DE PARLEMENTAIRE COMMISSIES

DE PARLEMENTAIRE COMMISSIES AAN HET WERK

De belangrijkste taken van de commissies zijn:

•• de werkzaamheden van het Parlement tijdens de plenaire vergadering voorbereiden

•• Europese wetgeving opstellen •• de begroting van de Europese Unie voorbereiden

•• de andere EU-instellingen en organen controleren

•• de Commissie aanstellen en controleren

DE PARLEMENTAIRE COMMISSIES AAN HET WERK De leden zijn verdeeld in twintig gespecialiseerde vaste commissies. Een commissie bestaat uit 25 tot 71 gewone leden en eenzelfde aantal plaatsvervangers. Elke commissie verkiest onder haar gewone leden een voorzitter en vier ondervoorzitters voor een ambtsperiode van tweeënhalf jaar. De politieke samenstelling van de commissies is dezelfde als die van de plenaire vergadering. Het grootste deel van het inhoudelijke werk van het Parlement wordt verricht in de commissies die de verslagen voorbereiden die uiteindelijk aan de plenaire vergadering ter goedkeuring worden voorgelegd. De commissies stellen aan de plenaire vergadering amendementen voor en voeren wetgevingsonderhandelingen met de Raad. Zij keuren ook niet-wetgevende verslagen goed, organiseren hoorzittingen met deskundigen en controleren de andere EU-instellingen en organen.

Lijst van commissies 751 leden,

s, 20 parlementaire commissie 2 subcommissies ver tegenwoordigen

507 miljoen Europese burgers

AFET Buitenlandse Zaken DROI – Subcommissie mensenrechten SEDE – Subcommissie veiligheid en defensie DEVE Ontwikkelingssamenwerking INTA Internationale handel BUDG Begroting CONT Begrotingscontrole

2

ECON Economische en monetaire zaken EMPL Werkgelegenheid en sociale zaken ENVI Milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ITRE Industrie, onderzoek en energie IMCO Interne markt en consumentenbescherming TRAN Vervoer en toerisme REGI Regionale ontwikkeling AGRI Landbouw en plattelandsontwikkeling

De debatten kunnen rechts treeks worden gevolgd op internet De parlementaire commissies vergaderen een- of tweemaal per maand in Brussel en de deb atten zijn openbaar. De meeste vergaderingen worden rechtstr eeks uitgezonden via internet en kunnen ook op verzoek worden gedownload (VOD). Link EP Live: www.europarl.europa.eu/e p-live/nl

PECH Visserij CULT Cultuur en onderwijs JURI Juridische zaken LIBE Burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken AFCO Constitutionele zaken FEMM Rechten van de vrouw en gendergelijkheid PETI Verzoekschriften

24 talen De leden van het Eur opees Parlement vertegenwoordigen het geheel van Europese burgers. Elk lid heeft het rech t zich in een officiële taal van zijn keuze uit te drukken en de parlementaire documenten worden in de 24 officiële talen van de EU gepubl iceerd.

Bijzondere commissies TAXE Fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect 3

Opstelling van de Europese wetgeving Het merendeel van de Europese wetten wordt door het Europees Parlement en de Raad samen aangenomen. De gewone wetgevingsprocedure is van toepassing op beleidsdomeinen als economische en monetaire zaken, immigratie, energie, landbouw, visserij, vervoer, milieu en consumentenbescherming.

Voorbeeld van een gewone wetgevingsprocedure

De parlementaire commissies verrichten het inhoudelijke werk van het Parlement. Zij behandelen de wetgevingsvoorstellen, amenderen deze en stemmen erover tijdens hun maandelijkse vergaderingen. De parlementaire commissies leggen vervolgens hun verslag aan het Parlement voor.

De Europese Commissie doet wetgevingsvoorstellen die zij voorlegt aan het Europees Parlement en de Raad.

In het Parlement wordt het parlementaire werk verricht op twee niveaus: de vergaderingen van de parlementaire commissies en de plenaire vergadering.

4

Zodra het Parlement en de Raad een akkoord hebben bereikt, wordt de wettekst in het Publicatieblad gepubliceerd.

Het is het voltallige Parlement dat in plenaire vergadering zijn goedkeuring hecht aan de tekst van het wetgevingsvoorstel.

Vervolgens wordt deze in de nationale wetgeving omgezet en geldt dan voor alle Europese burgers.

Het grootste deel van het inh oudelijke werk van het Parlement wordt verrich t in de commissies die de verslagen voorbereiden die uiteindelijk aan de plenaire vergadering ter goedkeuring worden voorgelegd.

Rapporteur

Stemming

Voor elke wetgevings- of niet-wetgevingsprocedure wordt door de bevoegde parlementaire commissie uit één van haar leden een „rapporteur” benoemd. Deze wordt belast met de opstelling van het verslag van de parlementaire commissie.

Over elk ingediend amendement wordt gestemd. Vervolgens stemmen de leden van de commissie over de tekst als geheel.

Amendementen Elk lid van het Europees Parlement mag amendementen indienen op het ontwerpverslag van de rapporteur. Amenderen betekent wijzigen: een zin toevoegen of schrappen, een cijfer of een analyse corrigeren… om aldus de wetgevingsprocedure te beïnvloeden.

Indiening ter plenaire vergadering Het eindverslag van de commissie bevat alle amendementen die door de leden zijn goedgekeurd. Vervolgens wordt het verslag ter goedkeuring aan de plenaire vergadering voorgelegd.

Ondersteuning van deskund

Infopagina’s over de Europese

Unie

De infopagina’s bieden een eenvoudig en beknopt overzic ht van de instellingen en het beleid van de Europese Unie en van de rol die het Europees Parlement speelt bij de ontwikkeling hier van. Zie www.europarl.europa.eu/f actsheets/nl

igen

De commissies ontvangen ona fhankelijk advies en schriftelijke expertise (studies, briefings, diepgaande analyses en andere teksten) van de verschillende onderzoeksdiensten van het Europees Parlement, zoa ls de beleidsondersteunende afdelingen . Workshops en panels worden geo rganiseerd om de leden de gele genheid te bieden vragen te stellen aan deskundigen en met hen van ged achten te wisselen over onderwerp en in verband met de par lementaire werkzaamheden of over actuele onderwerpen. 5

6

Kwesties die een directe impact hebben op het leven van EU-burgers

De strijd tegen de klimaatverandering – op weg naar Parijs De opwarming van de aarde heeft extreme weersomstandigheden tot gevolg, zoals overstromingen, droogte, hevige regenval, hittegolven en bosbranden. Ze speelt een rol bij het uitsterven van fauna en flora, plantenziekten en ongedierte, gebrek aan voedsel en drinkbaar water, en de migratie van personen die deze gevaren ontvluchten. De wetenschap geeft aan dat de risico’s van onomkeerbare en catastrofale veranderingen sterk zouden toenemen als de opwarming van de aarde meer dan 2 °C boven het pre-industriële niveau uitkomt. Het aanpakken van de klimaatverandering staat hoog op de milieu-agenda van de EU en wordt steeds vaker geïntegreerd in andere terreinen zoals energie, vervoer, landbouw en regionale ontwikkeling. De EU streeft naar een reductie van de uitstoot van broeikasgassen van ten minste 20% tegen 2020, een verbetering van de energie-efficiëntie met 20% en een verhoging van het aandeel hernieuwbare energiebronnen tot 20% van het eindverbruik. Voor 2030 zijn meer ambitieuze doelen gesteld. Met een aandeel van slechts iets meer dan 10% van de mondiale CO2-uitstoot kan de EU het probleem van klimaatverandering niet alleen oplossen. Daarom is de EU ook betrokken bij internationale

klimaatonderhandelingen in het kader van de Verenigde Naties. Een belangrijk akkoord dat binnen het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UN Framework Convention on Climate Change, UNFCCC) werd bereikt, was het Protocol van Kyoto dat vereist dat de meeste geïndustrialiseerde landen en overgangseconomieën hun algemene uitstoot van zes broeikasgassen verminderen. De 196 verdragspartijen beogen nu een nieuwe internationale overeenkomst op te stellen waarin de opwarming van de aarde wordt beperkt tot 2 °C boven het pre-industriële gemiddelde temperatuurniveau. Als deze overeenkomst in 2015 wordt aangenomen, kan ze in werking treden in 2020, wanneer de tweede verbintenisperiode van het Protocol van Kyoto verstrijkt. De cruciale 21e zitting van de Conferentie van de Partijen van het UNFCCC (CoP21) zal eind 2015 in Parijs plaatsvinden. Elk jaar stuurt het Parlement een delegatie naar de jaarlijkse zitting van de Conferentie van de Partijen om de gesprekken te volgen en via vergaderingen met belangrijke onderhandelaars, verkozen delegatieleden en ngo-vertegenwoordigers aan te dringen op sterke engagementen. 7

8

Kwesties die een directe impact hebben op het leven van EU-burgers

EU-beleid inzake verkeersveiligheid Verkeersveiligheid is een van de pijlers van het gemeenschappelijk vervoerbeleid van de EU. Via de strategie in het Witboek Vervoer van 2001 hebben de EU-instellingen beoogd het aantal verkeerslachtoffers tegen 2010 met de helft te verminderen. Hoewel het EU-doel niet volledig werd bereikt, zijn de wegen in Europa wel aanzienlijk veiliger geworden. Tussen 2001 en 2012 is het aantal verkeersdoden met 49% gedaald. Het Europees actieprogramma voor verkeersveiligheid heeft daar een wezenlijke bijdrage aan geleverd. In juli 2010 heeft de Commissie opnieuw de halvering van het aantal verkeersdoden tegen 2020 als doel gesteld. Ook al gaat de trend de goede kant op (in 2011 een jaarlijkse daling van 3% en in 2012 van 9%), toch stierven 28 100 personen in 2012 op de weg in Europa. Achter deze abstracte cijfers schuilen veel persoonlijke tragedies. Elk van deze sterfgevallen op Europese wegen betekent het verlies van een mensenleven, maar ook pijn en verdriet bij nabestaanden en vrienden. Een totaal van 28 100 verkeersdoden: dat komt overeen met het aantal slachtoffers wanneer elk jaar in de EU circa 200 middelgrote, volgeboekte,

commerciële vliegtuigen zouden neerstorten; een scenario dat wij ons niet kunnen inbeelden. Deze getallen zijn een aansporing om verder actie te ondernemen. Het Europees Parlement is altijd voorstander geweest van een sterk EU-beleid inzake verkeersveiligheid en heeft verschillende resoluties aangenomen waarin een lange lijst van bijkomende EU-maatregelen werd voorgesteld om bij te dragen aan de langetermijnstrategie „vision zero”. Deze strategie heeft tot doel om het aantal verkeersdoden tegen 2050 tot nul terug te dringen. De grootschalige inzet van technologie in wegvoertuigen en de ontwikkeling van gedegen netwerken van Intelligente Vervoerssystemen zijn cruciaal om dit doel te bereiken. Andere maatregelen die het EP heeft voorgesteld zijn gericht op een betere opleiding van weggebruikers en een gedragsverandering (twee belangrijke factoren bij verkeersongevallen), en de bescherming van kwetsbare weggebruikers (motorrijders, voetgangers, wegwerkers, fietsers, kinderen, ouderen en personen met een beperking).

9

10

Kwesties die een directe impact hebben op het leven van EU-burgers

Vrouwen gelijke kansen geven in de zakenwereld Vrouwen vormen 51% van de bevolking van de Europese Unie. In 2014 vertegenwoordigden zij echter slechts 28% van de leden van de tweede of enige kamers van parlementen, 36% van de leden van het Europees Parlement en 32% van de leden van de Europese Commissie. Voor economiegerelateerde leidinggevende posities is de kloof tussen vrouwen en mannen nog groter. In hetzelfde jaar was slechts 20% van de leden van de raad van bestuur van de grootste beursgenoteerde bedrijven een vrouw. Gezien het geringe aantal vrouwen aan de macht in Europa heeft het Europees Parlement een resolutie over vrouwen in politieke besluitvorming en een resolutie over vrouwen en leidinggevende functies in het bedrijfsleven aangenomen. In deze laatste resolutie, die in 2011 werd aangenomen, werd gevraagd de vertegenwoordiging van vrouwen in leidinggevende functies in het bedrijfsleven op te schroeven. Op individueel niveau hebben vrouwen hun bijdrage geleverd: er behalen steeds meer vrouwen dan mannen een universiteitsdiploma en vrouwen nemen steeds meer deel aan

de arbeidsmarkt. Desondanks blijft het zogenaamde glazen plafond, en de daarbij horende vooroordelen en stereotypen, vrouwen ervan weerhouden hun volledige potentieel te bereiken en hun kennis toe te passen. Er wordt maar traag vooruitgang geboekt, omdat slechts enkele lidstaten maatregelen hebben ingevoerd voor quota voor vrouwelijke kandidaten op kieslijsten en nog minder landen (onder meer Italië en Frankrijk) hebben overeenkomstige maatregelen genomen om het aantal vrouwen in de zakenwereld te verhogen. In dit verband is het Parlement ingenomen met het initiatief van de Europese Commissie om obstakels weg te werken en hoogopgeleide vrouwen naar leidinggevende posities te brengen en steunt het dit ook. De lidstaten moeten dan een doel vastleggen van minstens 40% vrouwen in de nietuitvoerende besturen van beursgenoteerde bedrijven. En wat als mannen in de minderheid zouden zijn? Dan is de wetgeving natuurlijk op dezelfde manier op hen van toepassing. 11

12

Kwesties die een directe impact hebben op het leven van EU-burgers

Financiering voor kleine en middelgrote ondernemingen In 2013 waren er ongeveer 21,6 miljoen kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) in de Europese Unie, die 99% van de ondernemingen vertegenwoordigen en aan meer dan 88 miljoen mensen werk verstrekken. Twee op de drie werknemers werkt in een kmo. Daaruit blijkt het fundamentele belang van kmo’s voor de Europese economie. Kmo’s hebben het moeilijk om te herstellen van de economische en financiële crisis. Ze vinden moeilijk klanten en het werkgelegenheidsniveau is in het algemeen nog steeds lager dan in 2008. Kmo’s blijven moeilijk toegang tot financiering krijgen. Het programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en voor kmo’s (Competitiveness of Enterprises and Small and Medium-sized Enterprises, Cosme) is een nieuw fonds om kmo’s op dit vlak te helpen. Het beschikt over een begroting van 2,3 miljard EUR voor de periode 2014-2020. Ongeveer 1,3 miljard EUR van deze begroting is bedoeld om kmo’s te helpen bij hun toegang tot financiering via financiële instrumenten zoals leninggaranties en equity. Op deze manier wil de Europese Unie meer dan 300 000 kmo’s

helpen en investeringen stimuleren en verwacht ze ongeveer 25 miljard EUR aan financiering te mobiliseren. Om het herstel te bespoedigen heeft het Parlement erop aangedrongen om voldoende middelen voor dit programma reeds naar 2014 en 2015 over te hevelen. Het Cosme-programma verstrekt ook financiering om kmo’s te helpen nieuwe markten aan te boren en ondernemerschap te bevorderen. Het uitwisselingsprogramma „Erasmus voor jonge ondernemers” is een onderdeel van het Cosme-programma en geeft nieuwe ondernemers de kans naar het buitenland te gaan en van ervaren ondernemers in andere EU-landen te leren. Dit uitwisselingsprogramma was op initiatief van het Europees Parlement ontwikkeld. Het Cosme-programma is echter niet het enige fonds waarvan kmo’s gebruik kunnen maken. Ze kunnen ook financiering aanvragen in het kader van andere EU-programma’s, zoals het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie (Horizon 2020) en de Europese structuur- en investeringsfondsen.

13

14

Kwesties die een directe impact hebben op het leven van EU-burgers

De trans-Atlantische vrijhandelsovereenkomst De voorbije twee jaren hebben wetgevers en gezanten van Europa en de VS intensief gewerkt aan het belangrijkste vrijhandelsakkoord waarover ooit tussen twee partners werd onderhandeld: het trans-Atlantisch partnerschap voor handel en investeringen (Transatlantic Trade and Investment Partnership, TTIP). Er staat veel op het spel: de handel tussen de twee partijen is goed voor bijna 500 miljard EUR per jaar. Zelfs als dit bedrag door een akkoord met slechts enkele procentpunten zou stijgen, dan nog zouden de economische voordelen enorm kunnen zijn. Anderzijds passen mensen die zich zorgen maken over banenverlies, dezelfde logica toe. Aangezien 15 miljoen banen van de trans-Atlantische handel afhangen, kunnen veranderingen bepaalde landen harder treffen dan andere. Voor diegenen die het akkoord willen sluiten, kan deze overeenkomst ervoor zorgen dat de twee partners trendsetters blijven op het vlak van wereldhandel, hetgeen anders niet zeker zou zijn. Als de VS en de EU overeenkomen hun normen te „harmoniseren” (bv. over farmaceutische producten of automobielen), bestaat de kans dat andere landen ook aan de

TTIP-normen proberen te voldoen. Daar bestaat minder kans toe als de EU en de VS twee gescheiden markten blijven. In handelsonderhandelingen hangen dergelijke belangrijke kwesties vaak af van een veelheid kleine, lokale problemen. Zullen Franse films in de bioscoop de concurrentie moeten aangaan met blockbusters uit Hollywood? En wat met de naam van kazen? Kan feta buiten Griekenland worden gemaakt of Parmezaan buiten de Italiaanse regio rond Parma? Enkele van de meest gevoelige kwesties hebben ook met procedures te maken. Zullen ondernemingen regeringen mogen dagvaarden als ze ten gevolge van wetgeving geld verliezen? Zullen regeringen nog wetten mogen afkondigen om hun burgers te beschermen? Sinds 2009 heeft het Parlement echt zeggenschap over de handelsovereenkomsten van de EU. Terwijl de Europese Commissie over de tekst onderhandelt, wordt het Europees Parlement constant op de hoogte gehouden. Het Parlement heeft ook eigen inbreng, waarmee rekening wordt gehouden: zodra het verdrag is afgerond, zullen de leden van het Europees Parlement de voor- en de nadelen afwegen alvorens te stemmen of zij al dan niet hun goedkeuring eraan hechten. 15

Zie dan de website van het Europees Parlement voor alle actuele informatie: www.europarl.europa.eu/committees/nl/

PHOTO © European Union Paul-Henri SPAAK building: © Association des Architectes du CIC: Vanden Bossche sprl, CRV s.a., CDG sprl, Studiegroep D. Bontinck 28259 NL - Designed by CLIENTS AND PROJECTS OFFICE, Intranet Services Unit | Printed by the Crossmedia Printing Unit | DG ITEC, EDIT Directorate

Wilt u meer weten over de parlementaire commissies?