ligt er op straat? Rollenspel. Poster maken. Rekenen met zwerfafval.
53
Beginsituatie leerlingen De leerlingen kunnen 16 vierkantjes in een vouwblaadje vouwen. De leerlingen weten wat afval is. De leerlingen kunnen een toneelstukje bedenken. De leerlingen kunnen samen spelen en afspraken maken. De leerlingen moeten weten dat zwerfafval in een afvalbak hoort. De leerlingen moeten weten waarom zwerfafval in een afvalbak hoort.
Doelen leerlingen Wat ligt er op straat? Productdoel: De leerlingen weten wat ze nu eigenlijk allemaal weg gooien. Procesdoel: De leerlingen worden zich bewust van wat zwerfafval nu eigenlijk allemaal is en is het wel nodig om dit allemaal weg te gooien. Rollenspel. Productdoel: De leerlingen kunnen in een toneelstukje iemand aanspreken op het weggooien van afval Procesdoel: De leerlingen werken aan hun zelfvertrouwen (emotionele waarde) Poster maken. Productdoel: De leerlingen leren kunnen argumenten benoemen waarom zwerfafval niet op straat hoort. De leerlingen leren d.m.v. geschreven en gesproken taal zwerfafval tegen te gaan. Procesdoel: De leerlingen ontwikkelen de fijne motoriek. De leerlingen ontwikkelen creativiteit. Collages maken van verschillende soorten papier, waaronder ook bedrukt papier. Rekenen met zwerfafval Productdoelen: De leerlingen kunnen uitrekenen hoeveel pakjes drinken er per week en per maand weggegooid worden. Procesdoel: Bij complexe maatschappelijke realiteiten: Informatie uit de media, in reclame en in dagelijkse situaties kritisch en wiskundig doordenken.
54
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en activiteitenbeschrijving Leerhulp Materiaal Voorbereiding In de klas worden drie groepjes gemaakt voor de activiteiten: poster maken, rekenen met afval, de vuilniswagen. Bij ieder groepje liggen de benodigde materialen klaar. Het rollenspel kan het beste in een andere ruimte worden uitgevoerd, als deze mogelijkheid er niet is dan kan er een aparte hoek in de klas gecreëerd worden. Per groepje maakt u een opdracht kaart zodat de leerlingen weten in welke volgorde ze de onderdelen moeten uitvoeren. Per onderdeel staat er kort beschreven wat de bedoeling ook al weer was. De vuilniswagen De leerlingen gaan een afvalwagen vouwen en daar woorden van afval in schrijven. Lesinhoud: De leerlingen gaan een vuilniswagen vouwen en daar voorwerpen van vuilnis inschrijven. Lesbeschrijving: De leerlingen gaan als volgt een vuilniswagen vouwen: Vouw twee keer zestien vierkantjes, knip voor de achterkant er een rij van 4 vierkantjes af. Knip van het andere blaadje een vierkant eraf, en dan nog eens een vierkantje, maak wielen van zwart papier en een raam. De leerlingen schrijven de woorden op van de voorwerpen die ze in de vuilniswagen kunnen vinden, voorbeelden: bananenschil, piepschuim, plastic, oud brood etc. Differentiatie: Leerlingen kunnen slagzinnen verzinnen om zwerfafval tegen te gaan. Rollenspel De leerlingen gaan een toneelstukje maken waarin ze andere mensen aanspreken op het weggooien van afval op straat.
Materialen: - Vouwblaadjes in verschillende kleuren - Zwart papier - Pennen - A4-vellen om de vrachtwagen op te plakken
55
Organisatie Circuit de klas wordt verdeeld in 4 groepen
Tijdsduur 30 min per onderdeel
Lesinhoud Korte beschrijving van de les: De leerlingen gaan bij dit onderdeel toneelstukje bedenken die ze aan het eind van de les aan de klas mogen laten zien. Lesbeschrijving: De leerlingen bedenken voor dit onderdeel een toneelstukje. De leerkracht heeft een gerichte opdracht gegeven, hoe spreek je iemand aan die zomaar afval op straat weggooit. De leerlingen mogen samen in een stille hoek bedenken hoe ze iemand kunnen aanspreken, hoe diegene kan reageren en wat er terug gezegd kan worden zonder dat er conflicten ontstaan. De leerlingen maken afspraken en oefenen het toneelstukje een paar keer voordat ze het aan de klas laten zien. Poster maken De leerlingen gaan een poster maken ter preventie van zwerfafval. Lesinhoud De leerlingen gaan een poster ter preventie van zwerfafval maken. Lesbeschrijving: De leerlingen krijgen voor dit onderdeel de opdracht om een poster te maken met tekst erop om zwerfafval tegen te gaan. De leerkracht kan voorbeeld zinnen geven, hoe zwerfafval wordt vermeden. De leerlingen bedenken waarom zwerfafval niet op straat hoort en schrijven dat op de poster. Ter versiering mogen de leerlingen plaatjes uit tijdschriften knippen van afval en bij de tekst opplakken. Voor de creatieve leerlingen ligt er papier om zelf voorwerpen te maken om zwerfafval tegen te gaan (bijvoorbeeld verbodsborden etc.) Als alle posters af zijn worden de posters in de school opgehangen. Rekenen met afval De leerlingen gaan het zwerfafval dat ze weggooien bijhouden en daarmee rekenen.
Materialen: - per groep in verschillende kleuren groot vellen papier - verschillende soorten en kleuren papier - tijdschriften - viltstiften - lijm en schaar
56
Lesinhoud Samen met de leerlingen uitrekenen hoeveel pakjes drinken ieder kind mee naar school neemt…bijhouden hoeveel afval per persoon wordt weggegooid. De leerlingen van de onderbouw krijgen twee rekenwerkblad voor dit onderdeel. Lesbeschrijving: De leerlingen houden tijdens het eten een week lang bij hoeveel pakjes er per dag worden weggegooid. De pakjes op maandag gooien ze in de maandagvuilnisbak, pakjes van dinsdag in de dinsdagvuilniszak enz. Tijdens dit onderdeel gaan de leerlingen tellen hoeveel pakjes per dag zijn weggegooid en dat tellen ze bij elkaar op zodat ze weten hoeveel pakjes in een week worden weggegooid. Als ze dat weten kunnen ze uitrekenen hoeveel pakjes per maand worden weggegooid.
Materialen: - 5 Vuilniszakken, 1 per dag met een dagkaartje erop (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag) - Werkblad rekenen met zwerfafval (één voor elk kind)
Afsluiting Ter afsluiting worden de toneelstukjes die tijdens het rollenspel onderdeel verzonnen zijn opgevoerd. Daarnaast wordt er met de leerlingen besproken worden wat zij er van vonden en wat zij ervan geleerd hebben. De gemaakte posters en vuilniswagens worden opgehangen in de klas.
57
“Circuitles” Bovenbouw Verantwoording Deze les bestaat uit een circuit van vier activiteiten. Voor elke activiteit staat een half uur gepland, dit kan eventueel aangepast worden. De duur van deze circuitles bedraagt ongeveer 2 ½ uur. De leerlingen zullen in dit circuit de informatie uit de eerdere lessen verwerken in diverse opdrachten. Door samen te werken in groepjes zal een beroep gedaan worden op goede samenwerking. De leerlingen worden opgedeeld in vier groepen, de leerkracht zorgt ervoor dat er in ieder groepje leerlingen van verschillende niveaus zitten. Allereerst geeft de leerkracht een introductie over het circuit, in deze introductie worden de opdrachten per onderdeel uitgelegd. Daarna krijgen de leerlingen per groepje een opdrachtkaart, op deze kaart staat beschreven in welke volgorde zij de onderdelen van het circuit dienen uit te voeren. Lesgegevens Vakgebied
Titel van de les
Wat ligt er op straat? - Taal, beeldende vorming. Rollenspel. - Drama, taal. Poster maken. - Taal, beeldende vorming. Rekenen met zwerfafval. - Rekenen. Wat ligt er op straat? Rollenspel. Poster maken. Rekenen met zwerfafval.
Beginsituatie leerlingen De leerlingen weten wat er met het zwerfafval gebeurt. De leerlingen kunnen een toneelstukje bedenken. De leerlingen kunnen samenspelen en afspraken maken. De leerlingen moeten weten dat afval in een afvalbak hoort. De leerlingen moeten weten waarom afval in een afvalbak hoort.
Doelen leerlingen De vuilniswagen. Procesdoelen: De leerlingen kunnen in een lopend verhaal (stelopdracht) schrijven wat er met zwerfaval gebeurt vanaf het moment dat het in de prullenbak gegooid wordt.
58
De leerlingen kunnen bijhouden hoeveel afval thuis wordt weggegooid. De leerlingen kennen de tafels tot 1 t /m 12.
Extra Procesdoel bij differentiatie: De leerlingen kunnen van zwerfafval een vrachtwagen maken. Procesdoelen: De leerlingen leren formuleren. Ze leren het toepassen van de juiste woordkeuze, zinsbouw, alinea‟s en passen geleerde spelling- en interpunctieregels toe. Rollenspel. Product doelen: De leerlingen leren verschillende situaties te bedenken en die na te spelen. De leerlingen leren dat zwerfafval niet op straat hoort maar in de afvalbak. Productdoelen: De leerlingen leren dat een beter milieu bij jezelf begint! Poster maken. Productdoel: De leerlingen kunnen argumenten benoemen waarom zwerfafval niet op straat hoort. Procesdoel: Mening geven over eigen product en werkproces en over dat van groepsgenoten. Rekenen met zwerfafval. Productdoel: De leerlingen leren hoeveel kilo per persoon per jaar wordt weggegooid. De leerlingen beseffen hoeveel afval per persoon per jaar wordt weggegooid en hoeveel afval in de toekomst verwerkt moet worden. Procesdoel: Het ontwikkelen van analoog rekenen.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en activiteitenbeschrijving Leerhulp Materiaal Voorbereiding In de klas worden drie groepjes gemaakt voor de activiteiten: poster maken, rekenen met afval, de
59
Organisatie Tijdsduur Circuit de klas 30 min per wordt verdeeld onderdeel in 4 groepen
vuilniswagen. Bij ieder groepje liggen de benodigde materialen klaar. Het rollenspel kan het beste in een andere ruimte worden uitgevoerd, als deze mogelijkheid er niet is dan kan er een aparte hoek in de klas gecreëerd worden. Per groepje maakt u een opdrachtenkaart zodat de leerlingen weten in welke volgorde ze de onderdelen moeten uitvoeren. Per onderdeel staat er kort beschreven wat de bedoeling ook al weer was. Het circuit voor de bovenbouw bevat de volgende lessen: De vuilniswagen De leerlingen gaan een afvalwagen vouwen en daar woorden van zwerfafval in schrijven. Lesinhoud Het zwerfafval gaat in de vuilniszak, en wat gebeurd en er dan met het zwerfafval? De leerlingen gaan dat in deze opdracht uitwerken. Lesbeschrijving: De leerlingen gaan als volgt een vuilniswagen vouwen: Vouw twee keer zestien vierkantjes, knip voor de achterkant er een rij van 4 vierkantjes af. Knip van het andere blaadje een vierkant eraf, en dan nog eens een vierkantje, maak wielen van zwart papier en een raam. Bovenbouw: De leerlingen krijgen een stelopdracht, welke ze in de gemaakte vrachtwagen schrijven. Het opstel begint met de volgende zin: 'Het begon allemaal toen ik niet meer nodig was, en in de buik van de prullenbak werd gegooid....
Materialen: - Vouwblaadjes in verschillende kleuren - Zwart papier - Pennen - A4 vellen om de vrachtwagen op te plakken
Differentiatie De vrachtwagen kan in plaats van gevouwen ook in 3D gemaakt worden van oude koek en melkpakken. Op de zijkant kant het vel met het geschreven opstel geplakt worden. Rollenspel De leerlingen gaan een toneelstukje maken waarin ze andere aanspreken op het weggooien van afval
60
op straat. Lesinhoud De leerlingen gaan een toneelstuk maken waarin ze mensen aanspreken die afval op straat gooien. Lesbeschrijving: De leerlingen in de bovenbouw bedenken voor dit onderdeel een toneelstukje. De leerkracht maakt het voor de bovenbouw wat moeilijker en geeft nu geen gerichte opdracht. Er wordt duidelijk aangegeven dat het toneelstukje binnen het thema„‟zwerfafval‟‟ moet blijven.De leerlingen mogen samen in een stille hoek een situatie bedenken dat met het thema te maken heeft. Daarna maken ze afspraken en oefenen het toneelstukje een paar keer voordat ze het aan de klas laten zien. Poster maken De leerlingen gaan een poster maken ter preventie van zwerfafval. Lesinhoud De leerlingen gaan een poster maken tegen preventie van zwerfafval Lesbeschrijving: De leerlingen krijgen voor dit onderdeel de opdracht om een poster te maken met tekst erop om zwerfafval tegen te gaan. Elk groepje maakt een eigen poster. De leerkracht moedigt de leerlingen aan om zoveel mogelijk slagzinnen te bedenken om zwerfafval te vermijden. De leerlingen bedenken slagzinnen en pakkende zinnen waarom zwerfafval niet op straat hoort en schrijven dat op de poster. Ter versiering mogen de leerlingen tekeningen maken/knutselen van afval of andere voorwerpen maar wat wel met het thema te maken heeft en op de poster opplakken. Als alle posters af zijn worden de posters in de school opgehangen. Rekenen met afval De leerlingen gaan het afval dat ze weggooien bijhouden en daarmee rekenen. Lesinhoud De leerlingen gaan het afval dat ze weggooien bijhouden en daar verder mee rekenen.
Materialen: - per groep in verschillende kleuren groot vellen papier - verschillende soorten en kleuren papier - viltstiften, potloden, krijt etc. - lijm en schaar
61
Lesbeschrijving: Tijdens dit onderdeel krijgen de leerlingen een werkblad met sommen. Afsluiting Ter afsluiting worden de toneelstukjes die tijdens het rollenspel onderdeel verzonnen zijn opgevoerd. Daarnaast wordt er met de leerlingen besproken worden wat zij er van vonden en wat zij ervan geleerd hebben. De gemaakte posters en vuilniswagens worden opgehangen in de klas.
Materialen: - Pen en rekenpapier. - Werkblad.
62
Les “Markt” Onderbouw Verantwoording Deze les past in de basisschool omdat het een les is tijdens een project over zwerfafval. De kinderen kunnen op deze manier aan de ouders laten zien wat ze gedaan hebben.
Beginsituatie leerlingen De kinderen kunnen niet rekenen waardoor het verkopen van dingen moeilijk wordt. De kinderen kunnen wel aan hun ouders vertellen wat ze gedaan hebben.
Doelen leerlingen - De kinderen halen voldoening uit hun werk doordat hun ouders kunnen zien wat ze gedaan hebben. - De kinderen leren om zelf uit te leggen wat ze gedaan hebben. Kerndoelen: - De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. - De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal activiteitenbeschrijving Voorbereiding: - Tafels. Al aan het begin van het U vertelt de kinderen dat - Gemaakte project vertelt u dat ze een ze een markt gaan producten van de soort markt gaan houden houden. activiteiten van de aan het eind van de week. afgelopen week. Hier kunnen de ouders komen kijken wat de kinderen hebben gedaan tijdens het project.
63
Organisatie
Tijdsduur
Er staan steeds een aantal 1 tot 1,5 uur. tafels bij elkaar waarop alles staat wat de kinderen gedaan hebben.
Voor de markt moeten ze ook een aantal dingen maken om te laten zien wat we gedaan hebben. Zoals een poster waarop staat wat er gedaan is met bijvoorbeeld foto‟s.
U loopt rond. Als een kind niet precies weet hoe ze het uit moet leggen dan gaat u daarmee helpen.
Markt: De klas en hal zijn ingericht met kraampjes waarop de verschillende activiteiten te zien zijn van de afgelopen week. De kinderen kunnen hun ouders zelf uitleggen wat ze gedaan hebben.
64
Les “Markt” Middenbouw Verantwoording Deze les past in de basisschool omdat het een les is tijdens een project over zwerfafval. De kinderen kunnen op deze manier aan de ouders laten zien wat ze gedaan hebben.
Beginsituatie student
Doelen leerkracht Een markt inrichten die visueel aantrekkelijk is.
Beginsituatie leerlingen Kinderen in de middenbouw kunnen al rekenen waardoor de ook met geld dingen kunnen afrekenen. Wel moeten deze bedragen rond zijn zodat ze niet achter de komma hoeven te rekenen.
Doelen leerlingen - De kinderen halen meer voldoening uit hun werk doordat de ouders zien wat ze gedaan hebben. - De kinderen leren om samen te overleggen wat ze gaan doen. - De kinderen leren om met echt geld te rekenen en om te gaan. Kerndoelen: - De leerlingen leren zich te gedragen door respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen te krijgen. - De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal Organisatie activiteitenbeschrijving voorbereiding: u vertelt de kinderen wat - Tafels. De klassen en hal zijn aan het begin van het ze gaan doen. - Gemaakte collages ingericht als een markt. project vertelt u de klas dat De vergaderingen leidt u en anderen ze een markt gaan houden zelf zodat de kinderen niet gemaakte dingen
65
Tijdsduur 1 tot 2 uur.
aan het eind van het project. Hier gaan ze laten zien wat ze gedaan hebben deze week en ook gaan ze dingen verkopen die gemaakt zijn door de kinderen.
door elkaar heen gaan roepen. Ook komt u met eigen ideeën voor de markt
-
-
om te laten zien wat we gedaan hebben. De knutselproducten om te verkopen. Wisselgeld.
U begint elke ochtend kort met de kinderen in de kring waar u een soort van vergadering houdt en waar kinderen met ideeën kunnen komen voor de markt. Voor de markt moeten er ook dingen gemaakt worden want niet van elke activiteit is er iets gemaakt wat je kunt laten zien of kunt verkopen. Daarvan kunt u bijvoorbeeld posters en collages maken. Ook moet u voor de markt een indeling maken welk kind er bij welk kraampje staat, Bij elk kraampje zet u 2 of 3 kinderen zodat de kinderen soms ook even kunnen rondlopen en dat er dan wel iemand bij de kraam blijft.
Tijdens de markt loopt de leerkracht rond om te ondersteunen op plekken waar onduidelijkheid is.
66
Markt: u zet vooraf met de kinderen de tafels op de juiste plekken als kraampjes en de kinderen zetten de andere spullen klaar op de kraampjes. Als de markt er is staan de kinderen bij hun kraampjes. Er zijn kraampjes die spullen verkopen en kraampjes die vertellen en laten zien wat ze gedaan hebben.
67
Les “Markt” Bovenbouw Verantwoording Deze les past in de basisschool omdat het een les is tijdens een project over zwerfafval. De kinderen kunnen op deze manier aan de ouders laten zien wat ze gedaan hebben.
Beginsituatie student
Doelen student - Een aantrekkelijke markt inrichten die visueel aantrekkelijk is.
Beginsituatie leerlingen De kinderen van de bovenbouw kunnen met geld omgaan. Ook zin ze in staat om veel dingen zelf te organiseren en te regelen.
Doelen leerlingen - De kinderen halen meer voldoening uit hun werk doordat de ouders zien wat ze gedaan hebben. - De kinderen leren om samen te overleggen wat ze gaan doen. - De kinderen leren om met echt geld te rekenen en om te gaan. Kerndoelen: - De leerlingen krijgen respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. - De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
De lesactiviteit (voor elke activiteit in de les maak je een aparte beschrijving) Inhoud en Leerhulp Materiaal Organisatie activiteitenbeschrijving voorbereiding: u wijst een voorzitter en - Tafels. De klassen en hal zijn aan het begin van het notulist aan voor de - Gemaakte collages ingericht als een markt. project vertelt u de klas dat vergadering. Verder en anderen ze een markt gaan houden bemoeit u zich zo min gemaakte dingen
68
Tijdsduur 1 tot 2 uur.
aan het eind van het project. Hier gaan ze laten zien wat ze gedaan hebben deze week en ook gaan ze dingen verkopen die gemaakt zijn door de kinderen.
mogelijk met de organisatie. Wel kan de leerkracht met ondersteunende vragen komen en voorstellen inbrengen.
-
-
om te laten zien wat we gedaan hebben. De knutselproducten om te verkopen. Wisselgeld.
U houdt elke ochtend kort met de kinderen in de kring een soort van vergadering waar kinderen met ideeën kunnen komen voor de markt. Elke ochtend is een ander kind de voorzitter van de markt. Ook is er een notulist die de gemaakte afspraken opschrijft. Dit blaadje komt op een vaste plek in de klas te hangen zodat de kinderen altijd kunnen zien wat er ook alweer afgesproken was. Voor de markt moeten er ook dingen gemaakt worden, want niet van elke activiteit is er iets gemaakt dat je kunt laten zien of verkopen. Daarvan kunt u bijvoorbeeld posters en collages maken. Ook moet u voor de markt een indeling maken welk
69
kind er bij welk kraampje staat. Bij elk kraampje komen 2 tot 3 kinderen, zodat de kinderen soms ook even kunnen rondlopen en dat er dan wel iemand bij de kraam blijft. Tijdens de markt loopt de Markt: leerkracht rond om te u zet van te voren met de ondersteunen op plekken kinderen de tafels op de waar onduidelijkheid is. juiste plekken als kraampjes en u zet de andere spullen klaar op de kraampjes. Als de markt er is, staan de kinderen bij hun kraampjes. Er zijn kraampjes die spullen verkopen en kraampjes die vertellen en laten zien wat ze gedaan hebben.
70
Bijlage werkbladen “buurtonderzoek”
Werkblad Middenbouw Vragen
Antwoorden
1. Zien jullie veel kinderen of juist veel ouderen?
2. Zien jullie veel prullenbakken om jullie heen?
3. Zijn de prullenbakken vol of kan er nog wel wat bij?
4. Zijn er veel winkels in de buurt of staan er juist veel huizen?
1
Werkblad Bovenbouw Vragen
Antwoorden
1. Wonen er meer jongeren of ouderen?
2. Zijn er veel prullenbakken?
3. Zijn de prullenbakken overvol of kun je er gemakkelijk nog wat in gooien?
4. Hoe vaak worden de straten schoongemaakt?
5. Staan er veel winkels in de buurt, en hebben die veel “ondernemers”afval?
2
Werkbladen “Afval scheiden”
3
4
Kleur de plaatjes in en knip ze uit. Plak ze op iets stevigs. Als alles klaar is, heb je een leuk kwartet!
5
6
7
8
9
10
Werkbladen “circuitles” Onderbouw Middenbouw Bovenbouw
11
Naam:………………
Stempel het goede cijfer.
Naam:………………
12
Zet een streep onder
laatste
eerste
middelste
eerste
middelste
13
Naam………………
Hoeveel pakjes drinken zijn er weggegooid? Groep 1 gooit op maandag, dinsdag, donderdag 7 pakjes drinken weg. En op woensdag en vrijdag 9 pakjes. Groep 2 gooit op maandag 12 pakjes, dinsdag 9 en woensdag tot vrijdag maar 5 pakjes in de prullenbak. Groep 3 gooit maandag 10, dinsdag 9, woensdag 8, donderdag 7 en vrijdag 6 pakjes weg. Welke groep gooit de meeste pakjes in een week weg? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Hoeveel pakjes gooit groep 1 per maand en per schooljaar weg? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Hoeveel pakjes gooit groep 2 per maand en per schooljaar weg? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… En hoeveel pakjes gooit groep 3 per maand en per schooljaar weg? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Stel alle groepen van die school gooien net zoveel pakjes weg als groep 3, hoeveel pakjes gooit de hele school per maand en per schooljaar weg? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..
14
Naam:………………… We wonen met 16.000.000 mensen in Nederland. Al deze mensen, grote en kleine, gebruiken spullen en maken dus ook afval. Hoeveel?
Alle huishoudens in Nederland gooien samen per jaar 5 miljard kilo afval weg. Hoeveel is dat per persoon? …………..
En de overheid verwacht dat in 2015 drie keer zoveel afval verwerkt moet worden als nu. Dat betekent dus ruim…………… kilo per persoon per jaar.
Extra: De leerlingen die thuis hebben bijgehouden hoeveel afval wordt weggegooid kunnen ook uitrekenen hoeveel afval thuis wordt weggegooid. Per Per Per Per Per Per Per Per
dag…… week…… maand…… kwartaal…… jaar…… decennia…… 50 jaar…… levensjaar……
15