De Pergola
Zomernummer 2015 van de Wassenaarse Volkstuinders Vereniging
Bestuur WVV Dagelijks bestuur:
Voorzitter Dhr. P.J. Vermeer, tel. 06 - 53 36 34 21,
[email protected] Vice-voorzitter, vacant
[email protected] Secretaris Dhr. A. van Duijn, tel. 06 - 51 59 85 96 Postbus 12, 2240 AA Wassenaar
[email protected] Tweede secretaris, vacant Penningmeester Dhr. A. Dijkhuizen, tel. 070 - 350 06 28,
[email protected] Rekeningnummer: NL14 INGB 0001 6730 18 Tweede penningmeester, vacant Commissaris, vacant Bouw/Taxatie Commissie Vacant Dhr. Chr. Bekooy Dhr. P.J. Vermeer
[email protected]
Complexvoorzitters:
De Driesprong, Katwijkseweg 11, 2242 PA Wassenaar: Dhr. R. Wigman, tel. 070 - 511 05 83
[email protected] Clubhuis ‘The Green House’, Katwijkseweg 11, Wassenaar Beheerder: dhr. P.C. van der Peet, tel. 06 - 24 94 14 68,
[email protected] Ruigelaan, Ruigelaan 3, 2242 NP Wassenaar: Mw. C.B. Veldhuijzen, tel. 071 - 401 50 87,
[email protected]
Ter Weer, Deijlerweg 159, 2241 AE Wassenaar: Vacant
[email protected] Reijerlaan, gelegen aan de Reijerlaan, 2242 JM Wassenaar: Dhr. K.G. van der Poel, tel. 070 - 511 71 86,
[email protected] Het Kerkehout, Het Kerkehout 82, 2245 XP Wassenaar: Dhr. N. Bellekom, tel. 070 - 517 89 64,
[email protected] Website: www.wassenaarsevolkstuindersvereniging.nl
2
Van de redactie Het is hoogzomer, het seizoen waarin bijna alles wat in het voorjaar gezaaid en geplant is tot wasdom mag komen. Waar wij, mensen, het hele jaar naar uitzien: het seizoen van zon en warmte! Natuurlijk mag er tussendoor best wel eens een buitje vallen, want dat is alleen maar goed voor onze planten! In uw handen heeft u het zomernummer van De Pergola, hopelijk net zo zonnig als het seizoen. Er is best veel gebeurd bij de WVV in de maanden die liggen tussen het lente- en zomernummer (overigens hebben wij ontzettend veel positieve reacties gekregen op het lentenummer, maar dit even terzijde). Op 19 mei werd er bijvoorbeeld een speciale tuin geopend op de Reijerlaan door wethouder Bert Doorn en op 21 mei deed onze burgemeester zelfs complex Ter Weer aan, hoog bezoek dus bij de WVV! De verslagen ervan leest u in dit nummer. Maar er staat nog veel meer in deze editie: een interview met René Wigman, de nieuwe complexvoorzitter van De Driesprong; op de Reijerlaan werd de Midzomernacht gevierd; Peter van Heijst vertelt in een vervolgartikel over waar hij als beginnende tuinder zoal tegenaan loopt; Henk van der Kwaak over de metamorfose die het landkaartje ondergaat van het voorjaar naar de zomer en Marcel Nençu, imker op Ter Weer, vertelt u in de eerste aflevering van wat voortaan een vaste rubriek wordt over zijn ‘dames’, enzovoort, enzovoort. Bent u nieuwsgierig geworden, sla het nummer dan gauw open! Het enige wat u nog zult missen (of misschien ook niet) zijn de advertenties. De adverteerders zijn inmiddels aangeschreven, maar ja, zomertijd betekent ook komkommertijd! Dus hebben wij maar besloten om dit nummer nogmaals zonder advertenties uit te geven. In de herfsteditie hopen wij wat dit betreft weer helemaal compleet te zijn. Wij wensen u heel veel leesplezier! De redactie De sluitingsdatum voor de kopij voor De Pergola, 19e jaargang, nr. 3, is vrijdag 23 oktober. Graag volgende kopij mailen naar e-mailadres:
[email protected]. Wij zien weer uit naar vele bijdragen van uw kant!
3
Van de bestuurstafel Tuinieren zonder overlast
Wat is tuinieren een heerlijke bezigheid. Zelf doe ik het nu voor het 4de jaar. En met steeds meer plezier. Ik heb al veel geleerd en moet nog heel veel meer leren. Met een praatje over de schutting leer je al heel veel. Er zijn genoeg tuinders die hun kennis aan je kwijt willen, een stekje willen uitdelen, of je met een klusje willen helpen. Daar doe ik dus graag mijn voordeel mee. Leuk om te zien dat iedere tuinder zijn eigen stijl heeft. Tuinieren ontspant enorm. En elke dag dat je op de tuin bent, realiseer je je weer waarom je lid bent geworden van onze mooie Wassenaarse Volkstuindersvereniging. Om de tuin goed bij te houden, moet je wel gedurende het hele jaar aan het werk. In de winter begin je al met het maken van een tuinplan en moet je beslissen, wat je dit jaar wilt gaan telen. Inkopen van planten en zaden, voorkweken, herstel en reparatie van kas en/of huisje. Eigenlijk ben je nooit klaar. In voorjaar en zomer bemesten van de grond, planten, voldoende water geven, onkruid verwijderen, beschermen tegen luis, rupsen en vogels, bloemen plukken, fruit en groente oogsten. Dat is toch waar we het allemaal voor doen. En als er dan nog een uurtje vrij is, genieten van een mooie zonnige dag. Misschien even een boek lezen, een praatje maken met andere tuinders, wat vruchten en groente uitdelen. In het najaar de tuin winterklaar maken. Weer of geen weer, want de tuin moet voor de winter weer op orde zijn. Niet iedereen gaat dat even gemakkelijk af. Zo blijkt bij de tuinkeuringen, dat het onkruid in een enkele tuin wel erg rijk woekert. Natuurlijk is het zo dat iedereen een eigen idee over tuinieren en onkruidbestrijding heeft, maar de algemene norm is toch dat anderen er geen last van mogen hebben. Onkruid stopt namelijk niet bij de grens met de buurtuin. Het bestuur ziet graag dat u zich dat laatste goed realiseert. En weet: de tuincommissies zitten echt niet te wachten op het maken van op- of aanmerkingen. Want dan worden zij de gebeten hond, terwijl ook zij gewoon tuinlid willen zijn en op het complex komen om met plezier te tuinieren. Ons verzoek is dus om opmerkingen van de tuincommissies serieus te nemen. Die worden namelijk niet geplaatst om ons te pesten. Hun opmerkingen zijn er ook niet uit rancune, niet omdat ze de pest aan een tuinder hebben, maar om te waarborgen dat anderen niet met extra werk worden opgezadeld. Het bestuur wil u hier graag nog eens op wijzen. Met dank aan de leden van de tuincommissies. Het bestuur
4
Nieuwe tuinders op de Reijerlaan “Niks bijzonders, toch,” zult u misschien zeggen, “op ons complex zijn er regelmatig nieuwe tuinders.” Dat is natuurlijk wel zo en op de Reijerlaan zijn er ook van tijd tot tijd nieuwe tuinders, maar dit keer is het toch wel de moeite van het vermelden waard. Want dit ging niet zomaar om een nieuwe gebruiker, maar om een wel heel bijzondere groep van gebruikers, namelijk de cliënten van Gemiva. U weet het, de sociale zorg is sinds dit jaar meer bij de gemeenten komen te liggen. Onderdeel van die sociale zorg is de zorg voor en begeleiding van jongeren met speciale beperkingen en talenten in de leeftijd van 18-32 jaar. Die zorg wordt in Wassenaar ter hand genomen door de Leer & werkomgeving (LWO) De Warenar, een onderdeel van de Gemiva-SVG Groep. In overleg tussen de LWO De Warenar en de tuinders van het complex Reijerlaan en het bestuur van de WVV is besloten, om voor de jongelui een volkstuin ter beschikking te stellen. Het mes snijdt daarbij aan twee kanten: de jongelui krijgen een kans om zich te ontspannen en iets te leren over tuinieren en de WVV maakt zich nuttig op sociaal terrein in Wassenaar. De tuin die werd gekozen, bevindt zich op het volkstuincomplex aan de Reijerlaan, in het centrum van Wassenaar, in de schaduw van de Dorpskerk. De tuinders op het complex toonden zich met groot genoegen bereid, om één van de mooiste tuinen van Wassenaar voor dit doel af te staan en de deelnemers aan de LWO waar nodig wegwijs te maken en bij te staan in het tuinieren. De opening op dinsdagavond 19 mei werd uitgevoerd door wethouder Bert Doorn, die zelf ook, heel toepasselijk, op klompen kwam! De opening was een groot succes. De vlaggen van de WVV en van de Gemiva-SVG Groep werden gehesen en samen met een deelnemer van de LWO opende de wethouder de doorgang naar de volkstuin, waarna deelnemers, begeleiders en ouders gezamenlijk met de tuinders van het complex een borrel dronken op dit veelbelovende initiatief! Kijkt u maar eens als u de Reijerlaan inloopt, vanaf de Dorpskerk. De tuin van de jongelui van Gemiva is de eerste aan uw rechterhand, na het slootje. Klaas van der Poel, complexvoorzitter Reijerlaan
5
Een interview met René Wigman Sinds begin dit jaar is René Wigman de nieuwe complexvoorzitter van De Driesprong. Samen met de beheercommissie houdt hij zich bezig met het reilen en zeilen van 73 volkstuinen. Reden voor de redactie van De Pergola om eens nader kennis met hem te gaan maken. Vertel eens iets over jezelf. Ik ben 59 jaar, woon in Wassenaar, maar ben een geboren Arnhemmer. Na mijn 18e heb ik door heel Nederland gezworven, te beginnen bij Apeldoorn waar ik de bosbouwschool heb gedaan en daarna de tuinbouwschool in Utrecht voor landschapsbouw en cultuurtechniek. Ik kon toen een baan krijgen als boomchirurg bij ‘Groenvoorziening Oud-Wassenaar’ en zo ben ik hier gekomen. Via deze baan kwam ik weer in Aalsmeer terecht in de handel van planten. Ik heb daar negen jaar ingekocht op de veilingklok. Voor de verkoop van planten heb ik de hele wereld over gereisd. Ik heb ook nog zeven jaar een eigen exportbedrijf gehad van planten naar Zweden, Engeland en Duitsland. Daarna heb ik weer jarenlang inkopen gedaan voor tuincentraketens en vooral in het Midden- en Verre Oosten planten en bloemen verkocht. Een leuke anekdote is dat ik tijdens de Golfoorlog alle Amerikaanse tanks in Koeweit van kerstbomen mocht voorzien! Ik heb dus heel veel gereisd en een druk leven gehad. Je netwerk neemt je mee en zo rol je van het ene in het andere. Helaas ben ik door een chronische schouderblessure arbeidsongeschikt geraakt. Ik heb drie kinderen, een zoon en twee dochters, en een kleindochter. Mijn zoon heeft een eigen hoveniersbedrijf, mijn oudste dochter heeft een dansschool en de jongste is verpleegkundige. Een indrukwekkende lijst! Heb je daarnaast ook nog hobby’s? Ik heb een heleboel hobby’s. Zo ben ik fanatiek ‘voetbalwatcher’ en heb een seizoenskaart voor Vitesse in Arnhem. Ik ben jarenlang jeugdvoorzitter geweest bij Blauw-Zwart, heb altijd gebadmintond en ben altijd actief geweest in het verenigingsleven. Ook verzamel ik postzegels, maar dan alleen met bloemen en planten erop en ik ben gek op cruisen, samen met mijn partner Mineke! Hoe kwam je op De Driesprong terecht? Ongeveer zeven jaar geleden woonde ik door omstandigheden op een flat en wilde toch een tuin hebben, om daarin bezig te kunnen zijn. Er kwam toen een tuin vrij op De Driesprong. Het moestuinen moest ik leren, maar je leert van je fouten en van elkaar. Zo heb ik bijvoorbeeld eens onkruid dat al zaad had gevormd op de composthoop gegooid. Dat moet je dus niet doen, krijg je weer dubbel terug! Het is voor mij een sport om de tuin zo rendabel mogelijk te bebouwen met groente, fruit en snijbloemen. Ik heb er een hekel aan als er een stukje grond braak ligt.
6
Hebben jullie als beheercommissie regelmatig contact met elkaar? Op gezette tijden wordt er met z’n vijven vergaderd met zelfs een heuse agenda! Wij houden ons bezig met de dagelijkse gang van zaken, zoals bijvoorbeeld het verzoek van een mevrouw die in het ziekenhuis ligt, of wij de boel in de gaten willen houden. Morgen gaan wij tuinkeuring doen. Vroeger werd daarbij iedere tuin bekeken, maar nu wordt gekeken naar dingen die uit de hand dreigen te lopen. Soms gaan dingen niet helemaal zoals zij moeten gaan. Als commissie moeten wij mensen aanspreken die om wat voor redenen hun tuin niet meer kunnen bijhouden in de breedste zin van het woord. Bomen, struiken en onkruid moeten beheersbaar blijven. Mijn taak is, indien nodig, dingen door te spelen naar het hoofdbestuur. Je moet soms een brede rug hebben. Ik heb echter een prima team en krijg grote ondersteuning van hen. Allemaal doen wij iets. Joop van der Berg en Jan van Santen doen het gemeenschappelijk maaiwerk en sturen de groep aan tijdens het algemeen onderhoud. Peter van Deursen heeft verstand van machines en materiaal en beheert de kleine kas van het complex en Kees Heemskerk houdt zich o.a. bezig met de keuring en bedient de bosmaaier. Er is gelukkig een behoorlijke sociale controle en mensen komen met opmerkingen over wat hier en daar gebeurt. Ik probeer dat in goede banen te leiden en mensen in hun waarde te laten wat betreft hun manier van tuinieren, maar buren mogen daar natuurlijk geen last van hebben. Ik probeer daar een middenweg in te zoeken. Ik sta versteld van je enorme kennis wat betreft de plantenwereld. Volgens de Statuten en het Huishoudelijk Reglement van de WVV kan men zich te allen tijde voor vragen en advies wenden tot de complexvoorzitter. Gebeurt dat ook? Helaas nog weinig. Men vraagt gelukkig wel advies aan zijn of haar buurman/buurvrouw. Ik zie trouwens steeds meer andere vormen van moestuinieren ontstaan, namelijk die van een combinatie van een moes- en siertuin of alleen maar siertuin. Mensen willen genieten en recreëren. Er zijn overigens maar weinig jonge mensen die een moestuin beginnen, omdat vanwege hun baan en gezinsleven, hun de tijd ontbreekt om het goed bij te houden. Ik las dat na afloop van het gemeenschappelijk onderhoud in november a.s. broodjes en erwtensoep worden geserveerd in The Green House, een leuk initiatief. Is dat jouw idee? Dat is inderdaad mijn idee. Op die manier probeer ik een beetje de gezelligheid en saamhorigheid erin te houden. Het lijkt mij ook bijvoorbeeld aardig in de winter bijeenkomsten te gaan organiseren, met een lezinkje over voor tuinders interessante onderwerpen Dat lijken mij prima ideeën. Ik wens je heel veel succes voor de komende tijd als complexvoorzitter van De Driesprong. Namens de redactie, Dicky van der Deijl
7
Tja tja tja, wat zullen we eten? De mispels van meneer pastoor! En toen, gisterenmorgen, was daar plotseling het opzienbarende nieuwtje in het dorp geweest: ‘Witte ’t al?... De mispelboom van meneer pastoor is leeg gestole!’ ‘De smiekers! Meneer pastoor z’n mispelboom!... Eén d’r zatte d’r kollesoal veul oan, zège ze… De koster zou ze net kommende week geplukt ’emme!’ ‘Moar de veldwachter zit er achter ’ene!... As ze de dieve vinne… nou!’ Merijntjes hart had een ogenblik stilgestaan van schrik. De mispelboom van meneer pastoor! Natuurlijk… vlakbij de kerk… ze waren in de tuin van de pastorie geweest. Uit: Merijntje Gijzens jeugd, A.M. de Jong Wie van u kent het nog? De ouderen onder ons misschien wel. Dat beroemde boek van schrijver A.M. de Jong over Merijntje Gijzen, waar dit fragment uit komt. Van dit boek is destijds ook een tv-serie gemaakt met o.a. een toen nog jonge Piet Römer in de rol van ‘flierefluiter’, de zwerver en grote vriend van Merijntje. Maar wat zijn nu eigenlijk ‘mispels’ waar in die tijd zo’n opschudding over werd gemaakt toen ze werden gestolen? Als het werkelijk om een vergeten fruitsoort gaat, dan is dat volgens de redactie wel de mispel! Nieuwsgierig geworden, dook de redactie in de geschiedenis van deze ongewone vrucht en vond de volgende informatie:
De mispel (Mespilus germanica)
is een plant uit de rozenfamilie (Rosaceae) en dus familie van de appel en peer. De mispel kwam in Duitsland in het wild veel voor in de bossen, vandaar de naam Mespilus germanica (Germanië is de oude naam voor Duitsland). De mispel werd echter drieduizend jaar geleden al in de omgeving van de Kaspische Zee (Noord-Iran) aangeplant en kwam 700 jaar v.Chr. naar Griekenland en 200 jaar v.Chr. naar Rome, waarna de mispel door de Romeinen verder werd verspreid. Het was een zeer belangrijke vrucht tijdens het Romeinse Keizerrijk en de Middeleeuwen, nog voor dat andere fruitsoorten in West-Europa werden geïntroduceerd. De mispel is nu veel minder algemeen dan vroeger, maar wint momenteel weer iets aan populariteit.
Voedingswaarde en gebruik
De mispel zit vol vitamine C en is goed voor de maag en spijsvertering. Zij vormt een kleine boom die ongeveer 4,5 m hoog kan worden en bloeit in mei en juni met circa
8
4 cm grote crèmewitte bloemen. In oktober zijn de droge, kleine, harde, goudbruine vruchten rijp, maar nog melig en wrang, dus oneetbaar. Na de eerste nachtvorsten worden ze zacht en bruin en kunnen na een poosje wel gegeten worden. Daarom wordt aanbevolen ze in oktober of november na een nachtvorst te plukken en ze met de bovenkant naar onderen twee tot drie weken te bewaren op een koele plaats. De vrucht wordt dan ‘beurs’ waarbij de kleur door een fermentatieproces (het bletten) verandert van groen/wit naar donkerbruin en de smaak zoet weeïg proeft. Je kunt de vruchten ook enkele dagen in de diepvriezer leggen, waarna ze gegeten kunnen worden. Voor sommigen is de mispel een lekkernij. Het bekende gezegde ‘Zo rot als een mispel’ slaat dus eigenlijk op een lekkernij! Als de mispel zacht is, kan hij maar een paar dagen bewaard worden, want daarna gaat hij schimmelen en rotten. In Nederland voorkomende rassen zijn Bredase Reus, Westerveld en Nottingham. Van de mispel kan een mousse of compote gemaakt worden en zelfs een lekkere likeur, maar voor dat laatste moet je wel veel geduld hebben! Hieronder volgt het recept voor de:
Mispelmousse of -compote Ingrediënten: genoeg mispels voor 1 liter gekookte brei 500 gram geleisuiker een halve citroen een afgestreken koffielepel speculaaskruiden water Werkwijze: • Was de zachte mispels en snijd ze in stukken. Doe er een beetje water bij, • zodat ze niet aanbakken. • Laat even aan de kook komen en roer ze door een zeef. • Neem 1 liter van de bruine brij en doe er 500 gram geleisuiker bij en het sap van • een halve citroen. Wil je het iets zoeter, voeg er dan nog ¼ kg fijne suiker bij. • Doe er een kleine afgestreken koffielepel speculaaskruiden bij en laat het • drie minuten koken. • Vul de potjes boordevol, zet het schroefdeksel erop en laat afkoelen. P.S.: De redactie van De Pergola is nieuwsgierig of iemand van de WVV in het bezit is van een mispelboom. Het lijkt haar onwaarschijnlijk, maar je weet maar nooit. Mocht dat inderdaad zo zijn, laat ons dat dan vooral weten en deel je ervaringen met ons met deze vergeten vrucht! De redactie
9
Tuinaffaire 2 Gelukkig, het ‘natte, vervelende soppen met m’n nieuw gekochte laarzen in de blubberdagen’ is voorbij. De knoppen van de bloemen laten zich weer zien. Dat doet me eraan denken dat ik uien heb gezet en dat mij is verteld dat er aaltjes zijn die zich in de uien willen vreten, waardoor de uien oneetbaar worden. Of dat klopt, laat ik aan de vaklui over, maar ik heb mij laten overhalen om daar iets aan te doen. Het houdt in dat je afrikaantjes tussen de uien moet zetten, wat de aaltjes op afstand houdt. Bij de Aldi waren afrikaantjes in de reclame, dus lekker goedkoop. Vol goede moed eropaf. Maar wat blijkt… alle afrikaantjes uitverkocht. Toen toch maar wat lobelia’s en vlijtige liesjes gekocht. Terwijl ik meesmuilend af ga rekenen, zie ik daar aan de andere kant van de kassa onze lieftallige Sandra, die altijd op de maandagen de koffie in de kantine verzorgt, met meestal iets lekkers erbij. Zij wil haar eerder gekochte afrikaantjes terugbrengen, omdat de kleur niet overeenkomt met iets dat ik niet kon verstaan. Ik er als de kippen bij. “Kan ik ze van je overnemen?” en wat zegt de lieverd: “Je mag ze van me hebben en ik hoef er niets voor terug.” Nou, wat denk je… mijn dag kon niet meer stuk. En zie daar… ze staan er tussen de uien gezellig te zijn. Verder heb ik heel veel steun van mijn medetuinders, die met raad en daad klaarstaan en tevens het gereedschap aan mij te leen geven dat ik zelf nog niet heb aangeschaft en daar ben ik heel erg blij mee. Hulde voor de tuinders van De Driesprong! Peter van Heijst Wat zijn (wortel)aaltjes? Om Peter wat meer informatie te geven en daarmee ook andere (beginnende) tuinders die dit begrip nog niet kennen, zochten wij op wat aaltjes nu precies zijn en wat blijkt? Aaltjes komen niet alleen voor in de bodem, maar ook in planten, dieren, water en zelfs mensen! De meeste soorten die in de grond leven, zijn niet groter dan 1-2 millimeter en daardoor met het blote oog niet te zien. In een gezonde bodem leven naar schatting 20-50 aaltjes per vierkante centimeter! Planten worden door aaltjes ondermeer gebruikt als ‘kraamkamer’. De ontwikkeling van ei tot volwassen aaltje duurt slechts 10-13 dagen, afhankelijk van de
10
soort, en een vrouwelijk dier kan wel 25-30 eieren leggen en daarmee zorgen voor meerdere generaties per jaar! Aantasting door aaltjes verzwakt de plant of doet die zelfs afsterven. Maar gelukkig, er is geen reden voor paniek. Peter heeft het prima gedaan, want afrikaantjes bezitten namelijk een werkzame stof die de door wortelaaltjes besmette grond kan ontsmetten. Het planten van afrikaantjes blijkt dus een veilig en natuurlijk middel om ingezet te worden in de strijd tegen (wortel)aaltjes. De redactie
Wijkwandeling burgemeester Donderdag 21 mei jl. heeft onze burgemeester, vergezeld door enkele raadsleden, door wijk Hof van Eden gefietst en een wijkwandeling gemaakt door wijk Ter Weer, van 15.30-17.00 uur. Ook vertegenwoordigers van Woningbouwvereniging St. Willibrordus waren daarbij aanwezig. Over één ding is iedereen het eens: het is goed wonen in Wassenaar. Maar dat wil niet zeggen dat er geen op- of aanmerkingen zijn van de bewoners van de wijken, in dit geval van Hof van Eden en Ter Weer! Enfin, alle klachten zijn genoteerd en na het serieuze gedeelte volgde nog een ontspannen uurtje op volkstuin Ter Weer. Huurderbelangenvereniging Rozenstein had voor een hapje en een drankje gezorgd en de weergoden waren ons gunstig gezind; voor iedereen was er een plekje in de zon op het gezellige terras, dus wat wil je nog meer? Marcel Nençu heeft ook nog aan enkele belangstellenden zijn bijenkorven laten zien (die ons de honing leveren voor heerlijke honing, waskaarsen en honingzeep). Om 18.00 uur ging iedereen weer huiswaarts en wij van de huurderbelangenvereniging en de volkstuin waren het erover eens: het was een geslaagde middag! Marga Akkerman-Brouwers
11
Het landkaartje ’t Zal je maar gebeuren. Je gaat naar bed en de volgende ochtend zie je in de spiegel iemand die absoluut niet op jou lijkt. Je weet heel zeker dat je de avond ervoor niet te diep in het glaasje keek. Natuurlijk is zo’n metamorfose ondenkbaar. In de vlinderwereld is bij één vlinder zo’n gedaanteverwisseling heel normaal: bij het landkaartje. Hij dankt zijn naam trouwens aan de onderkant van zijn vleugels. Die heeft het patroon van een landkaart. Maar dan die vreemde gedaanteverwisseling. Meestal in mei kruipt hij uit z’n pop en dan zie je hem rondfladderen. Je twijfelt even. Is het misschien een parelmoervlinder? Maar dan zie je zijn ‘landkaartje’. Z’n vleugels zijn oranje/ bruin met zwarte vlekken, net als bij de parelmoervlinder. En dan gaan de landkaartjes hun gang: nectar slurpen - daar heb je die roltong toch voor gekregen - een partner zoeken, paren en eitjes leggen. En dan, het is niet anders, legt die eerste generatie landkaartjes het loodje. Aan de onderkant van brandnetelbladen - laat eens een paar brandnetels in je tuin staan! - begint de nieuwe cyclus. De daar gelegde eitjes worden rupsen, die verpoppen zich en een nieuwe generatie landkaartjes verschijnt. Je gelooft je ogen niet. Dat ‘zomerlandkaartje’ is bijna zwart, met een paar oranje vlekken en witte rafelrandjes. Hij lijkt dus helemaal niet op zijn voorjaarse voorganger. De moraal van dit verhaal: Wees blij dat je geen vlinder bent maar dat je wel van ze kunt genieten. Enne… in m’n verhaaltje vraag ik of je brandnetels, die niet echt in de weg staan, gewoon kunt laten staan. Voor een aantal andere vlinders, zoals de kleine vos, de dagpauwoog, de atalanta en de gehakkelde aurelia, is die brandnetel van levensbelang. Het is hun waardplant (de plant waarop ze hun eitjes leggen en waar de rupsen van eten). En dat is jou toch ook wat waard?! Henk van der Kwaak, Ter Weer
12
Tweede leven voor rozen Wanneer je uitgebloeide rozen afknipt en hiervan de steel schoonmaakt, kun je deze hergebruiken. Zoals ik al zei, ongeveer 20 cm afknippen en de stelen schoonmaken. Steek dan de onderkant van de steel in een grote aardappel en graaf deze in de grond. De steel zal gaan wortelen en zo kunt u uw rozen een tweede leven inblazen! Nicoline Kuyt, Ter Weer
Een Midzomernachtsdroom U weet het waarschijnlijk wel: ‘Een Midzomernachtsdroom’ is een toneelstuk van Shakespeare - die overigens alweer zo’n 400 jaar dood is. Maar zijn gedachtegoed bleek op het tuincomplex Reijerlaan nog lang niet dood. Midzomernacht, dat is de nacht van de langste dag van het jaar, op 21 juni dus. Mensen in onze streken krijgen dan gewoonlijk een beetje de kolder in de kop, zitten de hele nacht buiten in de tuin, onder het licht van de maan en de sterren en praten met elkaar over bloemetjes en bijtjes en lekker leven. Onder het genot van een goed glas wijn? Ook dat hoort een beetje bij een mooie Midzomernacht. Is het dan verwonderlijk dat je die nacht onder de Beuk op het complex Reijerlaan een gezellig groepje tuinders aantrof, dat met plezier en gezelligheid de zwoele avond met elkaar doorbracht? Helemaal niet. Dus gebeurde het dit jaar ook weer zo. Er was bovendien nog een aanleiding voor een gezellige bijeenkomst. Een week eerder was er tuinkeuring geweest. Het was de eerste tuinkeuring van 2015 en tevens de eerste keuring door de nieuwe complexcommissie. Vier man sterk was de commissie het complex rond geweest, had de geur opgesnoven van rozen, rozemarijn en stokrozen en had met de tuinders gesproken. Interessante gesprekken waren het geweest, over het verschil tussen kruid en onkruid, over de smaak van zevenblad en over het nut van de kleine ratelaar die, zoals u allen weet, gras eet, maar overigens een onaanzienlijk plantje is. Het was de keuringscommissie opgevallen, dat er van sommige gewassen op veel tuinen stekjes stonden. “Ja,” was het antwoord geweest, “dat klopt, die heb ik van hem gekregen.” Ook stonden sommige tuinders er maar verdacht ontspannen bij.
13
“Ja, dat klopt,” was het antwoord geweest, “ik sta hier maar wat bewonderend te kijken, hoe alles groeit.” De keuringscommissie was dus blij verrast en de tuinders ook. Dat droeg uiteraard bij aan de goede sfeer op Midzomernacht, onder de Beuk. De wijn smaakte prima en de daarbij door sommige leden aangedragen hapjes ook. Bravo. Verder leverde het een aantal tuinders een certificaat op: voor de meest bloemrijke tuin, voor de meest gevarieerde tuin, voor de meest eetbare tuin en voor de meest voorbeeldige tuin. Er waren natuurlijk ook enkele vermanende woorden, vooral over slootkanten en daarin hoog opschietend riet, maar aangezien de complex-eend daarin zojuist een ei gedeponeerd had, werd het betrekkelijke daarvan ingezien. We zien dus alvast vooruit naar Midzomer 2016, maar voor die tijd hopen we in het najaar nog een keer een gezamenlijke maaltijd van Reijerlaan-producten te gaan bereiden, proeven en wegspoelen. Klaas van der Poel
Een prik
Smalle weegbree
Waarschijnlijk is er niet één tuinder die het niet is overkomen: een prik van een brandnetel. ’t Is een onaangename ervaring. Uren later voel je die vervelende jeuk nog en je hebt ook gemerkt dat krabben de zaak alleen maar verergert. Maar de redding groeit vaak in de buurt van de brandnetel: smalle weegbree of hondsdraf. Kneus een paar blaadjes van zo’n plantje en wrijf die over de pijnlijke plek. Je zult het resultaat merken. Na een paar minuten loop je al weer vrolijk fluitend over je tuin. Henk van der Kwaak, Ter Weer
Hondsdraf
14
Let it bees Met een knipoog naar de populaire Beatles-song ‘Let it be’ uit de jaren zestig, neemt Marcel Nençu, imker op Ter Weer, ons voortaan in een vaste rubriek mee naar de wereld van zijn bijen. In dit zomernummer de eerste aflevering.
Ja, ja, die ouwe moer!
Het zal je maar gebeuren. Je staat lekker te schoffelen op je tuintje en opeens word je omsingeld door honderden bijen. Ze veroorzaken nog net geen zonsverduistering, maar ze geven je toch een donker gevoel. Moet je bang zijn voor die bijen-tsunami? Het antwoord is heel simpel: nee! Want wat is er gebeurd? De bijenkoningin heeft met een klein volkje de winter overleefd. Als de temperatuur in het voorjaar de vijftien graden voorbijgaat, krijgen de bijen lentekriebels. Het zijn net mensen. Die krijgen korte rokjes- of korte broekjesneigingen. De bijen gaan op zoek naar stuifmeel. De koningin, de oude moer, is eitjes gaan leggen. De larfjes die daar uitkomen, worden met stuifmeel gevoerd. Sommige larven krijgen een ‘extraatje’ en groeien uit tot nieuwe koninginnen (de Engelse schrijver Roald Dahl heeft hier een heel leuk verhaal over geschreven!). Na enige tijd komt er een nieuwe koningin tevoorschijn. Ze laat dit haar kastgenoten weten, door een kwakend geluid te maken. De oude koningin schiet in de stress. Twee koninginnen op één troon, dat zit een beetje krap. Snel verlaat ze de kast en een deel van de werksters blijft haar trouw. Dat is de zwerm die jou de (onnodige) stress kan bezorgen. De gevluchte koningin zoekt snel een plekje waar ze wat kan bijkomen van alle emotie. De gezagsgetrouwe volgers omarmen haar massaal. Het resultaat na een half uurtje is een enorme klomp bijen. Op zo’n moment kun je ook constateren dat een bijenvolk geen republikeinen telt. Blijft de vraag waarom je niet bang hoeft te zijn voor al die neurotisch ogende bijen. Het antwoord is niet moeilijk: de enige geur waar die koningingezinden zich op richten, is die van hun ouwe koningin. Jouw deodorant-, angstzweet-, aftershave- of parfumgeurtje interesseert ze geen moer. Ze zijn op zoek naar hun ouwe moer!
15
En, om de laatste twijfel over die ‘killerbees’ weg te nemen: als de bijen het gekwaak van de nieuwe koningin horen, proppen ze zich vol met honing. Ze bereiden zich voor op een paar dagen zonder eten in de buitenlucht. Als de imker de zwerm niet schept, moeten ze op zoek naar een geschikte plek (bijv. een holle boom) om hun volkje door te laten leven. En, geloof het of niet, die bijen met hun volle buikjes zijn zelfs niet in staat om te steken. Kennen we dat gevoel? Dat je na een wat te overdadige maaltijd niet alles meer kunt wat je misschien wel zou willen doen? Dan ben je bijna een bij! Marcel Nençu, imker op Ter Weer
Even een opfrisser van de huisregels Nu wij de vakantieperiode zijn ingegaan, verdienen onze tuinen ook het broodnodige onderhoud. Gaat u dus met vakantie, geef dit dan door aan uw BC, zodat zij weet wie zij tijdelijk op uw tuin kan verwachten. Het gebeurt namelijk wel eens dat op sommige tuinen vervangers voor vreemden worden aangezien. Bij navraag blijken zij dan een stand-in te zijn voor de vakantieperiode. Dit geldt niet alleen voor de vakantiegangers, maar ook voor de langdurig zieken onder ons. Geef dus, als u weet dat er iemand ziek is, dit ook door aan uw BC. Het gebeurt soms ook dat tuinders van een complex op de tuin van een ander lopen, zonder dat deze tuinder aanwezig is. Wanneer wij echter een tuin van een ander betreden, moeten wij eerst vragen of wij welkom zijn. Ook daarom is het van belang dat de BC op de hoogte is van uw tijdelijke afwezigheid. Op deze manier tonen wij wederzijds respect voor elkaar. Er zijn op de complexen controleronden gedaan. Daarbij heeft men gekeken naar de staat van het onderhoud van de tuin. De resultaten daarvan waren heel positief. Daarom bij deze alle complimenten voor de betreffende tuinders. Toch willen wij een klein puntje aanhalen uit het Huishoudelijk Reglement. Let u op de hoogte van de heggen langs de hoofdpaden en die van uw buren. Het is de bedoeling dat er breed zicht blijft over de tuinen. Voor de complexen waar een schouwstrook langs de sloot naast de tuinen ligt, dient deze strook te allen tijde open en begaanbaar te blijven. Dit kan d.m.v. een tegelpad/ looppad of grasstrook. Veel tuinders hebben deze strook bij hun eigen tuin getrokken. Dat is niet toegestaan, omdat de strook niet bij de tuin hoort. Daarom dienen eventuele hekwerken die hier als afscheiding staan, opklapbaar te zijn en mogen deze niet als vaste constructie zijn uitgevoerd. Als wij als tuinders de sloot schoonmaken, hebben wij er veel baat bij om het tuinafval op de schouwstrook te leggen om dat zo weg te kunnen kruien. Tuinders lopen wel het risico dat planten die daar gepoot zijn, worden platgelopen. Dat is dan het risico van de tuinder zelf. Nog een laatste verzoek: gaat u verhuizen of krijgt u een ander telefoonnummer of e-mailadres, geeft u dit dan per brief of mail door aan de penningmeester of secretaris. Dan wordt het voor ons geen zoektocht om u te kunnen bereiken. Het bestuur
16