De Odyssee van de Dieren
De Vlaamse dierenschilders uit de XVIIe eeuw
8 oktober 2016 - 22 januari 2017
In de XVIIe eeuw doet zich gelden in de Vlaamse lak een zeer opmerkelijke soort, een dier kunst? De Vlaamse schilders, zo gevoelig naar de afbeelding van de materialen, excelleren in het meer of minder trouw vertegenwoordiging van het dier. Luchthapper is gegeven aan het realisme ten nadele van de fantasie. Jan Brueghel l’Ancien (1568-1625) L’Entrée des animaux dans l’Arche de Noé ca.1613 Huile sur bois Budapest, Szepmuveszeti Muzeum
© Szépművészeti Múzeum / Museum of Fine Arts Budapest, 2016
De tentoonstelling is een ware première. Niettegenstaande het kapitaal belang van de Vlaamse schilders bij het ontstaan van de dierenkunst werd dit kunstenthema tot nu toe nog nooit belicht in een globale en grondige studie. De Odyssee van de Dieren zal twee luiken bevatten, met binnen elk luik een tentoonstelling: een eerste gewijd aan de Vlaamse dierenkunst uit de XVIIe eeuw en de andere aan de hedendaagse artistieke schepping in België (4 maart tot 9 juli 2017). In de XVIIe eeuw ontstaat binnen de Vlaamse schilderkunst een nieuw en zonderling genre: de dierenkunst. De Vlaamse schilders die sterk bezig zijn met het weergeven van de verschillende materies schitteren in de min of meer trouwe weergave van het dier. In een eerste fase wordt voorrang gegeven aan het realisme boven het fantastische. En daarom is het proces van de specialisaties gestart. Roelandt Savery, Frans Snijders, Jan Fijt of nog Paul de Vos behoren tot de grootste dierenschilders. Als de jachttaferelen en de marktkramen zowel de overdaad als de verfijning belichten, onderscheiden andere onderwerpen zich door hun eerder existentiële inslag. De voorstellingen van het Aardsparadijs roepen een verloren periode op waarin de roofdieren in een warme harmonie samenleven met hun prooien. De mens verlaat bijna helemaal het voorplan of verdwijnt zelfs totaal uit de voorstelling. Het dier is bovenal aan de macht. Zo komt het dat de gewelddadigheid eigen aan het beestig karakter van elk dier niet meer wordt verborgen, integendeel. Dit geweld wordt getoond in buitengewone composities waarin het lijfaanlijfgevecht de krachten en het medelijden ophemelt. Daarin steekt ook het aanhoudend gevecht op overleven, een betoverende zoekende odyssee die evenwel de dierlijke schoonheid overstijgt. De Odyssee van de Dieren zal de focus richten op de voornaamste Vlaamse dierenschilders van de XVIIe eeuw om de eigen specifieke kenmerken van elke kunstenaar in die specialiteit te tonen en de impact van elkeen op de evoluties bij de voorstellingen, Roelandt Savery, Jan I de Fluwelen Brueghel, Frans Snijders, Jan Fijt, Paul de Vos, Jan van Kessel en Pieter Boel zullen present zijn op de tentoonstelling elk met een selectie van acht tot vijftien werken, aangevuld met tekeningen die op zich belangrijke elementen vormen bij het bevestigen van de toewijzingen. De tentoonstelling zal worden opgebouwd uit een aantal kleine kabinetten elk gewijd aan de productie van één schilder en zal in haar geheel een honderdtal kunstwerken bevatten, waarvan een aantal door de meest prestigieuze musea en privé collecties worden ontleend. Omdat onderlinge invloeden en uitwisseling tussen artiesten binnen dit artistiek domein belangrijk waren zullen sommige kunstwerken op de overloop tussen de kabinetten worden getoond om het vergelijken te vergemakkelijken en de onderlinge uitwisseling te tonen.
Roelandt SAVERY (Kortrijk, 1576 - Utrecht, 1639) Roeland Savery schept aardsparadijzen die de schoonheid van het dier in een vervolgen tijd verheerlijken, dit voor de zondeval. Hij laat de Bijbelse of mythologische voorstelling voor wat ze is en gaat op die manier verder dan zijn tijdgenoten. Zijn wereld van fantasie is irreëel maar wordt toch tastbaar door de stoffelijkheid van de dieren en van door een universele aanpak waarbij inheemse en exotische dierensoorten vermengd worden.
Jan I BRUEGHEL genaamd Fluwelen (Brussel, 1568 - Antwerpen, 1625) De Fluwelen Brueghel is een landschapschilder en een schilder van stillevens en bloemenstukken maar ook van religieuze, allegorische en mythologische onderwerpen. En nochtans hij heeft ook een belangrijke rol gespeeld in de dierenschilderkunst. Zijn aardsparadijzen worden gekenmerkt door een meer ordentelijke structuur waarbij diverse motieven worden bijeengebracht die elk op zich een autonome voorstelling zouden kunnen uitmaken.
Frans SNIJDERS (Antwerpen, 1579-1657) Wat Frans Snijders het meeste heeft geschilderd zijn zonder twijfel de fruit- en groentekramen en de verkoopstallen van vlees en vis. Hij slaagt erin om de vergankelijkheid van een blad te suggereren, de sappigheid van een druifbes of ook de dichte of gladde vacht van het wild. Hij is ongetwijfeld de eerste dierenschilder die erin slaagt om de materie weer te geven.
Jan FIJT (Antwerpen, 1611-1661) Jan Fijt verwierf een gans bijzondere plek in het geheel door: het jachttrofee. Hij spitst de aandacht geheel en al op de trofee, hij verduistert het decorum, door het tot het strikte minimum te herleiden, zelfs gaat hij de vormen abstraheren. In die zin is Fijt uiterst modern.
Paul DE VOS (Hulst, ca.1596 ? - Antwerpen, 1678) Paul De Vos was op en top een dierenschilder, met een voorliefde voor magistrale composities waarbij de dierlijke kracht dikwijls tot een absolute climax stijgt. Op stijlgebied wijkt hij af van zijn tijdsgenoten door het afbeelden van meer massieve en omvangrijke onderwerpen.
Jan VAN KESSEL (Antwerpen, 1626 -1679) Zijn soortenverzamelingen, zijn insecten, vissen en vogels moeten van uit een wetenschappelijke invalshoek begrepen worden. In tegenstelling met Brueghel en Snyders overstijgt Van Kessel de loutere afbeelding. Zijn voorstellingen bevatten een morele boodschap met een christelijke inslag maar ook met een allegorische en filosofische ondertoon.
Deze tentoonstelling wordt erkend door het nationaal belang door het Ministerie van Cultuur en van de algemene communicatie/richting van de nalatenschappen / service van de musea van Frankrijk. Ze voordelen als zodanig van een uitzonderlijke financiële steun van de staat.
agence O bser vatoire
www.observatoire.fr
CONTACT PERSOON NATIONALE EN INTERNATIONALE PERS AGENCE OBSERVATOIRE Vanessa RAVENAUX tel : +33 1 43 54 87 71 / +33 7 82 14 06 44
[email protected]
CONTACT PERSOON REGIONALE PERS MUSÉE DÉPARTEMENTAL DE FLANDRE IN CASSEL Marie-Hélène DUFOURNY tel : +33 3 59 73 45 58 / +33 6 12 81 38 05
[email protected]
PRAKTISCHE INLICHTINGEN
ADRES VAN HET MUSEUM Grand’Place 26 - BP 38 - 59 670 CASSEL, FRANKRIJK Tel: 00 33(0) 3.59.73.45.59 Fax: 00 33(0) 3.59.73.45.71 E-mail:
[email protected]
OPENINGSTIJDEN Van dinsdag t/m vrijdag van 10 u. tot 12.30 u. en van 14 u. tot 18 u.; zaterdag en zondag van 10 u. tot 18 u. Gesloten op maandagen en op feestdagen (1 januari, 1 mei en 25 december) RESERVERINGEN Tel: + 33 (0)3 59 73 45 59 - Fax: + 33 (0)3 59 73 45 71
[email protected] WEBSITE : http://museedeflandre.lenord.fr
ROUTEBESCHRIJVING NAAR HET MUSEUM Het Musée de Flandre bevindt zich aan de Grand Place in Cassel, op 40 min. van Lille en 35 van Dunkerque met de auto, via de A25.