De generaties De recente Nederlandse geschiedenis heeft zijn sporen achtergelaten de bevolking. De crisis van de jaren dertig, de Tweede Wereldoorlog, QQQ culturele revolutie van de jaren zestig, de groei van het individualisme en de opkomst van televisie en internet zijn vormend geweest voor opeenvolgende generaties. Om te weten waar we naartoe gaan, is het nodig om zicht te hebben op waar we vandaan komen. De jongste generatie bouwt immers voort op wat is geweest. Een groepje leeftijdsgenoten valt direct op, en niet alleen omdat ze even oud zijn. Generatiegenoten hebben vaak gemeenschappelijke eigenschappen di individuele verschillen kunnen domineren. En sommige van die groepskenmerken dragen zij hun hele leven mee. Maatschappelijke omstandigheden bepalen voor een groot deel hoe kinderen en jongeren opgroeien en de waarden die ze later in het leven blijven koesteren. Je bent als individu niet alleen het product van je opvoeders, maar ook van het tijdsgewricht waarin je opgroeit. Natuurlijk zijn opvoeders en opleiders dat op hun beurt ook en zo ontstaan er generaties van min of mee rond dezelfde tijd geboren mensen die collectief invloed uitoefenen op hun mede mensen en de samenleving als geheel. Wat betreft waarden en oriëntaties verschillen opeenvolgende generaties sterk blijkt uit ons Mentality-onderzoek. Hieronder geven wij een beeld van de generaties waaruit de huidige bevolking bestaat op basis van het onderzoek van de generatiesocioloog Henk Becker. Wij hebben daar zelf de jongste, grenzeloze generatie aan toegevoegd. In het daaropvolgende hoofdstuk gaan wij op basis van een diepteanalyse uitgebreider in op de meest kenmerkende trekken van de twee jongste generaties. VOOROORLOGSE GENERATIE GENERATIE (1910(1910- 1930) De crisis gedurende de jaren dertig van de vorige eeuw maakte diepe indruk. Veel mensen die in deze periode zijn geboren, hebben het crisisgevoel van onzekerheid en schaarste nooit meer van zich kunnen afschudden. Deze inmiddels hoogbejaarde groep is wars van sociale onrust en chaos. Ze zijn plichtsgetrouw, bescheiden, sober, spaarzaam en berustend. Het gezag van Kerk en Staat, maar ook van de meester, dokter of directeur is bijna absoluut. Deze generatie heeft de Tweede Wereldoorlog als jongvolwassenen bewust meegemaakt. Het geloof geeft velen steun, in goede en slechte tijden. Bijna alle vrouwen zijn grootgebracht met de gedachte dat zij hun man moesten
1
dienen en dat het opvoeden van de kinderen hun belangrijkste levenstaak was. Mannen gingen lopend of op de fiets naar het werk en kwamen veelal tussen de middag thuis om warm te eten. je moest gehoorzaam zijn, hard je best doen en tevreden zijn met wat je had. Als je voor een dubbeltje was geboren, werd je nooit een kwartje. De vooroorlogse generatie sterft langzaam maar zeker uit en heeft weinig maatschappelijke invloed meer. STILLE GENERATIE (1931(1931-1940) De jeugd van de stille generatie, tot eind van de jaren vijftig, stond eerst bloot aan de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog en mocht na de oorlog meemaken wat er toen allemaal mogelijk werd. Deze groep weet wat het is om te leven met onzekerheid, onderdrukking en schaarste. Na de bevrijding moest iedereen hard aan de slag in de wederopbouw, georganiseerd door werkgevers- en werknemersorganisaties samen met de overheid. Door je werk kon je hoger op de maatschappelijke ladder komen. De Wet opheffing handelingsonbekwaamheid uit 1956 was voor gehuwde vrouwen een belangrijke stap om niet meer geheel afhankelijk van hun echtgenoot te zijn. Een minderheid van hen begon met het verwerven van een eigen inkomen. Staal- en machinefabrieken produceerden nu in plaats van oorlogstuig grote aantallen stofzuigers, ijskasten en wasmachines. Instant voedingsmiddelen en andere gemaksproducten vereenvoudigden het huishouden van de huisvrouw. De auto groeide uit tot statussymbool bij uitstek en in mooie weekends trokken recreanten er massaal op uit. Bermen van grote wegen leenden zich uitstekend voor picknick en balspel terwijl het verkeer langs raasde. Nieuw was de televisie: een paar uur per dag op één zender, zonder reclamespotjes en uiteraard zwart-wit. Amerika was het grote voorbeeld: vrolijke gezinnen, kleurige kleding en een huis vol apparaten. De materiële vooruitgang was enorm, mits je je mond hield en hard wilde werken, maar dat was toen vanzelfsprekend. Deze generatie bleef 'stil' en trouw aan het gezag, alsof zij sprakeloos was geworden door de dramatische ontwikkelingen en revolutionaire veranderingen. De spaarzaam ingestelde stille generatie, die profiteerde van de hoogconjunctuur na de wederopbouw, is nu met pensioen en geniet van de oude dag. PROTESTGENERATIE (1941(1941-1955) Deze generatie, ook wel de babyboomgeneratie genoemd, kreeg les in grote klassen, kwam tot wasdom in een periode van sterke welvaartsstijging en kende geen armoede of massale werkeloosheid. Over de Tweede Wereldoorlog werd nog veel gesproken en de Koude Oorlog was het symbool van sterk polariserende ideologieen: Amerikaans kapitalisme versus
2
Sovjetcommunisme. Beide boden een alternatief voor de traditioneel verzuilde Nederlandse manier van leven. Waar vroeger hun maatschappelijke positie bepalend was, konden mensen nu vrij kiezen. Zelfontplooiing, burgerlijke ongehoorzaamheid, geestverruimende middelen en een vrije seksuele moraal resulteerden in een totaal nieuwe levensstijl. In 1968 barstte de born. Sluimerende onvrede onder jongeren, mede gevoed door de acties tegen de oorlog in Vietnam van Amerikaanse studenten, leidde tot een protestgolf in heel West-Europa. Socialistische maakbaarheidsidealen leken voor velen een betere garantie te bieden voor 'vrijheid voor iedereen' dan het liberaal-materialistisch of imperialistisch machtsdenken uit de zogenaamde vrije wereld. De protestgeneratie stond veel kritischer en onafhankelijker in het leven dan hun ouders en eiste medezeggenschap. Maatschappijleer werd een vak. Je kon je met goede opleiding en al opsluiten in je idealen en bewust geen bijdrage willen leveren aan de kapitalistische samenleving. ledereen had immers recht op een basisinkomen. Misdadigers werden veel meer dan voorheen gezien als slachtoffer van de samenleving en moesten gestimuleerd worden hun leven positief in te vullen. Te midden van de woelige veranderingen bleef een meerderheid van de protestgeneratie behoudend ingesteld, protesteerde nauwelijks en ging niet mee in alle nieuwlichterij. De allochtonen, waren destijds mensen van tien kilometer verderop. De behoudende babyboomers hebben het beeld van deze generatie veel minder bepaald dan de vrijgevochten protestgroep. Leden van deze generatie blonken uit in het hanteren van het conflictmodel en bezetten later leidinggevende posities, waardoor uit linkse en materialistische waarden een nieuwe mix ontstond. In de jaren zestig werd ook de kiem gelegd voor het 'postmaterialisme': geloof in solidariteit, emancipatie en duurzaamheid, 'terug naar de natuur' en bewust werken aan een 'betere samenleving'. De maatschappelijk bewogen protestgeneratie, die lange tijd wetenschap, cultuur en politiek domineerde, is net met pensioen, of is van plan om dat binnen enkele jaren te doen. VERLOREN GENERATIE (1956(1956-1970) Alle kabaal, veroorzaakt door de protestgeneratie, zwakte geleidelijk af. Intussen waren de leden van de protestgeneratie wel talrijk en hielden ze veel machtsposities bezet. Dat was niet bevorderlijk voor de perspectieven en kansen van de volgende generatie, die daarom 'verloren generatie' werd genoemd, ook wel 'generatie Nix'. Nu bezet de verloren generatie juist topposities en zijn ze erg invloedrijk in het bedrijfsleven, de politiek en ngo's. Voordat het zover was, kreeg de verloren generatie te maken met massale jeugdwerkeloosheid en het einde van de seksuele vrijheid vanwege het
3
gevaar van aidsbesmetting. Drugs werden vooral in verband gebracht met verslaving. De huizenprijzen stegen naar recordhoogten. De verloren generatie somberde over de Bom en verlangde naar betere tijden. Deze generatie is divers, en vrij van de traditionele oriëntaties, die bij een deel van de babyboomers nog zichtbaar waren. Alle verworven tolerantie en openheid ten spijt, en ondanks de jeugdwerkeloosheid, ontstond er geen beweging tegen de machtige protestgeneratie. Veel tijd werd besteed aan opleiding en vrijwilligerswerk. Er werd veel geëxperimenteerd met verschillende samenlevingsvormen - niet meer vanuit huis trouwen, maar eerst samen of apart wonen. Met de komst van deze generatie kalfden tradities in Nederland verder af, en kwam er ruimte voor nieuwe oriëntaties die de basis legden voor de komende generaties. De jeugdcultuur, die al bij de protestgeneratie opkwam, manifesteerde zich met nieuwe idolen en de komst van MTV. De kwaliteit van het bestaan werd belangrijker. Daarvoor was vrije tijd nodig die werd gevonden door parttime werken, tweeverdienen of anderhalfverdienen. De levensstandaard steeg, het yuppendom stak de kop op, en de creatieve sector transformeerde Nederland van een arbeids- in een dienstverlenende samenleving. In relatieve luwte hebben de meeste leden van deze generatie hun plek gevonden. Over het algemeen zijn ze praktisch, zelfredzaam, relativerend en no-nonsense. Achteraf bezien heeft deze generatie niets verloren, integendeel: de verloren generatie verwierf op geheel eigen wijze een positie die nu creatief wordt uitgebouwd. PRAGMATISCHE GENERATIE GENERATIE (1971(1971-1985) Dit zijn veelal de kinderen van de protestgeneratie; gewenst dankzij voorbehoedsmiddelen, opgevoed met uitstekende voorzieningen. Ze kregen gelijke kansen, ruime mogelijkheden, vrijheid en keuzes, en veel stimulans van hun ouders. Belangrijk: ie eigen ding doen en vooral jezelf zijn. Het onderhandelingshuishouden kwam in zwang, waarbij ouders zich steeds minder 'boven' en steeds meer 'naast' hun kinderen opstelden. De door hun ouders bevochten vrijheden moesten vooral zinvol worden ingevuld. Als levensmotto kwam zelfontplooiing centraal te staan; werk mag belangrijk zijn, een garantie op geluk is het zeker niet. Goed in je vel zitten, trots kunnen zijn op jezelf, daar ging het ook om. Door internet en goedkope vliegtickets kwam de hele wereld binnen handbereik. Deze generatie is optimistisch ingesteld; er is altijd wel een plek te vinden waar je het naar je zin hebt. Ze groeiden op met commerciële tv en zijn sterk merk- en mediabewust. Voor de pragmatische generatie zijn de beleveniseconomie en uiterlijke vernieuwing belangrijk, de etnische diversiteit van deze generatie is groter dan voorheen. Ze zijn gedreven, ambitieus en gewend aan competitie. Bij functioneringsgesprekken rekenen ze op transparantie. Het
4
vooruitzicht van een bonus maakt de nadelen van een drukke baan voor velen aanvaardbaar. Kinderen worden gestimuleerd voor zichzelf op te komen, maar bij afwezigheid van stimulans of disciplinaire dwang kan dit leiden tot passiviteit. Vandaar dat soms wordt gesproken van de 'patatgeneratie'. Veel is mogelijk, technologische ontwikkelingen bevorderen netwerken. ln het dagelijkse leven wordt even vrolijk gezapt als voor de tv. Tegelijkertijd neigt deze generatie tot het uitstellen van fundamentele keuzes, bijvoorbeeld voor het moederschap. Jobhoppen is normaal. Steeds meer individuen weigeren mee te gaan met de massa en worden daardoor weer eenvormig. Veel paradoxen, bijvoorbeeld een goed betalende, zware baan én veel vrijheden: 'Laat de organisatie, de ander, zich vooral aan mij aanpassen, dan kijk ik hoever ik bereid ben te gaan.' De pragmatische generatie is bijna tot wasdom gekomen, maar blijft keuzes nog uitstellen. Deze generatie heeft een andere, meer op de ervarings- en belevingscultuur gerichte mentaliteit. GRENZELOZE GENERATIE (GEBOREN VANAF 1986) De meeste kinderen van de verloren generatie zitten midden in hun vormende periode. Ze groeien op met de repercussies van 9/11, de dotcombubble en de moord op Pim Fortuyn, in een geglobaliseerde economie die altijd doordraait. In Nederland mag de economie af en toe nog tot rust komen, de media tonen bij voortduring hoe in grote delen van de wereld het werk steeds doorgaat, 24/7. Ook de kredietcrisis en nu de economische crisis zullen hun stempel op deze generatie drukken. We leven in een continue flux van over elkaar heen buitelende berichten, uit alle hoeken van de aarde. Computer, mobiele telefoon en internet zijn niet meer weg te denken uit het dagelijks leven. Kinderen en jongeren zijn al vroeg actief op internet, communiceren met elkaar via sms en msn, kijken filmpjes op YouTube, profileren zich op Hyves en Facebook, enzovoort. En de oudere generaties gaan daarin op hun eigen manier mee. Mede daardoor wordt de jongste generatie ook wel de 'digitale generatie' genoemd, of de 'millenniumgeneratie', vanwege de eerder verwachte fin de sièclestijlbreuken na de overgang naar de 21e eeuw. Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog eisen jongeren een steeds dominantere plek op in de samenleving. Door hun zelfstandigheid en zeggenschap in het onderhandelingshuishouden zijn zij ook commercieel steeds interessanter, dus hebben verkopers en marketeers zich flink verdiept in de jongerencultuur en er allerlei etiketten op geplakt: 1 achterbankgeneratie (hun ouders vervoeren hen naar school en activiteiten, alles wordt
5
voor ze geregeld). 2 knip-en-plakgeneratie (alles is al bedacht en opgeschreven, door snelle combinaties van het bestaande te maken kun je toch creatief Iijken). 3 mediageneratie (sterk met nieuwe media en community's als Hyves, MySpace en Facebook, communiceert gemakkelijker digitaal dan van persoon tot persoon). 4 Einstein-generatie (jongeren van nu zijn slimmer, sterker en socialer, voor het eerst ziet de samenleving een totaal positieve generatie). 5 Generatie Y (de opvolger van generatie X, vertroeteld, zelfverzekerd en opgegroeid met grote technologische vooruitgang).
Wij menen dat geen van deze etiketten de kern van deze jongste generatie weergeeft. Daarom is in hoofdstuk 2 een dieper beeld gegeven van hun psyche en hun drijfveren. Uit F.Spangenberg en M.Lampert, De grenzeloze generatie en de onstuitbare opmars van de B.V. IK, Nieuw Amsterdam,2011 (p. 273 t/m 278)
6