DE NACHT elprijswinnaar
Interview met Elie Wiesel, Nob voor de vrede 1986
rs-Roemeense Elie Wiesel is een jood van Hongaa jodenvervolging de origine. Hij werd slachtoffer van ratiekampen cent tijdens WO II en overleefde de con or er zijn beide ouders verlo r maa van Auschwitz en Buchenwald, g begon hij te schrijven en te en een zus. Tien jaar na zijn bevrijdin vergeten. vertellen, om de Holocaust niet te en onderdrukten van onze tijd. en Hij zet zich ook in voor vervolgd eerste nacht in het kamp, die m’n ‘Nooit zal ik die nacht vergeten, de t, zeven keer vervloekt en zeven leven veranderde in één lange nach chtjes van de kinderen vergeten, keer bekrachtigd. Nooit zal ik de gezi slierten onder een stille blauwe wiens lijfjes ik zag veranderen in rook eten die mijn geloof voor altijd hemel. Nooit zal ik de vlammen verg telijke stilte vergeten, die me voor opbrandden. Nooit zal ik die nach verlangen om te leven beroofde. altijd, voor de eeuwigheid, van mijn als ik veroordeeld ben om zo lang Nooit zal ik dit alles vergeten, zelfs als God zelf te leven. Nooit.’ Bron: www.vormen.org
Bekijk het eerste deel van het interview 1 Wat was het echte keerpunt in Wiesels leven? 2 Als gelovige stelt hij zich ook vragen over God. Welk godsbeeld verwerpt hij? 3 Zou hij zijn traumatische verleden willen vergeten? Waarom (niet)? Bekijk het tweede deel van het interview. 1 Waaruit putte Wiesel kracht om verder te leven? Wat heeft hem rechtgehouden? 2 Waarvan wil hij op de eerste plaats getuigen? 3 Wat zou hij nu nog tot stand willen brengen?
Tot waar zal God ons volgen?
De laatste dag bij het station van Auschwitz De laatste dag, als de trein bij het station van Auschwitz stopt, komen onze bange voorgevoelens weer naar boven. Sommige ‘buren’ werken meer dan hun rantsoen naar binnen, alsof ze voelen dat hun uren geteld zijn. Mijn moeder herinnert ons steeds aan haar wens: bij elkaar blijven. Tot elke prijs. Ik weet niet meer wie vraagt: ‘En als dat onmogelijk is? Als ze ons uit elkaar halen?’ ‘We zien elkaar thuis terug zodra de oorlog afgelopen is’, zegt mijn moeder. Toen het volk van Israël in ballingschap ging, werd het door God vergezeld. En nu vraag ik mezelf: ‘Tot waar zal God ons volgen?’ Nietzsche kon ‘God is dood’ roepen naar de oude man in het woud, maar de jood in mij kan dat niet. Nooit heb ik mijn geloof in God verloochend. Ik ben in het verzet gekomen tegen Zijn gerechtigheid, ik heb geprotesteerd tegen Zijn zwijgen, soms zelfs tegen Zijn afwezigheid, maar mijn woede kwam op binnen, niet buiten mijn geloof. Uiteindelijk zal ik me altijd blijven verzetten tegen degenen die Auschwitz tot stand hebben gebracht en mogelijk gemaakt. En ook tegen God? Ook tegen Hem. De vragen die ik me vroeger naar aanleiding van Gods zwijgen had gesteld, zijn nog steeds onbeantwoord. Zo er al een antwoord is, ik ken het niet. Sterker nog, ik weiger het te kennen. Maar ik houd staande dat de dood van zes miljoen menselijke wezens een vraag oproept waarop nooit enig antwoord zal worden gegeven. Bron: Elie Wiesel - ‘Alle rivieren stromen naar de zee’
Bijbelse worsteling met de vraag van het lijden Ook de Bijbel heeft geen pasklaar antwoord op de grote vragen die het lijden ons stelt. In het boek Job is deze worsteling goed te volgen. Dit boek is een volksverhaal met de allures van een charmant volkssprookje. Het is grotendeels geschreven in een dichterlijke taal en wordt algemeen beschouwd als één van de mooiste leerdichten uit de wereldliteratuur. Maar het is ook één van de minder gemakkelijke boeken uit het Oude Testament. Het boek gaat over lijden: niet alleen de vraag hoe het lijden te rijmen valt met Gods rechtvaardigheid komt aan bod, maar ook hoe de mens het lijden een plaats kan geven in zijn bestaan. Het begint in de hemel. De satan beweert dat de mens slechts gelooft in God omdat hij er voordeel bij heeft. God staat dan toe om de proef op de som te nemen en de welstellende en vrome Job met beproevingen te overladen … Diverse godsbeelden die het lijden kunnen verklaren duiken hier achtereenvolgens op.
2
theo
Plaats de verschillende godsbeelden bij een gepast citaat. God / schepper – Kies uit: almachtige God – rechtvaardige en straffende God – goede God als opvoeder – ondoorgrondelijke God – meedogenloze God
“
Naakt kom ik uit de schoot van moeder aarde, naakt keer ik daar terug; de Heer geeft, de Heer neemt. Gezegend is de Naam van de Heer.
”
Job 1, 21
“
Vertel mij: is ooit een schuldeloze verloren gegaan? Waar zijn ooit rechtvaardigen omgekomen? Mijn ervaring is: onheil ploegen en zaaien, doet onheil maaien. God blaast en de onrechtvaardigen komen om, één ademtocht van zijn woede, en ze komen om.
”
Job 4, 7-9
“
Roep ik om hulp, U antwoordt niet al ziet U me goed staan. U bent meedogenloos geworden en achtervolgt mij met Uw machtige arm. Job 30, 20-21
”
“
Dan wil Hij gehoord worden. Hij schrikt de mens op met Zijn waarschuwingen om hem zijn hoogmoed af te leren en hem daarvan te genezen. Job 33, 16-17
”
“
Hoe zou iemand Hem kunnen begrijpen? Wij kennen hem niet. Zijn tent is een wolk, Hij woont in de stormen.
”
Job 36, 29
“ Waar was jij toen ik de aarde grondvestte?
Vertel het me, als je zo veel weet. Wie stelde haar grenzen vast? Jij weet dat toch? Wie strekte het meetlint over haar uit? Waar zijn haar sokkels verankerd, wie heeft haar hoeksteen gelegd, terwijl de morgensterren samen jubelen en Gods zonen het uitschreeuwden van vreugde? En wie sloot de zee af met een deur, toen ze uit de schoot van de aarde brak?
Job 38, 4-11
”
3
theo
William Blake
Georges de la Tour – Job wordt bespot door zijn vrouw: ‘Blijf je nu nog in God geloven?’
Ilja Repin
Welk godsbeeld sluit het meeste aan bij dat van jou? Waarom?
God en het lijden Het is mijn diepste overtuiging dat het kwade en het lijden niet van God komen. Ik geloof niet in constructies waarbij God ons lijden zou toezenden met de bedoeling om ons te straffen of van ons betere mensen te maken. Zo zit de liefdevolle God van Jezus niet in elkaar. Wat er ook met de wereld en met ons gebeurt, God staat aan onze kant. Hij ondersteunt het goede, maar in het kwade werken andere krachten. Maar we hebben toch altijd geleerd dat onze God almachtig en alwetend is, en dat Hij alles geschapen heeft? Is de God die we zo overhouden nog wel een echte God en klopt dat beeld met wat we in de Bijbel lezen? De belangrijkste eigenschap van God is ongetwijfeld de liefde. Alle andere eigenschappen die we van Hem kennen, zoals Zijn vergevingsgezindheid en Zijn almacht, zijn daaraan ondergeschikt. Gods liefde is zo groot dat ze voor ons mensen niet te bevatten is. Gods almacht is geen almacht zoals wij ons die stiekem voorstellen: lekker alles kunnen doen wat je wilt. Het is een almacht in de liefde, en dat is iets heel anders. God houdt zo onvoorwaardelijk van ons, dat Hij met ons kan mee-lijden en toch God kan blijven. Voor ons geloof heeft dit grote gevolgen. We kunnen God blijven zien als onze Vader, die altijd aan onze kant staat, wat er ook gebeurt. Als we getroffen worden door pijn en lijden, hoeven we de steun van God niet te missen. We hoeven de schuld of de oorzaak niet bij God te leggen. We kunnen naar God toegaan en roepen: ‘God, kijk toch eens wat mij nu is overkomen!’ En God zal met ons meehuilen en Zijn hand op ons hart leggen. Bron: Kolet Janssen - ‘Help, ik geloof! Geloven met gezond verstand’
treft? 1 Hoe denkt Kolet Janssen over de rol van God in het lijden dat ons zijn? 2 Wat bedoelt ze als ze stelt dat er ‘andere krachten’ aan het werk 4
theo
‘Leven is fundamenteel onrechtvaardig’ Het leven is fundamenteel onrechtvaardig – en dat zeg ik met de glimlach! – omdat het gebaseerd is op toeval. Dat gaat in tegen religieuze visies over voorzienigheid, maar volgens wetenschappers spreken toeval en doelgerichtheid elkaar niet tegen. Als docent filosofie kon ik mijn studenten er moeilijk van overtuigen dat het leven toeval is. Bij de bevruchting begint het al. Van de duizenden spermatozoïden is er eentje die het haalt. Was het een ander, dan zag dat leven er anders uit. De natuur is onrechtvaardig, God niet. Ik geloofde al voor mijn ongeval dat God geen verdeler van ziektes en ongevallen aan slechte mensen is. Ik was vier jaar priester toen het ongeval gebeurde. Ik was niet boos op God of twijfelde niet aan mijn geloof, vele anderen wel. Jean-Pierre Goetghebuer, priester en gehandicapt na verkeersongeval, in Tertio.
1 Waarover zijn J.P. Goetghebuer en Kolet Janssen het eens? 2 Waarover verschillen zij van mening? . 3 Toon met een foto, tekening, beeld of tekst aan bij wie jij je aansluit
In deze wereld krijgen onschuldige mensen ongelukken. Er gebeuren dingen met hen die veel erger zijn dan wat ze verdienen: ze raken hun baan kwijt, ze worden ziek, hun kinderen lijden of ze lijden onder hun kinderen. Maar als het gebeurt, betekent dat niet dat God hen straft voor iets wat ze verkeerd gedaan hebben. Tegenspoed is helemaal niet van God afkomstig. Gelovigen kunnen zich naar God toe keren, niet om geoordeeld of vergeven te worden, niet om beloond of gestraft te worden, maar om gesterkt en getroost te worden.
Is je naar God wenden een zinvolle beweging als je het moeilijk hebt? Brandde jijzelf of iemand van je familie al eens een kaarsje als je je in een lastige situatie bevond? Werd jij zelf al eens ‘gedragen’ in moeilijke momenten?
Marc Chagall
5
theo
Vergeten en vergeven?
De tijd heelt niet alle wonden; sommigen trekken niet dicht, andere schrijnen als brandwonden. Terwijl ik door het kamp slenterde en met de vluchtelingen praatte, zei ik tegen mezelf: eens zal men het de burgers van de vrije wereld misschien vergeven dat ze zo weinig gedaan hebben om de Europese joden te redden. Men zal denken: ze wisten het immers niet, en als ze het wisten, geloofden ze het niet, en als ze het geloofden, begrepen ze het niet, en als ze het begrepen, wisten ze dat ze niet in staat waren om de feiten te veranderen. Bron: Elie Wiesel - ‘Alle rivieren stromen naar de zee’
1 Wie kon ik ooit vergeven en wie niet? Waarom (niet)? Wat is er eerst nodig voor ik kan vergeven? 2 Is vergeving in alle gevallen mogelijk?
Wat is een parabel? Parabels behoren ongetwijfeld tot het meest oorspronkelijke deel van Jezus’ optreden. Het was Zijn typische manier van onderricht. We staan hier op vaste historische bodem, vlak bij Jezus. (…) Door op die manier, met heldere en sprekende beelden, over Zijn God te vertellen, maakte Jezus het meeste kans om verstaan te worden en daar was het Hem uiteindelijk om te doen. (…) ‘Parabel’, van het Griekse woord parabolè, betekent letterlijk: het naast elkaar stellen, dus het vergelijken van twee dingen die een gelijkenis vertonen. (…) Van een goed vertelde parabel kun je zeggen dat hij afstand schept, uitdaagt en oproept. Het verhaal is gesteld in de verleden tijd en begint zonder vaste inleidingformule. Bron: Sylvester Lamberigts - ‘De kracht van verhalen. Parabels van Jezus’ 6
theo
Luc. 15, 11b-32 Iemand had twee zonen. [12] De jongste van hen zei tegen zijn vader: ‘Vader, geef mij het deel van uw bezit waarop ik recht heb.’ De vader verdeelde zijn vermogen onder hen. [13] Na enkele dagen verzilverde de jongste zoon zijn bezit en reisde af naar een ver land, waar hij een losbandig leven leidde en zijn vermogen verkwistte. [14] Toen hij alles had uitgegeven, werd dat land getroffen door een zware hongersnood, en begon hij gebrek te lijden. [15] Hij vroeg om werk bij een van de inwoners van dat land, die hem op het veld zijn varkens liet hoeden. [16] Hij had graag zijn maag willen vullen met de peulen die de varkens te eten kregen, maar niemand gaf ze hem. [17] Toen kwam hij tot zichzelf en dacht: De dagloners van mijn vader hebben eten in overvloed, en ik kom hier om van de honger. [18] Ik zal naar mijn vader gaan en tegen hem zeggen: ‘Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, [19] ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden; behandel mij als een van uw dagloners.’ [20] Hij vertrok meteen en ging op weg naar zijn vader. Zijn vader zag hem in de verte al aankomen. Hij kreeg medelijden en rende op zijn zoon af, viel hem om de hals en kuste hem. [21] ‘Vader,’ zei zijn zoon tegen hem, ‘ik heb gezondigd tegen de hemel en tegen u, ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden.’ [22] Maar de vader zei tegen zijn knechten: ‘Haal vlug het mooiste gewaad en trek het hem aan, doe hem een ring aan zijn vinger en geef hem sandalen. [23] Breng het gemeste kalf en slacht het. Laten we eten en feestvieren, [24] want deze zoon van mij was dood en is weer tot leven gekomen, hij was verloren en is teruggevonden.’ En ze begonnen feest te vieren. [25] De oudste zoon was op het veld. Toen hij naar huis ging en al dichtbij was, hoorde hij muziek en gedans. [26] Hij riep een van de knechten bij zich en vroeg wat dat te betekenen had. [27] De knecht zei tegen hem: ‘Uw broer is thuisgekomen, en uw vader heeft het gemeste kalf geslacht omdat hij hem gezond en wel heeft teruggekregen.’ [28] Hij werd woedend en wilde niet naar binnen gaan, maar zijn vader kwam naar buiten en trachtte hem te bedaren. [29] Hij zei tegen zijn vader: ‘Al jarenlang werk ik voor u en nooit ben ik u ongehoorzaam geweest als u mij iets opdroeg, en u hebt mij zelfs nooit een geitenbokje gegeven om met mijn vrienden feest te vieren. [30] Maar nu die zoon van u is thuisgekomen die uw vermogen heeft verkwanseld aan de hoeren, hebt u voor hem het gemeste kalf geslacht.’ [31] Zijn vader zei tegen hem: ‘Mijn jongen, jij bent altijd bij me, en alles wat van mij is, is van jou. [32] Maar we konden toch niet anders dan feestvieren en blij zijn, want je broer was dood en is weer tot leven gekomen. Hij was verloren en is teruggevonden.’
1 Lees het Bijbelverhaal. Welk literair genre duikt hier op? Hoe kun je zo’n typisch verhaal herkennen? 2 Wat is je spontane reactie als je het verhaal leest? 3 Wat is het keerpunt? zoon en schrijft je 4 Leef je in het verhaal in. Het is ‘the morning after’. Jij bent de oudste de jongste en je gevoelens en gedachten in een brief aan de jongste zoon, of jij bent de vader. van naam de in n schrijve ook schrijft aan je oudere broer. Wie wil kan
7
theo
vergeving schenken Bij vergeving bevrijd jij jezelf van de negatieve energie die door de verwonding nog in jou is. Wanneer je de ander niet vergeeft, dan ben je nog aan hem verbonden, dan heeft hij nog macht over jou. Vergeving is de bevrijding van de macht van de ander. Je geeft de verwonding weg, je staat haar af aan hem. Je bevrijdt je ervan. Je maakt de boeien los waardoor je almaar bezig bleef met je verwonding. Vergeving hoort bij de psychohygiëne. En die is altijd mogelijk, ook al lukt ze vaak pas na een lang en pijnlijk proces. Wanneer de verzoening met de ander lukt, dan heeft zij een bevrijdende werking. Maar we moeten op dat punt niet te veel van onszelf eisen. Soms betekent vergeven ook dat we een gezonde afstand bewaren ten opzichte van degene die ons heeft gekwetst, om te voorkomen dat de wond steeds weer opnieuw opengaat. In de discussie over de vrijlating van de terroristen van de ‘Rote Armee Fraktion’ werd geopperd dat wij de dader enkel en alleen kunnen vergeven wanneer hij schuld bekent. Vergeving betekent echter niet dat je alles verontschuldigt. Je vergeet niet wat er was. Maar je geeft wat in het verleden is gebeurd geen macht. Wat de dader doet, is zijn verantwoordelijkheid. Wanneer hij zijn schuld niet inziet, dan zal er zeker geen goede relatie met hem mogelijk zijn. Vergeving en verzoening vormen een aanbod aan hem. Maar hij moet beslissen of hij het aanneemt. Wij moeten onszelf in ieder geval niet afhankelijk maken van zijn reactie. Bron: Anselm Grün - ‘Boek met antwoorden’ 1 Wat is waardevol in Grüns benadering van vergeving? 2
Welke twee mogelijkheden heb je volgens Betancourt als je geconfronteerd wordt met onrecht in je leven? Ga je hiermee akkoord? Waarom (niet)?
3 Leg het verband tussen de parabel, Grün en de getuigenis van Betancourt.
PARIJS – Ingrid Betancourt, ruim zes jaar gegijzeld geweest, dankte publiekelijk ‘God en de soldaten’ voor haar bevrijding eind vorige week. Sindsdien doet ze regelmatig uitspraken over steun die ze ervoer van God.
‘Ik geloof dat ik erin ben geslaagd werkelijk te vergeven’, zegt ze. Betancourt heeft het dan niet alleen over de gijzelnemers, maar ook over vrienden die haar in de steek lieten en over degenen die zeggen dat ze zich met opzet heeft laten gijzelen. ‘Er zijn twee mogelijkheden in zo’n wrede omgeving,’ aldus Betancourt, ‘óf je wordt bitter en wraakzuchtig, óf je kiest de weg die Jezus heeft gewezen. Hij vraagt van ons: zegen je vijand. Telkens als ik de Bijbel las, voelde ik me aangesproken door deze woorden, alsof Jezus voor mij stond en precies wist wat Hij tegen mij moest zeggen. En dat kwam recht in mijn hart binnen.’
Uit een interview met Ingrid Betancourt na de bevrijding uit haar gijzelingssituatie in 2008. http://god-en-gebed.blogspot.com
8
theo
vergeving krijgen: rituelen van vergeving
Het sacrament van de biecht
De Grote Verzoendag of Jom Kippoer
De nacht van de verzoening of Lailat ul-Baraat
Hoe helpen religies te ‘bemiddelen’ in onze nood aan vergeving? Religieuze tradities kennen rituelen om vergeving te schenken aan de gelovigen. Bij de christelijke biecht spreekt de gelovige voor een priester uit welke zonden hij bedreve n heeft en krijgt hij vergeving. De joodse traditie kent de Grote Verzoendag of het Jom Kippoerfeest. Het beseffen en bekennen van het eigen falen staan hier centraal. Binnen de moslimt raditie bestaat er de nacht van meditatie, gebed en vergeving van de zonden.
Het christelijk sacrament van de verzoening Het sacrament van de verzoening, vroeger biecht genoemd, kun je het sacrament van de bevrijding noemen: het bevrijdt je van schuld en kwaad. Mensen doen dingen die verkeerd zijn. Dat erkennen is enerzijds niet gemakkelijk, zeker niet in deze tijd waarin een beeld heerst van de perfecte mens. Deze erkenning kan anderzijds genezend zijn, zeker als je weet dat Iemand onze beperkingen en fouten erkent, maar ook kan uitvegen. Dat is nu precies waar het over gaat in het sacrament van de verzoening. God vergeeft het kwaad dat de berouwvolle mens heeft aangericht en richt hem weer op. De vergeving die God schenkt voegt iets toe aan de mens. Het uitspreken van vergeving maakt dat de levenskracht die door het kwaad werd geraakt, hersteld wordt. God vergeeft alle kwaad, als mensen tot inkeer willen komen. ‘Toen kwam Petrus bij Hem en zei: ‘Heer, hoe vaak moet ik mijn broeder vergeven als hij mij iets misdoet? Tot zeven keer toe? Jezus zei hem: ‘Niet tot zeven keer toe, zeg Ik je, maar tot zeventig maal zeven keer toe.’ Mat. 18, 21-22 Bron: ‘Katholieken, wat ze geloven’
De Nederlander Willem Glaudemans geeft ons een paar tips voor als we iemand willen vergeven maar niet weten hoe eraan te beginnen.
Hoe vergeving schenken? Deze simpele vergevingsoefening kun je doen bij directe irritaties, of voor verwondingen die je al jaren met je meedraagt. 1 2 3 4 5 6
Ontspan je. Neem de persoon of de situatie die jou nu dwarszit, waar je negatieve gevoelens over hebt, in gedachten. Kijk hier specifiek naar. Wat verlangde je van de ander wat hij/zij niet gegeven heeft? Spreek die verwachtingen uit naar de persoon in je geest, eventueel met de gevoelens die ze in je oproepen. Nogmaals, de werkelijke persoon is hierbij niet aanwezig, het is een innerlijk proces van schoonmaak. Draai dan elke verwachting om. Formuleer hem op een positieve manier, zodat je komt bij de onderliggende wens. Zeg niet: ‘Ik had liever gehad dat je me niet geslagen had’, want ons onbewuste kan het woord niet niet verstaan. Maar zeg: ‘Ik had liever gehad dat ik me veilig kon voelen bij jou.’ Dan kom je bij je echte verlangen. Laat dan de verwachting los door deze uitspraak: Ik had liever gehad dat je X of Y (zie 4) had gedaan, maar dat deed je niet, of dat kon je niet, dus ik geef die verwachting over jou op. Ik laat hem hier en nu los. Maak terwijl je dit zegt een armgebaar dat uitdrukt dat je de verwachting van je afzet, loslaat, laat gaan, weggooit. En adem het uit, zucht erbij. Poeh!
9
theo
Mens, Ik zeg je: ‘Sta op’ (Luc. 7, 14)
‘Ik ben niet wanhopig, integendeel, ik heb het gevoel dat er iemand in mij danst.’ Elie Wiesel
Luc. 7 [13] Toen de Heer haar zag, werd Hij door medelijden bewogen en zei tegen haar: ‘Weeklaag niet meer.’ [14] Hij kwam dichterbij, raakte de lijkbaar aan – de dragers bleven stilstaan – en zei: ‘Jongeman, ik zeg je: sta op! [15] De dode richtte zich op en begon te spreken, en Jezus gaf hem terug aan zijn moeder.
Ez. 37 En Hij zei tegen mij: ‘Mensenkind, deze beenderen zijn het volk van Israël. Het zegt: ‘Onze botten zijn verdord, onze hoop is vervlogen, onze levensdraad is afgesneden.’ [12] Profeteer daarom en zeg tegen hen: ‘Dit zegt God, de Heer: Mijn volk, ik zal jullie graven openen, ik laat jullie uit de graven komen en ik zal jullie naar het land van Israël terugbrengen. [14] Ik zal jullie Mijn adem geven zodat jullie weer tot leven komen.’
De joods-christelijke traditie moedigt gelovigen aan om niet te beruste n maar om te geloven in en te vechten voor het leven. Een leven in overvloed. Een leven sterker dan de dood.
Lees de getuigenis van de vader van een vermoord meisje. Duid alle verwijzingen naar rouw of verliesverwerking in de tekst aan.
De vader van het vermoorde meisje, aan het woord Op die zondag, twee jaar nadat ze vermoord werd teruggevonden in het kanaal, organiseert haar vader een solidariteitswandeling, ten voordele van een schooltje in Afrika. ‘Ik wil één van haar dromen waarmaken’, zegt hij in een openhartig gesprek. ‘We wisten dat ze ervan droomde om na haar studie een jaar naar Afrika of Brazilië te trekken om met gehandicapten te werken. Ze had ooit, in groep, een bezoek gebracht aan de Bremberg, een opvangtehuis voor gehandicapten. Daar verbleef een kindje, een meisje van een jaar of zeven, dat met niemand contact had. Ze slaagde erin om tot haar door te dringen. Dat was voor haar een hele bijzondere ervaring. ‘Toen mijn werkgever vorige zomer vrijwilligers zocht voor Afrika, zei mijn vrouw: ‘Je moet dat doen. Voor haar.’
10
theo
Tijdens de reis heb ik zo vaak gedacht: ‘Jij had hier moeten zijn.’ Op een dag hielp ik de kindjes wegen in een schooltje, toen er een meisje van een jaar of twee begon te huilen. Ze had nog nooit een blanke, grijze man gezien en ze plaste op mijn arm van angst. Ik wilde mijn handen buiten even afspoelen, maar er was geen water. Dat kneep mij de keel dicht. In een school met 430 kinderen was er geen druppel water te vinden. De volgende ochtend viel de regen met bakken uit de hemel. Toen heb ik eens naar boven gekeken en mijn dochter bedankt.
Het voorval liet me niet los, dus ben ik gaan informeren naar de kostprijs van een waterpomp. Het was ongeveer 11 000 euro. Ik had het erover met onze deken en, met de herdenking van Annick in het vooruitzicht, kwamen we op het idee om een benefietwandeling te organiseren. Om haar laatste droom waar te maken.’ ‘Toen ze ons enkele dagen na haar verdwijning kwamen vertellen dat ze een ‘pak’ hadden gevonden, was er geen haar op mijn hoofd dat eraan dacht dat zij het kon zijn. De wereld viel op mijn hoofd. Zoiets begrijp je niet. Dat dringt niet door. Ik had haar handen gezien, haar haren … Het was onze dochter. Meer wilde ik niet zien. Ik wilde een mooi beeld aan mijn dochter overhouden. Ze was een jong meisje in de volle bloei van haar leven. Waarom hebben ze haar dat afgenomen? Die vraag houdt ons nu al meer dan twee jaar bezig. We blijven hopen dat we ooit een antwoord krijgen. Ik heb me van in het begin voorgenomen om niet te beginnen fantaseren. Bij mijn vrouw lukt dat minder. Af en toe slaan haar gedachten op hol.
Mijn vrouw en ik verwerken haar dood elk op onze manier. Ik ben geen grote prater; ik probeer mijn gedachten vooral te verzetten door bezig te blijven. Door deze actie op te zetten. Dat verhindert mij om te piekeren. Ik heb er ook geen behoefte aan om mijn hart te luchten. Er gewoon ‘zijn’, dat is mijn manier om mijn vrouw en zoon te steunen. Vroeger kwam mijn job op de eerste plaats, nu is dat mijn familie. Mijn vrouw moet haar verhaal wel kwijt. Ze heeft veel steun aan mailtjes van lotgenoten, mensen die ook een kind verloren hebben. Soms sturen ze elkaar ellenlange mails. Ze zet al haar gevoelens op papier. Soms voel ik dat ze graag heeft dat ik het lees. Soms niet. Als we onze dochter missen, gaan we bloemetjes neerzetten langs het kanaal, op de plek waar ze gevonden is. Of naar het kerkhof. Mijn vrouw gaat er bijna dagelijks naartoe. Ook thuis is ze er nog. Hier ergens. Ik stond soms met haar op het terras een sigaretje te roken. Als ik er nu eentje opsteek, dan zie ik haar in gedachten nog vaak met haar fiets de straat in draaien en zeggen: hé papa, ik ben thuis.’ Bron: Story
1 Hoe gaat de vader om met het lijden dat zijn gezin getroffen heeft? 2 Hoe probeert de moeder hiermee om te gaan? 3 In welke reactie kun je jezelf het beste terugvinden? Waarom? 4 Wat zou jij in deze situatie als troost waarderen? Wat helemaal niet? 5 Hoe kan het geloof een steun zijn als lijden je leven binnendringt?
Hoe rekenen mensen af met lijden?
11
theo
My city of ruins
Mijn stad van ruïnes
There is a blood red circle On the cold dark ground And the rain is falling down The church door’s thrown open I can hear the organ’s song But the congregation’s gone My city of ruins, My city of ruins
Er is een bloedrode cirkel Op de koude, donkere grond En de regen gutst naar beneden De deur van de kerk is opengegooid Ik kan de orgelmuziek horen Maar de congregatie is weg Mijn stad van ruïnes, Mijn stad van ruïnes
Now the sweet bells of mercy Drift through the evening trees Young men on the corner Like scattered leaves The boarded up windows The empty streets While my brother’s down on his knees My city of ruins, My city of ruins
Nu de zachte klokken van vertroosting Zwerven langs de bomen in de avond Jonge mannen op de hoek Zoals verspreide bladeren De dichtgespijkerde ramen De lege straten Terwijl mijn broer op zijn knieën zit Mijn stad van ruïnes, Mijn stad van ruïnes
Come on, rise up! Come on, rise up! …
Komaan, sta op! Komaan, sta op! …
Now’s there’s tears on the pillow Darlin’ where we slept And you took my heart when you left Without your sweet kiss My soul is lost, my friend Tell me how do I begin again? My city’s in ruins My city’s in ruins
Nu liggen er tranen op het kussen Liefste, waar wij sliepen En jij nam mijn hart toen je wegging Zonder je zachte kus Is mijn ziel verloren, mijn vriend Zeg me, hoe begin ik opnieuw? Mijn stad ligt in puin Mijn stad ligt in puin
Now with these hands With these hands With these hands I pray Lord With these hands With these hands I pray for the strength, Lord With these hands With these hands I pray for the faith, Lord We pray for your love, Lord We pray for the lost, Lord We pray for this world, Lord We pray for the strength, Lord We pray for the strength, Lord
Nu met deze handen, Met deze handen Met deze handen Met deze handen Bid ik Heer Met deze handen Met deze handen Ik bid voor de kracht, Heer Met deze handen Met deze handen Ik bid voor het vertrouwen, Heer Wij bidden voor uw liefde, Heer Wij bidden voor de verlorenen, Heer Wij bidden voor deze wereld, Heer Wij bidden voor de kracht, Heer
Come on, rise up Come on, rise up …
Komaan, sta op Komaan, sta op …
Bruce Springsteen
1 2 3 4 5
Beluister het lied aandachtig. Wat valt je op? Ontdek in welke context het lied is ontstaan en gezongen. Vul aan! Welke houding neemt Springsteen hier aan? Berustend? Wraaklustig? Waarom (niet)? en? waarder dit je Kun lied? het in terug Welke religieuze elementen vind je hoort? hands’ these ‘with e zinsned e Waaraan denk je als je de steeds herhaald
12
theo