De Referentieniveaus Taal BAVO Eemlanden 14 maart 2012
2
Wat komt aan de orde? • Aanleiding tot de referentieniveaus • Wat zijn referentieniveaus? • Status en ontwikkelingen rond de referentieniveaus • Referentieniveaus taal • Aandacht voor taal in het onderwijs
3
Aanleidingen tot referentieniveaus Nederland heeft een goed onderwijssysteem. Maar, .... er is zorg over het reken- en taalonderwijs.
4
Is die zorg terecht?
(NRC, juni 2007)
5
Waar komt die zorg vandaan? • Pabo studenten blijken onvoldoende taal- en rekenvaardig • De samenleving vraagt een goede basiskennis taal en rekenen • Er is verlies van kennis en vaardigheden tijdens de (leer)loopbaan, te weinig onderhoud • Bij internationale onderzoeken is een voorzichtige neerwaartse tendens zichtbaar
6
Achtergrond
Expertgroep Meijerink veldraadpleging naar gevoelige onderdelen advies referentiekader taal en rekenen bijgesteld en vastgesteld Wet per 1 augustus 2010
7
Twee doelen 1. Een samenhangend curriculum voor taal en rekenen, binnen en over onderwijssectoren heen; 2. Het verbeteren van de taal- en rekenprestaties van leerlingen.
8
9
Opbouw referentieniveaus REFERENTIEKADER 1 2
1F 1S
2F 2S
3
3S
Fundamentele niveaus Streefniveaus
4F 4S
Algemeen maats chappelijk niveau Dr empels
10
4
3F
Toewijzing aan onderwijstypen Taal •1F en 1S: primair onderwijs en speciaal onderwijs •2F: mbo 1, 2, 3, vmbo •3F: mbo 4, havo •4F: vwo Rekenen •1F en 1S: Primair en speciaal onderwijs •2F: mbo 1, 2, 3, vmbo •3F: mbo 4, havo •3S: vwo •4F bestaat niet; wiskunde 11
Referentieniveaus en de doorlopende leerlijn PO • In 2011-2012 bestaat informatieplicht van het PO naar VO • Er komt een verplichte eindtoets in april 2013 voor groep 8 • De onderdelen taal en rekenen van de CITOtoets worden verplicht • Let op: nu doen 80% van de po-scholen de CITO-toets!
• Het wordt verplicht een leerlingvolgsysteem te hebben • Wetsvoorstel ingediend op 31 januari 2012 12
Referentieniveaus en de doorlopende leerlijn VO Rekenen • aparte rekentoets als onderdeel van eindexamen per 2013-2014 • cijfer telt mee voor slaag/zak regeling • Toets mag in (voor)eindexamenjaar worden afgelegd; 1 herkansing Taal • examen Nederlands per 2013-2014 gebaseerd op de referentieniveaus
• Alle eindexamens van alle vakken worden de komende jaren qua taalgebruik en rekenvaardigheid geijkt aan de referentieniveaus
13
Plannen een verplichte eindtoets referentieniveaus aan het einde van de onderbouw
14
Wat gaat u merken van de referentieniveaus? • leerlijnen, tussendoelen, leerlingvolgsystemen en toetsen worden afgestemd op referentieniveaus [ zie Referentiesets ] • uitgevers maken additioneel materiaal en leeswijzers op basis van referentieniveaus • hulp en ondersteuning via verschillende steunpunten
15
16
17
18
Opbouw Taal 1. Mondelinge taalvaardigheid = gespreksvaardigheid, luistervaardigheid, spreekvaardigheid 2. Leesvaardigheid = lezen zakelijke teksten en fictionele/literaire teksten 3. Schrijfvaardigheid = zakelijk en creatief 4. Taalverzorging en taalbeschouwing
19
Taalopgave In welke zin staat een fout? A. B. C. D.
20
Erna vond autosleutels op straat. Guus leidt de bezoekers rond. Heb jij je ook zo geërgerd? In de voorband zat een verroestte spijker.
Beheersing A. B. C. D.
Erna vond autosleutels op straat. Guus leidt de bezoekers rond. Heb jij je ook zo geërgerd? In de voorband zat een verroestte spijker.
Groep 8 Vmbo 4 gl/tl Havo 4 Vwo 4
21
1% 1% 5% 37%
Taal opgave 2 In welke zin staat een fout? a. b. c. d.
22
Dat zijn oude sleeën. Ik lust wel een patatje. Kijk maar in die blikken trommel. Oma draagt een haarbant.
Beheersing a. b. c. d.
Dat zijn oude sleeën. Ik lust wel een patatje. Kijk maar in die blikken trommel. Oma draagt een haarbant.
Groep 8 Vmbo 4 gl/tl Havo 4 Vwo 4 23
73% 88% 94% 99%
voorbeeld van één domein
24
25
Referentiekaders : vaardigheid: Lezen (zakelijke teksten lezen)
26
1F
2F
3F
4F
Kan eenvoudige teksten lezen over alledaagse onderwerpen en over onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld.
Kan teksten lezen over alledaagse onderwerpen, onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld van de lezer en over onderwerpen die verder van de lezer afstaan.
Kan een grote variatie aan teksten over opleidings- en beroepsgebonden en maatschappelijke onderwerpen zelfstandig lezen. Leest met begrip voor geheel en details.
Kan een grote variatie aan teksten lezen en in detail begrijpen over tal van algemeen maatschappelijke en beroepsgebonden onderwerpen.
Vraag 1 Op niveau 1F (eind PO) moeten leerlingen vragen naar aanleiding van hun spreekbeurt spontaan en vloeiend kunnen beantwoorden. Is dit juist of onjuist?
27
Vraag 2 Op niveau 3F (eind havo/mbo 4) mogen in de schrijfproducten nog onduidelijke verwijzingen en fouten in de structuur van de tekst voorkomen Is dit juist of onjuist?
28
Wat betekent dit voor scholen? strategisch niveau
tactisch niveau
operationeel niveau 29
Strategisch niveau Hoe past het taal/rekenbeleid in het schoolplan? Welke keuzes maken we om de referentiekaders te implementeren? Tactisch niveau Wat moet er worden gedaan, geregeld en afgesproken om de referentieniveaus effectief in te voeren? Wie gaat wat en hoe doen op welk moment op welk niveau? Operationeel niveau Wat betekent de invoering van de referentiekaders voor onze leerkrachten? Wat hebben de leerlingen nodig om het bij hen passende referentieniveau te halen?
30
Bewust – de cijfers Bevindingen Inspectie – vo 2009/2010 • Eindexamencijfers Nederlands, Engels en Wiskunde zijn gedaald (t.o.v. 2006) • Leerlingen die in po niet goed kunnen lezen, halen die achterstand nauwelijks in (Mijs en Vernooy, 2010) • 14% laaggeletterd, merendeel VMBO
31
Niveau VMBO
32
(Bron: CITO, juni 2011)
Niveau HAVO
33
(Bron: CITO, juni 2011)
Wat moet elke leerkracht kunnen? • Bepalen welk referentieniveau hoort bij welke tekst en/of opgave • Bij elke tekst of opgave kunnen bepalen of de gebruikte taal-/rekenopdracht OP niveau, ONDER niveau BOVEN niveau en daarop zijn onderwijsaanbod afstemmen. 34
Opbrengsten verhogen • 1. Draagvlak creëren + wie is waarvoor verantwoordelijk? • 2. Nulmeting leerlingresultaten • 3. Nulmeting onderwijs • 4. Analyse gegevens • 5. Doelen opstellen (link referentieniveaus) • 6. Wie doet wat wanneer? 35
Afstemming po-vo • • • •
Warme overdracht Didactiek Diagnose en begeleiding Aanbod • Gemeenschappelijke ‘taal’ • Aanbod is niet beheersing • Ruimte voor herhaling
36
Vakoverstijgende afspraken • Afspraken m.b.t.: • Didactiek • Nakijkwijze (bv. s’je voor spelling, p’tje voor interpunctie) • Beoordeling • Speldiploma • Persoonlijke leerpunten voor leerling • Docenten: alles wat naar buiten gaat is foutloos • Leerlijnen 37
Voorbeelden van schoolbrede afspraken over taal • Taal telt mee in de beoordeling van werkstukken. • Alle leerlingen hebben altijd een leesboek bij zich. • Taal telt mee in de beoordeling van proefwerken. • In elke les is aandacht voor woordenschat (ook andere woorden van vaktaal). • In elk lokaal staan woordenboeken. • We hanteren één aanpak voor het lezen van teksten. In alle vakken. 38
Meer informatie? • • • • • • •
39
www.taalenrekenen.nl www.leerlijnentaal.nl www.schoolaanzet.nl www.steunpunttaalenrekenenvo.nl www.steunpunttaalenrekenenmbo.nl www.rekenlijn.nl www.referentiesets.nl
[email protected] 06- 55 833 491
CPS
Onderwijsontwikkeling en advies
Plotterweg 30 3821 BB Amersfoort Postbus 1592 3800 BN Amersfoort
T [033] 453 43 43 F [033] 453 43 53 E
[email protected] www.cps.nl