De Gierzwaluw V O G E LW E R K G R O E P
A M S T E R D A M
• Vogels van het Diemerpark • Tellingen op Simonszand • Rotszwaluwen op IJburg
NR 4
M A A R T
2 0 0 7
J A A R G A N G
4 4
De Gierzwaluw V O G E LW E R K G R O E P
A M S T E R D A M
Inhoud Activiteiten Jip Louwe Kooijmans & Edial Dekker 4 Amsterdamse Stadsvogeldag Hanna Hirsch 6 Tel mee! Frank van Groen 7 Broedvogelinventarisaties in 2006 Jip Louwe Kooijmans 8 Pelagische tocht Golf van Biskaje Frank van Groen 14 Diemerpark: de oude parel in een nieuw jasje Merijn van Leeuwen 21 Simonszand Vasco van der Boon 28 Rotszwaluwen op IJburg Rob Baars 31 Ledenmutaties 35 Colofon 35
foto omslag: Ruigpootbuizerd, Schiphol, 25 november 2006, Ronald van Dijk
L
ocatie lezingen en bijeenkomsten: IVN gebouw Het Paviljoen, Amstelpark. Vijf minuten lopen vanaf de hoofdingang (Europaboulevard t.o. A.J. Ernststraat, parkeerplaats aanwezig); volg de bordjes “IVN Giropaviljoen”: 50m. na de hoofdingang bij bord naar rechts, na 100m. bij bord weer naar rechts, na 20m. naar links, dan is het na 50 m. aan de linkerkant. Openbaar vervoer: station RAI (trein, sneltram 50/51, tram 4) of bus 62 vanaf Amstelstation of Station Lelylaan. Tijd: 20.00u-22.00u; zaal open 19.30u. Toegankelijk voor leden en niet-leden. Vrijwillige bijdrage: 1 euro, incl. koffie of thee. Meer informatie: Edial Dekker, 020-6933140,
[email protected]. Voor de excursies van de VWGA geldt: Vertrek om 8 uur precies, tenzij anders vermeld. Zorg zelf voor eten, drinken, verrekijker en eventueel warme en/of regenkleding. Alleen toegankelijk voor leden van de Vogelwerkgroep. Meld je tijdig aan bij de desbetreffende excursieleider, met name bij auto-excursies. Verzamelpunten: Molen De Gooijer hoek Funenkade-Zeeburgerkade. Café Oostoever Oostoever 1, op het terras (NO-punt Sloterplas naast rotonde aan einde Jan Evertsenlaan). Zorgvlied toegangshek begraafplaats Amsteldijk. Stadionplein parkeerplaats tussen de twee FEBO’s.
Vr 30 maart: Algemene Ledenvergadering VWGA, Het Paviljoen In tegenstelling tot eerder gemelde datum van 23 maart is de ALV op vrijdagavond 30 maart. Zie uitnodiging. Tijd: 20.00 uur.
Zo 1 april: Holterberg auto-/wandelexcursie De Nederlandse Korhoenders leven op de Holterberg. De beste tijd om de vogels te observeren is als zij zich ‘s ochtends vroeg verzamelen op de baltsplaats. De ervaring leert dat het animo voor deze activiteit zeer groot is, dus wees op tijd met aanmelden. Excursieleider: Jip Louwe Kooijmans, 020-4223938,
[email protected] Verzamelen: Stadionplein Let op: vertrektijd: 04.00 uur Zo 22 april: Ouderkerkerplas en omgeving ochtend-fietsexcursie Het Landje van Geijsel in de Holendrechter en Bullewijkerpolder is in april de ‘birding hotspot’ van Amsterdam. Allerhande zomergasten en doortrekkende steltlopers houden zich voor langere of kortere tijd op in dit kleine eldorado. Op de Oudekerkerplas verblijven nog de laatste overwinterende eenden en zijn de oeverzwaluwen terug bij de nestwand. Laat je verrassen door de lente. Excursieleider: Rutger Rotscheid, 020-6004312,
[email protected] Verzamelen: Zorgvlied
4
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
Za 12 mei: Big Day VWGA In 2007 wordt voor de vijfde keer een Big Day georganiseerd in het werkgebied van de VWGA. Teams van minimaal twee en maximaal vier personen proberen binnen één etmaal zoveel mogelijk soorten vogels te zien binnen een van tevoren afgesproken gebied, per fiets, auto, boot of te voet. Welk team bezit er over voldoende vogelkennis en doorzettingsvermogen en Vogeltellingen op Simonszand, zie p. 28 overtreft het record van 126 soorten van vorig jaar? Een indrukwekkende score, die echter nog aangescherpt kan worden, zeker als je bedenkt dat algemene soorten als Boomklever, Matkop, Canadese Gans en Waterral ontbraken. Teams kunnen zich opgeven bij: Jip Louwe Kooijmans, 020-4223938,
[email protected]. Begin mei ontvangen alle deelnemers een kaart van het werkgebied van de VWGA, een checklist van Amsterdam en het reglement van de Big Day. FOTO: MARTIJN DE JONGE
Activiteiten
Za 2 juni: Leusderheide avond-wandelexcursie In het kader van het Jaar van de Nachtzwaluw gaan we op deze (bijna) midzomeravond wandelen op de hei. Naast deze mysterieuze Rode Lijstsoort zien of horen we misschien ook uilen, Houtsnip en ander nachtactief gespuis. Denk aan een zaklampje en muggenolie. Maximaal 16 deelnemers. Excursieleider: Ellen de Bruin, 0294-257650,
[email protected] Verzamelen: Stadionplein Let op: vertrektijd: 19.00 uur (zonsondergang ca. 22 uur); tot ca. 23 uur
Zo 18 juni: Diemerpark ochtend-fietsexcursie Het Diemerpark is een van de meest vogelrijke parken van Amsterdam. Een ochtend genieten… Excursieleider: Jip Louwe Kooijmans, 020-4223938,
[email protected] Verzamelen: Molen de Gooijer Zo 9 september: Amsterdamse Stadsvogeldag Beatrixpark Zie aankondiging elders in dit blad.
Vr 14 t/m Zo 16 September: Simonszand & Lauwersmeer weekendtrip We varen met een boot, waarop we tweemaal overnachten, naar een van de meest afgelegen plekken van Nederland: het onbewoonde waddeneiland Simonszand, alwaar we op zaterdag een wadvogeltelling doen. Volgende dag excursie Lauwersmeer. Zie voor meer informatie het artikel elders in deze Gierzwaluw. Maximaal 20 deelnemers. Excursieleider: Vasco van der Boon,
[email protected], voor nood: 06-54371978 Opgeven: bij Vasco uiterlijk 12 september Verzamelen: 14 september 23.00 uur haven van Noordpolderzijl Kosten: plm. € 17,50 p.p. (incl. avondeten op zaterdag, excl. reis van en naar Noordpolderzijl) Meenemen: zie artikel
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
5
Amsterdamse Stadsvogeldag Hanna Hirsch
9 september 2007 Beatrixpark
Tel mee! Frank van Groen
D
e Vogelwerkgroep Amsterdam organiseert op zondag 9 september een vogelfestival. We hopen op deze dag veel mensen enthousiast te maken voor het kijken naar vogels en hun kennis te vergroten. Ook vogel- en natuurbescherming zijn belangrijke thema’s op deze dag. Als locatie voor de eerste Amsterdamse Stadsvogeldag hebben we voor het Beatrixpark gekozen. Het is een mooi park en gemakkelijk bereikbaar. De variatie aan vogels is de laatste jaren behoorlijk groot gebleken, (zie de vogelrubriek op de website www.vriendenbeatrixpark.nl). Maar het bestaan van dit kleine stukje stadse groen met een grote achterban, een vereniging van 1100 leden, staat onder enorme druk door de grootse plannen van de Zuidas. Interesse in vogels en bescherming van het park hebben elkaar dan ook hard nodig. De Vereniging Vrienden van het Beatrixpark reageerde direct positief op ons voorstel om de Stadsvogeldag daar te organiseren.
Om deze dag tot een succes te maken, hebben we uiteraard veel mensen nodig die een taak of taakje op zich willen nemen, hetzij in de voorbereiding, hetzij op de dag zelf. Een topvogelaar hoef je niet te zijn om iets te doen, enthousiasme overbrengen is het belangrijkste! • Heb je zin om met een paar mensen door het park te lopen, ze het verschil te leren tussen eenKoolmees en een Pimpelmees en ze te vertellen over de Halsbandparkieten? • Of kom je liever de boel in de gaten houden met een vuilprikker in je hand? • Ben je goed in het verzinnen van een speurtocht voor kinderen? • Ga je een fietsexcursie leiden naar de Middelpolder of het Amsterdamse Bos? • Maak je mooie vogeltekeningen en wil je die verkopen? • Of… September lijkt nog ver, maar voor de organisatie van zoiets groots is een half jaar natuurlijk niet veel. Meld je daarom snel aan bij ondergetekende!
Overig verenigingsnieuws De Algemene Ledenvergadering is verplaatst van 23 maart naar vrijdag 30 maart, aanvang 20.00 uur in Het Paviljoen, Amstelpark. De agenda en het jaarverslag worden meegestuurd met deze Gierzwaluw of zijn al per post/e-mail verstuurd. De cursus Vogels herkennen vindt plaats in het najaar, na de Amsterdamse Stadsvogeldag. De oude ijsbaan in Amsterdam-Noord zal als een natuurlijk natuurgebied worden ingericht met een wisselend waterpeil en een uitzichtpunt voor vogelaars. Hanna Hirsch,
[email protected], 020-6462240
FOTO: RICARDO VAN DIJK
Op deze dag willen we een markt organiseren met kramen van landelijke, regionale en plaatselijke verenigingen op het gebied van vogels, andere dieren, bescherming, natuur en milieu, en kunst. Van hieruit maken we fietsexcursies in het Beatrixpark, naar de Middelpolder en naar het Amsterdamse Bos. Er komen lezingen over stadsvogels en vogels in de stad, films over stadsvogels en we vertonen de reportage van AT5 over onze actie op de Kinseldam. En er is een uitgebreid kinderprogramma.
Mannetje Huismus, Nigtevecht, 28 januari 2007
O
p de informatieavond over inventarisaties dd. 20 februari jl. passeerden verschillende gebieden, waar dit voorjaar broedvogels geïnventariseerd gaan worden, de revue. Het bleek dat hier en daar nog hulp gewenst is en dat er gebieden in de regio zijn, waar ooit is geïnventariseerd maar die nu vacant zijn. Hieronder een overzicht. Vacant: Beatrixpark, Vondelpark, Erasmuspark, Noordkant Amsterdamse Bos, boezemgebied Halfweg, Gaasperplaspark. Hulp nodig: enkele bezoeken Oosterpark, Diemerpark, begraafplaats Diemen. Het broedseizoen begint al weer, dus wie zich geroepen voelt een gebied voor zijn of haar rekening te nemen, kan al snel aan de slag. Indien je interesse hebt in een gebied, verwijs ik je graag door of help ik je op weg. Ook voor het Atlasproject Noord-Holland zijn nog enkele kilometerhokken in de regio Amsterdam uit te geven. Hiervoor kan je contact opnemen met Jan van der Ben:
[email protected]. Daarnaast start SOVON een nieuw project voor broedvogels in stedelijk gebied: Meetnet Urbane Soorten, kortweg MUS genoemd. Slechts drie tellingen per seizoen zijn voldoende. Raadpleeg voor meer informatie www.sovon.nl. Frank van Groen,
[email protected]
6
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
7
Broedvogelinventarisaties in 2006 Jip Louwe Kooijmans
I
Zoals te lezen staat in het overzicht zijn Merel (283 territoria), Winterkoning (200), Houtduif (177) en Wilde Eend (184-185) de meest algemene soorten in Minder boomkleverbroedparen in 2006 de onderzochte gebieden. Er zijn, net als in voorgaande jaren, negen soorten die in alle plots voorkomen als broedvogel: Wilde Eend, Meerkoet, Houtduif, Merel, Heggenmus, Pimpelmees, Koolmees, Zwarte Kraai en Ekster. Hoewel de tellingen slechts een deel van de stad bestrijken, kunnen we uit deze twee opsommingen opmaken dat Merel en Houtduif nog steeds de meest algemene broedvogelsoorten zijn in Amsterdam. Wanneer in het overzicht een soort met slechts één territorium vermeld staat, betekent dit niet automatisch dat de soort in Amsterdam een zeldzaamheid is; in de onderzochte gebieden is in dat geval slechts één territorium vastgesteld. In de tabel staan Wilde Eend, Grauwe Gans en de gedomesticeerde vormen ‘Soepeend’ en ‘Soepgans’ als aparte soorten vermeld.
Stedelijk gebied De Huismus broedde in alle geïnventariseerde stadsplots, maar de landelijke achteruitgang van de Huismus is ook zichtbaar in Amsterdam. In 2006 broedde de Huismus in niet één van de onderzochte parken. In 2005 waren er nog territoria in de Hortus, Frankendael en het Oosterpark. Naast Huismus en de acht soorten die in alle gebieden voorkomen, zijn er nog twee soorten die in alle geïnventariseerde stedelijke gebieden zijn vastgesteld: Fuut en Stadsduif. Beide soorten zijn nog steeds heel algemeen in de bebouwde kom van Amsterdam. De Zwarte Roodstaart deed het in de stadsplots dit jaar minder goed dan in voorgaande jaren. Er waren geen territoria in de onderzochte gebieden. De Staartmees had een territorium in de Polderwegbuurt en voor het eerst in de Czaar Peterbuurt. De enige huiszwaluwkolonie binnen de bebouwde kom van Amsterdam bevindt zich nog steeds aan de Verbindingsdam in het Oostelijk Havengebied. Met 32 paar was de kolonie even groot als in 2005. Het aantal Gierzwaluwen in de Czaar Peterbuurt verdubbelde van twee naar vier paar. Twee broedplaatsen die een aantal jaren in onmin waren geraakt werden weer in gebruik genomen. In tegenstelling tot vorig jaar werden geen territoria van Kleine Mantelmeeuw ontdekt in de onderzochte gebieden.
8
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
FOTO: Kees jonker
n 2006 werden in Amsterdam verschillende gebieden geïnventariseerd op broedvogels. De resultaten van een aantal van deze inventarisaties zijn opgenomen in onderstaand overzicht. De tabel is een aardige steekproef van het huidige broedvogelbestand in onze stad. De plots werden geteld volgens de SOVON-methode van het BMP-A (Broedvogel Monitoring Project Alle soorten).
Parken In de onderzochte stadsparken viel de Boomklever in aantal terug na de opleving in vorige jaren. Er waren geen territoria in het Oosterpark en Frankendael, waar dat in voorgaande jaren wel het geval was. Ook de Sperwer scoort opvallend laag. In tegenstelling tot voorgaande jaren waren er in 2006 geen territoria in het Flevopark en het Oosterpark. In de stad broeden doorgaans weinig uilen, maar in 2006 werd zelfs in het Flevopark en op Westgaarde geen ransuilterritorium ontdekt. De Vink doet het daarentegen bijzonder goed en wordt voor het eerst als broedvogel gemeld in álle onderzochte stadsparken. Er waren maar liefst twee territoria in het kleine Wertheimpark. Ook buiten de onderzochte gebieden deed de Vink het goed in de bebouwde kom van Amsterdam. Er waren territoria van Vink waar ze in andere jaren niet gemeld werden, zoals op het Weteringcircuit en langs het Christoffel Plantijnpad. En er was een territorium in het BMP-plot rond de Polderweg. Zeer opvallend was een territorium van Tafeleend in het Rembrandtpark. De Appelvink op Westgaarde was in 2006 waarschijnlijk het enige broedgeval in Amsterdam. De soort broedt hier nu al twee jaar. In Frankendael broedde een paar Ooievaars voor het vierde jaar in successie. De waarneming van een Groene Specht in het Oosterpark is de eerste sinds een waarneming van Aart Swart in de jaren ‘50 van de 20e eeuw. Het betreft hier een waarneming van een roepende vogel binnen de datumgrenzen. Volgens de gehanteerde methode wijst dat op een territorium. Er zijn achttien soorten die in alle geïnventariseerde parken broeden. Naast Vink en de negen eerder genoemde soorten zijn dat Holenduif, Grote Bonte Specht, Winterkoning, Roodborst, Zanglijster, Zwartkop, Tjiftjaf en Boomkruiper. Landelijk gebied In de Lutkemeerpolder was voor het eerst geen territorium van Gele Kwikstaart, maar het gebied herbergt met Patrijs, Tureluur, Veldleeuwerik, Boerenzwaluw, Spotvogel, Huismus, Ringmus en Kneu nog altijd een indrukwekkend aantal Rode Lijstsoorten als broedvogel. Sommige van deze soorten broeden hier al jaren en zijn abusievelijk niet opgenomen in het vorig jaar verschenen boekje “Vogelen in Amsterdam”. De rode lijst is ook goed vertegenwoordigd in het Diemerpark met zes tot negen soorten, waaronder Roerdomp.
Slot De meeste gebieden die in het overzicht zijn opgenomen zullen dit jaar weer geïnventariseerd worden. Hopelijk is dit een stimulans voor anderen om ook een eigen gebied in de stad te gaan inventariseren. Wie de BMP-methode nog niet beheerst kan een seizoen met een ervaren teller meelopen om het in de jaren daarna zelf te proberen. De volgende personen verzamelden de broedvogelgegevens, waarbij de afkortingen verwijzen naar die in de tabel: Auke Jansen (AJ), Ben Daemen (BD), Frank van Groen (FvG), Fransje Haakman (FH), Hester Schoute (HS), Jan van Blanken (JvB), Jan Timmer (JT), Jip Louwe Kooijmans (JLK), Manuel Segond (MS), Martijn Voorvelt (MV), Merijn van Leeuwen (MvL), Teun van Dijk (TvD), Wendy Bach Kolling (WBK) en alle cursisten van de BMP-cursus (curs).
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
9
10
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
11
12
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
13
Pelagische tocht Golf van Biskaje
kenmerken van de walvissen bestudeerd die in het gebied voorkomen. Ook werden enkele vogels gespot, waaronder een Ooievaar en een Boomvalk.
Een vierdaagse auto-/bootexcursie Frank van Groen
Heenreis Na inscheping om 2 uur ‘s
Het programma zag er als volgt uit; 1 september: vertrek vanuit Amsterdam Amstel om 08:30 uur richting Calais, boot Calais - Dover, van Calais naar Portsmouth met de auto, ‘s avonds om 21:15 vertrek veerboot richting Bilbao. 2 september: hele dag op zee, overnachting op de boot. 3 september: 8:00 aankomst Bilbao, rondwandeling van ongeveer 4 à 5 uur rond Bilbao, 13:15 vertrek van Bilbao richting Portsmouth, overnachting op de boot. 4 september: 17:15 aankomst in Portsmouth, vertrek richting Amsterdam, 01:00 aankomst in Amsterdam. De wervende tekst deed me alvast verlangen naar de dag van vertrek. “Er zijn maar weinig plekken op aarde waar de oceaan zoveel van zijn juweeltjes aan ons prijsgeeft als in de Golf van Biskaje. We hebben op onze tocht kans op maar liefst zes soorten pijlstormvogels (waaronder Grote, Kuhls en zelfs Kleine), verschillende soorten stormvogeltjes en jagers, en landvogels die op de boot komen uitrusten. Misschien nog indrukwekkender zijn de zeezoogdieren: in het diepe gedeelte worden Gewone Vinvis en meer dan honderd Gewone en Gestreepte Dolfijnen gezien. Daartussen zoeken we naar Grienden, Tuimelaars en zeldzame soorten als de Cuvier’s Spitssnuitdolfijn, Gramper of zelfs een Blauwe Vinvis. Ook Maanvissen, tonijnen en haaien worden regelmatig vanaf de boot gezien.” We vertrokken op 1 september 2006 om half negen ‘s ochtends van het Amstelstation met vier auto’s. De reis verliep voorspoedig. Al gauw bereikten we Calais. Onderweg werden in diverse determinatiewerken alvast de
14
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
middags op de boot naar Dover zagen we aan dek de eerste zeevogels. Uiteraard waren veel meeuwen en Aalscholvers aanwezig in de haven van Calais. Oplettende waarnemers zagen ook een Drieteenmeeuw en enkele Dwergmeeuwen. Op zee vlogen prachtig twee Grote Jagers een tijdje met ons mee. Ook enkele Jan-van-genten en Noordse Stormvogels lieten zich mooi zien. Om half vier reden we de boot af het drukke linkse verkeer van Zuid-Engeland in. Even voor Portsmouth stonden we zelfs in een kleine file. Onderweg maar weinig vogels in het heuvelachtige landschap. Vooral Houtduiven vlogen overal rond. Ruim op tijd waren we op de juiste plek in de haven van Portsmouth. De auto’s werden in een parkeergarage bij de boot gezet. Er was nog tijd genoeg om in de buurt een hapje te eten. De groep verdeelde zich over diverse restaurants waaronder een ‘paki’ en een ‘fish and chips’. Kaart met waarnemingsperioden in Het Kanaal en in de Golf van Biskaje Eenmaal terug in de haven regelden Bart en Merijn als twee echte reisleiders de kaartjes. Alles klopte precies. Al snel had iedereen zijn hut gevonden en na een verkenningsrondje over de boot dronken we met zijn allen wat in één van de bars. Ondertussen begon de Pride of Bilbao om 10 uur ‘s avonds zijn dertig-urige reis naar Bilbao vanuit een inmiddels donker Portsmouth. Na een kort bezoek aan de nachtclub ging iedereen toch redelijk op tijd naar de hut om de volgende dag fris over zee te kunnen turen. ILLUSTRATIE: FRANK VAN GROEN
FOTO: MARK VAN VEEN
E
ind 2005 verscheen een bericht in De Gierzwaluw over een gerucht dat de veerboot van Portsmouth naar Bilbao in 2006 voor het laatst zou varen. Bart de Knegt en Merijn van Leeuwen boden aan begin september een reis te organiseren met deze “Pride of Bilbao”. De boot is enorm groot, ligt stabiel in het water en vanaf het dek is het goed zeevogels en walvissen spotten in de Golf van Biskaje en in Het Kanaal. Deelnemers pelagische tocht, op de foto van links naar rechts, van boven naar beneden: Mark van Veen, Willem van der Waal, Emile de Leeuw, Janna Aangezien ik van meerdere Selier, Martijn Voorvelt, Guus van Duin, Merijn van Leeuwen, Marianne Rense, mensen enthousiaste verhalen Martijn de Jonge, Jeroen Steenbergen, Frank van Groen, Bart de Knegt, Moon over deze trip gehoord had, Rijven en Auke Jansen. besloot ik mee te gaan. In het voorjaar regelde Bart de kaartjes van de veerboot naar Bilbao en die van Calais naar Dover. Er bleken 14 deelnemers te zijn, voornamelijk Amsterdamse Vogelwerkgroepleden, maar ook enkele Utrechters. Per e-mail kregen we de laatste instructies.
De boot en de tellingen De Pride of Bilbao is een joekel van een veerboot, een soort flatgebouw op zee. Dat heeft als voordeel dat je ook met enige wind redelijk stabiel staat en met een telescoop op statief over zee kan kijken. De beste plek is het helikopterdek boven op de boot. Hier heb je vrij uitzicht en kan je makkelijk van stuurboord naar bakboord lopen. Aan de voorzijde van de boot bevindt zich de brug. Hier kan je niet overheen kijken. In de praktijk kun je het beste schuin naar voren kijken om zo een ontdekte vogel of walvis zo lang mogelijk te kunnen volgen. De boot vaart immers gestaag in een rechte lijn door (ongeveer 30 km per uur). Een groepje extra betalende waarnemers mag met het bedrijf “Company of Whales” op de brug staan en heeft zo een nog beter uitzicht omdat ze direct voor de boot kunnen kijken. Het komt regelmatig voor dat walvissen onderduiken bij nadering van de boot. Je kan ze dan met enig geluk soms nog zien spuiten als ze achter de boot zijn bovengekomen. Enkele deelnemers aan de reis zoals Martijn de Jonge en Mark van Veen maakten mooie foto’s van de walvissen en de vogels. Voor hen was een positie op één van de zijdekken beter: minder hoog en dus dichter bij de zee en de voorbij zwemmende walvissen.
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
15
Op de boot zijn ook enkele officiële walvistellers actief. Deze wildlife managers waarschuwen via de intercom als er iets spectaculairs te zien is op niet al te grote afstand van de boot zodat iedereen die dat wil kan meegenieten. Dat gaat zo: “Hello everybody, here is your wildlife manager speaking…”. Tijdens onze reis waren we niet de enige wildlife spotters. Ik schat dat er zo’n 200 mensen met kijkers en telescopen op de boot rondliepen naast honderden ‘gewone’ toeristen. Vooral de Belgen waren goed vertegenwoordigd onder de wildlife spotters. Aangezien ik graag aantallen bijhoud, heb ik op deze trip per uur opgeschreven wat ik zoal zag. Als groep zagen we uiteraard meer. In je eentje kan je kan namelijk maar een beperkt stuk zee in de gaten houden en maar aan één kant van de boot tegelijk kijken. Natuurlijk hadden we veel voordeel van het grote aantal tellers. Vooral op zondagmiddag 3 september kwam het regelmatig voor dat mensen van de ene kant van de boot naar de andere renden om spectaculaire walvissen of vogels te zien. Uiteraard heeft iedereen wel wat gemist. Mijn grootste misser waren een paar Kleine Pijlstormvogels die helaas slechts één keer te zien waren. In de twee tabellen staan de aantallen en totalen van resp. Het Kanaal en de Golf van Biskaje. Op de kaart is te zien waar we op welk tijdstip voeren en in welke richting. Op de heenreis (2-9) heb ik op twee trajecten geteld, van 6 tot 11 uur op het westelijk deel van het Kanaal en van half vier tot half acht op het noordelijk deel van de Golf van Biskaje. Op de terugweg (3-9) werd van 1 tot 8 uur ‘s middags geteld op het zuidelijk deel van de Golf van Biskaje en de volgende dag 4 september van 8 tot 5 uur op het Kanaal. Van elk van de vier trajecten staan de geturfde aantallen in de tabellen. Uit de tekst zal blijken dat ik het één en ander heb gemist. Op 2-9 werden bijvoorbeeld honderden Gewone Dolfijnen gezien terwijl ik maar tot een stuk of tachtig kom. Nu zijn dolfijnen ook erg moeilijk te tellen omdat ze in groepen snel door het water flitsen waarbij enkele groepsleden soms boven water uit springen. Van andere exemplaren is af en toe alleen een vinnetje te zien.
Pelagische tocht heen Na een nachtje slapen waren de verwachtingen hoog gespannen. Vol goede
De middag begon spectaculair toen vlak na elkaar twee groepjes adulte Vorkstaartmeeuwen laag over zee naar zuid vlogen in een miezerige motregen. Later op de middag werd het iets droger. Door de hoge golven spatte regelmatig een wolk schuim langs de wanden van de boot omhoog richting dekken zodat het geen overbodige luxe was je kijker af en toe schoon te poetsen. Ronduit spectaculair waren meerdere groepen Gewone Dolfijnen die zich gedurende de hele middag lieten zien. De officiële tellers kwamen uit op 350 dieren. Regelmatig sprongen enkele dolfijnen boven het water uit zodat het karakteristieke ‘vergrootglas’ op hun flanken goed was te zien. Jan-van-genten waren deze middag schaars. Aan het einde van de middag werd het nog leuker toen we de eerste blows van waarschijnlijk Gewone Vinvissen zagen. Ook werden de eerste Grote Pijlen gezien en wel vlakbij de boot. Dit was wat mij betreft toch wel een van de doelsoorten van deze trip en mijn tweede lifer van de dag. Deze bijzondere zeevogel broedt op vier kleine eilandjes in de zuidelijke Atlantische Oceaan. Op Tristan da Cunha broeden 5 miljoen paar, op Gough Island 600.000 tot 3 miljoen paar en kleine aantallen op de Falklands (Del Hoyo et al, 1992). In de nazomer komt een klein deel van de populatie in de Golf van Biskaje op de rijke voedselgronden af. Elders in het West-Palearctisch gebied is deze pijl uiterst schaars. Twee jaar geleden zagen Bart en Merijn op dezelfde boottocht slechts één Grote Pijl. Iedereen was dus heel blij deze soort met meerdere exemplaren van dichtbij zo mooi gezien te hebben. In het restaurant van de boot werd ‘s avonds lekker gegeten en nog wat nagepraat over deze bijzondere dag.
Bilbao De volgende ochtend was het stralend weer en niet koud, zoals je dat in Spanje verwacht. Terwijl het licht werd, voeren we de haven van Bilbao binnen. Op daken van loodsen in de haven zaten honderden Geelpootmeeuwen. Hun donkergele poten schitterenden in het morgenlicht. Bij een pier liep een Oeverloper rond. Deze ochtend hadden we een paar uur vrij aan wal. Een deel van de groep ging met een georganiseerde excursie mee naar het moderne Guggenheim museum. De andere helft van de groep bracht onder leiding van Bart de Knegt een bezoek aan de Serantes heuvel achter Bilbao. Na een kwartiertje lopen inclusief een steil klimmetje verlieten we de bebouwde kom. In het gevarieerde kleinschalige landschap dat bestond uit een mozaïek van kruidenrijke berghellingen, struweel en hier en daar wat bomen konden Kuhls Pijlstormvogel, Golf van Biskaje, we heel wat soorten bijschrijven. Er zaten 6 september 2006
FOTO: Martijn de jonge
FOTO: MARTIJN DE JONGE
moed ging ik met stoeltje op het helikopterdek zitten. Al snel hield ik het daar voor gezien vanwege de te harde wind. Als gevolg van deze harde wind had het de rest van die dag geen zin om het stoeltje en de telescoop te gebruiken. Meer beschut op één van de zijdekken keken we vol verwachting over zee. Af en toe werd een vogel gespot. Vooral Jan-van-genten lieten zich regelmatig zien. Het Stormvogeltje betekende voor mij een nieuwe soort, oftewel een lifer, altijd een speciaal moment. Een Grauwe Pijlstormvogel kwam mooi dicht bij de boot. Vooralsnog lieten zich geen walvissen zien.
In de loop van de ochtend werd het weer er niet beter op en het begon zelfs licht te regenen. Het bleef behoorlijk hard waaien (kracht 6-7). De wildlife manager verzorgde om half twaalf een presentatie over het spotten van walvissen op deze tocht. Deze lezing vond plaats in de bioscoopzaal die een groot passagiersschip als de Pride of Bilbao natuurlijk heeft. Uit de lezing kwam naar voren dat op veel plekken op aarde waar naar walvissen wordt gekeken ‘slechts’ twee of drie soorten voorkomen. Op de Golf van Biskaje worden met enige regelmaat van 16 soorten walvissen waarnemingen gedaan. In de zaal begon mijn buik toch wel erg te draaien. Ik was dan ook blij dat Marianne me een reistabletje aanbood. Na een uurtje op bed liggen in de hut ging het wel weer. ‘s Middags was het weer nog steeds slecht maar nu voeren we in het noordelijk deel van de Golf waar de kans op walvissen veel groter is dan in het relatief ondiepe Kanaal. Vooral op de grens van het continentale plat en de diepe oceaan is door opwelling veel voedsel aanwezig. Hier komen walvissen maar ook zeevogels als de Grote Pijlstormvogel op af.
Gestreepte Dolfijn, Golf van Biskaje, 6 september 2006
16
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
17
diverse Zuid-Europese specialiteiten bij die je in Nederland niet zo gauw te zien krijgt. Leuke soorten waren zes Vale Gieren, een Dwergarend die op de valreep door Martijn Voorvelt werd ontdekt, veel Roodborsttapuiten, twee Paapjes, vier Tapuiten, Gekraagde en Zwarte Roodstaarten, Grauwe en Bonte Vliegenvangers, meerdere Grauwe Klauwieren, Cetti’s Zangers, Kleine Zwartkoppen en enkele Graszangers, twee Orpheusspotvogels, een Vuurgoudhaan, een Nachtegaal, Europese Kanaries en een Ortolaan. Al met al een hele lijst. Ook een aantal vlinders werd, vooral dankzij Bart, op naam gebracht. De gespotte soorten waren: Geraniumblauwtje, Klein Tijgerblauwtje, Staartblauwtje, Oranje Luzernevlinder, Bruin Dikkopje, Oranjebont Zandoogje en de Zuidelijke/Gele Luzernevlinder. Meest bijzonder qua flora waren enkele tientallen bloeiende Herfstschroeforchissen op de Serantes heuvel. Terug in de stad hadden we nog tijd voor een café negro of een cortado in een authentiek, geheel niet toeristisch, achteraf barretje. De koffie smaakte naar meer en Emile trakteerde ons op lokale tapas. Zo genoten we van eendenmossels, dé culinaire specialiteit van het gebied.
Pelagische tocht terug Eenmaal terug op de boot was er nog wat tijd voor een zonnebad op het helikopterdek. De Dwergarend was zo vriendelijk om voor de museumgangers een ererondje over de boot te vliegen. Even later werd een Zwartkopmeeuw gespot. Om twaalf uur vertrok de boot en met de telescoop werden op de rotsen in de verte een paar Kuifaalscholvers ontdekt. Na een uurtje beloofde het bijzonder interessant te worden. Ten noorden van Bilbao liggen namelijk een paar diepzeekloven. Hier houden zich vaak walvissen op. Vooral spitssnuitdolfijnen worden er regelmatig gezien. De verwachtingen waren dan ook hoog gespannen. De rest van de dag verliep inderdaad erg spectaculair. Merijn had geregeld dat hij direct via een koptelefoontje bijzondere waarnemingen kreeg doorgeseind van de brug. Daar had onze hele groep uiteraard voordeel van. Na tweeën begon het spektakel met een paar fraaie Gewone Vinvissen. Zo gewoon zijn deze dieren niet,
18
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
het zijn na de Blauwe Vinvis immers de grootste dieren op aarde. Martijn de Jonge wist een mooie plaat van een van deze walvissen te schieten. De volgende soort op het programma was een groepje Grampers, ook wel Risso’s Dolfijnen genoemd. Dit zijn fraaie dolfijnachtigen met stompe koppen en lange gebogen rugvinnen. De mannetjes verwonden elkaar regelmatig en vertonen daardoor veel grijswitte krassen over hun lijf. Enkele jonge Grampers, nog donker van kleur, sprongen vlak bij de boot boven water uit zodat ook hun stompe koppen goed te zien waren. Wat mij betreft was dit een van de meest spectaculaire waarnemingen van de reis. Minder spectaculair maar wel erg leuk waren een paar Cuvier’s Spitssnuitdolfijnen die vrij ver van de boot ontdekt werden. De belichting werkte perfect mee zodat hun bruine kleur goed te zien was. Vanaf nu waren regelmatig groepjes dolfijnen te zien, waaronder ook Gestreepte Dolfijnen. Door enkele mensen werden ook enkele Tuimelaars herkend. Na vijven werden aan stuurboord twee Potvissen ontdekt. Deze walvissen doen aan ‘logging’. Dit houdt in dat ze als een boomstam in het water drijven. Eén van onze Potvissen (de dichtsbijzijnde) dook onder (‘shallow dive’) zodat zijn staart ook gedeeltelijk te zien was. Een heel eind verder kwam hij achter de boot weer boven. Regelmatig waren ‘blows’ te zien van vinvissen. De meeste blows waren waarschijnlijk afkomstig van Gewone Vinvissen. Door enkele mensen werd ook een erg grote en hoge blow gezien die volgens de wildlife manager mogelijk afkomstig was van een Blauwe Vinvis, het grootste dier dat ooit op aarde leefde. Deze soort wordt tegenwoordig elk jaar met enkele exemplaren in de Golf van Biskaje gespot. Aangezien de karakteristieke rugvin niet werd gezien, gaat deze waarneming de boeken in als waarschijnlijke Blauwe Vinvis. Aan het einde van de middag werden ook nog meerdere groepen Grienden gezien. Goed te zien waren de karakteristieke rugvinnen met brede basis. Soms was ook de stompe kop te zien als ze een stukje uit het water sprongen.
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
19
Behalve de walvissen waren deze middag ook bijzondere vogels te zien. Grappig was om tweemaal een Steenloper langs de boot te zien vliegen. De vogel heeft waarschijnlijk een stukje terug gelift met de naar het noorden varende boot, niet zo handig als je op weg bent naar het zuiden. Ornithologische hoogtepunten waren enkele Kuhls Pijlstormvogels en zelfs een paar Kleine Pijlstormvogels. Deze laatste soort werd helaas door maar enkele leden van ons gezelschap gezien. Aan het einde van de middag kwamen grote groepen Grote Pijlen in beeld. Eenmaal was zelfs een groep van zo’n 250 Grote Pijlen te zien die op het zeewateroppervlak aan het uitrusten waren. In het late avondlicht deden meerdere exemplaren hun best het ook de fotografen naar de zin te maken. Helaas werd het om acht uur donker want we zaten nu overduidelijk in een erg goed gebied. Na het eten in het zelfbedieningsrestaurant van de boot bleven we die avond wat langer dan gebruikelijk napraten in de bar, nog nagenietend van de vele walvissen en bijzondere vogels.
Diemerpark: de oude parel in een nieuw jasje
Het Kanaal De volgende ochtend werden we wakker in een grijs en mistig Kanaal. Er was dus tijd om eens rustig te ontbijten terwijl de mist langzaam optrok. Op enkele Jan-van-genten na werd er de eerste uren van de dag nauwelijks iets gezien. Na 10 uur werd het beter.
Vroeger De eerste berichten over het Diemerzeedijkgebied gaan terug tot de twaalfde eeuw. De dijk beschermde het achterland tegen de Zuiderzee. In de Gouden Eeuw stonden in het rietland De Batterij kanonnen ter bescherming van de Amsterdamse haven en voeren de galjoenen af en aan. Ondertussen ontstonden buitendijkse kwelders met kleine strandjes, waar mensen tot halverwege de twintigste eeuw even ontsnapten aan het leven in de grote stad.
Jan-van-genten waren het talrijkst. Leuk waren ook enkele Bruinvissen die langs de boot zwommen. Deze kleine dolfijn wordt de laatste jaren steeds vaker in Nederland gezien, maar voor onze trip was het een nieuwe walvisachtige. Volgens de wildlife manager waren er zelfs vier groepjes te zien. Krenten in de pap waren nog een langs vliegende Papegaaiduiker en een door Willem ontdekte Zeekoet die vlak langs de boot zwom. Bij vissersboten waren enkele malen kleine groepjes Stormvogeltjes te zien. Wat zijn dat toch een kleine vogels! ‘s Middags vloog een Boerenzwaluw even naast de boot. Behalve deze zwaluw werden verder geen zangvogels aan dek gezien. De omstandigheden voor trek waren op deze trip blijkbaar niet zo best. Op andere reizen van de Pride of Bilbao zijn diverse soorten zangvogels op de boot geland, en in principe kunnen de gekste vogels worden gezien. Zeer spectaculair is de foto met een Maskergent op de Pride of Bilbao die nog niet zo lang geleden is genomen (een nieuwe WP-soort?). Vissen werden maar weinig door ons gezien. Wel werden door een paar mensen een Maanvis en enkele Vliegende Vissen gespot. Met ruim een uur vertraging kwamen we om een uur of zes aan in de haven van Portsmouth. Vanaf de boot konden we de baai van Portsmouth goed bekijken. Hier en daar waren enkele slikplaten te zien. Grote delen van de baai zijn echter verpest door jachthavens en ligplaatsen van plezierboten. Op de valreep werd nog een Kleine Zilverreiger in de haven ontdekt.
Merijn van Leeuwen
S
inds een jaar of drie heeft Amsterdam er een park bij. Of liever, na een flinke ingreep krijgt de oude Diemerzeedijk weer de kans een beetje van zijn elan terug te winnen. Als beheerder van het nieuwe Diemerpark heb ik van dichtbij mee kunnen maken hoe de planten en dieren, na de jaren van werkzaamheden aan de gifsanering, langzaam weer uit hun schulp kropen en een grotendeels veranderd gebied opnieuw verkennen. Een oude parel in een nieuw jasje.
Vanaf 1950 werd het gebied gebruikt als stortplaats. Eerst alleen huisafval, maar al snel werden ook grote hoeveelheden industrieel afval aangevoerd en ontstond een van de grootste afval- en gifbelten van ons land. Toen in 1980 het gebied onder een groeiend milieubewustzijn gesloten werd, kon de natuur zich bij afwezigheid van mensen en bedrijvigheid uitstekend ontwikkelen. In 1997 werd besloten tot de aanleg van IJburg. Tegelijk werd duidelijk dat de nieuwe stadswijk niet vlak naast een grote vervuilingslocatie kon liggen. Het gebied moest dus gesaneerd worden. Grappig was dat het enige protest hiertegen kwam vanuit natuurbeschermers van het eerste uur. Wat bleek: in al die jaren rust had zich, ondanks alle vervuiling, een natuurgebied ontwikkeld dat vol zat met Ringslangen, enorme dichtheden aan zangvogels en veel andere bijzondere soorten.
Terugreis Moe maar voldaan scheepten we uit en zochten de auto’s in de parkeergarage op. De rit naar Dover verliep voorspoedig. In Dover moesten we een uurtje wachten. De tijd werd benut om een patatje te eten. Op de terugweg verder geen bijzonderheden. Hoogtepunt was een Kerkuil om een uur of drie ‘s nachts die in de berm van de snelweg ter hoogte van Breda aan het jagen was. Om een uur of vijf terug in Amsterdam, door Auke voor de deur afgezet. Even slapen en om acht uur begon weer het gewone leven: mijn dochter naar school brengen.
Literatuur Del Hoyo, J., Elliott, A. & Sargatal J. 1992. Handbook of the birds of the world, Vol. I, Lynx Edicions, Barcelona.
20
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
21
De opgave voor de ontwerpers was dus lastig: niet alleen moest het nieuwe park voor IJburg verrijzen op een oude stort, ook moest ervoor gezorgd worden dat de natuur na de werkzaamheden weer zoveel mogelijk de kans kreeg.
Inrichting en beheer Uiteindelijk is 54 van de 85 hectare ingepakt in een grote omgekeerde doos van beton en trisoplast (een soort vijverplastic). Daar bovenop is een laag zand en andere grondsoorten aangebracht en zijn een aantal heuvels opgenomen, om het ‘oude karakter van het gebied’ terug te brengen. Terwijl men vanaf het beheergebouw van Waternet continu in de gaten houdt wat er in de doos gebeurd, is er bovenop ruimte voor andere zaken: in het westelijke deel ligt een groot recreatieveld, en als de grond tot rust is gekomen, zullen er voetbal- en hockeyvelden komen. In het middengedeelte is plaats voor de ontdekkende en picknickende mens, maar ook voor een afwisseling van bloemrijke weides, bosjes en ruigtes. In het oosten van het park mag de ruigste natuur ontstaan, met wat meer stekelstruiken en zoveel mogelijk ruigte. De ARK-zone, waar maar weinig vervuiling werd gevonden, geeft een aardig beeld van hoe het gebied er vroeger uitzag: veel wilgenbroekbos, prachtige rietvelden en plasjes. Hier is weinig gebeurd, al is er een strook wilgen gekapt, zijn wat extra waterpartijen gegraven en is een oeverzwaluwwand aangelegd. Het laatste stukje, rond de Nesciobrug, moet in 2007 ingericht worden, met meer water en hopelijk een ijsvogelwand. Tot slot nog de IJsselmeeroever: behalve de oude Batterij heeft deze zich weer helemaal moeten herstellen tot een brede kraag van riet en fonteinkruiden in het water. Sinds het beheer van het Diemerpark in 2004 in handen kwam van stadsdeel Zeeburg, hebben we geprobeerd de natuur in het park zoveel mogelijk tot ontwikkeling te laten komen. Eigenlijk is dit niet zo moeilijk: je kijkt eerst wat voor planten en dieren er voor (zouden moeten) komen, en dan zoek je in wat boekjes op wat die planten en dieren het prettigst vinden om in leven. Het resultaat is dat er delen zijn die twee keer per jaar, een keer in de vijf jaar of helemaal nooit gemaaid worden. Hierbij is er als het goed is altijd een corridor van hoog gras aanwezig, zodat die muis ongezien van de ene naar de andere kant kan komen. De afgelopen jaren zijn bijna 15.000 struiken aangeplant in het parkdeel, om voor meer nest- en schuilgelegenheid voor dieren te zorgen. Hierbij is gekozen voor inheemse soorten die belangrijk zijn voor vogels en insecten. Denk dan aan bijvoorbeeld Eenstijlige Meidoorn, Vlier, Wilde Liguster, Vogelkers, Vuilboom en Sleedoorn. Het westelijke deel is bovendien ingezaaid met bloemrijke kruiden. Helaas niet alleen soorten uit de regio, maar toegegeven, het resultaat is erg mooi en vol met insecten. Het streefbeeld kan mijn inziens vergelijken worden met de Kennemerduinen: kleine heuvels, schraal grasland en afwisseling van bosjes. In de ARK-zone wordt geprobeerd de huidige afwisseling in stand te houden. Dit betekent wel dat er vaak wilgen moeten worden gestoken tegen de verbossing, en dat de sloten (gefaseerd) geschoond worden. In 2004 is het water afgesloten van het kanaal en kan het dus een natuurlijk waterpeil volgen. Ook zijn enkele honderden Karpers en Brasems weggevangen, om het doorzicht van het water te verbeteren.
De vogels Tsja, en hoe reageren die dieren en in het bijzonder de vogels daar dan op? Voor de vogelwaarden van voor de sanering, en die van de jaren 1998 tot 2003 verwijs ik graag naar het artikel van Martin Melchers (De Gierzwaluw, jg. 42 (1), 2004). Ik zal me richten op de periode van de openstelling voor het publiek, maart 2004 tot heden. Broedvogels In de jaren 2004 tot en met 2006 zijn de vogels geïnventariseerd volgens de BMP-A methode van SOVON. In de periode maart tot en met juli zijn 7 tot 8 ronden gelopen, inclusief 1 à 2 in de
22
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
23
avonduren. Jaarlijks zijn in totaal 349 (2004) tot 487 (2006) territoria vastgesteld, verdeeld over in totaal 62 soorten. In tabel 1 staat het complete overzicht. Als we kijken naar de ontwikkelingen van het aantal territoria in het Diemerpark sinds de afronding van de werkzaamheden, dan kunnen we een spectaculair herstel zien (figuur 1). Bijzonder is dat de grootste groei niet plaatsvindt in de ‘nieuwe delen’ van het park, maar in de grotendeels gespaarde ARK-zone. Blijkbaar reageren de vogels daar goed op de teruggekeerde rust en de genomen beheer- en inrichtingsmaatregelen. Ook als we kijken naar de ontwikkelingen in de soortenaantallen (figuur 2), dan zien we dat de rijkdom in alle drie de deelgebieden toeneemt. Het parkdeel laat hier de duidelijkste stijging zien: nadat eerst de Blauwborst, Wilde Eend en Kleine Karekiet het riet rond de wadi’s veroverden, zijn er met de ruigteontwikkeling nu ook Kneuen, Sprinkhaanzangers en de eerste Fitissen komen wonen. De rietkraag rond de wateren is inmiddels zo breed geworden, dat de Dodaars (5 paar) zich er prima thuis voelt. Maar liefst 8 (mogelijk 10) soorten van de Rode Lijst zijn broedend vastgesteld. Vooral het broeden van een paartje Roerdomp in 2006 in de ARK-zone is bijzonder, omdat het vorig jaar waarschijnlijk het enige broedgeval binnen de grenzen van de gemeente Amsterdam betrof. Het aantal territoria van Rode Lijstsoorten nemen toe of zijn op zijn minst stabiel en deze soorten lijken dus goed te reageren op de ontwikkelingen in en het beheer van het park. Alleen de Tureluur, een soort van open slik en weiden, zal naar verwachting uit het park verdwijnen. Niet-bedreigde broedvogels die bijzonder zijn voor Amsterdam zijn Kluut, Kleine Plevier, IJsvogel (2 paar), Blauwborst (14 paar) en Baardman. Een mannetje Buidelmees, dat in 2005 een nest bouwde bij Akkerswade bleef helaas alleen.
Wintervogels Op 6 en 20 december 2004 en 17 januari 2005 heb ik een punt-transect-telling uitgevoerd om een beeld te krijgen van de wintervogels in het park. Door zowel overvliegende als rustende vogels te tellen vanaf 20 vooraf vastgestelde punten zijn per keer ongeveer 1600 vogels waargenomen (zie tabel 2 voor een overzicht van de resultaten). Het aantal soorten dat werd waargenomen per telling varieerde van 44 tot 50, waarbij de drie meest algemene soorten, Kokmeeuw, Meerkoet en Kuifeend, meer dan de helft van het aantal individuen voor hun rekening namen. Bijzondere soorten die door hun verborgen leefgedrag niet zijn waargenomen tijdens de tellingen, maar waarschijnlijk wel met een of enkele individuen in het park overwinteren zijn onder andere Roerdomp en Houtsnip. Helaas ben ik in de winters erna niet meer tot extra tellingen gekomen, maar het lijkt erop dat met het verbeteren van het doorzicht en de hoeveelheid waterplanten in het water rond het park de aantallen eenden zijn toegenomen. Trekvogels Voor vogels die in de herfst vanuit het noorden, via de Flevolandse IJsselmeerkust naar het zuiden vliegen ligt het Diemerpark redelijk op de route. Sommige vogels, zoals verschillende soorten ganzen, worden alleen overvliegend gezien, maar veel andere gebruiken de ruigten en afwisseling van het park om even uit te rusten en krachten op te doen. Zo zijn er groepen van tientallen Putters, Kneuen en Graspiepers te verwachten die zich voeden met zaden en insecten in de ruigte van het parkgedeelte en kan het er wemelen van de Koperwieken en Zanglijsters. Ook de wateren in en om het park zijn populair. Zo komt elke augustus een groepje Lepelaars gewoontegetrouw slapen in de vijver en zijn er regelmatig Krooneenden te vinden. Wanneer veel algemenere soorten het Diemerpark weten te vinden, is de kans op de ontdekking van iets zeldzamers ook groter. In de drie jaar sinds de opening bleek het Diemerpark een goede plek om op zoek te gaan naar bijzondere soorten. Zo zijn Beflijsters en Visarenden jaarlijks aanwezig, en werden soorten als Zwarte Wouw, Kraanvogel, Draaihals, Grote Pieper en Europese Kanarie gezien. De waarnemingen van Roodmus, Cetti’s Zanger en Roodkopklauwier waren zelfs zo bijzonder dat tientallen mensen het park speciaal voor deze vogels zijn komen bezoeken. In totaal zijn sinds de opening in 2004 181 soorten vogels waargenomen in het Diemerpark, en worden jaarlijks meer dan 150 soorten gevonden. In tabel 4 kun je de gehele lijst vinden; ik ben natuurlijk altijd nieuwsgierig naar aanvullingen!
Trends en potentie Zoals gezegd was het Diemerzeedijkgebied wellicht het gebied met de hoogste broedvogeldichtheid van Amsterdam. Tijdens en vlak na de sanering was de broedvogelpopulatie vrijwel weggevaagd en beperkt tot de buitenste randen van het park. De laatste paar jaren is er echter een duidelijk herstel te zien, zoals te zien is in tabel 3 en eerdere figuren. In 2006 kwamen ongeveer 485 paartjes tot broeden in het Diemerpark, ongeveer 66% van het aantal van vlak voor de sanering. Als men kijkt naar de soorten, dan kan men zeggen dat het dichtgroeien van de vegetatie ten koste is gegaan van grondbroeders als Kluut, Tureluur en Kievit, en gunstig was voor zangvogels. Ten opzichte van voor de sanering zijn er nauwelijks nog soorten die ontbreken en er is zelfs een aantal soorten teruggekeerd, die al lange tijd niet hadden gebroed in het gebied. Mooie voorbeelden hiervan zijn Roerdomp en Bruine Kiekendief. Gezegd moet worden dat in 2006 geen enkele van de roofvogels jongen heeft groot gebracht. Wellicht
24
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
25
Tabel 4. Vogels van het Diemerpark 2004-2006 dat de muizenexplosie, die ontstond vlak na de sanering, is ingestort en hebben roofvogels nu meer moeite met het vinden van voedsel. Ook het toenemend aantal bezoekers kan debet zijn aan de broedrust van deze soorten. Als de vegetatie van het park meer tot wasdom komt, zal de broedvogelpopulatie naar verwachting nog flink uitbreiden, waarbij vooral soorten van struikvegetaties als Grasmus, Tuinfluiter, Bosrietzanger en Fitis het goed zullen doen. Doordat besdragende struiken zijn gepland, zal de aantrekkingskracht van het park in de winter toenemen voor onder andere lijsterachtigen. Ondanks dat de fonteinkruidvegetaties zich verder zullen ontwikkelen, zullen de wateren rond het park in de toekomst waarschijnlijk minder belangrijk voor watervogels worden. Dit door de toenemende woon- en waterrecreatiedruk vanuit IJburg. Behalve in de broedvogelinventarisaties zal dit ook te merken zijn in het aantal overwinterende eenden in het park. Het voorkomen van de kritische moerasvogels is waarschijnlijk te danken aan de creatie van een natuurlijk waterpeil en het in stand houden van overjarige maar vitale en ontoegankelijke rietvelden. Hun toekomst in het park hangt sterk af van de continuering en waar mogelijk verbetering van deze maatregelen.
Conclusies Het Diemerpark lijkt in rap tempo veel van de oude glorie terug te krijgen. Natuurlijk, de broedvogeldichtheid is nog maar op tweederde van wat het ooit geweest is. Maar de soortdiversiteit is wel al op het oude niveau, en met het ouder worden van de struiken zal ook het aantal territoria nog dicht in de buurt van recordjaar 1997 komen. Ook als we kijken naar andere diergroepen, dan zien we een behoorlijke herstelkracht. Zo is de populatie Ringslang langzaam herstellende en leven er weer 150 tot 200 exemplaren in het park. Verder zijn er al 12 muizen soorten gevonden, een grote populatie Rugstreeppadden, 19 soorten libellen en evenzoveel soorten dagvlinders en 6 tot 7 soorten vleermuizen, waaronder de zeldzame Tweekleurige en Meervleermuizen. Tot slot blijkt het Diemerpark, met zijn afwisseling aan habitats, leefgebied te zijn voor een voor Laag-Nederland ongekende diversiteit aan wilde bijen. Maar liefst 50 soorten zijn hier in één seizoen gevonden en men verwacht de komende jaren nog 20 tot 30 extra soorten te vinden. De enige diersoorten die niet meer terug zijn gevonden na de sanering zijn Haas en Ree. De komende jaren zal er dus nog veel spannends te beleven zijn in het Diemerpark. De toenemende drukte - IJburg wordt volgebouwd en de rest van Amsterdam en Diemen zullen het park steeds meer ontdekken - zullen voor een grote recreatiedruk zorgen. En waar mensen gaan, zijn ook honden te vinden. Vooral loslopende exemplaren zorgen, zoals jullie weten, voor grote overlast bij vogels en andere dieren. Behalve een kleine zone is het daarom verboden om in het park met je hond los te lopen. Ik roep iedereen op om bij elke waargenomen overtreding de Milieupolitie van Zeeburg te bellen (0800-ZEEBURG). Ook al kunnen zij er niet telkens op tijd bij zijn: bij genoeg meldingen zullen ze extra tijd in het Diemerpark doorbrengen.
Literatuur Melchers, M. 2004. Broedvogelinventarisatie Diemerzeedijk 1995-2003. De Gierzwaluw jg. 42 (1): p. 14-19 . Van Leeuwen, M. 2006. Diemerpark. In: Bruin, E. de, J. Louwe Kooijmans & G. Timmermans (red.), 2006. Vogelen in Amsterdam. KNNV, afdeling Amsterdam & Vogelwerkgroep Amsterdam. Weitjens, J. en M. Melchers 2004. Diemerzeedijk zand erover. Uitgeverij Bas Lubberhuizen, Amsterdam.
Sinds de opening in maart 2004 zijn 181 vogelsoorten waargenomen in het Diemerpark (de meeste in 2005: 153; 149 in 2006 en 143 in 2004). Knobbelzwaan Kleine Zwaan Sneeuwgans Kleine Rietgans Grauwe Gans Kolgans Brandgans Rotgans Casarca Bergeend Krooneend Tafeleend Kuifeend Eider Nonnetje Brilduiker Grote Zaagbek Krakeend Smient Slobeend Wilde Eend Pijlstaart Zomertaling Wintertaling Dodaars Fuut Kuifduiker Geoorde Fuut Aalscholver Roerdomp Grote Zilverreiger Blauwe Reiger Purperreiger Ooievaar Lepelaar Wespendief Zwarte Wouw Bruine Kiekendief Blauwe Kiekendief Havik Sperwer Buizerd Visarend Torenvalk Smelleken Boomvalk Slechtvalk Waterral Waterhoen Meerkoet Kraanvogel Scholekster Kluut Kleine Plevier Bontbekplevier Goudplevier Zilverplevier Kievit Temmincks Strandloper Bonte Strandloper Bokje
04 B X O O B O O O B X X B X X B X X B X
05 B X
06 B X
O B O O
O B O O
X B X X B
B X X B
X X X B X B? B X
X X B X
X B B
X X
X X O X
X X X O X X X X B X B X X X B B B B B B X
O X O B X X X B X B X X X B B B O B? B? X
X
X X B O X O X X O X O X X X X X O X X B B B B? X
X
O O O X
X X
X
O O B X
X X X B X X X X X X B B
Watersnip Houtsnip Grutto Regenwulp Wulp Zwarte Ruiter Tureluur Groenpootruiter Witgat Bosruiter Oeverloper Zwartkopmeeuw Kokmeeuw Stormmeeuw Zilvermeeuw Kleine Mantelmeeuw Geelpootmeeuw Pontische Meeuw Grote Mantelmeeuw Grote Stern Visdief Holenduif Houtduif Turkse Tortel Zomertortel Koekoek Bosuil Ransuil Gierzwaluw IJsvogel Draaihals Groene Specht Grote Bonte Specht Kleine Bonte Specht Boomleeuwerik Veldleeuwerik Oeverzwaluw Boerenzwaluw Huiszwaluw Grote Pieper Boompieper Graspieper Waterpieper Oeverpieper Engelse Kwikstaart Gele Kwikstaart Noordse Kwikstaart Grote Gele Kwikstaart Witte Kwikstaart Rouwkwikstaart Pestvogel Winterkoning Heggenmus Roodborst Nachtegaal Blauwborst Zwarte Roodstaart Paapje Roodborsttapuit Tapuit Beflijster
Vet = (mogelijk) broedvogel en op de Rode Lijst B = broedvogel 26
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
04 X X X X O X B X X X X X X X X X O X B B O O B X X B? B X X X X O X X
X B X B B B B B X X X X X
05 X X O O O O X X X
06 X
X O X X X X X
X O X X X X X X X
X B B O
X X X B
B X X X B X
B
B X X X X X X X B? X X X X X B X B B B B B X X X X X
O O O X X X
X B X B X X X X X O X B? X O X X B B B X B B X X X X
Merel Kramsvogel Zanglijster Koperwiek Grote Lijster Cetti’s Zanger Sprinkhaanzanger Snor Spotvogel Bosrietzanger Kleine Karekiet Rietzanger Braamsluiper Grasmus Tuinfluiter Zwartkop Tjiftjaf Fitis Goudhaan Grauwe Vliegenvanger Baardman Staartmees Matkop Zwarte Mees Pimpelmees Koolmees Boomkruiper Buidelmees Roodkopklauwier Gaai Ekster Kauw Roek Zwarte Kraai Spreeuw Huismus Ringmus Vink Keep Europese Kanarie Groenling Putter Sijs Kneu Kleine Barmsijs Grote Barmsijs Kruisbek Roodmus Goudvink Appelvink IJsgors Sneeuwgors Geelgors Rietgors Zwarte Zwaan Nijlgans Fazant Stadsduif Halsbandparkiet
04 B X B X X B X X B B B X B B B B B X B B B B B B X B B X B B? X X B O B B X B
05 B X B X O X B B X B B B B B B B B X B B B X B B B B? B B X O B B X B? O X B B X B X X O
06 B X B X O B B? B B B B X B B B B B X X B B B B B X X B B X X B B X X X X B B X B X X O
X X X
O O
X X B B? B X X
B X B? B X X
O B B B X X
Cursief = zeldzame of schaarse soort (volgens SOVON-BSP); O = alleen overvliegend waargenomen.
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
27
Simonszand
FOTO: MARTIJN DE JONGE
Vasco van der Boon
illustratie: www.noordpolderzijl.nl
Simonszand ligt tussen Schiermonnikoog en Rottumerplaat op de grens van de Noordzee en de Waddenzee
Telling op Simonszand, 2003
meer plaatsen in de Waddenzee voor. Zo ligt tussen Ameland en Schiermonnikoog het duo Engelsmanplaat en Rif. Andere Nederlandse wadplaten die overeenkomen met Simonszand zijn de Razende Bol en Richel.
D
e Vogelwerkgroep Amsterdam gaat 14, 15 en 16 september 2007 met een boot het onbewoonde waddeneiland Simonszand en omstreken bekijken. Mee gaan enkele Utrechtse vogelaars die dit eiland redelijk goed kennen. Zij tellen hier sinds 1996 jaarlijks een keer of vijf tijdens de internationale wadvogeltellingen die SOVON Vogelonderzoek Nederland organiseert. Ook op 15 september vindt tijdens vloed rond het middaguur zo’n telling plaats. Dat vergt twee à drie uur werk. Daar staat tegenover dat de combinatie met de SOVON-telling de kosten drukt van deze Amsterdamse excursie naar een van de meest afgelegen plekken van Nederland. Simonszand ligt tussen Schiermonnikoog en Rottumerplaat op de grens van de Noordzee en de Waddenzee. Simonszand bestaat uit twee delen. Ten eerste het eigenlijke oude Simonszand dat inmiddels door de waddendynamiek is gereduceerd tot een kleine langgerekte zand- en schelpenplaat van 800 bij 50 meter. Ten tweede is er een tien jaar geleden (her)ontdekte nieuwe zandplaat die zich in de vorm van een 2500 meter lange en 400 meter brede banaan aan de noordkant van Simonszand heeft gevleid: Simonsrif. Tussen Simonszand en Simonsrif ligt een diepe slenk en een slikvlakte. Verwarring bevorderend is dat het oude Simonszand op actuele kaarten naamloos is en het nieuwe Simonsrif als Simonszand wordt aangeduid. De combinatie van een oude afkalvende zandplaat en een nieuw aangroeiend rif komt op
28
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
Wat valt er te zien op Simonszand? Nou, zand om te beginnen. Water is ook prominent aanwezig. In directe zin onzichtbaar, maar regelmatig dominant aanwezig is de wind. Indirecte resultante zijn zandstormen van Saharaproporties. Flora is vrijwel afwezig. Vorig jaar september wekten drie dozijn polletjes Biestarwegras en een half dozijn Zeekraaltjes groot enthousiasme. Als de boot Simonszand nadert, suggereren de Biestarwegraspollen vanaf een paar kilometer afstand dat er meters hoge duinen op Simonszand staan. Dat is iedere keer weer - door de afwezigheid van hoogtereferenties aan de horizon - de waddenvariant van een fata morgana. Aangeland blijken de hoogste plekken op Simonszand slechts decimeters boven N.A.P. Het totale niets van Simonszand heeft een grote aantrekkingskracht op vogels. De afgelopen tien jaar zijn er drie keer bijna een kwart miljoen vogels gezien, met name in de septembermaanden. Het gemiddelde in september ligt op ruwweg 100.000 vogels. ‘s Winters gaat het om 10.000 tot 30.000 vogels. In september zijn de vluchten Bonte Strandlopers beeldbepalend. Altijd minder omvangrijk maar in die tijd toch vaak in tienduizendtallen zijn Rosse Grutto, Wulp, Scholekster en Zilverplevier. In wisselende duizendtallen is de Kanoet aanwezig. Het gebruikelijke duizendtal Drieteenstrandlopers completeren de normale steltloperbulk. Tussen deze menigte bevinden zich met enige regelmaat schaarsere gasten, zoals een Breedbekstrandloper in de herfst van 2004. De tienduizenden Stormmeeuwen, Zilvermeeuwen en Kokmeeuwen worden in september vergezeld van honderden Dwergsterns, Visdieven, tientallen Grote Sterns en de laatste Noordse Sterns. Op het
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
29
Rotszwaluwen op IJburg
menu staan nog duizend Eiders en wat Bergeenden. Als er net stevige westenwind is geweest, is er in de herfst op Simonszand gerede kans op zeevogels, zoals - meestal juveniele - Jan-van-genten, soms Dwergmeeuwen en Drieteenmeeuwen en later in het jaar een enkele Roodkeelduiker of die ene Kleine Alk. Met oostenwind schuift een zangertjesbaan boven Simonszand. Dat heeft in de herfst soms aandoenlijke momenten. Dan zit er tussen de overzwoegende Tapuiten, Graspiepers en Boerenzwaluwen een Tjiftjaf die in de minieme luwte van een vogelaar probeert te recupereren, sterft een Roodborst in je uitgetrokken rubberlaars of verdwijnt een twijfelende Kramsvogel voor je ogen in de golven van de Waddenzee. Dit alles in elk geval gegarneerd met honderd Gewone Zeehonden en ten minste één Slechtvalk. Minder honkvast zijn de jagende Bruine Kiekendieven en Smellekens.
Rob Baars
Meenemen: voldoende broodmaaltijden en drinken voor jezelf. Warme en waterdichte kleding. Het is kouder dan je denkt. In tegenspraak met de vorige zin: badpak. Matje en slaapzak. Handdoek. Extra wadloopschoeisel (bijvoorbeeld hoge sneakers), extra sokken, en eventueel een waadpak. Kijker, telescoop, en een mobieltje. Een kornet zou leuk zijn. K osten, exclusief reiskosten naar Noordpolderzijl: circa € 17,50. Betalingswijze: storten op gironummer 6243822 t.n.v. Vasco van der Boon, o.v.v. “Simonszandexcursie” (deelname in volgorde van ontvangst) of cash op de boot. Maximaal 20 deelnemers. Opgeven liefst zo snel mogelijk maar uiterlijk op 12 september, inclusief je vervoersplan en of je mensen mee wilt en kan laten rijden, bij:
[email protected]. Voor nood: 06-54371978. Vanaf windkracht zes en/of bij bliksem kan de tocht op het laatst nog afgelast worden, dus geef een telefoonnummer op waar je maximaal bereikbaar bent op 13 en 14 september. Vasco van der Boon is lid van de VWGA en coördinator van het Utrechtse clubje vogelaars dat Simonszand telt.
30
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
FOTO: MARS MUUSSE
Het plan: vrijdagavond 14 september uiterlijk 23.00 uur verzamelen in de haven van Noordpolderzijl, de kleinste zeehaven van Nederland. Dat betekent uiterlijk 20.30 uur uit de Randstad wegrijden met de auto. Openbaar vervoerreizigers moeten naar NS-station Usquert en daar door medevogelaars opgehaald zien te worden. Spreek dat liefst van te voren met elkaar af. Usquert ligt ongeveer vijf kilometer van Noordpolderzijl. De boot is de ms Boschwad of de ms Noordster, afhankelijk van de grootte van de groep en de nadere beslissing van de schipper. Je merkt vanzelf welke boot het is. De boot vaart ‘s nachts richting Simonszand. Er wordt op de boot geslapen. Zaterdag 15 september de hele dag op Simonszand. ‘s Avonds op de boot warm eten. Opnieuw op de boot slapen. Middernacht terug in Noordpolderzijl. Zondag 16 september al vogelend via de kwelders van Noordpolderzijl, Bandpolder en Ezumakeeg (Lauwersmeer) terug naar de Randstad waar rond 18.00 uur zondagavond het avontuur eindigt.
Rotszwaluw, Astronautenweg, Hoorn, 19 november 2006
Nagekomen bericht: de CDNA heeft alle drie de gevallen van twee Rotszwaluwen aanvaard als een geval van twee vogels zwervend door NL in Nov 2006 (red.).
O
p 5 november 2006, aan het einde van een grauwe middag, stuitten Sietske Sybrandi en ik op IJburg op twee zwaluwen. Dat is op zich al bijzonder, zo laat in het jaar. Het waaide flink uit het westen. De vogels bewogen zich met snelle vleugelslagen voort tegen de wind in. Tegen de donkergrijze lucht was het precieze kleed niet goed te zien met de kijker. Terwijl ze voor een gebouw langs vlogen waren meer details zichtbaar: grijsbruine bovendelen, een lichtbruine, egale borst en buik, lichter afstekend tegen de donkere kop, donkerder ondervleugels en donkere staart. De combinatie van de grijsbruine bovendelen, het gedrongen formaat, en de typische stijve glijvlucht met driehoekig uitgestrekte vleugels vlak langs het gebouw gaf de doorslag: Rotszwaluwen! Dwaalgasten uit zuidelijk Europa, die normaal niet dichterbij Nederland komen dan de Alpen.
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
31
Mijn melding die avond op AVN werd direct via waarneming.nl landelijk bekend. De volgende morgen was er een flinke delegatie op IJburg te vinden, op zoek naar deze zeldzame verschijning. Een zekere Rotszwaluw zou een primeur zijn voor de Nederlandse avifauna. Helaas was het zoeken tevergeefs. Vanaf nu was vogelend Nederland in verhoogde zwaluwen-paraatheid. Diverse waarnemingen volgden. Op 6 november, “the day after”, vliegen twee niet nader te determineren zwaluwen richting oost langs het Windroosplein op de Oostelijke Eilanden (werd gemeld aan Guus van Duin). Gezien de locatie en de datum zouden dit heel goed de vogels van IJburg kunnen zijn. Weer een dag later, 7 november, ziet Cor Oskam twee Rotszwaluwen over de vinkenbaan van Westenschouwen. Deze werden goed gezien en zelfs gehoord. Twee keer twee Rotszwaluwen binnen twee dagen! Op 14 november, anderhalve week later, worden eerst voorzichtig maar uiteindelijk twee Rotszwaluwen gemeld in Hoorn, door Maarten Hotting. Ze verbleven daar van 14 t/m 24 november 2006 en werden in volle glorie door velen gezien. Ook andere late zwaluwen kregen aandacht, zoals een Gierzwaluw op 17 november, ook in Hoorn, een op 18 november in Amsterdam (waarneming.nl; René Vos) en een ongedetermineerde maar gefotografeerde zwaluw op 19 november bij de Gooimeerdijk, die even tot opwinding leidde. Dit bleek op basis van de foto toch een Boerenzwaluw (Goois VogelNet). En tenslotte, de dag nadat de vogels in Hoorn voor het laatst werden gezien een donkerbruine zwaluw over de Egmondse duinen (“Oever- of Rotszwaluw”) op 25 november door Robert Heemskerk. Hij heeft daarmee wellicht de laatste Rotszwaluw voor Nederland uitgezwaaid.
Status van Rotszwaluw in Nederland Al eerder zijn er vrij zekere meldingen van Rotszwaluwen in Nederland gedaan, onder andere op Schiermonnikoog (augustus 2004) en Terschelling (oktober 2005). De waarnemingstijd was in beide gevallen kort, en tot overtuigend bewijs voor de CDNA kwam het tot dusver niet. Minder twijfel bestaat er over de niet gefotografeerde waarnemingen van november 2006 - IJburg en Schouwen-Duiveland. Absoluut overduidelijk zijn de door velen gefotografeerde en gefilmde Rotszwaluwen van Hoorn.
32
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
FOTO: LUUK PUNT
Een ommetje met onze zoon door het Diemerpark vanaf het IJburgse Steigereiland kreeg zo een wel heel bijzonder einde. Meer dan wat Graspiepers en Dodaarzen hadden we tot dan niet gezien. We hadden geen fototoestel bij de hand, en ook geen vogelgids om alle kenmerken direct te checken. Ik herinnerde me het kenmerk van de witte staartvensters. De staart was vooral gesloten, en heel licht gevorkt. Af en toe werd hij kort gespreid bij het veranderen van richting in de luwte. De onderstaartdekveren waren donker, met een soort gemarmerd patroon van de afstekende randjes van deze veertjes. In eerste instantie zagen we geen staartvlekken. Toen de zwaluw de staart kort spreidde, kreeg Sietske ze even in beeld aan de bovenzijde van de staart. Zij had het geluk op dat moment de kijker, die we om beurten deelden, in handen te hebben.
Rotszwaluw, Grote Waal, Hoorn, 18 november 2006
Buiten Nederland Buiten de Zuid-Europese broedgebieden zijn er met enige regelmaat waarnemingen van Rotszwaluwen gedaan, waaronder in: • Engeland: april 1999, Leicestershire (1 ex.) en 22 oktober 2006, Surrey (1 ex.); • Finland: mei 2003 (tweede ooit voor dit land); • Denemarken: mei 2006 (zesde ooit); • België: 4 november 2005, Mechelen (derde ooit); • Zweden: augustus 2003 (1 ex.) en 20 t/m 31 oktober 2006 (max. 4 ex.). Reconstructie Ondanks de kans op onjuiste speculatie is het zeer aanlokkelijk om een reconstructie te maken. Dat zou dan een verhaal worden als volgt: Een groep van minstens vier jonge Rotszwaluwen is gaan zwerven, zoals - blijkens bovenstaande gegevens - wel vaker gebeurt. Dankzij het warme najaar en met een zuidenwind zijn ze ver noordelijk tot in Zweden beland (Småland, 4 ex. t/m 21 oktober). Vervolgens zijn ze verder getrokken waarbij in ieder geval één vogel via Engeland (Surrey, 22 oktober) naar het zuiden is gevlogen, en de andere drie in Zweden (Linköpings stad, 22 t/m 31 oktober) zijn blijven hangen. Na 31 oktober zijn deze drie vogels vertrokken, waarbij er twee via IJburg (5 november) en Zeeland (Westenschouwen, 7 november) in Hoorn zijn beland (14 t/m 24 november). Het kan natuurlijk ook zijn dat er in totaal vier vogels in Nederland zijn gepasseerd, en dat de twee zwaluwen in Westenschouwen andere individuen zijn geweest dan die op IJburg en in Hoorn zijn gezien. Op 25 november tenslotte, langs de kust bij Egmond, een laatste Rotszwaluw in Nederland.
JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007
De Gierzwaluw
33
Ledenmutaties Conclusie De twee Rotszwaluwen zijn de eerste gedocumenteerde gevallen voor Amsterdam. Het is in
Nieuwe leden
dit digipix-tijdperk natuurlijk zonde dat een bewijsfoto ontbreekt. De beschrijving was echter dermate sluitend dat enkele tientallen vogelaars de moeite namen om ter plaatse te gaan zoeken. En met de waarnemingen in Zeeland en later in Hoorn is het zelfs statistisch uitermate waarschijnlijk dat de Rotszwaluwen van IJburg geen UFO’s zijn geweest.
R. van Dijk, Amsterdam M. Dijkstra, Amsterdam M.J. Langeveld, Amsterdam S. Leefsma, Amsterdam P.R. Rodrigues, Amsterdam-ZO A. de Rooij, Amsterdam
Ik durf de stelling wel aan dat de Rotszwaluw al eerder in Nederland is geweest. Het zal het gebrek aan voldoende ervaren waarnemers, een te snelle doortrekker (Schiermonnikoog, Terschelling) of domme pech zijn waardoor er nooit eerder een helemaal ‘af’ is gemaakt. Op het juiste moment op de juiste plaats zijn is een kwestie van geluk, zo blijkt ook in dit geval. Tel daarbij op dat het een onopvallende soort is voor het gros van de waarnemers, en dat verwisseling met een Oeverzwaluw mogelijk is, waardoor een “bruine zwaluw spec.” al snel in de anonimiteit verdwijnt. Dat is het lot van wel meer “saaie bruine” vogeltjes.
Opzeggingen
We wachten de beoordeling door de CDNA af en zijn blij met deze mooie waarneming.
Bronnen Dutch Birding nr. 3, 1999. Crag Martin Leicestershire. Svensson et al, 2000, ANWB Vogelgids van Europa.
Verhuisd
S. de Bie, Amsterdam R. van Boxsel, Amsterdam B. de Knegt, Utrecht F. van der Lans, Amsterdam
P.I. Boer, Amsterdam G. van der Burg, Amsterdam M. Dijs, Beverwijk Mw. van der Eb, Amstelveen A. Hoffman, Amsterdam C. Latdorp, Edam K. Lont, Waardenburg W. Mosch, Murcia, Spanje E. Nijssen, Amsterdam J.H. van Oers, Den Haag R. van Ouwerkerk, Breda U. Rijlaarsdam, Beverwijk P.T.M. van Tongeren, Amsterdam E. Veltmeijer, Vught G. Verlaan, Amsterdam S. Waasdorp, Amsterdam
Trouw 20 November 2006. “Saaie Rotszwaluwen trekken veel bekijks in Hoorn”. Het Parool 6 en 7 november 2005. “De Rotszwaluw is onopvallend en toch bijzonder”. Top of Holland Birdingclub jg. 1 nr. 3. “Rotszwaluw 10 oktober 2005 Terschelling”.
Internet www.dutchbirding.nl. www.netfugl.dk, WP observations: Eurasian Crag Martin. Goois VogelNet. Waarneming.nl (inclusief Forum).
Colofon Redactie: Ellen de Bruin, Vecht en Gein 3, 1393 PX Nigtevecht, 0294-257650,
[email protected] Opmaak: Robert Heemskerk, 020-6626163,
[email protected] Voorzitter: Jip Louwe Kooijmans, Blankenstraat 118, 1018 SG, 020-4223938,
[email protected] Secretaris: Hanna Hirsch, Uiterwaardenstraat 308, 1079 DB, 020-6462240,
[email protected] Penningmeester: Cor Veenman, Windrooskade 40, 1018 ZX, 020-6258424,
[email protected] Algemene bestuursleden: Jos Bontekoe, Sumatraplantsoen 137, 1095 HZ, 020-6922877;
Jan van der Ben, Valeriusstraat 238/1, 1075 GL, 020-6622304,
[email protected]
Commissie vogelbescherming: Edial Dekker, 020-6933140,
[email protected] Coördinator broedvogelatlas N-H: Jan van der Ben, 020-6622304,
[email protected] Waarnemingensecretaris: Dennis de Vré, Mezquitalaan 61, 1064 NS, 020-6144424,
[email protected] Standwerk: Manuel Segond von Banchet, Binnenkadijk 353, 1018 AX, 020-6249851,
[email protected] Excursies: Jip Louwe Kooijmans, 020-4223938,
[email protected] Lezingen: Edial Dekker, 020-6933140,
[email protected] Website: www.vogelwerkgroepamsterdam.nl AVN: groups.yahoo.com/group/Amsterdams_VogelNet Lidmaatschap leden: e 15,-, Huisgenootleden: e 4,50, Betaling via Postbank 5060400, t.n.v. Vogelwerkgroep
Amsterdam te Amsterdam
Overname van artikelen: gaarne in overleg met de redactie
Deadlines van De Gierzwaluw: 20 januari, 20 april, 20 juli, 20 oktober.
34
De Gierzwaluw JAARGANG 44 NR 4 MAART 2007