tipsenadvies-bv.nl
14-daagse gebruiksklare adviezen over geld en recht om uw BV optimaal te benutten.
■■ 5° jaargang - nummer 11 28 augustus 2013
In dit nummer ... Financiering • De klant vraagt om betalings uitstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1 Belastingen • Als DGA fiscaal slim parkeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Belastingen • Kansspelbelastingtarief 29%, wat nu? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Aansprakelijkheidsverweer • Vordering verjaard? Directeur niet aansprakelijk! . . . . . . . . . . . 4 Auto • SWeer een buitenlandse tol sticker erbij. Niet erg? . . . . . . . . 5 Eigen woning • Hypotheekschuld deels aflossen en weer verhogen? . . . . . . . . . . 6 Eigen woning • Renteaftrek voor woning in aanbouw, wat nu? . . . . . . . . . . . 7
FINANCIERING
De klant vraagt om betalingsuitstel De kans is reëel dat ook een klant van uw BV vraagt om later te mogen betalen. Een zorgvuldige afweging kan klantbehoud betekenen. Wat weegt u mee? Slecht én goed signaal. Het verzoek om betalingsuitstel is waarschijnlijk de voorbode van betalingsproblemen. Uw klant krijgt blijkbaar het krediet niet van zijn bank, die zijn verzoek professioneel en kritisch kan beoordelen. Daarom vraagt uw klant het maar aan u! Positief is dat het verzoek om betalingsuitstel ook betekent dat uw klant wel wil blijven. Wat zijn de risico’s? Met de huidige rentestand hoeft een late betaling niet veel geld te kosten. Een maand betalingsuitstel van bijv. € 5.000,kost u slechts ca. € 4,- renteverlies. Als u rood staat ongeveer € 24,-. De twee grootse risico zijn: u kunt fluiten naar uw centen en/of u gaat toekomstige omzet missen. Het is echter vrijwel ondoenlijk om een actueel financieel beeld van uw klant te krijgen. De jaarrekening kan verouderd zijn en u bent flink tijd kwijt om deze te bestuderen. Tip. Onderstaand stappenplan biedt u dan uitkomst. Stap 1 - Branche, betaalgedrag. Het risico van wanbetaling verschilt sterk per bedrijfstak. Bedrijfstakken met teruglopende omzetten en ster ke prijsconcurrentie zijn momenteel detailhandel, transport, bouw en horeca. Wees met klanten uit die branches extra voorzichtig. Check ook het individuele betaalgedrag van de klant in de afgelopen periode. Slech te(re) betaling is ook een indicatie voor het risico van wanbetaling.
Erfrecht • Hoezo erfenis beneficiair aanvaarden? . . . . . . . . . . . . . . . 8
Stap 2 - Gemiste omzet en winst. Natuurlijk weegt u ook de commerciële aantrekkelijkheid van uw klant mee. Naast omzet gaat het vooral om de brutomarge (omzet minus inkoopwaarde minus directe kosten). Weigering van meer krediet betekent wellicht dat dit wegvalt.
Aandelen • Schenking van BV-aandelen . . . 8
Stap 3 - Beperk de risico’s. Als u besluit meer krediet toe te staan, is het verstandig tegelijkertijd het risico te beperken. Dat kan bijv. door:
Uw adviesbrief online Snel adviezen zoeken ... printen ... toepassen ...
tipsenadvies-bv.nl
• toekomstige orders op te splitsen in deelorders; • een extra rentevergoeding te vragen van bijv. 1% per maand over het uitstaande bedrag; • het aantal openstaande facturen te maximeren (bijv. tot twee); • het nieuwe kredietmaximum strikt te gaan hanteren.
Gaat u akkoord met betalingsuitstel, beperk dan de risico’s (zie onze ‘Stap 3’). Bepaal zowel het risico als de mogelijk gemiste omzet en winst.
Nu aan de orde
■■
BELASTINGEN
Als DGA fiscaal slim parkeren De werkkostenregeling (WKR) biedt meer mogelijkheden om een werknemer een vergoeding te geven voor het parkeren aan huis. Als DGA kunt u hier ook van profiteren. Wilt u weten hoe dit werkt? Lees dan snel verder … Altijd belast. De huidige regels omtrent vergoedingen en verstrekkingen bieden weinig ruimte voor een vergoeding voor het parkeren van uw auto van de zaak bij uw woonhuis. Het vergoeden, verstrekken en het ter beschikking stellen van parkeergelegenheid in of bij de woning van de werknemer is namelijk belast. Dit betekent dat een dergelijke vergoeding moet worden opgenomen als loon in de loonadministratie. Daar schiet u natuurlijk niet veel mee op.
Auto van de zaak (BV) Echter, onder de WKR zijn er wel mogelijkheden om van uw BV een onbelaste vergoeding te ontvangen voor het parkeren van uw auto van de zaak bij uw eigen woning. Het moet uitdrukkelijk gaan om een auto van de zaak. Wanneer u gebruikmaakt van een privéauto voor zakelijke ritten, is iedere vergoeding of verstrekking voor parkeergelegenheid bij de eigen woning belast. Parkeervergunning stad. Allereerst is het mogelijk om de DGA een onbelaste vergoeding te geven voor de kosten van een vergunning om bij de woning te parkeren. De BV (werkgever) kan zo’n vergunning ook belastingvrij verstrekken of ter beschikking stellen. Voor mensen die in een binnenstad wonen, is een dergelijke vergunning niet onbekend. En zeker in de grotere steden kunnen de jaarlijkse kosten hiervan flink oplopen. Registratie. Voorwaarde is wel dat de vergunning geregistreerd staat op het kenteken van de auto van de zaak. Let hierop bij het aanvragen! Heeft de werknemer namelijk een parkeervergunning op zijn naam staan die ook door andere auto’s kan worden benut, dan is een vergoeding of ver-
strekking hiervan wel weer belast. Tip. Uiteraard is het altijd mogelijk om een dergelijke vergoeding onder te brengen in de fiscale vrije ruimte (deze is maximaal 1,5 % van het totale fiscale loon). Hierdoor kan deze, mits er voldoende ruimte is, alsnog onbelast worden genoten.
Stallingsvergoeding De WKR biedt nog een tweede mogelijkheid. De werkgever (uw BV) kan een belastingvrije vergoeding geven voor het stallen van de auto van de zaak in de garage van de werknemer bij diens woning. Voorwaarde is wel dat er sprake is van een reële zakelijke verhuursituatie. Dit is het geval wanneer de garage uitsluitend wordt gebruikt voor de auto van de zaak (BV). Let op. Als de garage slechts gedeeltelijk wordt gebruikt voor de auto van de zaak (er staan nog fietsen en wat rommel in) dan is een belastingvrije vergoeding niet mogelijk. Een stallingsvergoeding wordt dan weer als belast loon aangemerkt. Beter vrije ruimte benutten. En hier wringt nu net in de praktijk de schoen. Voor de meeste DGA’s zal de garage toch ook een plaats blijven waar privéspullen worden gestald. Het is zodoende veelal zinvoller te kijken naar de forfaitaire vrije ruimte. Wanneer deze nog niet volledig is benut, kan een stallingsvergoeding hierin worden opgenomen en onbelast worden verstrekt. Dit voorkomt veel praktische problemen. Wanneer de garage een zelfstandig deel van de woning is (eigen ingang, apart te verhuren), dan kunt u als DGA ook nog geconfronteerd worden met de terbeschikkingstellingsregeling. De stallingsvergoeding wordt dan wel progressief belast.
Het uitsluitend gebruiken van de garage bij de eigen woning zal praktisch veelal niet haalbaar, noch wenselijk zijn. Het is dan beter om een deel van de vrije ruimte (van max. 1,5% van het totale fiscale loon) te gebruiken om een stallingsvergoeding onbelast te verstrekken. 28.08.2013 - 2
Actuele rechtspraak
■■
BELASTINGEN
Kansspelbelastingtarief 29%, wat nu? De kans op het winnen van een prijs (hoe klein die kans ook is) trekt klanten. Bij een prijs hoort echter ook het betalen van kansspelbelasting. Een grote elektronicazaak ging bij de rechter hierover onderuit. Hoe doet u dat beter? Kanspelbelastingtarief 29%! Als BV-ondernemer weet u dat uw klanten wel van een gokje houden. Als u dan ook nog de kansspelbelasting buiten de deur weet te houden, is het voor uw klanten (en dus ook voor u!) helemaal bingo!
Daar was de elektronicazaak het niet mee eens, omdat er in haar ogen geen sprake was van een kansspel, maar van een behendigheidsspel.
De kans op het winnen van een prijs (hoe klein die kans ook is) trekt klanten. Kansspelbelastingtarief? Maar liefst 29% van de brutoprijs, ongeacht de inleg, behalve als de inleg hoger is dan de prijs. Om klanten te lokken, zal er echter vaak geen sprake zijn van een inleg zodat u als organisator van het kansspel 29% van de prijs moet inhouden en de winnaar slechts de resterende 71% ontvangt. Kan dat niet voordeliger?
Hof Amsterdam. Of er sprake is van een kans-, dan wel van een behendigheidsspel is volgens de Hoge Raad afhankelijk van hoe de deelnemers ‘in het algemeen’ het spel spelen. Als de meerderheid van de deelnemers gewoon een gokje waagt, is en blijft er sprake van een kansspel. Het resultaat van de meerderheid van de spelers is dus doorslaggevend. Dat was in dit geval geluk. Volgens de rechter (Hof Amsterdam, nr. 11/00974) was dat in deze zaak zowel voor fase 1 als voor fase 2 zo.
Wat is fiscaal een ‘kansspel’? Om te weten of het voordeliger kan, moet u eerst weten wat een ‘kansspel’ is. Bij een kansspel mag er geen invloed uitgeoefend kunnen worden op de uitkomst van het spel. Ook als de invloed miniem is doordat er een simpel opdrachtje moet worden gemaakt (bijv. een rebus), is er sprake van een kansspel.
Wat speelde bij een elektronicazaak? Een elektronicazaak verdeelde in het kader van een loyaliteitsprogramma voor vaste klanten mooie prijzen. Om een prijs te winnen moest je twee fasen door: eerst een soort van loterij (‘deel 1’) en daarna een ingewikkeld vervolgspel (‘deel 2’). Daar moest je vooral een beetje handig voor zijn, want dat vergrootte je kansen. Maar ook dan kon zelfs de domste olifant nog winnen. De actie was een groot succes, want tienduizenden deelnemers deden mee. De pret werd aanzienlijk beperkt toen de fiscus een aanslag kansspelbelasting oplegde van bijna vier ton.
Wat is nu beslist?
Hoe dan wel? Met deze uitspraak in de hand weet u hoe u het beter moet doen. Of u maakt uw actie zo ingewikkeld dat alleen de echte slimmeriken of handige jongens kunnen winnen. In sommige branches is dat misschien een goed idee. Daarmee is uw actie voor het grote publiek waarschijnlijk te hoog gegrepen. Of u maakt gebruik van de bestaande vrijstellingen in de kansspelbelasting. Prijs tot € 454,- vrij van kansspelbelasting. Zo zijn prijzen tot € 454,- vrij van kansspelbelasting, al gaat dit bedrag per 2015 omlaag naar € 250,-. Nog steeds een bedrag waarvoor het publiek wel in beweging te krijgen is! Voor eigen rekening? U kunt de belasting ook voor eigen rekening nemen, maar da’s duur. Zo’n ‘belastingvrije’ prijs kost u 100/71 van de nettoprijs waarmee de belasting uitkomt op 40,8% van de nettoprijs!
Wilt u niet aanlopen tegen 29% kanspelbelasting in moet houden op een door uw klant gewonnen prijs, maak dan gebruik van de bestaande vrijstellingen in de kansspelbelasting. Prijzen tot € 454,- zijn nu nog vrij van kansspelbelasting. (Weet alvast dat dit bedrag per 2015 omlaaggaat naar € 250,-.) 3 - 28.08.2013
Actuele BV-rechtspraak
■■
AANSPRAKELIJKHEIDSVERWEER
Vordering verjaard? Directeur niet aansprakelijk! Als een (failliete!) BV is veroordeeld voor een schade, kan dan de voormalig di recteur daarna nog aansprakelijk worden gesteld? Met welke termijn moet er dan rekening worden gehouden? Wat staat er in de wet en wat is er nu beslist? Contract niet nagekomen Schade. Jan heeft een agentuurovereenkomst gesloten met Piha BV. Piet is DGA van Piha BV. De contracten worden dan ook voor en namens Piha BV getekend door Piet, de enige directeur van deze vennootschap. In die functie is Piet volledig op de hoogte van het wel en wee van Piha BV. Enkele jaren na dato blijkt dat Piha BV over een geruime periode haar verplichtingen uit de agentuurovereenkomst tegenover Jan niet nakomt. Jan leidt daardoor miljoenen schade. Voor die schade stelt hij Piha BV aansprakelijk. Failliet. De totale gerechtelijke procedure duurt uiteindelijk meer dan 10 jaar. En Jan wordt in het gelijk gesteld! De rechter veroordeelt Piha BV tot betaling van een schadebedrag aan Jan van maar liefst € 4,6 miljoen! Een vervelende bijkomstigheid voor Jan is echter dat Piha BV inmiddels failliet is. Dus daar valt weinig meer te halen. Vordering verjaard? Daarom richt Jan zijn pijlen op Piet. Die heeft destijds namelijk voor en namens Piha BV de contracten getekend. Als directeur moet hij ervan op de hoogte zijn geweest dat de BV haar verplichtingen nooit zou kunnen nakomen. Ook heeft hij verzuimd om Jan daarvan tijdig op de hoogte te stellen. Daarom stelt Jan hem voor het volledige schadebedrag in privé aansprakelijk. Piet wijst echter iedere aansprakelijkheid resoluut van de hand, want de vordering van Jan is inmiddels ruimschoots verjaard. Wat zegt de wet? Volgens de wet verjaart een vordering tot vergoeding van een schade na verloop van vijf jaar. Die termijn van vijf jaar start vanaf de dag waarop de benadeelde (Jan) zowel met de schade als met de daarvoor aansprakelijke
persoon (Piet) bekend is geworden. Volgens Piet is Jan al meer dan 10 jaar geleden bekend geworden met de schade en met de daarvoor (mogelijk) verantwoordelijke persoon. Dat is ruimschoots langer geleden dan de verjaringstermijn van vijf jaar. Jan komt dus veel te laat met zijn claim!
Wachten op definitieve uitspraak Maar Jan bestrijdt dat. De rechter heeft pas kort geleden definitief uitspraak gedaan in zijn procedure tegen Piha BV. Vanaf dat moment bestond er voldoende zekerheid over het feit dat de schade is veroorzaakt door onrechtmatig handelen van Piet als directeur van Piha BV. En dat moment ligt ruim binnen de verjaringstermijn van vijf jaar.
Hoe oordeelt de rechter? Bekend. Helaas voor Jan ziet het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (JOR 2013/163) dat anders. Al 10 jaar geleden was Jan namelijk bekend met het feit dat hij schade zou leiden. Ook was toen voldoende aannemelijk dat deze schade werd veroorzaakt door foutief handelen van Piet. Het feit dat toen nog niet in rechte was vastgesteld dat Piha BV tekort was geschoten in de nakoming van haar verplichtingen, betekent niet dat Jan destijds niet bekend was met de schade toebrengende feiten en met het feit dat hij Piet daarvoor aansprakelijk kon stellen. Dat heeft hij destijds echter niet gedaan. En dat komt hem nu duur te staan! De rechter heeft namelijk beslist dat de vordering van Jan is verjaard. Voor het verhalen van zijn schade kan hij alleen bij de failliete Piha BV terecht en niet bij Piet privé. En van een kale kip is het moeilijk plukken!
Stel, als daarvoor voldoende aanwijzingen zijn, voor de voldoening van schade niet alleen de BV maar ook de directeur in privé aansprakelijk. Daardoor wordt de verjaringstermijn namelijk gestuit. Dan hoeft ook nog niet in rechte te zijn vastgesteld dat de BV tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen! 28.08.2013 - 4
In het nieuws
■■
AUTO
Weer een buitenlandse tolsticker erbij. Niet erg? De Duitse regeringspartij CSU wil ook een tolvignet gaan invoeren voor buitenlandse personenauto’s op de Duitse snelwegen. Hoe betaalt de Nederlandse fiscus (straks, maar ook nu al) mee aan uw gemaakte tolkosten? Hoelang nog tolvrij in Duitsland? Bild. In Bild am Sonntag liet CSU-voorzitter Horst Seehofer weten (waarbij de komende Bondsdagverkiezingen zeker niet uit het oog zijn verloren) geen handtekening te zullen zetten onder een regeerakkoord dat geen tolheffing voor buitenlanders bevat. Seehofer (en veel van zijn landgenoten) zijn niet blij met het feit dat ze in steeds meer buurlanden (Zwitserland, Frankrijk, Oostenrijk en Tsjechië) tol moeten betalen, terwijl al die buitenlanders tolvrij in Duitsland mogen rondrijden. Wat éxtra steekt, is dat die buitenlandse autowegen met Europees (en dus ook met Duits) geld zijn aangelegd. Op dit moment zijn de coalitiegenoten van de CSU, de CDU van Angela Merkel en de kleine FDP nog tegen de tolheffing, maar je weet nooit hoe een felle Bild-campagne uitpakt!
Wat kunt u fiscaal met de tolsticker? Stel dat het doorgaat en dat u een ‘Duits adelaars tolstickertje? op de autovoorruit (‘Windscheibe’) moet gaan plakken. Kunt u daar fiscaal gezien nog wat mee? Goed nieuws! Dat is zeker het geval. Dat geldt dus ook voor de reeds bestaande tol (zoals bijv. in Oostenrijk, Zwitserland, Frankrijk, Slovenië, enz. enz.). Meestal dan. Leest u verder! Zakelijk. Voor zakelijke auto’s zijn de kosten van een vignet gewoon aftrekbare kosten. Net zoals dat op dit moment met de al bestaande Duitse vrachtautobelasting (Lkw-Maut) het geval is. Leasewagens. De eigenaar van een leasewagen (uw BV) zal, als er sprake is van een eigen auto, ook de kosten van de sticker mogen aftrekken als deze de tolsticker koopt op de BV-naam. Doet de werknemer dat echter zelf, dan mag de BV als
werkgever (BV) deze kosten belastingvrij vergoeden.
Onbelast laten vergoeden Door uw BV. Als werkgever mag uw BV u als DGA (werknemer van uw BV) dus deze tolkosten belastingvrij vergoeden. Bij uw eigen BV verrekent u dit als DGA natuurlijk zelf in uw rekeningcourant. Voor uw BV zijn de kosten gewoon aftrekbaar van de winst voor de vennootschapsbelasting. Tip. Het tolbonnetje of de creditcardafschrijving gelden bijvoorbeeld als deugdelijk bewijs voor de fiscus.
Eigen auto Alleen degene die privé in zijn eigen auto rondrijdt, kan fiscaal niets met de kosten van het vignet. Dat geldt ook voor de automobilist die voor zijn werkgever de eigen auto gebruikt, en daarvoor een tolvignet nodig heeft. Alle kosten (en dus ook de vignetkosten) worden immers geacht te worden gedekt door de ‘ruimhartige’ belastingvrije vergoeding van € 0,19 per zakelijke kilometer. Boete. Ten slotte nog een tip die u veel geld kan besparen: in alle vignetlanden bent u verplicht om oude en dus ongeldige stickers te verwijderen. Op die manier kan de politie, de fiscus of de douane in één opslag zien of u wel over het juiste stickertje beschikt. Een controleur aan of bij de grens op weg van of naar uw vakantieadres, bijv. legt u, voordat u het in de gaten heeft, een stevige boete op (in Zwitserland bijv. van 200 Zwitserse Frank, in Slovenië van minimaal € 300,-). En nee, die kan aan u als DGA niet door uw BV belastingvrij vergoed worden.
Als werkgever mag uw BV u als DGA (werknemer van uw BV) deze tolkosten (en de brandstofkosten!) belastingvrij vergoeden. Bij uw eigen BV verrekent u dit als DGA natuurlijk zelf in uw rekening-courant. Voor uw BV zijn de kosten uiteraard gewoon aftrekbaar van de winst voor de vennootschapsbelasting. 5 - 28.08.2013
Snel adviezen zoeken ... uitprinten ... toepassen ... tipsenadvies-bv.nl
■■
EIGEN WONING
Hypotheekschuld deels aflossen en weer verhogen? Stel, u heeft uw hypotheek van vóór 1 januari 2013 gedeeltelijk afgelost. In 2013 gaat u verbouwen en u leent hiervoor weer een bedrag. Aan welke voorwaarden moet de nieuwe lening voldoen om volledige renteaftrek te kunnen genieten? Eigenwoningregeling vanaf 1 januari 2013 Tot 2013 (oude Hypotheek gekoppeld aan de eigen woning (eigenwoningschuld) Aflossing hypotheek Renteaftrek?
regels)
Vanaf 01.01.2013 (nieuwe
regels)
Geleend geld moet voor aankoop, bouw, verbou wing of onderhoud van de eigen woning worden Idem als onder ‘Tot 2013’ gebruikt Verplichte aflossing via annuïteiten Geen verplichte aflossing in maximaal 360 maanden (= 30 jaar) Gedurende maximaal 30 jaar, mits er Gedurende maximaal 30 jaar voldaan wordt aan de aflossingsverplichting
Vanaf 1 januari 2013 gelden er nieuwe regels voor de aftrek van hypotheekrente. In bovenstaand schema ziet u de oude en de nieuwe regels. Aflossing van hypotheek. (Gedeeltelijke) aflossing vermindert de hoogte van de hypotheek. Als u op een later moment weer voor dat (of een lager) bedrag een schuld wilt aangaan, gelden voor dit deel van de hypotheek de nieuwe regels. Dit is volgens de minister voor Wonen en Rijksdienst niet wenselijk. Er is nu een oplossing (Besluit 19 april 2013, nr. BLKB2013/503M). Met een voorbeeld leggen wij uit hoe deze oplossing voor u uitwerkt.
Voorbeeld Johan wil zijn woning verbouwen. Hij heeft in mei 2009 een hypotheek afgesloten voor € 200.000,-. Situatie 1: aflossing in 2012 en geldopname in 2013. Johan heeft in mei 2012 een bedrag van € 40.000,- op zijn hypotheek afgelost. Hij wil in september 2013 weer € 35.000,- opnemen voor de verbouwing. Hoe werkt dit voor hem uit? Johan leent € 35.000,-. De hypotheek wordt weer verhoogd tot € 195.000,-. Omdat de hypotheek vóór 1 januari 2013 is afgesloten, is de rente hierover tóch aftrekbaar en gelden de oude regels. De hypotheekvorm doet er niet toe. Het restant van € 5.000,- blijft als afgelost beschouwd.
Let op. Er gelden strenge voorwaarden als u gebruik wilt maken van deze oplossing. Deze zijn: • u moet uiterlijk in het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossing is gedaan, opnieuw een schuld aangaan in verband met de eigen woning. Ook bij herfinanciering (dit is het direct aflossen van de oorspronkelijke schuld met de nieuwe schuld) is daarvan sprake; • als de opnieuw aangegane schuld in verband met de eigen woning lager is dan het afgeloste bedrag, dan blijft het verschil aangemerkt als afgelost; • deze regeling werkt terug tot 1 januari 2013. Situatie 2: aflossing in 2011 en geldopname in 2013. Johan heeft nu niet in 2012, maar in mei 2011 al een bedrag van € 40.000,- op zijn hypotheek afgelost. Hoe werkt dit nu uit? De aflossing is te lang geleden. Johan voldoet niet aan de genoemde voorwaarden. De hypotheek moet voor het bedrag van € 35.000,- aan de nieuwe regels van 1 januari 2013 gaan voldoen. Let op. De fiscale renteaftrek voor dit deel van de lening loopt maar 312 maanden door. De lening liep immers al 4 jaar, ook al is een deel ervan afgelost. De lening mag wel in 360 maanden worden afgelost (brief van de staatssecretaris van Financiën van 31 mei 2013, nr. AFP2013/254U).
Heeft u afgelost op uw hypotheek en wilt u een nieuwe schuld aangaan voor de eigen woning? Als u uiterlijk in het volgende kalenderjaar een nieuwe lening aangaat, blijven de ‘oude’ regels voor renteaftrek intact. Tot ten hoogste het bedrag van het oorspronkelijk afgeloste deel. 28.08.2013 - 6
Actuele rechtspraak
■■
EIGEN WONING
Renteaftrek voor woning in aanbouw, wat nu? Als u geld leent voor een kant-en-klaar stulpje kunt u de betaalde hypotheekrente natuurlijk fiscaal in aftrek op uw inkomen brengen. Als dat stulpje nog gebouwd moet worden, hoe stelt u dan uw hypotheekrenteaftrek veilig? Wat is er beslist? Koop woonboerderij. In 2002 kocht iemand een woonboerderij met grond. Hiervoor leende hij een bedrag van € 760.000,-. Het jaar daarop bleek dat de boerderij moest worden gesloopt. De boerderijeigenaar ging niet bij de pakken neerzitten, en wilde elders op zijn perceel een nieuwbouwwoning laten neerzetten. In oktober 2006 vroeg hij een bouwvergunning ‘eerste fase’ aan, die in september 2007 werd verleend. In december 2007 vroeg hij een bouwvergunning ‘tweede fase’ aan, die in maart 2008 werd verleend. Feitelijke bouwactiviteiten. Pas in april 2008 begonnen de feitelijke bouwactiviteiten, waarbij men verwachtte dat de nieuwe woning eind 2009 betrokken zou kunnen worden. Maar vanaf wanneer bestond er nu recht op aftrek van hypotheekrente?
Wanneer renteaftrek? Een woning in aanbouw. De woonboerderij-eigenaar trok de rente in zijn aangifte al af vanaf het jaar 2007. “Nee”, zei de inspecteur, “dat zie je verkeerd.” Aftrek is pas mogelijk vanaf 2008, omdat er eerder geen sprake is van ‘een woning in aanbouw’. Pas vanaf 2008 beschikte u over de benodigde vergunningen en eerder werd er niet met de bouw gestart. Vóór dat startmoment was er daarom nog geen sprake van een woning in aanbouw en om die reden bestond er toen nog geen recht op hypotheekrenteaftrek. Partijen kwamen er niet uit en belandden bij de rechter.
Rechtbank en Hof den Haag Bij de Haagse rechtbank liep het nog goed af. Omdat aan het einde van het belastingjaar 2007 een bouwvergunning eerste fase was verleend en de aanvraag voor een bouwvergunning tweede fase al was ingediend vond de rechtbank dat men erop mocht vertrouwen dat de woning voor het einde van 2009 betrokken kon worden. Hof Den Haag heeft nu beslist. In hoger beroep (Hof Den Haag, BK-11/00862) kreeg de inspecteur gelijk. Wil er sprake kunnen zijn van een woning in aanbouw (dat is dus wat anders dan een woning waarin men al woont maar die verbouwd, gerenoveerd of uitgebreid wordt!), dan is het voor aftrek van hypotheekrente noodzakelijk dat er daadwerkelijk bouwwerkzaamheden worden uitgevoerd. Wat dus doen? Onder ‘bouwwerkzaamheden’ verstaat het Hof activiteiten die aangemerkt kunnen worden als het bouwrijp maken van de grond of de (ver)bouw, waardoor uiterlijk in het tweede daaropvolgende jaar - het ‘tweejaarsvereiste’ daadwerkelijk een eigen woning tot stand is gekomen. En daarvan was hier - althans in 2007 - nog geen sprake.
Moraal van dit renteaftrekverhaal Succesvol hypotheekrente aftrekken. Wilt u succesvol hypotheekrenteaftrek voor een te bouwen woning kunnen claimen, dan bent u er met een bouwvergunning alleen nog niet. De schop moet de grond in! Voor de jaren 2011 tot en met 2013 was het tweejaarsvereiste tijdelijk opgerekt tot een driejaarsvereiste. Maar nu zijn we weer ‘terug bij af’ (dus geldt weer het tweejaarsvereiste).
Wilt u succesvol hypotheekrenteaftrek voor een te bouwen woning kunnen claimen, dan bent u er met een bouwvergunning alleen niet. Zorg dus dat de schop de grond in gaat, waardoor u met succes kunt stellen dat de woning in aanbouw is en u dus per de bouwstart de hypotheekrente kunt aftrekken! 7 - 28.08.2013
Colofon Hoofdredacteur: mr. Paul J.H. Jehae Eindredacteur: mr. René van Doeselaar Aan dit nummer werkten mee: mr. Henk J.M. Bukkems notarieel jurist/estate planner Rechtspraktijk Henk Bukkems mr. Peter H.J. Furer FB belastingadviseur, docent belastingrecht en stafspecialist Fiscale Zaken Flynth Groep Ed Izeren FB belastingadviseur/voorzitter van het vaktechnisch fiscaal overleg, WEA Accountants & Adviseurs, Naaldwijk mr. drs. Martijn W.J. Jongmans advocaat Banning advocaten drs. Willem H. van Kasteren belastingadviseur John A. van de Merbel FB belastingadviseur FIXUS Accountants en Belastingadviseurs mr. Sylvester F.J.J. Schenk FB fiscaal jurist en docent belastingrecht, voorzitter Register Belastingadviseurs, Flynth Groep mr. drs. Wil J. Schuurmans Muijsson Notariskantoor
Uw volgende stap Modellen, voorbeelden, checklists, ... tipsenadvies-bv.nl/download Dit is een uitgave van:
Schootense Dreef 31 Postbus 794 5700 AT HELMOND Abonnementen: Tel.: 0492 - 59 31 31 Fax: 0492 - 59 31 00 E-mail:
[email protected] www.indicator.nl Uw adviesbrief online: tipsenadvies-bv.nl
■■
ERFRECHT
Hoezo erfenis beneficiair aanvaarden? Financiële plaatje overzien? Erfgenamen kunnen niet altijd volledig overzien hoe het financiële plaatje van de erflater eruitziet. Door de erfenis ‘beneficiair’ te aanvaarden, kan men dan als erfgenaam het zekere voor het onzekere nemen. Bij beneficiaire aanvaarding bent u namelijk slechts aansprakelijk voor de schulden die uit de nalatenschap kunnen worden betaald. Als er een tekort blijkt te zijn, hoeft u niet uit eigen vermogen bij te betalen. Wel bent u als erfgenaam verplicht om mee te werken aan de afwikkeling van de nalatenschap. Hoe werkt ‘beneficiair aanvaarden’ nu? Beneficiair aanvaarden van een nalatenschap kan alleen maar formeel: door het afleggen van een verklaring bij de griffie van de rechtbank. In de praktijk gebeurt dit meestal via een volmacht die wordt ondertekend bij een notaris. Als u de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard, is het vaak wettelijk verplicht om de nalatenschap volgens een bepaalde formele procedure af te wikkelen onder toezicht van de kantonrechter.
■■ Via beneficiaire aanvaarding van een erfenis bouwt u een veiligheidsklep in. U bent dan slechts aansprakelijk voor de schulden die uit de nalatenschap kunnen worden betaald.
■■
AANDELEN
Schenking van BV-aandelen Belasting? Wanneer u de aanmerkelijk belangaandelen van uw BV schenkt, moet u in beginsel ook 25% inkomstenbelasting betalen over het verschil tussen de waarde in het economisch verkeer van die aandelen op het moment van schenking en de verkrijgingsprijs van die aandelen. Tip. U kunt gebruikmaken van een speciale regeling in de inkomstenbelasting. De verschuldigde inkomstenbelasting hoeft niet te worden afgerekend, maar de claim mag naar de verkrijger van de aandelen worden doorgeschoven. Doorschuiven belastingclaim. Het doorschuiven van de inkomstenbelastingclaim kan alleen als de BV waarin de aandelen worden verkregen, een ‘materiële onderneming’ drijft (dus als er echte ondernemingsactiviteiten worden verricht in plaats van beleggingsactiviteiten). Ook moet de verkrijger al drie jaar voor de schenking van de aandelen bij de desbetreffende BV in dienstbetrekking zijn of al drie jaar statutair bestuurder van de BV zijn.
■■ U kunt gebruikmaken van een speciale regeling bij schenking van AB® is een wettelijk geregistreerd merk.
aandelen. De verschuldigde inkomstenbelasting hoeft niet te worden afgerekend, maar de claim mag naar de verkrijger worden doorgeschoven.
Niets uit deze uitgave mag in enige vorm of op enige wijze worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Deze adviesbrief is zo zorgvuldig mogelijk samengesteld. De auteurs, de redactie en de uitgever aanvaarden echter geen aansprakelijkheid voor onjuiste of onvolledige informatie.