Gemeentelijk reglement betreffende de algemene voorwaarden tot het exploiteren van een taxidienst en een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder hervastgesteld door de gemeenteraad op 27 maart 2012, gewijzigd 31 maart 2015 en 30 juni 2015 de laatste wijzigingen door de gemeenteraad op 30 juni 2015 staan [blauw] aangeduid in de tekst, zij gelden vanaf 1 juli 2015 bekendgemaakt op de website www.brugge.be op 1 juli 2015
HOOFDSTUK I. - VERGUNNING TOT HET EXPLOITEREN VAN EEN TAXIDIENST EN EEN DIENST VOOR HET VERHUREN VAN VOERTUIGEN MET BESTUURDER Afdeling 1. - Vergunning Artikel 1 - De exploitatie: De exploitatie van een taxidienst en een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder wordt geregeld overeenkomstig de voorwaarden en de voorschriften, bepaald door: 1° het Decreet van 20 april 2001 betreffende de organisatie van het personenvervoer over de weg, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 21 augustus 2001, en alle wijzigingen; 2° het Besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 19 september 2003, en laatst gewijzigd op 18 juni 2010; 3° onderhavig gemeentelijk reglement dat nadere gemeentelijke voorschriften voor het exploiteren van een taxidienst en een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder op het grondgebied van Stad Brugge bevat. Het vult de Vlaamse regelgeving ter zake aan en het concretiseert de zaken die voor nadere invulling aan de gemeente worden overgelaten. Alle zaken die niet specifiek in dit reglement geregeld zijn, geschieden geheel volgens de Vlaamse regelgeving. Afdeling 2. - De toelatingsvoorwaarden om een exploitatie-vergunning te bekomen voor een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder Artikel 2 - Kandidaat-exploitant: De kandidaat-exploitant dient de Belgische nationaliteit te bezitten, of onderdaan te zijn van een land binnen de Europese Unie of een arbeidsvergunning te bezitten, of ingeschreven te zijn in het vreemdelingenregister. Artikel 3 - Zedelijke waarborgen: §1 De zedelijke waarborgen zullen getoetst worden aan de hand van het uittreksel uit het strafregister Model 1 van de aanvrager, als natuurlijke persoon of in geval de aanvrager een rechtspersoon is dan de zaakvoerder(s). Dit uittreksel, dat hoogstens 3 maanden oud is, dient bij de aanvraag voor het bekomen van een exploitatie-vergunning te worden voorgelegd. §2 Nadien dient het bewijs van goed zedelijk gedrag jaarlijks, volgend op datum van de beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen, te worden binnengebracht bij het Brugse stadsbestuur. [§3 Een exploitatievergunning wordt niet toegekend indien wordt vastgesteld op basis van een uittreksel uit het strafregister dat de kandidaat-exploitant veroordeeld werd: - wegens alcoholintoxicatie, dronkenschap, weigering ademtest of bloedanalyse of het rijden onder invloed zijn van verdovende middelen tijdens het jaar voorafgaand aan de aanvraag; - wegens vluchtmisdrijf tijdens drie jaar voorafgaand aan de aanvraag; pagina 1 van 8
- wegens strafbare alcoholopname, dronkenschap, weigering ademtest of bloedanalyse of het onder invloed zijn van verdovende middelen, weigering speekseltest of speekselanalyse of wegens vluchtmisdrijf en dit meer dan één keer; - voor drie of meer verkeersovertredingen van de tweede of derde graad of meer dan tien verkeersovertredingen van elke graad zoals omschreven in de wegverkeerswet van 20 juli 2005 (KB 30 september 2005), van kracht vanaf 31 maart 2006 en alle hierop volgende wijzigingen; - tot een gevangenisstraf van drie maanden of meer binnen de vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag; - tot een gevangenisstraf van een jaar binnen de tien jaar voorafgaand aan de aanvraag; - tot een gevangenisstraf van twee jaar of meer. Het College kan naast deze veroordelingen steeds beslissen om een exploitatievergunning voor een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder op andere gronden te weigeren of toe te staan, mits grondige motivering.] Artikel 4 - Beroepsbekwaamheid: De aanvrager wordt beschouwd als beroepsbekwaam, indien hij/zij een bewijs van basiskennis bedrijfsbeheer, afgeleverd door een erkend ondernemingsloket, kan voorleggen. Artikel 5 - Solvabiliteit: §1 De aanvrager wordt beschouwd als solvabel, indien de volgende bewijsstukken bij de aanvraag worden gevoegd: 1° een attest van een kas voor zelfstandigen waaruit blijkt dat de aanvrager zijn bijdragen correct heeft betaald; 2° in geval de aanvrager personeel tewerkstelt, een attest van de RSZ waaruit blijkt dat de bijdragen correct heeft betaald; 3° een fiscaal attest waaruit blijkt dat de aanvrager, als natuurlijke persoon of in geval de aanvrager een rechtspersoon is dan de zaakvoerder(s), zijn belastingsplichten is nagekomen en de aanvrager in orde is met de fiscale lasten; 4° de bewijsstukken die aantonen dat de aanvrager over de voertuigen mag beschikken (aankoop-, leasing-, of bestelbonnen). §2 Nadien dienen de bovennoemde attesten, bepaalt in §1 1°, 2° en 3°, jaarlijks, volgend op datum van de beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen, te worden binnengebracht bij het Brugse stadsbestuur. Afdeling 3. - De aanvraag tot het bekomen of hernieuwen of wijzigen van een exploitatievergunning van een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder Artikel 6: §1 Elke aanvraag tot het bekomen van een exploitatie-vergunning van een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder, de hernieuwing of wijziging van een vergunning moet gebeuren door middel van een standaard aanvraagformulier, gericht aan het College van Burgemeester en Schepenen van Stad Brugge (Burg 12 - 8000 Brugge). §2 Het formulier 'Aanvraag van een vergunning voor het exploiteren van een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder' dient volledig te worden ingevuld en ondertekend door de aanvrager als natuurlijke persoon, of in geval de aanvrager een rechtspersoon is dan ondertekend door degene die conform de statuten de rechtspersoon kan vertegenwoordigen. §3 Bij de aanvraag tot het bekomen/hernieuwen/wijzigen van een exploitatie-vergunning van een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder moeten de volgende documenten en bewijsstukken worden toegevoegd: 1° het volledig ingevuld aanvraagformulier en de hiernavolgende bewijsstukken: a.) kopie identiteitskaart b.) de statuten van de firma c.) een bewijs van goed zedelijk gedrag van de exploitant, dat hoogstens drie maanden oud is d.) een bewijs van basiskennis van het bedrijfsbeheer, afgeleverd door het ondernemingsloket e.) een document waaruit blijkt dat de exploitant in orde is met de sociale lasten (zelfstandige en/of RSZ) f.) een attest waaruit blijkt dat de exploitant in orde is met de fiscale lasten pagina 2 van 8
g.) bewijsstukken die aantonen dat de exploitant over de voertuigen mag beschikken h.) de hiernavolgende documenten die uiterlijk voor de opmaak van de vergunningen moeten worden bezorgd: - verzekeringsbewijs van het voertuig of voertuigen, - technisch keuringsbewijs van het voertuig of voertuigen, - eenvormigheidsattest van het voertuig of voertuigen, - het inschrijvingsbewijs van het voertuig of voertuigen, - voor taxi-voertuigen: het testrapport van de taxameter, de originele prints van de dienststaat (het begin, tijdens de dienst en het einde van de dienst), het vervoerbewijs van een testrit, het controlerapport en factuur van aankoop of huur taxameter. 2° voor taxi-exploitanten: een bewijs dat de exploitant over de privé-taxistandplaatsen (buiten de openbare weg of publiek toegankelijke weg) beschikt of mag beschikken; 3° een kopie van de voor- en achterzijde van het rijbewijs van de aanvrager en personeelsleden (die met de voertuigen zullen rijden), met de vermelding van de datum van de geldigheid van het bezoldigd personenvervoer (medische schifting); 4° in geval de aanvrager personeel tewerkstelt: a.) een lijst met de actuele personeelsleden die als chauffeur tewerkgesteld zijn (vervolgens jaarlijks in te dienen) b.) een bewijs van de aangifte van de tewerkstelling van de werknemer aan de hand van een DIMONA-attest c.) bij elke nieuwe tewerkstelling dient de exploitant een DIMONA-attest m.b.t. de nieuwe chauffeur op de dienst Lokale Economie in te dienen. §4 In geval van hernieuwing van de exploitatie-vergunning moet de aanvraag tot de hernieuwing van een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder samen met de vereiste bijlagen ten minste 1 maand vóór het verstrijken van de termijn, bepaald in de vergunning die verloopt, aan de Stad Brugge overgemaakt worden. Afdeling 4. - Normen voor de voertuigen van een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder Artikel 7 - Norm voor het aantal taxivoertuigen: De norm voor het aantal vergunbare taxivoertuigen, bedoeld in artikel 3 §1 van het Besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder en gewijzigd op 18 juni 2010, bedraagt voor Brugge: 117. Artikel 8 - De taxivoertuigen: §1 De taxivoertuigen moeten in volledig zwarte of witte kleur zijn. Het taxivoertuig moet een gesloten wagen zijn. Er mag geen reclame op aangebracht worden. Deze voorschriften gelden ook voor de gebeurlijk ingezette vervangingsvoertuigen. §2 De kleuren van de taxikaarten, bedoeld in artikel 2 §5 en artikel 15 van het Besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder, gewijzigd op 18 juni 2010, zijn: a.) roze taxikaart bij enkel stationnement buiten de openbare weg b.) groene taxikaart bij toelating tot stationeren op de openbare weg. §3 Vanaf 1 juli 2012 mogen de voertuigen die als taxi worden ingezet niet ouder zijn dan 10 jaar of meer dan 550.000 km hebben. §4 Nieuwe voertuigen die door de exploitant voor taxidienst worden ingezet moeten uitgerust zijn met motoren waarvan de uitstoot de Europese norm EURO 5 respecteert. (De EURO 5-norm is van kracht sinds december 2009. Vanaf 1 januari 2011 moeten nieuwe voertuigen, datum van eerste inschrijving na 1 januari 2011, voldoen aan de EURO 5-norm.) §5 De taxivoertuigen, bedoeld in artikel 19 en 20 van het Besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder, gewijzigd op 18 juni 2010, dienen vanaf 1 juli 2010 uitgerust te zijn met een wettelijke taxameter, printer en randapparatuur. §6 De taxivoertuigen en de gecombineerde taxi/verhuurvoertuigen, bedoeld in artikel 13 van het Besluit van de Vlaamse regering van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het pagina 3 van 8
verhuren van voertuigen met bestuurder, gewijzigd op 18 juni 2010, dienen vanaf 1 juli 2011 uitgerust te zijn met een TX-nummerplaat. Artikel 9 - De verhuurvoertuigen: §1 Nieuwe voertuigen die door de exploitant voor verhuren van voertuigen met bestuurder worden ingezet moeten uitgerust zijn met motoren waarvan de uitstoot de Europese norm EURO 5 respecteert. (De EURO 5-norm is van kracht sinds december 2009. Vanaf 1 januari 2011 moeten nieuwe voertuigen, datum van eerste inschrijving na 1 januari 2011, voldoen aan de EURO 5-norm.) §2 Vanaf 1 januari 2013 moeten de verhuurvoertuigen uitgerust zijn met een TX-nummerplaat, als vermeld in artikel 4 §5 van het Ministerieel Besluit van 23 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen, gewijzigd bij Ministerieel Besluit van 19 december 2007. Artikel 10 - Voorleggen van documenten van het voertuig: Voor de ingebruikname van de voertuigen vermeld in de vergunningsakte en op elk verzoek van de bevoegde instanties is de exploitant gehouden volgende documenten voor te leggen, opgemaakt op naam van de natuurlijke of rechtspersoon : a.) de aankoopfactuur van elk geëxploiteerd voertuig, het contract van verkoop op afbetaling of leasing; b.) het technisch keuringsattest van het voertuig; c.) de verzekeringspolis met vermelding dat de burgerlijke aansprakelijkheid van de exploitant gedekt is voor schade veroorzaakt aan de vervoerde personen en ter gelegenheid van het gebruik van zijn voertuig; d.) het inschrijvingsbewijs; e.) een geldige internationale verzekeringskaart; f.) gelijkvormigheidattest van het voertuig; g.) [voor de taxi-voertuigen: - een bewijs, afgeleverd door een door de wetgever erkend installateur, dat het taxivoertuig uitgerust is met een wettelijke taxameter, printer en in bijkomend geval een randapparatuur, - alsook een document waaruit blijkt dat de taxameter MID gehomologeerd is en geijkt of herijkt is door een erkende controle-organisme overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 28 september 2010 betreffende de installatie en de delegatie van de herijkverrichtingen van de taxameters, - testrapport van de taxameter waaruit moet blijken dat de installatie van de taxameter volgens de wetgeving uitgevoerd is én de originele prints van de dienststaat, het vervoerbewijs van een testrit en het controlerapport;] i.) voor voertuigen met een eerste inschrijving na 1 januari 2011: een bewijs dat het voertuig aan de EURO 5-norm voldoet (het voertuig moet beschikken over een motor waarvan de uitstoot de Europese norm EURO 5 respecteert). HOOFDSTUK II - DE TAXIBESTUURDERS Afdeling 1. - De kwaliteitsvereisten om de functie taxichauffeur uit te oefenen Artikel 11 - Algemene voorwaarden: De taxibestuurders, zowel vergunninghouders die zelf rijden als hun personeelsleden, moeten in het bezit zijn van een toelating taxibestuurder, afgeleverd door het College van Burgemeester en Schepenen. Hiervoor moeten zij: a.) de volle leeftijd van 21 jaar bereikt hebben; b.) [voldoen aan de eisen inzake moraliteit en beroepsvaardigheid op grond van een uittreksel uit het strafregister Model 1 (bewijs van goed zedelijk gedrag) dat niet ouder is dan 3 maanden, alsook deelnemen aan de initiatieven die door het stadsbestuur genomen worden om een kwaliteitsvolle uitoefening van de functie te ondersteunen;] c.) in het bezit zijn van een geldig getuigschrift van geneeskundige schifting; d.) in het bezit zijn van een geldig rijbewijs voor het besturen van een taxivoertuig van de categorie B, C of D; pagina 4 van 8
e.) in voorkomend geval voldoen aan alle wettelijke en reglementaire voorwaarden om in België deze beroepsactiviteit uit te oefenen; Artikel 12 - Moraliteit en zedelijke waarborgen van de taxibestuurder: [In het kader van het moraliteitsonderzoek zullen de zedelijke waarborgen getoetst worden aan de hand van het uittreksel uit het strafregister Model 1. Dit uittreksel mag niet ouder dan 3 maanden zijn. De toelating taxibestuurder wordt niet toegekend indien wordt vastgesteld op basis van het uittreksel uit het strafregister dat hij/zij veroordeeld werd: - wegens alcoholintoxicatie, dronkenschap, weigering ademtest of bloedanalyse of het rijden onder invloed zijn van verdovende middelen tijdens het jaar voorafgaand aan de aanvraag, - wegens vluchtmisdrijf tijdens drie jaar voorafgaand aan de aanvraag, - wegens strafbare alcoholopname, dronkenschap, weigering ademtest of bloedanalyse of het onder invloed zijn van verdovende middelen, weigering speekseltest of speekselanalyse of wegens vluchtmisdrijf en dit meer dan één keer, - voor drie of meer verkeersovertredingen van de tweede of derde graad of meer dan tien verkeersovertredingen van elke graad zoals omschreven in de wegverkeerswet van 20 juli 2005 (KB 30 september 2005), van kracht vanaf 31 maart 2006 en alle hierop volgende wijzigingen, - tot een gevangenisstraf van drie maanden of meer binnen de vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag, - tot een gevangenisstraf van een jaar binnen de tien jaar voorafgaand aan de aanvraag, - tot een gevangenisstraf van twee jaar of meer. Het College kan naast deze veroordelingen steeds beslissen om een exploitatievergunning voor een taxidienst en/of een dienst voor het verhuren van voertuigen met bestuurder en de toelating taxichauffeur of de hernieuwing van de bestaande toelating op andere gronden te weigeren of toe te staan, mits grondige motivering.] Artikel 13 - Beroepsvaardigheid van de taxibestuurder: De aanvrager wordt beschouwd als beroepsbekwaam indien: 1° hij/zij een geldig rijbewijs kan voorleggen. De voor- en achterzijde van het rijbewijs worden door de dienst Lokale Economie van Stad Brugge gekopieerd. 2° medisch geschikt werd verklaard om aan bezoldigd personenvervoer te doen. Afdeling 2. - De toelating taxichauffeur Artikel 14: §1 De toelating taxibestuurder betreft één kalenderjaar, zijnde het kalenderjaar of de rest van het lopende kalenderjaar waarvoor de aanvraag wordt gedaan. §2 De aanvraag tot het bekomen van de toelating taxichauffeur moet voor elk kalenderjaar hernieuwd worden. Hiervoor dienen de volgende documenten op de dienst Lokale Economie van Stad Brugge te worden ingediend: a.) een bewijs van goed zedelijk gedrag dat niet ouder is dan 3 maanden b.) kopie van een geldig rijbewijs voor het besturen van een taxivoertuig van de categorie B, C of D; c.) een geldig getuigschrift van geneeskundige schifting; d.) kopie van een geldig identiteitskaart. Artikel 15: §1 De toelating van de taxichauffeurs vermeldt de naam, de voornaam, de geboorteplaats, de geboortedatum en het adres van de houder. Vanaf 1 januari 2013 zal deze toelating ook een toelatingsnummer vermelden. §2 Op de toelating van taxibestuurders in dienstverband, vult de werkgever de datum in van indiensttreding van de betrokken bestuurder, en desgevallend ook de datum van het verlaten van het bedrijf, steeds gevolgd door de handtekening van de werkgever. Dit wordt geviseerd door de Burgemeester of diens afgevaardigde. pagina 5 van 8
Artikel 16: §1 De adreswijziging moet worden gemeld binnen de 10 werkdagen aan de dienst Lokale Economie van Stad Brugge waar een nieuwe toelating taxichauffeur zal worden opgemaakt. §2 Bij wijziging van de werkgever moet de toelating taxichauffeur, waarop de rubrieken 'Datum uitdiensttreding' en 'Handtekening nieuwe werkgever' reeds ingevuld staan, worden binnengebracht op de dienst Lokale Economie. Dit wordt dan geviseerd door de Burgemeester of diens afgevaardigde. Artikel 17: Tijdens de dienst moeten de taxibestuurders steeds bij zich hebben en op eerste verzoek tonen aan elk bevoegd of daartoe aangesteld persoon : - hun geldig toelating taxibestuurder; - hun geldig bewijs van medische keuring; - hun geldig rijbewijs en identiteitskaart; - voor degenen in dienstverband, een kopie van hun arbeidsovereenkomst. Artikel 18: Het College van Burgemeester en Schepenen kan de toelating taxibestuurder intrekken of de hernieuwing ervan weigeren, wanneer de taxibestuurder niet meer voldoet aan de voorwaarden van artikel 11, alsook wanneer de taxibestuurder ernstige of herhaald vastgestelde inbreuken pleegt op de door hem in acht te nemen voorschriften van dit reglement, de toegelaten tarieven of de Vlaamse regelgeving ter zake. HOOFDSTUK III - DE TAXISTANDPLAATSEN OP DE OPENBARE WEG Artikel 19: §1 Als de norm voor het aantal vergunde taxivoertuigen op het grondgebied van Stad Brugge bereikt is, wordt er een wachtlijst opgemaakt waarin de naam of handelsnaam en het adres van de aanvrager is chronologische volgorde van ontvangst van de aanvraag wordt ingeschreven. Er wordt voorrang gegeven aan de exploitant die de hernieuwing van de vergunning aanvraagt op voorwaarde dat die voldoet aan alle vergunningsvoorwaarden. Op eenvoudige vraag kunnen de personen die op de wachtlijst staan, hiervan een afschrift krijgen. §2 Het College van Burgemeester en Schepenen wijst de taxistandplaatsen op de openbare weg aan. Dit gebeurt in overleg met de VVM (Vlaamse Vervoermaatschappij), de Lokale Politie, dienst Toerisme en met de taxi-exploitanten. §3 [Op de Markt in het centrum en aan het Stationsplein zijn er in totaal 19 taxistandplaatsen op de openbare weg. Er zijn in totaal 33 taxistandplaatsen op de openbare weg: - op de Markt (4) - op het Stationsplein (15) - in de Adriaan Willaertstraat (2) - aan de Bargeweg (4) - aan de Zweedse Kaai (4) - Station Brugge kant Sint-Michiels (4)] §4 De burgemeester kan de taxi-exploitanten en de taxibestuurders verplichten hun voertuigen tijdelijk op een andere plaats dan vermeld in de vergunning te doen parkeren (stationeren), indien de openbare orde, veiligheid, werken of andere tijdelijke omstandigheden zulks mochten eisen. Artikel 20: §1 Op de taxistandplaatsen op de openbare weg, zijn de taxibestuurders ertoe gehouden elke telefonische of mondelinge oproep van cliënten ten spoedigste uit te voeren. Bij een telefonische oproep is de taxibestuurder verplicht het identificatienummer van zijn taxi te vermelden. De bestuurder van de eerste taxi op de standplaats moet vertrekkensklaar in zijn voertuig blijven. §2 De taxibestuurders mogen potentiële klanten niet aanroepen.
pagina 6 van 8
§3 De taxibestuurders, zowel vergunninghouders die zelf rijden als hun personeelsleden, moeten de taxistandplaatsen rein houden en alle sporen van benzine, olie, vet, modder, enz. van de door het voertuig ingenomen plaats verwijderen. §4 Het aantal voertuigen dat tegelijk aanwezig is op een standplaats, mag in geen geval het aantal beschikbare plaatsen overschrijden. HOOFDSTUK IV - DE TAXIPLATEN EN DE TARIEVEN VOOR HET EXPLOITEREN VAN EEN TAXIDIENST MET OF ZONDER TAXISTANDPLAATS OP DE OPENBARE WEG Artikel 21: §1 De afgeleverde vierkante en ovale taxiplaten, met het toegekende nummer dat aan het voertuig vooraan bevestigd wordt, zijn eigendom van Stad Brugge, en deze taxiplaten dienen terug ingediend te worden op de dienst Lokale Economie 1° bij de stopzetting van de taxidienst, 2° bij vermindering met een voertuig of meerdere voertuigen in de bestaande vergunning, 3° bij het vervallen van de vergunning (als de taxi-exploitant niet meer voldoet aan de voorwaarden om een taxidienst uit te oefenen). Artikel 22: [Met de afgeleverde vierkante taxiplaat mogen taxi-exploitanten op de openbare taxistandplaatsen parkeren (stationeren) volgens de normen, het hanteren rotatie en de beschikbaarheid van het moment van aankomen op de taxistandplaatsen op de openbare weg, zoals bepaald in artikel 19 §3 van het gemeentelijke taxireglement en in artikel 46 van het Besluit van 18 juli 2003 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met bestuurder, gewijzigd op 18 juni 2010.] Artikel 23: §1 Met de afgeleverde ovale taxiplaat mogen taxi-exploitanten niet parkeren op de openbare taxistandplaatsen. Een ovale taxiplaat geeft recht op standplaatsen die zich niet op de openbare weg bevinden. §2 Deze standplaatsen buiten de openbare weg (namelijk privé-taxistandplaatsen), waarover de taxiexploitant wel mag beschikken, worden opgenomen in de vergunning en op de taxikaart. §3 De taxi-exploitant dient een bewijs te leveren dat hij over betrokken privé-taxistandplaats beschikt of mag beschikken. Dit bewijs kan een eigendomsakte of een huurovereenkomst zijn. Artikel 24: De toe te passen tarieven voor de taxiritten zijn deze, vastgesteld in bijlage bij dit reglement. HOOFDSTUK V - BELASTING Artikel 25 - Taxi-exploitanten: §1 De afgeleverde taxi-exploitatievergunningen geven aanleiding tot een jaarlijkse belasting. Die wordt geregeld bij afzonderlijk gemeentelijk belastingreglement. §2 De taxi-exploitanten zijn jaarlijks een belasting verschuldigd overeenkomstig de belastingverordening op het in dienststellen van taxi's met en zonder standplaats op de openbare weg, vastgesteld door de Gemeenteraad in zitting van 26 november 2007 en Gemeenteraadbeslissing van 24 november 2008 en gewijzigd bij Gemeenteraadbeslissing van 29 november 2010 en 25 november 2013. Artikel 26 - Exploitanten van verhuurvoertuigen: §1 De afgeleverde exploitatievergunningen van verhuurvoertuigen geven aanleiding tot een jaarlijkse belasting. Die wordt geregeld bij afzonderlijk gemeentelijk belastingverordening bij Gemeenteraadbeslissing van 29 november 2010.
pagina 7 van 8
§2 De exploitanten zijn jaarlijks een belasting verschuldigd overeenkomstig het decreet van 20 april 2001 dat in artikel 49 vaststelt dat de op basis van artikel 42 §2 en 3 afgegeven vergunningen aanleiding tot een jaarlijkse en ondeelbare belasting geven ten laste van de natuurlijke of rechtspersoon, die houder is van de vergunning. Deze belasting wordt door de gemeente geïnd. HOOFDSTUK VI - OPHEFFINGSBEPALING EN INWERKINGTREDING Artikel 27: Wordt opgeheven: het gemeenteraadsbesluit van 31 maart 2009 houdende de taxitarieven en de algemene voorwaarden tot het exploiteren van taxidiensten te Brugge. Artikel 28: Dit reglement treedt in werking vanaf 1 mei 2012. ----BIJLAGE : TARIEVEN VOOR HET EXPLOITEREN VAN EEN TAXIDIENST MET OF ZONDER STANDPLAATS OP DE OPENBARE WEG TE BRUGGE (vanaf 1 mei 2015) Dienst, BTW en fooi zijn inbegrepen in de prijs voor het vervoer van personen met taxi's te Brugge. Het nachttarief (van 22 uur t.e.m. 06 uur) geldt alleen als het expliciet vermeld is. Te berekenen tarieven: Tarief A = (rit met terugkeer naar de vertrekplaats): Opnemingsbedrag: 2,40 EUR + Kilometertarief: 1,25 EUR / km + Wachtgeld: 30,00 EUR / uur Extra nachttarief (tussen 22.00 en 06.00 uur): 2,00 EUR Tarief B = (rit zonder terugkeer naar de vertrekplaats): Opnemingsbedrag: 2,40 EUR + Kilometertarief: 2,50 EUR / km + Wachtgeld: 30,00 EUR / uur Extra nachttarief (tussen 22.00 en 06.00 uur): 2,00 EUR Tarief C = (een ononderbroken rit voor de eerste 2 km zonder terugkeer naar de vertrekplaats, inclusief 15 minuten wachttijd): Startforfait van 7,00 EUR, Kilometerprijs boven 2 km 2,50 EUR/km + Wachtgeld boven 2 km: 30,00 EUR / uur Extra nachttarief (tussen 22.00 en 06.00 uur) : 2,00 EUR Forfaitaire tarieven: Tarief D = (forfait voor een ononderbroken rit Markt te Brugge-centrum - Zeebrugge-haven of voor een bestelde rit Zeebrugge - Markt te Brugge-centrum): 50,00 EUR Tarief E = (forfait voor een ononderbroken rit Brugge - Brussels Airport Zaventem of voor een bestelde rit Brussels Airport Zaventem - Brugge): 200,00 EUR Tarief F = (forfait voor een ononderbroken rit Brugge - Brussel Centrum of voor een bestelde rit Brussel Centrum - Brugge): 175,00 EUR Tarief G = (forfait voor een ononderbroken rit Brugge - Brussels Airport Charleroi of voor een bestelde rit Brussels Airport Charleroi - Brugge): 250,00 EUR Tarief H = (forfait voor een ononderbroken rit Brugge - Airport Lille (Rijsel) in Frankrijk / Treinstation Lille (Rijsel in Frankrijk of voor een bestelde rit Airport Lille (Rijsel) in Frankrijk / Treinstation Lille (Rijsel in Frankrijk – Brugge): 140,00 EUR Tarief I = (forfait voor een ononderbroken rit Brugge - Oostende Luchthaven of voor een bestelde rit Oostende Luchthaven - Brugge): 70,00 EUR
_____
pagina 8 van 8